Wekeiykseha Kalender. Raadgeving. ALLERLEI. Raadsel. <Etge rupsen wordt geleverd, blijkbaar kun nen rij aan de enorme wereld aanvrage niet voldoen. Daarom ia bet misschien goed, dat de nog veel ingenieuzere mensch raad schaft. Hij spint zichzelf rijde. Jammer, dat die mensohelijk gesponnen zijde zoo weinig ajde, maar grootendeels houtvezel ia De kunst van- het echte-zijde-spinmen hebben wij de» zijdewormen nog niet kunnen afkijken. Zondag. 1^ Qeeohiedende dringt aan ons hart een Voonoenagbeid op. Maandag. Er is veel verstaald toe noodig en niet mandor liefde, om niet te laten bemerken, dat men riet, dat andoren het missen. Dinsdag. Kwaüattd kan one omteeren dan wij zelf. V Woensdag. Noot do moedeloozen helpt het tot. v Donderdag. Strijd is de vootrwaarde voor de overwin- Vrijdag. Soimenfovsani is aJJteen daar, waar znel san ziel zioh bindt Zaterdag. Wie geen vijanden beeft, heeft ook geen vrienden. De Couranten van de Koningen. Hoe de koningen op do Hoogte komen van do gebeurtenissen van den dag, wordt ons duidelijk, door wat een Engelsch tijdschrift daarover schrijft. Men begrijpt, dat het voor de souvereimen moeilijk is alle couranten ie- deren dag te doorsnuffelen. De kcixor van Oostenrijk is aansprakelijk voor do manier waarop de regeerende vors ton de nieuwtjes van den dag vernemen. Dertig jaar geloden gaf hij last, dat hem iederen morgen een privaat-blad moest ge leverd worden, waarin uittreksels uit de voornaamste Oostenrijkse!» ochtendbladen waron opgenomen. Ieder gewichtig artikel I wordt door een man van het vak bewerkt je.) dan op kleine vierkante stukken papier geschreven, in eon portefeuille gedaan en voor den Keizer op rijn ontbijttafel gelegd. Uitdrukkelijk heeft hij order gegeven, dat niets, wat hem betreft, mag worden overge slagen, al is het nog zoo onaangenaam voor hem. Nu en dan bestelt hij het een of ander blad, om te zien, of men niets voor hem heeft verborgen gehouden. Op deze wijze le zen de regeerende vorsten over het algemeen de couranten. De Duitecho keizer heeft iemand aan het Hof met een grooten staf medewerkers, wier plicht bet is alle artikelen uit toe knippen, die van belang voor Wilhelm zijn. Alles wordt in een boek gepinkt en 's morgens aan den Keizer overhandigd. Deze boeken wor den bewaard on vormen aldus ëeai interes sant archief over de geschiedenis zijner re geering. In Juni van het vorig jaar riep de Tsaar een conferentie bijeen van tweehonderd der meest ontwikkelde mannen uit Rusland. Tot dien tijd waren de Russische keizers tevreden het nieuws van den dag te verne men door officieel© kanalen, waarbij na tuurlijk aanmerkingen en onaangename ge zegden vermeden werden. Daar bad do te genwoordige Tsaar echter een hekel aan. Twee jaar geleden liet hij zich in het. geheim Russische couranten van elke richting toe zonden; hij sloot zelfs anarchistische bladen niet uit, zooals bijv. de te Genève door Greckow uitgegeven „Glocke". De Tsaar nam van alles nauwkeurig inza ge wat. betrekking had op Russische sociale vragen en daaruit maakte hij uittreksels in zijn dagboek. De knapste vorst van Europa is wellicht koning Victor Emanuel III van Italic-. Be- haive zijn moedertaal kent hij Duitech, En gelsch, Fransch en Russisch. Drie uur per dag houdt hij zich onledig met het bestudee- ron der literatuur dezer landen. Hij geeft do voorkeur aan tijdschriften, maar geen en kel souverein is beter op de hoogte van de vragen van den dag dan hij. Engelache bezoekers heeft hij meermalen verbaasd door zijn grondige kennis der par tij-politiek en sociale vraagstukken. Ook koning Oscar van Zweden is zeer ont wikkeld. Hij leest de in zijn land verschij nende couranten geheel; alleen voor de an dere landen stolt hij zich tevreden met uit knipsels. Hij is medewerker van drie Stock- holmsohe courantennatuurlijk schrijft hij onder een pseudoniem. De zgn. Pers-informatiebureau!, van wel ke men ruim vierhonderd telt, en die dui zenden personen werk bezorgen, hebben hun beste klanten onder de vorsten. Koning Eduard VII is, naar verteld wordt, bij twee geabonneerd en krijgt weke lijks hondorden uitknipsels. Koningin Victo ria lae zelden zelf, een van haar hofdames moest haar dagelijks voorlezen. Koning Christiaan van Denemarken leest iederen dag een ander blad. Zoo komt hij er achter, zooals hij zegt, hoe elk blad van iedere richting denkt. Er staat zeker geen enkel vorst in nauwer verbinding met zijn volk dan hij. De koning van België leest alleen uit knipsels. Hij stelt echter het meeste belang in beursberichten, omdat hij een goed fi nancier is. Hardingsvo OTSchriften. Nu naar wij hopen ben minste lang zamerhand het warme seizoen komt, ont waakt bij vele mensehen ook het verlangen om eens een proef te nemen met een har- dingskuux, om daardoor tegen een volgend jaar wat beter gewapend te zijn tegen de guurheden van het klimaat en daarin be scherming te zoeken tegen verkoudheden van allerlei aard. Lntusschcn wordt die har- dingskuur. waarbij water op alle mogelijke wijzen wordt aangewend, meestal zeer een zijdig en overdreven toegepast. Daarom is het van groot belang, vóór men tot zulk een kuur overgaat, eerst eens bet gevoelen van deskundigen te hooren. In de„Blattern für klinische Wasserbe- bandlung" geeft een bekend Duitsoh arte, dr. Buxbaum, eenige wenken, die bij de toe passing van die kondwatermiddelen in acht moeten worden genomen. De eerste en voornaamste voorwaarde, de grondslag voor de geheele behandeling, is, dat elk geval volkomen op zichzelf moet wor den behandeld, m. a, w. dat iedereen vol strekt niet naar algemeen© voorschriften te werk kan gaan. Zuigelingen en bejaarde personen moeten aan geen krasse hardin gen worden onderworpen. Men moet met de harding eerst na het eerste levensjaar begin nen, maar daarbij in het oog houden, dat, evenmin als water van een zeer lage tempe ratuur aan te bevelen is, water, dat men zoo warm heeft gemaakt als men het kan verdra gen, goede uitwerking heeft. Voor kinderen is een bad, dat met den tijd van het jaar rekening houdt, het beste, en dan een koude begieting na, met flink, sterk afwrijven. Douches zijn weg cms de te sterke prikkeling der zenuwen minder aan te bevelen. Het bad moet maar eenmaal daags, en wel des och tends, worden genomen; des avonds acht dr. Buxbaum verkeerd De persoonlijke ondervinding mag gerust een groote rol spelen bij de behandeling; kinderen bijv. moeten niet bang gemaakt worden met koudwoterprocessen. Daarmee zou men juist het tegengestelde uitwerken, van wat men bedoelde. De vraag, bij welk weer men met de har ding skuur moet beginnen, laat zioh niet in. het algemeen beantwoorden; in elk geval kan een in het warme jaargetijde begonnen kuur gerust in het koudere en koude op ver standige wijze worden voortgezet. Lijders aan bloedarmoede moeten heel voorzichtig behandeld worden en volbloedi ge, phlegmatieke dikkerds weer andere Han magere opgewonden standjes". Maar voor elk geval afzon derlijk moet de huisarts wor den geraadpleegd Getroefd. Onderwijzeres: „Foei, Ma- rietje. Toen ik zoo oud was als jijj was ik al tweemaal 200 ver in het rekenen." Manetje: „Dat kan best rijn, juffrouw; maar u ging op een andere schooi." Aanbeveling. In e«n advertentie stond: „Het publiek nvden wij aan dit boek spoedig te koopen, want, zooals het zich laat aanzien, zal err geen tweede druk van komen." Prinsen-opvoeding. Leeraar; „Kan Dw© Hoogheid mij deeen naam op de kaart noemen V' Zijne Hoogheid zwijgt. Leeraar: „Uitstekend, Hoogheid: het is de Stille Oceaan." Een uit den oorlog in Zuid-Afrtika terug gekeerd Engelsch officier had een rijtoer door Amsterdam gemaakt en gaf een dub beltje fooi. De koetsier bekijkt het geldstukje aan dachtig en zegt dan tot den vreemdeling: .Dat heb ik zeker aan de Boeren te dan ken!" „Waarom vraagt de officier. „Wel, omdat er niet één gen tl-emcon, die tegen hem gevochten heeft, is teruggeko men V' Uit een signalement in het jaar 1903. Bijzonder kemteeken: „Rijdt geen fiets." In het restaurant. Gast: „Ik wou graag een halve kip eten; wordt het versoh ge slacht?" Kellner; „Natuurlijk!" (In de keuken roepend): „De halve kip moet geslacht wor den, die er nog is." RECEPT. mjst-panneko eken. Men late twee maatjes gemalen rijst in ruim zes maatjes melk gaar koken, met een stukj© boter en rozijnen. Ala de rij6t gaar en een weinig bekoeld is, roere men er vijf eier dooiers, wat beschuitkruimels em suiker naar smaak bij, doe er dan van het geklopte eiwit in em bakke er met boter koeken van in een koekenpan. Zij moeten aan beide zij den Hahtbruin zien. Mem dient ze met bo ter, suiker en kaneel. Oplossing van het Raadsel in het vorig Zondagsblad NijdTijd. Mijn. eerste en derde deed is kindren goed bekend Van jongsaf zijn zij daaraan 't meest ge wend Mijn vijfde deel kan hun ook wel bekoren. De vraag er naar klinkt telkens in de 00 ren Van moeder, die, hoe kort zij 't zeggen. hen begrijpt, Wanneer hun even maar de honger nijpt. Mijn tweede is onmisbaar aan een schip. Een flink matroos bereikt mij in een wip. Mijn vierd© zal ik ditmaal rens niet zeg gen. Het is niet noodig alles haarfijn uit te leggen. Alleesn nog dit: 't Geheel ligt in En is een flinke stad. Nu, lezer, raadt gi; 't best. [Oplossing in het volgend Zondagsblad],

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1903 | | pagina 14