LEIDSCH DAGBLAD. DONDERDAG 16 JUNI. - TWEEDE BLAD.
Tweed© Kamer.
I wn.
De erfgename van Desmond.
I 10)
No. 13592
Anno 1904
Vervolg der vergadering van gisterna-
middag.
J achtwot.
Do Minister van WaterstaatH. en N.
(dc heer Dc Marez Oyens) constateert, dat
slechte weinig bezwaren tegen het ontwerp
zijn aangevoerd, en herinnert aan hetgeen
aanleiding gaf tot do indiening er van,
nl. het gebruik maken van den lichtbak,
'om het wild gemakkelijk onder schot te
krijgen. Aanvankelijk meende men dat de
lichtbak diende om het wild op te sporen,
zonder doel om het te bemachtigen, maar
do kantonrechter te Tholen was van een an-
!der gevoelen en beschouwde den lichtbak
als een verboden middel, volgens art. 15 der
'Jachtwet. Zooals men weet, was do Hooge
j Raad van een ander gevoelen en casseerde
hot vonnis op do bekende gronden. Beslist
werd door den H. R. dat het opsporen vol
gens art. 20 der Jachtwet, bedoelt ,het op
sporen om zelf het wild te bemachtigen. De
Minister deelt dat gevoelen niet, maar men
stond voor een jurisprudentie, die het mo
gelijk maakte een ruim gebruik van den
lichtbak te maken. Daarin moest verande
ring komen, met het oog op do schade, die
'blijkens bij den Minister ingekomen adres
sen, aan grond en vee werd toegebracht
door stroopers met den lichtbak. Nu weet
de minister wel, dat men met adressen
voorzichtig moet zijn, en daarom heeft de
Regecring een onderzoek opgedragen aan
,de 1 andbouwieeraren. Namen kan de Minis
ter niet noemen, met het oog op wraakne
ming van do stroopers. Toch geeft de Mi
nister een blik in het rapport der ambtena
ren, waaruit blijkt, dat in tal van plaat-
son grooto schade is veroorzaakt door de
stroopers met lichtbakken, terwijl nog tal
van gevallen verzwegen worden, uit vrees
voor de stroopers. Dit rapport heeft dc Re
geering versterkt in haar mcening, dat
Voorziening dringend noodig was.
Den heer Arts dankt de Minister voor den
gegeven wenk. Mathematisch zeker is niet
to bewijzen, dat het ontwerp noodig was,
maar zeker is dc indiening gerechtvaar
digd op het geeag van de waarschijnlijk
heid, dat dc aangerichte schade veroorzaakt
is door de stroopers. De Rogeering geeft
toe, dat het weaschelijker ware geweest,
wanneer het ontwerp vroeger ware inge
diend, maar de Regeering kan niet altijd
werken zooals zij wil. En hoe eenvoudig
heb ontwerp ook schijnt, toch heeft de
voorbereiding moeilijkheden opgeleverd.
Met den heer Tydeman is de Minister het
cons, dat dit ontwerp nauwelijks kan ge
noemd worden een wetswijziging. Eigenlijk
is heb een wetsbevestiging. Van sbrijd met
de discussie van 1902 is hier geen sprake.
"Van de motie van 1G02 heeft do Minister
met belangstelling kennis genomen.
B. Zij beeft hem versterkt in dc opvatting,
'dat een nader onderzoek noodig was
a om gegevens te verzamelen. Waar de beer
Holsdingen aan dit Kabinet een brevet van
onbevoegdheid heeft gegeven, daar moest
S hij zeer zeker de laatste zijn om der Regec-
B ring er een verwijt van te maken dat zij
een Staatscommissie benoemde. Zeer moei-
lijk viel het den Minister de leden voor die
oommissic te vinden. Met genoegen heeft
de Minister gemerkt dat de heer Troelstra
en zijn par tijgen ooten er prijs op stellen
B om zitting te nemen in Staatscommissiën,
B Om zelfs deze Regeering van advies te die-
Tien jaren is hier reede over do Jachtwet
gesproken, en vorige Regeeringen hebben
haar laten rusten.
Voorts zet de Minister uiteen, dat de op
dracht aan de Staatscommissie overeenstemt
met. de hier, cn ook in dc Staatscommissie
uitgesproken wcnschen cn gevoelens. Dat dit-
wetsontwerp dc wild6ohadeweit zou tegen
houden, ontkent de Minister. Wil men die
wet écarteeren, dan zal dit evengoed gaan
met als zonder aanneming van dit ontwerp.
Vóór alles acht dc Minister het noodig het
stroop en zooveel mogelijk tegen te gaan. De
bopaling door de Regeering voorgesteld, be
oogt ieder te straffen, die zich aan jagen
op ongeoorloofde wijze schuldig maakt,
zoowel heeren als stroopers. Algemeene her
ziening komt der Regeer ing zeer urgent
voor. Van verscherping der Jachtwet is hier
geen sprake, maar de Regeering mag niet
dulden dat de wet ontwricht wordt.
De Minister weet, dat er personen zijn,
die konijnen teelen en het land op die mar
nier verpesten met ontuig. Do Regeering
waakt daartegen zooveel mogelijk door op
drijving van konijnen, ten gevolge waarvan
bij een boer 1200 van die dieren werden ge
vangen. En ook tegen dien maatregel wer
den weer bezwaren gehoord, maar nu niet
van do zijde van de landbouwers, maar van
de zijde van de bezitters van heerlijke jacht-
rechten. De Regeering zal eohter niet schro
men om maatregelen te nemen tegen hen,
die misbruik makon van hun jachtrechten,
evengoed als tegen do stroopera
Alsnu komt de Minister tot enkele detail a
Dit ontwerp spreekt niet van lichtbak, noch
van fietslantaarn, maar eenvoudig van
kunstlicht tot het opsporen van wild.
Geen kantonrechter zal iemand veroordec-
lon, die met een fietslantaarn rondloopt,
zonder wild op te sporen, en een kanton
rechter, die zoo iemand veroordeelde, zou
weinig kans hebben om nog promotie te
makon. De Minister zet vervolgens uiteen,
dat strafbaar is hij, die met kunstlicht
iemand bijstaat om wild op te sporen. Mocht
de motie Van den heer Troelstra worden
aangenomen, dan zal de Minister toch het
ontwerp handhaven om de Kamer in do ge
legenheid te 6tellen er over to stemmen.
Na replieken wordt in stemming ge
bracht de motie van den heer Troelstra, wel
ke wordt verworpen met 52 tegen 16 stem
men. Hot wetsontwerp wordt daarna aange
nomen zonder stemming.
Opneming van leerarenenz. in het Rijks-
pensioen fond-s.
Uitvoerig verdedigt dc Regeer ing ter be
antwoording van de daartegen aangevoer
de bezwaren, met name ook door het be
stuur der Pensioenvereeniging voor rijks
ambtenaren ingebracht, do opneming van
andere dan bedoelde ambtenaren in hot
Pensioenfonds.
Zij betoogt dat van eenig uitsluitend
recht van de deelgcrechtigden in liet fonds
op de kapitalen daarvan geen sprake kan
zijn en dat het voorstel der regeering uit
een oogpunt van recht onaantastbaar vast
staat.
Van een eigendomsrecht der ambtenaren
op do kapitalen van het fonds kan geen
sprake zijn, en aan alle verplichtingen te
genover de ambtenaren wordt ten volle vol
daan, zoolang aan de weduwen en weezen
do pensioenen, waarop zij recht hebben,
worden uitgekeerd. Neemt men hierbij nu
in aanmerking dat het voorstel betrekkelijk
de verhooging van het pensioen, strekt om
zonder eenigerlei contra-praestatio van de
zijde der declgerechtigden, dio pensioenen
mot 15 pOt. te verhoogen, dan zullen, zegt
de regeering, de onbillijke klachten van
sommige ambtenaren bij de Kamer zeker
geen instemming vinden.
Overwegend bezwaar vindt bij den minis
ter van financiën het denkbeeld om hot
pensioenbedrag der weduwen on weezen
van thans in dienst zijnde rijksambtenaren,
bij uitzondering van de nieuwe categorieën,
met een aanmerkelijk belangrijker percen
tage te verhoogen en zeer beslist wordt ook
ontraden, thans andermaal bijzondere voor
deden te geven aan de voor 1 Januari 1891
in dienst getreden deel gerechtigden.
Daarentegen erkent de minister dat,
mocht Later verlaging der pensioenen of
verhooging der bijdragen noodig blijken,
zonder eenigen twijfel die nadeeligo voor
waarden uitsluitend van toepassing zouden
moeten verklaard worden op nieuwe
declgerechtigden in het fonds. Het is trou
wens niet waarschijnlijk, dat het pensioen
fonds later niet in staat zou blijken, do
daarop gelegde verplichtingen na te ko
men. Naar de wiskundige berekeningen is
de kans dat in latere jaren nogmaals ccn
batig saldo zal aanwezig zijn, ongetwijfeld
grooter dan die, dat men een tekort zal
hebben te constateeren.
De minister deelt ten slotte mede, dat
het bestuur van het Pensioenfonds aan het
einde van een uitvoerigo gedachtenwisso-
ling, zijn instemming heeft betuigd met de
thans voorgedragen bepaling.
Bij de redactie van hot wetsontwerp is
de bepaling zoo gemaakt om te voorkomen,
dat, in strijd met de bedoeling van het ont
werp, bekortingen voor do aanvullingspen-
sioenen zouden stijgen.
Tarief wet.
Een en twintig paardenslachters te Rot
terdam hebben een adres gezonden aan den
minister van financiën, waarin zij opmer
ken, ,,dat zij met leedwezen hebben kennis
genomen van het bij de Kamer ingezonden
tariefwetsontwerp, waarin voorkomt, dat
slachtpaarden uit het buitenland niet meer
vrij kunnen worden ingevoerd; dat dit zeer
ten nadeele komt van de minder gegoede be
volking, dio zich wil en kan behelpen als
voedsel te gebruiken droog en gezond paar-
denvleesch; dat in ons land niet voldoende
slachtpaarden kunnen worden aangevoerd
cn ook niet in zulke goede hoedanigheid, als
die uit het buitenland, wegens de minder
droge voeding; dat bij Kon. besluit van --
Juni 1896, slacht-parden komende uit het
buitonland zijn vrij gelatendat 10 hef
fing op het slachtpaard zooals het wets
ontwerp aangeeft, zeer ten nadeele zal zijn
van de armere bevolkingdat toch over
hot jaar 1903 alleen te Rotterdam 6684
slachtpaarden zijn ingevoerd; dat als
waarborg dient dat het ingevoerde paard
onder politiegeloide naar het slachthuis
vervoerd wordt, en aldaar niet dan geslacht
vandaan komt; dat zij niet kunnen geloo-
ven dat uw excellentie het stukje paarden-
vleesch, hetwelk een gezond en krachtig
voedsel is en gegeten wordt door het arm
ste deel der bevolking, wil gaan belasten."
Om doze redenen, vragen adressanten
den minister dringend om do voorgestelde
bolosting op slachtpaarden, komende uit
het buitenland, te willen terugnemen.
Gemengd Nieuws.
Onlangs is to Zaandam de
Nieuwe Stadsherberg gesloopt, 't Daarvoor
vrijgekomen terrein is tot publieke wandel
plaats ingorioht. Blijkbaar is dit echter
niot mét de noodigo zorg geschied en is uc
plek, waar vroeger de kelder was, niet vol
doende met zand aangestampt, althans toen
Maandag iemand over het terrein liep, zak
te dc grond plotseling weg on zat hij in
con oogenblik tot het middel iu de aarde.
Hulpvaardige banden verlosten hem weldra
uit zijn netelige positie.
Te Overvoon is do wegwerker
Tcmtenburg met don trein van 6.26 naar
Zandvoort overreden on gedood. Dc man
was ongehuwd.
Gisteren werd brand ontdekt
boven in do Gehoorzaal te Kampen, waar
een tijdelijke kok uit '&-Gra»venhagc voor
dc feesten dor Thool. School, nachtverblijf
had. De man word met vrceselijkc brand
wonden daar gevonden. Er is weinig hoop
op leveneAiehoud. De slaapkamer is groo-
tendcels uitgebrand Vermoedelijk is de oor
zaak een brandende sigaar of door het om
vallen ©ener knars.
Nader seint men ons dat do kok is over
leden.
De moord bij Maastricht.
De ,,Limb. Koerier" meldt nog omtrent
den moord, bij Maastricht gepleegd:
Een vreeselijk drama heeft zich Maandag
morgen omstreeks 11 uren buiten de Bosch
poort rechts van 'den weg naar Smeermaas,
nabij do aldaar gelegen brikkenbakkorij van
do lieer Willems, afgespeeld.
Dc gebroeders Picter Joseph Wouters, oud
23 jaar, ongehuwd, en NicoLaas Wouters,
gehuwd, beiden wonende buiten de Bosch-
poort, vlak nabij genoemde brikkonbakkerij,
haddon aldaar gewerkt onder den ploeg
baas Willem Dexters, oud 29 jaar, wonende
te Opgrimby, nu, gedurende do campagne,
in een keet bij zijn werk wonend.
Met het oog op den Maandagmorgen wil
den de boeren niet werken en Nicolaas Wou
ters begaf zich met den zwager van Doxters
naar den ploegbaas Doxters toe, om hooger
loon te vragen en daar op te spelen.
Toen Dexters weigerde meer geld te ge
ven, riep Nicolaas Wouters hem toe:Wacht
maar, ik ga een olub badnaven halen on dan
zullen we jo wol anders klingelen."
Dexters, hierop bevreesd wordend, wachtte
tot de vijandig gezinde werklieden vertrok
ken waren en begaf zich toen met spoed
naar de marechaussee te Maastricht, om hun
te verzoeken eens een oogje in hot zeil te
komen houden.
Onmiddellijk giug de wachtmeester der
marechaussee met hem mede, en nabij do
brikkenbakkorij gekomen, zagen ze do bcido
gebroeders Wouters met een zekeren Geel en
op den weg voor hen uit, doch nauwelijks
kregen dezen den marechaussee in do gaten,
of zo wipten een oafé binnen.
Dexters ging daarna weor aan zijn werk
cn do marechaussee besloot daar wat op
post tc blijven, reed door naar do steenfa
briek van den heer Balen-Lalieu cn keerde
van daar weer terug.
Nauwelijks bij do brug over bet doorvoer
kanaal gekomen, liep hom een vrouw tege
moet, hem toeroepend: ,,Ze hebben er een
doodgeschoten op ei brikkenbakkerij."
Onmiddellijk tcrugkeorend vond dc mare
chaussee op het aardappelveld vlak nabij do
brikkenbakkorij Pieter Wouters dood neer
liggen, neergeschoten, door ccn schot hagel
vlak in het gelaat, en Nicolaas Wouters el
ders met een schot hagel, oveneens op den
grond neerliggend.
Deze laateto werd onmiddellijk naar zijn
nabijgelegen woning gevoerd cn te bed ge
legd, waar kort daarna dr. Indemans hem
behandelde.
Dezelfde geneesheer kon bij Pieter Wou
ters slechts den dood constateeren.
Uit het voorloopige verhoor der getuigen
blijkt nu, dat Nicolaas Wouters zegt op do
brikkenbakkerij te zijn gekomen met zijn
brocdor, toen eensklaps zijn broor onver
hoeds werd doodgeschoten en hij zelf ccn
schot in do bil kreeg.
Van do andere zijde echter blijkt, dat Pie
ter Wouters dio geen vriend bleek te zijn
van den zwager van Dexters, welke op zijn
beurt wel een vriend was van Nicolaas Wou
ters, dat Pieter Wouters dan met een
stuk kiezelsteen en een stuk bout naar den
zwager van Dexters had gegooid, welke vlak
naast Dexters stond.
Dexters liep toen onmiddellijk naar de
keet, greep daar een tweeloops jachtgeweer
met hagel geladen, en schoot Picter Wou
ters neer h bout portant, vol in het gelaat
hem treffend met zijn hagelpatroncn, waar
na Nicolaas Wouters nog een schot in dc
bil kreeg.
Onmiddellijk daarop wierp Dexters zijn
geweer weg en zonder naar de uitwerking
van zijn daad te kijken, liep hij naar de ma
rechaussee te Maastricht, waar hij zich
vrijwillig aangaf.
Mon stelde hom voorloopig in bewaring.
De verslagen© lag, toen wij ter plaatse
waren, nog op dezelfde plek, waar hij neer
geschoten was. Het lijk lag op den buik en
was, behalve de becnen, geheel met een
'doek bedekt te midden van een aardappel
veldje, dat geheel met prikkeldraad afgezet
is.
Hieruit valt reeds genoegzaam op te maken,
dat do vcrslagone Wouters of diens broer
zich vijandig tegen Dexters moeten gedragen
hebben, daar hij natuurlijkerwijs niets in
dat afgesloten aardappelveld tc maken had
on over het prikkeldraad moot gekropen zijn,
om dichter bij Dexters to kunnen komen
Het lijk van Pieter Wouters zag or vreese
lijk uit.
't Lijk is later naar Calvaricnbcrg ver
voerd ter schouwing, waarheen de substi-
tuut-officior van justitie, mr. Hoyor, zich
zou begeven.
De M a r o k k a a ns c h o bandie
ten laten nu geen dag meer ongebruikt
voorbijgaan. Thans hebben zij con poging
gedaan om den Italiaansohon oonsul', dio
een eind buiten Tanger woont, op te lioh
ten, maar dc consul werd tijdig gewaar
fchuwd eu zoo mislukte de poging.
De vorige week Maandag is in
het noordoosten van Zwitserland in korten
tijd een ontzaglijke hoeveelheid regen ge
vallen. Do afdeeling publieke werkon to
St.-Gallen heeft bekend gemaakt dat over
een gebied van 440 hectaren in 28 minuten
176,000 kub. motors hemelwater zijn neer
gekomen, d. i. 104 kub. metor in do seconde.
Natuurlijk konden do riolen dio massa niet
tydig doorlaten, zoodat hot laaggelegen star-
tioDstorroin cn de omgeving onder water
werdon gezet en heel wat schade is aange
richt.
To Elberfold, w a a r th a n s i oe r
vele vreemdelingen zijn wegens het oongres
der Rijnlandschc brandweeren, rijdende do
in <le lucht zwevende tramwagens niet. We
gens geschillen over het loon hebben do be
ambten het werk gestaakt.
De stad Borlijn hoeft thans in
hoogste instantie het proces gewonnen dat
haar door eenige kerkelijke gemeenten was
aangedaan en waarbij het de vraag gold
of op grond van een consistorialo verorde
ning van 1573 op de stad do verplichting
rust kerkelijke bouwkosten tc dragen.
In oon schouwburg te Madrid
heeft een aangrijpend ongeluk plaats *-
had. Eergisteravond bij do voorstelling van
een drama is do populaire artiste F©Ü6a
Gonsales doodgeschoten. Een dor medospe-
londen moest in een der setnes haar met con
pistool bedreigen; dtx>r een noodloW-ige ver
gissing, die nauwelijks te verklaren is, was
het dezen avond gebruikte pistool geladen
on do kogel trof do tooneclspeolstor in volle
borst.
Dc bevolk lug vnu Nederland.
De „Staatscourant" No. 137 bevat een
uittreksel uit do statistiek van don loop der
bevolking van Nederland over 1903, opge
maakt door het „Centraal Bureau voor do
Statistiek."
Er blijkt uit-, dat op 31 December 1903 do
bevolking van het Rijk bodroeg 2,690,205
mannen cn 2,7-10,768 vrouwen, totaal
6,430,973.
Do bevolking van Nederland is in 1003 toe
genomen met 83,783 inwoners, of 16.07 per
millo. Voor de grooto gemeenten die met
een bevolking van meer dan 20,000 inwoners
bedroeg die toeneming 20.60 por mille;
voor 'dc overige, of plattelandsgemeenten
12 79 per millo. Het aantal geborenen be
droeg 31.56 op 1000 inwoners voor hot Rijk;
30.54 voor do voornaamste, en 32.18 voor
dc overige gemeenten. Het aantal ovorledo-
non bedroeg, in diezelfde volgorde, 15.58,
14.93 en 16.96 op 1000 inwoners. Do toono-
ming door meerdere geboorte dan sterfte
was 86,162 of 16.11 per duizend inwonors.
In de voornaamste gemeenten was deze ver
houding 15.76, in de overige gomconten 16.32
por duizend. Door meerder vortrek dan ves
tiging nam do bevolking in totaal af met
G.45 per duizend. Do plattelandsgemeenten
verminderden door meerder vertrek met 3.53
por duizend, terwijl daarentegen de voor
naamste gemeenten mot 4.83 per duizend
vooruitgingen. Do buitengewone meordero
veretiging, die in Dordrecht cn gedeeltelijk
ook in 's-Gravenhago wordt opgemerkt is,*
het gevolg van do grenswijziging, die tus-
schen genoemdo gemeenten, respectievelijk
met Dubbeldam en Loosduinon, in Jancari
1003 plaats vond. Van Dubboldara gingon
naar Dordrecht 2818, van Loosduinen naar
's-Gravenhago 895 personen. In elf van do
21 voornaamste gemeenten had meer ver
trok dan vestiging plaats en werd dus do
toeneming harer bevolking onkel veroor
zaakt 'door meerdere geboorte dan sterfte.
In Amsterdam blijken do cijfers voor vesti
ging cn vertrek geen noemenswaardigen in
vloed op do toeneming der bevolking te
hebben uitgeoefend.
Coiifcaaioneele V©reenIging.
In het gebouw voor K. on W tc Utrecht
had gisteren do 40sto algemeene ledenverga
dering plaats der Confessioneel© Verecni-
ging-
Na opening der vergadering werdon eeni-
go huishoudelijke zaken afgehandeld, waar
na ds. F. W. C. L. Schulto te Muiden een
nede hiold over „Bijbel on Bobol", do be
teeken is dor oud Babylonisch© opgravingen
voor de bijbel gel oovigen.
Hierna spraken nog ds. H. O. Briet to
Koudum over „Do kerk tegenover do theo-
sofio, hot spiritism© en wat daarmede in
verband staat", terwijl ds. J. Boer Knotb-
ncrus te Friezenveen een inleiding hield
over do synodalo voorstellen.
Mr. J. Schokking en ds. J. P. Er inga
werdon herbenoemd als leden van het be
stuur.
FEUILLETON.
De dapperste daden worden uit wan
hoop geboren, door wanhoop in het leven
geroepen. Coral ie vloog naar een lade van
I haar toilettafel en nam ©r een bos roesti-
I ge sleutels uit. Met deze in haar hand nam
I zij den blaker op. Het roestige slot knars-
I te. De deur vloog open. Coralie Desmond
j stond alleen op den drempel van „Eleono-
ra's Wandeling".
Het geleek een giafkelder, zoo somber
en stil was bet er. De takken der pijnboo-
men sloegen buiten tegen de vensters. Een
lange, dunne streep van iets, dat men nau-
wolijxs lioht kon noemen, maar dat de
maan, door de dikke pijnboomon heen, tooh
naar binnen had weten te werken, verhol-
dorde conigszins den met dik stof bedek
ten giond. Coralie trad binnen en sloot do
j deur achter zich. Met het hart in d© keel
I stond het meisje daar en keek dc geheelo
lange gang door.
Eerst zag zij niets en hoorde evenmin
iets anders dan hot bonzen van haar eigen
hart. Toen verscheen er uit die intense,
angstige duisternis, iets nog zwarters,
dat langzaam op haar afkwam. Zij stond
als een standbeeld, haar violetkleurige
oogen wijd opengesperd, haar gelaat
- !door angst en vrees verwrongen. Langzaam
naderde het. Het was de groote, zwarte ge
daante van een man, die als het ware van
uit den muur te voorschijn was gekomen.
Het kaarslicht viel op een schoon, manne
lijk gelaat. Zonder een woord te spreken
bleef hij midden in de lange, breede gang
staan cn strekte toen de armoD naar bet
sidderende jonge meisje uit. Zij deed een
schrede voorwaarts. Een kreet ontsnapte
haar lippen. „Raymond 1" 6nikto zij cn
vloog hem in de armen.
IV.
De nacht was donker en stormachtig. De
wind- en regenvlagen joegen als losgelaten
furiën over do zandige duinen en langs het
eenzame, verlaten strand. Het had reeds
den gansohen dag gestormd cn tegen den
avond was alles nog erger geworden.
In do herberg „De Vier Winden" zat
Gypsy Darke in een hoekje van den haard;
met haar kin in de pal mon harer saam ge
vouwen handen, staarde zij in de vlammen.
Stephen, de nachtuil, vraa als naar gewoon
te weder op een zijner nachtelijke tochten.
In do aangrenzende gelagkamer zaten een
paar door wind en weer gebruinde zeebon
ken zioh goed te doen aan een kruik
eloohte jenever, terwijl dc krijschcndo stem
van grootje Darke zioh af en toe in het
gesprek deed hooren.
Het meisje zat alleen. Langs het strand
tot aan de duinen, voorbij de vooruitste
kende steile rotsen, daar is de Dooden-
baai," mompelde rij bij zichzelve.
Zij overdacht, den weg, dien zij zich voor
genomen had te volgen op haar gevaarlij
ken tocht. Zij was namelijk van plan, in de
zen eersten, waarlijk pikdonkeren nacht,
naar de Doodenbaai te gaan en daar de er
fenis, die kapitein Craven, op dien avond
in de boot, aan haar vermaakt had, in ont
vangst te nemen.
„Als het geld er is," mompelde zij, „dan
neem ik het en maak, dat ik weg kom. Ik
ga cr regelrecht mede naar New-York en
ik kom zoolang ik leef hier nooit, nooit
meer terug Ik wil „de Behekste Klip" en
grootje en Stephen nooit meer zien I"
Een windvlaag, heviger nog dan een der
vorige, deed de kleine herberg op haar
fundamenten kraken, gierde door don
schoorsteen en stierf eindelijk in do
verte tusschen de duinen en klippen
in zacht, klagelijk gesteun weg.
Gypsy stond op, ging naar het venster
en keek naar buiten. Door de half geopen
de deur drongen de stemmen der visschers
van uit de gelagkamer tot haar door.
„Ruw weer vannacht," zoide een van hen.
„De wind lost kanonschoten daar buiten."
„Toen ik hierheen kwam, juist na zons
ondergang, stak er een schip in zee; het
verliet juist de Klip. Het zal op een zand
bank vastraken, daar kunt ge zeker van
zijn," zeido de ander.
„Waar is Stephen vannacht, grootje?"
vroeg do eerste spreker weer.
„Weet ik het? Ik bon Stephen's kinder
meisje niet," was het snibbige antwoord.
„Dat moet ge mij niet vragen."
Gypsy sloop voorzichtig de kamer uit,
zorg dragende de lichtstreep te vermijden,
die uit 'de gelagkamer naar buiten viel. In
de gang gekomen, stond zij even stil, ten
einde het versleten manteltjo wat steviger
vast te spelden en de lange haren onder
haar kapje te strijken.
Nauwelijks was rij hiermede gereed, toen
do deur der gelagkamer zich wijder opende
©n grootjo Darke te voorschijn trad.
„Waar zit de meid nu weer?" riep zij,
met haar kruk langs 'den muur hinkende.
„Waar ia Gypsy?"
Het meisje sprong achterwaarts cn ver
borg zich onder de trap, terwijl zij den
adem inhield.
„Als ik haar vind, sla ik haar kort cn
klein 1" schreeuwde het beminnelijke schep-
ael. Gypsy, Gypsy, zeg ik 1"
Geen antwoord. Het nieisjo, onder de
trap, kneep de bruine bandon ineen cn stond
als een beeld. Grootje schreeuwde zich
hcesch cn hinkte eindelijk onverrichterzako
naar do gelagkamer terug, het kind uit a.
haar macht vervloekende.
„Wacht maar, ik zal haar nog wel krij
gen. Stephen mag zeggen wat hij vil, gic-
gelde zij, „ik zal haar wel klein krijgen!"
D© buitendeur was slechts eenige stappen
van Gypsy verwijderdrnaar een der man
nen had er den grondel voorgeschovon cn
het gevaar van ontdekt te worden was zeer
groot. Toen zij weder \an onder de trap te
voorschijn kwam, kraakte or een plank on
der haar voetonmen scheen het in de ge
lagkamer echter niet bemerkt te hebben. In
wanhoop vloog zij toen naar 'de buitendeur,
schoof den grendel ter zijde en voelde toen
gelijktijdig grootje's klauwachtigc vingers,
als een poliep haar arm omslingeren.
„Hoho I" schreeuwde de oude, „zijt ge
daar eindelijk, wilde kat? Waar woudt ge op
zoo'n nacht, als deze is, heengaan Zeg, ant
woord daar eens op 1"
Gypsy smeet de deur mot een wocsten ruk
open.
„Ik ga naar 'de boot van Stephen kij
ken," antwoordde zij.
„Zooooo
„Ja, miss en is zij door den storm los
gerukt," vervolgde hot meisje; met dezo
woorden wist zij zioh uit grootje's greep te
ontwringen, in óón sprong was zy over dea
dreinpol on sloeg de deur in grootje's go-
zicht, achter zich dicht.
Zij had nauwelijks cenigo schreden go-
daan, toen het geluid van naderende voet
stappen haar weder deed stilstaan Zij had
juist lijd gemeg zich als een vormelooa
hoopjo in do duisternis op den grond to la
ten vallen, toen er een zwarte gedaante ver
scheen, 'die, over haar 1i struikelend, een
krachtigcn vloek uitte cn toen verderop de
kleine herberg toetrad. Sidderend van angst
had Gypsy stem en voetstap herkend. Hot
was Stephen Darke.
Langzaam stond rij op en keek hem ach
terna. Hij ging de dour niet in, maar liep
een eindje verder naar het raam der gelag
kamer en gluurde naar binnen. Zij hoorde
hoe hij 'driemaal tegen het glas tikte; een
teeken, dat klaarblijkelijk door do mannen
dadelijk begrepen werd. Thans wacbtto rij
niot langer, onhoorbaar ging Gypsy, op de
tcenen loopendo, naar do herberg i rug,
nam do lantaarn, die Stephen in de hand
had gehad cn dio hij, eer hij togen het ven
ster tikte, bij 'do deur had neergezet, op,
en het volgend oogenblik waa zij in do
duisternis verdwenen.
Hemel Wat een n°cht was hetl De storm
wind loeide, do regen viel in stroomen neer,
dc woedende zee beukte het strand als wil
de zij alles vermorzelen. De lantaarn sto-
vig vasthoudende, ging het meisje moedig
voorwaarts.
Wordt vervolgd.)