Ao. 1902. N*. 12983 Maanda»; S3 Juni. feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van ,Zon- en feestdagen, uitgegeven. Offieieele Kennisgeving. FEUILLETON. LEIDSCH HfeDAG- PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon por 8 maandon? l i f 1.10.' Buiton Leiden, per looper en waar agenten gevestigd z\Jn 1.30 Franco por post1.65- PRIJS DER ADVERTENTTËN Van 1 6 regels f 1.05. Iedero regel moer f 0.174. Groetere letters naar plaatsruimte. Voor hot incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berokend. Burgemeester en Wethouders van LeideD, Gezien het adres van H. F. W. MEYERAAN, houdende verzoek om vergunning tot oprichting van een herstelplaats van rijwielen in het perceel Hoogewoerd No 86, kad. bekend Sectie No. 21; Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet; Geven bij deze kennis aan het publiek, dat ge noemd verzoek met de bjjlagen op de Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op Maandag 7 Juli a. s., 's voormiddags te elf uren, op hot Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, H. C. JUTA, Weth., loco-Burg. 23 Juni 1902. VAN HEIJST, Secretaris. Vergadering van den Cemeenteraad van Leiden, op Donderdag den 26sten Juni 1902, des namiddags te twee aren. Te behandelen onderwerpen-' lo. Benoeming van een Commissaris eer gemeente bij de Leidsche Duinwatermaat- scliappij. 2o. Verzoek van Prof. Dr. J. F. O. S. Veit om continuatie in zijn betrekking van iBtads-vroedmeestor. (158). 3o. Benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofd-akte aan de Jongensschool 2de klasse. (161). 4o. Verzoek van Mr. D. W. K. de Roo de la Faille om terugbetaling van school geld, Lager Onderwijs. (110). 5o. Verzoek van C'. van Gulik om terug betaling van schoolgeld, Lager Onderwijs. (141). 6o. Verzoek van A. van Tellingen W.F.zn. om terugbetaling van schoolgeld, Lager Onderwijs. (141). 7o. Verzoek van J. DijkLof om terugbe taling van- schoolgeld, Lager Onderwijs. (141). 8o. Verzoek van Mevr. de wed. G. Liter- wijk geboren Hoogenstraaten om terugbeta ling van schoolgeld, Lager Ondoiwijs. (150). 9o. Vorzoek van H. Koning om terugbe taling van schoolgeld, Lager Onderwijs. (150). 10. Verzoek van Mevr. P. C. de Quay Brocx om terugbetaling van schoolgeld, Mid delbaar Onderwijs. (151). llo. Verzoek van Mevr. de Wed, B. L. RepeLius geboren Simon Thomas om onthef fing van de betaling van schoolgeld, Mid delbaar Onderwijs. (151). 12o. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1901, van de Stedelijke Werkinrich ting. (142). 13o. Suppletoire staat van bcgrooting, dienst 1901, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (143). ldo. Staat van af- en overschrijving op de bcgrooting, dienst 1901, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (143). 15o. Rekening; dienst 1901, van de Ka mer van Koophandel en Fabrieken. (144). lGo. Rekening, dienst 1901, van de Stads bank van Lcening. (1-15). l7o. Rekening, dienst 1901, van de Stede lijke Gasfabriek. (165). l8o. Rekening, dienst 1901, van het krankzinnigengesticht Endegeest''. (164). 19o. Rekening, dienst 1901, van de ver- ecniging tot bevordering van den bouw van werkmanswoningen. 20o. Voorstel tot verhooging van den post Kosten van vergelijkende examens" op de loopendo begrooting. (146). SSlo. Voorstel tot overbrenging van een bedrag van f 100000.— van den dienst 1901 op dien van 1902, voor betalingen betreffen de het openbaar slachthuis en liet Sanato rium „Rhyngeest". (147). 22o. Voorstel tot verhooging van begroo- tingsposten van het dienstjaar 1901, waar van de raming te laag is gebleken. (149). 23o. Voorstel tot onderhandsche verhu ring van het perceel Aalmarkt 5. (153). 24o. Verzoek van de Leidscho Duinwa- termaatschappij om intrekking of schorsing van hot raadsbesluit van 20 Maart j.l. waar bij de aan de maatschappij verleende alge- meeno vergunningen tot het leveren van duinwater aan ingezetenen van andere ge meenten werden ingetrokken. (152). 25o. Voorstel tot aanvulling van do ver ordeningen voor de Hoogere Burgorschool voor jongens en de Hoogere Burgerschool voor meisjes in zake een ovcntueole vrijstel ling van het toelatings-examen tot de eerste klasse. (162). 26o. Beslissing omtrent de - jze, waarop do verbinding tusschcn het Plantsoen en den Zoeterwoudschen Singel, zal worden tot stand gebracht. (117). 27o. Voorstel tot ongewijzigde vaststel ling van de verordeningen rogelende de hef fing en invordering van een belasting onder den naam van marktgeld. (156). 28o. Voorstel tot het geven van namen aan straten die van particulieren in eigen dom en onderhoud aan de gemeente zijn overgaan. (163). 29o. Verzoek van M H. van Wavercn om goedkeuring van een stratenplan voor zijn terreinen achter de Haarlemmertrokvaart. (159). 30o. Verzoek van do Wed. J. Verhoef f gcb. Niemandsverdriet om toekenning van een geldelijke tegemoetkoming. (157). 31o. Voorstel tot toekenning van een jaarlijksche uitkeering overeenkomstig de bepalingen der verordening op hot verleenen van pensioen aan de weduwen en kinderen van gemeente-ambtenaren aan Mevr. de Wed. van Wet turn. (155). 32o. Praeadvies van Buvg. on Wobhs. op het schrijven van curatoren der Rijks-uni versiteit in zake de vaststelling der verpleeg- kosten van Stads zieke armen in hot Aoade- misch Ziekenhuis. (154). 33o. Motie vamTTe raadsleden K. Sytsma en A. I. Witmans Mz., strekkende tot het instellen van een onderzoek omtrent de uit voerbaarheid van een gemeentelijke brand verzekering. (160). 34o. Voorstel tot het verleenen van af schrijving van plaats, directe belasting, dienst 1901. (118). De verbinding over den Zoeterwoudschen singel. Door den heer A. J. van Hoeken J.Jz. is bij den gemeenteraad de volgende memorie van toelichting op de aan het slot vermelde motie ingediend: Sinds de motie van den heer Drucker in de vergadering op 9 Januari van dit jaar waardoor de beslissing op welke wijze de ver binding over don Zoeterwoudschen Singel tot stand zou komen werd verdaagd, zijn de omstandigheden m. i. zooveel veranderd en van dien aard geworden, dat zij mij no pen mijn verwondering te kennen te geven, dat Burg. en Weths. blijven vasbnouden nn een verbinding van 40,000 gld. en zoo dit den Raad te hoog mocht zijn, mede te gaan met hot door den heer Van Dissel geopperde denkbeeld. Zoowol het eonc als het andere komt mij onbegrijpelijk voor, als ik daarbij in aan merking neem, dat het onzen Voorzitter nog geen 4 weken geledon goed dacht den Raad tot zuinigheid te moeten aansporen. Het deed mij goed die aansporing te hoo- ron en ik verwachtte dan ook met allen ernst dat Burg. en Weths. nu daarna zelf ook blijken zouden gaan gevon de zuinig heid te willen betrachten. In plaats daarvan is m. i. juist hot tegenovergestelde te bemer ken en soliijnt het zuinigheids-argument al leen te berde te komen, als een of meer raadsleden een amendement hebben op een voorstel van Burg. en Wethouders. Tot deze conclusie moest ik komen na do handelingen der Raadsvergaderingen te hebben nage slagen. Met genoegen werd door mij kennis ge nomen, dat in de memorie van antwoord op do bcgrooting voor 1902 door B. en Ws. word gezegd dat hefc „hun wcnsch was om bij het beheer der gemeentefinaneiën met overleg „te werk te gaan en gepaste zuinigheid te „betrachten." Bij die begrooting was het percentage der plaatselijke directe belasting tegen de 3 pCt. in uitzicht gesteld on mocht in geen geval dit bleek bij do behandeling der begrooting het budget met maar een paar duizend gulden verhoogd worden of het percentage moest noodwendig tot boven de 3 pCt. stijgen. Nu zou me® mot grond mogen verwachten dat bij B. cn Ws. zuinigheid en overlog zou den domineeren, maar wat zion wij in hot jaar 1902, dat B. en Ws. met verschillende voorstellen kwamen, die groote sommen vergden, de uitgaven met circa 16,000 guldon verhoogden en ten gevolge hadden dat het percentage met een 1/4 pCt. moest worden verhoogd. Dit hoogc prooent had w. i. B. cn Ws. tot nadenken mooten stemmen; mot hot oog op onze financiën moesten Burg ca Weths. het geraden vinden, vooralsnog hun voorstel niet aan de orde te s! ?llon en hiervoor zou alleszins reden zfjn, na de woorden door den Voorzitter in tlo vergadering van den 15dcn Mei gesproken dat ,,dc voorzichtigheid cisch- „te eerst af te wachten he dc financicele toestand in de volgende jaren zal zijn." Ons jaarlijksch budget is reeds te overbo last n.et vaste posten en kan dus daardoor geen verhooging meer velen; elke vaste vor- hooging zal het percentage der plaatselijke directe belasting doen stijgen. Ook voor deze rede nee ring vind ik grond als ik even citeer wat door den Voorzitter in ant woord aan den heer Bosch werd gezegd: dat dc Haads/eden raar zullen opkijken, als „zij dc begrooting voor het volgende jaar „zien en wat het percentage van dc inkom- stenbelasting dan zal moeten worden." Al dit gesprokene mag geen ijdele klank zijn on blijven cn de Raad zou tegen beter weten in handelen indien zij B. on Ws. niet hielden aan het geschreven woord van over leg on zuinigheid. Het komt mij voor dat zoo lang het open baar Slachthuis en hot Sanatorium „Rhyn- geost" niet in exploitatie zijn, zuinigheid on overleg gebieden zeer spaarzaam aan te doen; dit jaar en het volgend jaar hebben wij duizenden guldons meer aan rente tc be talen, zonder dat hier tegenover baton te stellen zullen zijn. Elke vaste verhooging van een of twee duizenden guldens die dc verbinding over den Zoeterwoudschen singel toch jaarlijks aan rente, aflossing enz. kos ten zal zal dus noodwendig verhooging der belasting ten gevolge moeten hebben cn daarmede hebben wij rekening te houden. Laat mon tooh vooral voorzichtig zijn en de belasting niet hoogcr maken dan zij reeds is. Wil men echter toch doorgaan, welnu ik heb gewaarschuwd, maar laat men er dan ook in de toekomst op rekenen dat verhoo ging van belasting niet straffeloos geschiedt. Dit alles te zamen doet mij u de volgende motie voorstellen: De Raad, van oordcol dat het gowonscht is alvorens een beslissing t.- neme® op welke wijze de verbinding over den Zoeter woudschen Singel tot stand zal komen af te wachten hoe dc financicele toestand in de volgende jaren zal zijn, Besluit de beslissing 24 maanden te ver dagen. V Gemeentezaken. Qemeente-cxploilatie. Onze gemeente is met de instellingen door haar in oigen beheer genomen niet onfor tuinlijk. Dat de Stedelijke Gasfabriek, even als een lange reeks jaren ook ditmaal een aanzienlijko bate heeft opgeleverd weten onze lezers reeds cn kunnen ze ten overvloede nog lezen in de ingekomen stukkon door ons elders in dit blad afgedrukt We mogen er bij opmerken dat dit jaar bovendien belangrijke sommen zijn besteed aan dc uitbreiding van do fabriek. Deze winsten worden niet verkregen ton koste van de gasverbruikers; immers het ge leverde gas is van uitstekende qualitcit en dc prijs lager dan in dc meeste gemeenten van ons vaderland. Bijzonder gunstig zijn ook fiuancieclo uitkomsten van een nog jonge gcmecntolijko instelling, het krankzinnigenges lit Ende geest." De Commissie van Financiën, in wier han den de Rekening der Ontvangsten cn Uitga ven van hot krankzinnigengesticht over 1901 was gestold, stelt voor deze goed te keuren in ontvangst op126057,42 1/2 in uitgaaf opf 103239,65 sluitende mot een batig slot van f 22,817,77 1/2 Nog een half dozijn van zoo goed rendee- rende zaken in gemeentelijk bolleer on do belastingbetalers zullen het op con aangena me wijze in hunne beurzen gewaarworden. Met wijs beleid, zooals we van onzen Raad kunnen vertrouwen ga hij dus op dezen weg voort. De Rand cn dc Leidscbc l>uiii- wnlcrmaatgcliai»pfj. Nog zeer kort geleden hebben wij naar aan leiding van een schrijven uit Katwijk betref fende het raadsbesluit vau 20 Maart 1.1., waarbij de aan dc Duinwatermaatschappij verleendo algemcene vergunningen aan inge zetenen van andere gemeenten werden inge trokken, als ons gevoelen uitgesproken, dat de Raad gaarne bereid zou bevonden worden het besluit ongedaan te maken, indien hij de zokerheid verkreeg dat dc Maatschappij ernstige plannen zou maken tot verbetering der waterwerken in de duinen en aan die plannen zoo spoedig doenlijk uitvoering zou geven, zoodat het gevaar van watergebrek in de naaste toekomst denkbeeldig zou zijn. Wo beschouwden dit besluit als een soort I pressie, op dc Maatschappij uit to oefcuen om met deze ernstige zank niet to talmen. Dat dit gevoelen juist is geweest blijkt thans. Do Maatschappij heeft zich uiot een verzoek tot intrekking van bedoeld besluit tot den Raad gewend, harerzijds belovondo binnen drie maanden behoorlijke plannen tob uitbreiding der prise d'eau te Katwijk in to dienen, onderhandelingen betreffende do goedkeuring dier plannen met bekwamen spoed te voeren cn, wanneer die goedkeuring is verkregen, onmiddellijk tot de uitvoering er van over to gaan. Burg. cn Weths. wen- echeu op deze voorwaarden aan hot bosluK van 20 Mrt. geen verdere uitvoering to geven en 't is te verwachten dat do Raad zich met dit gevoelen zal vereenigen. Zoo zal het doel met het besluit beoogd worden borci 1 ca cr zijn dan ook volstrekt geen redenen n -er het to handhaven. B. en Ws. hebben hier met overleg en beleid gehandeld. Do waterver bruikers kunnen tevreden zijn. Leiden, 23 Juni. Onze stadgenoot do heer J. B. B. Dufrenne is geslaagd voor het oxamon als klork bU de posterijen en telegraphic, on wordt als zoodanig tevens goplaat6t. Bij gemeenteraadsbesluit van 15 Moi j.l. werd aan dc wed. van don overleden stads werkman J. de Vos, geheel overeenkomstig de bepalingen dor onlangs vastgesteldo ver ordening op het vcrlccuon van pensioen aan weduwen en kinderen van gemeenteambtena ren, een jaarlijksche gratificatie toegekend, behalve om andere redenen, mede op gron der overweging dat haar echtgenoot ovorb den was, nadat dc Raad in beginsel tot he« toekennen dezer pensioenen had besloten. Behalve dezo is cr nog slechts éón andere weduwe van een overleden gomecnl^ambte naar, die geheel in dozelfdo omstandigheid verkeert, n.l. de weduwe vau den verdienste- lijken leeraar in de wiskunde aan de Hooge re Burgerschool voor Jongens, dr. Th. B. van Wettura, die op 23 Dcc. 1901 is overle den, na de gemeente gedurende ruim 17 ja ren met zijn beste krachten to hebben ge diend/ Hefc komt B cn Ws. bij nadore ernstige overwoging rechtvaardig voor, dat ook aan zijn weduwe die fiuancicolo steun van ge meentewege worde verleend, welken zij in gevolge Üe verordening zou hebben ontvan gen, indien deze had kunnen in werking tre den op den dag, waarop de beginselen, waar- - naar aan de weduwen on kinderen van gO' meentoambtcnaren ponsioon zou worden toe gekend, door den gemeenteraad zijn vast gesteld. Immers B .en Ws. herhalen wat zij reeds in hun praeadvies van 9 April 1.1. ten aanzien van de woduwe Do Vos to kennen gaven, ,,het zou hard zijn", en zij voegen or thans aan too niet rechtvaardig ,,haar nu dat pensioen to onthouden, omdat tusschcn het vaststellen der beginselen cn het in wer king treden der verordening uit don aard der zaak nog ecnigc tijd moest vcrloopcn." Intusschen werd in do vergadering van 25 Maart tegen een door don hcor Van Dissel op het slotartikel der verordening ingediend amendement, dat geheel dezelfde strekking had als thuns met het voorstel van B .cn Wh. wordt beoogd, het bezwaar geopperd dat het niet aanging bij wijze van gunst pensioen to verleenen aan de weduwe van een ambte naar, die het indertijd, toen hem daartoe do gelegenheid geopend word, niet uoodig ge- Voor iTdfi of de Wereld? 6) .,Cc zult. menig belangwekkend gebouw in do stad vinden," zei mevrouw Lindenberg „Vooral ons oud raadhuis zal je bevallen." „Ook de omgeving van onze stad biedt vele fraaie punten, Alfred, bemerkte Emma „ge moet zo bepaald gaan zien." „Maakt toch geen program op," riep de advocaat uit, „dat mij iederen dag zoo en zooveel nummers te genieten belooft; daar mee zou voor mij alle genot ophouden." „Ge moogt alles zelf bepalen," antwoordde dc fabrikant; „dit alleen moet ik voor mij zelf verzoeken, dat ge morgen mijn fabriek komt zien." „En overmorgen, Mathildc?" vroeg Alfred met komische gelatenheid. „En den daarop volgenden dag, Emma?" Allen lachten, cn Lindenberg het meest. Toen de dames Hof hadden genomen- zich te verwijderen, praatten de beide man nen nog een uurtje gezellig met elkander. „Hoe vindt ge Emma?" vroeg Lindenberg, „Ik vel niet gaarne een oordeel na zoo korte kennismaking.' antwoordde zijn zwa ger. „Toch wil ik je wel bekennen dat haar gansche aard mij zeer toelacht. Is zij nog altijd van plan naar het klooster te gaan V' „Ik weet het waarlijk niet," was het zuch tend gegeven antwoord van den fabrikant „Sedert je zuster hier in huis is, sohijnt zij er minder aan te denken. Gesproken heeft zij er reeds lang niet meer over. Maar ik ver trouw dat zwijgen „Ge hebt het zeker niet graag?" „Ja, wat moot ik daarop zeggen?! Als het werkelijk haar roeping is, zal ik haar zeker niet er van terughoudenvan den an deren kant is tegenwoordig het loven in onzen kleinen kring zóó aangenaam, dat ik haar niet zonder smart zal zien vertrekken." „Het is niet te ontkennen, dat wij heden ten dage meer dan ooit goede vrouwen cn moeders noodig hebben en wanneer ee® voor treffelijke vrouw uit de wereld treedt, be- teekent dit steeds eon verlies voor de maat schappij." „Zeer zeker, maar het geluk laat zich niet aan een hart vjfstknoopen, on het schijnt mij zeer moeilijk toe, vrouwcnziele® volkomen te begrijpen." „De moeilijkste raadsels, die de man heeft op te lossen, worden hem door de vrouw opgegeven, antwoordde Alfred peinzend; „dat is een ovoroude ervaring." „Hebt ge er zelf nog geen gevonden, met wie ge door het leven zoudt willen gaan? Mij dunkt, ge mocht daar langzamerhand wel eens aan gaan denken. Ook voortreffe lijke mannen bcnadeelen de maatschappij, als zij niet trouwm." Alfred glimlachte. „Misschien heb ik nog niet ernstig gezocht," antwoordde hij/ zon der acht te slaan op het bedekte oomplimont in Lindonbergs laatste uitdrukking. „Maar wanneer ik de jonge dames uit onze kringen beschouw cn zio, hoe zich onder schitte rende vederen zooveel holheid verbergt, dan valt liet mij hoe la; hoe moeilijker nader met haar in aanraking te komen." „Ik kan je, helaas 1 geen ongelijk geven. In plaats van haar dochters werkelijk flink op te voeden naar lichaam en ziel, maken de moeders er klemmen, van, ola er manden in te vangen." „En vangen laten wij ons niet!" zei Alfred opgeruimd. IY. Don volgenden, morgen bezocht Alfred de fabriek van zijn zwager en liet zich daarbij ook de verschillende instellingen verklaren, die do fabrikant voor het welzijn van zijn arbeiders had in 't loven geroepen. „Mijn voornaamste zorg is steeds daarop gericht," zei Lindenberg, „den afzonder lijken arbeider een zekere zelfstandigheid te geven. Slaven, ook loontrekkende slaven, zijn altijd slechte burgers." „Yan het grootste belang schijnt het mij toe," antwoordde do rechtsgeleerde, „dat ge uw werklieden hokvast tracht tc maken, door hun de gelegenheid tc geven, op een eigen stuk grond te wonen. Daardoor werkt ge een stevigon dam op tegen dc verkeerde stroomingen van onzen tijd...." „En vorm mij teveDs een vasten voorraad van arbeiders. De rondtrekkende cn lozse elementen zijn de achteruitgang onzer in dustrie." „Ook dit bevalt me, dat ge cr geen fa- brieks-maaltijdon op nahoudt en or zoo doende uitdrukkelijk naar streeft de vrouw in haar huishouding te laten. Een groot stuk van de sociale vraag wordt opgelost, als de vrouw aau haar huis wordt teruggegeven." „Zeer juist; daarom leiden wij de dochters onzer arbeiders in alle huiselijke bezigheden op en ontzien ons in dit opzicht niet zelfs een zekeren dwang toe te passen. Ge kunt je niet voorstellen hoe zegenrijk zulks op de mannen werkt „Dat begrijp ik zeer goed. Een man, wien een gezellig tehuis wacht, waarin een be kwame huisvrouw regeert en voor hem zorgt, vervalt niet gemakkelijk aan het leven in de herberg. Hier echter ligt do kiom der hui selijke ellende. Hoe hebt ge het n.et do gees telijke verzorging van je werklieden?" „Ik heb een vrij omvangrijke bibliotheek in de fabriek, waarin wel is waar de uit- spanningslectuur do eerste plaats inneemt, maar toch ook worken van wetenschappe lijke richting op allerlei gebied in voldoend aantal voorhanden zijn. Ook heb ik verschil lende politieke bladen, die elk in een klei nen kring van familiën circulcereu. Voor dc ongehuwde arbeiders liggen ze in de lees zaal ter beschikking." „Bij zoodanige inrichting hebt ge zeker nog nooit muiterijen onder de werklieden te bestrijden gehad „Nu, er komen toch tijden, dat de jon geren door aanstoken van buiten onructig worden. In zulke gevallen roep ik mijn oudere voorwerkers bijeen, bespreek met hen de aan de orde van den dag zijnde vraag stukken, hoor hun meeningen en voorslagen en heb steeds de voldoening, dat zij zolven dè orde weer herstellen. Een volwassen mensoh wil ook zelf wol eens een meening uiten, en ik bon niet kortzichtig genoeg, om daar niet op te letten." „Niets is natuurlijk vorkeerder dan te ge- looven, dat men een man stc. ds aan den lei band van zijn eigen opvatting der dingen moet houden. De stille, verstandige leiding verdient steeds de voorkeur boven een be paald uitgespi'oken voogdijschap Maar hoe doet ge bij verkiezingen „Vóór de verkiezingen laat ik den lui in bijzondere vergaderingen opheldering geven over den politieken toestand; maar daarna laat ik hun de volle vrijheid der beslissing." „Zoo is hot goed! Niots troft eon halfzelf standig man zwaarder dan wanneer hom z^Jn staatsburger! <]ko rechten ontnomen worden." „Ik ben er dan ook nooit slecht bij ge varen," zei de fabrikant. Nadat Alfred co de beide volgende dagen onder leiding van Lindenberg de beziens waardigheden der stad bezocht had, begon hij uitstapjes in den omtrek te maken. Daar do fabrikant hem daarbij slechts zelden i on begeleiden, cn Mathilde niet genoeg eb de streek bekond wus, nam Emma hefc op zich hem op die uitstapjes to vergezellen. Beiden trokken dus dagelijks naar buiten, door veld cn bosch, beklommen de hoogten, die de stad in een halven cirkel insloten en verkwikten zich aan de genietingen van Gods vrije natuur. Voor Emma waie die gemeenschappelijke wandelingen ongemeen aantrekkelijk. Met een haar zelve schier merkwaardig voorko mende opgewektheid liep zij naast den jon gen man voort, schertste en lachte en opeiido voor hem alle schuilhoeken van haar ziel met geheel kinderlijke ongekunsteldheid Hij kwam haar in alle dingen zóó zeker en sterk, zóó mannelijk vast en flink voor, dat zij een onbegrensd vertrouwen in hem begon tc stellen. Hoezeer juist die openhar tigheid en natuurlijke eenvoud van haar wezen Alfred aantrek, daarvan werd zij zich' allerminst bewust. Voor hem echter was het een zaligheid in die kuische meisjes ziel een blik te slaan en naar het kos telijk gekeuvel te luisteron, waarmede zij hem bezighield. Hoe langer hoe meer voelde hij zich gevangen in do betoovoring, die van haar uitging; al meer en meer ontkiemde in zijn hart de liefde voor dit aanminnig wezen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 1