No. 13033
LEIDSCH DACBLAD, WOENSDAG 20 AUGUSTUS. - TWEEDE BLAD.
Anno 1902.
PERSOVERZICHT.
FEUILLETON.
Uit Frankrijks Geschiedenis.
In Belang en Hecht schrijft do rodactrioe,
Henriëtte van der Mey, een artikel over:
,,D e vrouw in de vakorganisatie.'
Do schrijfster begint haar artikel met de
volgende anekdote:
Lady Charles Dilke verhaalt, hoe zij een
maal een meeting van waschvrouwen te Ful-
ham bijwoonde. Vroolijk bliee het fanfare
korps der Gaswerkers-vereeniging er op los,
om op den klank dor muziek der waschvrou
wen te lokken ,tot dezen toestroomden gelijk
de kinderen van de stad Hamel eens vroo
lijk huppelden achter den fluitspelenden
rattenvanger. Een „gentleman", die bij dit
alles toekeek, vroeg op sarcastischen toon,
of dat somwijlen een meeting van het Heils
leger was. „Mijnheer", antwoordde hem La
dy Dilke, jydat is een meeting van Trade
Unionisten; wij z ij n het Leger des Heils."
Daarna gaat de schrijfster na hoe de vak
organisatie van vrouwen in het buitenland
jaren door de organisatie der mannen is te
gengewerkt. Er valt echter kentering waar
tc nemen.
Evenals do Britsche zijn de Duitsche ar
beiders in don laatsten tijd zich meer gaan
bezighouden met het vraagstuk van den
vrouwenarbeid. Een quaestie van zolfbe-
houd, maar laten wij tevens aannemen een
uitvloeisel van de tot in alle kringen door
dringende veraarlorde begrippen over do
vrouw en haar positie in de maatschappij.
Wat do Duitsche vakvereenigingen voort
aan in 't werk zullen stellen om krachtiger
dan tot dusver het work dor organisatie on
der de arbeidsters ter hand te nemen, heeft
het in Juni 1.1. to Stuttgart gehouden Con
gres van Vakvereenigingen in een breedvoe
rige motie uitgesproken
Ook te onzent vallen in den laateten tijd
symptomen waar te nemen, die er op wijzen,
dat de georganiseerde arbeiders hier te lan
de beginnen te begrijpen, hoe in deze rich
ting nog een geheel arbeidsveld braak ligt,
En het Plaatselijk Arbeids-Secretariaat èn
de Bestuurdersbond te Amsterdam stelden
herhaaldelijk pogingen in het. werk om de
vrouwen en meisjes, in zekere takken van
nijverheid werkzaam, aan te sporen zich te
vercenigen of, waar een vereoniging van
mannen in haar vak reeds bestond, zich daar
bij aan te sluiten.
Pogingen, die echter helaas tot dusver bij
na alle totaal zijn mislukt. De koffioverleos-
ters, de strijksters, de boekbindsters en li-
nieersters, vraagt men haar naar de toe
sta oden op haar werkplaatsen, ze hebben
allen zondor onderscheid te klagen, maar
het ontbreekt haar aan de energie of den
moed om door aaneensluiting verbetering to
verkrijgen.
In Engeland vooral, maar ook meer en
meer in Duitschland, bezitten de vrouwen
een opwekkend voorbeeld in do mannenvak-
verecnigingen, ten bewijze wat samenwerking
vermag ter verheffing van dc positie der
werkliedon in het economischo en maatschap
pelijke leven. Te onzent, waar zelfs, behou
dens enkele gunstige uitzonderingen, de vak
beweging onder de arbeiders nog op laag
peil staat, laat zich zeer goed verklaren de
bijna volkomen desorganisatie onder onze
in fabriek of werkplaats arbeidende vrou
wen en meisjes, die tengevolge van sexueele
en sooiale omstandigheden bij haar manne
lijke kameradon in ontwikkeling verre ten
achter staan.
Hoo kan men deze groote onwetende soha-
re, wie het. aan elk begrip omtrent de nood
zakelijkheid van een onderlingen band ont
breekt, de oogen openen voor de heilzame
werking der vakbeweging1? Hoe kan men
haar tot een krachtig plichtsbesef jegens
haar mede-arbeiders brengén? Hoe kan men
haar tot zelfbewuste vakgenooton ontwikke
len?
Er vallen m. i. bij het werk om de vtou-
wen voor de organisatie to winnen, wanneer
men op blijvend resultaat wil rekenen, twee
perioden te onderscheiden: een eerste tijd
van voorbereiding, daarna de tijd van op
voeding en inwijding in het vereenigingsle-
vcn. Ik geloof niet. dat men er in kan sla
gen deze als los zand samenhangende elemen
ten in een duurzame vakverecniging bijeen
te houden, zoolang men ze niet tot denken
de menschen maakt en haar althans eenige
elementaire kennis bijbrengt.
Van het onvolledig onderwijs op de lagere
school is in het gunstigst geval niets meer
overgebleven dan een schemerachtige herin
nering. Ook voor de geringste arbeidster,
zoo goed als voor iedeï mensch, is kennis
een niet hoog genoeg te waardeeren schat,
wat de intelligenten onder haar zeer goed
begrepen, die voor het mcerondeel een sterk
verlangen naar ontwikkeling aan den dag
leggen. En met wat tact kost het niet veel
moeite eveneens de minder intelligenten tot
leeren aan te sporen.
Het zal allereerst noodig zijn te trachten
door persoonlijke gesprekken, door huisbe
zoek, het vertrouwen der ongeorganiseerden
te winnen. Is dit gelukt, dan verdient het
aanbeveling ze groepswijze in clubs of cursus
sen te zamen te brengen, eerst ter ontspan
ning, later ter ontwikkeling, want men den-
ke aan de woorden van Lady Charles Dilke
Met vroolijkheid lokt men ze uit haar isole
ment, door zwaarwichtige betoogen die ze
spoedig vervelend noemen, jaagt men ze op
de vlucht.
Zijn voor het eerste deel van dit voorbe
reidende werk, nl. het huisbezoek, ontwik
kelde arbeidsters de aangewezen personen,
voor het leiden der clubs en cursussen zullen
zeker gaarne genoeg jonge sooiaal voelende
en ontwikkelde vrouwen uit de gegoede klas
sen zich beschikbaar stellen, wanneer men bij
haar aanklopt. Gemakkelijk te begrijpen
stukjes in do vakbladen kunnen verdor hel
pen om onwetendheid en onlust te bestrij
den. Een aardig voorbeeld daarvan vond ik
onlangs -in het Orgaan van den ,,Ncd. Bond
van Cacao-, Chocolade- en Suikerbewerkers,
Koek- en Banketbakkers."
In een gemoedelijk praatje wees C. S. de
meisjes, werkzaam in do Oacao-fabriekon,
er op, hoo zij door onder de markt te wer
ken zichzelven en de mannen in hun vak
schaaddon en hoe beider belangen haar aan
sluiting bij den Bond vorderden. De toon
van het stukjo tegenover do meisjes was
bij uitstek goed getroffen, want eenvoud en
natuurlijkheid zijn eerste eischen, om zich
toegang tot hart en verstand dor onontwik-
kelden to verschaffen.
Dit voorbereidend propagandawerk, op
voedend en ontwikkelend tegelijkortijd,
schijnt mij noodwendig vooraf to moeten
gaan aan de eigenlijke directe propaganda
door middel van openbare vergaderingen,
met het verspreiden van kleinero geschrif
ten en de meer intieme propaganda op het
atelier door de pionniersters.
Op deze wijze zal het langzaam gaan, al
vorens men de ongeorganiseerde vrouwen in
een vakvereeniging onderbrengt, maar het is
de vraag of op den duur langs dezen weg
niot betere resultaten met het organiseeren
van vrouwen verkregen worden dan met de
haastige onoordeelkundige wijze, waarop al
to dikwerf wordt Jo werk gegaan.
Niot zolden beproeft in den laatstcn tijd
het dilettantisme zijn krachten aan het op
richten van vrouwenvakvereenigingen. Fluks
wordt een vergadering bijeengetrommcld,
een bestuur gekozen en rondgebazuind, dat
zooveel leden tot de nieuwe vakvereeniging
zijn toegetreden. Dit alles beteekent niet veel,
maar een vakvereeniging flink op de been
te houden en haar levenskrachtig te maken,
daarvoor zijn niet alleon noodig geduld en
geostkracht, doch dit eischt een helder in
zicht in en nauwkeurige kennis van do bij-
zondero toestanden in het vak.
In het bedrijf, waar reeds een mannen-
vakvereeniging bestaat, verdient de oprich
ting van een afzonderlijke vereoniging van
vrouwen geen aanbeveling, beider belangen
eischen geen splitsing, maar samenwerking
van krachten. Do vrouwen zullen haar voor
deel doen met de meerdere ervaring der
mannen: dezen op hun bourt, rekening hou
dend met de specifieke hoedanigheden der
vrouw, alles aanwenden om haar tot trouwe
vakvereenigingsleden op te voeden.
In do zg. vrouwelijke industrieën zal som
wijlen de onmogelijkheid blijken om een vak-
vereoniging in den zin van het nieuwe Trade
Unionisme op te richten, omdat voor een
strijdvereeniging, ofschoon men van haar
noodzakelijkheid overtuigd kan zijn, allo
kans op levensvatbaarheid ontbreekt. Ver
standig is het dan er de voorkeur aan te ge
ven een vereeniging te vestigen, die de ont
wikkeling harer leden ten doel heeft en de
zen door middel van ziekenkassen, bemid
delingsbureau en derg. in dagen van zorg en
moeite steunt.
Van te voren kan men verzekerd zijn van
grooter sympathie bij do publieke opinie
voor zulke organisaties. In de eerste jaren
van haar optreden stelde do „Women's Tra-
des Union League" deze meer philantropi-
schc doeleinden bij de door haar opgerichte
vakvereenigingen op den voorgrond. Hot
eeno sluit evenwel het andere niet uit.
Ook de moderne vrouwonvakvereeniging
zal zich op den duur in het grootst aantal
leden mogen verheugen en het strijdbaarst
worden als zij directe materieele voordeden
aan haar lidmaatschap verbindt, mits zij
nimmer uit het oog verliest, dat niet de on
dersteuningskassen doel der organisatie
zijn, doch alleen als middel dienen om de
vrouwen aan haar vereeniging te hechten
en door deze betere arbeidsvoorwaarden te
verkrijgen.
Hoe men ook te werk ga, voor ieder, die
met de theorie of de practijk van het vor-
eenigingsleven onder de arbeidende klasse-
zich bekend heeft gemaakt, staat hot onher
roepelijk vast, dat bij het organiseeren van
de arbeidsters grooter hinderpalen zijn uit
den weg tc ruimen dan bij de vakorganisatie
der arbeiders. Maar mooilijk moge het werk
zijn, onmogelijk is het niet; dit leeren de
steeds, zij het dan langzaam, aangroeiende
cijfers over do reeds voreenigde werkende
vrouwen.
Naar aanleiding van het request der
Haagscbe Rechtbank aan H. M. do
Koningin betreffende de jaarwodden
schrijft mr. H. in het Weekblad v. h. Recht
o. m.:
,,Ik geloof, dat do Haagsche Rechtbank
zich op een verkeerd standpunt plaatst.
De meerdere of mindere belangrijkheid
der van de Rechtbanken te vragen beslis
singen, de moeilijkheid der aan hun oordeel
te onderwerpen rechtsvragen, de talrijkheid
der voor hen te voeren procedures heeft met
de zaak, die thans aan de orde is, niets uit
te staan.
Do oratio pro domo, die de Haagsohe
Rechtbank houdt, ware dus, naar mijn oor
deel, ook al om deze reden, beter achterwe
ge gebleven; daargelaten nog, dat met oven-
veel recht vele andere Rechtbanken in ons
land argumenten van hetzelfde gehalte zou
den kunnen aannemen.
Niet alleen Amsterdam en Rotterdam, ook
Dordrecht bijv., heeft moeilijke zeezaken te
berechten I En meont de Haagsohe Rechte
bank, dat de procedures, voor haar aange
bracht, waarin de Staat partij is het is
mij niet duidelijk waaro.ii die procedures
zoo speciaal moeilijk zijn zooveel rnccr
kennis en toewijding zouden vereischcn clan
do berechting der gecompliceerde tiendza
ken cn jachtzaken, die in Arnhem eto. voor
komen
Het geheele betoog der -Haagscho Recht
bank voort tot do conoliiaio, dat do trakte
menten der leden van dc goheelo rechterlijke
maoht veól te laag zijn, cn volstrekt niet in
verhouding staan tot de groote mate van
kennis en toewijding, voor de vervulling der
betrekkingen voreischt.
Maar daarvoor strijden, is „enfoncer une
porte ouverte"Wio spreekt dat tegen?
Dringend noodzakelijk is hot, dat do trakte
menten verhoogd worden, maar daarmede
heeft niets te maken do beantwoording do
zer vraag: of het niet meer dan tijd is, in
middels er voor te zorgen, dat de loden dor
rechterlijk macht in Amsterdam on Rotter
dam niet langer in veel ongunstiger condi
tie zijn dan die te 'sHage, Arnhom, Zwolle,
Assen, Middelburg, etc.
Dat de belastingen in Amsterda i en Rot
terdam veel hoogor zijn dan elders, kan door
niemand worden betwist. En nog juist dezer
dagen leest men weder dat te Amsterdam
het percentage der inkomstenbelasting w< dor
met 3/-1 pCt. en do opcenten op het perso
neel met 40 pOt.; zullen verhoogd worden 1
Zooals do toestand op het oogonblik is,
betaald men in Amsterdam, bij gelijk inko
men, al eonigo honderden guldons meer aan
belastingen, en dat zal nu nog erger worden.
In Amsterdam betaalt men f 1500 huur
voor een huis, waarvoor men in Den Haag,
Arnhem of Zwolle geen f 1000 huur betaalt,
en in Assen, Middelburg of Maastricht nau
welijks 500; waterleiding koet voor een
dergelijk huis in Arnhom oi Zwolle 10 a
20, in Amsterdam 6-1.50!
Schoolgelden bedragen in Amsterdam het
dubbele van die in de andere gemeenten, enz.
Tot de behandeling der zaak zelve komen
de door de Haagsohe -ieohtbar-k ten on
rechte een nevenargument genoemd zegt
de Rcohtbank te 's-Gravenhage, dat: „zoo te
's-Gravenhage al sommige lèvcnseischcn ge
ringer kosten meesloepen, andere daartegen
opwegen door duurder uitgaven te veroor
zaken." En iet© vorder, dat-: „de levensstan
daard verband houdt met de min of meer
dure levonswijzo van dc omgeving".
Och, de Amsterdamsohe en Rottordamscho
rechters zullen goed doen met hun levens
wijze niet- te regelen naar „do min of meer
dure levenswijze dor in hun omgeving loven
de kooplieden en beursmannen I Deden zij
dit wel, dan ware een vertiendubbeling van
hun traktement noodig Hot argument, door
de Haagsohe Rechtbank ontleend aan de
haar omringende gofortuneordo diplomaten
en andere grootwaardighoidsbokleedors, zal
geen gowioht in de schaal mogen leggen.
De rechtere te Amsterdam en te Rotter
dam zouden in don regel bij hun benoeming
jonger zijn dan die te 's-Lage. Het ontgaat
mij waarom speciaal er bij wordt gevoegd:
bij hun benoeming. De 23 Amsterdameche
reohtere zijn op het oogenblik gezamenlijk
1170 jaren oud; do gemiddelde leeftijd is dua
1170/23, dat is juist 50 jaren; zoo ongeveer
do leeftijd, waarop de opvoeding der kinde
ren het meeste kost.
De Haagsohe Rechtbank ga nidoor op
dezen weg. Zij erkonne, dat de billijkheid
medebrengt om den Amsterdamsohen en
Rotterdamsohen rechters een traktement tie
geven in werkelijkheid gelijk aan de Haag-
scho, en strijd daarna gezamenlijk met alle
rechtscolleges, om verbetering der positie
harer loden. Do traktementen zijn verou
derd, houden in do verste verte geen vor-
band met het gewicht der betrekking, met
de drukte der werkzaamheden bij som mi-
go colleges en met de groote mate kennis
en ondorvinding, die or voor voreischt
wordt. Het thans aanhangige wetsontwerp
heeft daar echter niets mode te maken; het
bedoelt alleen een eindo te maken aan een
misstand tusschen de colleges onderling.
Dit houde men wol in hot oog en bovor-
derdo hot wegnemen van dien misstand door
alle gepaste middelen."
Naar aanleiding van de benoeming van
den heer L e 1 y tot gouverneur van Suri
name schrijft De Controleur:
Nederland zet zijn bloomotjcs bulten I
Bloeit sedert een paar jaar do rozelx>om in
do Oost, straks zal dit ook het geval zijn roet
do lelie in do West. Do koloniën alzoo in
do bloemen. Men ziet het, do Rcgcoring
geeft wel gehoor aan dc algemcone roepstem
om do beide verwaarloosde Indien eens tot
bloei to gaan brengen. En dit ia niot aleoht©
van economisch-politieke beteekenis, maar
heeft ook een vèr strekkonden diplomatio-
ken zin. Immers onzo beide koloniale rijken
zijn nu in do schoonste harmonie mot hot
rozenveld van het machtige Amerika l Van
dien kant is de gevreesde B. V. dus voorloo-
pig niet te verwachten 1 Dit in aanmerking
nomende, is er thans voor heel Nederland
gcreedo aanleiding, zooals eens voor Soheve-
ningen, uit volle borst uit te roepen: „Loly,
bencdictus 1"
Mon leest in de „Haagscho Kroniek" der
Nieuwe Groninger Courant
„De Tweede Kamer komt dan toch nog op
3 Sept e. k. bijeen, om de ongevallen-
boroopswet in behandeling te nemen.
Wol is waar is do commissie van voorberei
ding het lang niot op allo punten met do
Regeering eens geworden, maar het sohijnt
wel, dat or op overeenstemming geen verder
uitzicht meer was. Do- commissie wilde van
haar kant ook met het oog op do eerlang
te verwachten benoeming van don heer Do
Savomin Lobman tot lid van den Raad
van State en het vertrek van don heer Lely
naar Suriname de beraadslagingen zoo
veel mogelijk bespoedigen. Daarenboven is
do mogolijkheid niet uitgesloten, dat de dis
cussies over de beroopswet toch nog meer tijd
zullen vorderen dan vóór de opening der
nieuwe zitting beschikbaar is, on het leek
goraden om don maar vast gedeeltelijk er
mee op gamg te zijn, ten einde na don aan
vang der niauwo zitting niet al te veel er
aan to moeten besteden. Hoe het zij, men
kan zich op een debat van belang voorbcroi- 1
den. Ik hoor, dal cr reeds nu èn vaaiweg© j
de commissie, èn van den kant van sommige
Kamerleden, meterlango amendementen-
reeksen in de maak zijn en naar hetgeen me
deswege word verzekerd, zou het mij hoego
naamd niot verwonderen als we een da capo
to gemoet- gingen van de erwarring, dio hot
de militaire straf- en tuchtwetten nu en dan
werd aanschouwd."
Onder het hoofd „Ook „Bijbelvast"le
zen wij in De Tijd hef volgende:
Bij Het Volk verschijnt sedert een achttal
weken een geïllustreerd Zondagsblad, met
een politioko plaat. Laaig te voren was het
aangekondigd en de verwachting was hoog
gespannen. Wat zou het droefgeestig possis-
mismc der sociaal-democraten voor humor
on geestigheid gaan vert-oonon? Zou de poli-
atioko satire van Het Volk niet bar zijn van
kwaadaardigheid
Het is tegengevallen
Onverkwikkelijk tam, verbazingwekkend
geesteloos is dezo beeldende kunst ,en hot on
derwerp beweegt zich in een verwonderlijk
klein gezichtskringetje.
Yan dit socialistische dagblad, hetwelk
nooit or van hoo ren wil, dat de „Sosianl-Do- 1
mooratischo Arbeiderspartij" den godsdienst
als zoodanig haat cn bestrijdt, is in al dio
weken nog maar óón nummer verschonen
met con „politieke plaat", waarin niot'
Bijbel en wierooksvat- geheel volgens do
bekende op tal van plaatsen door mr. Treol-
stra uitgesprokon redevoering op plomp©
hatelijkheden werden onthaald.
Week op week stompt do teckenaar zijl
toch al grove tcokenstift nog moor en meer
af op een laffo godsdienstbeschimping.
Dio „geest" kan zijn gedachten niet los
maken van afkeer van „Bijbel on wierook*
vat".
Dat is wel een merkwaardige Bijbel vast
heid I
Het Volk schrijft het op rekening van
Van dor Zwaags lichamelijke of goosto- 1
lijke vorzwakking, dat hij geen waarde mcor
hodht aan het algomoon kies roe hten
niot warm meer is voor do arboidorabowo-
fifing-
En dan zegt het orgaan van mr. P. Jw
Troolstra: y
„Al hot gepraat van Van dor Zwaag ovor
ons parlomontarismo kan hom niot schoon* 1
waosohon van de blaam:
dat hij zoogoed als gohcol in parlementair
werkon opgaat;
dat do band tusschen hom on do werkolijko
bowoging vrijwel is verbroken;
dat w ij de arbeiders oo«k buiten hot par-
lomont organiseeren on hij niot;
dot de vorkiozingen, waarin Van dor j
Zwaag candidoat is, geen propaganda zijn
voor zolfstandigo organisatie der arbeider* 1
of voor het sooialismo, maar voor „Geert",'
„omdat-ie zoo coriijk ia", em.\
dat Van der Zwaag feitelijk, evengoed als
D. N. Van Zinderen Bakker, Nawijn en zoo^
vele andoren, eon uitgchjueohte krater ie*1
die, a 1 s hij nog oena wat warme sintels uifc.
spuwt, dazo bij voorkeur doet neerdalen op[
de partij, die hier evenals eldera bezig ia,
opnieuw de arboidors in dam klassenstrijd te
organiseeren.
Hot is do oigangeroohtigheid van Van dor
Zwaag, die ons noodzaakt, dit eens voluit te
zoggen."
Het Sociaal Weekblad. In hot laatste'
nummer deelon do uitgevers mede, dab in
September a. s. als mcde-redocteur van hot
Sociaal Weekblad zal optreden do heer mr* j
J Limburg, to 's-Gravenhage, die zich meer I
bijzonder met de politieke leiding er van zal
belasten. In verband hiermede zal ook in do
uitgave van het Sociaal Weekblad een bet-
langrijko wijziging plaats vinden. In plaat*
van wekelijks éénmaal als tot dusver, zal het
blad, na medio September, tweemaal per
week worden uitgegeven.
8) i--
Door zijn zusje ondervraagd, wat hij
dacht, dat men ging doen, antwoordde de
Dauphin, door slaap overmand
„Ik geloof, dat er eomedie gespeeld zal
worden, en dat wo daarom worden ver
kleed."
Do kinderen werden naar het rijtuig ge
bracht, hetwelk op het Prinsenplein wacht
te. Daarna kwam madame Elisabeth, vor-
volgens de koning De koningin liet zich
wachtenzij was den doolhof van steegjes,
welke toen op het Oarousselplein uitliepen,
ingesncld. om den heer do la Fayette te onte
moeten, wiens rijtuig zij herkend had, en
thans was zij in den doolhof verdwaald
goraakt.
V eiken invloed heeft deze vertraging van
oen uur uitgeoefend op het lot van de ko
ninklijke familie van Frankrijk en op
Europa l
Do koot© bevatte den koning, de koningin,
den Dauphin, madame Royale, madame
Elisabeth en madame do Tourzei, gouver
nante van Lodewfjk's kinderen. Allen waren
uistekend vermomd.
Madame de Tourzei reisde als hoofd van
net gezelschap onder den naam van baronesse
Do Kolff, eon Russische dame, die op het
punt stond Frankrijk te verlaten en haar
rieven van vrijgeleide ter beschikking van
den koning gesteld had.
a anie Royale en do Dauphin waren doch-
jes onder den naam van Amélie en van
Aglaó.
Mario Antoinette, gouvernante van haar
kinderen, onder den naam van madame Ro
chet.
Madame Elisabeth, gezelschapsjuffrouw,
onder den naam van Rosalie.
Lodowijk XVI, kamerdienaar, onder den
naam van Durand.
De drie lijfwachten, als livreibedienden,
onder de namen van Jean,, Molchior en
Francois.
De koningin droeg een bruine japon in
den vorm van een tunica; voor hoofdbedek
king had zij een zwarten hoed la Chinoise,
met lang kantwerk gegarneerd, hetwelk tot
voile diende.
De koning droeg een donkergroenen mans
rok met paarlmoeren knoopen, een gebor
duurd wit satijnen vest, korte zwart zijden
broek en witte zijden kousen. Op zijn schoe
nen waren ovale zilveren gespen aange
bracht. Zijn haren waren door een zakje van
zwarte gladde zijden stof omsloten.
Het scheen, dat een onverbiddelijk nood
lot zich aan dio reis moest verbinden. Het
vertrek op den 20sten Juni bepaald, was
tot den 21sten uitgesteld- Toen een detache
ment huzaren, dat bevel had den koning aan
gene zijde van Ch&lons ai te wachten, hem
niet op den bepaalden dag en uur zag ver
schijnen, trok het zich terug, bevreesd als
het was achterdocht te verwekken. Een
tweede detachement, te Saint-Menehould ge
posteerd, ontving zoodoende niet de inlich
tingen, welke het eerste had moeten verstrek
ken, en kon niets uitrichten.
Op de brug van Somme Vesle, het eerste
posthuis na Ch&lons, gebeurde een ongoluk,
dat als een ongelukkig voorteokon had kun
nen gelden de vier voorste paarden struikel
den tweemaal en stortten tegen den grond.
Aan het poststation to Saint-Menehould
was Lodewijk XVI genoodzaakt voor den
dag te komen, tot het erlangen van verecho
paarden .De postmeester Drouet meende den
koning te herkennonhij bad hem op het
feest van de Federatie gezien. Om zich even
wel beter te overtuigen, nam hij een geld
stuk, waarop de beeltenis van den rampza
ligen vorst zeer gelijkend voorkwam, en ver
geleek de tweo gezichten. De koningin be-
merkte dit en verbleekte van ontsteltenis. Op
hetzelfde oogenblik zette de koot© zich weder
in beweging en rolde voort met verdubbeld?
snelheid, tot groote geruststelling van Marie
Antoinette
Doch Drouct sprong oogonblikkelijk te
paard, en rende voort in vliegendo snelheid,
om vóór den koning te Varennes aan te ko
men en aldaar alarm te maken.
Bij het binnenkomen te Varennes zou men
een derde detachement troepen aantieffen;
niemand verscheen er, cn men was genood
zaakt verder te gaan zonder eskorte.
Men ging niet ver.
Op eenigen afstand van Varennes lag een
troep Jacobijnen in hinderlaag, dio, mot de
sabel en het pistool in dc hand, op het rij
tuig aanvielen.
De lijfwacht, die met de kleinste bijzon
derheden van het ontvluchtingsplan bekend
was, richtte niets uit.
In het stadje Varennes, waaraan deze
noodlottige nacht voor immer een naam in
de geschiedenis heeft gegeven, volgde op de
aanhouding van de koniklijke familie een
groote opschudding. De noodklok luidde, de
klokken van al de omliggende dorpen wer
den in beweging gebrachthet volk stond als
één man op en wilde de woning van den
kruidenier Sauce, procureur van de com
mune, bij wien men den koning, de prinses
sen en de twee kinderen had binnengebracht,
bestormen.
Do koning legt openlijk do beweegredenen
van zijn reis, zijn plannon, zijn vurige be
geerte bloot; hij verklaart plechtig, dat hij
dc ware behoeften van zijn volk wil ken
nen, het volk, dat voortdurend het voorwerp
van zijn genegenheid uitmaakt, en tot welke
goluk hij alles wil ten offer brengenhij komt
in verzet tegen de lastering, dat hij zich aan
zijn volk zou willen onttrekken en zich in
een vreemd land begeven, en doet het voor
stel zich aan de nationale garde van Varen
nes toe te vertrouwendezo zou hem dan zelf
naar Montmody geleidon of naar een andore
stad van het koninkrijk, waar zijn onbelem
merde vrijheid zou verzekerd zijn.
Deze woorden, zoo kenmerkend door goed
heid on oprechtheid, op zulk een echt vader
lijken toon uitgesproken, leggen de woelige
menigte van vijanden en nieuwsgierigen
voor een oogenblik het stilzwijgen op. Sauco
ontroert en wordt vertcederdde koning wa©
gered, zoo zijn behoud slechts had afgehan
gen van dien man. Doch Drouet laat geens
zins zijn prooi los; hij windt zich op, hij
houdt een redevoering, hij verklaart, dat zijn
hoofd en dat van al do aanwezigen er mede
gemoeid -is, zoo de koning zich niet onmid-
dollijk naar Parijs terug begeeft.
De koningin beproefde van haar rijde op
het hart van madame Sauce de pogingen,
welke Lodewijk XVI op het verstand van
den echtgenoot waagdo.
„Gij zijt moeder, mevrouw", aldus sprak
zij haar toe, „gij zijt vrouw, gij moet alles
gevoelen, wat iL lijd; gij kunt er toe bijdra
gen ons te redden. Het is niet de koningin,
het is een moeder, het is een vrouw, die hier
biddend voor u staat."
„De natie", antwoordde do kruideniers-'
vrouw mot een dommen glimlach en een ge
wichtig hoofdschudden, ,do natie die 24 mil-
lioen aan don koning geeft, betaalt zijn ambt
goed; zij i3 eigenlijk veel te goed, dat zij
hom behoudt, en het is al heel vreemd, dat
hij haar in den 6teok wil laten. Daarenbo-'
ven wil ik mijn man niet in dc waagschaal
stellen, mevrouw; gij denkt Aan dc uwen,
ik aan de mijnen.
Do opschudding nam intuaschon steeds too.
Er had een hevig conflict plaats tusschen de
officieren van een detacbemont huzaren, dat
aangekomen was om zich bij den koning te
Varennes te voegen, en die van de nationale'
gardo der plaat© zolf; de huzaren maakten
oproer en sloten zich bij het volk aan.
Te midden van dit rumoer verscheen t'
heer do Romeuf,. adjudant van generaal L,
Fayctto. Hij bracht een decreet van de ver
gadering over, bevelende, dat de voortvluch-*
tigc monarch, op welke plaats ook, aango-
houden en naar Parijs zou terug gebracht
worden.
„Er bestaat geen koning meer in Frank
rijk I riep do rampspoedige vorst uit bij
het lezen van dat fatale decreet.
Dc koningin doorloopt op haar beurt het'
stuk; dc koning neemt het weder terug, her
leest het cn legt het op een legerstede ne
der, waarin do kinderen den diepsten slaap
slapen, Marie Antoinette verwijdert het
daarvan met heftigheid, terwijl de ongeluk
kige vrouw uitroept: „Ik wil niet, dat het
mijn kinderen bezoedelt 1"
(Wordt vervolgd.)