Voor Amateur-Photografen. Oude Gebruiken. Iets over dea ïistlstae. Te acht uur stelde de heele school rich op, om naar de eetzaal te marcheeren, onder toezicht van den bovenmeester, ten einde op het ontbijt aan te vallen. In ongeveer twin tig minuten wae dit nummer van het pro gramma afgewerkt en nauwelijks was het dankgebed uitgesproken, of de jongens stormden naar de speelplaats, waar ik ge noodzaakt was de wacht te houden, totdat xij in school teruggeroepen werden to kwart over negenen- Ik had daarna een paar uur voor mijzelf. Kwart over elven -begon mijn wiakunde- klasse. Te twaalf uur Vwreischten de jon gens dan weer vrij het toezicht van twee onzer tot het middagmaal en na het middagmaal tot twee uur. De namiddag werd geheel ingenomen door een opeenvolging van verschillende lessen, vooral schrijven. Dan, om halfvijf, waren de jongens vrij tot theetijd en daarna waren ze weer onder mijn hoede tot zeven uur, als allen weor in school moesten zijn gedurende anderhalf uur, die besteed werden aan meet kunde en algemeene gesohiedenis, maar, met mooi weer, dikwijls ook aan een wandeling of een of ander spel in de open lucht. Halfnegen ging de bel voor het avond eten, dat onmiddellijk gevolgd werd door gebed, en te negen uur marcheerde ieder van ons af om de verschiHondo secties naar bed te brengen. Dat was geen gemakkelijke taak. Kussens en peluwen waren zeer in de mode in die dagen ais projectielen; en als in hot donker een paar honderd stevige knapen in hun naohthemdeu met die dingen aan het gooien waren en door on over elkander rolden, dan was het nagenoeg on mogelijk de orde te horstellen of de belha mels uit te vinden. Vijftig malen wel heb ik, een uur achter elkaar, aan een of ander voeteneind gezeten, doodstil wachtend; en vaak, als ik, misleid dan door hun snorken, heenging, allen in Morpheus' armen wa nend, was ik genoodzaakt terug té keeren met lichten en alle hulp, die ik maar bijeen kon krijgen, om een of ander vreeselijk op roer te dempen, dnt het huis tot op zijn grondvesten trillen deed." Medegedeeld door J. Janssenfirmant der firma Janssen Co., Photo Artikelen, Leiden). Groothoek-Storeoscoopcamera, Systeem „Van Albada". Iets nieuws op de photographische markt in den vorm van een zeer compacte en ele gante StereosooopcameraDe camera is in gericht voor tijd- en moment-opnemingen. Een gordijnsluiter loopt vlak langs de plaat met een opening, welke zoo groot is als de plaat breed. De sluiter is te roeien door het spannen der veer. De spleet is niet ver ste 1 baar. De camera is zeer compact; de af metingen zijn 16 1/297 cM. De plaat- grootte is 613 cM. Het plankje, waarop de objectieven be vestigd zijn, kan men na het gebruik omkee- ren, zoodat de objectieven dan in de camera komen. De achterlenzen worden tegen be schadiging behoed door een dekplankje, waarmede ze worden afgesloten. Bij het toestel worden geloverd metalen enkelvoudi ge chassis, verder een lederen tasch en een losse kijker. De camera zelf kan ook als kij ker dienst doen, echter alleen voor diaposi tieven. Voor het gebruik van den lossen kij ker worden de objectieven met bet plankje uit de camera genomen en in den kijker ge plaatst. De voorste deelem der lenzen, waar in de diafragma's zijn, worden er dan af- genomen. De voordeelen dezer Stereoscoopcamera zijn de volgende: Zij hoeft een zeer ruim gezichtsveld, dat ongevec-r tweemaal zoo groot is als-dat der gebruikelijke Stereoscoopcamera's. Zij geeft de werkelijkheid volkomen in haar natuur lijke grootte weer, doordat de opneming-ob jectieven ook voor het beschouwen der ste- rooscoopplaten worden gebruikt. Hierdoor heeft men ook absoluut geen verteokening in I den stereoscoop. die men bij de gewone kij- kers meestal wel heeft. De kleine brandpuntsafstand c.r objectie ven maakt het mogelijk zelfs bij momentop nemingen gelijktijdig zeer nabij en verafgele gen voorwerpen scherp weer te geven, wat in verband met het groote gezichtsveld en de nauwkeurige instelling van het stereos- coopplaatje het stereoscopisch effect veel sterker en natuurlijker doet uitkomen, ter wijl iedereen met normale oogen, en zelfs ook vèrzienden, zonder vermoeienis de plaatjes kunnen beschouwen. De voorlens van elk objectief is zeer ge schikt tot het vergrooten der stereoscoop- opnemingen, terwijl voor- en achterlens af zonderlijk tevens zeer goed bruikbaar zijn voor groothoekige opnemingen 9/12 en 13/1S cM. Ten slotte is elk objectief afzonderlijk uit stekend te gebruiken voor sterke vergroo tingen of zoogenaamde microphoto- ïphi- •che opnemingen. (Op vragen, onder deze rubriek vallende, zullen inlichtingen gegeven worden, als bijv. over toestellen, ontwikkelaars, enz. Vragen en antwoorden zullen worden opgenomen). Vrijage in Lapland. In Lapland wordt een man, die een meisje tegen den zin harer ouders huwt, zwaar gestraft, weinig minder dan een moordenaar. Maar het gebeurt er nooit, dat een meisje wordt gedwongen te trouwen mot een man, die haar niet bevalt. Als eon jonkman aanzoek komt doen bij do ouders van het meisje en hij bevalt hun, dan zeggen zij: „Als die man onze dochter aanstaat, zullen wij hem tot schoonzoon aannemen. Het moet beslist worden als op den dag, toon Lulea van het dal zich bij het loopan omwendde en het hoofd voor Lapp-Al ten boog." Dan wordt aan het meisje medegedeeld, dat een jonkman haar hand heeft gevraagd. Soms kent zij hem, maar dikwijls is hij een vreemde voor haar. Er wordt nu een maal aangericht, waarbij de jongelieden tegen over elkander zitten en met elkaar mogen 6p reken. Na dien maaltijd gaan allen naar een open plek, en dan begint de jacht op do bruid. Er wordt een baan van duizend mijlen af gepaald voor den wedloop, en men geeft het meisje driehonderd meter voor. Zoo kan zij, wanneer zij niet bijzonder slecht ter been is, zeer gevd den vrijer, die haar niet aanstaat, ontloopen; want als zij vóór hem aan den eindpaal is, blijft zij vrij en de jonkman mag haar niet meer lastig vallen. Maar bevalt de jonkman haar, of is hij reeds ainds lang haar dierbare vriend, dan behoeft zij zich niet in to spannen on zij zal spoedig genoeg door haar minnaar zijn in gehaald. Er zijn van -die oude, vrome gebruiken, welke de eeuwen troteeeren; die, ofschoon nu en dan onder verschillende invloeden minder duidelijk voor den dag komende, nimmer opgehouden hebben voort te bestaan en zich dan ook, onder gunstige omstandig heden, onmiddellijk weder laten gelden. Yan die gebruiken vol kinderlijken eenvoud, maar tevens vol poëzie. Niet echter geheel onveranderd, niet vol komen in denzelfden vorm en met gelijke uitingen zijn zij allo tot ons gekomenook op vele hebben de tijden hun invloed doen gelden, maar in grondtoon zijn zij gebleven wat zij waren. Het zal niet noodig zijn, te zeggen, waar voor dit aanloopje moet dienen. Wij vierden het Kerstfeest on bij die viering wordt een eeuwenoud gebruik nog steeds toegepast. Die plastische afbeelding van den stal te Bethlehem, die men in deze dagen in de ka tholieke kerken aantreft, is geen uitvinding onzer dagenzij dagteekent van eeuwen her, doch in de 16de eeuw, en mogelijk reeds vroeger, was nog een ander gebruik in zwang. Op het hoofdaltaar namelijk werd een wiegje met een kinderbeeldje er in ge plaatst en dan voerden de moeders haar kin deren, elk van een dergelijk wiegje en een schelletje voorzien, tor kerke, on wanneer dan de priester onder de Mis, bij het aan heffen van een Kerstlied, dat Kindje op het altaar begon te wiegen, dan volgden allo kinderen, in hot heiligdom aanwezig, dat voorbeeld onder het zingen van hetzelfde liedje en het klinken der belletjes. Welk liedeke daarbij gezongen werd, en of bet steeds hetzelfdo was, weten wij niet^i slechts beginwoorden vinden wij aangete©- kend, en deze luiden eenvoudig genoeg., Doch die eenvoud doet ons een hoogerea ouderdom dan de 16de eeuw vermoeden en wij gelooven, dat, zoo wij den goheelea tekst van dat Kerstlied voor ons hadden, 1 wij een dier lieve ongekunstelde godichfcjea zouden lezen, waaraan do middel-Nedar- landsche letterkunde zoo rijk is. Hoe eenvoudig-poëtisch is het Kerstlied, waarvan de eerste strophe luidt: „Ons ghenaket die avontst&r, „Die ons verlichtet also ciaor: „Wol was haor doe. „Susa ninna susa no©, „Jesus minne sprac Marien toe." En dan hoe innig meewarig klinkt da klacht des dichters over de armoede, waar in de Verlosser van het 1©. venslicht zag: „Dat huis dat hadde so menich gat, „Dacr Christus in gheboren was." En hoe wordt dan in de volgende strophen hot geluk, de moederweelde van Maria ge- sc hotst in enkele woorden, als hij voor beeld deze: „Si setto dat hint op haren schoot. „Si cussedet voor syn mondekyn root; „Het was so soet." af: „Si sefcbe dat kint op haren accrm, „Mit groter vrouden sach syt aan." Een hooge vlucht nam 's dichters geest niet en later tij don leverdon menig lied van veel greoter kunstwaarde, maar niet altijd vac even vroom kinderlijk gevoel. Een der schoonste Kerstliederen is het al gemeen bekende lied uit Vondels Gijsbrecht van Amstel, dat op het eind van het derde bedrijf door de roi van Klorissen wordt aangeheven „O Kerstnacht, schooner dan de dagenl „Hoe kan Herodes 't licht verdragen, „Dat in uw duistornisse blinkt, „En wordt gevierd en aangebeden, f Ant Het is dan ook een oud Amster damseh gebruik geworden, waaraan op enk*- le uitzonderingen na steeds de hand gehou den werd om in Januari in do hoofdstad de ..Gijsbrecht" ten toonoele te voeren. Dat gebruik vindt zijn ontstaan in de inwijding van den schouwburg op de Keizersgracht, het gebouw, waarin zich thans hot R.-K. Onde-Armen-kantoor bevindt, die den 3don Januari 1638 plaats vond en bij welke gele genheid Vondels nieuwste tooneolstuk voor het eerst werd opgevoerd. En nu mogen too neel-critici zeggen, dat do werken onzer 17de eeuwsche-dichters niet geschikt meer zijn voor het hcdondaagsch tooneel en alleen ge noten kunnen worden in de stilte en rust van het studeervertrek, een blik in don schouw burg bij zulk een Gijsbreoht-opvoering logen straft echter die bewering, want men vindt alsdan, vooral de lagere rangen, dicht bezet, hetgeen wel een bewijs is, dat het Amster- damsche volk nog oog en oor voor dat stuk heeft. En gelukkig geeft men het in de laat ste jaren weder on verknoeid ten gehoor©. Toon de Kersttijd naderde, zagen we in enkele étalages tal vam takken hangen, die den naam dragen van Mistletoe. Vaak hoort men vragen: Wat is dat toch voor een plant? Van waar komt zij? En ten slotte: Het is zeker Lets nieuws? Deze plant heet Viscum Album (Vogel lijm) en wordt ook wel Marentak genoemd;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 11