ken enz. en hot op aangegeven peil ontgra
ven en wegvoeren van zanJt voor de terrei
nen der villa's „Jacobson" en ,,Costa" enz.
Minste inschrijver J. Knijncnburg, te Sche-
veningen, voor 8234.
Mollige vondelingetjes uit den be
roemden gevel van het Spedale dcgl' In-
aocenti te Florence versieren op toepasse
lijke wijs don omslag van een boekje „Over
Bescherming en Verpleging van Jonggebore
nen", door jlir. dr. E. Tcixeira de Mattos
(Rotterdam, Nijgh v. Ditmar).
Iedereen weet dat zeer veel jonggeborenen
sterven voordat zij het eerste levensjaar
hebben bereikt. Maar haast iedereen denkt
dat dit onvermijdelijk is. Was dat echter
zoo, hoe zouden dan do groote afwijkingen
verklaard moeten worden die de statistiek
aanwijst in de cijfers betreffende de sterfte
van zuigelingen in verschillende landen,
zelfs in verschillende streken en stoelen van
één landl Het spreekt ook wel vanzelf, dat
omstandigheden, verpleging, er zeer veel toe
doen; maar de verpleging en de levensom
standigheden in de achterbuurten!Do
ziekenhuizen dan? Daar echter, zooals die
tegenwoordig nog ingericht zijn, is de kin
dersterfte zoo ontzaglijk hoog, dat bijv. de
meeste Engelsche en veel andere kinderzie
kenhuizen geen kinderen onder dc 2 tot 3
jaar opnemen 1 De arme wurmen moeten dus
jnaar sterven. „Het is duidelijk, zegt dr.
Tcixeira, dat do zuigelingensterfte, ook als
oeconomische krachtsverspilling, zich te on
zent in alle lagen der maatschappij nog to
veel doet gevoelen." En hij meent zelfs te
mogen aannemen dat er van do 25,000 kin
deren, die in Nederland jaarlijks beneden
't jaar sterven, ruim 9000 onnoodig geofferd
worden.
Dat zooveel jonge levens inderdaad on
noodig worden opgeofferd, dc schrijver be
toogt het met klem.
In zijn conclusie somt de schrijver de vol-
gendo voordeelcn op, die hij verwacht van
een speciale af deeling voor zuigelingen,
respectievelijk zuigelingonkliniek, als eerste
inrichting van dien aard in Nederland:
$)oclmatigo behandeling van zicko zuige
lingen; dc vorming eenor „centrale" van
nauwkeurig gecontroleerde minnen; gelijk
stelling dor belangen van het kind der min
jnet het zoogkind; vorming van een staf van
goede verpleegsters voor den zuigelingen-
leeftijd; vorbeitering der raelkvorzorging
voor de stad ten gevolge van den invloed,
dio in dat opzicht zal uitgaan van do inrich
ting; voordeden voor onderwijs cn weten-
Bchap.
Er heeft zich een commissie van 15
heeron uit do leden van de Nieuwe of Litte
raire Sociëteit te 's Gravenhage gevormd om
ier herinnering aan hot gevierdo feest van
hot 100 jarig bestaan van de „Witte",
op een, by nador overleg te bepalen wijze
en in den meest geschikten vorm, door een
blijvend gedenktoeken huldo to brengen aan
de mannen, die, gedurende een eeaw en ook
thans nog, als bestuurders, belangloos hun
krachten aan de instelling hebben gowyd.
Wy vernemen, dat de firma Martlnus
Nyhoff te 'b Gravenhage, eon filiaal gesticht
heeft to Nieuw-York.
De agenten van Noord-Amerika by het
scheidsgerecht van het Hof van Arbitrage in
zake hot intornationaal rechtsgeschil, zyn heden
in Don Haag teruggekeerd.
Men loldt hieruit af, dat de uitspraak weldra
te vorwachten is.
Naar „De Tyd" verneemt, is de kans
zoor groot, dat de Pro Boor-tontoonstolling
binnenkort van Schevenlngen naar het stede-
lyk museum to Amsterdam wordt overgebracht.
By do gisteren gehouden verkiezing voor
don Haarlomschon Gemeenteraad worden uit-
gebracht 1677 geldige stemmen, waarvan
975 op den heer F. M. baron van Lynden,
candldaat van alle kiesvereenigingon, behalve
do anti-revolutionaire, on 702 op rar. P. J.
Troelstra, candidaat der S.-D. A.-P. enVolks-
klesvereeniglng. De eerste is dus gtkozen.
Tot rapporteurs over hoofdstuk VI
Staatsbegrooting en het wetsontwerp tot be
schikbaarstelling van geldon wegens ver
strekkingen door hot departement van marine
voor 1902, zyn gekozen do hoeren Liefiinck,
Brummolkamp, Goekoop, Duyraaer van Twist
en Verhey.
Voor de verkiezing van een lid van de
Tweede Kamer der Staten-Goneraal in het
kiesdistrict Gouda zyn gisteren candidaat ge
stold de heeren: dr. H. Gorter (aoc.-dem.);
mr. M. M. Schim van der Loef! (lib).mr.
S. de Vries Cz. (anti-rev.) en C. A. Zelvelder
(vryz.-dom.).
Het lid der Eerste Kamer voor Limburg,
de heer F. Coenen, van wiens ovoriyden wy
melding maakten, was sinds 1893 lid van
Ged. Staten van dat gewest en werd in Mei
dezes jaars als opvolger van don heer Magnée
tot lid dor Kamer gekozen.
Men zal zich herinneren, dat de heer Coe
nen omstroeks 20 Juli een operatie onder
ging, die toen goed gelukte.
B. en Ws. te Haarlem bevelen aan voor
de vacante betrekking van leoraar in do wis
kunde aan het gymnasium, don heer C. H.
Brinkman, doctorandus in do wis- en natuur
kunde te Amsterdam. Do heeren J. J. van
Laar en Joh. A. Vreeswyk Jr. hebben zich te
ruggetrokken.
De commission A. en B. tot wering van
schoolverzuim hebben gevraagd om hot too-
konnon van presentiegeld voor het by wonen
der vorgaderingen. B. en Ws. adviseeren
daarop afwyzend te beschikken, wyi ook de
leden van andere commission dikwyis hun
tyd productiever zoudon kunnon besteden.
Naar „Do Heraut" mededeelt, hebben
directeuren der Vrye Universiteit in hun ver
gadering van Woensdag tot hoogleoraren be
noemd de heeren dr. H. Bavinck en P. Biester-
vold te Kampen. Aan prof. Bavinck is daarby
opgedragen het ondorwys in de dogmatiek,
aan prof. Biesterveld dat in de ambteiyko
vakken en de Exegese van het Nieuwe
Testament.
Te Monnikendam had de teraardebestel
ling plaats van het stoffeiyk overschot van
dsn heer L. van Wyngaarden, vroeger hoofd-
onderwyzor aan do Chr. School to Zaandam
en daarna aan die te Veenendaal.
Aan do groeve weid eerst oen harteiyk
woord gesproken door ds. Kreyt, van Monni
kendam, waarin deze herinnerde aan den
arbeid voor het Koninkryk Gods, dien do nu
gestorven broeder in zyn werkzaam leven
mocht verrichten.
Daarna herdacht ds. Van Wyngaarden, van
Voorschoten, als neef, voornamoiyk hetgeen
zyn oom in botrekking tot de familie was
geweest.
Eindeiyk wees zyn zwager, ds. Renkoma,
van Rynsburg, op het werk des Hoeren, in en
door don overledene vorricht.
Door eon broeder van den ontslapene werd
de dank der weduwe en kinderen gebracht,
en tevens verzocht aan te heffen het 2de vers
van Psaliu 68; dewyi de overlodene dikwyis
don wensch had uitgosproken dat dit lied
aan zyn groeve zou worden gezongen.
Vele belangstellenden woonden de plochtig-
heid by.
Een goachto familie In ons land moest
dezor dagen uit de dagbladon vernemen dat
een harer zonen een tweede-luitenant by
hot Indische leger aan cholera was over
leden. Men kan begrypen, welk eon schrik
zulk eon tyding, op die wyze zonder oeuigo
voorbereiding gebracht, in die familio veroor-
zaakto. Zeker zou hot hoogst gowoii6cht zyu,
dat fainiÜön vroeger op andere wyze den
dood hunner dierbare betrekkingen vernamen.
Eenigo maanden geleden trad de heer
W. van Esvold, directeur van de Surinaamsche
Bank te Amsterdam, af ais directeur-president
van die Bank te Paramaribo. By zyn vertrok
uit de koloniën werd hem, uit waardoering
en 8ympatiiie, namens een groot gedeelte der
burgery door een comité aldaar, een huldo-
blyk toegezegd, dat hom in Nederland zou
worden aangebodon. Die aanbieding geschiedde
gisteren uit naam van dat comité door do
heeren jlir. mr. J. L. W. C. von "Woilor,
rechter te Rotterdam, en J. A. II. Reizigoi,
Weatindiscli ambtenaar met verlof te 'a Gra
venhage. liet huldebiyk bestaat uit een
studeei kamer amoublemont van een zeldzame
Surinaamsche houtsoort.
Het stoomschip „Herzog" (uitreis) ar
riveerde 8 Oct. te Kaapstad; dc „Kurfurst"
(uitreis) arriveerde 8 Oct. to Napels dc
„Oranjc-Nassau" arriveerde 10 Oct. van W.-
Indie to Havre; do „Rijndam", van Rot
terdam naar Nieuw-York, is 10 Oct. Praw-
lepoint gepasseerd.
Katwyk. In de afgeloopen week kwamen
alhier In afslag 2 partyen pekelharing voor
f 13 en f 13.05 per kantjo; 8 partyen
stourharmg voor f 10 tot f 11.60 per kanlje.
Koudekerk. Gisterenmiddag werd de
80-jarige H. V. zoodanig door een wielryder
aangereden dat hy tegen den grond viel en
daarby aan het aangezicht deeriyke kwets
uren opliep.
Noordwykerkout. De veilingen van droge
bloembollen slagen hior doorgaans zèor goed.
Ook die van jl. Donderdag gohoudon in het
café „Het Wapen van Noordwykerhout" en
haar geluk? Of had zij den wagen hooren
aankomen, en vreesde zij hem weer to zien?
Opeens stond Lassow achter haar en sneed
haar den terugweg af.
„Ik kom jo felicitecron, Elvi."
Zij schrikte en keerde zich om.
„Mij?"
„Ja, met uw engagoment."
„Mij vroeg zij nog eens, en toen vloog
weer het ondeugende schalkscho lachje over
haar gelaat. „Go hebt dc verkeerde voor,
Lcx; ik ben niet geëngageerd, maar Lena."
„Élviro!" Hij omklemde haar polsen als
mot een ijzeren schroef. „Drijf niet ook nog
don spot met mij. Gij zijt immers de bruid
yan Ilsingen?"
Zij schudde het hoofd. „Neen, Lex, ge-loof
mij toch, hij is met Lena verloofd. Ge weet
toch wel, wat ik hom op dien bewusten
avond goantwoord heb? En ik ben niet van
gedachten veranderd.
„Elvi zoete kindjol" Het klonk als con
luide jubelkreet, on toen sloot do dolle graaf
Elviro IC rocker in zijn armen on bedekte
haar gelaat met kussen.
„Jo kunt zeggen wat jo wilt, Elvi, ik zie
niet van jou af; ge zijt do mijne. Ik kan het
loven zonder u niet dragon. Zooto kindje,
I dacht je dan waarlijk, dat het zou gaan, jij
hior, cn ik in Domberg, en tpsschen ons ci.
1 Bohim van het verleden?"
i Zij schudde het hoofd. „Ik heb ook ingo
zien, dat hot niet ging, Lox. Mijn hart is
bijna gebroken."
„En nu vertrouw je me, niet waar, lieve
ling, etn volg je me."
„Tot aan het eindo der wereld.'*
„En heb je mc nu alles vergovcn, Elvi,
alles?"
Toen verborg zij haar hoofdje aan zijn
borst. Vergeef jo mo, Lex, dat ik ook maar
een oogenblik aan jo kon twijfelen?
XXXIV.
Do dolle graaf is nog altijd dol, ofschoon
hij nu reeds anderhalf jaar de echtgenoot is
van do schoonste, beminnelijkste vrouw, die
mijlen ver in den omtrek den naam draagt
van een oud-adellijk geslacht. Zijn standgo-
nootcn schudden dikwijls het hoofd over
hom; dat hij door zijn huwelijk den eersten
burgerlijken naam in den stamboom van het
geslacht Lassow-Domst heeft gebracht, ver
geeft men hem gaarno ter wille van de be
koorlijke gravin Elvire. Maar hij doet erger
dingen. Zoo heeft barones Rehbcrg, een go-
boren rijksgravin, eenmaal „bepaald onmo
gelijke mensohen" op Domberg aangetrof
fen, die er al sedert veertien dagen logoer
den, en als mijnheer en juffrouw Ellingson
werden voorgesteld. Hij was groot en dik, en
sprak en lachte veel on hard. Zij was klein
on dik, en, naar men zei de, vroeger met den
oom van haar tegonwoordigen man ge
trouwd geweest. Met graaf Lassow stond zij
op een zeer vertrouwel ijken voet. Hij noem
de haar „juffrouw Doortje" en zij reide
„mijnheer Lassow", och, neem mij niet
kwalijk ik meen mijnheer de graaf l"
Vreesolijk 1
Eonigen lachten er over en trachtten zich
voor te stellen, hoe de barones zich wel te
genover deze lieden gedragen zou hebben,
in dat van den lieer P. Heemskerk Snr. kon
daarvan weder getuigon. Niettegenstaande
sommigen waren misleid door het verschil in
de data genoemd in advertentiön on catalogus
was er vrywat aangevoerd, was er nogal
kooplustig publiek en waren do besteedde
prezen niet onbeteekenend. Enkele soorten,
we noemen slechts do Proserpin en de Scarlet
Due, brachten booge pryzen op. Eerstgonoemde
zelfs meer dan hondord gulden p:r hectoliter.
In het begin dezer week verkocht iemand
alhier aan een ander ingezetene een hoctoliter
proserpinen voor 80. Ze waren nog niet
gelevord en do verkooper, vernemende dat hy
op do veiling waarscbyniyk moor zou bodin
gen, bood den kooper f 5 mits hy don koop
ongedaan liet. Aldus geschiedde. Tydens de
veiling werd van hetzelfde partytje f 115
gemaakt.
Van do loting door do nationale militie
gisteren to Noordwyk gehouden, is de uitslag
voor doze gemeento als volgt: no. 1 Th. v. d.
Borg; 2 Chr. v. d. Raadt; 3 A. Duivenvoorde;
4 D. de Jong; 5 C. Duivenvoorde; 6 J. Heems
kerk; 7 A. do Winter; 8 J. Duivenvoorde;
9 H. v. Hensbergen; 10 C. v. d. Borg; 11
C. Kortekaas; 12 H. v. d. Weyden; 13 J.
Werneke; 14 Nic. v. d. Berg.
Hoewel no. 4 waarschyniyk afgekeurd zal
worden, vernamen we dat reods No. 6 niet
dienstplichtig is. Kenteokende zich vroeger
zoo'n dag door groote rumoerigheid, waarby
de landsverdedigers in spo reeds by voorbaat
bowyzen van mood, zy het dan ook treurigen
meenden te moeten geven, gelukkig is ook
hierin kentering merkbaar. Alles liep kalm
af en reeds oui half elf 's avonds hoorschte
in het Dorp de rustige rust.
Woubrugge. Het damescomité, dat zich
hier op initiatief van den burgemeester heeft
gevormd, zal reeds do volgende week in de
g6moente rondgaan tot inzameling van
moge liet zyn milde gaven tot leniging van
don nood van weduwon en weezen van ge
vallen Booren in den onzaligen kryg in Trans
vaal en Vrystaat.
Kerkelijke berichten.
Hazerswoude: Nod.-Herv. Qemoente.
Zondagmorgen te halftion: ds. F. Oberman,
van Leidon. 's Avonds te halfzeven ds. C.
Heemskerk, van Waarder.
Woubrugge: Nod.-Herv. Kerk. Zondag-
voorin. en 's avondsds. La Grand.
Geref. Kerk. Zondagvoorm. te halftlen en
nam. te twee uren ds. v. d. Voet, van
Leimulden.
Godsdienstoefening der Afd. van den Protes
tantenbond. Zondagavond te zovon uren
Voorganger ds. Boonacker, van Oudshoorn.
Zwammerdam: Ned.-Horv. Gemeente.
Zondagvoorm. te halftien, ds. J. Hoogenraad,
te Lelden.
De Bóeren-generaals.
De Boerengeneraals le Utrecht.
Gisteren was het do dag, dat de oude Bis
schopsstad de eer genoot de helden Botha,
De la Roy on De Wet officieel te mogon ont
vangen en huldigen.
Reods lang voor den tyd, dat do trein met
de generaals zou aankomen, verdrong zich
eon dichte menigte op hot plein voor het
Centraalstation.
Steeds dichter word de volksmassa al naar
het tydstip van de aankomst van den trein
naderde. Emdeiyk was het oogenblik daar, dat
de trein het 6tation binnenstoomde.
Dr. Jonkman verwelkomde de generaals met
een korte toespraak. Do Utrechtsche Mannen-
zangvereeniging zong „Hollands Glorie".
Daverende toejuichingen barstten los, toen
de generaals het station verlieten.
Li het eerste rytulg zat generaal Botha
met de presidenten van de comités, In het
tweede generaal De Wet, en in het derde
generaal De la Rey, terwyi in het vierde
rytuig de secretarissen van de generaals met
den rector van het Utrechtscb Studentenkorps
hadden plaats genomen.
Eerst werd gereden naar „Paushuizo", waar
de ontvangst plaats had door den Commis
saris der Koningin in de provlncio Utrecht,
A baron Schimmelpenninck van der Oye van
Nyenbeek. Dit bezoek droeg een zoor officieus
karakter en werd slechte door enkelen byge-
woond. Een officieels toespraak werd met
gohoudon.
Generaal Botha sprak een woord van dank
voor de ontvangst.
Van „Paushuize" begaf men zich naar het
Stadhuis, waar hst Dagelyksch Bestuur en de
maar anderen schudden het hoofd en ver
bonden zich, don drempel nimmer moer te
ovorschrijden. Maar daar deze handelwijze
don dollen graaf blijkbaar geheel onver
schillig was, en gravin Elvire zoo „betoo-
verend" was, vergat men do grieven weer,
en kwam toch terug.
Juffrouw Doortje leoft heel gelukkig met
haar tegonwoordigen man. Nooit klaagt
hij over tocht, hij rijdt in een open wogen,
juist zooals hij wenscht, en Lassow beweert,
dat hij wel wat onder de plak staat, iets,
waarvan juffrouw Doortje in het geheel niet
wil hooren. Zij is zeer trotsch op haar men-
sohonkennis.
„Ziet gij nu wel," zegt zij zegevierend tot
Lassow, „dat ik toch gelijk liad. Ik zag wel
dadelijk, dat gij zoo'n soort prins waart."
Er wordt nog meer verteld van den dollen
graaf, dat hij zijn vrouw op de handen
draagt en zijn jonge schoonmoeder aanbidt;
en dat hij, op den dag,waarop zijn zoontje
geboren werd, te Domberg een vreugdevuur
deed ontsteken, waarvan het schijnsel zich
mijlan ver in den omtrek verspreidde, zoo
dat de brandweer uit allo naburige plaateen
aangerukt kwam om den vermeenden brand
te blusschen.
Dit zoontje is niet alleen de trots zijner
ouders, maar ook van de geheele bevolking
van Arondsborg en Domberg, en wanneer
de Roden het kleine, in het wit gekleede we
zentje voorbij zien dragen of rijden, stooten
zij elkander aan, en or komt een glans van
genoegen op hun gelaat terwijl zij zeggen
„Onze kleine dolle graaf !H
Gemeenteraad van Utrecht byeen waren om
hot lnllen-drietal te begroeien.
Do burgemeester, dr. li. Reiger, sprak Je
generaals hier toe.
Uit naam van de generaals nam De Wet
daarna het woord. Hy xoide, dat hy wegens
treurige familietydiügen uit Zuid-Alrika niet
gestemd was om veel te spreken, maar hy
had behoefte een kort woord van dank te
zeggen. Hy deed uitkomen, dat de generaals
niet kwamen om gohuldigd te worden, maar
om giften to verzamelon voor de weduwen
on weezen, om do verscbrikkeiyke nooden
in Zuid-Afrika te leDigon. Wy hebben, zoide
De Wet, als oerlyke mannen de wapens neer
gelegd en zullen als eeriyke mannen ons
woord houden; als eeriyke mannen zullen
we getrouw aan den vrede en de nieuwe
regeering zyn.
De hulde, die het volk van Nederland d6n
generaals brongt, was een gevolg, zeido De
Wet, zoowel van hetgeen de Booren in bun
zwakheid in Zuid-Afrika hebben verricht, als
mede wyi de Boeren afstammelingen van het
oude Nederland zyn, hoewel met vele gebreken.
Datgene, wat zy nog ln Zuid-Afrika hadden
kunnen verrichten, was door God gedaan.
Als hot Afrikaander volk dat geloofsgevoel
in zich omdraagt en dat geloofsgevoel ook
gevonden wordt ln het oude afkomstland,
dan is er hoop voor een volk, dat zyn taal
hoog houdt. Als eeriyke mannen verklaarde
De Wet dat zy getrouw zouden zyn aan den
vrede en aan de nieuwe regeering. Hy hoopte
echter, dat evengoed als een kind na zyn
2l8te jaar mondig wordt, zyn volk ook eens
mondig zou worden.
Een luid hoezee der aanwezigen volgde
hierop.
Nadat eenige verversohingen gepresen
teerd waren, stapten de goneraails weder in
de rijtuigen.
Nu werd gereden naar dc Maliebaan. In
alle straten waar do rijtuigen doorreden,
worden de generaals ontvangen met uitbun
dige toejuichingen. In dc Maliebaan geko
men werd voorbij „Oranjelust" de woning
van President Kruger gereden. Hiér sloot
de grijze President zioh met een rijtuig bij
don stoet aan en trok men naar de Dom
kerk, om do plechtige bijeenkomst bij te
wonen.
Het groote kerkgebouw was geheel gevuld.
Het was twaalf uren toen President Kru
ger cn do generaals de kerk binnentraden.
Do zangvereeniging „Kerkgezang" hief bij
het binnentreden aan: „Een vaste burcht
is onze God".
Het was een indrukwekkend gezicht die
groote menigte daar bijeen te zien.
Hot eerst werd het woord gevoerd door
ds. G. J. A. Jonker, predikant bij de Ned.-
Herv. Gemeente, en vervolgens door ds.
Fernhout, predikant bij de Gereformeerde
Gemeente.
Onvergetelijk voor velen zal do plechtige
ure zijn, met den grijzen ex-president en de
Boeren-generaals in de Domkerk doorge
bracht, niet alleen door het zien van aange
zicht tot aangezicht dezer helden, niet alleen
door de kernachtige toespraak van ds. Jon
ker, en de boeiende reden van ds. Fern
hout, maar ook, cn zeker wel in de eerste
plaats, door de groote verrassing die den
aanwezigen werd bereid: een toespraak van
president Kruger.
Ds. Fernhout deed namelijk de mededee-
ling, dat president Kruger ook voornemens
was een woord tot de aanwezigen te richten.
Zekerlijk een verrassende mededeeling
na zulk een historisch oogenblik.
Terwijl de aanwezigen hot na-gezang zon
gen, begaf de heer Kruger, de gisteren
juist 77-jarigen grijsaard, zioh van zijn fau
teuil naar den kansel, dien hij, geholpeD
door ds. Fernhout, boklom.
En daar stond do grijze patriarch mot
het typisch, welbekende gelaat. Nog liet het
orgel de laatste tonen door de kerkgewel
ven weerklinken, toen hij zijn toespraak be
gon. Deze was voor het grootste gedeelte
goed verstaanbaar en werd mot krachtige
stem uitgesproken. Zij luidde, volgens het
„Utr. Dbl.", in het kort ongeveer als volgt:
„Vrienden, broeders cn zusters, ik moet
beginnen met te zeggen, clat ge mij mis
schien niet goed verstaan zult. Ik spreek
niet Hollandsch, maar Hollandsch-Afri-
kaansck en ik ben ook geen taalkundige,
geen letterkundige, en ik ken geen onder
worp of lijdend voorwerp cn andere dingen.
Maar ik zeg u dan ook: let niet op de taal,
maar lét. op dezaak waarover ik spreek.
„In de eerste plaats wil ik iets zeggen
omtrent onze commandants-gencraal, die
tot het uiterste voor vrijheid en recht h-ab-
bon gevochten. De oorzaak waarvoor ze de
wapenen hebben ncdergelcgd, is de wensch
tot behoud van ons geslacht, dat niet mag
worden uitgerooid.
„Zij komen hier als bedelaars, heeft een
dor sprekers gezegd. Zeker, zij komen in
Europa om steun te vragen voor vrouwen,
kinderen en gebrekkigen. Zij hebben niet
geaarzeld bedelaars te worden, opdat de
gevangenen kunnen worden opgezocht, de
ihongeri-gen gespijzigd en den dorstige kan
worden to drinken gegeven." „En voor
waar" zegt de Heere, „wie dit doet, heeft
het aan Mij gedaan."
„Generaals, arbeidt in uw vernedering tot
bedelaars, arbeid om uw plicht te doen en
handel in alles naar het Woord von God, die
U dan zal bijstand goven.
„Gij Nedorlanders hebt steeds voor ons de
beurs geopend gehouden, hebt steeds alles ge
daan om de hongerigen te spijzigen en de
naakten to klecden. Houdt dié sympathie
steeds warm, blijkt steunen. Wat gij aan den
armen doet, doet gij aan den Heere. Zegt
niet alleen dat gij sympathie met ons hebt,
maar toont dat ook, opdat eenmaal niet tot
u gezégd zal worden, wanneer de Heer de
schapen van de bokken zal scheiden: „Den
hongerigen hebt ge niet te eten gegeven,
don dorstigen niet to drinken gegeven, de
naakten niet gekleed," en gij zult worden
geworpen in het eeuwige verderf.
„Ten slotte: Ik zou nog over di politiek
kunnen spreken, maar dat is mijn plan niet.
„Ik zeg u nogmaals broeders, generaals,
gaat voort met uwen heerlijken arbeid, draagt
dien arbeid over aan uw kroost en gedenkt
steeds bij alles wat gij doet, dat zij, die in
tranen zaaien, met gejuich zullen maaien."
Stilte licerschte na deze vaderlijke loe^J
spraak, vol geloofsvertrouwen, doch daar
klonk eensklaps als uit de harten der verga
derden geperst, het bekend lied:
„Dat 's Heeren zegen op U daal" enz.
Ds. Fernhout sprak hierna nog een kort
woord en sprak de hoop uit, dat het vader
lijke woord van Kruger de harten der aan
wezigen mocht roereu tot ruime mi—aadig- I
heid. Hiertoe werd aan de uitgangen dez
kerk gelegenheid gegeven.
De president en de generaals verlieten met
hun gevolg de kerk, terwijl het orgel het
„Wilhelmus" speelde.
Do generaals begaven zich vervolgens naar
het „hotel des Pays-Bas" voor het tweede
ontbijt, aangeboden door. het Comité van
ontvangst. Hier zat n mede aan de leden,
van genoemd comité, dc predikanten Jon
ker en Fernhout en enkele autoriteiten.
Prof. v. d. Wijck sprak een hartelijk en
diep gevoeld woord tot dc genera.-Is, de bur
gemeester sprak in het bijzonder tot gene
raal Botha als vader, en generaal Botha ant
woordde.
Van half drie tot drie uren hielden dc ge
neraal in het hotel receptie.
Deze receptie droeg echter ook een streng
intiem karakter cn was alleen voor vrienden
en familieleden toegankelijk.
Om vier uren ging het weer in de rijtuig&n
voor een toer door de stad.
Helaas heeft generaal De Wet niet langer
aan de vermoeienissen weerstand kunnen
bieden en heeft hij zich ter ruste moeten be
geven. De plaats in het rijtuig van generaal
Dc Wet werd thans door den zoon van ge
neraal Botha ingenomen.
To kwart voor vijven kwam men in de so
ciëteit, waar de studenten den generaals een
spontane ovatie brachten. De rector van het
Studentenkorps overhandigde een couvert
met 1000 door de leden onderling bijeen
gebracht. Onder het daverend hoezcegeroep
van de aanwezige h.erén aanvaardden d<
generaals onder vriendelijk glimlachen dezA
gift. Nadat de heer De Beaufort had geëin
digd ,gaf generaal Dc la Rey het voornemen
te kennen, een enkel woordje te willen spre
ken. Deze uitte zijn vreugde er over, zich
hier te bevinden, van aangezicht tot aange-
zich tegenover studecrende jongelui van
Utrecht, en door hen zoo hartelijk te zijn
ontvangen. Do generaal haalde daarna een
enkele zinsnede van het door den heer De
Beaufort gesprokene aan, "waarin deze aam
6tipto de onbezorgde oogcnblikken, welke
door de leden vpn het U. S. C. op
P. H.R. M. worden gesloten en voegde hier
aan toe, dat zonder twijfel de dogen der
jeugd de gelukkigste van een ieders leven
zijn, in deze dagen wanneer men zich voor
bereid voor een volgend leven. Daarna wees
de generaal er op, dat de staatslieden van
Transvaal nooit in do gelegenheid waren
geweest zioh voor hun volgend leven voor
te bereiden. Deze tegenstelling, zoo ging
de generaal voort, zal iedereen gevoelen.
Eenmaal zult gij allen op de schaal worden
gewogen voor do wetenschap, waarvoor go
thans bozig zijt u te bekwamen. Mijn wensch
is, dat niemand uwer to licht zal worden
bevonden.
Hierop roerde de generaal een ander on
derwerp aan en sprak van de liefde, die een
ieder voor zijn vaderland moet gevoelen.
Een ieder moet in 't bezit zijn van een eigen
volk, een eigen taal cn een eigen natie, dan
kan hij met behulp van God met gerustheid
de wereld ingaan.
Ten slotte hoopte generaal De la Rey vooi
allen, dat zij zich mochten bekwamen tof
groote mannen in de maatschappij. Groot
eaithusiasme heerschte na deze woorden on
der de aanwezige heeren.
Generaal Botha sprak zijn groote vreugde
er over uit, op dezo plaats te mogen ver
schijnen. Hij dankte voor de prachtige gift,
welke hem zoo j'uist was overhandigd en
wolk geld mede kon aangewend worden om
de smarten, welke door het Transvaalscho
volk wordor. geleden, te lenigen. En vooral
onder de jongelieden van Transvaal is het
lijden groot. Z j hebben alles prijs gegeven
om voor hun vaderland te strijden, cn thans
liggen honderden krachtige jongo mannen
geheel of gedeeltelijk verminkt in dq hospi
talen. Vóov. hen in de eerste plaats dankte
generaal Botha voor de ontvangen som
gelds, daar zij voor den vervolge niet meer
in de gebogenheid zullen zijn voor zichzelf to
zorgen.
Daarna sprak do generaal de hoop uit,
dat evenals in de beschaafde landen, binnen
korteren of langeren tijd in de. Transvaal
hoogo scholen mochten worden opgericht,
opdat hierdoor ook meerdere beschaving aan
het volk der Boeren kon worden gebracht.
Immers, zoo ging dc generaal voort, liet is
vooral geleerdheid, die beschaving brengt.
Doch in landen, die soms aanspraak op
beschaving willon maken, schijnt deze soms
te ontbreken. Do wijze, waarop de oorlog
gevoerd is, maakt duidelijk, dat vooruit
gang ook in dit opzicht nog niet overbodig
is. Generaal Botha eindigde met de woor
den: Denkt altijd, mijn volk is liet bcsto
volk cn mijn taal is de taal van alle talen.
Ook thans weerklonken daverende juich
kreten.
Onder groot enthusiasmc vertrokken do
generaals naar president Kruger. Bij aan
komst aldaar was dc LTtrechtscho Mannen-
zangvereeniging opgesteld, die den grijzen,
president c;n lied toezong.
Na het bezoek aan den president had een
eenvoudig diner plaats in den huize Mo
lenaar.
De groote zaal van Let Gebouw voor Kun
sten en Wetenschappen bood des avonds een
interessanten aanblik. Geen plaatsje waa
onbezet, zolfs de belendende zalen waren ge
heel gevuld. Alle standen waren vertegen
woordigd.
Bij het binnentreden van de generaals
stonden allo aanwezigen van hun zitplaatsen:
op cn zong een koor onder leiding van den
heer W^agenaor hun een koraal en ecnigd
oud-Hollandsche liedoren toe, waarna prof.i
d'Aulnis do Bourouill een hartelijke toen.
6praak tot het holdendrietal hield, waarifik
hij o. a. er op wees, dat de moed yan Roti
dapporo Boerenvolk doet denkon aan do gfrv