N'. 13330
Zaterdag 8 Augustus.
A#. 1903.
feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
VIER Bladen.
Eerste Blad.
Officieels Kennisgeving.
FEUILLETON.
LEIBSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT x
Voor Lelden per week 9 Cents i per 8 maanden L10.
"Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd styn 1.30.
Traooo per post1.66.
PRIJS DER JLDVERTENTIËN
Van 16 regels /1.06. Iedere regel meer /0.17$. - Grootere letter* naar
plaatsruimte. - Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Oents contant i elk
tiental woorden meer 10 Oents. - Voor ket inoasseeren wordt/"0.06 berekond.
Burgemeester en Wethouders van Lelden;
Gezien art. 8, late alinea, der Hinderwet;
Brengen ter algemeene kennis, dat door hen
vergunning is verleend aan H. OVERMARS
en rechtverkrijgenden tot het oprichten van
een Rookery en ZouterU in het perceel Hooge-
'Woerd No. 166, Kad. bekend Sectie D. No. 1365.
En geschiedt hiervan openbare kennisgeving
door plaatsing In het „Leidsch Dagblad".
Burgemeester on Wethouders voornoemd,
DE RIDDER, Burgemeester.
VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 8 Augustus 1903.
IMrecte Belastingen.
Do Burgemeester van Leiden brengt ter
ftlgemeone kennis, dat aan den Ontvanger
der Directe Belastingen is ter hand gesteld
het kohier der Belasting op bedryfs- en andere
i inkomsten No. 3 van den dienst 1903/4,
executoir verklaard den 7den Augustus jl., en
herinnert voorts de belanghebbenden aan
hun verplichting om den aanslag op den
bi) de Wet bepaalden voet te voldoen.
De Burgemeester voornoemd,
DE RIDDER.
Lelden, 8 Augustus 1903.
Hel Woningvraagsluk ia verbant! met üe uitvoering
der Woningwei.
I.
Door do invoering van do Woningwet
-hebben dc gemeentebesturen een krachtigen
retoot ontvangen ooi zich aan dc verzorging
der gezondheidsbelangen der gomeontona-
ren, hun feitelijk reeds toevertrouwd door
'art. 135 dor Gemeentewet, gelegen te loten
liggen. En dot het hier niet gaat om do
.^belangen van een gedeelte der bovolking.
maar dot het doel der wet is de huisves
ting van het geheele volk in al zijn geledin
gen te verbeteren, is duidelijk, zooals
ook voor iedereen, ie zich eenigszine op
woninggebicd bewogen beeft, duidelijk is,
dat verbetering niet alleen noodig is voor
do minstbedeeldcn.
Natuurlijk zal veel, wat in dezo wet is
voorgesohreven, zich aanpassen bij hetgeen
in verschil lende gemeenten op woninggo-
bied is gedaan, doch daarin komt ook veel
voor, wat voor tal van gemeenten geheel
nieuw is. .bovendien zij er vele gemeenten
in ons vaderland, waar men zich met het
woningvraagstuk in hot geheel nog niet be
zig hield. In zulke gemeenten zou van een
direct krachtige toepassing allerminst spra
ke kunnen zijn.
Dc wetgever heeft dat terecht ingezien en
aan do gemeentebesturen twee jaar tijds ge
gund om bouwverordeningen in het leven te
roepen of daar, waar zij reeds bestaan, de
--thans geldende in overeenstemming te brom
gen met deze wet. Eén van dc twee jaren is
bijna verstreken en het getal gemeenten,
waar dio nieuwe verordeningen gereed zijn,
is nog zeer klein. Dit is op zichzelf niet te
veroordeeierer is voorbereiding toe noo
dig ca deze eischt ti,J, maar te laken val
len die gemeenten, on ze zijn niet weinige
welke zich in het geheel nog niet hebben
bekommerd om de zaak, waarmede zo bin
nenkort zich zullen moeten bemoeien. Tot
de voorbereiding behoort vooral Eet zien op
de hoogte stellen van den bestaanden toe
stand ten opzichte der woningen. Hot is be
kend, boo ons gemeentebestuur, dat op het
gebied van het woningvraagstuk reeds
lang een goeden klank had, een bedrag van
500 beschikbaar stelde aan B. en Wb.,
zoodra de wet ingevoerd was, ten einde dit
College do gelegenheid te geven zich op do
hoogte van die woningtoestanden te stollen.
Maar hoevele gemeenten, vooral van de
kleinere, waar toch ook in menig opzioht
verbetering noodig iB, hebben daaraan niet
voldaan i
Zoo licht zal men, wanneer de hand aan
den ploeg geslagen moet worden, onvoor
bereid zijn en dan do fout maken van to
grooto gelijkvormigheid. De ecno ge
meente zal bij haar verbeteringen en bij het
maken van verordeningen dienaangaande,
van de andere afzien, terwijl toch de oischen
zeer verschillend kunnen zijn, zelfs in de
verschillende wijken van één on dezelfde
stad.
Over 't algemeen moet met het oog op
de behoeften der zoogenaamd lagere klassen
evenzeer gowaarschuwd worden tegen het
stellen van te hooge als van te lage eischen.
Om betere woningtoestanden in het loven te
roepen, zullen krotten moeten worden opge
ruimd en do aanbouw van behoorlijke, van
lucht en lioht voorziene woningen worden
bevorderd, dooh hierbij behoort groote voor
zichtigheid te worden betracht. Zeker, we
zouden ioder gezin gaarne een woning gun
nen, die 2.50 a 3 huur per week doet,
maar er zijn nog altijd veel huisgezinnen,
waar het weekloon te goring is om dit te
betalen Hoeveion hebben een weekloon
minder dan 8 en dezulken zullen, wanneer
het gezin niet heel klein is, moeilijk moer
dan 1 of 1.25 per week aan huishuur
kunnen betalen.
Breekt men die woningen af, of bouwt
men zo er nie-t bij, dan zal er woningnood
ontstaan, ook al zijn er grooto woningen in
overvloed. Ook hiermede heeft men bij do
toepassing der Woningwet rekening bo hou
den; en daarvoor is o. a. reeds een goed
verkennen van het te bearbeiden terrein
noodig.
Goed voorbereid, zullen de gemeentebe
sturen in staat zijn tot het vaststellen van
een bouwverordening of het wijzigen daar
van in overeenstemming met de eischen, in
do web gesteld. In elke gemeente zal een
bouwverordening moeten zijn, en daarin
zullen omtrent afmetingen, toevoer van
lucht en licht, verwijdering van vuil, voor
koming van vochtigheid, enz.enz., eischen
moeten worden gesteld, zij het dan ook
minimum-eisohon, die nog weder zullen
kunnen verschillen en verschillend" ja
zelfs in dezelfde gemeenten. Voor een kom
van een dorp of in de stad zal 'tbijv. noodig
zijn te bepalen hoe de gebouwen ten op
zichte van den openbaren weg moeten wor
den geplaatst; voor woningen op do ruimte
geldt zoo'n bepaling niet-.
Blijkt voor een bepaalde gemeente rege
ling van één of meer der door de wet voor
geschreven eisohen niet noodig, dan kan
door God. Staten bij een met redenen om
kleed besluit daarvan vrijstelling worden
gegeven. Men ziet hieruit, dat de wet nogal
ruimte van beweging toelaat en werkelijk
voor bouwondernemers em huiseigenaren
niet zoo wreed is als wel eens wordt voor
gesteld.
Eén punt, dat wel eens over 't hoofd
wordt gezien, moet hier in herinnering ge
bracht worden. De wet schrijft niet alleen
maatregelen voor ten opzichte vaji in aan
bouw zijnde of nog te bouwen woningen,
zij wensoht ook, dat voorschriften worden
vastgesteld voor bestaande woningen.
Dit is maar good ook, want voor som
mige gemeenten, waar de aanbouw gering
is, zou anders de wet van luttelem invloed
zijn.
Natuurlijk zou het niet aangaan omtrent
alle punten, die bij het bouwen van nieu
we woningen golden, een regeling te maken
voor reeds bestaande. De plaatsing van de
gebouwen ten opzichte van don openharen
weg en van elkander, het hoogtepei! van
den vloer der beneden woonvertrekken, do
hoogte van do gebouwen, de afmetingen der
tor bewoning in be richten vertrekken en
van trappen en portalen, ziedaar enkele
zaken, waaromtrent bepalingen voor te
schrijven voor bestaande woningen al te
veel kosten zou meebrengen, indien een ver
andering al mogelijk ware. Doch bepalin
gen omtrent beschikbaarstelling van drink
water, ter voorkoming van brandgevaar
of van vochtigheid, voor verwijdering van
rook, water en vuil, toevoer van licht en
lucht, eischt de wet terecht ook voor reeds
bestaande gebouwen tenrfj alweder van een
of meer punten Ged. Staten vrijstelling
verleenen.
Zooals wo reeds opmerkten, door dezo be
palingen uit te strekken op het bestaande,
werkt de wet vooral voor het heden en het
is te wenschen, dat hier van hot recht van
vrijstelling niet al te ruim gobruik ge
maakt wordt, al blijvo do noodige voorzich
tigheid weder aanbevolen. Door van de
eigenaars van bestaande goedkoop© panden
Al te groote verbetoriugcai te eischen, zou
het kunnen gebeuren, dat men goodkcijpe
woningen, thans boroikbaar voor con zekere
categorie van werklieden, to duur maakte,
zoodat dezo mensohon om huisvesting verle
gen zouden zitten, indien niet armen- of
weldadigheidsklassen bijpasten, wat to:h al
tijd een beetje gevaarlijk werk blijft.
Alleen wat voor de gezondheid strikt noo
dig is, mag geeischt worden, vooral niota
minder.
Hier ie voor de gezondhoids-oommissiën
een vruchtbaar arbeidsveld. Zij wijzen hot
gemeentebestuur woningen aan, dio noodza-
kolijk verbetering eisohen, met aanduiding
van hetgeen naar haar meening gedaan
moot worden. Wie getrouw de Handelingen
van den Leidschen Gemeenteraad heeft ge
volgd, zal hebben bemerkt, dat de gezond
heidscommissie in dezo gemeente in dien
geest reeds met sucoes werkzaam is geweest.
Blijkt het, dat do eigenaar financieel on
machtig is om de veroisohto verbeteringen
aan te brengen, dan kan de gemeentere od
aan hem een voorschot verleenen. Is een
eigenaar bepaald onwillig, dan kan do niet
herstelde woning door den Raad onbewoon
baar worden verklaard Dit uiterste middel
zal echter wel niet dikwijls toogej ast be
hoeven te worden, do huiseigenaar is er ge
woonlijk den man niet naar, om geen eieren
voor zijn geld te kiezen.
Leiden, 8 Augustus.
Voor het examen Fransch L. 0. ia to
's-Gravenhago geslaagd moj. 0. M. E. Beyorlnck,
te Leiden.
Benoemd is by beschikking van don minis
ter van waterstaat, handel en n\Jvorhoid tot
lid van de commissie van toezicht op de
Rykstulnbouwwinterachool te Boskoop, do
heer Chr. Rüpke, burgemeester van die
gemeente.
Benoemd is tot onderwijzeres aan het
Chr. Instituut voor Jongedames van movr.
Romeyn, te Nijmegen, mej. B. M. Jaoobson,
te Hoofddorp; tol onderwyseros aan de Chr.
school te Hoofddorp mej. E. A. Muuck, te
Herveld.
Z. K. H. de Prins der Nederlanden is
gisteravond te 11 uren, van Het Loo, in de
Residentie aangekomen en aan het Koninklijk
Palels afgestapt om hedenochtend vroeg op
de eondenjacht te gaan op de koninkiyko
goederon onder Wassenaar.
Indien do tyd het toeliet, was Z. K. H. voor
nemens in den namiddag, vóór zyn terugkeer
naar Het Loo, de schietbanen te Loosduinen
te bezoeken en een gedeelte van den wedstryd
by te wonen.
De Prins koert hedenavond 6 u. 60 m. van
Den Haag weer naar Hot Loo terug.
De minister van koloniön zal van Maandag
a. s. tot hot einde dezer maand mot vorlof
buiten de residentie vertoeven.
De wethouder Mr. Bevors te 's Graven-
bage vertrok heden weer naar Duitschland.
Do minister van binnenlandscbe zaken
brengt in de „Staatsct." ter algemoeno kennis,
dat het Ryksarcblef to 's Gravenbago is ver
plaatst van hot Plein naar hot Bleyenburg.
Van Maandag 10 Augustus a. s. af zal het
wedor dageiyks op workdagen van 10 3 uren
voor het publiek geopend zyn.
De uitslag der herstemming voor don
gemeenteraad in district II te Rotterdam is
als volgt:
Aantal kiezers 5298. Aantal uitgebrachte
stemmen 3733. Van onwaarde 22. Qeldlg 3711.
De volgende heeren krogen het achter hun
naam vermeld aantal stemmen
R. D. Ketelaar (antir.) 1820, H. G. M. van
der Vyver (r.-kat.) 1661, J. Visser Jao. Zn.
(aftr. lib.) 1619, arts M. Polak (lio 1360), A.
A Hoos (aftr. lib.) 1322, P. J. Helsdingen
(soc.-dem716, zoodat de drie eerstgenoemde
heeren gekozen zyn.
Herman Heyormans heeft voor Henri de
Vries een drama gescbrevon, waarin acht
personen voorkomen. Zeven rolien daarvan zulr
len gespeeld worden door Henri de Vries.
De eerste opvoering zal plaats hebben Sep
tember a. s. in den Hollandschen Schouw
burg te Amsterdam.
Van .doorgaans uitstekend ingelichte
zydo" vornam „Het Volksdagblad" voor eenlge
dagen, dat mr. P. J. Troelstra mot 1 October
de leiding van het dagblad „Het Volk" zal
neorleggen. De sterko on gestadigo achteruit
gang in don laatsten tyd van het aantal lezere
van dat blad, moet, volgens „Het Volksdag
blad", aan dos hoeren Troelstra's besluit niet
vreemd zyn.
Thane verneemt „Het Volksdagblad" nog,
dat in den boezem der S.-D. A.-P. «temmen
opgaan om den heer P. L. Tak, thans redacteur
van „De Kroniek", de leiding van „Hot Volk"
op te dragen, maar dat de hoer Tak er ochtor
geen ooren naar zou hebben.
De Wondersteen.
17)
Voetbal en cricket mochten alleen maar op
'halve vryo dagen en worden gospeeld op een
naburig veld, door den doctor gehuurd; maar
op de speelplaats was het altijd „krijgertje".
Do directeur vond dat oen uitstekende oefening
voor do jongens, dio hun meteen van katte-
kwaad afhield.
Het was een mooie morgen. Den heelen
nacht had hot stevig gevroren, do grond was
hard, met rijp bedekt on kraakte onder de
voeton. Do lucht was frisch en zuiver en de
naakte zwarte takken stakon scherp aftegen
het zachto blauw der morgenlucht.
't Was woor voor een grooten tocht op
schaatsen oyer donkergroen spiegelglad ys
of voor een verre wandeling over landwegen
naar vrooiyke marktstadjes mot roodbedakte
huisjes. Maar nu had het alle macht om te
bekoren verloren. Het drukt© alleen maar ter
neer door het groote contrast tusschen die
heerlijke vryheid en de droeve werkeiykheid
van oen onbelangryk spelletje te moeten doen.
Er was geen animo om te spelen. Ze
stonden by hoopjes to praten en stampten
hun voeten om ze warm te houden Lang
zamerhand verschonen do dagleerlingen; ver-
schillendo van lien hadden geen tact met de
anderen mee te doen en konden hot niet met
hen vinden.
Als de heer Tinkler, die zich by een van
de groepjes gevoegd had, zich al met by het
ontbyt had onderscheiden op byzonder ver-
dlensteiyke wy*e, nu maakte by het ruim
schoots goed door de grandeur en blague
van zyn conversatie, waardoor hy er in slaagde
op sommigen der kleinere jongens indruk te
maken.
„Het nadeel van een huis als dit is," zei
hy minachtend, „dat een mensch 's morgens
zUn pUpje niet rooken kan. Ik bon er zoo
aan gewend en mis bet natuuriyk erg. Als
ik er op stond, zou Grimstone er niets op
tegen kunnen hebben, maar het staat niet,
zlojo, voor zoo'n troep jongens. Het staat niet!"
Na oenigen tyd verscheen dr. Grimstone
boven aan de yzeren trap, die naar de speel
plaats leidde, en commandeerde„Naarbinnen l"
Paul volgde de anderen, by zichzelf over
leggende of hy nu inderdaad aan het lesjes-
leeren zou gaan.
De jongens betraden het schoollokaal in
heilige stilte en namen hun plaatsen in aan
de lessenaars, en langs de bruine banken. De
directeur was er vóór hen en stond met zyn
eenen arm op een lessenaar geleund, met een
uitdrukking van naderenden donder in houding
en blik, die, in verband met de drukkende
stilte, maakte, dat de jongens er naar van
werden.
Hy begon. Hy zeide, dat sedert men weer
saamgekomen was, hy een ontdekking had
gedaan, die éón van hen allen betrof. Het
deed hem pyn de zaak hier bekend te moeten
maken.
Do heer Bultitudo kon zyn ooren nauwe-
ïyks gelooven. Zpn geheim was dus ontdekt;
de behandeling, hem door Dick aangedaan,
zou dus gewroken worden. Het was wel niet
erg fyngevoelig van Grimstone om publiciteit
aan de zaak te geven, maar wat kwam dat
er op aan, als alles goed eindigde?
Hy ging dus gemakkelyk op een bank
zitten met zyn rug tegen een lessenaar aan,
zyn beenen gokiuist, terwyi op zyn gezicht
to lezen stond, dat hy precies wist, wat er
komen zou on or mee ingenomen was.
„Zoolang ik me aan het onderwys heb
gegeven", ging de directeur voort, „heb ik er
me op kunnen beroemen, den jongens, die
onder myn dak vertoeven, het zoo goed en
overvloedig van eten en drinken te geven,
als maar noodig is, zoodat zo nooit zich
konden verontschuldigen over meegebrachte
enoeperytjes. Ik ben altyd zelf by de maal-
tyden geweest, ik heb zelfs myn vaderiyk
oog ovor jullie laten gaan, als jo de sport
beoefende."
Hier hield hy op en zag de twee, die het
dichtst by hem zaten, met het vaderiyk oog
aan en wel op zoo'n manier, dat ze van ver
legenheid niet wisten, waar ze biy ven moesten.
„Hy dwaalt een beetje van 't chapiter af,"
dacht Paul.
„Ik heb dat alles gedaan met het eene
oogmerk, dat ik jullie gestel, dat slechts
eenvoudig, maar voldoend voedsel vraagt,
zooals jullie het op myn tafel vindt, niet wil
bedorven zien door allerlei poespas uit koeke-
bakkerswinkels. Ze zyn ten eenenmale ver
boden en iedere jongen, die hier zit, weet dat
heel goed!
En toch, wat geschiedt? Er zyn van die
laaghartige naturen onder myn leerlingen, die
er niet voor terugdeinzen, myn wyze raad
gevingen in den wind te slaan. Ik zal geen
namen noemen: het kloppertje van binnen zal
de zondigen wel aanwyzen."
Alle jongens, die begrepen, welken weg
dr. Grimstone in wilde slaan, trachtten een
air van groote onschuld aan te nomen, hetgeen
den meesten jammeriyk mislukte.
„Ik kan niet denken," zei dr. Grimstone,
„dat het kwaad nog grooter omvang heeft
dan ik vermoed. Hot kan zoo zUn, en liet zou
mo nu ook eigeniyk niet moor vorwondoren.
Misschien zyn er wat onder jullie, dio schuld
bewust zyn. Als dit zoo is, laten die jongens
dan bekennen en zichzelf opgeven op eeriyke
wyze. Recht door zeei"
Op deze uitnoodiging ging niemand in. Zo
waren alleo voorzichtig geworden en namen
liever oen wachtende houding aan.
„Laat hy, wiens schuld ik ken, dan tot me
komen, zyn fout beiyden en om vergiffenis
smeekon l" schreeuwde do directeur.
Maar degeen, die bedoeld werd, bleof in
gebreke, zeker door een gevoel van zedigheid
en een flauwo hoop, dat misschien nog een
ander de persoon in quaestie zyn zou.
„Dan zal ik hem by zyn naam roepen I"
bulderde Grimstone. „Cornelius Coggs, sta op 1"
Cogga stond half op, zwakjes, stotterend:
„Ik, mynheer? O, neen, alsjeblieft niet, myn
heer. Ik niet, mynheer l"
„Ja, jy, en laat je kameraden jo maar be
zien met den afschuw en vorfoeiing, die je
toekomt."
Het is overbodig te zeggen, dat de heele
school den armen Coggs met zooveel ver
achting aanstaarde, als ze maar kon. Want
afschuw i9 oen aanstekoiyk iets, wanneer
het van hooger hand bevolen wordt.
„Dus, Coggs," zei Grimstone smadeiyk,
„dus dacht je me om den tuin te leiden en
zoo maar ongestraft je kwaad te bedryven?
Je vleide je zelf met de hoop, dat, nadat ik
je verboden vruchten had weggegooid, jo er
niets meer van zoudt hooren 1 Dan vergiste
je je toch leeiyk, jongeheer! Ik zeg jo ééns
voor al, dat ik niet verkies, dat je jo onschul
dige medescholieren zult overhalen mee te
proeven van je aangeboden lekkers-; ze zullen
niet besmet worden door jouw vuile peper-
In de gisternamiddag gehouden zitting
van den gemeenteraad van Gouda werden do
geloofsbrieven dor zeven gekozen raadsleden
onderzocht en tot toelating dior heeren
besloten.
Aan don heer A. P. Vormey is als ambte
naar ter gemeentesecretarie eervol ontslag
verleend en in dlons plaats benoemd de heer
L. Boer te Bodegraven.
Het voorstel van den heer 0. P. W. Dos
sing, betroffende het vervoer en vorzamelen
van do vuilnis, vrord ingetrokkon, daar reeds
aan zyn verlangen was voldaan om een meer
geschikte plaats daarvoor aan te wyzen, die
minder hioderlUk was voor de omwonenden.
Een voorstel om den cursus voor de hoofd
akte to bostoiidigen word goedgekeurd, terwyi
een paar voorstellon tot verbetering van enkele
stadsgedeelten werden uitgesteld tot een
volgende vergadering.
Bij hel notarieel staatsexamen op 1—7
Aug. zijn geslaagd: Eerste gedeelte dc hee
ren C. Akkerman te Tiel; P. W. K. Lake-
man te AmsterdamP. Soheffelaar Klots te
Hoorn; J. C. H. Zondag ti 's-Gravenhago;
P. H. Hilbrand te Obdam. Tweed© gedeel
tedo heeren K. Huisman te Watergraafs
meer; P. H. Huyncn te Wijk-Maastricht;
A. Lipjes to RotterdamJ. Zwamborn t©
Tuil.
De Vereeniging tot bevordering van
beeldende kunsten te Amsterdam verzendt
het prospectus van haar volgende promie-
uitgaye.
Men kent dezo Vereeniging, wier loden
tal zioh jaarlijks uitbreidt; dio in jaren
van haar bestaan voor ruim vijf ton gouds
ongeveer 2800 kunstwerken aankocht en on
der haar leden verlootte; die telkens pro
mies van waardo aan Laar leden schonk.
De laatste promie was een verzameling van
zeer gocdo afbcoldi"gen van kunstwerken
uit het Haarlemsoli Museum, vooral van
Halaen; do volgeude zal zijn oen dergelijk
plaatwerk met afbeeldingen van stukken
uit het Mauritshuis, van l.otz lfdo formaat
cn dezelfde uitvoering; dr. Bredius schrijft
den tekst or voor. Ieder lid ontvangt een lot
in do verloting van dc aangekochte kunet-
worken.
Do burgemeester van Amsterdam, mr.
W. F, van Leeuwen, heeft do stad verlaten
on zal eerst op 1 September terugkccron.
Waarnemend burgemeester is, gelijk vorige
malen, mr. J. N. van Hall.
In den loop dor v lgende weck zal do
gemcentc-begrooting voor het jaar 1904 ver
schijnen. Ofschoon het B. cn Wb. gelukt©
gelijk reeds bekend is hot percentage dor
inkomstenbelasting op 5 1/4 to houden, mag
men daarom niet gunstiger over den finan-
cieclen toestand der gemeente gaan denken.
De sprong, dien men verleden jaar deed,
van 4 1/2 op 5 1/4 pCt. met vorhooging van
het aantal opcenten op het personeel van 80
tot 120, was een zoo goduob'v, dat men het
nog wel een jaar denkt t© kunnen uitzin
gen, echter dan met weglating van veel,
dat men in het belang der gemeenschap zou
wenschen voor te ricHon.
De bezorgdheid voor de naaste toekomst,
wegens do ondeugdelijke finanoicolc verhou
ding van het rijk tot do gonvfntcn, mag
geen zier vermindoren (N. It. G.)
Hot Hospitaalkoi" schip ,,Dc Hoop."
is gisteren uit IJmuidcn narr zco gegaan.
Zij hoopt dc visschcrsvJrvot spoedig op do
Doggcrsbank aan t© treffen. Do eerst© ha-
munt, of bedorven door zachto jujubes of
goedkoop, maar ten verdervo voerend „Turkish
Delight." Ik ben niet van plan een of andore
ziekte hier in myn school aan to kweeken«
De bedrieger zal zyn loon hebbon l"
De botoekenis van dit alles was hooi oon-
voudig, wanneer men wist, dat een van
Grimstone's leerlingen, een klein jongetje,
eons ernstig ziek was geworden door zich-
zolf te overeten; oen feit, dat do directeur
liever niet herhaald wilde zien.
„Dank zy de groote eeriykheid van een der
jongens," vervolgdo de directeur, „die, al was
het dan ook op eigenaardige wyze, maar ik
wil aannomen, overigens met de boste be
doelingen, myn oogen voor het groote kwaad
opende, ben ik in staat dit in zyn geboorte
te smoron. Richard Bultitude, ik neem de
gelegenhoid waar je openiyk te bodanken;
je gedrag was edel I"
De hoer Bultitudo was te kwaad en uit
zyn humeur om te kunnen spreken, Hy had
gedacht, dat alles nu In orde zou komen en
in plaats daarvan word nu al die groote
drukte gemaakt over een paar onnoozele
pepermuntjes. Was hy er maar nooit over
begonnen
„Wat jou betreft, Coggs," zei de heer
Grimstone, terwyi hy plotseling een buigzaam
bruin rietje voor den dag baalde, „ik zal je
in 't openbaar een bestraffing toedienen."
Coggs protesteerde hevig, maar na een
korte, pynJUke scène was het afgoloopen eD
werd hy, schreeuwendo ala een jong hondje,
dat geslagen wordt, naar zyn slaapkamer
gestuurd.
(Wordt vervolgd.)