KIEZERSLIJST.
No. 13796.
LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG II FERRUARI. - VIERDE BLAD.
•£nno 1905.
Gemengd Nieuws.
Offlcieele Kennisgeving.
JLJkJS GIFTE
FEUILLETON.
ZIJN NOVEÏ.I.E.
openbar© instelling en van het pensioen of
van de lijfrente.
Indien het vereischte bedrag van ƒ450
niet zoudo zijn bereikt zonder rekening te
houden met een of meer der bepalingen
omtrent ziekte of verwonding, omtrent on
gevallenrente, of omtrent inkomen, pensioen
en lijfrente van vrouw of kinderen, moet
van deze omstandigheden, in de opgaven
melding worden gemaakt, waarbij, indien
het geldt inkomen van vrouw of kinderen,
tevens moet worden opgegeven de bijzon
derheden hierboven genoemd.
Ten opzichte vasi hen, die krach
tens ten vorigcu jure gedane aan
gifte op de loopendo kiezerslijst
voorkomen, op groud van boven
staande bepaling (snb b) is een
nieuwe aaugilte noodig, waartoe
li tl ii evenwel een aangifte-biljet ter
invnlling zal worden toegezondeu
vóór 8 Februari a. s. met nllzoirde-
riug van lieu, die alleen oit Israelite
van pensioen of lijfrente tot een
bedrag vau 450. daarop zijn
gebracht, door wie alzoo geen her
nieuwde aangifte moet geschieden.
c. dat zij op den eersten Februari sedert
een jaar den eigendom met recht van vrije
beschikking hebben van ten minste 100
(nominaal), ingeschreven in de Grootboeken
der Nationale Schuld of van ten minste
50. ingelegd in de Rijkspostspaarbank, in
een gemeentelijke Spaarbank of in een
Spaarbank, beheerd door het bestuur van
een rechtspersoonlijkheid bezittende Vereeni-
ging, van een Naamlooze Vennootschap, van
een Coöperatieve Vereeniging of van een
Stichting.
Onder do bijzondere Spaarbanken, bedoeld
in de vorige alinea-, zijn do Banken, opge
richt nè, 1 Mei 1900, alleen begrepen voor
zoover en voor zoolang als zij blijkens op
gave aan het bestuur der gemeente waar
zij gevestigd zijn, een waarborgfonds van
25,000 bij de Nederlandsche Bank hebben
gedeponeerd.
Bij deze aangifte moet worden overgelegd
eon door of vanwege de directie van de
Grootboeken der Nationale Schuld of den
directeur der Rijkspostspaarbank of het be
stuur der gemeentelijke of bijzondere Spaar
bank, afgegeven verklaring.
De verklaring van den Directeur of van
het bestuur wordt den belanghebbende toe
gezonden op schriftelijke aanvrage met op-
g «af van het nummer waaronder en het kan
toor alwaar het spaarbankboekje is afgege
ven.
d. dat zij met goed gevolg hebben afge
legd een examen ingesteld door of krachtens
d«ö wet of aangewezen bij algemeencn maat
regel van bestuur en in verband staande met
de benoembaarheid tot eenig ambt, de ver
vulling van eenige betrekking of de uit
oefening van eenig bedrijf of ber.oep.
In dit geval moet worden overgelegd een
opgaaf van het door den belanghebbende
met goed gevolg afgelegd examen en van
het jaar en de plaats der aflegging.
I>c lantslbedoelde aangillcn (sub
c en d) bebocven niet Ie geschieden
door ben, die Kraclileus Sen vorigen
jare gedane aangifte nil dien hoofde
op de loopeiade kle«er»lijst roor-
L o in en.
Alle bij sub a tot en met d bedoelde aan
giften moeten gedaan worden volgens do mo
dellen voorgeschreven bij Kon. besluit van
den 2&sten November 1896 (Staatsblad No.
176) gewijzigd bij het Kon. besluit van 9
Januari 1901 (Staatsblad No. 24) waarvan
de formulieren ter Secretarie dezer gemeen
te kosteloos verkrijgbaar zijn gesteld.
De Burgemeester voornoemd,
DE RIDDER.
Leiden, 25 Januari 1905.
Onder vele blijken van belang-
8telling herdacht W. Th. L. Boom den
dag, waarop hij, gelijk gemeld, vóór 25 jaar
bij de firma Voorhoeve Van Ravesteyn,
sigarenfabrikanten alhier, in dienst trad.
Reeds vroeg in den morgen werd hij door
zijn vader, den meesterknecht, namens het
personeel gelukgewenscht, waarbij hem aLy
stoffelijk blijk van waardeering een fraai
bewerkt© barometer met thermometer werd
aangeboden.
Ook de firma liet van haar belangstelling
blijken en bood den jubilaris, na bij monde
van den heer Th. van Ravesteyn gelukge-
wenacht te zijn, een geschenk onder couvert
aan.
Bij den verbouw van „Kenne-
rmeroord" bij Haarlem, is, naar de ,,Opr.
H. Ct." meldt, voor den dag gekomen 'n
roode steen, waarop het volgende staat
gebeiteld: Het soheyt van de Duyne van
Heemstede ende vant Gasbhuys binnen de
Qtadt Haarlem 1651.
Deze steen is aan de wegzijde weer in
den muur ingemetseld en daardoor is eene
aardige herinnering aan lang vervlogen
tijden bewaard gebleven.
't Woord „Soheyt", verklaart de „Opr.
H. Ct." beteekende en wordt nog wel als
zoodanig gebruikt: „grensscheiding".
In het jongste nummer van den
„A. N. D. B." deelt de heer Henri Polak
mede, dat het iesultaat der inschrijving
onder de diamantbewerkers voor steun aan
de Russische arbeiders uiterst poover is
geweest. Er kwamen nog niet zooveel tien
tallen guldens in als de voorzitter duizend
tallen had verwacht. De heer Polak had
namelijk gemeend dat de minste der 8000
bondsleden eon gulden zou hebben gegeven.
In een hoofdartikel spooit hij hen thans
tot grootere mildheid aan.
De stranding van de „Alba".
Men aohrijft uit Zandvoort aan hot
„Eb ld.":
Donderdagmorgen i<s door den burge
meester dezer gemeente van de firma W.
Ruys en Co. t© Amsterdam een bedrag van
ƒ750 ontvangen bijeengebracht door de equi
page van het gestrande stoomschip „Alba"
aangevuld met een aanzienlijke gift der
reederij. Het bedrag is toegezonden om ver
der te worden verdeeld onder de beman
ning van de reddingsboot alhier en van
die te Noordwijk.
Zooals bekend is zijn door vie reddingsboot
van hier 3 tochten naar het gestrande
schip ondernomen en door die van Noord-
wijk twee. Door den burgemeester ie daarom
aan de bemanning van de icddingboot van
Zandvoort 3/5 gedeelte en aan die van de
Noordwijksohe reddingboot 2/5 gedeelte ge
geven.
Het berging8vaartuig „Stier" heeft een
deel van het water uit de ,,Alba"
gepompt. Vijf vaartuigen met lading uit
het stoomschip zijn te IJmuiden aange
komen. Het weer i« thans te ruw. De wind
Z. W. en er is te veel zee om langszij te kun
nen liggen. Alle vaartuigen, die bij het
•chip lagen zijn te IJmuiden in de haven
gekomen.
De ,,N. Arnh. 01." schrijft: Ver
leden week Woensdag bekeurde de politie
te Arnhem zekeren M. en zekere vrouw D.,
die van een bouwland aan den Apeldoorn-
sohen weg aldaar prei, aardappelen en an
dere veldvruchten wegnamen.
Deze diefstal is blijkbaar uit Qooddruft
gepleegd en waarschijnlijk zal ook geen
vervolging tegen de beide personen wor
den ingesteld, wat ook niet door de eige
naars van het gestolen© wordt verlangd.
Het door de politie ingesteld onderzoek
heeft hoogst droevige omstandigheden aan
het Licht gebracht. Men oordeele: M. ver
toefde met zijn gezin bestaande uit vrouw
en ze® zeer jeugdige kinderen ongeveer
14 dagen te Arnhem in een zeer armoedige
woning aan de Rietsteeg. Vóór dien tijd
reisde hij in een woonwagen versohillende
gemeenten af. Wellicht herinnert men zich
nog een bericht, waai in werd melding go-
maakt van een woonwagen, die in zeer
bouwvalligen toestand op den Westervoort-
schen dijk stond. Deze wagen behoorde aan
M. Het Burgerlijk Armbestuur zorgde
voor herstelling van het voertuig, doch
spoedig werd het weer defect en moest M.
een woning zoeken, die hij in de Singel-
steeg vond. De man is atoelenmattei van
beroep, in drie weken tijds heeft hij geen
andere inkomsten gehad dan 65 cents, op
één dag verdiend. Hoe de toestand in de
woning is, laat zich moeilijk beschrijven,
maar hij ia Allertreurigst: de kinderen
half gekleed, geen bed om op te slapen,
bet geheok, huisraad, bestaande uit een
kachel, een oude tafel en een twee defecte
stoeien. Ook gistermorgen was er geen
Voedsel in huis. De vrouw D., die met M.
is aangehouden, woont in de Rietsteeg,
en voorziet in haar onderhoud met het
maken van papieren bloemen. Met de
Bdbamele inkomsten daarvan ondersteunt
zij eenigszins het gezin van M. Doch ten
slotte had zij zelve niets meer. Met M. ia
zij Woensdag een week geleden uitgegaan
en heeft, om wat voedsel voor 't gezin te
verkrijgen, met hem wat veldvruchten weg
genómen. Het Burgerlijk Armbestuur
heeft het gezin wat negotie gegeven, om
het wat te steunen, maar dat is niet vol
doende. Geconstateerd is, dat er geen
ateike drank wordt gebruikt.
Omtrent do aanhouding te Aru-
hean van een 16-jarigen Duitscher, Woens
dagavond wordt nog gemeld: Daar de hou
ding van het jongmonsch eenigszins ver
dacht voorkwam en hij geen papieren bij
zich had, leidden de rechercheurs hem voor
den ■waarnemendj commissaris van politie.
Bij fouilleering bleek dat hij een nieuw ge
laden revolver met een doos patronen, een
nieuw dolkmes, een nieuw gouden horloge
met dito ketting en eenig geld bij zich had,
benevens een nieuwen koffer.
Toen de jongen werd ondervraagd, be
weerde bij op reis te zijn naar een oom in
Amsterdam, doch kon diens adres niet opge
ven.
Echer' bleek, toen hij wat scherper werd
verfioord, dat hij j.l. Maandag te Gotha
voor zijn patroon een rekening van pl. m.
200 marken had moeten innen, hetgeen hij
gedaan had, doch met het geld er van door
was gegaan in de richting van Amsterdam.
Behalve de genoemde voorwerpen had hij
zich een nieuw pak aangeschaft, en had
van het geld ongeveer 10 over. Hij wordt
ter beschikking van de justitie gesteld.
Te Zwolle is gisterochtend ge
vankelijk binnengebracht zekere J. D
koopman te Zwartsluis, verdacht van het
vervaardigen van valtohe munt. Eenigo
valecho guldens en enkele primitieve werk
tuigen werden bij hem gevonden, terwijl ook
verzilverde halve centen en center in be
slag werden genomen, blijkbaar bestemd om
als dubbeltjes en kwartjes te worden aan
den man gebracht.
Do wereldberoemde boekhan
delaars-firma Brockhaus, te Leipzig, viert
dit jaar (4 September) haar honderdjarig
bestaan.
Sedert 1816 is zij te Leipzig gevestigd, en
vroeger gedurende 0 jaren, te Altera. Haar
oorspronkelijke plaats van oprichting was
Amsterdam.
In boekhandel-kringen wil men er een
groot feest van maken.
Op de lijnvan de „B righton and
8outh CoastrRailway" in Engeland, loopt
een trein, die geheel verlicht wordt met
gasgloeilicht, zeer tot voldoening van de
passagiers, maar ook van de spoorweg
maatschappij.
Het licht is veel schitterender dan dat,
waaraan de passagiers gewoon waren, ter
wijl de Maatschappij een besparing in gas
geniet, want terwijl de oude branders 1
kub. voet per uur verbruikten, verbruiken
de nieuwe slechts 0.6 kub. voet per uur.
Wetende, hoe teer de kousjes zijn, zou
men allicht twijfelen of zij het wel kunnen
uithouden bij zulk horten en stooten, als
gewoonlijk in een trein plaats heeft, en of
de onkosten van de gestadige vernieuwing
van kousjes niet al de voordeden van de
gasbesparing opslikken. Maar de mantels,
die men gebruikt, zijn bijzonder voor het
doel gemaakt van een taaie stof, die vol
doende duurzaam is.
Als een voorzorg tegen het geheel© uit
gaan van het licht, als een kousje breekt,
is elk kousje gesloten in een zakje van zeer
fijn gaas, dat althans eenige fragmenten
bijeenhoudt.
De gehoele inrichting voor de gasverlich
ting is geheel als die vroeger was, alleen
wordt de toevoer van gas naar de bran
ders eenigszins minder sterk gemaakt dan
met het gewone gaslicht het geval is.
tot plaatsing op de
De BURGEMEESTER der gemeente Lei-
lden
Gelet op de wet van den 7dcn September
'1896 (Staatsblad No. 154) laatstelijk gewij
zigd bij do wet van 8 December 1900 (Staats
blad No. 208), tot regeling van het kiesrecht
•n de benoeming van afgevaardigden ter Ecr-
rte en Tweede Kamer 'der Staten-Generaal
Noodigt de mannelijke inwoners der ge
meente, di© den leeftijd van 25 jaren vóór
of op den löden Mei a. s, zullen hebben
bereikt, uit, om:
lo. zoo zij in een andere gemeente over
het laattt verloopen dienstjaar in een der
rijks directe belastingen zijn aangeslagen,
f wat do grondbelasting betreft in een andere
gemeente, of in meer gemeenten te zamen
tot een bedrag ^an ton minste één gulden,
daarvan door overlegging der voor voldaan
geteokendc aanslagbiljelten of door den rijks
ontvanger gewaarmerkte duplicaten vóór
den löden Februari a .8. te doen blijken;
2o. zoo zij in de grondbelasting wegens
onroerende goederen cener onverdeelde nala
tenschap zijn aangeslagen doch hun naam
niet is vermeld bij den aanslag in het kohier
mits hun aandeel in dien aanslag ten min
ste één gulden bedraagt daarvan vóór den
15den Februari a. a aangifte te doen onder
overlegging van het aanslagbiljet of door
den ontvanger gewaarmerkt kosteloos af te
geven duplicaat daarvan, een opgaaf van
het aandeel in don aanslag en de noodige
bescheiden ten bewijze van het gemeenschap
pel ijk bezit.
De bij sub 1 en 2 bedoelde aanslagen moe
ten loopen over het laatstverloopen dienst
jaar en betreffen de grondbelasting, de ver
mogensbelasting, de belasting op bedrijfs-
en andere inkomsten of een of meer der
vijf eerste grondslagen van de pcrsonecle
belasting, zooala die is geregeld bij de wet
van 16 April 1896 (Staatsblad No. 72).
Bierbij wordt opgemerkt dat de aanslag der
vrouw in de rijks directe belastingen voor
haar rnan geldt, die van minderjarige kin
deren wegens goederen waarvan hun vader
het vruchtgenot heeft, voor hun vader, ter
wijl ranslagen in do rijks directe belastin
gen, waarvoor eerst nk 31 Deoember van het
laalrtverloopen jaar een aanslagbiljet is uit-
gereil:; buiten aanmerking blijven.
zoo zij niet overeenkomstig het bepaal
de sub 1 of 2 zijn aangeslagen doch voldoen
aan een der hieronder volgende voorwaar
den, worden zij uitgeuoodigd daarvan aan
gifte te doen ter Secretarie dezer gemeente
vóór cicn 15dcn Februari a. s. als:
a. dat zij als hoofden van gezinnen of
als alleen wonende i ersonen op den 31 sten
Januari sedert den lsten Augustus van het
vorig jaar hebben bewoond, Krachtens huur,
seen huis of ecu gedeelte van een huis waar-
'voor met of zonder bijbehoorendon of in
huur gebruikten grond of lokalen en bijge
bouwen, niet tor bewoning bestemd, de wer
kelijke huurprijs, per week berekend, ten
minste heeft bedragen de som 1,75 of wel
achtereenvolgens in dezelfde gemeente, 2
.zoodanige huizen of gcdeelto van huizon,
of, krachtens eigendom, vruchtgebruik of
'huur eenzelfde vaartuig van ten minste 24
kubieken meter inhoud of 24000 K G laad
vermogen. Hierbij wordt opgemerkt dat
huur ook verschuldigd kan zijn in den v.,rm
van contributie aan een coöperatieve bouw-
vereeniging, en dat geen aftrek van huur
'plaats heeft wegens het verschuldigde voor
gas- of waterleiding, ingeval dit in den
"huurprijs is begrepen.
Bij deze aangifte, wat huur betreft, moet
worden overgelegd een opgaaf zoo mogelijk
t aanduiding van straat en nummer, van
hot huis of gedeelte van het huis, of wel,
hgeval van een verhuizing, van de huizen
of gedeelten van huizen met of zonder bij-
behoorenden grond cn lokalen en bijgebou
wen, niet ter bewoning bestemd, door den
belanghebbende van den lsten Augustus van
„Omdat het zoo onwaarschijnlijk is, dat
Iemand door zijn intieme vrienden voor een
genius gehouden wordt."
„Zeide ik, dat ik hem voor een genius
hield Dan drukte ik mij verkeerd uit.
Uat doe ik niet. Feitelijk is hij likwijis
maar ter wille der naastenliefde, zal ik daar
maar over zwijgen. Maar, ik bewonder zijn
boek. En om volkomen oprecht te zijn
ik verwonder mij voortdurend hoe hij ooit
zoo iets goeds heeft kunnen schrijven."
Do Duchosaa glimlachte verstrooid.
„Wol", zeide zij nadenkend, „laten wy
aannemen, dat hij gelukkige oogeoblikkeu
heeft, of misschien is hij tweezijdig; een
ander voor de woreld en een ander als hij
schrijft. Maar u duidt vaag zijn fputeo aan
en durft niet zeggen, dat u iets tegen hem
hebt. Voor een oud vriend is dat toch zeer
natuurlijk; u heeft mijn nieuwsgierigheid
opgowekt. Wat mankeert er bij hem aan? Is
hij pedant, bijvoorbeeld?"
„Wat er aan hem mankeert?" zeide Pe
ter. „O, dat zou ©ou te lange en te droevige
geschiedenis zijn Als ik hem schilderde zoo-
wcenen en u zou moeten verbieeken van
«Ja hy waarlyk is, zou ik moeten blozen en
«chnk. Hy heeft zoowat iodore zwakheid,
om nog van ondeugden niet te spreken dia
een man kan bezitten. Maar pedant... laai
eens zien. Hij deelt mijn eigen hooge opinie
tover zijn werk, denk ik, maar ik geloof
niet, dat men hem pedant kan noemen. Hij
het laatstverloopen tot en mot 31 Januari
van het loopende jaar bewoond, en van den
gedurende hetzelfde tijdperk in huur ge
bruikten grond alsmede van het bedrag der
huurprijzen en van do namen en woonplaat
sen der verhuurders, en wat het vaartuig be
treft, een opgave van den naam van het
vaartuig, van den inhoud of het laadvermo
gen, van den rechtstitel, krachtens welken
bet is bewoond en, ia deze huur, van naam
en woonplaats van den verhuurder.
I>cze aaugilte beliocft niet te ge
schieden door hen, die krachtens
ten vorlgen jare gedane aangifte
op de loopende kiezerslijst voor
komen eai nog hetzellde hals of
een gedeelte van hetzellde bals of
lietzellde vaartuig bewonen, maar
wel door hen, die sedert I Angustns
des vorigen jaars een ander huis
oi gedeelte vau een huls of een
vaartuig zijn gaan bewonen.
b. dat zij op den 31sten Januari sedert
den lsten Januari van het laatstverloopen
jaar achtereenvolgens bij niet meer dan 2
personen ondernomingen, openbare of bij
zondere instellingen in dienstbetrekking of
als inwonend zoon in bet bedrijf of beroep
der ouders werkzaam zijn geweest en als
zoodanig over dat jaar een inkomen hebben
genoten van 450 of 362.50 met vrije wo
ning of inwoning of van ƒ150 met vrijen
kost en inwoning, of van ƒ237.50 met vrijen
kost, of dat zij op den lsten Februari in het
genot zijn. van een door een onderneming,
openbare of bijzondere instelling verleend
pensioen of verleende lijfrente van gelijk be
drag;
met dien verstande dat voor hen, die in
beide gevallen verkeeren, zoo noodig, ter be
reiking van het vereischte bedrag, het inko
men, het pensioen en de lijfrente worden
samengeteld.
dat ten aanzien van vrijen kost, geen re
kening wordt gehouden met den Zondag of
algemeen erkende christelijke feestdagen of
voor zooveel Israëlieten betreft, met den
Sabbat,
dat indien de aard der werkzaamheden in
een bedrijf medebrengt dat zij in den regel
een gedeelte van het jaar niet worden uit
geoefend, ter berekening van den tijd ge
durende welken iemand in dienstbetrekking
is geweest, de tijd wordt medegeteld, gedu
rende welken de werkzaamheden, waarvoor
hij in dienst is, hebben stil gestaan, ook
indien gedurende dien tijd de dienstbetrek
king tijdelijk was opgeheven;
dat indien in do plaats van het inkomen
een tijdelijke ongcvollenrente wordt genoten,
deze zoolang zij wordt genoten, in rekening
wordt gebracht tot een bedrag gelijk aan
het normale loon
en dat het inkomen, het pensioen of de
lijfrente der vrouw geldt voor den man en
dat van de inwonende minderjarige kinde
ren voor do helft voor den vader.
Hierbij moet worden overgelegd een op
gaaf van den aard der dienstbetrekkingen
van den belanghebbende, van naam en woon
plaats van de personen bij wie, van naam
en plaats van vestiging der ondernemingen
of der bijzondere instellingen, of van den
naam der apenbare insb..'.ingen, waarbij hij
tot cn met den 31 sten Januari van het loo
pende jaar in dienstbetrekking was, en van
de omstandigheid dat het door hem over
het laatstverloopen jaar in dienstbetrekking
genoten inkomen, met of zonder genot van
pensioen of lijfrente, het gevorderd bedrag
van ƒ450 ie bereikt, vrijen ko6t en vrije wo
ning, voor zoover genoten, inbegrepen.
Door den inwonenden zoon, die plaatsing
op de kiezerslijst vraagt op grond van het
werkzaam zijn in het beroep of bedrijf der
ouders, moet worden overgelegd een opgaaf
van den naam zijner ouders, vader of moe
der, van het door hen uitgeoefend bedrijf,
van de werkzaamheden, die' hij daarin ver
richtte, van het daarvoor over het laatst
verloopen jaar in geld genoten inkomen,
bonevens van vrijen kost cn vrije woning,
voor zoover genoten.
Voer het geval dat plaatsing op de kie
zerslijst wordt gevraagd op gro. 1 van het
genieten van pensioen of lijfrente moet wor
den overgelegd een opgave van naam en
plaats van vestiging der onderneming of der
bijzondere instelling of van den naam dor
behoort in alle geval tot die bescheiden li
teraire minderheid, die niet bij zichzelf
van zichzelf denkt, dat er een nieuwe Sha
kespeare is opgestaan?"
„Een nieuwe Shakespeare 1" verwonderdo
zich de Duchessa. „Meent u waarlijk, dat
de meeste literaire lui dit van zichzelf den
ken V'
„Ik ken er misschien drie, die het niet
denken", antwoordde Peter; „maar bij een
er van maakt dit niet veel verschil."
„Hij denkt, dat hij een niouwe Goethe is".
„Hoe onuitsprekelijk, onmogelijk dwaas 1"
lachte zij.
„Ja, dat vond ik eerst ook, maar later
raakte ik er aan gewoon. Later begreep ik,
dat het een gewoon normaal verschijnsel in
bet literaire temperament is. Wanneer ge
een auteur ontmoet, kunt gij er ©ven vaat
op aan, dat hij di© eigenschap bezit, als dat
go bij oen kat veronderstelt, dat zij een
staart bezit."
„Ik dank u wol voor uw inlichting. Ik zal
er om denken bij den eersten auteur, dien
ik ontmoet. Maar, in dat geval, is uw
vriend Felix Wildmay zooveel als een staart
looze kat.
„Ja," zeide Peter lachend, „als het u zo*,
opneemt, is hij dat".
Ook de Duehe&sa lachte en er was even
stilte.
Boven hun hoofd ruischte een heel zacht
windje in de boomtoppen. Hier en daar
klonken vogelstemmen als regendruppels na
een stortbui ec hat koele gamurmel van het
water zong altijd voort. De zon, door het
dichte bladerendak dringend, wierp op al
len een groengouden schijn. De lmcht was
warm en vol bloemengeur. Over het meer
lag een dunne gryze sluier, waardoor aag
zijn saffierblauw heenschemerde. Ver weg,
aan den horizon, leek de Monte Sfiorito een
vaag schaduwueeld van zichzelf, een vreem
deling zou het voor een drijvende nevel
wolk kunnen houden.
„Weet u wel, dat het een bijzonder mooie
namiddag is?" vroeg de Duchessa.
„Ik heb duizend redenen om hom bijzon
der mooi te vinden", waagde Peter met een
kleine, veelbeteekenende buiging te zeggen.
Even gleed er een begrijpend en niet-
kwalijk nemend lachje over het gelaat dei
Duoheesa. Maar zij ging dadelijk onbevan
gen voort:
„Weet u wel, viat ik u uw rivier benijd?
Wij zijn op het kasteel er te ver af. Is het
geruisch er van niet heerlijk En de kleur,
hoe komt zij aan dio wonderbare kleur 7 Ie
het groen Is het blauw En de diamanten
op haar oppervlakte 1 Zie eens, hoe zij
glinsteren. „Weet u," vroeg zij, „wie de
bezitster dezer onschatbare juwcelen is?"
„Ik denk de vrijvrouw© van dit domein",
antwoordde Peter.
„Neen, neèn," zeide zij, glimlachend het
hoofd schuddende. „Undine. Het zijn de
juweclon van Undine, haar halssnoer en
diadeem. Geen aardscho vrouw heeft zulke
diamanten in haar juweelenkistje. Zie
ec ec«a naar, zie oens naar die langa enoo-
rea, hoe zij een oogonbUk glinsteren en
dsm wegzinken. Undine cn haar jonkvrou
wen spelen er mode onder water. Da-aroven
ik een witten arm."
„Ah 1" zeide Peter, nadenkend knikken
de; „dat is wat men noemt een „zieners
blik". Maar het spijt mij, dat Undine zoo
dartel is. Ik hoopte, dat zij nog altijd
knar ©ngehikkige liefde beweende."
„Wotl Voor dien akeligen, koelen Duit
scher, Hildebrandt heette hij immeis?"
riep de Duchessa. „Neen, neen 1 Lang ge
leden heeft zij daarover leereo lachen als
over een dwaasheid harer jeugd. Maar
wij dwalen af. Ik wïlae terugkomen op
„een man van wooiden." Vertel mij eens,
wat waardeert u er wel het meeste in
„Ik waardeer er alles in," zeide Peter
stoutweg; „den stijl, het onderwerp, den
opbouw, de geestigheid, den humor, het
gevoel er van, den tekst en de omgeving,
het papier, waarop het gedrukt is, de let
ter en den band. Maar boven alles waar
deer ik er de heldin van Pauline de Fleu-
rièree in, naar ik denk de parel der vrou
wen, de geesi.gste, beminnelijkste, de be
geerlijkste. En ik vind haar ook zeer
vrouwelijk. Ik kan mij haar niet denken
als loutere verbeelding, als een schaduw
op het papier. Ik denk aan haar als aan
een wezenlijke, levende vrouw, die ik ont
moet heb. Ik kan haar op het oogenblik
voor mij zien; ik zie hour oogen, geheim
zinnig en ondeugend; heur aardige kleine
tandjes, wanneer zij glimlacht, heur haar,
heur handen. Ik kan bijna den geur van
kleederen ruiken. Ik ben geheel door haar
betooverdik zou duizend dwaasheden
voor haar kunnen begaan."
„Goede Hemell" riep de Duchessa, „dat
noem ik er mede dwepen."
„Het boek heeft zoo weinig bewonde
raars, dat die weinigen in kwaliteit moe
ten good maken wat zij in kwantiteit mis
sen", zeide hij.
„Maa> waarom, waajom zijn er zoo
wtmig?" vroeg zij. „Als het boek zco mooi
is, als u zegt, waaraan Bchrijft u dan *ipa
onpopulariteit toe?"
„Het moet wel onpopulair zijn," zeide
hij„het heeft de noodlottige gave der
sohoonheid."
„Is sohoonheid een noodlottige gave in
kunstwerken V'
„Zeker, voor het groot© publiek. Het
groot© publiek is blind voor alle schoon
heid."
Zij lacht© weer en zag hem nadenkend
aan.
„En dat zou do reden zijn waarom een
man van woorden geen suoces heeft?"
„Men zou evengoed aan Francois Vilion
Ooster8che paarlen kunnen voorzetten."
,,U zijt nu juist niet zeer vleiend."
Hij keek verbaasd, verschrikt.
„Niet? Waarom niet? Wat heb ik ge
daan?"
„U heeft nog niet eens gevraagd, wat
ik van het boek in kwestie denk."
„O, ik ben er zeker van, dat u het mooi
vindt," zeide hij dapper. „U heeft den zie
nersblik."
„Wel, er van bondon is een te algemee-
ne uitdrukking. Misschien brand ik wel
van verlangen, zeker iemand te zeggen
wat ik er van denk."
Zij zag hem aan en lachte weer.
„Als dat zoo is, weet ik iemand, dia
brandt van verlangen naar u te luiste
ren,zeide hij.
„Wel, ik denk, ik denk," zeide zij.,
„Maar het zou te laat worden, wanneer
ik mijn gedachten onder woorden bracht.
Een anderen dag misschien."
Zij gaf hem een goedgunstig knikje en^
was het volgende oogenblik verdwenen.
Peter haai na met s&amgeklemdto
vuisten,
(Wordi vcnolgd.)