Een verkwistende Koningin. WekeltJksche Kalender. v op - met krantenanippers, zijn het num mers van het „Leidsch Dagblad," dan leze men ze eerst en legt gerust het hoofd er op neer. Zoo kan men op elk blad rustig slapen: de conservatief kan onbevreesd „Het Volk* gebruiken en „Standaard" en „Tijd" hoe fel ook als partijbladen, zullen geen tegen stander een slapoloozen nacht bezorgen. Zelfs een socialist zal, na genoten rust, „De Nederlander" roemen. ENVELOPPEN. Dit onmisbare artikel bij onze briefwis seling is nog volstrekt niet oud. De enveloppen werden in het jaar 1620 uitgevonden door den papierhandelaar Bre wer, te Brighton. Evenals zoovele andere practische kleine uitvindingen, was ook deze te danken aan ?een toeval. i De papierhandelaar maakte in zijn win- J kelkast een eigenaardige uitstalling, een py ramid© van opgestapeld papier, steeds klei- ner wordend van formaat. De blaadjes, welke het bovenste deel dier pyramide vormden, waren niet veel groo- ter dan visitekaarten en dat formaat, ei genlijk niet voor den verkoop bestemd, be- 1 viel het publiek buitengewoon. Het werd "mode brieven te schrijven op zulke kleine velletjes, in plaat-s van op de tot dusverre 'gebruikte groote vellen. Daarbij had men echter het bezwaar, dat de kleine vellen niet, als de groote, tot een brief gevouwen konden worden. Om nu dat bezwaar weg te ruimen, liet -•de papierhandelaar losse briefomslagen snijden, welke bij de kleine vellen pasten, en zoo waren de enveloppen uitgevonden. De nieuwigheid maakte zoo grooten op gang, 'dat Brewer na verloop van eenige weken twaalf leveranciers aan het werk 1 moest zot-ten om enveloppen voor hem te maken. T'hans is de fabricage van enveloppen een «groote tak van nijverheid, welke duizenden «werk verschaft en waarin millioenen wor- den omgezet. Twaalf Russische spreekwoorden. Eot den honig, dien ge kunt vinden; drink de vermouth, die ge niet kunt ver mijden. Als ge zegt, dat sneeuw vuil is, wat zult ge dan zeggen van roet? Zelfs een domme is vorstandog genoeg om een verontschuldiging te vinden. Toen de stem van den nachtegaal gepre zen werd, begon het karrep&ard te hinni ken. „Wat jammer, mijn mooie boot te ver liezen!" riep de veerman, toen hij met zijn passagiers verdronk. Als de gierigaard zijn - bosoh vorkocht heeft, wil hij ook zijn boomen verkoopen. De bijen verzamelen was en honig; de gierigaard vraagt, dat ze ook nog zijn mede zullen maken Kijk niet te lang naar de gaten in uw jas, maar naai er een lap op. Hij, die te veel' lof ontvangt, krijgt ezels oor en Spin vlas, ais gij geen .zijde kunt woven. Dof zilver is beter dan blinkend koper. Er is geen koper troteoher dan dat, het- welk pas isgemunt. UIT JAPAN. Vertellen alt beroep. In Japan is het vertellen van geschiede nissen een oud on populair beroep. Do be roeps-vertellers hebben hun eigen zalen, -vn.xr, in dezen tijd, honderden bijeenkomen om te luisteren naar het oorlogsnieuws. Wel trekt de verbeller niet de meer verfijnde en 'beschaafde Japanners aan, maar hij is op •/<5ó goeden voet met do massa's en er gaat zóóveel invloed van hem uit, dat hij gere kend kan worden tot do belongwekkendsten onder hen, 'die leven om anderen to verma ken en te onderrichten. De vertellers van tegenwoordig behooren tot de meest populaire mannen van de plaats, waar zij hun vreemd beroep uitoefe nen. Dczo wandelende nieuwsbladen en in- lichtingen-bureaux met betrekking tot den tegenwoordigen Oostaziatischen krijg bedie nen de massa na het verschijnen van de ex tra-nummers van de Amerikaansche bladen, en hoe kleiner de gemeente is, waar zij hun verblijf houden, hoe grooter hun invloed ia. Japansche Dorps justitie. In sommige dorpen van Japan worden roovers bij stemming aangewezen en ver oordeeld. Als er een diefstal gepleegd is, roept de hoofdman van het dorp do ge- heele mannelijke bevolking op, en verzoekt ze op een stukje papier den naam te schrij ven van den persoon, dien zij veronderstel len 'de misdaad gepleegd te hebben. Hij, die de meeetoe stemmen krijgt, wordt schul dig verklaard, en wordt gewoonlijk opge hangen. Dit systeem van rechtspraak maakt-, dat er vast iemand gestraft wordt voor eiken diefstal, terwijl in beschaafde landen van do tien misdaden van dien aard zeker ne gen totaal ongestraft blijven. In den regel wordt de man „schuldig gekozen", die in den sleohtston reuk staat, daar men uit gaat van hot beginsel, dat, als hij ootk al aan deze misdaad onschuldig is, hij toch een volgende zal plegen. Levensdroomen. O, droom u mot de schocme zomerdagen Op breede wiek u toe gezweefd: Uw harte weet, dat nooit het biddend vragen Van 't voohtdg oog dat noodt zijn bit terst klagen Eén zonnelach gewonnen heeft 1 O, droom u niert een schat van schoone bloemen Ter plaatae, waar gij hebt gezaaid: Mocht ieder «shier uw vlijt, uw zorgen roemen, Als hovenier uw naam met eere noemen, 't Ligt niet aan u wat gij straks maait 1 Waan niet uw loon zoo goed als reeds verkregen, Omdat gij trouw uw plicht betracht: Wat gij gezaaid hebt langs de groote wegen, Kamt meestentijds aan anderen ten zegen, Waar gij vergeefs uw oogsttijd wacht! Droom geen geluk, dat langs de breede boorden Van effen levonsstroomen bloedt, Geen streeJende, zacht zwellende aoooor- den In 't levenslied, dat ruischt door toover- oord en En tot een Eng'len-loflied groeit 1... Er bloeien bloemen och aars en kort in 't leven; Er is geluk in spijt van 's werelds leed; Maar 't is door 's levens rampen heen- geweven En wordt dien mensch slechts als gêné gegeven, Wiens voet vast door de doornen treedt. Meest niet in bloemenveld of rijpend ko ren Bloeit het geluk, in volle zomertij; Maar vaak, door wie verdwaald «heen en verloren, Werd het gevonden tussohen struik en doren,— Waar 't ook verdwaald scheen zooals hij 1 Aan de onlangs overleden koningin Isa bella van Spanje is de waarde van het geld nooit duidelijk geworden. De volgende anek dote wordt daaromtrent verteld. Toen zij den troon beklommen had, kreeg zij ee>ns bezoek van de Asturische vrouw, die Alphonsus XII verzorgd had. Ten gevolge van de een of andere ramp was deze vrouw uit haar prov. overgekomen, om bij de Ko ningin hulp te zoeken. Isabella was diep geroerd door het dramatisch afgeschilderde verhaal en liet haar hofmeester roepen. „Geef deze arme vrouw onmiddellijk 10,000 duro's", luidde het. Deze protesteerde daartegen en beproefde tegenwerpingen te maken. „Doe wat ik je zeg," herhaalde de Ko ningin. Daar kwam de hofmeester op een geniale gedachte. IIij nam 10,000 losse duro's en spreidde ze ovor alle tafels en tafeltjes in het koninklijk vertrek uit. Toen de Koningin van hn-r dagelijksche wandeling terugkeerde en deze geldhoopen op haar tafels zag, protest rde zij eveneens. „Wat beteekent al dat geld?" vroeg rij ver baasd. „Majesteit," antwoordde de hofmeester, „dat is het geschenk, dat de Koningin voor de verzorgster van den prins van Asturio bestemd heeft" „Je bent zeker zinneloos" hernam de Koningin. „Geef de vrouw tien van dftzi geldstukken Zondag. Beminnenswaardige manieren rijn voor vele menschen een feestkleed, dat afgelegd wordt als zij thuis zijn Maandag. 't Ia beter vrede te houden dan vrede te m aken. Dinsdag. 'Men moet iemands waarde niet afmeten naar do groote talenten, die hij bezit, maar naar hot gebruik, dat hij er van maakt Woensdag. De meeste menschen, die am raad vragen, rijn voor zichzelven gewoonlijk needs beslo ten te doen wat hun bevalt Donderdag. Het ia moeilijker te beletten, dat men niet behearsoht wordt, dan anderen te beheer- sohen. Vrijdag. De waarheid doet niet zooveel goed in de wereld als de valsche schijn dor waarheid kwaad veroorzaakt 25 a tordag. Tracht in tevredenheid heil te vinden; houd u moedig en rustig te midden van be zwaren, zelfB al stormt het om u heen... Zoek uw heil bij geen mAniwh, maar neem dankbaar op wat u goeds van elk gewordt Wat de Japaoscbe soldaat leert In de theorie, welke do Japansche sol da ton moeten leeren, komen o.a. de volgende vragen en antwoorden voor: „Wie is uw meester?" „De Keizer." „Waaruit bestaat de militaire ^eest?" „Uit gehoorzaamheid en zelfopoffering." „Waarin bestaat de hoogste dapper heid?" „In het voorwaarts gaan tegen de over macht in." „Wat is mindere dapperheid?" „Zich bepalen tot kleinigheden en toege ven aan ruwe opwellingen." „Wat is het rood van uw vlag?" „Het bloed van den soldaat, dat hij op het slagveld heeft vergoten." „Wat blijft er over van den soldaat na zijn dood?" „De roem."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1904 | | pagina 13