N*. 12990 Dinsdag 1 Juli. A°. 1902. §eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van §on- en feestdagen, uitgegeven. Officieele Kennisgeving. FEUILLETON. LEIDSCH DAG-BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden por 8 maandon5 .1 f 1.10.' "Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd s|Jn 1*80 Franco per post i L65» PRIJS DER APVERTENTIËN: Van 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. - Orootere letters naar plaatsruimte. Voor hot incassooren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend. KENNISGEVING. SCHUTTER IJ. Zitting van de commissie van onderzoek Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gelet op de aitt. 19 en 21 van het Koninklijk kesluit van 28 Juni 1828 (Staatsblad No. 42J; Lirengen ter kennis van belanghebbenden, dat de zittiDg dor Lommissie, ingevolge art. 15 der wet van 11 April 1827 (Staatsblad No. 17) benoemd lot het onderzoeken van en beslissen omtrent de redouen van vrijstelling en uitsluiting van sohutterplicktigen, in het Militielokaal op bet Invalidenhuis (ingang door do Koppenhinksieeg, aan de zijde dor liooglandsche lierkgracht), op Woensdag 9 Juli aanstaando zal aan vangen, des voor middags te halftien u gesloten zal worden dien dag uiterlijk des namiddags te vier uren, an dat in dio zitting uitspiaak zal worden gedaan. lo. omtrent hen, wier zaak in de zitting der Commissie op 81 Mei 11. is aangehouden: 2o. omtrent heD, die, lid der Schutterij zijnde, na hun indienststelling recht op vrijstelling hebbon vorkregen, alsmede die bij liet batalion wegens lichaamsgebreken tijdelijk zijn vrijgesteld; 3o. omtrent de geboreneu in 1877, die zich in de vorige maand voor de schutterij hebben doen insein \j ven; 4o. omtrent de ambtahalvo ingeschrevenen; en 5o. omtrent hen, die bun woonplaats naar deze gemeente hebben overgebracht en hun actieven diensttijd bij de Schutterij nog moeten volbrengen, voor zoover omtrent deze laatsten door^de Com missie nog geen uitspraak is gedaan. Voorts worden de belanghebbenden verwittigd, dai zij, die op grond art. 3, sub a, b of c, van bovengenoemde wet, hetzij uithoofde van ziekelijke gesteldheid of lichaamsgebreken, hetzij wegens gemis van de gevorderde lengte, roden tot vrij stelling van den Schutterlijken dienst vermeenen te hebben, doch niot voor de Commissie ver schijnen, zoomede zij. die ter bekoming van d« vrijstelling, vermeld in evenbedoeld wetsartikel, sub d, e, f, g, h, of trt, ingeval zij ver meenen daarop aanspraak te kunnen maken, aan de Commissie de wettelijk gevorderdo bewijs stukken niot overleggen, of voor haar niet ver schenen zijnde die bewijsstukken niet te voren reeds bjj het Cemeentobestunr hebben ingeleverd, gehouden zullen worden geen reden lot vrijstelling te hebben en dientengevolge bij afwezigheid tot den diénst zullen worden aangewezen, en dat hiervan alleen uitgezonderd zjjn do milicien- verlofgangers, die als zoodanig niet voor do Commissie behoeven te verschijnen, vermits zij, zoolang hun militiediensttijd duurt, worden vrij gesteld. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leideü, H. C. JOTA, Weth., loco-Burg. 80 Juni 1902. VAN HEYST, Secretaris. Welhoudende wettelijke bepa'ingen betreffende de volkshuisvesting. Zoo luidt het volledig opschrift van de hoogst belangrijke wet, welke heden, 1 Juli, in werking treedt en dio gewoonlijk kortweg Woningwet" wordt genoemd. Het groote doel, met dezo wet beoogd, is het opruimen van ongezonde woningen en het bevorderen van goeden woningbouw. Hoewel de gemeente Leiden sinds jaren iü deze richting workzeam is en door haar bemoeiingen op dit gebied onder de Ncdor- landsche gemeenten met eero genoemd mag Vorden, achten wij het niet ondienstig een en ander omtrent deze wet mede te dcelen. Men zal zich herinneren, dat de Raad voor eenigen tijd aao Burg. en Wetbs. een crcdiet van 600 heeft verleend, met het oog op dezo invoering. Dit was niet overbodig als mo'i bedenkt dat den gemeentebesturen bevoegd heden verleend worden tegenover huiseige naren en bewoners, maar tevens verplich tingen opgelegd. In de eersto plaats eischt de wet een go- zr.eentelijke verordening zoowel op de eisclm .aan woningen te stellen als omtrent de be hoorlijke bewoning. De woningen die gebouwd of geheel of Jgodceltelijk vernieuwd worden, moeten even als de bestaande voldoen aan de eischen, die door de verordening gestel 1 worden en die \erschillend kunnen zijn naar gelang vaq haar aarden bestemming, en ook van haar ligging. Zij kunnen wat de bewoning aan gaat betrekking hebben op zuivering van ongedierte, de afscheiding van slaapplaatsen, het aantal woningen in een zelfde gebouw in verband met do inrichting van dat ge bouw, en ook op het getal bewonors in ver band met de ruimte der vortrekken. Tegen overdrijving en tegen kroaking van rechten wordt echtor gewaakt door de bepaling dat, zoo de verordening het aantal boperkt, zulks niet toepasselijk is op degenen dio or reeds wonen noch op vermeerdering door geboorte of thuiskomen van tijdelijk elders govestigde leden van het gezin. Voor het bouwen of verbouwen kan de ver ordening voorschriften vaststellen omtrent: 1. de plaatsing van de gebouwen ten op zichte van den openbaren weg en van elkander; 2. het hoogtepeil van den vloer der bene- denwoonvertrekken en de hoogte der gebou- v cn 3 de afmetingen der ter bewoning in te richten vertrekken en van trappen en por talen 4. privaten; 5. beschikbaarheid van drinkwater; 6. voorkoming van brandgevaar; 7. voorkoming van vochtigheid; 8. hechtheid van fundamenten, muren, vloeren, trappen, zolderingen en dak 0. verwijdering van rook, water en vuil 10. toevoer van licht en lucht. Wie met deze bepalingen vergelijkt ,,de verordening der gemeento Leiden op liet bouwen en sloopen" van 11 Juli 1805, zooals deze is gewijzigd den 25sten JanuarLlOOO èn laatstelijk den 25stcn October van dat jaar, zal inzien, dat deze verordening in dc meeste der genoemde gevallen voorziet. Enkele wij zigingen mogen noodig zijn, over 't algemeen past de verordening in het kader der wet. Niet alle gemeenten zijn eohtcr zoover. Het zou zelfs kunnen voorkomen dat er zijn, die nalatig blijven in hun plicht om den wo ningbouw en de inrichting behoorlijk te re gelen. Ook daarin voorziet de wet. Elke vastge stelde of gewijzigde verordening mc^et bin nen 9 maal 24 uren na naar vaststelling aan de goedkeuring van Ged. Staten worden on derworpen, die, alvorens te beslissen, het advies inwinnen van den inspecteur" der Volkshuisvesting. Bij weigering der goed keuring kan de gemeenteraad zich beroepen op de Koningin. In alle gevallen moeten de beslissingen van Ged. Staten aan den Cen- tialen Gezondheidsraad worden medege deeld, die het recht heeft bij gemotiveerd ad vies vernietiging te vragen. Op deze wijze wordt er voldoende voor gewaakt, dat de verordening aan de eischen der wet voldoet. Toont de gemeenteraad zich nalatig om eeno verordening vast te stellen, dan wordt de re geling buiten hem om gemaakt. Indien twee jaren na de invoering dier wet in een ge meente nog geen verordening bestaat de gemeenteraden hebben dus allen tijd dan werden Burg. en Weths. door Ged. Staten uitgenoodigd binnen een bepaalden termijn een ontwerp bij hen in te zenden. Geven zij daaraan geen gevolg, dan gaan Ged. Staten geheel zelfstandig ,na eerst den inspecteur te hebben gehoord, tot het maken eenor veror dening over. In beide gevallen behoeven ech ter deze verordeningen de goedkeuring van dc Koningin. De goedgekeurde voorschriften zijn dan even geldig als waren ze door den Raad zelf gemaakt. Het ligt natuurlijk voor de hand, dat Ged Stcten eveneens bevoegd worden verklaard ook behoudens beroep bestaande ver ordeningen aan te vullen, te wijzigen of in to trekken, in geval oen gomeenteraad geen gevolg geeft aan de uitnoodiging om daar toe over te gaan. Plaatselijke omstandigheden en locale toestanden kunnen echter zoo zijn, dat om trent een of meer onderwerpen in die wet genoemd geen voorschriften noodi g wor den geacht. Ook hierover hebben Ged. Sta ten te oordeelen, met beroep op de Koningin. De gemeenteraad moet do.vrijstelling vragen en dan beslissen Ged. Staten, na eerst den inspecteur te hebben gehoord, of ten opzichte van één of meer punten boven genoemde ontheffing kon worden verleend, 't zij voor alle, 't zij voor sommige woningen. Ten opzichte van behoorlijke bewoning kan slechts voor den tijd van 5 jaar onthef fing worden verleend, binnen dien tijd kan evenwel telkens verlenging worden gevraagd. Voor alle dergelijke gevallen moot echter do Centrale Gezondheidsraad worden gehoord. Vindt deze Raad termen aanwezig voor ver nietiging, dan brengt hij daartoe een gemo tiveerd advies uit aan den Minister van Bmncnlandscho Zaken en daarop kan ver nietiging van de Koningin volgen. Uniform Kclmftunr. Hobt gij, lezer, bij uw wandeltoohton om of door dc stad, wol eens moeten wachten voor een afgedraaide of opgehaalde brug? Wat een vraag, hoor ik antwoorden, welken Leidonoar overkomt dat niot dagelijks. „Wij weten allen hoe lastig het is, vooral als men haast heeft. Menigeen is den trein er door misgeloopen. Maar we weten ook dat het in onze waterstad niet andera kan, al getuigt ons optreden tegenover de arme brugwach ters niet altijd van lijdzaamheid on berus ting. Bijzonder lastig moet het zijn voor do werklieden van fabrieken en werkplaatsen, als zij des middags vaA of naar het werk voor zoo'n afgedraaide brug komen te staan. De tijd voor het middagmalen is al zoo kort. Zoo gebeurt het wel dat een werkman daar door te laat op hot werk komt on ook, wan neer hij uit andere oorzaak niet op tijd komt zich op de afgedraaide brug beroept. In de Kamer van Arbeid voor Textiel nijverheid kwam deze zaak ter sprake en^de heer Pora, lid dezer Kamer, bracht ze over in don Raad. Hij vroeg of er geen mogelijk heid bestond dat enkele brug;cn (hij noemde de Havcnbrug, de heer A. J. v. Hoeken voeg de die aan de Mare er bij) bij 't uit- on aan gaan der fabrieken eonigen tijd konden ge sloten blijven. De Voorzitter zegde een on derzoek toe en heeft dit mot inderdaad be kwamen spoed ingesteld. Aan het eind dor zitting van Donderdag deelde hij het resul taat van dit onderzoek mee. Hot ongerief word erkend, maar het grootc bezwaar om er in te voorzien, ligt in de omstandigheid dat dc schafturen zoo ongelijk zijn. De mees ten sluiten van 121 uur, doch andoren van halféén tot halftwec, ja zelfs z:jn er die van 1 tot 2 uren schaftuur houdcD. Dit maakt voorziening zeer moeilijk, zoo tiet onmoge lijk. Don heer Pera werd door den Voorzitter in overwoging gegeven de zaak nog-naals in do Kamer van Arbeid aanhangig to maken en de mogelijkheid van een uniform schaft uur voor allo werkplaatsen te overdenken. De heer Pera verklaarde zioh daartoe bereid en wo weten dat hij, als hij zich ergens voor spant, het er niet licht bij zitten laat. Wc wonsohen hem eucoes op dit pogen, want tooals door den lieer Juta terloops werd opge- morkt,~er zijn bij een uniforme regeling der schafturen nog andere en naar wij meenen grootero belangen gemoeid. Hierop willen wij ditmaal de aandacht in hot bijzonder vestigen. Het gebeurt niot zelden dat leden uit een zelfde gezin op vcraohillonde fabrieken wer ken en dientengevolge kan het voorkomen dat in zulke gezinnen hot middagmaal in twee of drie tempo's wordt opgezet. Dit is schadelijk en niet bovorderlijk voor de huiselijke gozelligheid. Do mcnschcn uit één gezin, dio den goheelen langen dag moe ten werken, zien elkander alleen des middags en des avonds, wanneer het vermoeide liohaam naar rust verlangt. alt do middag rust niot voor allen samen, dan is de huise lijke keten verstoord, cr ontbreekt iets aan. Er zijn ons gevallen bekend, waarin ook de vrouw moowerkt, dat kinderen, dio een ongelijk schaftuur hebben, icdoron middag een boterham gebruiken en alleen des Zon dags mee aan den diseh plaats kunnen nemen. Voor don goeden gang in de werkmans gezinnen en tor bevordering van orde en ge zelligheid, enz. komt on6 de invoering van een uniform schaftuur zeer wensohclijk voor. Met eenigen goeden wil van de zijde dor patroons zou dit dunkt ons wol kunnen. Eén uur schafttijd is ook te kort. Wat blijft or bij eenigen afstand tusschen fobriok en wi ning voor het eten over? Hot middagmaal met allo huisgenooten smakelijk, zon der gojaagd te zijn, te nuttigen, is veel waard. Dit mogen wo het werkmansgezin wel gunnen. Leiden, I Juli. In de boek- en courantdrukkerij van den beer A. W. S(Jthoff alhier z()n heden twee jubilarissen. De heer A. Wagemans Jr., boek houder, Is er 40 jaren en de stereotypeur W, C. van Evert 25 Jaar werkzaam. Zoowel van de zyde der patroons als van die van kantoor-, redactie-, zetters- en drukkeraperaoneel, als mede van dat dor bindery ontvingen zU fraaie en kostbare blykon van bolangetelllng, gepaard met de hartolykete gelukwonschen, waarvoor do beide jubilarisson woderkeerig hun warmen dank betuigden. By de Loidsche Spaarbank is in de maand Juni ingelegd 56,02694*. en terugbetaald f 61,961.75s, terwyi z\Jn afgegeven 80 nieuwe en goliool afgelost 54 boekjes. Het gezameniyk tegoed der 11,990 inleggers bedroeg olnde Juni 2,270,940.10*. Aan het examen voor toelating tot hot eerste studiejaar van don cursus bij het 4do regiment infanterie alhier nemen deel do sorgeanton H. H. Maas en E. J. KooIb, dc sergeanten-titulair J. H. C. van Eyk van Voorthuysen, H, W. do Nije, J. K. Lam- morts, J. S. O. van Meurs, P. J. J. v. d. Horn v. d. Bos, C. A. H. L. Wilst, H. Ame- ling, Jhr. T. J. M. do Villeneuve, J. H. E. Kempers, F. T. P. W. Janssen, J. C. Saehls, H. P. J. de Jongh, F. A. Kanne, J. R. Burg, G. Brill en E. A. Wolfson, de korporaals J. J. Rahusen, C. W. Beekman, G. Bos, W. Gerlach, T. W. Stconmann, C. v. d. Woudo en G. H. A. Diotz. Van bovenstaanden nemen tevens deel aan het examen voor het twoedc studiejaar, do sergeanten-titulair P. J. J. v, d. Horn v. d. Bos, jhr. T. J. M. de Villeneuve, E. A. Wolf son bonovens de sergeant-titulair W. F. J. v. Lakerveld. Het Rijks-Ethnographisch Museum al hier heeft van prof. Fr. Starr, te Chicago, 111. Amerika, ten goschenko ontvangen twee drietandigo vischspcrcn met rieten schacht en een daarbij behoorendc bruinhouten werp-^ plank, om die speren te slingeren. Een^ ander in gebruik op het Patznnon Mexico .yRegec- Aan den schenker is de danj ring betuigd. vflMkaarten, aan Lyst van de brieven^daaronder behoo het postkantoor alhie^^post bezorgd, in de rende hulpkantoj^nd Juni, welke wegens tweede helft onbekendheid van do geadresseerden nioUfcynf kunnen worden uitgereikt: Brieven: W. Wal tin an, Den Blnuw, Al- fon; Voorspoed, E. H. v. d. Berg, A. N. Barnam, mej. A. v. Dijk, A. de Vries, moj. A. Greeve, Amsterdam; A. Kochan, Dovon- ter; Bethcsda, Driebergen; J. W. Kouwen-f hoven, J. Driesscn, Mej. K. l.ody, P. v. Santen, Den Haag; Mulder, mej. Do Bon, Haarlem; Q. v. d. Meer, Uaarlcmmermoor J. dc Groot. Hilversum; v. d. Helen Ju., Do Leek; Hendrik Jan, H. H. R. Ambcel, Lei den, mej. M Celosso, Loosduinen; M. fischer, J. v. Leeuwen, mej. A. J. Linde, Rotterdam; R. Winde, Zwolle; P. franken, niet vermeld. Briefkaarten: W. Waltman, Alfen Z. Voor, wed. Verdonk, moj. A. v. Marven, A. do Jong, moj. H. do Wit, Amsterdam; G. Manuel, Breda; inej. C. Zwart, C. ten Donkolaar, O. Zwaan, Mej. Laken, Den Haag; J. v. Oosten, moj. A. Bodicr, Leidon; L. Molenkamp, Nijmegen; M. Duivcnsteyn, Ginla, A. do Kncgt, Rotterdam! Buitenland Brief: E. F. L. Th. v. Dro- veldt, Parrok Chihuahuoc. B riefk aarten: mej. O. Quintus, Bir mingham, M. v. Blankenstoin, Glasgow; C. W. H. Bonten, Portalctto; H. Hagemann, Reisholz. Aan het postkantoor Warmond word gedurende de maand Juni 1902 Ingelegd f 7579.25, verdeeld oyer 123 inlagen; terug betaald /"6840 36s, verdeeld over 42 terug betalingen. Het laatste, door dat kantoor uitgegeven, boekje draagt het nummer 1089. In het oorste halfjaar 1902 word aldaar Ingelegd 64,328.876, terugbetaald ƒ31,367.40. Don 26sten Juli a. s. zal do jaarlijkscho algomeono vergadering der Broederschap van oandidaab-notarisson in Nederland eu zijn koloniën te 's-Gravonhago gehouden worden in het Gebouw van Kunsten en We tenschappen. Onmiddellijk na do oponing doe morgens te 10 uren komen in behandeling do praeadvierzon dor heeren mr, J. A Levy, advoc. te Amsterdam, on mr. L. E. Visser, advocaat te 's-Gravenhage, naar aanleiding van do vraag: op welke wijze bokooren do voorschriften van het W. v. K. botroffendo samenstelling cn het behoud van hot kapi-v taal der Naamloos Vennootschap te worden herzien. Belangstellenden in dit gedeolte der ver gadering zullen gaarne worden goïntrodu- oeord door don algemeenen socrctaris dor Broederschap voornoemd, den heer H. A. F. van der Ven, Stationsweg 45, Don Haag. Bij het Departement van Justitie is in bewerking een woteontwerp tot horxiening der bestaande regeling van de inkomsten der griffiers bij de rcchtcrlijko macht. (Vad.) Ook te Oostorbeok is een plaatselijke afdecling opgorioht van don „Volksbond^, Voreeniging tegen drankmisb. ik", na vooraf een 160-tal loden waren tooga^^ Hot bestuur werd samongestoldj^^11^' ren mr. J. J. 8. baron Sloot/Ii"PPard Prager, mr. A. G. A. rid en G. Romijn. ^^^^nlandschc zaken Do minister ^belanghebbenden dat brengt tor kenaan de Rijks-hoogero mot 1 Sept^b5"jarigcn curBUS 'ö-Her- burgerscl^vervullcn is de betrekking van togeuj^ecraar in do aardrijkskunde. Het wekelijks 5e geven lesuren be oogt 14. Zij die voor doze betrekking in aanmer king wen8chen te komon, gelieven zich vóór 14 Juli e. k., met vermelding van het aantal dienstjaren door hon aan een hoogoro bur gerschool of gymnasium doorgebracht, aan te meidon bij den inspecteur van het middol- baar onderwijs, K. ten Bruggencate, Uj 's-Gravcnhage. Ge kunstenaar. Slot.) Als do practische zijde der zaak volko men naar zijn bevrediging was afgehandeld, dan veroorloofde de Amerikaan zich wel eens de weelde van een gevoelmensch te zijn. Langzamerhand begon hij zich voor den schilder en diens familie te interesseeren. Af cn toe werd hij door het geheime drama, dat zich voor zijn oogen afspeelde, geroerd. De vrouw, bleek, met van het weenen roode oogen, dwong zich, voor haar man vroo- lijk en onbezorgd te schijnen, terwijl zij toch tot haar ontzetting zag, hoe het met hem stondwant ondanks alle verzekeringen van den dokter waren do verwoestende sporen van de ziekte te zichtbaar, om haar niet alle b.op te bcnemeir, het kleine meisje zorgeloos in kinderlijke vroolijkheid, zon der cenig vermoed' a van het groote ver lies, dat op handen was, Carrioi'V en Tri- chard's bezorgdheid en verdriet om den geliefden vriend was hun duidelijk aan te zien. En daartusschen, als middelpunt, de zieke zelf, die hen plaagde, plannen smeed de, als 1 j weer gezond zou zijn, schorste en lachte, juist alsof hij geen vermoeden aja hopelocoen toestsnd had.. Het scheen overigens, sinds hij met zijn laatste schilderij was begonnen, alsof hij weor opleefde; de koortsachtige, haast, waarmee bij schilderde, gaf hem een schijn van kracht. De sterke reuk der verven kwam hem kostelijk voor, zoozeer had hij zijn kunst lief. De Amerikaansche kunstliefhebber be wonderde zooveel zielcgrootheicL Op een avond vergezelde hij den geneesheer en ver zocht dezen hem van Vignier's leven te ver tollen. Dit plotseling einde, deze ineenstor ting van een toekomst, welke zoo roemrijk en onbezorgd beloofde te worden, dit mis lukken in het gezicht van de haven na al de stormen en den strijd, troffen den in den grond weekhartigen man diep. Hij bcw<£>- derde de energie van den vader, cic tot-"»- e zijn laatste ademha. ng voor de zijnen,/ de energie van den kunstenaar, die 'i.p soldaat met het wapen in de hana- einde afwacht! Mr. Gaudily liet zicj" ter niet verder ovor zijn gevoelens Een week daarna het was bijna af overviel Vignier, ting een aanval van zwakt- Zijn vrouw en de hielden zich met hem bezig7, en spoedig kwam h(J weer by. Toen mevrouw Vignier met Henriette de kamer had veriaten, wenkte de schilder den Amerika .n 'ot zich en zeide zeer zacht, ter wijl hij op do schilderij wees: „Ik zal er in elk geval mijn naam onder zettendat is sekuurder, niet waar?" En deze woorden, die duidelijk toonden, dat hij zijn einde voelde naderen, werd< door hem zonder bitterheid, slechts treurig en met zulk een bcru8tine^j.-an dat zich oen innig medelijden 5gjLjeven(i meester rnaakto. A. u rijn ecnig; greep hrj Vignicr s harJej^^ WQOrd minuten in de zijne, kunnen uitbrengen. de dokter met Car. In dat oogenWU^ kam(jr binMn rlDeXgenee-Ie-^a8 dadelijk, welk een ver- anderi^p greppjj^oopt af;" fluisterde hy Carrioux toe. Jls tot bevestiging zijner woorden begon vygnier zwaar adem te halen, terwijl cr een rilling over zijn leden ging. „O!" zeide Henriette en vouwde de handjes, „die arme papal Hij heeft het zoo koud 1" Het palet lag op het bed, in do rechter hand hield Vignier nog een penseel, de schilderse- was voor hem geplaatst. Mr. Gaudily verzette dat en deed, alsof hij de schilderij nauwkeurig beschouwde; maar hij zag niets; tranen vulden zijn oogen. Mevrouw Vignier knielde snikkend Lij het bed van haar echtgenoot neer, en do IRTen keken vol aandoening naar bci&^fvendc. Nu sloeg do ziekó de oogen dfjPHet de hand weee hij op het kind. De _ioeder reikte het hem toe en hij bedekte het voorhoofd cn dë wangen der kleine met vurige kussen. Daarop hielden de beide echtgcnootcn el kaar omvat en men hoorde slechts: „Antoi nettemijn vrouw, wij zien elkaar weer." Afscheidnemend gleden Vignier's oogon over de gezichten zijner beide vrienden, Oarrioux cn Trichard gaven hom zwijgend dc hand. Do Amerikaan, die oogcnschijnlijk reeds lang iets wilde zeggen, zonder een woord te kunnen uitbrengen, trad plotseling vastbe raden op Vignier toe, en sprak: „Ik vind do schilderij veel mooier dan ik had durven hopen. Ik wil do waro waarde betalen," en met die woorden overhandigde hij den kunstenaar een blad papier. Vignier keek er op, en een glans van vreugde verhelderde zijn gelaat. Het was een wissel, groot) 10,000 dollars. „Dank!"zeide hij zaoht„Dank voor dio beiden! „Dat is edelmoedig van u, mijnheer!" zoidc professor Trichard. Maar Gaudily wilde niete daarvan hooren. „O, niet de moeite wa ird om over te spreken 1 Ik kan dat doen, het is een klei nigheidIk bon rijk genoegdc schil derij is zooveel waard. Zie toch eens 1" De schilderij was werkelijk verrukkelijk mooi. Het was, alsof Vignier, reeds aan het oardscho ontrukt, een visioen uit do andoro wereld had geschilderd. Dat was niet meer het portret van het kind, het was een engelenkopje, als door een stralcndcn krans omgeven. „Hij moet het nog eenmaal zien," zeide Trichard en zette het doek zoo, dat Vignier's oogen er op rustten. De zekerheid, dat hij zijn vrouw en zijn dochtertje bijna in ijkdom aohterliet, had don Vignier's trekken een uitdrukking van voldoening gegeven. Nu kon hij gerust sterven. Hij sloot do oogen, zijn adem ging zach ter on zachter. Plotseling sloeg hii do oogen echter nog eenmaal op, hij keek de omstan ders aan, keek naar dn schilderij, naar het palet met de nog vochtige verf on als ten ademtocht klonk het mot don laatsten zucht „Zoo stierf Oorreggio!" Den dag na do begrafenis bracht Tri chard do weduwe van Paul Vignicr een briof van den Amerikaan, waarin deze haar verzocht, van Vignier's schepping ceQ kopie voor hem te laten vervaardigen, het origineel echter, do „laatste schilderij van den kunstenaar, moest in het bezit van do weduwe blijven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 1