No. 13033 LEIDSCH DACBLAD, WOENSDAG 20 AUGUSTUS. - TWEEDE BLAD. Anno 1902. PERSOVERZICHT. FEUILLETON. Uit Frankrijks Geschiedenis. In Belang en Hecht schrijft do rodactrioe, Henriëtte van der Mey, een artikel over: ,,D e vrouw in de vakorganisatie.' Do schrijfster begint haar artikel met de volgende anekdote: Lady Charles Dilke verhaalt, hoe zij een maal een meeting van waschvrouwen te Ful- ham bijwoonde. Vroolijk bliee het fanfare korps der Gaswerkers-vereeniging er op los, om op den klank dor muziek der waschvrou wen te lokken ,tot dezen toestroomden gelijk de kinderen van de stad Hamel eens vroo lijk huppelden achter den fluitspelenden rattenvanger. Een „gentleman", die bij dit alles toekeek, vroeg op sarcastischen toon, of dat somwijlen een meeting van het Heils leger was. „Mijnheer", antwoordde hem La dy Dilke, jydat is een meeting van Trade Unionisten; wij z ij n het Leger des Heils." Daarna gaat de schrijfster na hoe de vak organisatie van vrouwen in het buitenland jaren door de organisatie der mannen is te gengewerkt. Er valt echter kentering waar tc nemen. Evenals do Britsche zijn de Duitsche ar beiders in don laatsten tijd zich meer gaan bezighouden met het vraagstuk van den vrouwenarbeid. Een quaestie van zolfbe- houd, maar laten wij tevens aannemen een uitvloeisel van de tot in alle kringen door dringende veraarlorde begrippen over do vrouw en haar positie in de maatschappij. Wat do Duitsche vakvereenigingen voort aan in 't werk zullen stellen om krachtiger dan tot dusver het work dor organisatie on der de arbeidsters ter hand te nemen, heeft het in Juni 1.1. to Stuttgart gehouden Con gres van Vakvereenigingen in een breedvoe rige motie uitgesproken Ook te onzent vallen in den laateten tijd symptomen waar te nemen, die er op wijzen, dat de georganiseerde arbeiders hier te lan de beginnen te begrijpen, hoe in deze rich ting nog een geheel arbeidsveld braak ligt, En het Plaatselijk Arbeids-Secretariaat èn de Bestuurdersbond te Amsterdam stelden herhaaldelijk pogingen in het. werk om de vrouwen en meisjes, in zekere takken van nijverheid werkzaam, aan te sporen zich te vercenigen of, waar een vereoniging van mannen in haar vak reeds bestond, zich daar bij aan te sluiten. Pogingen, die echter helaas tot dusver bij na alle totaal zijn mislukt. De koffioverleos- ters, de strijksters, de boekbindsters en li- nieersters, vraagt men haar naar de toe sta oden op haar werkplaatsen, ze hebben allen zondor onderscheid te klagen, maar het ontbreekt haar aan de energie of den moed om door aaneensluiting verbetering to verkrijgen. In Engeland vooral, maar ook meer en meer in Duitschland, bezitten de vrouwen een opwekkend voorbeeld in do mannenvak- verecnigingen, ten bewijze wat samenwerking vermag ter verheffing van dc positie der werkliedon in het economischo en maatschap pelijke leven. Te onzent, waar zelfs, behou dens enkele gunstige uitzonderingen, de vak beweging onder de arbeiders nog op laag peil staat, laat zich zeer goed verklaren de bijna volkomen desorganisatie onder onze in fabriek of werkplaats arbeidende vrou wen en meisjes, die tengevolge van sexueele en sooiale omstandigheden bij haar manne lijke kameradon in ontwikkeling verre ten achter staan. Hoo kan men deze groote onwetende soha- re, wie het. aan elk begrip omtrent de nood zakelijkheid van een onderlingen band ont breekt, de oogen openen voor de heilzame werking der vakbeweging1? Hoe kan men haar tot een krachtig plichtsbesef jegens haar mede-arbeiders brengén? Hoe kan men haar tot zelfbewuste vakgenooton ontwikke len? Er vallen m. i. bij het werk om de vtou- wen voor de organisatie to winnen, wanneer men op blijvend resultaat wil rekenen, twee perioden te onderscheiden: een eerste tijd van voorbereiding, daarna de tijd van op voeding en inwijding in het vereenigingsle- vcn. Ik geloof niet. dat men er in kan sla gen deze als los zand samenhangende elemen ten in een duurzame vakverecniging bijeen te houden, zoolang men ze niet tot denken de menschen maakt en haar althans eenige elementaire kennis bijbrengt. Van het onvolledig onderwijs op de lagere school is in het gunstigst geval niets meer overgebleven dan een schemerachtige herin nering. Ook voor de geringste arbeidster, zoo goed als voor iedeï mensch, is kennis een niet hoog genoeg te waardeeren schat, wat de intelligenten onder haar zeer goed begrepen, die voor het mcerondeel een sterk verlangen naar ontwikkeling aan den dag leggen. En met wat tact kost het niet veel moeite eveneens de minder intelligenten tot leeren aan te sporen. Het zal allereerst noodig zijn te trachten door persoonlijke gesprekken, door huisbe zoek, het vertrouwen der ongeorganiseerden te winnen. Is dit gelukt, dan verdient het aanbeveling ze groepswijze in clubs of cursus sen te zamen te brengen, eerst ter ontspan ning, later ter ontwikkeling, want men den- ke aan de woorden van Lady Charles Dilke Met vroolijkheid lokt men ze uit haar isole ment, door zwaarwichtige betoogen die ze spoedig vervelend noemen, jaagt men ze op de vlucht. Zijn voor het eerste deel van dit voorbe reidende werk, nl. het huisbezoek, ontwik kelde arbeidsters de aangewezen personen, voor het leiden der clubs en cursussen zullen zeker gaarne genoeg jonge sooiaal voelende en ontwikkelde vrouwen uit de gegoede klas sen zich beschikbaar stellen, wanneer men bij haar aanklopt. Gemakkelijk te begrijpen stukjes in do vakbladen kunnen verdor hel pen om onwetendheid en onlust te bestrij den. Een aardig voorbeeld daarvan vond ik onlangs -in het Orgaan van den ,,Ncd. Bond van Cacao-, Chocolade- en Suikerbewerkers, Koek- en Banketbakkers." In een gemoedelijk praatje wees C. S. de meisjes, werkzaam in do Oacao-fabriekon, er op, hoo zij door onder de markt te wer ken zichzelven en de mannen in hun vak schaaddon en hoe beider belangen haar aan sluiting bij den Bond vorderden. De toon van het stukjo tegenover do meisjes was bij uitstek goed getroffen, want eenvoud en natuurlijkheid zijn eerste eischen, om zich toegang tot hart en verstand dor onontwik- kelden to verschaffen. Dit voorbereidend propagandawerk, op voedend en ontwikkelend tegelijkortijd, schijnt mij noodwendig vooraf to moeten gaan aan de eigenlijke directe propaganda door middel van openbare vergaderingen, met het verspreiden van kleinero geschrif ten en de meer intieme propaganda op het atelier door de pionniersters. Op deze wijze zal het langzaam gaan, al vorens men de ongeorganiseerde vrouwen in een vakvereeniging onderbrengt, maar het is de vraag of op den duur langs dezen weg niot betere resultaten met het organiseeren van vrouwen verkregen worden dan met de haastige onoordeelkundige wijze, waarop al to dikwerf wordt Jo werk gegaan. Niot zolden beproeft in den laatstcn tijd het dilettantisme zijn krachten aan het op richten van vrouwenvakvereenigingen. Fluks wordt een vergadering bijeengetrommcld, een bestuur gekozen en rondgebazuind, dat zooveel leden tot de nieuwe vakvereeniging zijn toegetreden. Dit alles beteekent niet veel, maar een vakvereeniging flink op de been te houden en haar levenskrachtig te maken, daarvoor zijn niet alleon noodig geduld en geostkracht, doch dit eischt een helder in zicht in en nauwkeurige kennis van do bij- zondero toestanden in het vak. In het bedrijf, waar reeds een mannen- vakvereeniging bestaat, verdient de oprich ting van een afzonderlijke vereoniging van vrouwen geen aanbeveling, beider belangen eischen geen splitsing, maar samenwerking van krachten. Do vrouwen zullen haar voor deel doen met de meerdere ervaring der mannen: dezen op hun bourt, rekening hou dend met de specifieke hoedanigheden der vrouw, alles aanwenden om haar tot trouwe vakvereenigingsleden op te voeden. In do zg. vrouwelijke industrieën zal som wijlen de onmogelijkheid blijken om een vak- vereoniging in den zin van het nieuwe Trade Unionisme op te richten, omdat voor een strijdvereeniging, ofschoon men van haar noodzakelijkheid overtuigd kan zijn, allo kans op levensvatbaarheid ontbreekt. Ver standig is het dan er de voorkeur aan te ge ven een vereeniging te vestigen, die de ont wikkeling harer leden ten doel heeft en de zen door middel van ziekenkassen, bemid delingsbureau en derg. in dagen van zorg en moeite steunt. Van te voren kan men verzekerd zijn van grooter sympathie bij do publieke opinie voor zulke organisaties. In de eerste jaren van haar optreden stelde do „Women's Tra- des Union League" deze meer philantropi- schc doeleinden bij de door haar opgerichte vakvereenigingen op den voorgrond. Hot eeno sluit evenwel het andere niet uit. Ook de moderne vrouwonvakvereeniging zal zich op den duur in het grootst aantal leden mogen verheugen en het strijdbaarst worden als zij directe materieele voordeden aan haar lidmaatschap verbindt, mits zij nimmer uit het oog verliest, dat niet de on dersteuningskassen doel der organisatie zijn, doch alleen als middel dienen om de vrouwen aan haar vereeniging te hechten en door deze betere arbeidsvoorwaarden te verkrijgen. Hoe men ook te werk ga, voor ieder, die met de theorie of de practijk van het vor- eenigingsleven onder de arbeidende klasse- zich bekend heeft gemaakt, staat hot onher roepelijk vast, dat bij het organiseeren van de arbeidsters grooter hinderpalen zijn uit den weg tc ruimen dan bij de vakorganisatie der arbeiders. Maar mooilijk moge het werk zijn, onmogelijk is het niet; dit leeren de steeds, zij het dan langzaam, aangroeiende cijfers over do reeds voreenigde werkende vrouwen. Naar aanleiding van het request der Haagscbe Rechtbank aan H. M. do Koningin betreffende de jaarwodden schrijft mr. H. in het Weekblad v. h. Recht o. m.: ,,Ik geloof, dat do Haagsche Rechtbank zich op een verkeerd standpunt plaatst. De meerdere of mindere belangrijkheid der van de Rechtbanken te vragen beslis singen, de moeilijkheid der aan hun oordeel te onderwerpen rechtsvragen, de talrijkheid der voor hen te voeren procedures heeft met de zaak, die thans aan de orde is, niets uit te staan. Do oratio pro domo, die de Haagsohe Rechtbank houdt, ware dus, naar mijn oor deel, ook al om deze reden, beter achterwe ge gebleven; daargelaten nog, dat met oven- veel recht vele andere Rechtbanken in ons land argumenten van hetzelfde gehalte zou den kunnen aannemen. Niet alleen Amsterdam en Rotterdam, ook Dordrecht bijv., heeft moeilijke zeezaken te berechten I En meont de Haagsohe Rechte bank, dat de procedures, voor haar aange bracht, waarin de Staat partij is het is mij niet duidelijk waaro.ii die procedures zoo speciaal moeilijk zijn zooveel rnccr kennis en toewijding zouden vereischcn clan do berechting der gecompliceerde tiendza ken cn jachtzaken, die in Arnhem eto. voor komen Het geheele betoog der -Haagscho Recht bank voort tot do conoliiaio, dat do trakte menten der leden van dc goheelo rechterlijke maoht veól te laag zijn, cn volstrekt niet in verhouding staan tot de groote mate van kennis en toewijding, voor de vervulling der betrekkingen voreischt. Maar daarvoor strijden, is „enfoncer une porte ouverte"Wio spreekt dat tegen? Dringend noodzakelijk is hot, dat do trakte menten verhoogd worden, maar daarmede heeft niets te maken do beantwoording do zer vraag: of het niet meer dan tijd is, in middels er voor te zorgen, dat de loden dor rechterlijk macht in Amsterdam on Rotter dam niet langer in veel ongunstiger condi tie zijn dan die te 'sHage, Arnhom, Zwolle, Assen, Middelburg, etc. Dat de belastingen in Amsterda i en Rot terdam veel hoogor zijn dan elders, kan door niemand worden betwist. En nog juist dezer dagen leest men weder dat te Amsterdam het percentage der inkomstenbelasting w< dor met 3/-1 pCt. en do opcenten op het perso neel met 40 pOt.; zullen verhoogd worden 1 Zooals do toestand op het oogonblik is, betaald men in Amsterdam, bij gelijk inko men, al eonigo honderden guldons meer aan belastingen, en dat zal nu nog erger worden. In Amsterdam betaalt men f 1500 huur voor een huis, waarvoor men in Den Haag, Arnhem of Zwolle geen f 1000 huur betaalt, en in Assen, Middelburg of Maastricht nau welijks 500; waterleiding koet voor een dergelijk huis in Arnhom oi Zwolle 10 a 20, in Amsterdam 6-1.50! Schoolgelden bedragen in Amsterdam het dubbele van die in de andere gemeenten, enz. Tot de behandeling der zaak zelve komen de door de Haagsohe -ieohtbar-k ten on rechte een nevenargument genoemd zegt de Rcohtbank te 's-Gravenhage, dat: „zoo te 's-Gravenhage al sommige lèvcnseischcn ge ringer kosten meesloepen, andere daartegen opwegen door duurder uitgaven te veroor zaken." En iet© vorder, dat-: „de levensstan daard verband houdt met de min of meer dure levonswijzo van dc omgeving". Och, de Amsterdamsohe en Rottordamscho rechters zullen goed doen met hun levens wijze niet- te regelen naar „do min of meer dure levenswijze dor in hun omgeving loven de kooplieden en beursmannen I Deden zij dit wel, dan ware een vertiendubbeling van hun traktement noodig Hot argument, door de Haagsohe Rechtbank ontleend aan de haar omringende gofortuneordo diplomaten en andere grootwaardighoidsbokleedors, zal geen gowioht in de schaal mogen leggen. De rechtere te Amsterdam en te Rotter dam zouden in don regel bij hun benoeming jonger zijn dan die te 's-Lage. Het ontgaat mij waarom speciaal er bij wordt gevoegd: bij hun benoeming. De 23 Amsterdameche reohtere zijn op het oogenblik gezamenlijk 1170 jaren oud; do gemiddelde leeftijd is dua 1170/23, dat is juist 50 jaren; zoo ongeveer do leeftijd, waarop de opvoeding der kinde ren het meeste kost. De Haagsohe Rechtbank ga nidoor op dezen weg. Zij erkonne, dat de billijkheid medebrengt om den Amsterdamsohen en Rotterdamsohen rechters een traktement tie geven in werkelijkheid gelijk aan de Haag- scho, en strijd daarna gezamenlijk met alle rechtscolleges, om verbetering der positie harer loden. Do traktementen zijn verou derd, houden in do verste verte geen vor- band met het gewicht der betrekking, met de drukte der werkzaamheden bij som mi- go colleges en met de groote mate kennis en ondorvinding, die or voor voreischt wordt. Het thans aanhangige wetsontwerp heeft daar echter niets mode te maken; het bedoelt alleen een eindo te maken aan een misstand tusschen de colleges onderling. Dit houde men wol in hot oog en bovor- derdo hot wegnemen van dien misstand door alle gepaste middelen." Naar aanleiding van de benoeming van den heer L e 1 y tot gouverneur van Suri name schrijft De Controleur: Nederland zet zijn bloomotjcs bulten I Bloeit sedert een paar jaar do rozelx>om in do Oost, straks zal dit ook het geval zijn roet do lelie in do West. Do koloniën alzoo in do bloemen. Men ziet het, do Rcgcoring geeft wel gehoor aan dc algemcone roepstem om do beide verwaarloosde Indien eens tot bloei to gaan brengen. En dit ia niot aleoht© van economisch-politieke beteekenis, maar heeft ook een vèr strekkonden diplomatio- ken zin. Immers onzo beide koloniale rijken zijn nu in do schoonste harmonie mot hot rozenveld van het machtige Amerika l Van dien kant is de gevreesde B. V. dus voorloo- pig niet te verwachten 1 Dit in aanmerking nomende, is er thans voor heel Nederland gcreedo aanleiding, zooals eens voor Soheve- ningen, uit volle borst uit te roepen: „Loly, bencdictus 1" Mon leest in de „Haagscho Kroniek" der Nieuwe Groninger Courant „De Tweede Kamer komt dan toch nog op 3 Sept e. k. bijeen, om de ongevallen- boroopswet in behandeling te nemen. Wol is waar is do commissie van voorberei ding het lang niot op allo punten met do Regeering eens geworden, maar het sohijnt wel, dat or op overeenstemming geen verder uitzicht meer was. Do- commissie wilde van haar kant ook met het oog op do eerlang te verwachten benoeming van don heer Do Savomin Lobman tot lid van den Raad van State en het vertrek van don heer Lely naar Suriname de beraadslagingen zoo veel mogelijk bespoedigen. Daarenboven is do mogolijkheid niet uitgesloten, dat de dis cussies over de beroopswet toch nog meer tijd zullen vorderen dan vóór de opening der nieuwe zitting beschikbaar is, on het leek goraden om don maar vast gedeeltelijk er mee op gamg te zijn, ten einde na don aan vang der niauwo zitting niet al te veel er aan to moeten besteden. Hoe het zij, men kan zich op een debat van belang voorbcroi- 1 den. Ik hoor, dal cr reeds nu èn vaaiweg© j de commissie, èn van den kant van sommige Kamerleden, meterlango amendementen- reeksen in de maak zijn en naar hetgeen me deswege word verzekerd, zou het mij hoego naamd niot verwonderen als we een da capo to gemoet- gingen van de erwarring, dio hot de militaire straf- en tuchtwetten nu en dan werd aanschouwd." Onder het hoofd „Ook „Bijbelvast"le zen wij in De Tijd hef volgende: Bij Het Volk verschijnt sedert een achttal weken een geïllustreerd Zondagsblad, met een politioko plaat. Laaig te voren was het aangekondigd en de verwachting was hoog gespannen. Wat zou het droefgeestig possis- mismc der sociaal-democraten voor humor on geestigheid gaan vert-oonon? Zou de poli- atioko satire van Het Volk niet bar zijn van kwaadaardigheid Het is tegengevallen Onverkwikkelijk tam, verbazingwekkend geesteloos is dezo beeldende kunst ,en hot on derwerp beweegt zich in een verwonderlijk klein gezichtskringetje. Yan dit socialistische dagblad, hetwelk nooit or van hoo ren wil, dat de „Sosianl-Do- 1 mooratischo Arbeiderspartij" den godsdienst als zoodanig haat cn bestrijdt, is in al dio weken nog maar óón nummer verschonen met con „politieke plaat", waarin niot' Bijbel en wierooksvat- geheel volgens do bekende op tal van plaatsen door mr. Treol- stra uitgesprokon redevoering op plomp© hatelijkheden werden onthaald. Week op week stompt do teckenaar zijl toch al grove tcokenstift nog moor en meer af op een laffo godsdienstbeschimping. Dio „geest" kan zijn gedachten niet los maken van afkeer van „Bijbel on wierook* vat". Dat is wel een merkwaardige Bijbel vast heid I Het Volk schrijft het op rekening van Van dor Zwaags lichamelijke of goosto- 1 lijke vorzwakking, dat hij geen waarde mcor hodht aan het algomoon kies roe hten niot warm meer is voor do arboidorabowo- fifing- En dan zegt het orgaan van mr. P. Jw Troolstra: y „Al hot gepraat van Van dor Zwaag ovor ons parlomontarismo kan hom niot schoon* 1 waosohon van de blaam: dat hij zoogoed als gohcol in parlementair werkon opgaat; dat do band tusschen hom on do werkolijko bowoging vrijwel is verbroken; dat w ij de arbeiders oo«k buiten hot par- lomont organiseeren on hij niot; dot de vorkiozingen, waarin Van dor j Zwaag candidoat is, geen propaganda zijn voor zolfstandigo organisatie der arbeider* 1 of voor het sooialismo, maar voor „Geert",' „omdat-ie zoo coriijk ia", em.\ dat Van der Zwaag feitelijk, evengoed als D. N. Van Zinderen Bakker, Nawijn en zoo^ vele andoren, eon uitgchjueohte krater ie*1 die, a 1 s hij nog oena wat warme sintels uifc. spuwt, dazo bij voorkeur doet neerdalen op[ de partij, die hier evenals eldera bezig ia, opnieuw de arboidors in dam klassenstrijd te organiseeren. Hot is do oigangeroohtigheid van Van dor Zwaag, die ons noodzaakt, dit eens voluit te zoggen." Het Sociaal Weekblad. In hot laatste' nummer deelon do uitgevers mede, dab in September a. s. als mcde-redocteur van hot Sociaal Weekblad zal optreden do heer mr* j J Limburg, to 's-Gravenhage, die zich meer I bijzonder met de politieke leiding er van zal belasten. In verband hiermede zal ook in do uitgave van het Sociaal Weekblad een bet- langrijko wijziging plaats vinden. In plaat* van wekelijks éénmaal als tot dusver, zal het blad, na medio September, tweemaal per week worden uitgegeven. 8) i-- Door zijn zusje ondervraagd, wat hij dacht, dat men ging doen, antwoordde de Dauphin, door slaap overmand „Ik geloof, dat er eomedie gespeeld zal worden, en dat wo daarom worden ver kleed." Do kinderen werden naar het rijtuig ge bracht, hetwelk op het Prinsenplein wacht te. Daarna kwam madame Elisabeth, vor- volgens de koning De koningin liet zich wachtenzij was den doolhof van steegjes, welke toen op het Oarousselplein uitliepen, ingesncld. om den heer do la Fayette te onte moeten, wiens rijtuig zij herkend had, en thans was zij in den doolhof verdwaald goraakt. V eiken invloed heeft deze vertraging van oen uur uitgeoefend op het lot van de ko ninklijke familie van Frankrijk en op Europa l Do koot© bevatte den koning, de koningin, den Dauphin, madame Royale, madame Elisabeth en madame do Tourzei, gouver nante van Lodewfjk's kinderen. Allen waren uistekend vermomd. Madame de Tourzei reisde als hoofd van net gezelschap onder den naam van baronesse Do Kolff, eon Russische dame, die op het punt stond Frankrijk te verlaten en haar rieven van vrijgeleide ter beschikking van den koning gesteld had. a anie Royale en do Dauphin waren doch- jes onder den naam van Amélie en van Aglaó. Mario Antoinette, gouvernante van haar kinderen, onder den naam van madame Ro chet. Madame Elisabeth, gezelschapsjuffrouw, onder den naam van Rosalie. Lodowijk XVI, kamerdienaar, onder den naam van Durand. De drie lijfwachten, als livreibedienden, onder de namen van Jean,, Molchior en Francois. De koningin droeg een bruine japon in den vorm van een tunica; voor hoofdbedek king had zij een zwarten hoed la Chinoise, met lang kantwerk gegarneerd, hetwelk tot voile diende. De koning droeg een donkergroenen mans rok met paarlmoeren knoopen, een gebor duurd wit satijnen vest, korte zwart zijden broek en witte zijden kousen. Op zijn schoe nen waren ovale zilveren gespen aange bracht. Zijn haren waren door een zakje van zwarte gladde zijden stof omsloten. Het scheen, dat een onverbiddelijk nood lot zich aan dio reis moest verbinden. Het vertrek op den 20sten Juni bepaald, was tot den 21sten uitgesteld- Toen een detache ment huzaren, dat bevel had den koning aan gene zijde van Ch&lons ai te wachten, hem niet op den bepaalden dag en uur zag ver schijnen, trok het zich terug, bevreesd als het was achterdocht te verwekken. Een tweede detachement, te Saint-Menehould ge posteerd, ontving zoodoende niet de inlich tingen, welke het eerste had moeten verstrek ken, en kon niets uitrichten. Op de brug van Somme Vesle, het eerste posthuis na Ch&lons, gebeurde een ongoluk, dat als een ongelukkig voorteokon had kun nen gelden de vier voorste paarden struikel den tweemaal en stortten tegen den grond. Aan het poststation to Saint-Menehould was Lodewijk XVI genoodzaakt voor den dag te komen, tot het erlangen van verecho paarden .De postmeester Drouet meende den koning te herkennonhij bad hem op het feest van de Federatie gezien. Om zich even wel beter te overtuigen, nam hij een geld stuk, waarop de beeltenis van den rampza ligen vorst zeer gelijkend voorkwam, en ver geleek de tweo gezichten. De koningin be- merkte dit en verbleekte van ontsteltenis. Op hetzelfde oogenblik zette de koot© zich weder in beweging en rolde voort met verdubbeld? snelheid, tot groote geruststelling van Marie Antoinette Doch Drouct sprong oogonblikkelijk te paard, en rende voort in vliegendo snelheid, om vóór den koning te Varennes aan te ko men en aldaar alarm te maken. Bij het binnenkomen te Varennes zou men een derde detachement troepen aantieffen; niemand verscheen er, cn men was genood zaakt verder te gaan zonder eskorte. Men ging niet ver. Op eenigen afstand van Varennes lag een troep Jacobijnen in hinderlaag, dio, mot de sabel en het pistool in dc hand, op het rij tuig aanvielen. De lijfwacht, die met de kleinste bijzon derheden van het ontvluchtingsplan bekend was, richtte niets uit. In het stadje Varennes, waaraan deze noodlottige nacht voor immer een naam in de geschiedenis heeft gegeven, volgde op de aanhouding van de koniklijke familie een groote opschudding. De noodklok luidde, de klokken van al de omliggende dorpen wer den in beweging gebrachthet volk stond als één man op en wilde de woning van den kruidenier Sauce, procureur van de com mune, bij wien men den koning, de prinses sen en de twee kinderen had binnengebracht, bestormen. Do koning legt openlijk do beweegredenen van zijn reis, zijn plannon, zijn vurige be geerte bloot; hij verklaart plechtig, dat hij dc ware behoeften van zijn volk wil ken nen, het volk, dat voortdurend het voorwerp van zijn genegenheid uitmaakt, en tot welke goluk hij alles wil ten offer brengenhij komt in verzet tegen de lastering, dat hij zich aan zijn volk zou willen onttrekken en zich in een vreemd land begeven, en doet het voor stel zich aan de nationale garde van Varen nes toe te vertrouwendezo zou hem dan zelf naar Montmody geleidon of naar een andore stad van het koninkrijk, waar zijn onbelem merde vrijheid zou verzekerd zijn. Deze woorden, zoo kenmerkend door goed heid on oprechtheid, op zulk een echt vader lijken toon uitgesproken, leggen de woelige menigte van vijanden en nieuwsgierigen voor een oogenblik het stilzwijgen op. Sauco ontroert en wordt vertcederdde koning wa© gered, zoo zijn behoud slechts had afgehan gen van dien man. Doch Drouet laat geens zins zijn prooi los; hij windt zich op, hij houdt een redevoering, hij verklaart, dat zijn hoofd en dat van al do aanwezigen er mede gemoeid -is, zoo de koning zich niet onmid- dollijk naar Parijs terug begeeft. De koningin beproefde van haar rijde op het hart van madame Sauce de pogingen, welke Lodewijk XVI op het verstand van den echtgenoot waagdo. „Gij zijt moeder, mevrouw", aldus sprak zij haar toe, „gij zijt vrouw, gij moet alles gevoelen, wat iL lijd; gij kunt er toe bijdra gen ons te redden. Het is niet de koningin, het is een moeder, het is een vrouw, die hier biddend voor u staat." „De natie", antwoordde do kruideniers-' vrouw mot een dommen glimlach en een ge wichtig hoofdschudden, ,do natie die 24 mil- lioen aan don koning geeft, betaalt zijn ambt goed; zij i3 eigenlijk veel te goed, dat zij hom behoudt, en het is al heel vreemd, dat hij haar in den 6teok wil laten. Daarenbo-' ven wil ik mijn man niet in dc waagschaal stellen, mevrouw; gij denkt Aan dc uwen, ik aan de mijnen. Do opschudding nam intuaschon steeds too. Er had een hevig conflict plaats tusschen de officieren van een detacbemont huzaren, dat aangekomen was om zich bij den koning te Varennes te voegen, en die van de nationale' gardo der plaat© zolf; de huzaren maakten oproer en sloten zich bij het volk aan. Te midden van dit rumoer verscheen t' heer do Romeuf,. adjudant van generaal L, Fayctto. Hij bracht een decreet van de ver gadering over, bevelende, dat de voortvluch-* tigc monarch, op welke plaats ook, aango- houden en naar Parijs zou terug gebracht worden. „Er bestaat geen koning meer in Frank rijk I riep do rampspoedige vorst uit bij het lezen van dat fatale decreet. Dc koningin doorloopt op haar beurt het' stuk; dc koning neemt het weder terug, her leest het cn legt het op een legerstede ne der, waarin do kinderen den diepsten slaap slapen, Marie Antoinette verwijdert het daarvan met heftigheid, terwijl de ongeluk kige vrouw uitroept: „Ik wil niet, dat het mijn kinderen bezoedelt 1" (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 5