No. 13743.
LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG 10 DECEMBER. - VIERDE BLAD.
Anno 1904.
Tweede Kamer.
De voorgestelde regeling van het
arbeidscontract.
FEUILLETON.
De Million®air.
(Vervolg der litting van Vrijdagnamiddag.)
Do heer Smoongo maakt eenigo op
merkingen omtiont den toestand, waarin
Landbouw on schipperij ten onzent zich be
vinden. Do landbouw is vooruitgegaan,
maar het gemis aan goed landbouwonder
wijs doet zich nog steeds gevoelen.
Omtrent do scheepvaart geldt nog wat
spreker het vorig jaar heeft gezegd, Dczo
tak van bodiijf is nog altijd kwijnend.
Men vraagt afschaffing van watcrtollon,
aanmoediging van het massaal goederen
vervoer (beetwortelsuikcr, enz.), afschaf
fing van onrechtmatige bevoorrechting
van spoorwegop, betcie en snellere berech
ting van geschillen, invoering van normale
spoorwegtarieven, enz., enz. Niet al dczo
wenschen onderschrijft do heer Smecnge;
hij vraagt evenwel een commissie van on
derzoek.
Do heer H u b i echt wijst op do zin
snede in de jongsto Troonrede nopens den
toestand van handel, nijverheid en scheop-
\aarb, welke toestand niot gunstig wordt
genoemd. Maar hij rioht zich tegen het
noemen van een der oorzaken: do bescher
ming oldeis. Spreker vraagt, of handel en
nijverheid hier te lande niet ook veel heb
ben geprofiteerd van de elders bestaande
bescherming. Uitvoerig tracht do heer Hu-
brecht met cijfora aan tc toonen, dab, wan
neer do genoemde zinsnede in de Troon
rede dienen moest om do protectionistische
plannen van den Minister van Financiën
te verdedigon, deze verdediging niet op
gaat.
De heer De Boor waarschuwde tegen
de iovooring van protectie op grond, dat
deze op het platteland allee®, zou ten goede
komen aan de grondeigenaars, daar de
landrente er kunstmatig door in do hoogte
zou worden gedreven, zonder dat do pach
ter er iets aan zou hebben, behalve, dat hij
duuider te betalen heeft voor zijn onder
houd.
Do heer Do Klerk zal eon punt bespre
ken, dat niet in het afdoolingsvorslag staat 1
den minderen oorbied tegenover het Hoofd
van den Staat, aan don dag gelegd door
bet Gemeentebestuur van Eindhoven. (Ge
lach). De Hervormde predikant wa3 de
eonigo notabole, -die niet genoodigd was
aan hot diner ter eere der Koningin, toen
Zij Eindhoven bezocht. Wol zaten daar aan
do deken en do chef der marechaussees. (Ge
lach). Die predikant beeft zich toon tot
H. M. gewend met een adres, waarin hij
protesteerde tegen die handelingen, waar
door hij niot had kunnen instemmen in de
jubolkroten der bevolking. (Gelach).
Waar do Koningin krachtens haar ge
boorte is lid van do Hervormde Keik (Ge
lach) de heeren lachen, maar ik wil
het toch zeggen.
Do Voorzi tfcor zegt, dat eenigo leden
waarschijnlijk Lachen, omdat zij wenschen
te weten de strekking van dit betoog. Het
zal toch niet in do bedoeling van den heer
De Klerk liggen de Rogeeiing verantwoor
delijk to stollen voor eenigo invitaties van
een Gemeentebestuur. Waarschijnlijk is
daarom ook die opmerking niet in het ver
slag opgenomen.
De heer De Klerk zegt een vraag te
willen richten tot do Regceiing: Welke re
den heeft hot Gemeentebestuur van Eind
hoven gehad om H. M. niet to doen ont
vangen door den Hervormden predikant?
Dit Christelijk Kabinot behoorde meer to
waken voor do belangen van bet Hoofd van
den Staat. (Luid gelach) En waar in het
Zuiden vaak zoo zondoiling wordt omge
sprongen met do belangen der Hervorm
den, had men dubbel voorzichtig moeten
zijn. (Gelach.) Wie zijn het dus, dio staan
voor do belangen van de Kroon al8 het er
op aankomt: de christelijke anti-revolution-
nairo staatslieden of liboraJent Gelach).
Spr. behandelt voozta den toestand van
handel en nijverheid, die ook spr. niet zoo
onbevredigend acht. Wat de sociale wetge
ving betreft, is spr. het eens met den heer
Staalman, dat do Rcgecring op dit gebied
niets gedaan heeft, doch hij komt op tegen
diens pogen om de Regeering te overtroe
ven dooi steeds te spreken van God Al"
machtig. Dat do Memorie van Antwoord
den naam van God niet noemde, zooals de
heer Staalman klaagdo, acht spr. juist
good: men gebruike Gods naam niet ijdel
in ccn politieke vergadering.
Naar aanleiding van hetgeem do heer
Staalman hom toevoegde, dat hij slechts een
nietig schepsel is tegenover God, merkt
spi. mot allo boschoidcnheid op, dab God
is een geest (Gelach) cn dat hij niet in
staat is een of meer geesten uit deze ver
gadering to verwijderen. (Hilariteit) Doch
is spr. een nietig schepsel tegenover God,
de lieer Staalman is dit ook cn diende te
genover God zijn tong wat meer in toom te
houden. Het is beter hier to spreken ovor
sociale wetgeving dan over liet al dan
niet bosbaan van een God.
Do Voorzi ttor morkt op, dat "nog
eenigo sprekers zijn ingeschreven, die gaar
ne ook nog wat zouden willen zeggen.
Do heer Do Klerk zegt, dat de Voor
zitter Donderdag heeft toegelaten, dat een
6prekcr om half vijf oindigde, toon andoro
leden wegliepen.
Do Voorzibtor verzoekt don heer Do
Klerk voort to gaan.
De heer Do Klerk: Dan moot u mij
niet in do lede vallen.
De V oorzitter verzoekt dan hoor Do
Klerk die woonden in to trokken. Hij
roept hem tot de orde.
Do heer Do K 1 o r k tiekt alsnu dio
woorden in en bcJiandolt ten slotte do voor-
stollen tot Grondwetsherziening.
Do heer De Savornin Lohman acht
hot antwoord, door do Rogcering gegeven
op de opmerking dat leden van do Regeo-
ring optreden in politieke bijeonkomston,
aan eonigc bedenking ondorhovig. Immers
•do poeitio van eon Ncderlandsoh minister
is een andoro, dan dio van b.v. een Engelsoh
minister.
Ook moeten bonoomingon vooral on afkan-
lijk blijven van godsdienstige gezindheid,
behalve wanneer heb enkele zeer speciale
betrekkingen goldt (b.v. die van commit sa-
ris van do Koningin in een provincie.)
Do beschuldiging omtrent do Rijksverze
keringsbank is spreker kcoft het ge
ïnformeerd geheel valsoh.
Hot stuk uit ,,Do Standaard" van 1894
h later door den tchrijvor zelf betreurd.
Spreker on do zijnon zijn wol degelijk
ook democratisch, doch daarom nog niofe
voor algomeon stemrecht. Zij achten alge
meen stemrecht immers nadeclig, óók voor
die klasse, die do vrij zinnig-democraten
vooral wEIon beschermen.
Waar is hot dat dominee en pattoor in
de huizon gaan, om 'de ouders aan te spo
ren hun kinderen niet te zenden naar do
openbare school, maar niot waar is dab
daarom dc kinderen worden opgevoed in
'den geest van onverdraagzaamheid.
Do heer Sohaper trad in een vergelij
king tusschen het kamerlid Kuypcr cn den
Minister Kuyper op tooiaal gobicd; liij
klaagde over liet langzame worken dezer
Regeering, ondanks do volgzame meerder
heid. Hij zag in het wetsontwerp tot lots
verbetering der postbeambten een stembus-
manoeuvre. Spr. verdedigde do socialLfci-
tcbo partij tegen het verwijt van obstructie
to voeren cn begaf zich in een zeer urt\ vo
rige critiek op elk punt van het rogeo-
ringtholeid.
Men is met het Kabinet door dik en dun
medegegaan bij do Drank wot. Do heer Loh
man sprak dezelfde critiek uit als «spr.,
toch stemde hij voor. Do lieer Heemskerk
acht kiesrecht niet goed, omdat do sociaal
democraten dan tc veel maaht krijgen. Hot
vertrouwen van dc rcohterzijdo in het volk
if dus org achteruitgegaan. De heer Loh
man erkent zelf cynisch, dat in 1894 dr.
Kuypcr meer kiezers noodig had. Het zal
spr. verwonderen of dr. Kuyper die vvrldv-
ring van zijn veranderde houding zal aan
vaarden.
Waar moet het gold voor de lier rormiugcn
vandaan komen? is herhaaldelijk dooi do
rechterzijde gevraagd. Dr. Kuyper beweer
de vroeger zei fa 26 millioen noodig tc heb
ben. Maar dit Kabinet weet ook niet boo
hot geld moet gevonden wordja voor dio
hervormingen. Do arbeiderspensionneering
heette rccLamo onder het vorig Kabinet.
I.
Onder de wetsontwerpen, reeds geruimen
tijd geleden door do Regeering bij de Star-
ten-Genoitoal aanhangig gemaakt, is er
een, zóó belangrijk, dat wij het reeds lang
zouden, besproken hebben, ware het niet,
idat de politieke omstandigheden de behan
deling van dat voorstel eenigen tijd gele
iden min of meer onzeker maakten.
Nu door do gewijzigde samenstelling der
Eerste Kamei die omstandigheden veran
derd zijn, behoeft niets ons langer van
SOoJanigo beschouwing terug te houden.
Wij hebben bet oog op het ontwerp, hou
dende wijziging en aanvulling van die be
palingen van het Burgerlijk Wetboek, welke
betrekking hebben op den huur van
dienstboden en werklieden.
Dat de huui van werk en diensten, ook
jvtI eens het dienstbodenrecht genaamd, is
geregeld op een wijze, in het geheel niot
aanpassende bij do omstandigheden van
den tijd, ie vrij natuurlijk. Dio regeling
toch had plaats in het begin dor 19do eeuw
©n wol in navolging van het toen bestaande
Fransche reoht. Zij is zoo eenvoudig moge
lijk en slechts bruikbaar vooi de meest aJ-
ledaagsohc gevallen. Destijds en nog lang
daarna leverde dit geen bezwaar op. Yan
groote werkplaatsen en fabrieken, waarin
de verhouding tusschen den werkgever en
ide weiklieden een geheel andere ia of kan
rijn dan die tussohen den meester of de
jneesteres en zijn of haar dienstboden, of
•tusschen den kleinen werkbaas en zijn ge-
Ballen, was toen nog geen sprake. De ons
mu welbekende quaoeties over loon en ar
beidsduur en andere punten, kwamen niet
Voor en van werkstakingen hoorde men
pooit.
Dat do toestanden veel en algemeen ver
anderd zijn, is ons allen bekend. Het
waardojor idoet eigenlijk niets tot de
zaak; want de wetgever heeft rekening te
ihouden met de feiten en de producten van
den wetgevonden arbeid behooren zich bij
idie feiten aan te sluiten.
Terwijl do regelen van het Burgeilijk
Wetboek in de eerste plaats geschreven zijn
Voor hen, dio huiselijke of persoonlijke
diensten verrichten, moet een wet op het
I arbeidscontract in hoofdzaak hen omvat-
ien, die, in dienst van een fabrikant of
an dei en werkgever, met anderen te zamon
in diens inrichtingen arbeid verrichten.
Men heeft sinds lang ingezien, dat do be
treurenswaardige misstanden in de ar-
boidswereld in hoofdzaak daarvan het ge-
tolg zijn, dat do verhouding tusschen beide
partijen zoo vaag kan wezen en meestal ook
fcis, dat men nimmer met zekerheid weet
'elke rechten cn verplichtingen van weers-
Hjdon bestaan. Het gemis van zekerheid
K>**dt telkens gevoeld. Contractbreuk, zoo
tir al van een oontract sprake is, heeft
j Ifti affelooa plaats on er is altijd gevaar
rV#1yov eigendunkelijkheid en willekeur.
*V^nJaar dan ook, dat er zoo dikwijls op
aangedrongen werd ,dat de wet toch in het
algemeen zou eischen een schriftelijk con
tract, zooveel mogelijk aangegaan voor be
paalden tijd; een oontract, naar zekere
'vaste wettelijke regelen en onder openhaar
toezicht opgemaakt; een contract, waarvan
de nakoming van Staatswege werd gecon
troleerd en door behoorlijke straf bep al in-
gen verzekerd.
Noch het ontwerp, door de voiigc Ro
gcering ingediend, noch dat indertijd op
verzoek der Regeoring opgemaakt door
den hoogleeraar inr. Druckei, noch einde
lijk dat van do tegenwoordige Regeering,
SS)
„Ja," zei Tottie koel, een beetje snibbig.
„Mag ik het weten?"
„Ik kan het u hier niet vertellen."
„Ik wou het toch giaag weten. Misschien
kan ik iets doen... Was het niet genoeg?"
Het was of er haat gloeide in haar blik,
terwijl zij scherp antwoordde:
,,'t Was te veel."
„Juffrouw Deified, ili zou graag weten..."
„Kom dan morgen een visit© brengen,
Bolton Row 57..."
Zij werden door do opdringende menigte
bij den uitgang gescheiden.
Den volgenden dag kreeg hij heb verhaal,
koel begonnen en eindigend in tranen. Een
lange geschiedenis met een simpel slot. In
korto woorden luidde die, dat Edward zijn
Tottie den bons had gegeven. Do honderd
'duizend pond, bestemd om haai geluk to
verzekeren, hadden het ondermijnd. Hot
geld wag Edward naar het hoofd gestegen
zeker geon al te stork hoofd en hij was
tot. de ontdekking gekomen, dat hij eigenlijk
met Tottie begeerde, maar een andore, wier
pigen fortuin waardiger paste bij het zijne.
Technischo moeilijkheden stonden niet in
.den weg, do som was onvoorwaardelijk over
handigd, om kieschheidsrcdencn, aan den
jongen man, niet aan het meisje.
Harold had, ondanks het snikken van de
Verhaalster, moeite, niet in lachen uit to
barsten. En hij was er niet in geslaagd,
j (woorden van troost te vinden, toen hij, na
gaan dien weg uit. De wet op het arbeids
contract zal, ook volgens het thans aan
hangige ontwerp, niet zijn wat velen wen
schen, geen sociale wet wezenmet
andere woorden geen wet, waardoor het
arbeidscontract een aangelegenheid wordt,
waarmede de Staat zich rechtstreeks in
laat.
Het bestaande stcfacl blijft dus onveran
derd. Het zoogenaamde dienstboden recht
blij 1 - een aangelegenheid van zuiver burger
lijken aard, hetgeen bobeekont dat, heeft
or eonig geschil plaats, de eene partij tegen
do andere op de gewone wijze in rechten
kan optreden of prooedeeren; een omslach
tige weg, die meestal zoo lang mogelijk
vermeden wordt en die vooral voor don
ondergeschikte aan groote bezwaren onder
hevig is; zoodat die weg om recht tc ver
krijgen, wel eens vervangen wordt door
andere en meer bedenkelijko wegen.
Hoewel hiervan zelve overtuigd, tracht
do Regeering, met behoud van het be
staande stelsel, in de leemten daarvan te
voorzien cn de verhouding tusschen patroon
en arbeider op betere grondslagen te ves
tigen.
In dit opzicht biedt het ontwerp ons te
leurstelling. Dat zonder mogelijke ver
andering van den grondslag van het recht,
een reeks van wettelijke voorschriften te
ontwerpen is, in staat om to voorkomen,
althans tot onbeduidende verhoudingen te
rug to brengen, die talrijko en gedurig te-
rugke erende storingen in den geregeld on
gang van het maatschappelijk werk, dio in
onzen tijd als hot ware aan de orde van
den dag zijn, en niot zouden kunnen voor
komen, waar de rechtsverhouding behoor
lijk was geregeld en van staatswege verze
kerd, wordt van verschillende, zeer be
voegde zijdon ten ernstigste betwijfeld.
Ook do instelling der arbeidsraden,
waarvan men zooveel verwachtte, heeft ge
heel gefaald en niets kunnen toebrengen
aan do bestrijding van het groote euvel van
onzen tijd, die bron van allerlei ellendo op
arbeidsgebied: do werkstaking.
Het göheele ontwerp aan een opzettelijke
bespreking te onderwerpen, zou ons te ver
voeren. Na het bovenstaande vooropge
steld te hebben, kunnen wij trouwens vol
staan met een schets van de beginselen en
hoof d bep al i ngen
In het algemeen moet daarbij worden op
gemerkt, dat het ontwerp betrekking heeft
op de zoogenaamde vaste werklieden, dus
niet op hen, die tijdelijk allerlei soorten
van diensten, tegen een telkens overeen te
komen loon verrichten. Het zou inderdaad
niet gemakkelijk wezen voor die zoogenaam
de losse werklieden bepalingen te scheppen,
maar wel behoort het o.i. het streven van
den wetgever te zijn, om te trachten het
daarheen te leiden, dat zooveel mogelijk op
het maken van vaste arbeidscontracten
wordt aangestuurd, en vooral, dat de
stelling van den vasten werkman in geen
enkel opzicht aan die van 'den lossen arbei
der gelijksoortig zij.
De Mlenioonslelling fe 's-Gravenbage.
Tn de zalen wn Het Kon'oklijk Zool.
Botanisch Genootschap te 's-Gravenhage is
gistermiddag geopend do Internationale
Tentoonstelling van Kookkunst, Hotelwo-
zon en Industrie, tot welko expositie de
Haagsohe koksvereeniging „La Résidence"
don eersten stoot gaf. Velo buitenlanders,
o.a. uit België, Duitschland, Frankrijk,
Engeland en de Vereeniga© Staten van
Noord-Amerika hebben bijgedragen tot een
flinke vertegenwoordiging dier Rijken.
Voornamelijk uit Belgfó zijn de inzendin
gen talrijk.
Trouwens over het geheel was de toe-
een kort en zenuwachtig onderhoud, afscheid
nam van het poppetje. Haar gevoel van
wrok tegen hemzelf vond hij niets vreemd;
hij aanvaardde het als zijn deel in de dwaze
geschiedenis.
Thuis vond hij twee brieven: een van Syl
via, dio haar thuiskomst aankondigde en
een dag bepaalde voor hun eerste ontmoe
ting; en een tweede met Duitsch postmerk,
die zeer zijn aandacht scheen te boeien.
Eenige minuten bleef hij in diep naden
ken; toen nam hij haastig een velletje pa
pier en begon te schrijven, een paar regels
slechts.
Hij plakte er een buitenlandsch postzegel
op en liet den brief dadelijk posten.
Hij scheen nu vrijer te kunnen ademhalen.
Den volgenden morgen, toen hij bij Agar
th.i kwam, misschien voor de laatste zitting,
zag zij dadelijk aan zijn gezicht, dat er iets
haperde.
„Scheelt er iets aan?"
„Weer een fiasco 1" zei Harold, uit zijn
humeur.
En hij vertelde de geschiedenis van Tottie
en Edward.
Agatha luisterde heel oplettend.
„Wat zegt u er van vroeg hij bitter.
„Ik vind, dat zij gelukkig ontsnapt is.
Zonder uw gift zou ze misschien niet ont
dekt hebben, van welk merk die Edward is,
eer het te Laat was. 't Geld heeft hom niet
tot ploert gemaakt, enkel hem ontmaskerd."
„Maar kan de gelegenheid niet evengoed
ploerten maken als dieven? 't Is altijd de
zelfde walgelijke geschiedenis: dat vuile geel
heet het edelste van alle metalen, en het be
derft alles, wat het aanraakt. Ik dacht, dat
mijn vader gek was, maar ik zie nu in, dat
hij gelijk had met de bewering, dat er geen
vloed van inzendingen zóó groot, dat de
groote en aangrenzende zalen van het
Dierentuin-gebouw Keel bezet zijn. Do
kookkunst spant dc kroon, geen wonder,
wanneer men weet-, dat aan deze expositie
wordt deelgenomen door dc meest beken-
oe firma's op het gebied van diners en ta-
felberciding en door dc bekwaamste werk
lieden van dit vak.
Ook do inzendingm vanwege dc depar
tementen van oorlog en marine zullen de
aandacht trekken.
De Koninkl. Neet. Zeemacht voert met
haar inzending de bezoekers binnen in een
gedeelte van een volkslogies (tusschcndeks),
waarin dagolijks gelegenheid zal worden
geboden tot het prooven van de middag-
schaf ting aan boord, bereid op dc gewone
scheep6manier, volgons tarief van den
dag. Kortom, men kan den aard en het
geheolo verloop der voeding aan boord gar
deslaan, ten einde zich te overtuigen van
do qualiteit van den mondkost, aan onze
Jantjes verstrekt.
Wat het departement van oorlog aan
gaat, het ingezondene geeft een volledigen
indruk van hetgeen door het Legerbestuur
voor liet materieel© wolzijn van onze mili
tairen wordt gedaan.
Zoowel beneden als boven gaan de bezoe
kers langs uitstal- en toonkastcn, py ra
ra idea van kcukonbonoodigahodon, voo-
dings- en genotmiddelenlangs de nieuw
ste koclkamers ook. De Koloniën zijn niet
vergeten en de Vereeniging Oost cn Weet
heeft er voor gezorgd, dat dc bezoekers een
beeld krijgen van het inwenöigo cener keu
kon van inlanders.
Een schitterende plaats nemen uliter
aard in de opgemaakte en versierde tafels.
De wandeling door do zalen v.al dagelijks
worden veraangenaamd' door concerten.
De jury voor de tentoonstelling ioos tot
haar algemcenen voorzitter den eer Ad. L.
Paulez, uit Brussel.
Do voorzitter van hot algemeen comitó,
de heer M. G. A. Wennips, sprak bij de
opening ee>n woord van welkom uit, dankte
allen, die tot het welslagen der tentoon
stelling handen bijgedragen en herinnerd©
aan de wordingsgeschiedenis daarvan, den
wensch der koksvereeniging ,,La Résidcn-
oo" om haar 12^-jarig bestaan met het
houden van deze tentoonstelling to vieren
on te toonen, dat ook ce kookkunst de
oudste van allo kunsten niet alleen niet
achterlijk is bij dio van andere landen,
maar daarmede openlijk in het strijdperk
durfde treden.
Daarna gaf de voorzitter het woord aan
den cere-voorzitter den oud-kolonel Van
Zuylen.
Kolonel Van Zuylen hield een korte toe
spraak waarin hij dank bracht aan de
leden der vorstelijke familie voor het schen
ken van medailles en in het bijzonder aan
den Prins dor Nederlanden voor het aan
vaarden van het beschermheerschap. Spr.
bracht vervolgens hulde aan do departe
menten van oorlog en marine voor hun
medewerking, zoomede aan de Vereeniging
„Oost en West". Als leek -egaf hij zich
niet in een booordeeling der tentoonstel
ling, maar hij meende de verwachting te
mogen uitspreken, dat het oordeel der be
zoekers gunstig zal zijn en de tentoonstel
ling als volkomen geslaagd zal worden be
schouwd.
Na in de Fransche taal het wolkom te
hebben toegeroepen aan de vreemdelingen,
hen dankend voor hun medewerking, ver
klaarde hij do tentoonstelling voor ge
opend.
De officieelc opening werd o.a. bijge
woond door kolonel Groenoijk, hoofdin
specteur van administratie bij het departe
ment van marine namens den minister
van marine; vanwege het departement van
oorlog door don majoor-intendant De
Meester en voorts door de Engelsche en
Japansch© gezanten, den zaakgelastigde
van Z. H. den Paus; den voorzitter van
de Kamer van Koophandel en den voor
zitter van het Haagsche Departement van
de Maatschappij van Nijverheid.
onomkoopbare menschen in do wereld zijn,
enkel goedkoope en dure. Laatst las ik,
dat geen overtuiging, hoe sterk geworteld,
stand houdt onder het gewicht van den
geldzak. Dat bracht mij op het idee, een
proef te nemen. Do sterkste overtuiging,
die ik ooit heb bijgewoond, was die van mijn
Duitschen meester, een verwoed anarchist,
die mij honderdmaal verklaard heeft, dat
hij bereid was duizend dooden te sterven
voor „de Zaak".
Ik schreef hem en bood hem hondord
duizend pond aan, als hij de gemeenschap
met zijn partij wilde afbreken. Hij mocht
denken wat hij wilde, maar moest zich ver
binden, nooit meer een iegol voor de propa
ganda te schrijven, noch zijn toestemming
geven tot het maken van een bom."
„En?"
„Gisteren kreeg ik zijn antwoord: een
verontwaardigde weigering."
„En dat haalt u aan als bewijs voor do
omkoopbaarheid der menschelijko natuur V'
„Wacht evenhet laatste woord is nog
niet gesproken. Gisteren, na Tottie's ver
haal, voelde ik de noodzakelijkheid iets te
doen, dat mij 't bewijs zou leworen, dat niet
allo menschen zoo laag zijn. Schmals brief
schjnk mij de gelegenheid. Ik sohrcef en
bood hem veel grooter som, indien hij af
stand wilde doen van zijn levenswerk. Ik
moest do menschelijke natuur nog een kans-
j geven."
„Hoeveel boodt u hem?"
„Een millioen pond sterling."
Geldsommen maakten op Agatha niet
zulk een overweldigenden indruk als op de
meeste vrouwen van de wereld; toch keek
zij hom verbaasd aan en het duurde een
poosje, eer ze sprak.
„Als hij werkelijk zoo overtuigd is, zal
een millioen evenmin tellen als duizend."
„Ik hoop het. Hij zal mijn eeuwige dank
baarheid oogsten door een weigering; want
dan zal hij mij er voor bewaard bobben, te
wanhopen aan het menschdom „en bloc"."
„U moet niet zoo boos kijken U lijkt niets
op uw portret, c-n u zult nooit er op lijken,
als u die bitterheid niet bedwingt. Kijk
eens."
Zij was naar den ezel gegaan, en Ha
rold kwam achter haar staan, aandachtig
kijken, minuten lang. Niet eiken dag ver
oorloofde zij hem, zich van de vorderingen
to overtuigen. In verscheidene zittingen had
hij het portret niot gezien.
„Lijkt dat op mij?" vroeg hij eindelijk,
half ongoloovig.
„Zoo zie ik n", sp-ak zij zacht; „doch
elk gezicht kan bedorven worden door wat
er in do ziel komt; en uw gezicht is in
gevaar."
„Kan hct u wat schelen, of ik het be
derf?" vroeg hij.
Ze stonden zoo dicht bij elkaar, dat zijn
schouder bijna haar aakte.
„Ja zeker."
„Om het artistieke?"
„Ja,"
„En anders niet? Niet om mijzelf?"
Zij had haar hand uitgestoken naar het
palet, maar op do een of andere wijze vond
die de zijne en werd vastgehouden. Harold
stond verbaasd over zijn stoutheid. Toch
worstelde haar hand niet om les te komen,
noch werden de oogen neergeslagen, hoewel
er iets i i blonk als vrees, terwijl een diep
rood het blecko der wangen verdreef.
„Zij heeft mij lief I..." Dat oude refrein
zong als ccn vogoltjo in hem, cn na dib
oogenblik wist hij, zonder eenigo twijfel»
dat hij haar liefhad.
Het ontwaken uit den droom was geko
men, maar enkel voor een tienmaal heer
lijker werkelijkheid.
Onstuimig bukte hij een weinig en zijn
lippen waren dicht bij het donkere haa
•dooh eer hij dat had aangeraakt, richtto
hij zich weer op# Er flitste iets in zijn her
innering: niets meer dan een stukje papier
in een lade van zijn schrijftafel thuis, ge-
teekend met den naam eener andere vrouw.
Dit was voldoende om hem te herinneren"
aan zijn ketenen.
En reeds morgen moest hij die vrouw
ontmoeten I
Met welk soort excuus hij het atelier had
verlaten, kon hij zich later nooit herinne
ren. Alleen wist hij, dat een minuut langer,
blijven onmogelijk zou zijn geweest zondof
een verrader te wordon.
XI.
Niot in eon wanhopige stemming daalde
Harold de drie trappen in Martin Streel
af, maar in een van brandend ongeduld.
Zijn geluk was niet vernietigd, enkel uit
gesteld. Hij kon n«atuurlijk zijn liefde niet
bekennen, noch bezit nemen van die, welko
hij gelezen had in Agatha's oogen, eer hij
ontslagen was van wat hij nu kende als een
onvorstandige ,onoverlegde verbintenis.
(Wordi vervolgd,