KIEZERSLIJST. No. 13796. LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG II FERRUARI. - VIERDE BLAD. •£nno 1905. Gemengd Nieuws. Offlcieele Kennisgeving. JLJkJS GIFTE FEUILLETON. ZIJN NOVEÏ.I.E. openbar© instelling en van het pensioen of van de lijfrente. Indien het vereischte bedrag van ƒ450 niet zoudo zijn bereikt zonder rekening te houden met een of meer der bepalingen omtrent ziekte of verwonding, omtrent on gevallenrente, of omtrent inkomen, pensioen en lijfrente van vrouw of kinderen, moet van deze omstandigheden, in de opgaven melding worden gemaakt, waarbij, indien het geldt inkomen van vrouw of kinderen, tevens moet worden opgegeven de bijzon derheden hierboven genoemd. Ten opzichte vasi hen, die krach tens ten vorigcu jure gedane aan gifte op de loopendo kiezerslijst voorkomen, op groud van boven staande bepaling (snb b) is een nieuwe aaugilte noodig, waartoe li tl ii evenwel een aangifte-biljet ter invnlling zal worden toegezondeu vóór 8 Februari a. s. met nllzoirde- riug van lieu, die alleen oit Israelite van pensioen of lijfrente tot een bedrag vau 450. daarop zijn gebracht, door wie alzoo geen her nieuwde aangifte moet geschieden. c. dat zij op den eersten Februari sedert een jaar den eigendom met recht van vrije beschikking hebben van ten minste 100 (nominaal), ingeschreven in de Grootboeken der Nationale Schuld of van ten minste 50. ingelegd in de Rijkspostspaarbank, in een gemeentelijke Spaarbank of in een Spaarbank, beheerd door het bestuur van een rechtspersoonlijkheid bezittende Vereeni- ging, van een Naamlooze Vennootschap, van een Coöperatieve Vereeniging of van een Stichting. Onder do bijzondere Spaarbanken, bedoeld in de vorige alinea-, zijn do Banken, opge richt nè, 1 Mei 1900, alleen begrepen voor zoover en voor zoolang als zij blijkens op gave aan het bestuur der gemeente waar zij gevestigd zijn, een waarborgfonds van 25,000 bij de Nederlandsche Bank hebben gedeponeerd. Bij deze aangifte moet worden overgelegd eon door of vanwege de directie van de Grootboeken der Nationale Schuld of den directeur der Rijkspostspaarbank of het be stuur der gemeentelijke of bijzondere Spaar bank, afgegeven verklaring. De verklaring van den Directeur of van het bestuur wordt den belanghebbende toe gezonden op schriftelijke aanvrage met op- g «af van het nummer waaronder en het kan toor alwaar het spaarbankboekje is afgege ven. d. dat zij met goed gevolg hebben afge legd een examen ingesteld door of krachtens d«ö wet of aangewezen bij algemeencn maat regel van bestuur en in verband staande met de benoembaarheid tot eenig ambt, de ver vulling van eenige betrekking of de uit oefening van eenig bedrijf of ber.oep. In dit geval moet worden overgelegd een opgaaf van het door den belanghebbende met goed gevolg afgelegd examen en van het jaar en de plaats der aflegging. I>c lantslbedoelde aangillcn (sub c en d) bebocven niet Ie geschieden door ben, die Kraclileus Sen vorigen jare gedane aangifte nil dien hoofde op de loopeiade kle«er»lijst roor- L o in en. Alle bij sub a tot en met d bedoelde aan giften moeten gedaan worden volgens do mo dellen voorgeschreven bij Kon. besluit van den 2&sten November 1896 (Staatsblad No. 176) gewijzigd bij het Kon. besluit van 9 Januari 1901 (Staatsblad No. 24) waarvan de formulieren ter Secretarie dezer gemeen te kosteloos verkrijgbaar zijn gesteld. De Burgemeester voornoemd, DE RIDDER. Leiden, 25 Januari 1905. Onder vele blijken van belang- 8telling herdacht W. Th. L. Boom den dag, waarop hij, gelijk gemeld, vóór 25 jaar bij de firma Voorhoeve Van Ravesteyn, sigarenfabrikanten alhier, in dienst trad. Reeds vroeg in den morgen werd hij door zijn vader, den meesterknecht, namens het personeel gelukgewenscht, waarbij hem aLy stoffelijk blijk van waardeering een fraai bewerkt© barometer met thermometer werd aangeboden. Ook de firma liet van haar belangstelling blijken en bood den jubilaris, na bij monde van den heer Th. van Ravesteyn gelukge- wenacht te zijn, een geschenk onder couvert aan. Bij den verbouw van „Kenne- rmeroord" bij Haarlem, is, naar de ,,Opr. H. Ct." meldt, voor den dag gekomen 'n roode steen, waarop het volgende staat gebeiteld: Het soheyt van de Duyne van Heemstede ende vant Gasbhuys binnen de Qtadt Haarlem 1651. Deze steen is aan de wegzijde weer in den muur ingemetseld en daardoor is eene aardige herinnering aan lang vervlogen tijden bewaard gebleven. 't Woord „Soheyt", verklaart de „Opr. H. Ct." beteekende en wordt nog wel als zoodanig gebruikt: „grensscheiding". In het jongste nummer van den „A. N. D. B." deelt de heer Henri Polak mede, dat het iesultaat der inschrijving onder de diamantbewerkers voor steun aan de Russische arbeiders uiterst poover is geweest. Er kwamen nog niet zooveel tien tallen guldens in als de voorzitter duizend tallen had verwacht. De heer Polak had namelijk gemeend dat de minste der 8000 bondsleden eon gulden zou hebben gegeven. In een hoofdartikel spooit hij hen thans tot grootere mildheid aan. De stranding van de „Alba". Men aohrijft uit Zandvoort aan hot „Eb ld.": Donderdagmorgen i<s door den burge meester dezer gemeente van de firma W. Ruys en Co. t© Amsterdam een bedrag van ƒ750 ontvangen bijeengebracht door de equi page van het gestrande stoomschip „Alba" aangevuld met een aanzienlijke gift der reederij. Het bedrag is toegezonden om ver der te worden verdeeld onder de beman ning van de reddingsboot alhier en van die te Noordwijk. Zooals bekend is zijn door vie reddingsboot van hier 3 tochten naar het gestrande schip ondernomen en door die van Noord- wijk twee. Door den burgemeester ie daarom aan de bemanning van de icddingboot van Zandvoort 3/5 gedeelte en aan die van de Noordwijksohe reddingboot 2/5 gedeelte ge geven. Het berging8vaartuig „Stier" heeft een deel van het water uit de ,,Alba" gepompt. Vijf vaartuigen met lading uit het stoomschip zijn te IJmuiden aange komen. Het weer i« thans te ruw. De wind Z. W. en er is te veel zee om langszij te kun nen liggen. Alle vaartuigen, die bij het •chip lagen zijn te IJmuiden in de haven gekomen. De ,,N. Arnh. 01." schrijft: Ver leden week Woensdag bekeurde de politie te Arnhem zekeren M. en zekere vrouw D., die van een bouwland aan den Apeldoorn- sohen weg aldaar prei, aardappelen en an dere veldvruchten wegnamen. Deze diefstal is blijkbaar uit Qooddruft gepleegd en waarschijnlijk zal ook geen vervolging tegen de beide personen wor den ingesteld, wat ook niet door de eige naars van het gestolen© wordt verlangd. Het door de politie ingesteld onderzoek heeft hoogst droevige omstandigheden aan het Licht gebracht. Men oordeele: M. ver toefde met zijn gezin bestaande uit vrouw en ze® zeer jeugdige kinderen ongeveer 14 dagen te Arnhem in een zeer armoedige woning aan de Rietsteeg. Vóór dien tijd reisde hij in een woonwagen versohillende gemeenten af. Wellicht herinnert men zich nog een bericht, waai in werd melding go- maakt van een woonwagen, die in zeer bouwvalligen toestand op den Westervoort- schen dijk stond. Deze wagen behoorde aan M. Het Burgerlijk Armbestuur zorgde voor herstelling van het voertuig, doch spoedig werd het weer defect en moest M. een woning zoeken, die hij in de Singel- steeg vond. De man is atoelenmattei van beroep, in drie weken tijds heeft hij geen andere inkomsten gehad dan 65 cents, op één dag verdiend. Hoe de toestand in de woning is, laat zich moeilijk beschrijven, maar hij ia Allertreurigst: de kinderen half gekleed, geen bed om op te slapen, bet geheok, huisraad, bestaande uit een kachel, een oude tafel en een twee defecte stoeien. Ook gistermorgen was er geen Voedsel in huis. De vrouw D., die met M. is aangehouden, woont in de Rietsteeg, en voorziet in haar onderhoud met het maken van papieren bloemen. Met de Bdbamele inkomsten daarvan ondersteunt zij eenigszins het gezin van M. Doch ten slotte had zij zelve niets meer. Met M. ia zij Woensdag een week geleden uitgegaan en heeft, om wat voedsel voor 't gezin te verkrijgen, met hem wat veldvruchten weg genómen. Het Burgerlijk Armbestuur heeft het gezin wat negotie gegeven, om het wat te steunen, maar dat is niet vol doende. Geconstateerd is, dat er geen ateike drank wordt gebruikt. Omtrent do aanhouding te Aru- hean van een 16-jarigen Duitscher, Woens dagavond wordt nog gemeld: Daar de hou ding van het jongmonsch eenigszins ver dacht voorkwam en hij geen papieren bij zich had, leidden de rechercheurs hem voor den ■waarnemendj commissaris van politie. Bij fouilleering bleek dat hij een nieuw ge laden revolver met een doos patronen, een nieuw dolkmes, een nieuw gouden horloge met dito ketting en eenig geld bij zich had, benevens een nieuwen koffer. Toen de jongen werd ondervraagd, be weerde bij op reis te zijn naar een oom in Amsterdam, doch kon diens adres niet opge ven. Echer' bleek, toen hij wat scherper werd verfioord, dat hij j.l. Maandag te Gotha voor zijn patroon een rekening van pl. m. 200 marken had moeten innen, hetgeen hij gedaan had, doch met het geld er van door was gegaan in de richting van Amsterdam. Behalve de genoemde voorwerpen had hij zich een nieuw pak aangeschaft, en had van het geld ongeveer 10 over. Hij wordt ter beschikking van de justitie gesteld. Te Zwolle is gisterochtend ge vankelijk binnengebracht zekere J. D koopman te Zwartsluis, verdacht van het vervaardigen van valtohe munt. Eenigo valecho guldens en enkele primitieve werk tuigen werden bij hem gevonden, terwijl ook verzilverde halve centen en center in be slag werden genomen, blijkbaar bestemd om als dubbeltjes en kwartjes te worden aan den man gebracht. Do wereldberoemde boekhan delaars-firma Brockhaus, te Leipzig, viert dit jaar (4 September) haar honderdjarig bestaan. Sedert 1816 is zij te Leipzig gevestigd, en vroeger gedurende 0 jaren, te Altera. Haar oorspronkelijke plaats van oprichting was Amsterdam. In boekhandel-kringen wil men er een groot feest van maken. Op de lijnvan de „B righton and 8outh CoastrRailway" in Engeland, loopt een trein, die geheel verlicht wordt met gasgloeilicht, zeer tot voldoening van de passagiers, maar ook van de spoorweg maatschappij. Het licht is veel schitterender dan dat, waaraan de passagiers gewoon waren, ter wijl de Maatschappij een besparing in gas geniet, want terwijl de oude branders 1 kub. voet per uur verbruikten, verbruiken de nieuwe slechts 0.6 kub. voet per uur. Wetende, hoe teer de kousjes zijn, zou men allicht twijfelen of zij het wel kunnen uithouden bij zulk horten en stooten, als gewoonlijk in een trein plaats heeft, en of de onkosten van de gestadige vernieuwing van kousjes niet al de voordeden van de gasbesparing opslikken. Maar de mantels, die men gebruikt, zijn bijzonder voor het doel gemaakt van een taaie stof, die vol doende duurzaam is. Als een voorzorg tegen het geheel© uit gaan van het licht, als een kousje breekt, is elk kousje gesloten in een zakje van zeer fijn gaas, dat althans eenige fragmenten bijeenhoudt. De gehoele inrichting voor de gasverlich ting is geheel als die vroeger was, alleen wordt de toevoer van gas naar de bran ders eenigszins minder sterk gemaakt dan met het gewone gaslicht het geval is. tot plaatsing op de De BURGEMEESTER der gemeente Lei- lden Gelet op de wet van den 7dcn September '1896 (Staatsblad No. 154) laatstelijk gewij zigd bij do wet van 8 December 1900 (Staats blad No. 208), tot regeling van het kiesrecht •n de benoeming van afgevaardigden ter Ecr- rte en Tweede Kamer 'der Staten-Generaal Noodigt de mannelijke inwoners der ge meente, di© den leeftijd van 25 jaren vóór of op den löden Mei a. s, zullen hebben bereikt, uit, om: lo. zoo zij in een andere gemeente over het laattt verloopen dienstjaar in een der rijks directe belastingen zijn aangeslagen, f wat do grondbelasting betreft in een andere gemeente, of in meer gemeenten te zamen tot een bedrag ^an ton minste één gulden, daarvan door overlegging der voor voldaan geteokendc aanslagbiljelten of door den rijks ontvanger gewaarmerkte duplicaten vóór den löden Februari a .8. te doen blijken; 2o. zoo zij in de grondbelasting wegens onroerende goederen cener onverdeelde nala tenschap zijn aangeslagen doch hun naam niet is vermeld bij den aanslag in het kohier mits hun aandeel in dien aanslag ten min ste één gulden bedraagt daarvan vóór den 15den Februari a. a aangifte te doen onder overlegging van het aanslagbiljet of door den ontvanger gewaarmerkt kosteloos af te geven duplicaat daarvan, een opgaaf van het aandeel in don aanslag en de noodige bescheiden ten bewijze van het gemeenschap pel ijk bezit. De bij sub 1 en 2 bedoelde aanslagen moe ten loopen over het laatstverloopen dienst jaar en betreffen de grondbelasting, de ver mogensbelasting, de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten of een of meer der vijf eerste grondslagen van de pcrsonecle belasting, zooala die is geregeld bij de wet van 16 April 1896 (Staatsblad No. 72). Bierbij wordt opgemerkt dat de aanslag der vrouw in de rijks directe belastingen voor haar rnan geldt, die van minderjarige kin deren wegens goederen waarvan hun vader het vruchtgenot heeft, voor hun vader, ter wijl ranslagen in do rijks directe belastin gen, waarvoor eerst nk 31 Deoember van het laalrtverloopen jaar een aanslagbiljet is uit- gereil:; buiten aanmerking blijven. zoo zij niet overeenkomstig het bepaal de sub 1 of 2 zijn aangeslagen doch voldoen aan een der hieronder volgende voorwaar den, worden zij uitgeuoodigd daarvan aan gifte te doen ter Secretarie dezer gemeente vóór cicn 15dcn Februari a. s. als: a. dat zij als hoofden van gezinnen of als alleen wonende i ersonen op den 31 sten Januari sedert den lsten Augustus van het vorig jaar hebben bewoond, Krachtens huur, seen huis of ecu gedeelte van een huis waar- 'voor met of zonder bijbehoorendon of in huur gebruikten grond of lokalen en bijge bouwen, niet tor bewoning bestemd, de wer kelijke huurprijs, per week berekend, ten minste heeft bedragen de som 1,75 of wel achtereenvolgens in dezelfde gemeente, 2 .zoodanige huizen of gcdeelto van huizon, of, krachtens eigendom, vruchtgebruik of 'huur eenzelfde vaartuig van ten minste 24 kubieken meter inhoud of 24000 K G laad vermogen. Hierbij wordt opgemerkt dat huur ook verschuldigd kan zijn in den v.,rm van contributie aan een coöperatieve bouw- vereeniging, en dat geen aftrek van huur 'plaats heeft wegens het verschuldigde voor gas- of waterleiding, ingeval dit in den "huurprijs is begrepen. Bij deze aangifte, wat huur betreft, moet worden overgelegd een opgaaf zoo mogelijk t aanduiding van straat en nummer, van hot huis of gedeelte van het huis, of wel, hgeval van een verhuizing, van de huizen of gedeelten van huizen met of zonder bij- behoorenden grond cn lokalen en bijgebou wen, niet ter bewoning bestemd, door den belanghebbende van den lsten Augustus van „Omdat het zoo onwaarschijnlijk is, dat Iemand door zijn intieme vrienden voor een genius gehouden wordt." „Zeide ik, dat ik hem voor een genius hield Dan drukte ik mij verkeerd uit. Uat doe ik niet. Feitelijk is hij likwijis maar ter wille der naastenliefde, zal ik daar maar over zwijgen. Maar, ik bewonder zijn boek. En om volkomen oprecht te zijn ik verwonder mij voortdurend hoe hij ooit zoo iets goeds heeft kunnen schrijven." Do Duchosaa glimlachte verstrooid. „Wol", zeide zij nadenkend, „laten wy aannemen, dat hij gelukkige oogeoblikkeu heeft, of misschien is hij tweezijdig; een ander voor de woreld en een ander als hij schrijft. Maar u duidt vaag zijn fputeo aan en durft niet zeggen, dat u iets tegen hem hebt. Voor een oud vriend is dat toch zeer natuurlijk; u heeft mijn nieuwsgierigheid opgowekt. Wat mankeert er bij hem aan? Is hij pedant, bijvoorbeeld?" „Wat er aan hem mankeert?" zeide Pe ter. „O, dat zou ©ou te lange en te droevige geschiedenis zijn Als ik hem schilderde zoo- wcenen en u zou moeten verbieeken van «Ja hy waarlyk is, zou ik moeten blozen en «chnk. Hy heeft zoowat iodore zwakheid, om nog van ondeugden niet te spreken dia een man kan bezitten. Maar pedant... laai eens zien. Hij deelt mijn eigen hooge opinie tover zijn werk, denk ik, maar ik geloof niet, dat men hem pedant kan noemen. Hij het laatstverloopen tot en mot 31 Januari van het loopende jaar bewoond, en van den gedurende hetzelfde tijdperk in huur ge bruikten grond alsmede van het bedrag der huurprijzen en van do namen en woonplaat sen der verhuurders, en wat het vaartuig be treft, een opgave van den naam van het vaartuig, van den inhoud of het laadvermo gen, van den rechtstitel, krachtens welken bet is bewoond en, ia deze huur, van naam en woonplaats van den verhuurder. I>cze aaugilte beliocft niet te ge schieden door hen, die krachtens ten vorlgen jare gedane aangifte op de loopende kiezerslijst voor komen eai nog hetzellde hals of een gedeelte van hetzellde bals of lietzellde vaartuig bewonen, maar wel door hen, die sedert I Angustns des vorigen jaars een ander huis oi gedeelte vau een huls of een vaartuig zijn gaan bewonen. b. dat zij op den 31sten Januari sedert den lsten Januari van het laatstverloopen jaar achtereenvolgens bij niet meer dan 2 personen ondernomingen, openbare of bij zondere instellingen in dienstbetrekking of als inwonend zoon in bet bedrijf of beroep der ouders werkzaam zijn geweest en als zoodanig over dat jaar een inkomen hebben genoten van 450 of 362.50 met vrije wo ning of inwoning of van ƒ150 met vrijen kost en inwoning, of van ƒ237.50 met vrijen kost, of dat zij op den lsten Februari in het genot zijn. van een door een onderneming, openbare of bijzondere instelling verleend pensioen of verleende lijfrente van gelijk be drag; met dien verstande dat voor hen, die in beide gevallen verkeeren, zoo noodig, ter be reiking van het vereischte bedrag, het inko men, het pensioen en de lijfrente worden samengeteld. dat ten aanzien van vrijen kost, geen re kening wordt gehouden met den Zondag of algemeen erkende christelijke feestdagen of voor zooveel Israëlieten betreft, met den Sabbat, dat indien de aard der werkzaamheden in een bedrijf medebrengt dat zij in den regel een gedeelte van het jaar niet worden uit geoefend, ter berekening van den tijd ge durende welken iemand in dienstbetrekking is geweest, de tijd wordt medegeteld, gedu rende welken de werkzaamheden, waarvoor hij in dienst is, hebben stil gestaan, ook indien gedurende dien tijd de dienstbetrek king tijdelijk was opgeheven; dat indien in do plaats van het inkomen een tijdelijke ongcvollenrente wordt genoten, deze zoolang zij wordt genoten, in rekening wordt gebracht tot een bedrag gelijk aan het normale loon en dat het inkomen, het pensioen of de lijfrente der vrouw geldt voor den man en dat van de inwonende minderjarige kinde ren voor do helft voor den vader. Hierbij moet worden overgelegd een op gaaf van den aard der dienstbetrekkingen van den belanghebbende, van naam en woon plaats van de personen bij wie, van naam en plaats van vestiging der ondernemingen of der bijzondere instellingen, of van den naam der apenbare insb..'.ingen, waarbij hij tot cn met den 31 sten Januari van het loo pende jaar in dienstbetrekking was, en van de omstandigheid dat het door hem over het laatstverloopen jaar in dienstbetrekking genoten inkomen, met of zonder genot van pensioen of lijfrente, het gevorderd bedrag van ƒ450 ie bereikt, vrijen ko6t en vrije wo ning, voor zoover genoten, inbegrepen. Door den inwonenden zoon, die plaatsing op de kiezerslijst vraagt op grond van het werkzaam zijn in het beroep of bedrijf der ouders, moet worden overgelegd een opgaaf van den naam zijner ouders, vader of moe der, van het door hen uitgeoefend bedrijf, van de werkzaamheden, die' hij daarin ver richtte, van het daarvoor over het laatst verloopen jaar in geld genoten inkomen, bonevens van vrijen kost cn vrije woning, voor zoover genoten. Voer het geval dat plaatsing op de kie zerslijst wordt gevraagd op gro. 1 van het genieten van pensioen of lijfrente moet wor den overgelegd een opgave van naam en plaats van vestiging der onderneming of der bijzondere instelling of van den naam dor behoort in alle geval tot die bescheiden li teraire minderheid, die niet bij zichzelf van zichzelf denkt, dat er een nieuwe Sha kespeare is opgestaan?" „Een nieuwe Shakespeare 1" verwonderdo zich de Duchessa. „Meent u waarlijk, dat de meeste literaire lui dit van zichzelf den ken V' „Ik ken er misschien drie, die het niet denken", antwoordde Peter; „maar bij een er van maakt dit niet veel verschil." „Hij denkt, dat hij een niouwe Goethe is". „Hoe onuitsprekelijk, onmogelijk dwaas 1" lachte zij. „Ja, dat vond ik eerst ook, maar later raakte ik er aan gewoon. Later begreep ik, dat het een gewoon normaal verschijnsel in bet literaire temperament is. Wanneer ge een auteur ontmoet, kunt gij er ©ven vaat op aan, dat hij di© eigenschap bezit, als dat go bij oen kat veronderstelt, dat zij een staart bezit." „Ik dank u wol voor uw inlichting. Ik zal er om denken bij den eersten auteur, dien ik ontmoet. Maar, in dat geval, is uw vriend Felix Wildmay zooveel als een staart looze kat. „Ja," zeide Peter lachend, „als het u zo*, opneemt, is hij dat". Ook de Duehe&sa lachte en er was even stilte. Boven hun hoofd ruischte een heel zacht windje in de boomtoppen. Hier en daar klonken vogelstemmen als regendruppels na een stortbui ec hat koele gamurmel van het water zong altijd voort. De zon, door het dichte bladerendak dringend, wierp op al len een groengouden schijn. De lmcht was warm en vol bloemengeur. Over het meer lag een dunne gryze sluier, waardoor aag zijn saffierblauw heenschemerde. Ver weg, aan den horizon, leek de Monte Sfiorito een vaag schaduwueeld van zichzelf, een vreem deling zou het voor een drijvende nevel wolk kunnen houden. „Weet u wel, dat het een bijzonder mooie namiddag is?" vroeg de Duchessa. „Ik heb duizend redenen om hom bijzon der mooi te vinden", waagde Peter met een kleine, veelbeteekenende buiging te zeggen. Even gleed er een begrijpend en niet- kwalijk nemend lachje over het gelaat dei Duoheesa. Maar zij ging dadelijk onbevan gen voort: „Weet u wel, viat ik u uw rivier benijd? Wij zijn op het kasteel er te ver af. Is het geruisch er van niet heerlijk En de kleur, hoe komt zij aan dio wonderbare kleur 7 Ie het groen Is het blauw En de diamanten op haar oppervlakte 1 Zie eens, hoe zij glinsteren. „Weet u," vroeg zij, „wie de bezitster dezer onschatbare juwcelen is?" „Ik denk de vrijvrouw© van dit domein", antwoordde Peter. „Neen, neèn," zeide zij, glimlachend het hoofd schuddende. „Undine. Het zijn de juweclon van Undine, haar halssnoer en diadeem. Geen aardscho vrouw heeft zulke diamanten in haar juweelenkistje. Zie ec ec«a naar, zie oens naar die langa enoo- rea, hoe zij een oogonbUk glinsteren en dsm wegzinken. Undine cn haar jonkvrou wen spelen er mode onder water. Da-aroven ik een witten arm." „Ah 1" zeide Peter, nadenkend knikken de; „dat is wat men noemt een „zieners blik". Maar het spijt mij, dat Undine zoo dartel is. Ik hoopte, dat zij nog altijd knar ©ngehikkige liefde beweende." „Wotl Voor dien akeligen, koelen Duit scher, Hildebrandt heette hij immeis?" riep de Duchessa. „Neen, neen 1 Lang ge leden heeft zij daarover leereo lachen als over een dwaasheid harer jeugd. Maar wij dwalen af. Ik wïlae terugkomen op „een man van wooiden." Vertel mij eens, wat waardeert u er wel het meeste in „Ik waardeer er alles in," zeide Peter stoutweg; „den stijl, het onderwerp, den opbouw, de geestigheid, den humor, het gevoel er van, den tekst en de omgeving, het papier, waarop het gedrukt is, de let ter en den band. Maar boven alles waar deer ik er de heldin van Pauline de Fleu- rièree in, naar ik denk de parel der vrou wen, de geesi.gste, beminnelijkste, de be geerlijkste. En ik vind haar ook zeer vrouwelijk. Ik kan mij haar niet denken als loutere verbeelding, als een schaduw op het papier. Ik denk aan haar als aan een wezenlijke, levende vrouw, die ik ont moet heb. Ik kan haar op het oogenblik voor mij zien; ik zie hour oogen, geheim zinnig en ondeugend; heur aardige kleine tandjes, wanneer zij glimlacht, heur haar, heur handen. Ik kan bijna den geur van kleederen ruiken. Ik ben geheel door haar betooverdik zou duizend dwaasheden voor haar kunnen begaan." „Goede Hemell" riep de Duchessa, „dat noem ik er mede dwepen." „Het boek heeft zoo weinig bewonde raars, dat die weinigen in kwaliteit moe ten good maken wat zij in kwantiteit mis sen", zeide hij. „Maa> waarom, waajom zijn er zoo wtmig?" vroeg zij. „Als het boek zco mooi is, als u zegt, waaraan Bchrijft u dan *ipa onpopulariteit toe?" „Het moet wel onpopulair zijn," zeide hij„het heeft de noodlottige gave der sohoonheid." „Is sohoonheid een noodlottige gave in kunstwerken V' „Zeker, voor het groot© publiek. Het groot© publiek is blind voor alle schoon heid." Zij lacht© weer en zag hem nadenkend aan. „En dat zou do reden zijn waarom een man van woorden geen suoces heeft?" „Men zou evengoed aan Francois Vilion Ooster8che paarlen kunnen voorzetten." ,,U zijt nu juist niet zeer vleiend." Hij keek verbaasd, verschrikt. „Niet? Waarom niet? Wat heb ik ge daan?" „U heeft nog niet eens gevraagd, wat ik van het boek in kwestie denk." „O, ik ben er zeker van, dat u het mooi vindt," zeide hij dapper. „U heeft den zie nersblik." „Wel, er van bondon is een te algemee- ne uitdrukking. Misschien brand ik wel van verlangen, zeker iemand te zeggen wat ik er van denk." Zij zag hem aan en lachte weer. „Als dat zoo is, weet ik iemand, dia brandt van verlangen naar u te luiste ren,zeide hij. „Wel, ik denk, ik denk," zeide zij., „Maar het zou te laat worden, wanneer ik mijn gedachten onder woorden bracht. Een anderen dag misschien." Zij gaf hem een goedgunstig knikje en^ was het volgende oogenblik verdwenen. Peter haai na met s&amgeklemdto vuisten, (Wordi vcnolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 17