WekelUksehe Kalender. ALLERLEI. Raadsel. ie kost, eer de zieke weer tot rijn ouden toestand teruggekeerd ia. Uit dit alles blijkt zeker wel voldoende, dat de influenza tot de gevaarlijkste ziekten gerekend moet worden. En bestonden er nu maar zeker werkende middelen tegen I Doch die zijn er helaas, niet, hoe vele ook als zoodanig worden aangepredikt. Elk af zonderlijk verschijnsel dezer zioKto moet ook met afzonderlijke middelen tegengegaan worden. Er kan niets anders gezegd worden dn.n deze algemeene regelHoud uw lichaam zoo veel mogelijk op alle wijzen gezond en sterk; ▼olg dus een gezonde levenswijze en tracht nw lichaam langzaam te harden. Want de gezondste en sterkste heeft het minst van de influenza te vreezen. Hij, die zijn lichaam verwaarloost, valt het eerst als slachtoffer Van den kwaadaardigen dwingeland Geheimzinnige vergiften. Altijd en altijd weer duiken geschiedenis jee op van beroemde giftmengers uit vroeger eeuwen, van wonderbare stoffen, die in elk opzaaht zouden voldaan hebben aan den edsoh: goede vergiften te zijn, dde snel en ongemerkt werken, zonder een spoor in het Üohaam van het slachtoffer achter te laten, In een der vele in Engeland en Amerika verschijnende magazijnen is onlangs zulk een peoudo-historische verzameling van feiten" uit het wezen der giftmengerij onder den venlokkandon tritsel Kampioenen in het giftmengen" verschenen. Daarin wordt ge waagd van de wonderlijke gdftringen, die men in Pormpeji gevonden heeft en welker aanraking met spijzen en dranken voldoende zou geweest zijn om deze te vergiftigen. Voorts wordt beschreven hoe iemand een küour-, smaak- en reuklooze oplossing van arsenicum toebereidt en deze oplossing op oen kant van een mes smeert, met welk mes bij vervolgens een appel doorsnijdt, om de vergiftigde helft aan zijn slachtoffer te over handigen, terwijl hij zelf de andere helft eet en ongedeerd blijft. Dan vernemen wij do geschiedenis van den drinkbeker, die edkem wijn in vergift verandert, en ten laat ste het verhaal van den spiegel, die de too- verkracht bezit ieder te dood en, oio rich er dn beziet Zulke gesohiedeniejes van won derbaarlijke geheimzinnige vergiften verdie nen geon geloof. Vergiften, die, na een voor uit berekenden tijd, hun werking uitoefe nen; vergiften, welker kwade invloed niet onmiddellijk, maar eerst na maanden, soms zelfs eerst na jaren, begint; vergiften, die geen spoor in het lichaam achterlaten •3 zulke stoffen kan men naar het gebied der fabel8 verwijzen. De vrees is een goed middel tot opwekking van de fantasie en het blinde bijgeloof. En het lag in het be lang van hen, die met vergiften omgaan, de wonderbaarlijke eigenschappen er van te vergrooten. Evenals dc verkoopers der middeltjes, die in onze dagen worden aangewend tot. ver- hoogiag der lichamelijke schoonheid of tot andere minder onschuldige doeleinden, hadden de giftmengers uit vroeger eeuwen van een gerechtelijke vervolging wegens een noodlottige uitwerking van het door hen verkochte goedje, weinig te vreezen, want waar gelijk begrijpelijk is geen klager is, is meestal ook geen rechter. Somwijlen kwam het wel voor, dat de persoon, op wien het gemunt was, ongeveer na den door den giftmenger voor de werking van z::n vergift, opgegeven tijd stierf en dan wns de won derbaarlijke bracht van het mnddel, zooals vanzelf spreekt., schitterend bewezen. Het is niet onwaarschijnlijk, dat de vermeende ver giften uit de middeleeuwen in den regel evenzoo onschuldige dingen —aren, als vele der thans door gewetenloos en in den handel gebrachte genees- en versterkingsmiddelen, in hoofdzaak bestemd, om den goedgeüoo- vigen het geld uit den zak te kloppen. Tot samenstelling van zoo buitengewone vergiften, als in de oudheid en in de mid deleeuwen zouden bestaan hebben, zou min stens een zeer uitgebreide kennis der toxi cologie noodig zijn geweest, die toenmaals zonder eenigen twijfel niet bestond. In dc oudheid, kende men scheerling, opium, arse nicum, aconiet (monnikaap) en mandragora (heksewortel), rgeen andere vergiften. Genoemde stoffen zijn alle in haar werking gemakkelijk te onderkennen en geen enkele er van kan in een eemigszine aanzienlijke hoeveelheid genomen worden, zonder zich door reuk of smaak te verraden. Er waren lange en zorgvuldige proeven op cLcren noo dig met nauwkeurige preparaten en niet met ruw gewonnen stoffen, om de verschijn selen der langzame vergiftiging vast te stel len. Een zoodanige kgnnds b'-i-ft men in geen geval in vroegere tijden opgedaan. Het is ook over het algemeen niet- waarschijnlijk, dat groot© geheimen op dit gebied zouden verloren geraakt zijn. De moderne wetenschap heeft alle gewone stoffen onderzocht, die aam de oudheid be kend geweest kunnen zijn, en wij zijn thans allernauwkeurigst met haar eigenschappen vertrouwd. En onder haar is geen enkel middel, dat in de geringe hoeveelheden, als waarvan herhaaldelijk sprake is, doodelijk zon kunnen werken; ook geen smaakloos poeder, dat als een greep zout over de spij zen heem gestrooid zou kunnen zijn gewor den en zeker den dood ten gevolge moest hebben. Voor den plotselingen en onopgehel derd en dood van in de geschiedenis ver maarde personen zijn soms vele zeer natuur lijke verklaringen, zonder dat men aan won derlijke vergiftigingen behoeft te denken. De helaas, steeds moderner wordende ziekte (appendicitis) neemt een verloop, dat veel overeenkomst met vergiftiging vertoont. Het slachtoffer dezer ziekte, dat gewoonlijk van sterken en gezonden lichaamsbouw ie, wordt weinige uren na den maaltijd door een hevige pijn in het onderlijf overvallen en sterft binnen 3443 uren. Bij vTouwem zijn er nog andere ziekten, dde den onkun dige aan vergiftiging zouden doen geloovem. De dood van Germamicus, die door Tacitus aan vergiftiging door den op zijn wapen- succes naijverigem broeder Tiberius wordt toegeschreven, schijnt in werkelijkheid het gevolg van een acute verergering eener oude tuberculose- geweest te zijn. Zondag. Spreek alleen over dingen, die uw hoor ders belang inboezemen en die ze begrijpea kunnen, Maandag. Zelfbewustzijn is trots op wat men is; ij delheid is trots op wat anderen van ons denken. Dinsdag. Weelde maakt, dat. wij behoeven, wat wij niet behoeven. V Woensdag. Hoe kariger ge met woorden rijt, hoe min der zotheden u zullen ontsnappen. Donderdag. Als de lafheid neerschrijft wat de nijd dicteert, dan ontstaat een: anonieme brief. YrUdag. Hoe eenvoudiger spijs, hoe gezonder bloed. Zaterdag. De tegenspoed kan den menscb verheffen en veredelen, gelijk de diamant door het slijpen zijn glans verkrijgt. RECEPT. Ragout. Blancheer 200 gram rijst, na ze vooruit te hebben gewasschen. Neem de rijst uit het water en laat ze uitdruipen om de hoeveel heid daarna op te zetten met een liter kalfs bouillon en een stukje boter. Laat de rijst langzaam doorkoken en wanneer ze ga is, doe er dan nog een atuje Lofcer door vaa 26 gram. Daarop doet ge het geheel in eea rijstrand. Den ragout maakt gij van resten kalfs- vleeech of, zoo gij die voorhanden hebt, stukjes zwezerik, hamekammen, welke ver mengd kunnen worden met jn pi gnnmgy olijven en truffels, alle© in een saus van bloem met kalfbouilkm en boter met twee eierdooiers. Even voor het opdienen wordt de rand op een schotel gelegd en de ragout daarin gestort. DemocraatAristocraat. Democraat in theorie, Dit wil menigeen wel wezen; 't Scheelt allicht een stem of drie. Straks weer ben je er van genezen. Och, als 't maeur zoo'n beetje gaat, Wordt toch elk Aristocraat üe school. Onderwijzer: „Waarom lijken de bergen van verre zoo grijs?" School jongen: „Omdat ze oud zijn." On-vervalscht. Kooper: „U staat er dus voor in, dat deze diamanten echt zijn?" Juwelier: „Zeker, ik kan den fabrikant persoonlijk." Verstrooid. Heer (op straat): „Dag* professor, hoe vaart u? Ik was straks aan uw huis. Mijn naam is Plu 1" Professor: „Zeer aangenaam kennis to maken; ga zitten!" Goed overlegd. Huurder: „Er staat wel een piano op mijn kamer, maar ze is geslo ten." Hospita: „Ja, de sleutel is begrepen ia de huur van den heer beneden." Langs een omweg. Jongen (die zijn vader 's avonds een biefstukje ziet verorbe ren): „Zeg, pa, als ik groot ben, laat ik do meid 's avonds ook een biefstuk bak1 n* maar dan geef ik mijn zoontje er stukje van." Landelijhe eenvoud. Mevrouw (bij het in-dienst-treden van een nieuwe dienstbo de, die van buiten komt): „Als er bezoek komt, moet je dat aandienen." De meid (eendge oogemblikken later, als er een dame komt, terwijl zij de deur open gooit): „Daar komt er een!" Mislukt compliment. Vorstin: „Zeer aangenaam, kennis mct.u te maken. Ik heb uw gedichten gelezen en ze zeer mooi ge vonden." Dichter (met onderdanige buiging): „O, wat een geluk, genadige vorstin, uit uw g r o oten mond een zoo gunstig oordeel te vernemen." Uit 's lands historieblaAn kan overvloedig blijken, Dat d'oude Republiek van mij en mijns go» lijken Reeds in den vroegsten tijd veel dienst ga» noten heeft. De handel, die ons land nog macht en rijk dom geeft, Zou, als ik er niet was, zich elders henea wenden. Want zonder mijne hulp kan men geen scha» pen zenden. Met zeven letters wordt mijn naam ter neer gesteld. Lees daarvan de eerste drie, dan t reedt mea mij met voeten. Met de and're vier ziet go een bekend* bloem gespeld, 'k Ontdek me reeds te veel, dus zal 'k den rader groeten. [Oplossing in het volgend Zondagsblad].

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1903 | | pagina 12