BUITENLAND. Duitsehland, Italië. Vereenigde Staten. Portugal. FEUILLETON. Eonder Moeder. Zuid-Afrika. Rusland. Burgerlijke Stand. Marktberichten. het kussen. Tussohen de vornieloozo vlek ken vond hij ccu ©enigszins regelmatige figuur, langwerpig met twee witte vier kante vlekjes in het midden. To n vrouw Verhoef later, op verrock van liet O. M. een teekeninig maakte van het slagersmes, dat zij een tijdje van „Blomme tje" in bewaring heeft gehad, teekende zij ongeveer do/elfde figuur als do bloed-af- druk to zien geeft. Ook zij teekondc het heft met twee ruitjes, dio koperen plaatjes voor" stelden. Dr. E. van Dieren was huisdokter bij Brouwer. Hij heeft don ouden maai op 9 April nog bezocht. Doze was lijdend en gedeeltelijk lam. Hij kon niet loopen. De verhouding tusschen Brouwer en zijn nicht was zeer goed «n zeer natuurlijk. De agent van politie Blokhuis geeft eenige inlichtingen over zijn bevinding in het huis van Bouwer, 's morgens na den moord. In tegenwoordigheid van dezen ge_ tuigo is de rechercheur Van Ingon door het privaat-raampje geklommen om de moge lijkheid daarvan te bewijzen. Na eeaug wringen en na zijn vest uitgetrokken te heb ben, gelukte het. [Hier zij nog opgemerkt dat het ter te rechtzitting aanwezige nies niet het me« is waarmee de moord waarschijnlijk is ge pleegd. Het is slechts een model, een slagers mes, dat, volgens verklaring van vrouw Ver heef, volkomen het model beeft van 't mes dat zij van „Blommetje" in bewaring kreeg. Dit mes moet ongeveer een hal ven meter lang geweest zijn. De scherpe zijde is ovaal rond Daar waar 't mes 't breedst is bedraagt die breedte ongeveer een decimeter, 't Ge heel is dus een instrument waarmee men „in één slag is waar men wezen wil,"] Getuige a décharge Ochsner, timmor man, werkte omstreeks het tijdstip van den moord tc Bussum en was in den kost bij •vrouw Jansen. Get. en een zekere De Goeie was daar al, toen Donker daar ook in den ko«t kwam. Deze getuige kan niet met zekerheid dc mogelijkheid uitsluiten, dat Donker een nacht uit geweest is zonder dat liet hem, getuige, opgevallen is. Ook weet getuige niet of Donker inbrc- kersgereedschap in zijn kist had. Donker vraagt of getuige zich niet. herin nert, dat hij, Donker, op een avond is bin nengekomen niet zijn goed ïd ;cn wit kus. scnsloop. Getuige heeft hom toen nog een kunstje niet 'n pijp geleerd. Getuige herinnert zich 't kunstje mot dc pijp zeer goed, maar kan niet zeggen, op welken datum dat geweest is. Getuige Jan de Goeie was ook bij vrouw Jansen in den kost. Hij heeft wol eens niet Donker gebiljart, maar kan ook niet zeggen, of deze een nacht niet thuis is ge weest. Hij herinnert zich ook liet kunstje met do pijp. Vrouw J an sen, als getuige a décharge gehoord, verklaart dat ze Donker nooit aan 't gemeenschappelijk ontbijt gemist heeft. Het O. M.„Durf je onder cede vor klaren, dat hij icderen morgen koffie ge dronken heeft Vrouw Jansen: ,,Ik heb hem niet gemist." O. M.„Niet gemist. Maar weet jc zeker dat hij er iederen dag gowec<st is?" Vrouw J.„Daar durf ik geen eed op to doen." O. M.„Was do deur van de gemeen schap jv ;ke slaapkamer niet aan den bin nenkant gesloten? Kon men niet gemakke lijk do trap af en opgaan cn 't venster uit klimmen, dat in dien tijd niet met een pin gesloten was?" I Vrouw J.„Ja, dat kan wel." Verder blijkt uit liet verhoor van vrouw Jansen, dat Donlccr steeds geldgebrek had en van haar leende. Zij blijft altijd op tot de commensaals thuis zijn. Op den dag dat do inbraak bij Drcesman gepleegd is, heoft zij Donker ge mist, hij is niet thuis gekomen. Zo heeft ge wacht op don loatsten trein maar toen Don ker uitbleef is zo eindelijk naar bed gegaan. Later heeft zo hem nooit meer gemist. Mr. Rcgout: „Maar do mogelijkheid be lt slaat toch, dat iemand do woning verlaat ik maak geen conclusies maar 't is toch mogelijk dat iemand 's nachts de woning verlaat, stiekum." Vr. J.: „Ja, dat kan." Getuige Bouwman, schildersbaas te Bussum, kan verklaren, dat Donker 5 we ken bij hem in dienst is geweest. Donker was niet bekwaam voor zijn werk, overigens gedroeg hij zich vrij goed Hij kwam ge woonlijk op tijd. Twee dagen is hij echter heelemaal weggebleven. Beide datums zijn gecontroleerd en staan niet in verband met den moord. Donker houdt vol dat hij geregeld icderen dag (behalve op de 2 aangeduide dagen) van 's morgens 8 tot 'b avonds 8 op zijn werk is geweest. Het O. M.„Je beweert, dat je geregeld van 8 tot 8 op je werk was en de getuige Kuipers heeft hier verklaard, dat je den dag n& den moord om halfnegen in Amster dam was." Donker: „Dat kan nïctw" Getuigo Bouwman verklaart verder, dat do uren der werklieden nauwkeurig werden gecontroleerd en door een derdo wordt ge noteerd wanneer iemand te laat kwam of uren te kort kwam. Aan de uren van Don ker heeft nooit iets ontbroken. Niettegenstaande dit hoeft een medearbei der van Donker verklaard, dat deze wel eens to laat kwam, om 10 uren bijv.ook dien Donderdagmorgen na den moord kwam hij te laat. Getuige Bouwman acht dit onmogelijk. Mr. Coninck Westenberg: „Maar uw wetenschap berust op verklaringen van an deren, is het nu niet mogelijk dat men u misleid heeft? B „Neen, dat geloof ik niet." Mr. C. W.„Wanneer nu een ander zei: „hij is dien morgen in Amsterdam ge weest," zou u dan zeggen, dat is niet waar, dat is gelogen?" B.„Ja, mijn overtuiging is, dat die man wel op zijn werk geweest is en dn ar is natuurlijk geen andere over' ..iging naast mogelijk." Mr. liegout: „Dc getuigo Kuipers heeft bier verklaard 't volgende in Juni van 't vorige jaar kwam Donker op 'r. mor gen bij me, ik zag een zakdoek in zijn be zit, die vol bloed zat. Ik vroeg hem naar dc oorzaak daarvan. Donker antwoordde, dat hij last had van neusbloedingen. Ik had verder geen tijd, omdat ik naar 'n begra ven is moest cn op die begrafenis hoorde ik liet eerst, dat er een moord gepleegd was. Verder heeft een der mede-arbeiders van Donker verklaard, dat deze dien Donderdag morgen te laat is gekomen." Wat is nu waarschijnlijker, dat dio beide mcnschen liegen of dat u zich vergist of dat u mis leid is?" Get. B.„Ik denk, dat ik me niet ver gis en dat ik niet misleid ben, maar ik geef toe, do mogelijkheid is niet buiten te «1 uilen." Vorder blijkt nog, dat Dmkcr een „spc- caliteit in alibi's is. Ook in do zaak-Drees- man had hij er een gefabriceerd, dat echter aan 't zelfde euvel mank ging als 't tegen woordige, n.l. dat alles in orde was, be halve juiste datum en uur. Do beklaagden worden ten slotte nog eens door den president afgevraagd, of zij hun onschuld volhouden, waarop beiden bevesti gend antwoorden. Het woord was hierna aan het O. M., waargenomen door mr. Rcgout. Spr. begon met er op te wijzen, dat gebleken is juist te zijn wat reeds door hem na afloop der in structie aan dc verdediging is gezegd, n.l., dat na behandeling dezer zaak do instructie zou moeten heropend worden. Met dezo zaak toch moest, haast gemaakt worden, omdat cr was periculum in mora. Een der getuigen toch bevond zich in een toestand, dio lan ger uitstel voor 'taan 'tlicht komen der waarheid gevaarlijk maakte. (De officier bedoelt hier waarschijnlijk vrouw Verhoef, die dreigbrieven ontving en eiken dag ver moord kon worden). Het onderzoek zal heropend moeten wor den zoo gaat spr. voort omdat het noo- dig is nog een voornaam getuige te hooren. Iemand die een groot aandeel in dezo zaak gehad heeft en dio niet eerder kon gehoord worden, omdat hij zich buitenslands bevond. Deze man is opgespoord en op 20 December 1902 gevonden to Brussel, waar hij gevangen zat wegens een vergrijp op do kermis te Vil voorde. Deze man is Potengcn. Hij is aan de Ncdorlandsclio Justitie uit geleverd. Daar het onderzoek niet volledig is wanneer deze man niet gehoord is, heeft spr. dc eer te requirceren op grond van art. 193 W. v. Str. V., dat do rechtbank zal gelasten, dat het onderzoek in deze zaak zal worden heropend en dat de stu.' icn op nieuw zullen worden gesteld in handen van den rechter-commissaris. Mr. Maten, de verdediger van Wolff, verzetlf zich tegen dit requisitoir ten einde een langor rekken der zaak te voorkomen. Mr. Boas, de verdediger van Donker, kon zich met het requisitoir vereenigen. De rechtbank besliste in raadkamer,, dat uitspraak op het requisitoir zal worden ge daan op Woensdag 8 April. Al heeft de Duiteche kroonprins nu »iet do aangenaamste herinneringen nan zijn verblijf in Egypte gehouden, toch heeft hij d© beleefdheid gehad zijn gastheer, den khedievo, uit te noodigem, namens zijn vader den Keizer, om dozen zomer Berlijn te komen bezoeken; do invitatie ie door den Egyptischon vorst aangenomen. Do „Popoio Romano" deelt mede, dat Woensdag, na een protestmeeting tegen de arrestatie van Goetz, de manifestanten, on der het zingen van socialistische liederen, zich naar het Russische consulaat begaven onder den kreet „Weg met het Tsarisme 1" Een steen werd op hot wapenschild gewor pen en do vlaggest-ok werd weggenomen en vernield. Een commissaris van politie werd ge wond. Verschillende personen werden in hechtenis genomen, doch weder in vrijheid gesteld. President Roosevelt hield te Chicago een redevoering, waarin hij zei de, dat hij nog liever dc Monroe-leer in den steek zou la ten, dan haar op den voorgrond te plaat sen en er op to snoeven, wanneer men niet in het bezit is van een strijdmacht-, die in laatst© ressort alleen in staat is haar te doen eerbiedigen, door elke vreemde macht, wier belang het zijn 1 an haar te schenden. De President drukte vooral op de nood zakelijkheid, con machtige en voldoend© vloot te hebben, niet voor oorlogsdoeleinden, maar als grooter cn zekerder waarborg voor het behoud van den vrede. Indien de Ver eenigde Staten zich er toe zetten do marine uit to breiden, dan zou er niet do minste kans zijn voor onlusten met eenige vreemd© mogendheid. Het kondnklijko jacht „Albert and Victo ria", mei koning Eduard aan boord, is Donderdagmiddag om drie uren do Taag naar Lisabon opgeetoomd. Er werden 2-4 saluutschoten gelost. Don Carlos ontmoette koning Eduard aan boord van d© koninklijke aloop, ge roeid door tachtig man. Do bcmanmang dor oorlogsschep en salueerde in hot want, cn hief luide „boeraV aan. Hot onderhoud aan boord van hot jacht duurde anderhalf uur. Daarop had, terwijl de artillerie weer saluutschoten gaf, de vaartocht dor histo rische harken plaats. De Koningen zaten in liet eerste schip en worden naar den wal gerooid. Zij stapten aan land, onder dave rende toejuichingen. Daarna had do reooptic plaats in het pa viljoen. De Ministers cn andoro hoogwaar, daghcidsbcldcedors worden aan koning Eduard voorgesteld. Vervolgens nam het gezelschap plaats in oud©* staatsie-koetsen. Do optocht van dezo koetsen door de stad was één lange ovatie. Do mensohen ver drongen elkaar voor allo ramen, balkons en op daken. In do beide Kamers werden zeer harte lijk© redevoeringen, goh ouden door dc afge vaardigden over het bezoek van den Engel- ochen Koning. Allo partijen brachten in herinnering de oud© vriensohap tusschen Portugal on Engeland. Do zitting van de beide huizen werd ver. daagd tor cere van het Koninklijk bezoek, nadat de deputaties benoemd waren, welke den Koning zullen verwelkomen. Voor een plaats aan ramen of op tribu nes in de straten waar de intochtsstoot 26) „Zy zyn goed bewaard," dacht hy, mot zooveel volk rondom hen; als ik voorbij het huis kom, zal ik Virginie op bon afzenden." IJumphroy was nergens to zien; daar liop 6iT Everard naar Miles, dio met het kleine meisje van den j ortier speelde, enzeidehem, 'dat h(j naar Virginie moest uitzien en zyn broor voor hom goeden dag moest zeggen. Kleine Miles hield hot gezichtje omhoog,— ©on smal, bleek gezichtje was hot nog om sir Everard te kussen; en hy vroeg: „Komt u gauw terug, papa? En gaat u dan niet meer weg? Nooit meer?" „Ik kom gauw terug, lieve jongon, en dan blyf ik lot hot volgende jaar. Dan zullen we veol pleider hebben; maak jy nu maar, dat je oen brave kleine jongen bont en niet meer liok wordt." „Ik beloof hot u, papa." Sir Everard glimlachte droevig, kuste het Jind nog eena en ging toen heen. Toen liy by het hek gekomen was, wenddo hy hot hoofd om, ten einde nog eens bet vrooiyke schouwspel aan to zien. Miles stond daar nog, waar hy hem had verlaten; hy staarde hem achterna en wuifde met zyn handje. Zyn figuurtje was op den voorgrond van het bekoor)yko panorama, omringd door de goudgele halmen. Achter hem strekte zich het heeriyke zomerlandschap uit, ©n heel in de verte kroop langzaam de machine voort, gevolgd door de lozere. Humphrey zat naast denbestuurderen had nu zelfde teugels in handoD. Zoo verliet hen sir Everard. Opgewonden vreugde kan nooit lang duren, spoedig had Humphrey genoeg van het ryden hy sprong op den grond en ging naar zyn broertje om met hem te spelen. Zy volgden de machine nog eonigen tyd en raapten de halmen op; maar het was oen warm werk en zy gingen zitten onder de haag, om er te rusten. „Hier is het ook nog heet," zeido Hum phrey, dio zyn groolen zonnehoed afnam en het gloeiende gozicht koelte er medo toe waaide. „Ik vind, we moesten maar gaan onder den boom in hot veld hiernaast, waar wy dien Zondag gezeten hebben, toen oom Charlie hier was. Kom, ga mee, Miles." En zy klommen over hot hek, begaven zich naar den boom en viyden zich daar neer in het lange gras. „Wat waren oom Charlie's vertelsels toch mooi I" zeide Humphrey met een diepen zucht van verlangen; „wat zou ik ze graag allo nog eens hooren I Het is toch jammer, dat papa verboden heeft in dien boom te klim men, die boven het water uitsteekt. Het zou juist zoo leuk zyn, om er langs te kruipen, juist als die man deed. Papa zegt, dat die tak rot is en niet te vertrouwen. Maar ik geloof vast, dat papa het mis heeft, het kan niet anders; de tak ziet er zoo sterk mogoiyk uit." Hy zuchtte nogmaalsLangdurige stilte. Dau hervatte hy: „Ik vind, dat wy toch in elk geval wel eens kunnen gaan kyken. Het zal zoo frlsch zyn by den vyver." „O Humphrey, toch asjeblieft niet. We zullen weer verdwalen, en Virginie zal zoo kwaad zyn." „Maar ik weet den weg precies van hier af, Miles. Den vorigen keer verdwaalden wy alleen, omdat wy van het huisje van Dyson afgingen." „Maar Humphrey, het zal nat weer wor den. Ik heb papa beloofd, niet weer ziek te zullen worden." „Toen ben je nat geworden door den regen, Miles, niet door den vyver; en het gaat niet regenen vandaag. Kyk eens, wat een blauwe lucht 1" De broertjes zagen naar boven. Boven hun hoofden was de lucht helder, maar in de verte vertoonde zich een verdachte wolkenbank. „Die wolken zyn van avond pas hier," stelde Humphrey gerust; „kom mee, het Is niet lieel ver weg." „Liever niet, Humphrey.1' „Ik ga alleen maar eens kyken. Waar ben jo bang voor?" „Ik weet niet, Humphrey," antwoordde de kleine, terwyi tranen zyn oogen vulden, „maar och, laat ons toch asjeblieft r.iet gaan." „Wel, je hoeft niet mee te gaan, als je niet wilt. Ik ga alleen, Ik biyf niet lang weg." Maar Miles bleef liever niet alleen in het veld; daarom stond ook hy met een onder drukten zucht op en zeido onderworpen: „Ik zal meegaan." „Best," antwoordde Humphrey, „er ia niets, waar je bang voor hoeft te zyn, is 't wel?" „Neen," antwoordde het kind; maar zyn gezichtje stond droevig, en zyn stem beefde een beetje. Zoo liepen de broertjes voort door het hooge gras, hand in hand, totdat zy in het naaste veld het water van don vyver zagen, schit terend als zilver ln den zomerschen zonne- schyn. Naast elkaar stonden zy dra aan den kanL lamge kwaim, werden sommen betaald van 250 bot 600 guidon toe. Een dame uit Opor to betaalde voor één plaats in de opera voor de gala-voorstelling meer dan 900 gulden. Koning Eduard had aa® Don Carlos en den Engelsohe® gezant te Lissabon, door middel van de draadlooze telegraphic, van zijn jacht doen weten, dat alles aan boord in orde was. Volgens de „Tribuna" zal koning Eduard in deze maand ook een bezoek brengen aan Italië. Een offioicele bevestiging van dit bericht is nog niet gevolgd. Dc ontscheping zou te Napels plaats heb ben. Daarop volgt een bezoek aan Rome van 27 tot 29 April. Generaal Botha heeft een brief aan zijn echtgenoot© geschreven, waarin hij haar ver zocht met hun kinderen binnen eenige we ken naar Afrika terug to keeren, daar hij zelf to veel tc doen heeft t i weder een reis naar Europa tc maken. Do generaal is thans bezig met het schrij ven van een uitgebreide geschiedenis over den oorlog, welke geschiedenis binnenkort in Europa zal worden uitgegeven. Botha heeft zich thans voorgoed tc Pre toria gevestigd. Engeland heeft het district Vrijheid, -vaar do familie Botha steeds heeft gewoond, bij do kolonieNatal gevorgd. Chamberlain had nu dc hoop uitgesproken, dat do generaal, ondanks dezo annexatie, tc Vrijheid zou blijven, doch deze het zooals do meeste daar gewoond hebbende Boeren, zulks geweigerd, en zich vrijwillig elders hcon begeven. Te® gevolge van dc vijandige houding, door do studenten aangenomen tege® den rector dor universiteiten te Petersburg, werd besloten de colleges eenige® tijd te sluiten. Balkanschiereiland. In een to Brussel ontvangen schrijven uit Saloniki wordt o. m. het volgendo medege deeld: „Sinds don Russisch-Turkschen oorlog heeft Oostenrijk-Hongarijo zijn best gedaan om do versohillendc groepen der Albaneezen voor zich to winnen. Het is de officieel© verdediger van do katholieke Albaneezen en het heeft van deze omstandigheid partij ge trokken. Immers zoo komt hot, dat do Albaneezen een grootcn eerbied koesteren voor keizer Frans Jozef en dat do gezant van Oosten rijk-Hongarijo to Uskub en in vele andere stedon een autoriteit bezit, veel grooter dan d© Turkscho overheden. Den aanvoerder der Mahomcdaanscho Al baneezen heeft men ook weten in te palmen; dit brengt dozen trouwens nog een aardig sommetje geld op. Behalve dit zedelijk overwicht heeft Oos- tenrijk-Hongarijc zich een tamelijk groot stuk Turksch grondgebied weten too to eige nen zonder dat iemand hier tegen protes teerde. Nadat het Bosnië on Horzegowina bezet had, heeft het een sterke bezetting in den pas nabij do rivier Luinia gelegd, tot aan het villayet Kossovo. Ook bevindt zioh daar een Turksche be zetting, onder bevel van een pacha, die te vens over dc Oostenrijkers het bevel voert, cn dan ook tot den staf van het Oostenrijk- scho leger behoort. Deze dignitaris ontvangt van de Oosten- rijksche regeering een hoog honorarium. Oostenrijk bezit dus in Albanië een sterk overwicht en het is daarom mogelijk, dat Turkije binnenkort wel genoodzaakt zal zijn aan het kabinet to Weenen om hulp to vra gen, om de onlusten, die door dc toepassing van de voorgestelde hervormingen bij do Al baneezen zijn verwekt, te onderdrukken. Do aanslag op den Russischen consul Schterbina heeft to Konstantinopel groot opzien en veel emotie verwekt De groot vizier hcoft dadelijk een bezoek afgelegd bij den Russischen gezant om hem zijn groote spijt te betuigen over deze misdaad. De Sultan wilde niemand ontvangen, niet tegenstaande het eergisteren een Mahomc daanscho feestdag vras: Nieuwjaar. Dadelijk zijn maatregelen getroffen om een streng toezicht te oefenen op de beidé Albaneescbe bataljons van de keizerlijke lijfwacht, opdat geen ongeregeldheden zul len plaats grijpen in het paleis. Twee bataljons troepen uit Uskub cn twéé bataljons uit Adrianopel büiben bevel go- kregen dadelijk naar Mitrowitza te gaan, om het garnizoen van deze plaats te ver sterken. Den commandant van het derde leger korps to Salonika is uit Konstantinopel aangeschreven, alle troepen beschikbaar te houden, om een eind te maken aan den op stand in Zijn district. Versterkingstroepen zijn gezonden nit Smyrna. De Albaneescbe opstand heeft een paniek doen ontstaan onder de Christenbevolking van Oud-Servië. In het district Priiep hebben do Mahomedanen vele Christenen vermoord. Het platschieten van Kabintzi, in het district Istib, heeft plaats gehad op bevel van Sabri-Bcy, Kaimakam van Istib, om dat de boeren gastvri :d verleend hadden aan een troep Bulgaarsche opstandelingen. Sabri-Bey heeft voor dit optreden een be looning gekregen van don iultan, de gou den medaille van Liakat en ©en som gelds. „Central News" ontvangt uit Belgrado het bericht, dat de Regcering van Servië do onmiddellijke) versterking der grensgarni- zoenen gelastte tegen de dreigende opeen- hooping der Albaneezen. Dg Times" verneemt uit Konstantinopel, dat Maandag bij Mitrowitza 200 man sneu velden. De Port© zendt nog 16 bataljons uit Azië naar Noord-ADanië. KATWIJK. Geboren: Masrtjo, D. van Willem van der Luyt en L Guyt. Jan, Z. van P. van Dovvenbode en M. Schonenberg. Huig, Z. van W. Haasnoot en J. C. van der MareLNi col aas, Z. van C. Haasnoot en J. Guyt. Overleden: Jb. van Rijn 2 jZ. van M. v. Rijn en J van Rijn. Ondertrouwd: M. van Rijn jm. en J. van der Plas id. STOMP WIJK. Bevallen: N. van den Akker geb. Hoogendoorn D. A. Schrader geb. Lelie veld D. C. P. Rijling geb. v d. Akker Z. VEÖR. Bevallen: M. C. Yieveen geb. Bent velzen D. Overleden: A. van der Velden o. V. 72 j. VOORHOUT. Overleden: Nicolaas Hunts 7 j., Z. van Carel Theodorus Hujjts en Cornelia van Gink. Joannes van den Nienwendijk 3 xn., Z. van Cornells van den Nieuwendijk en Jobanna Catharina van den Boogaard. ZEGWAARD. Geboren: Alida, D. van L. Groenewog on J. v. Elieswijk. Overleden: Wilhelmina Lagerberg, 63 j., echtg. van J. van der Goes. D. J. Berkel 9 d. W. Bregman 7 w. Schiedam, 3 April. Noteering van de Bsnrs- eetninissie Moutwijn 7.25 per HL. Zonder fust en zender belaetiug. Spoeling f 1.40 per ketel. Noteering van de Makelaars: Moutwijn 8. Jenever 12.Amaterd proet 13.50. Noteeriag Diatillateuraboad: Moutwga J 8. Jenever f 12.Amaterd. proef 13.60. iiMOimarden, 3 April. Boter. Aangevoerd 23/4 14/8 en 6/1G v. Eerete soort 46..Fabriekeboterr aanvoer 61/3 en 44/6 v., pry's ƒ41.60 a 46.— commissie ƒ46 a Kaae. Aangevoerd 24,61S KG. ƒ24.— a ƒ34.—. Vee De aanvoer beatond beden uit: 2004 RundereD, 632 Sobapen, 1131 Varkens, Bokken en Geiten, 6 Paarden en Veulens. Stieren, enter- 80 tot 100, l'weotor- ƒ126 tot ƒ280, Ossen ƒ190 tot ƒ200, vette Koeien f 210 tot 270, melke en k&ive Koeien 160 tot ƒ265. Pinken ƒ65 tot ƒ76, vette Kalveren 16 tot ƒ60, Graakalveren tot nuchtere dilo 8 tot 10, vette Schapen ƒ26 tot 26, weide id. 18 tot 23. Lammeren tot vette Varken» ƒ96 tot ƒ106, magere dito ƒ40 tot ƒ46, vette Biggen 26 tot 40, magere dito 4 tot 8, Paarden 70 tot ƒ100, Vette Koeien lste qual. tot o., 2de qual. tot o., «de qual. tot o., stieren per bout tot o., vette kalveren tot c., vette Sobapen tot c., vette Varkens 19 tot 204 c., Varkens Londensohe markt 19 tot 20 o. per */- KG. In Rundvee wa9 de omzet over het geheel stadiger dan de vorige week; in Wol vee behoorlijk goed eu in Varkens voor Londen goed gewild. Deventer, 8 April. Boter per vat ƒ24.a 24.60, afw. ƒ22.60 a 23.per '/„vat 11. 12.60, per KG. 1.10 a 1.20. Eieren f 3.— a 3.75 de 100 stnks. Alkmaar, 3 ApriL Kaas. Aangov. 126 partyen, wegonde 60,763 KG. Prijs voor kleine 28.com missie f 26.—, middelbare ƒ27.—. Handel stug. Zn olie, 8 April. Boter. Aangevoerd 66 4 en 238/8 v. en 1870 stokken, wegende samen 14405 i KG. Prjjs per vat 22.60 a 26.—, per KG. 1.— a ƒ1.16. „Het was alleen maar eens om te kyken, zie je?" zeido Humphrey. Dat waren de eerste woorden, die sinds gerinmen tyd waren gesproken, en wel zoo plotseling, dat Miles or van verschrok, toen ze de stilte verbraken. Ze schenen de bewo ners van dio eenzame plek op te schrikken: eeu vogel vloog op uit een boom en scheerde met eon scherp gesjirp over het water; een waterrat sprong weg van onder een lelieblad, en plonsde midden in den vyver; ontelbare insecten dwarrelden over de steeds wyder wordende kringon aan de spiegelheldere opper vlakte van hot water, en traag zoomden twee of drie byen van de eene lelie naar de andere. Een onbepaald, beklemd gevoel greep de kïndoren aan; do omgeving en alle geluiden, die zy vernamen, hadden iets zwaarmoedigs, on z\) spraken geen woord. De tak van den boom, die over het water hing, dompelde juist zyn uiterste bladeren onder, als het zwoele windzuchtje door het loover ritselde; de waterlelies dansten zachtjes mede op de lichte beweging in het wator, en over de geheele plaats hing een sfeer van doodsrust en afzondering, onder welker Indruk zelfs Humphrey zweeg, en de ontzettende vrees van Miles elk oogenblik toonam. „Laat ons gaan, Humphrey 1" fluisterde hy. „Nog niet," antwoordde Humphrey, plot seling uit zyn verstrooiing opschrikkend; en hy liep op den boom toe. „Ik moet toch dien tak oen goed bekyken. "Wel, hy ia niks verroti Ik geloof, dat hy ons best allebei kan dragen 1" Hy sloeg de armen rondom den stam en begon zich naar boven te werken; spoedig was hy in het dicht© loover verdwenen. Miles' knieön knikten al zyn leden trilden; hy kon zich niet heenzetten over het zwaar moedige gevoel, het bange voorgevoel, dat hem beklemde, en hy verlangde niets vuriger dan aanstonds de plaats te verlaten. Eensklaps hoort de kleine jongen Humphrey's helderen lach. Miles ziet op en ziet hem langs den tak kruipen, die hangt over het water. Zyn gezicht is gloeiend heet, zyn oogen schitteren van opgewondenheid, hy bemerkt niet, hoe de tak zucht, buigt, kraakt onder zyn gewicht. Toen hy zich eenige meters ver had gewaagd, kroop hy weer een weinig terug, sloeg zyn armen om den tak en stond het volgende oogenblik recht op zyn beenen. „Hoera!" roept hy triomfanteiyk r'\ „ik heb het gedaan I W-e zal nu nog .gen, dat het gevaariyk is? Ik ben hier zoo veilig, zoo veilig als het maar kan. Kom hier, Miles, kom dan toch by my, wees niet zoo bangl Je kunt niet half begrypen, hoe prettig het i8l" Miles haalde diep adem. „Moet ik wezeniyk, echt komen?" „Waarom niet? Je ziet hoe gemakkeiyk het gaat. Geef my je hand, dan zal lk je helpen." De schoone knaap leverde een heeriyken aanblik op, toen hy daar zoo hoog verheven stond; het wolgebouwde figuurtje lynde zich scherp togen het groene loovermet een© hand hield hy zich vast aan een tak, en de andere strekte hy uit naar zyn broertje; zyn weelderige bruine krullen omlystten in een bevallige wanorde het opgetogen gelaat; en by na aandoeniyk was de tegenstelling met de bang-droevige uitdrukking op het bleeke gezichtje van den kleine daar beneden, die bevend van angst de oogen opsloeg naar zyn broer en de handjes zenuwachtig samen vouwde. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1903 | | pagina 16