Tan de jurisprudentie, die zich over het
onderwerp gedurende de laatste jaren bij
on/.o rechterlijke macht gevormd heeft.
Mr. Aalberse geeft een overzicht, met toe
lichting van alle toepasselijke artikelen uit
ons Wetboek van Strafrecht, cn meent, dat
menig handelsman on winkelier verrast zal
opzien, als hij bemerkt, hoeveel goede
zij het ook voor verbetering vatbare be
palingen wij reeds in ons Wetboek van
Strafrecht hebbon. Hij is van oordeel, dat
wij niet zoozeer noodig hebben een spe
ciale wet, als wel een herzi ening
en aanvulling dor bestaande bepalin
gen. v
Onderwijl zegt hij zal de handol goed
doen te roeien met de riemen, die hij al
heeft, en ze niet uit onwetendheid of laksch-
heid ongebruikt te laten liggen. Indien het
meerendeel der handelaars en winkeliers zoo
laksoh blijft als zij tot heden geweest zijn, dan
zal ook de beste wetgeving hen niet helpen.
Dit geldt evenzeer van ons civiel rcoht,
betoogt De Tijdhierin eenstemmig mot
nar. A. Ook hier tal van bepalingen, cl:, veel
te zelden worden ingeroepen.
Be Tijd zoekt de oorzaak daarvan hoofd
zakelijk in de wetenschap, dat onze burger-
lijko rechtspleging zbo langzaam en kost
baar is. Maar ook onbekendheid met deze
bepalingen bij vele verongelijkten zal wel als
reden moeten gelden.
Zelfs de bepaling van lretgeen volgons do
wet wel on hetgeen niet moet beschouwd
worden als oneerlijke concurrentie, dio tot
een strafvervolging of een civielcn cisch
aanleiding kan geven, is, zegt zij, niet zóó
eenvoudig als bij den eersten blik sóhijncn
kan. Mr. Aalberse maakt daarom in het be
gin van zijn rapport, door eenigo sprekende
voorbeelden, de juridische botcekcnis van
oneerlijke concurrentie ook voor den gewo
nen lozer duidelijk. Om daarna over te gaan
tot bespreking van do vormen van oneerlijke
concur ren tie, en van de vragen: Waarom
bestrijding van de oneerlijke conourrentie
Hoe kan dc oneerlijke concurrentie door de
wet worderr bestreden? Enz., enz."
Ten slotte bespreekt Be Tijd enkele pun
ten, op welke zij de meening van tur. Aal
berse slechte met eenig voorbehoud onder
schrijft.
more, wat de schrijver voorstelt, zou juist
zijn tegen den geest van de instelling, tegen
do strekking van haar oprichting. Dat doel
is het bevorderen on gemakkelijk maken van
het sparen, niet hot gemakkelijk op reis
gaan en het gemakkelijk geld uitgeven, zegt
Be Nieuwe Courant.
Deze opmerking van Be Nieuwe Courant
ontlokt de Amsterdamschc Courant dit ant
woord
,,De schrijver van deze opmerking schijnt
een andere opvatting van sparen te heb
ben dan wij.
Immers men spaart in den regel het vlij
tigst voor een doel. En nu kan het o. i. toch
niet in strijd zijn met den geest van de
Rijkspostspaarbank, dat men spaart om
's zomers van het bespaarde zijn reispen
ningen te kunnen nemen.
De geest van de Rijkspostspaarbank kan
toch niet uitsluitend zijn, dat men moet
sparen voor zijn ouden dag of voor zijn
erfgenamen.
Voor het eerste doel zijn de verzekerings
maatschappijen de aangewezen spaarbanken
en voor het laatste zal de Staat toch wel
geen dwang will uitoefenen.
Voor zoover wij ons herinneren is de
Rijkspostspaarbank in het leven geroepen,
om vooral met oog op de kleinere plaatsen,
waar nog geen spaarbanken waren, het
sparen ook van kleine bedragen te bevor
deren. Door van de organisatie der Rijks-
post gebruik te makon, is dit volkomen ge
lukt.
Dat bij de oprichting van de Rijkspost
spaarbank een bepaalde geest, cLw.z. een
bepaald doel voor het bestoden van het te
besparen geld voorzat, hebben wij tot dus
ver niet vernomen.
Maar gesteld, dat men zich dat al ge
droomd heeft, dan kan er dunkt ons, toch
geen bezwaar zijn, dat die geest zich met den
geest des tijds wijzigt."
De deze week. vertoonde vlootparade op de reede van Spithead.
„Geen aangenaam vooruitzicht". Aldus
het opschrift van een artikeltje in De (a.-r.)
Hollandergeschreven naar aanleiding van
bet bericht, dat de Staatsbegrooting
van 1903 zal sluiten met een tekort van
18 millioen. Het heet daarin:
„Geen kleinigheid voorwaar.
Een ietwat zonderlingen indruk maakt uit
tekort, als men zoo maand op maand leest,
dat do opbrengst van 's Rijks middelen tel
kens meevalt. Toch is straits bij de aa rbic-
ding der Staatsbegrooting wel een soortge
lijke medecleeling va«n den Minister van
Financiën be verwachten.
Wij voor ons zouden daardoor niet „pijn
lijk" verrast worden.
't Was vooruit te zien.
Hot vorige ministerie lcotee grootscheeps,
maakte verteringen 'of bestelde al thans aJkr-
loi dingen, dio veel geld zouden kosten. En
nu de wissels worden gepresenteerd, blijkt,
dat het bcta.len moeilijk wordt en dat het
Kabinet-Pierson op veel te groeten voet
heeft geleefd.
Men begrijpt wat we bcdoeJcn-
Dc .cone wet na de andere moest worden
aangenomen. Ongevallenwet, Le e r p li cl it wet,
Gezondheidswet, Woningwet cn Militiew t.
En nu ze worden uitgevoerd, blijkt, dat ze
grooto uitgaven vorderon cn dat het ge»kl
or niet voor aanwezig is.
Après nous le dólugc, voor onze opvolgers
de moeilijkheid om geld te vinden riopon
de afgetreden ministère. Ze deden dan ook
letterlijk niets om de schatkist te verster-
kon, om te zorgen, dat er geld zou zijn voor
dc duro wetten.
En nu zit het minisberio-Kuyper voor die
moeilijkheid.
Waarlijk, het was hoog tijd, dat aan do
rookoloozo politiek van hot mimsteric-i'ior-
son een eind werd gemaakt."
't Is, dunkt ons, toch wol een beetje erg
merkt het Utrechtsch Dagblad hierbij aan
om van liet tekort op de begroeting hot
vorige Kabinet een grief te maken, alsof
zij noodigc on nuttige wetten voor hun oigon
plezier zouden hebben doorgedreven.
Hot „après nous le délugo" kan z.i. cp
hen niot worden toegepast, want hot was
niet vooruit te zegen, datszij zelf niet voor
do uitvoering dier webten zouden hebben te
zorgen.
En overigens meent hot Utreclitsch Dag
blad dat de Ongevallenwet, de Woningwet
en de Gezondheidswet mot algemeen© in
stemming waren begroet, ook van a.-r. zijde.
De Amsterdamsche Courant wijst op
conigo regelingen bij do R ij k s p o s t-
spaarbank, die er h. i. toe bijdragen
om clio instelling minder populair te maken
dan zij verdient, ooreerst komt het blad er
tegen op, dat men voor het terugontvangen
van 100 bij den ambtenaar ton kantore
persoonlijk bekend moet zijn of andore door
twee getuigen zijn identiteit moet bewijzen.
Do schrijver meent, dat de groote steden
hiermee bij de kleine plaatsen zijn achter
gesteld, daar op deze laatsten de postambte
naar de meeste inleggers wel persoonlijk zal
kennen; in een groote plaats daarentegen
zeer zelden. En een tweede bezwaar van de
Amsterdamsche Courant is, dat men wel
overal in den lande zijn geld kan beleggen,
maar slechts terugontvangen ter plaatse,
waar men het spaarbankboekje genomen
heeft. Hot blad vindt dit zeer ongerieflijk
voor hen, die veel reizen en niet gaarne veel
geld meenemen. Wanneer nu het spaarboekje
kon werken als een kredietbrief, zou mem,
op reis gaando, het bij zich kunnen sbeken
en bij eventueele geldverlegenheid, tor plaat
se, waar men vertoeft, en geld op kunnen
ontvangen.
Do A msterdarnseh-e Coxirant beveelt dit
laatste denkbeeld aan, dat o. i. niet veel
kans van verwezenlijking zaf hebben. Jsn-
Koloniën.
BATAVIA, 83—26 Juli.
Omtrent den gisteren reeds vermelden he-
vigen brand te Weltevreden, in den namid
dag van den 24stea Juli jl., in Gang Baroe
op Kramat, ten gevolge waarvan zeven en
veertig Europeeschc en Inlandscho woningen
werden vernietigd, en waarbij een kind ver
koold werd gevonden en verder een oude man
zware brandwonden kreeg, bevat het „Bat.
Nbld." van 25 Juli een relaas waarin wij
onder meer nog het volgende lezen
De onwillekeurige oorzaak van den brand
had met het leven er voor geboet. Het was
een inlandsch jongetje van een jaar of zes,
dat onvoorzichtig met vuur had gespeeld;
zijn kleederen vatten vlam, en het schijnt dat
het kind, radeloos, tegen den kurkdrogen
wand van het huis is gerold, waaraan het
vuur zich aanstonds mededeelde. Men vond
het verkoolde lijk later onder de puinhoopen
terug.
Hoe het eigenlijk gegaan is, weet niemand
met juistheid tc zeggen. Zeker is echter dat
do vlammen met racende snelheid om zich
heen grepen: dc kurkdrogen daken en de
bamboo leverden maar al te gretig voedsel.
Hoog stegen de vlammen op uit het eersto
aangetaste huis in don hoek nabij gang Bali-
roe^ een oogenblik zelfs het westelijker ge
legen groote gasreservoir bedreigend, zoo
dat men zich er op voorboreidde het gas el-
dors te Jaten ontsnappen. Hoog lekten de
vlammen, aangewakkerd door den opsteken-
den wind, om, plotseling nedergestooten, we
der een ander huis in lichterlaaie te zetten.
Naar links en naar rechts grepen zij om
zich heen in steeds grooter kracht, steeds
feller woede, overslaand op de laatste hui
zen ter linkerzijde in de gang Bahroe, ter
wijl aan den andoren kant, van het uitgangs
punt af, de vlammenzee met verbijsterende
snelheid de bijgebouwen der aan den weg
van Kramat gelegen huizen naderde.
Het „Bat. Nbld." zegt ten slotte: „Do
organisatie onzer bramdweer of wat daar
voor doorgaat, en de wijze waarop zij haar
taak opvat, de hulpmiddelen waarover zij
beschikt dit alles wekte gisteren weder
eens den lachlust, maar wekte ook ergernis.
De «fcoombrandspuit, die, als er iets te red
den ware, het had kunnen doen, kwam eerst
om half zes, toen allee afgeloopon was, en toen
zij het terrein van den brand bereikte doden
de brand weergasten alsof zij met den mees
ten ijver waren bezield, de sukkels die on-
dorweg nauwelijks voortkonden.
„Aan den oever van de Kali Baroe stond
een ongelukkig handspuitje, waarin het op
te pompen water root emmers moest worden
gfscept. Twee politieoppassers waren er bij,
en deze zorgden dat de bediening steeds aan
gevuld werd door met zochten dwang ge
vonden vrijwilligers.
„Deze twee vertooningen kenschetsen onze
brandweer-
„Denkt men nu waarhjk met zulke mid
delen ooit een brand te 6tuiten? Of wordt
het niet meer dan tijd dat Batavia een
eenagtrins behoorlijke brandweer krijgt; dat
er eons wordt omgezien naar een aantal be
hoorlijke stoomspuiten met bediening en be
spanning. Zijn deze minder urgent dan bijv.
de kostbare proefnemingen met asphaltwe-
gen of dergelijke dwaasheden, waaraan Ba
tavia zoo rijk is?
„Het gebeurde van gisteren leert anders.
,,Ovor het politietoezicht zullen wij maar
zwijgen; hoe dat was, weten onze lezers wel
uit zichzelf."
Van den lstcn tot dea* lOden Juli kwa
men in de afdeeling Madioen dertien geval
len van pokken voor, zonder sterfgevallen.
Met de pokken-epidemie is het dus nog lang
niet zoo erg als met de cholera-. BN.)
Zooals sommigen bekend zal zijn, heeft
de tegenwoordige gouverneur-generaal van
Ncd. O.-I., do luitenant-generaal Roose
boom, indertijd ook een roman geschreven:
Henri Raloff." Aan het „Bat.Nieuwsblad"
wordt nu geschreven, dat dit boek zijn ont
staan aan een weddenschap heeft te danken.
In een gezelschap, waarin do bekwaam
heid van den toennialigen kapitein Roose
boom volkomen werd erkend, werd hem
echter gezegd dat hij zeker geen kans zou
zien een roman te schrijven. De geïnterpel
leerde beweerde daartoe wel degelijk kans
te zien en een weddenschap werd aangegaan.
Met de verschijning van „Henri Raloff"
werd do weddenschap gewonnen.
De „Deli-Ct." verneemt, dat een orkaan
die Donderdag 24 Juli, 's middags uren,
boven de onderneming Sei.Krapoh heerech
te, do volgende schade aanrichtte:
Dc oogst nog te velde staande, werd door
hagelslag vernield, de tabak in de forxnen-
teerschuur eenigszins beschadigd en een ge
deelte van het dak van een der droogschu
ren stukgewaaid. Een koeliehuis viel omver,
terwijl ook do Javanenpondok niet bestand
bleek tegen den woessten wind. en voor den
grond ging. Verder viel een groote boom
op do bijgebouwen van een assistentenhuis,
vornielde dat geheel, en werden nog do
woningen van twee Batakkers, sohuurbou-
wers, vernield. Vele groote boomen werden
ontworteld.
Het „Bat Nbld." schrijft: Het gebrek
aan onderwijzers, waarvan wij in den loat-
sten tijd herhaaldelijk spraken, heeft geleid
tot een maatregel wolko te voorzien was en
bij den waterstaat en den militair gonees-
-kiindigcm dienst reeds is toegepast.
Do rogeering heeft namelijk don directeur
van onderwijs, eeredienst en nijverheid op-
godragen om voorshands verzoeken om bui-
tenlandsoh verlof wegens langdurigen dionst
van onderwijzers ter zijde te leggen.
Knokkelkoorts. De „Deli-Ot." van 25
Juli meldt:
Naar wij van verschillende zijden hooren
klagen is deze meer lastige dan gevaarlijke
ziekte wederom in Medan heerschende.
De reis van den lieer Tan Kol.
Uit Sitoebondo schrijft de heer Van Kol
aan het „Soer. Hbld.":
Wegens de hervatting der werkzaamheden
van de Tweede Kamer, 16 September aan
staande, moet de reis zioh verder beperken
tot Java.
Het volgende reisplan werd vastgesteld23
Juli te Bondowosso, 24 Juli van Bondowos-
so naar Soerabaia; 25 en 26 Juli bezoek So
lo-vallei; 27 en 28 Juli studie havenquaestie
en bezoek van enkele inrichtingen te Soera
baia; 29 Juli van Soerabaia naar Modjoker-
to en Pasoeroean; 30 Juli verblijf aldaar; 31
Juli Pasoeroean-Lawang-Malang; 1 Aug. van
Malang naar Kediri; 2 Aug. Kediri, Nga-
wi en Solo; 3 Augustus verblijf Solo; 4 Aug.
van Solo naar Salatiga (Warak) cn^j Augus
tus van Salatiga naar Magelang per rijtuig;
6 Augustus Magelang naar Djokja en 7. 8
en 9 verblijf Vorstenlanden; 10 Augustus
van Djokja naar Tjilatjap; 11 van daar naar
Garoet; 12 Augustus van Garodt naar Ban
doeng; 13 Augustus naar Soekaboemi, om
14 Augustus naar Buitenzorg en Batavia te
vertrri hen, van waar 20 Augustus per mail
boot ue. terugreis zal worden aanvaard.
Cholera.
Uit de tiendaagsche rapporten, opgeno
men in de „Jav. Ct.", blijkt dat van den
lstcn tot den lOden Juli te Pekalongan 53,ge-
vallen voorkwamen, waarvan -18 doodelijk;
in de afdeeling Brebes vier gevallen," één
doodelijk en in de afdeeling Pemalang 167
gevallen, waarvan 46 doodelijk.
De cholera-epidemie in de districten Gen-
dingan en Ngrambe, afdeeling Ngawi, Ma-
dioen is opgehouden. Daarentegen heerscht
do cholera epidemisch in dc onder-af deeling
Scgiri (Noorder-districten van Celebes) en
in de districten Amondit en Benoea Ampat
(Zuidor- en Oosterafdecling van Borneo).
Zoo langzamerhand meenden wij uier ter
plaatse, zegt het „Soer. Hbl.", dat het rijk
van Bhowani, de godin der cholera, uit was;
maar do feiten verbrijzelen dezen waan met
ruwe slagen. Zondag is het te Soerabaia en
in dc omstreken een ware ongeluksdag ge
weest. Hier ter plaatse bezweken aan de ziek
te de gepensionneerde- majoor Meis en een
zijner dochters die van Maos afkomstig, bij
hun verwanten door cholera werden aange
tast en, na in het groot militair hospitaal
te zijn overgebracht, overleden. Verder viel
te Soerabaia als slachtoffer der ziekte de
jongeling Butteling, een zoon van den con
ducteur der Staatsspoorwegen van dien
naam; en te Bangil de tweede machinist bij
de Staatsspoorwegen Boonzaaier en de be
ambte bij dien dienst Ibnen. Bovendien hield
de cholera huis onder het plaatselijk garni
zoen; niet minder dan zeven in het Sim-
pangsch hospitaal opgenomen soldaten over
leden aan de ziekte.
Te Sidhoardjo is de cholera aan het afne
men; er zijn daar heel wat slachtoffers ge
vallen, evenals op andere plaatsen in don
omtrek.
Door den Qouverneur-Generaal van Nod.-In-
dië zijn de volgende beschikkingen genomen:
CIVIEL DEPARTEMENT. Toegela
ten: tot uitoefening der' tandheelkundige
praktijk in Noderlandsch-Indië mejuffrouw
C. A. Alken.
Ontheven: bij do normaalschool te Ba
tavia wegens vertrek, eervol van de tijdelijko
waarneming der betrekking van leeraar in
de natuurlijke historie G. A. Tuyl Schuitc-
maker en van leeraar in de aardrijkskunde
A. de Priester.
Tijdelijk belast: met het geven van
onderwijs in de natuurlijke historie en de
natuur- en wiskundige, aardrijkskunde W.
Rijkeo, eerste onderwijzer aan dc openbare
tweede lagere gemengde school aldaar;
in do staatkundige aardrijkskunde H. L.
Milius, eerste onderwijzer aan de openbare
lagere gemengde school B. aldaar.
Tijdelijk gesteld: ter beschikking
van den directeur der zoutverpakking als
tweeden machinist de werktuigkundige J.
Breman.
Ontslagen: op verzoek met ultimo Juli
1902 wegens vertrek, eervol als gouverne
mentscommissaris bij de Javasche Bank; J.
Faes.
Benoemd: tot secretaris van den raad
van Nederlandsch-Indie, de referendaris ter
algomeene secretarie J. E. Bijlo;
tot tweeden commies op het bureau van
den hoofdinspecteur, chef van den dienst
van het boschwezen op Java en Madoera,
de derde commies op gemeld bureau A. Twij-
sel.
Bij den dionst van het mijnwezen.
Benoemd: tot opziener derde klasse H.
W. Vreugdenburg, ambtenaar op wachtgeld,
laatstelijk die betrekking bekleed hebbende,
met bepaling dat hij ter beschikking wordt
gesteld van den eerstaan wezenden mijn inga- i
nieur fn de residentie Menado.
Ge steld: ter beschikking van den gouver-j
neur van Atjeh en onderhoorigheden op eei§
bezoldiging van /200 's maands, J. H. TieL
man, verificateur der vijfde klasse bij da
in- en uitvoerrechten en accijnzen tc Bata-'
via. -
Bij de in- en uitvoerrechten en accijnzen.
Werkzaam gesteld: als verificateur-,
C. D. J. Pieloor, B. Young, thans commies
ter eontróle en benoemd ambtenaar; als conv-
mies ter controle J. Cb. H. Schultz, bcnocmï
ambtenaar.
Benoemd: tot tijdelijk opziener op 75;
's maands J. O. Ditmarsch, en geplaatst te^'
Semarang, particulier.
Geplaatst: te Batavia de verificateur,
A, Aoung vd; te Semarang, de commies con*
tröle J. Gh. H. Schultz vd.
Overgeplaatst: van Semarang naaï
Soerabaia, de werkzaam gestelde verifica
teur C D. J. Pielaar vd.
Bepaald: dat de benoemde onderwijzer
eerste klasse bij het openbaar lager onder
wijs voor Europeanen L. Hazelhoff belast
blijft met de waarneming dftr etrekking
van hoofd der voorbereidende afdeeling van.'
de school tot opleiding van inlandscho ge
neeskundigen (dokters djawa) te Weltevre
den.
Bij het openbaar lager onderwijs voor
Europeanen.
Benoemd: tot onderwijzer der tweede
klasso'H. M. Vrijheid, van verlof uit Euro
pa teruggekeerd, laatstelijk die betrekking
bekleed hebbende en geplaatst aan de eerst6
school te Meester Cornelis als eerste onder
wijzer; J. P. van Ekris, van verlof uit Euro
pa terug verwacht, laatstelijk die betrokking
bekleed hebbende en geplaatst aan dc tweede*-
school te Soekaboemi, als eerste onderwijzer;
G. H. Prinsen Geerligs, van verlof uit Euro
pa terug verwacht, laatstelijk die betrekking
bekleed hebbende en geplaatst aan de eerste
school t© Bandoeng als eerste onderwijzer.
Overgeplaatst: van de eerst© school
te Soekaboemi naar de eerste school to Ma
kassar als hoofd der school, de benoemd*
onderwijzer der eerste klasse Ch. J. Corno-
lis;
van do tweede school te Soekaboemi naar
do eerste school aldaar, als eerste onderwij
zer, de onderwijzer der tweede klasse L. Hob'
tin ga
van de eerste school te Bandoeng naar dé
Pupillenschool te Gombong, als hoofd dei;
school, de benoemde onderwijzer eerste klasse
P. van Duyn;
van de eerste school te Meestcr-Cornelia
naar de tweede school te Padang als hoofd,
de benoemde ondorwijzcr eerste klasse J. H.
L. Teuselink.
B e 1 a 81-, met ingang van ultimo Juli 1902»;
met de waarneming van den civielen genees
kundigen dienst en het opzicht over de vao
cine in de afdeeling Bangil (Pasoeroean)^
F. Ph. Prahm.
Bij den post- en telegraafdienst.
V"e-r h o o g dmet 30 per maand en al
dus gebracht op /80 per maand d© bezoldi
ging van den adjunct-commies A. H. J. Of-
formans te Soerabaia.
Benoemd: tot adjunct-commies op /5Ö
per maand en geplaatst te Soerabaia do
ambtenaar op wachtgeld F. Briel, laatstelijk
die betrekking bekleed hebbende.
Benoemd: tot opziener op ƒ75 per
maand J. C. Stravers, thans klerk bij heb
Departement vsn Financiën, wordend© hij
geplaatst te Padang.
MILITAIR-DEPARTEMENT Ver
io e n dwegens langdurigen dienst een jaar
verlof naar Europa aan den eersten luite
nant der infanterie E. T. C. Tolhuys;
wegens ziekte een tweejarig verlof naar
Europa aan den kapitein der genie K. A. R.
Maier.
Overgeplaatst: bij het eerste depot
bataljon, de eerste luitenant bij het twaalfde
bataljon van Atjeh naar Batavia en tor na*
dere indceling overgeplaatst bij het subsis-
tentenkader aldaar, W. H. O. Bloem hard
bij het achttiende bataljon, de kapitein bij
het tweede bataljon, geëvacueerd naar Bata
via, A. Voorneman.
Geplaatst: bij het korps marechaus
see to voet in Atjeh en gevoerd h la suite
van zijn wapen, dc eerste luitenant bij het
eerste garnizoensbataljon van Atjeh to Meh
laboh J. H. G. Vastenau.
Overgeplaatst: bij het elfde bat. de
eerste luit. bij het subsistentenkader te Bata
via, gedetacheerd bij den gewestelijken staf
in de tweede militaire afd. op Java, P. van
Mauntz
van de eskadrons te Salatiga naar het der
de eskadron to Batavia de eerste luit. der
cavalerie, H. O. de Waal;
de eerste luitenant der artillerie W. Muur-
ling van de vierdo compagnie artillerie
(vierde bergbattcrii) te Kota-Radja naar de
een en twintigste compagnie artillerie (vier
de veldbatterij) te Banjoebiroe;
van Palembang naar Batavia, op het bu-,
reau van den ge westelijken intendant ter be
schikking van den hoofd-intendant der mili
taire administratie, da kapitein-intendant
O. F. H. Gravelotte.
MARINE-DEPARTEMENT. Bepaald:
dat het aan den baas-koperslager bij het ma-
iine-établissojneut te Soerabaia Th. Felix
verleend ontslag uit 's lands dienst moet
worden aangemerkt als een niet eervol ont
slag.
KATWIJK. Geboren: Krijn, Z. van B.
Haasnoot en N. Schaddee van Dooren. Cornelis,
Z. van C. van der Plas en D. Schaap. Marjjtje,
D. van A. van der Plas en J. de Jong. Gerritje,
D. van M. Vlieland en L. Vlielani Arie, Z.
van Q. van Dnün en M. Klok. Maria Petro-
nella Anthonia, D. van W. K. Lange en M. EL
van der Drift. Jacob, Z. vap C. Brussee en P.
Heemskerk. Johannes Albertns, Z. van J. van
Schie en M. KI. Mejjer.
Ondortrouwd: S. Sip jm. en J. Ros jd.
Getrouwd: P- Ketting jm. en KI. van der
Plas jd. J. D. de Roodejm. en M J. Haasnoot jd.
Overleden: Arie, 10 d., Z. van A. Hoogen-
doorn en J. J. van As.
OUDSHOORN. Overleden: L. A.Ondshoorn
D. 2 i.
RKEüWIJK. Bevallen: A Streng geb
Lexmosd Z.