N*. 12990
Dinsdag 1 Juli.
A°. 1902.
§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van §on- en feestdagen, uitgegeven.
Officieele Kennisgeving.
FEUILLETON.
LEIDSCH
DAG-BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden por 8 maandon5 .1 f 1.10.'
"Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd s|Jn 1*80
Franco per post i L65»
PRIJS DER APVERTENTIËN:
Van 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. - Orootere
letters naar plaatsruimte. Voor hot incassooren buiten de stad
wordt ƒ0.05 berekend.
KENNISGEVING.
SCHUTTER IJ.
Zitting van de commissie van onderzoek
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gelet op de aitt. 19 en 21 van het Koninklijk
kesluit van 28 Juni 1828 (Staatsblad No. 42J;
Lirengen ter kennis van belanghebbenden, dat
de zittiDg dor Lommissie, ingevolge art. 15 der
wet van 11 April 1827 (Staatsblad No. 17) benoemd
lot het onderzoeken van en beslissen omtrent
de redouen van vrijstelling en uitsluiting van
sohutterplicktigen, in het Militielokaal op bet
Invalidenhuis (ingang door do Koppenhinksieeg,
aan de zijde dor liooglandsche lierkgracht), op
Woensdag 9 Juli aanstaando zal aan
vangen, des voor middags te halftien
u gesloten zal worden dien dag
uiterlijk des namiddags te vier uren,
an dat in dio zitting uitspiaak zal worden gedaan.
lo. omtrent hen, wier zaak in de zitting der
Commissie op 81 Mei 11. is aangehouden:
2o. omtrent heD, die, lid der Schutterij zijnde,
na hun indienststelling recht op vrijstelling hebbon
vorkregen, alsmede die bij liet batalion wegens
lichaamsgebreken tijdelijk zijn vrijgesteld;
3o. omtrent de geboreneu in 1877, die zich in
de vorige maand voor de schutterij hebben doen
insein \j ven;
4o. omtrent de ambtahalvo ingeschrevenen; en
5o. omtrent hen, die bun woonplaats naar deze
gemeente hebben overgebracht en hun actieven
diensttijd bij de Schutterij nog moeten volbrengen,
voor zoover omtrent deze laatsten door^de Com
missie nog geen uitspraak is gedaan.
Voorts worden de belanghebbenden verwittigd,
dai zij, die op grond art. 3, sub a, b of c, van
bovengenoemde wet, hetzij uithoofde van ziekelijke
gesteldheid of lichaamsgebreken, hetzij wegens
gemis van de gevorderde lengte, roden tot vrij
stelling van den Schutterlijken dienst vermeenen
te hebben, doch niot voor de Commissie ver
schijnen, zoomede zij. die ter bekoming van d«
vrijstelling, vermeld in evenbedoeld wetsartikel,
sub d, e, f, g, h, of trt, ingeval zij ver
meenen daarop aanspraak te kunnen maken, aan
de Commissie de wettelijk gevorderdo bewijs
stukken niot overleggen, of voor haar niet ver
schenen zijnde die bewijsstukken niet te voren
reeds bjj het Cemeentobestunr hebben ingeleverd,
gehouden zullen worden geen reden lot vrijstelling
te hebben en dientengevolge bij afwezigheid tot
den diénst zullen worden aangewezen, en dat
hiervan alleen uitgezonderd zjjn do milicien-
verlofgangers, die als zoodanig niet voor do
Commissie behoeven te verschijnen, vermits zij,
zoolang hun militiediensttijd duurt, worden vrij
gesteld.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leideü, H. C. JOTA, Weth., loco-Burg.
80 Juni 1902. VAN HEYST, Secretaris.
Welhoudende wettelijke bepa'ingen betreffende de
volkshuisvesting.
Zoo luidt het volledig opschrift van de
hoogst belangrijke wet, welke heden, 1 Juli,
in werking treedt en dio gewoonlijk kortweg
Woningwet" wordt genoemd.
Het groote doel, met dezo wet beoogd, is
het opruimen van ongezonde woningen en
het bevorderen van goeden woningbouw.
Hoewel de gemeente Leiden sinds jaren
iü deze richting workzeam is en door haar
bemoeiingen op dit gebied onder de Ncdor-
landsche gemeenten met eero genoemd mag
Vorden, achten wij het niet ondienstig een
en ander omtrent deze wet mede te dcelen.
Men zal zich herinneren, dat de Raad voor
eenigen tijd aao Burg. en Wetbs. een crcdiet
van 600 heeft verleend, met het oog op dezo
invoering. Dit was niet overbodig als mo'i
bedenkt dat den gemeentebesturen bevoegd
heden verleend worden tegenover huiseige
naren en bewoners, maar tevens verplich
tingen opgelegd.
In de eersto plaats eischt de wet een go-
zr.eentelijke verordening zoowel op de eisclm
.aan woningen te stellen als omtrent de be
hoorlijke bewoning.
De woningen die gebouwd of geheel of
Jgodceltelijk vernieuwd worden, moeten even
als de bestaande voldoen aan de eischen, die
door de verordening gestel 1 worden en die
\erschillend kunnen zijn naar gelang vaq
haar aarden bestemming, en ook van haar
ligging. Zij kunnen wat de bewoning aan
gaat betrekking hebben op zuivering van
ongedierte, de afscheiding van slaapplaatsen,
het aantal woningen in een zelfde gebouw
in verband met do inrichting van dat ge
bouw, en ook op het getal bewonors in ver
band met de ruimte der vortrekken. Tegen
overdrijving en tegen kroaking van rechten
wordt echtor gewaakt door de bepaling dat,
zoo de verordening het aantal boperkt, zulks
niet toepasselijk is op degenen dio or reeds
wonen noch op vermeerdering door geboorte
of thuiskomen van tijdelijk elders govestigde
leden van het gezin.
Voor het bouwen of verbouwen kan de ver
ordening voorschriften vaststellen omtrent:
1. de plaatsing van de gebouwen ten op
zichte van den openbaren weg en van
elkander;
2. het hoogtepeil van den vloer der bene-
denwoonvertrekken en de hoogte der gebou-
v cn
3 de afmetingen der ter bewoning in te
richten vertrekken en van trappen en por
talen
4. privaten;
5. beschikbaarheid van drinkwater;
6. voorkoming van brandgevaar;
7. voorkoming van vochtigheid;
8. hechtheid van fundamenten, muren,
vloeren, trappen, zolderingen en dak
0. verwijdering van rook, water en vuil
10. toevoer van licht en lucht.
Wie met deze bepalingen vergelijkt ,,de
verordening der gemeento Leiden op liet
bouwen en sloopen" van 11 Juli 1805, zooals
deze is gewijzigd den 25sten JanuarLlOOO èn
laatstelijk den 25stcn October van dat jaar,
zal inzien, dat deze verordening in dc meeste
der genoemde gevallen voorziet. Enkele wij
zigingen mogen noodig zijn, over 't algemeen
past de verordening in het kader der wet.
Niet alle gemeenten zijn eohtcr zoover.
Het zou zelfs kunnen voorkomen dat er zijn,
die nalatig blijven in hun plicht om den wo
ningbouw en de inrichting behoorlijk te re
gelen.
Ook daarin voorziet de wet. Elke vastge
stelde of gewijzigde verordening mc^et bin
nen 9 maal 24 uren na naar vaststelling aan
de goedkeuring van Ged. Staten worden on
derworpen, die, alvorens te beslissen, het
advies inwinnen van den inspecteur" der
Volkshuisvesting. Bij weigering der goed
keuring kan de gemeenteraad zich beroepen
op de Koningin. In alle gevallen moeten de
beslissingen van Ged. Staten aan den Cen-
tialen Gezondheidsraad worden medege
deeld, die het recht heeft bij gemotiveerd ad
vies vernietiging te vragen. Op deze wijze
wordt er voldoende voor gewaakt, dat de
verordening aan de eischen der wet voldoet.
Toont de gemeenteraad zich nalatig om eeno
verordening vast te stellen, dan wordt de re
geling buiten hem om gemaakt. Indien twee
jaren na de invoering dier wet in een ge
meente nog geen verordening bestaat de
gemeenteraden hebben dus allen tijd dan
werden Burg. en Weths. door Ged. Staten
uitgenoodigd binnen een bepaalden termijn
een ontwerp bij hen in te zenden. Geven zij
daaraan geen gevolg, dan gaan Ged. Staten
geheel zelfstandig ,na eerst den inspecteur te
hebben gehoord, tot het maken eenor veror
dening over. In beide gevallen behoeven ech
ter deze verordeningen de goedkeuring van
dc Koningin. De goedgekeurde voorschriften
zijn dan even geldig als waren ze door den
Raad zelf gemaakt.
Het ligt natuurlijk voor de hand, dat Ged
Stcten eveneens bevoegd worden verklaard
ook behoudens beroep bestaande ver
ordeningen aan te vullen, te wijzigen of in
to trekken, in geval oen gomeenteraad geen
gevolg geeft aan de uitnoodiging om daar
toe over te gaan.
Plaatselijke omstandigheden en locale
toestanden kunnen echter zoo zijn, dat om
trent een of meer onderwerpen in die wet
genoemd geen voorschriften noodi g wor
den geacht. Ook hierover hebben Ged. Sta
ten te oordeelen, met beroep op de Koningin.
De gemeenteraad moet do.vrijstelling vragen
en dan beslissen Ged. Staten, na eerst den
inspecteur te hebben gehoord, of ten opzichte
van één of meer punten boven genoemde
ontheffing kon worden verleend, 't zij voor
alle, 't zij voor sommige woningen.
Ten opzichte van behoorlijke bewoning
kan slechts voor den tijd van 5 jaar onthef
fing worden verleend, binnen dien tijd kan
evenwel telkens verlenging worden gevraagd.
Voor alle dergelijke gevallen moot echter do
Centrale Gezondheidsraad worden gehoord.
Vindt deze Raad termen aanwezig voor ver
nietiging, dan brengt hij daartoe een gemo
tiveerd advies uit aan den Minister van
Bmncnlandscho Zaken en daarop kan ver
nietiging van de Koningin volgen.
Uniform Kclmftunr.
Hobt gij, lezer, bij uw wandeltoohton om
of door dc stad, wol eens moeten wachten
voor een afgedraaide of opgehaalde brug?
Wat een vraag, hoor ik antwoorden, welken
Leidonoar overkomt dat niot dagelijks. „Wij
weten allen hoe lastig het is, vooral als men
haast heeft. Menigeen is den trein er door
misgeloopen. Maar we weten ook dat het in
onze waterstad niet andera kan, al getuigt
ons optreden tegenover de arme brugwach
ters niet altijd van lijdzaamheid on berus
ting.
Bijzonder lastig moet het zijn voor do
werklieden van fabrieken en werkplaatsen,
als zij des middags vaA of naar het werk
voor zoo'n afgedraaide brug komen te staan.
De tijd voor het middagmalen is al zoo kort.
Zoo gebeurt het wel dat een werkman daar
door te laat op hot werk komt on ook, wan
neer hij uit andere oorzaak niet op tijd komt
zich op de afgedraaide brug beroept.
In de Kamer van Arbeid voor Textiel
nijverheid kwam deze zaak ter sprake en^de
heer Pora, lid dezer Kamer, bracht ze over
in don Raad. Hij vroeg of er geen mogelijk
heid bestond dat enkele brug;cn (hij noemde
de Havcnbrug, de heer A. J. v. Hoeken voeg
de die aan de Mare er bij) bij 't uit- on aan
gaan der fabrieken eonigen tijd konden ge
sloten blijven. De Voorzitter zegde een on
derzoek toe en heeft dit mot inderdaad be
kwamen spoed ingesteld. Aan het eind dor
zitting van Donderdag deelde hij het resul
taat van dit onderzoek mee. Hot ongerief
word erkend, maar het grootc bezwaar om
er in te voorzien, ligt in de omstandigheid
dat dc schafturen zoo ongelijk zijn. De mees
ten sluiten van 121 uur, doch andoren van
halféén tot halftwec, ja zelfs z:jn er die van
1 tot 2 uren schaftuur houdcD. Dit maakt
voorziening zeer moeilijk, zoo tiet onmoge
lijk. Don heer Pera werd door den Voorzitter
in overwoging gegeven de zaak nog-naals in
do Kamer van Arbeid aanhangig to maken
en de mogelijkheid van een uniform schaft
uur voor allo werkplaatsen te overdenken.
De heer Pera verklaarde zioh daartoe bereid
en wo weten dat hij, als hij zich ergens voor
spant, het er niet licht bij zitten laat. Wc
wonsohen hem eucoes op dit pogen, want
tooals door den lieer Juta terloops werd opge-
morkt,~er zijn bij een uniforme regeling der
schafturen nog andere en naar wij meenen
grootero belangen gemoeid. Hierop willen
wij ditmaal de aandacht in hot bijzonder
vestigen.
Het gebeurt niot zelden dat leden uit een
zelfde gezin op vcraohillonde fabrieken wer
ken en dientengevolge kan het voorkomen
dat in zulke gezinnen hot middagmaal in twee
of drie tempo's wordt opgezet.
Dit is schadelijk en niet bovorderlijk voor
de huiselijke gozelligheid. Do mcnschcn uit
één gezin, dio den goheelen langen dag moe
ten werken, zien elkander alleen des middags
en des avonds, wanneer het vermoeide
liohaam naar rust verlangt. alt do middag
rust niot voor allen samen, dan is de huise
lijke keten verstoord, cr ontbreekt iets aan.
Er zijn ons gevallen bekend, waarin ook
de vrouw moowerkt, dat kinderen, dio een
ongelijk schaftuur hebben, icdoron middag
een boterham gebruiken en alleen des Zon
dags mee aan den diseh plaats kunnen
nemen.
Voor don goeden gang in de werkmans
gezinnen en tor bevordering van orde en ge
zelligheid, enz. komt on6 de invoering van
een uniform schaftuur zeer wensohclijk voor.
Met eenigen goeden wil van de zijde dor
patroons zou dit dunkt ons wol kunnen. Eén
uur schafttijd is ook te kort. Wat blijft or
bij eenigen afstand tusschen fobriok en wi
ning voor het eten over? Hot middagmaal
met allo huisgenooten smakelijk, zon
der gojaagd te zijn, te nuttigen, is veel
waard.
Dit mogen wo het werkmansgezin wel
gunnen.
Leiden, I Juli.
In de boek- en courantdrukkerij van den
beer A. W. S(Jthoff alhier z()n heden twee
jubilarissen. De heer A. Wagemans Jr., boek
houder, Is er 40 jaren en de stereotypeur W,
C. van Evert 25 Jaar werkzaam. Zoowel van
de zyde der patroons als van die van kantoor-,
redactie-, zetters- en drukkeraperaoneel, als
mede van dat dor bindery ontvingen zU fraaie
en kostbare blykon van bolangetelllng, gepaard
met de hartolykete gelukwonschen, waarvoor
do beide jubilarisson woderkeerig hun warmen
dank betuigden.
By de Loidsche Spaarbank is in de maand
Juni ingelegd 56,02694*. en terugbetaald
f 61,961.75s, terwyi z\Jn afgegeven 80 nieuwe
en goliool afgelost 54 boekjes.
Het gezameniyk tegoed der 11,990 inleggers
bedroeg olnde Juni 2,270,940.10*.
Aan het examen voor toelating tot hot
eerste studiejaar van don cursus bij het 4do
regiment infanterie alhier nemen deel do
sorgeanton H. H. Maas en E. J. KooIb, dc
sergeanten-titulair J. H. C. van Eyk van
Voorthuysen, H, W. do Nije, J. K. Lam-
morts, J. S. O. van Meurs, P. J. J. v. d.
Horn v. d. Bos, C. A. H. L. Wilst, H. Ame-
ling, Jhr. T. J. M. do Villeneuve, J. H. E.
Kempers, F. T. P. W. Janssen, J. C. Saehls,
H. P. J. de Jongh, F. A. Kanne, J. R. Burg,
G. Brill en E. A. Wolfson, de korporaals J.
J. Rahusen, C. W. Beekman, G. Bos, W.
Gerlach, T. W. Stconmann, C. v. d. Woudo
en G. H. A. Diotz.
Van bovenstaanden nemen tevens deel aan
het examen voor het twoedc studiejaar, do
sergeanten-titulair P. J. J. v, d. Horn v. d.
Bos, jhr. T. J. M. de Villeneuve, E. A. Wolf
son bonovens de sergeant-titulair W. F. J. v.
Lakerveld.
Het Rijks-Ethnographisch Museum al
hier heeft van prof. Fr. Starr, te Chicago,
111. Amerika, ten goschenko ontvangen twee
drietandigo vischspcrcn met rieten schacht
en een daarbij behoorendc bruinhouten werp-^
plank, om die speren te slingeren. Een^
ander in gebruik op het Patznnon
Mexico .yRegec-
Aan den schenker is de danj
ring betuigd. vflMkaarten, aan
Lyst van de brieven^daaronder behoo
het postkantoor alhie^^post bezorgd, in de
rende hulpkantoj^nd Juni, welke wegens
tweede helft
onbekendheid van do geadresseerden nioUfcynf
kunnen worden uitgereikt:
Brieven: W. Wal tin an, Den Blnuw, Al-
fon; Voorspoed, E. H. v. d. Berg, A. N.
Barnam, mej. A. v. Dijk, A. de Vries, moj.
A. Greeve, Amsterdam; A. Kochan, Dovon-
ter; Bethcsda, Driebergen; J. W. Kouwen-f
hoven, J. Driesscn, Mej. K. l.ody, P. v.
Santen, Den Haag; Mulder, mej. Do Bon,
Haarlem; Q. v. d. Meer, Uaarlcmmermoor
J. dc Groot. Hilversum; v. d. Helen Ju., Do
Leek; Hendrik Jan, H. H. R. Ambcel, Lei
den, mej. M Celosso, Loosduinen; M.
fischer, J. v. Leeuwen, mej. A. J. Linde,
Rotterdam; R. Winde, Zwolle; P. franken,
niet vermeld.
Briefkaarten: W. Waltman, Alfen
Z. Voor, wed. Verdonk, moj. A. v. Marven,
A. do Jong, moj. H. do Wit, Amsterdam;
G. Manuel, Breda; inej. C. Zwart, C. ten
Donkolaar, O. Zwaan, Mej. Laken, Den
Haag; J. v. Oosten, moj. A. Bodicr, Leidon;
L. Molenkamp, Nijmegen; M. Duivcnsteyn,
Ginla, A. do Kncgt, Rotterdam!
Buitenland Brief: E. F. L. Th. v. Dro-
veldt, Parrok Chihuahuoc.
B riefk aarten: mej. O. Quintus, Bir
mingham, M. v. Blankenstoin, Glasgow; C.
W. H. Bonten, Portalctto; H. Hagemann,
Reisholz.
Aan het postkantoor Warmond word
gedurende de maand Juni 1902 Ingelegd
f 7579.25, verdeeld oyer 123 inlagen; terug
betaald /"6840 36s, verdeeld over 42 terug
betalingen.
Het laatste, door dat kantoor uitgegeven,
boekje draagt het nummer 1089.
In het oorste halfjaar 1902 word aldaar
Ingelegd 64,328.876, terugbetaald ƒ31,367.40.
Don 26sten Juli a. s. zal do jaarlijkscho
algomeono vergadering der Broederschap
van oandidaab-notarisson in Nederland eu
zijn koloniën te 's-Gravonhago gehouden
worden in het Gebouw van Kunsten en We
tenschappen. Onmiddellijk na do oponing
doe morgens te 10 uren komen in behandeling
do praeadvierzon dor heeren mr, J. A Levy,
advoc. te Amsterdam, on mr. L. E. Visser,
advocaat te 's-Gravenhage, naar aanleiding
van do vraag: op welke wijze bokooren do
voorschriften van het W. v. K. botroffendo
samenstelling cn het behoud van hot kapi-v
taal der Naamloos Vennootschap te worden
herzien.
Belangstellenden in dit gedeolte der ver
gadering zullen gaarne worden goïntrodu-
oeord door don algemeenen socrctaris dor
Broederschap voornoemd, den heer H. A. F.
van der Ven, Stationsweg 45, Don Haag.
Bij het Departement van Justitie is in
bewerking een woteontwerp tot horxiening
der bestaande regeling van de inkomsten der
griffiers bij de rcchtcrlijko macht. (Vad.)
Ook te Oostorbeok is een plaatselijke
afdecling opgorioht van don „Volksbond^,
Voreeniging tegen drankmisb. ik", na
vooraf een 160-tal loden waren tooga^^
Hot bestuur werd samongestoldj^^11^'
ren mr. J. J. 8. baron Sloot/Ii"PPard
Prager, mr. A. G. A. rid
en G. Romijn. ^^^^nlandschc zaken
Do minister ^belanghebbenden dat
brengt tor kenaan de Rijks-hoogero
mot 1 Sept^b5"jarigcn curBUS 'ö-Her-
burgerscl^vervullcn is de betrekking van
togeuj^ecraar in do aardrijkskunde. Het
wekelijks 5e geven lesuren be
oogt 14.
Zij die voor doze betrekking in aanmer
king wen8chen te komon, gelieven zich vóór
14 Juli e. k., met vermelding van het aantal
dienstjaren door hon aan een hoogoro bur
gerschool of gymnasium doorgebracht, aan
te meidon bij den inspecteur van het middol-
baar onderwijs, K. ten Bruggencate, Uj
's-Gravcnhage.
Ge kunstenaar.
Slot.)
Als do practische zijde der zaak volko
men naar zijn bevrediging was afgehandeld,
dan veroorloofde de Amerikaan zich wel
eens de weelde van een gevoelmensch te zijn.
Langzamerhand begon hij zich voor den
schilder en diens familie te interesseeren.
Af cn toe werd hij door het geheime drama,
dat zich voor zijn oogen afspeelde, geroerd.
De vrouw, bleek, met van het weenen roode
oogen, dwong zich, voor haar man vroo-
lijk en onbezorgd te schijnen, terwijl zij toch
tot haar ontzetting zag, hoe het met hem
stondwant ondanks alle verzekeringen
van den dokter waren do verwoestende
sporen van de ziekte te zichtbaar, om haar
niet alle b.op te bcnemeir, het kleine meisje
zorgeloos in kinderlijke vroolijkheid, zon
der cenig vermoed' a van het groote ver
lies, dat op handen was, Carrioi'V en Tri-
chard's bezorgdheid en verdriet om den
geliefden vriend was hun duidelijk aan te
zien. En daartusschen, als middelpunt, de
zieke zelf, die hen plaagde, plannen smeed
de, als 1 j weer gezond zou zijn, schorste
en lachte, juist alsof hij geen vermoeden
aja hopelocoen toestsnd had..
Het scheen overigens, sinds hij met zijn
laatste schilderij was begonnen, alsof hij
weor opleefde; de koortsachtige, haast,
waarmee bij schilderde, gaf hem een schijn
van kracht. De sterke reuk der verven
kwam hem kostelijk voor, zoozeer had hij
zijn kunst lief.
De Amerikaansche kunstliefhebber be
wonderde zooveel zielcgrootheicL Op een
avond vergezelde hij den geneesheer en ver
zocht dezen hem van Vignier's leven te ver
tollen. Dit plotseling einde, deze ineenstor
ting van een toekomst, welke zoo roemrijk
en onbezorgd beloofde te worden, dit mis
lukken in het gezicht van de haven na al de
stormen en den strijd, troffen den in den
grond weekhartigen man diep. Hij bcw<£>-
derde de energie van den vader, cic tot-"»- e
zijn laatste ademha. ng voor de zijnen,/
de energie van den kunstenaar, die 'i.p
soldaat met het wapen in de hana-
einde afwacht! Mr. Gaudily liet zicj"
ter niet verder ovor zijn gevoelens
Een week daarna het was
bijna af overviel Vignier,
ting een aanval van zwakt-
Zijn vrouw en de hielden zich
met hem bezig7, en spoedig kwam h(J weer by.
Toen mevrouw Vignier met Henriette de
kamer had veriaten, wenkte de schilder den
Amerika .n 'ot zich en zeide zeer zacht, ter
wijl hij op do schilderij wees:
„Ik zal er in elk geval mijn naam onder
zettendat is sekuurder, niet waar?"
En deze woorden, die duidelijk toonden,
dat hij zijn einde voelde naderen, werd<
door hem zonder bitterheid, slechts
treurig en met zulk een bcru8tine^j.-an
dat zich oen innig medelijden 5gjLjeven(i
meester rnaakto. A. u rijn ecnig;
greep hrj Vignicr s harJej^^ WQOrd
minuten in de zijne,
kunnen uitbrengen. de dokter met Car.
In dat oogenWU^ kam(jr binMn
rlDeXgenee-Ie-^a8 dadelijk, welk een ver-
anderi^p
greppjj^oopt af;" fluisterde hy Carrioux toe.
Jls tot bevestiging zijner woorden begon
vygnier zwaar adem te halen, terwijl cr een
rilling over zijn leden ging.
„O!" zeide Henriette en vouwde de
handjes, „die arme papal Hij heeft het zoo
koud 1"
Het palet lag op het bed, in do rechter
hand hield Vignier nog een penseel, de
schilderse- was voor hem geplaatst.
Mr. Gaudily verzette dat en deed, alsof
hij de schilderij nauwkeurig beschouwde;
maar hij zag niets; tranen vulden zijn
oogen.
Mevrouw Vignier knielde snikkend Lij
het bed van haar echtgenoot neer, en do
IRTen keken vol aandoening naar
bci&^fvendc. Nu sloeg do ziekó de oogen
dfjPHet de hand weee hij op het kind. De
_ioeder reikte het hem toe en hij bedekte
het voorhoofd cn dë wangen der kleine met
vurige kussen.
Daarop hielden de beide echtgcnootcn el
kaar omvat en men hoorde slechts: „Antoi
nettemijn vrouw, wij zien elkaar weer."
Afscheidnemend gleden Vignier's oogon
over de gezichten zijner beide vrienden,
Oarrioux cn Trichard gaven hom zwijgend
dc hand.
Do Amerikaan, die oogcnschijnlijk reeds
lang iets wilde zeggen, zonder een woord te
kunnen uitbrengen, trad plotseling vastbe
raden op Vignier toe, en sprak:
„Ik vind do schilderij veel mooier dan ik
had durven hopen. Ik wil do waro waarde
betalen," en met die woorden overhandigde
hij den kunstenaar een blad papier.
Vignier keek er op, en een glans van
vreugde verhelderde zijn gelaat. Het was
een wissel, groot) 10,000 dollars.
„Dank!"zeide hij zaoht„Dank
voor dio beiden!
„Dat is edelmoedig van u, mijnheer!"
zoidc professor Trichard.
Maar Gaudily wilde niete daarvan
hooren.
„O, niet de moeite wa ird om over te
spreken 1 Ik kan dat doen, het is een klei
nigheidIk bon rijk genoegdc schil
derij is zooveel waard. Zie toch eens 1"
De schilderij was werkelijk verrukkelijk
mooi. Het was, alsof Vignier, reeds aan
het oardscho ontrukt, een visioen uit do
andoro wereld had geschilderd. Dat was
niet meer het portret van het kind, het was
een engelenkopje, als door een stralcndcn
krans omgeven.
„Hij moet het nog eenmaal zien," zeide
Trichard en zette het doek zoo, dat Vignier's
oogen er op rustten.
De zekerheid, dat hij zijn vrouw en zijn
dochtertje bijna in ijkdom aohterliet, had
don Vignier's trekken een uitdrukking van
voldoening gegeven.
Nu kon hij gerust sterven.
Hij sloot do oogen, zijn adem ging zach
ter on zachter. Plotseling sloeg hii do oogen
echter nog eenmaal op, hij keek de omstan
ders aan, keek naar dn schilderij, naar het
palet met de nog vochtige verf on als ten
ademtocht klonk het mot don laatsten zucht
„Zoo stierf Oorreggio!"
Den dag na do begrafenis bracht Tri
chard do weduwe van Paul Vignicr een
briof van den Amerikaan, waarin deze
haar verzocht, van Vignier's schepping ceQ
kopie voor hem te laten vervaardigen, het
origineel echter, do „laatste schilderij van
den kunstenaar, moest in het bezit van do
weduwe blijven.