f
BUITENLAND.
Frankrijk.
Duitschland.
Italië.
Spanje.
Portugal.
Groot-Br itannlê.
Oostenn-Hong.-Monareiiie.
Rusland.
Yereenigde Staten.
karavaan werd door een sterk, escorte van
bereden Turksche politie beschermd, maar
desniettemin viel een bende woestijn- Arabieren
naar aan, hakte het escorte in de pan, en
ging toen over tot do slachting van de reizi
gers en de kamoelen, waarna zy zich meester
maakten van den rtyken buit.
Slechts weinigen konden naar Nedschd ont
komen. Te oordeelen naar hun berichten,
schijnen 300 a 500 personen den dood ge
vonden te hebben.
Het hospitaal voor laders aan
dronkenschap van de „St.-Luke's Society" te
Chicago Is in den nacht van Maandag op
Dinsdag verbrand. Van do zeventig laders, die
worden verpleegd, zyn veertien omgekomen,
tien bekwamen zware brandwonden en nog een
aantal werden licht gewond.
Maandag heeft een hevige wer
velstorm over een streek, drie Engelsche mij
len lang, bjj Lake Park, in Minnesota, alles
verwoest. Een kerk en negen boerderijen z'Jn
onder de vernielde gebouwen en er moeten
een tiental menschen omgekomen zijn.
Onthulling van hel monument op hel graf van
Dr. H. G. HAGEll
Hedennamiddag te twee uren was een
groote menigte vrienden en vereerders van
wijlen dr. H. G. Hagen bijeengekomen op de
begraafplaats aan de Groenesteeg alhier,
om tegenwoordig te zijn bij de aanbieding
van het monument, aan zijn nagedachtenis
gewijd, aan do familie van den overledene.
Ds. M. van Kleeff voerde daarbij namens
de commissie uit de burgerij het woord en
begon met de herinnering, dat een andero
stemming ons vervult bij het ervaren van
leed, een andere bij het hordenken dier
«mart, dan als de tijd reeds zijn invloed heeft
doen gelden, de arbeid is hervat, het leven
met zijn zorgen en beslommeringen al onze
aandacht heeft gevraagd, onze krachten
heeft opgeroepen. Als van ons gaan, die onB
lief on dierbaar waren en ons, omdat ons
hart heeft liefgehad, den vloek der eenzaam
heid doen kennen, dan komt een namclooze
gedruktheid over ons, een gevoel alsof allo
vreugd der aarde voor ons had opgehouden
te bestaan. Eerst later, als wij in onzen
toestand gewoon zijn geraakt, verandert de
snerpende pijn in zachten weemoed, dank
bare herinnering, eerbiedige hulde. Dat ie
van toepassing op alle gestorvenen, die lief
hadden en bemind werden in engeren of in
ruimeren kring, maar vooral op hen, die
iets beteckonden en veel goeds tot stand
brachten in de groote menschenmaatschap-
pij. Eerst dan, als do eerste indrukken van
schrik en ontzetting voorbij zijn, rijst hun
beeld als in verheerlijkten glans voor ons op
en wordt ons oog geopend voor al het goede
dn groote, het heerlijke en liefelijke, dat wij
aan hen te danken hebben. Wel is waar ook
onder do met ons levenden ontbreekt het
niet aan edelen en uitnemenden. Doch hen,
die met ons leven, wij zion ze niet alleen in
hun gewijde oogonblikken, maar ook in tij
den van afmatting, of wel gewikkeld
in allerlei banden van het aardsche en
eindige, met al hun beperktheid en al hun
gebreken. Zij daarentegen, die bet stof van
het tijdelijke reeds hebben afgeschud, staan
voor ons, als boven aardsche perken verhe
ven en omstraald met het licht der eeuwig
heid. Wij vernemen de woorden, die hier in
een gezegende ure door een goeden geest op
do lippen werden' gelegd, wij aanschouwen
de heerlijke werken van toewijding cn lief
de in tijden van heilige bezieling door hen
gewrocht; en terwijl alzoo een adem van
rein menschelijke grootheid ons van hen te
ren waait, leeren wij door hen gelooven aan
Jiefc goddelijke, zoo in ons zelvcn als in an
deren. Een dergelijk gevoel vervult heden
allen, die kwamen aan deze plaats, om een
hulde te brengen aan de nagedachtenis van
oen goed man, die in de stad, waar hij jaren
lang woonde on werkte, cn ook daarbuiten,
zal voortleven in de harten van hen, die hij
door zijn woord en zijn leven heeft verkwikt.
Spr, herinnerde, dat toen in hot laatst
van het vorige jaar do tijding door do stad
ging: „Ds. Hagen is ziek" en zeer kort
daarna het bericht van zijn dood tot ons
kwam, daar een groote verslagenheid was
gekomen over de velen, die hem lief hadden
en hem vereerden om zijn groote gaven, zijn
onvermoeide toewijding, zijn liefhebbend
hart, zijn innige vroomheid. In die dagen
hebt ook gij, zijn kinderen, broeders of zus
ters, het wol moeten opmerken hoeveel sym
pathie uw vader, uw broeder, had weten
te wekken. Oud en jong. arm en rijk, ge
leerden en eenvoudigen, allen beseften dat
lnet Hagen een man was heengegaan van
groote workkracht en bezielenden invloed,
wiens verlies nog lang na zijn verscheiden
cn dan eerst goed zal worden gevoeld. Dr.
Hagen, doordien hij in zoo tal van kringen
werkzaam was, had om zich weten te vor
men een kring van vrienden en vereerdors,
iie wel niet zooals in de oudheid het geval
was, steeds met en rondom hem waren, maar
die toch met hun gedachten vaak bij hem
vertoefden en door de herinnering van me
nig goed woord zich voelden versterkt en
vertroost. Die hem vereorden en liefhadden,
hadden niet allen hetzelfde in hem.lief, om
dat niet aller levensopvatting dezelfde was,
vjuaar dat behoefde hior ook niet, omdat Ha
gen een veelzijdig man was, en het licht dat
van hem uitging, als door een veelkleurig
prisma uitstraalde naar vele zijden en zij
allen door dat zelfdo lioht werden verkwikt,
bewonderden toch ieder voor zich een an
dero kleur van dat op hen afstralend licht.
En nu, op dezen dag staan die allen, voor
bij ziende hun onderling verschil in denken
en voelen, in levensopvatting en ideaalvor-
rniug, hier vereenigd op Hagens graf, om
hemook na zijn dood eon hulde te brengen
cn die hulde te stellen in de handen van en
aan dc zorg toe te vertrouwen van zijn kin
deren. Een gemeenschappelijke hulde en
dat kon ook en dat deden zij met grooco
I liefde, omdat allen toch een en dezelfde
groote eigenschap in hem waardeeren. Hij
I toch was wat de Grieken noemden een goed
man, een mensch in wiens leven een goede
harmonie govonden werd, een deugdelijk
mensch, liefelijk in zijn optreden, ernstig in
zijn bedoelen, oprecht in zijn vroomheid.
Een deugdelijk mensch, een die het goede
voorstond en het goed doen als eisch stelde
en zoo was hij een kostelijk lid van die
groote Maatschappij van Weldadigheid",
die als de barmhartige Samaritaan den
naaste aan den weg liggend verpleegt, niet
vragend naar belijdenis of ras. Liefelijk in
zijn optreden, een kindervriend bij uitne
mendheid, en daarvan spreken nog velen,
die hem kenden en zijn opgewektheid be
wonderden. Ernstig in zijn bedoelen, want
wat hij zich had voorgenomen en door hem
werd erkend als goed on noodig, werd door
hem met bezieling en ijver verdedigd. Op
recht in zijn vroomheid, waarvoor hij zich
nooit schaamde, hetzjj hij stond tegenover
hen, die zijn beginsel als goddeloos verfoei
den, of zich bevond te midden van degenen,
die gebroken hadden met kerk en gods
dienst. En het schoonste bewijs van waar
deering is wei, dat ook andersdenken
den eerbied hadden cn toonden voor de op
rechtheid zijner overtuiging.
En zij, die dat veelzijdige in den overle
dene liefhadden en vereerden, hadden be
hoefte dat openlijk uit te spreken, niet in
een schrijven slechts, niet in een bloem, die
vergankelijk is en verwelkt nog denzelfden
dag, waarop zij de groeve versierde, maar
in een blijvend gedenkteeken, dat zal blijven
spreken, waar andere stemmen zwijgen en
dat, naar wij vertrouwen, door U, zijne kin
deren, in welwillendheid zal worden aan
vaard.
Nu werd het doek weggenomen en de
spreker vervolgde:
Wat wij U hior aanbieden, gij ziet het,
het is eenvoudig van stijl, streng van ka
rakter, Wij meenden, het was in overeen
stemming met geheel dejU aard uws vaders.
Eonvqud was ook bij hem kenmerk van ge
heel zijn wezen en ondanks al zijn liefelijk
heid was ook hij bij het opbouwen van zijn
levensideaal streng, zich houdende aan de
cischen, die door dat ideaal hem gesteld
werden. Geen weidsch opschrift op zijn graf
steen. Alleen zijn naam %en dat achtten wij
ook voldoende, omdat bij het lezen van dien
naaro als vanzelf zijn beeld voor ons wordt
opgeroepen. De witte kleur van het marmer
werd door ons verkozen boven de leikleur
van het hardsteen, want wit is het symbool
der reinheid en als iemand wilde wandelen
in de voetsporen' zijns Meesters, dan was hij
het, die het zich zelvcn en anderen steeds
voor oogen hield: Zalig de reinen van
harte." Een opengeslagen bijbel met takken
omgeven toont het midden van het monu
ment en wij lieten het boek, ook door hem
zoo hoog vereerd, openvallen op dat hoofd
stuk uit den Isten Kor. brief, dat hem dc
samenvatting was van het Evangelie, eindi-
I gende met dat grootsche slot: ,,Zoo blijft
clan geloof, hoop en liefde, doch do meeste
van deze is de liefde."
En nu, geachte familie Hagen, is onze
taak afgeloopen. Aanvaard uit onze hand
dit gedenkteeken, als een bewijs van de hoog
achting, vriendschap en vereering, die wij
voor uwen vader gevoelden, en dankt God
dat zulk een man uw jeugd heeft geleid en
u heeft lief gehad tot aan zijn einde toe."
Na deze rede, welke op velen en ook op
de familieleden blikbaar diepen indruk maakte,
verklaarde de oudste zoon yan den overledene,
mr. H. G. Hagen Jr., werkzaam aan liet
departement van koloniön, namens de familie,
met aandoening in de stem, het gedenkteeken
te aanvaarden, tevens in het byzonder aan
ds. Yan Kleeff on vervolgens aan allen harte-
lyk dank zeggende voor de hulde, aan de
nagedachtenis van den lieven, onvorgeteiyken
vader belezen.
Behalve de kinderen, waren ook de overige
genoodigde mannelijke en vrouwelijke ver
wanten van den overledene naar deze plechtig
heid opgekomen.
Het monument is geheel van wit marmer
en verrijst op broeden voet.
In het midden vertoont het tusschon twee
kruislings over elkaar geslagen takken een
opon bijbel, waarop I Kor. XIII.
Daaronder alleen: Dr. H. G. hagen.
Aan den voet op den rand leest men
Geboren don 9den Januari 1831, overleden
den 238ten Novomber 1901.
De vervaardiging er van was opgedragen
aan den heer P. J. van Yenetie, steenhouwer
alhier.
By de bezichtiging na afloop der plechtig
heid viel op te merken, dat h{j zich naar aller
genoegen van de hem toevertrouwde taak
had gekweten.
De Parysche gemeenteraad lieeft deze week
weder van zich doen spreken. Een der leden,
nog wel van de nationalistische meerderheid,
deed het voorstel, dat de Raad den wenseh
zou uitspreken, dat het nieuwe ministerie van
de Kamer binnen den kortst mogeiyken tyd
zou vragen niet enkel de gemeenteiyko auto
nomie voor Parys, maar ook de volgende
hot vormingenalgemeene inkomstenbelasting,
de naasting der spoorwegen, de scheiding van
Kerk en Staat, de opheffing van de begrooting
voor de eerediensten en de intrekking van het
gezantschap by het Vaticaan. Het baatte niet
of men tegenwierp, dat een gemeenteraad zich
niet met landszaken heeft in te laten, de
meerderheid sprak éón voor óón al die wenschen
uit. De voorzitter leverde de beste critiek,
door zeor geestig na elke stemming te zeggen
„Nu is de inkomstenbelasting erl" „Nu
zyn de spoorwegen genaast 1" - „Nu zyn Kerk
en Staat gescheiden 1" enz.
De Rijksdag keurde gisteren hot voorstel
tob verdaging tot 14 October goed en naro in
derde lezing het suiker-belastingontwerp en
het ontwerp op zoete stoffen aan.
Bij do beraadslaging over de Brusselsche
conventie kwam een voorstel ter tafel, dat
ter rechter tijd voor 1 September 1908 het
verdrag opgezegd zou moeten worden, indien
de Rijksdag niet voorai toestemming tot ver
lenging geeft".
Presidoni Ballast rein verklaarde dat niet
kan woerden toegelaten dat aan de aanne
ming van het ontwerp voorwaarden worden
verbonden en weigerde derhalve het voorstel
in stemming te brengen.
De rijkskanselier verklaarde uit naam van
de bondsregeeringon het voorstel voor on
aannemelijk, Wanneer de regeeringen zou
den toestemmen in zulk een voorstel, dan
zou een dergelijke eisch gesteld kunnen wor
den bij alle opzegbare international overeen
komsten. Men moet aan de regeeringen over
laten hot geschikte oogenblik te kiezen om
den bestaanden toestand te wijzigen. Het
spreekt vanzelf dat bij de keuze van het tijd
stip voor de opzegging van verdragen, welke
h'et belang van den landbouw raken, de re
geeringen in het bijzonder met deze belan
gen rekening zullen houden. De aanneming
van het voorstel zou voor de regeeringen ge
lijk staan met de verwerping van de conven
tie.
De Brusselsche Conventie werd vervolgens
met 209 tegen 103 stemmen aangenomen.
Verder werd in derde lezing aangenomen
het ontwerp op de brandewijnbelaeting.
Daarop ging de Rijksdag tot 14 October
uiteen.
De toestand van den Koning van Saksen
biyft vrywel hetzelfde met een tendenz tot
verbetering. Dinsdag kon de koning enkele
regeerlngszaken afdoen en onder meer honderd
gratie-verzoeken teekenen.
Volgens den correspondent der ,,Times" te
Rome zou minister Prinetti wellicht nog een
tweede duel moeten aangaan, cn wel met ba
ron Borsarelli, een lid van de commissie van
Erythrea, die tegenwoordig was op het
oogenblik, dat Prinetti woorden sprak, be-
leedigend voor zijn collega's.
Volgens de Figaro" zal de Koning van
Italië in overleg met den Keizer van Rusland'
een voorstel tot ontwapening doen.
De 8enaat nam heden mot 70 tegen 7
stemmen het ontwerp aan tot creëering van
een nieuwen 3 1/2 pCfc. geconsolideerden
schuldbrief, benevens de te nemen maatrege
len betreffende de afkoopbare sohulden.
Koning Alfonsus XIII wcnscht in het voet
spoor te treden van keizer Wilhelm Dit
maakt men te Madrid ten minste op uit een
voorval, dat de militaire autoriteiten diep
geschokt heeft en alle vrienden van de eti
quette en het precedent bedenkelijk het hoofd
doet schudden.
Ziehier wat gebeurd is: Zaterdagmorgen
om halfnogen kregen de prins van Asturië
en twee adjudanten des Konings bevel te
paard te stijgen en Z. M. te volgen. Een half
uur later begaf de Koning zich met hen naar
de artilloriekkzerne, waar hij een regiment
liet uitrukken voor do inspectie. Een kwar
tier later trok het regiment dan ook, met
den Koning aan het hoofd, uit, naar de
Plaza de Oriente De Koning stelde zich on
der het balkon van het paleis, waar de ko
ninklijke familie verzameld was en liet de
troepen do revue passeeren. Daarna liet hij
een extra-ontbijt aan de manschappen opdis-
sehen en gaf een fiksche geldsom uit zijn
privé-middelen, als prijs voor de compag
nie, die het eerst strijdvaardig was geweest.
De bevolking van Madrid en van geheel
Spanje is in de wolken over het optreden
van den Koning en men juicht zijn activiteit
en flinkheid toe.
Yele hooggeplaatste personen, waaronder
de minister van oorlog, generaal Weyler
die dergelijke onvoorbereide bezoeken altijd
Het slot Schaumburg.
Koningin Wilhelmina op don Schaumburg.
In een particuliere correspondentie van
het ,,N. v. d, D." wordt dd. 10 J"uni gemeld:
Dezen morgen heeft Holland op den
Schaumburg op zijn kop gestaan: De Hol-
landscke vlag bad men verkeerd geheschen.
Plet rood-wit-blauw was omgekeerd in
blauw-wit-rood. Spoedig heeft men do dwa
ling hersteld. En nu wappert in den zachten
wind, van den hoogsten toren van den
Schaumburg, het vroolijke rood-wit-blauw.
Mijlen in den omtrek ziet men nu in het
Nassauscho land „de schitterende kleuren
van Nederlandsch vlag" fier wapperen.
Schilders strijken den laatsten kwast aan
do opschildering van het station. In de
Vorstenontvangkamer zijn azalea's geplaatst
en palmen. In den uitgang prijken oranje-
boomen, de bakken omwonden met rood,
wit on blauw. Voor de ontvangkamer is een
baldaquin van rood, wit cn blauwe banen,
dat het perron overhuift tot aan den Ko
ninklijken trein. Van het perron tot aan don
dorpsweg ligt een looper. Hollandsche en
Waldecksche vlaggen en de Pruisische stan
daard, de spoorwegvlag, sieren het geheel
en geven er het karakter aan.
Volgens voorschrift mag niemand op het
perron. Ook do toegang tot den Schaum
burg is verboden.
In het slot is ieder in de weer om een
laatsten blik over alles te laten gaan. In do
kamer der Koningin, gelegen aan de zon
zijde, op het Zuiden op de tweede verdie
ping, en over 'tpalmenhuis een verrukkelijk
schoon on vredig uitzicht hebbende op heu
vels on bergen, over beuken- en eikenwoud
tot ver over Cramberg, wordt aan teedo-
re, lichte en roode rozen een plaats gegeven,
uit Ems ter verwelkoming gezonden. Kalm
en rustig is deze kamer met do schoono
eikenhouten meubelen en heb geschilderd be
hangsel en de kroon met wel zestig kaarsen.
Een conversatie-kamer scheidt de kamer
dor Koningin van Hare moeder, Koningin
Emma. Ook een rustig vertrek: witte
moubclen met blauw bekleed.
In en voor do stallen hee recht de grootste
drukte. Rijtuigen worden uitgehaald, paar
den gezadeld, koetsiers en palfreniers ma
ken zich waardig en mooi.
Alles is gereed en daalt langzaam den berg
af, om zich te plaatsen voor het station.
Langs een binnenweg zijn we er vóór dc
rijtuigen.
Op het perron staat, in het volle besef van
zijn waardigheid, de vriendelijke stations
chef, in feest-uniform, den degen op zij
andere hoogere spoorwegambtenaren, do re-
georende Vorst van Waldcek, Prins Georg
Victor, aan wien de Schaumburg behoort,
de landraad, do Burgemeester vap Balduin-
stoin, de heer Rotho, „Schlossambtmann",
en nog vele andere hoogwaardigheidsbekle
ders. Een paar Engelsche dames hebben,
zoo waar, het hart van den Oberwachtmeis-
ter verteederd en een mooi hoekje om te
zien, gekregen. Ver tusschen de bergen hoort
men reeds het doffe dreunen van den Ko
ninklijken trein. Weldra is hij in het gezicht,
alles zet zich in postuur, het gewichtig
oogenblik is daar.
De trein, om 4 uur 10 uit Oberlahnstein
vertrokken, waar de heer Klemberg zelf het
besturen op zioh heeft genomen, komt pre-
oies op de minuut, te 5 uur binnen. Alle
hoeden gaan af. De Koningin-Moedor ver
schijnt op het balcon van den Koninklijken
wagen. Haar broeder, do regeerende Vorst
van Waldeok, snelt gelukkig lachend op H.
M. toe, verwelkomt en kust haar op het har
telijkst en biedt haar een handbouquet van
donkerroode rozen aan, met afhangend
breed Oranje-lint. Enkele hceren worden
voorgostold.
H. M. de Koningin-Moedor is vol atten
ties. Een voetenbankje wordt aangebracht
voor Koningin Wilhelmina. Koningin Em
ma acht een draagstoel beterde draagstoel
komt De Vorst van Waldeck begroet nu ook
Koningin Wilhelmina en heet haar welkom
thuis met lichtroode rozen, door breed
oranjelint saamgebonden. Onder diepe, doo-
delijkc en aandoenlijke stilte zet Koningin
Wilhelmina zich op den draagstoel. Voor
zichtig wordt Hare Majesteit er uit getild.
Op het perron rijst H. M. er uit op. Alle
zoo diep- en ernstig-zwijgenden buigen eer
biedig. De Koningin neigt minzaam. Haar
Oom, de regeerende Vorst van Waldeck,
biedt Haar den arm. Geluk spreekt van zijn
gezicht En nu gaat Koningin Wilhelmina
langzaam aan zijn arm door de ontvangka
mer naar het open rijtuig. Voorzichtig
wordt ingestegen, en dan klinkt van de ber
gen en uit de dalen een welgemeend
„Hochl" De voorrijder zet zijn paard in be
weging en ietwat in draf gaat 't door het
dorp naar den Schaumburg. Overal weer
klinkt een eerbiedigHoch 1 en daar, waar
zich vele Hollanders uit Ems en Nassau op
gesteld hebben, een allerhartelijkst: „Hoe
ra 1"
De Koningin ziet er buiten verwachting
goed uit en heeft een weinig kleur. Aller
vriendelijkst was do ontvangst; maar hoe
minzaam was Hare Majesteit ook 1
Het oogenblik, dat Hare Majesteit in den
draagstoel voor hét eerst zichtbaar werd, de
zorg van Hare Moedor, die alles leidde en
bestuurde, was aandoenlijk. Dat veelzeggend
doodelijk zwijgen van allen tot Hare Ma
jesteit blijde oprees en gemakkelijk voort
schreed, is onvergetelijk. Tranen kwamen
zoowel Hollanders als Duitschers in do
oogen En nog een poosje er na stokte de
stem. De draagstoel voorspolde zoo weinig
goeds 1 Maartoen dat veerkrachtig op
rijzen, het vriendelijk-ernstig lachen en het
goede uitzioht van Hare Majesteit deed al
les in blijdschap verkeeren.
De Koningin was zeer eenvoudig gekleed:
grijze japon, grijze mantel, grijze hoed.
En nu rijden Vorstinnen en gevolg door
het dorp langs den schooncn, kronkelenden,
hoogstijgenden weg naar don Schaumburg.
In het eerste rijtuig, met vier paarden
van den bok gereden, hebben plaats geno
men: Hare Majesteit Koningin Wilhelmina
en Hare doorluchtige moeder, Koningin
Emma; in het tweede: Graaf Dumonceau
met freule Van Ittersum; in het derde: de
lijfarts Pot met twee hofdames; in het vier
de: kamerheerenin het vijfde: de lectrice
van H. M. dc Koningin; en dan volgen nog
vele rijtuigen met dienstpersoneel, waaron
der kameniers, werkmeisjes, enz.
als zijn specialiteit heeft beschouwd
daarentegen lang niet met het optreden van
Alfonsus ingenomen.
De „Morning Leader" verneemt uit Lissa*'1
bon: De studenten van de hoogeschool zullen^f
een feestmaaltijd houden ter cere van geney
raai Pienaar en andere krijgsgevangen BoQp
ren, die van plan zij Portugcesch te wor-)
den. f
Een groot ..antal Anglicaanschc geestelijk
ken verklaren ope.-lijk, dat zij op den kro^
ningsdag in hun kerk het voorgeschreven
formulier niet zullen volgen, omdat de Aa<£
glikaansche kerkleer in zake den kroninga»
eed er niet mede overeenkomt, en het Pro-/
testantisme in dien ccd zullen handhaven.
Te Armagh in Ierland is het Zondag-
avond tot een hevige botsing gekomen tus*
schen het volk dat de onthulling bijwoonde
van een gedenkteeken voor zekeren Carber*.
ry, aan de zijde der Boeren bij Modderspruit^
gesneuveld, en de politie die een officieelen.
verslaggever wilde beschermen. Het voilé,
drong den man en de agenten weg van den.
omtrek der tribune waarop Davitt het woord
voerde, toen kwam een sterkere politiemacht?
te hulp en drong met de bajonet op de me*
nigt-e in, maar deze behield de overhand* I
Van gekwetsten spreekt het bericht niet
Bij de behandeling van de wet op de
middelen werd door het Lagerhuis gisteren''
aangenomen een clausule, waarbij spdiritua»)
liën, te gebruiken in fabrieken, worden vrij-»
gesteld van rechten. Het doel van deze 'bepa^
ling is de Britsdie fabrikanten in de gele*'
gonheid te stellen mede te umgen met he#
buitenland in de vervaardiging van zekcret
soorten van ontplofbare stoffen en anderq
artikelen.
Te Lissabon gaat het gerucht, dat Groote
Britannië wederom onderhandelingen heeft
aangeknoopt over den aankoop van Lorenzo
Marquez.
Aan het eind van de Oostenrijksche Ka-'
merzitting van Dinsdag riohtte dc radicale
Tsjechische afgevaardigde Klofatsj een hef»
tigen aanval tegen koizor Wilhelm naar aani
leiding van de passage tegen de Polen in|'
diens rede te Marienburg. Hij noodigde den
president uit den minister-president om een
antwoord te vragen.
Klofafcsj werd tweemalen tot de orde ge
roepen.
Bij don aanvang van de zitting van giste*,)
ren betuigde de minister-president zijn diepq-1
spijt over de gebeurtenissen van Dinsdag,
welke aan de waardigheid van do Kamer'
ernstig schaden. (Toejuichingen, protest van'/
de radicale Tjsechen.) Spr. zeide do gebeur-'
teniasen van Dinsdag met droefheid in lioöj
hart te desavoueeren; de bedrijvers vergaten/
zioh tegenover het rijk, zonder evenwel aan
zijn positie naar buiton iets te kunnen ver-
anderen. Hij wil zelfs niet in herinnering/
brengen, dat beleedigingen werden gericht
tegen don vorst, die een brouw bondgenoot
van Oostenrijk is, en weigerde te antwoor-»
den op de interpellaio. (Haverondo toejui*
ohingen. Rumoerig protest van de Tsjechen.)
Over de interpellatie van den Tsjechischen 1
afgevaardigde Klofafcsj in de Oostenrijksche
Kamer nuar aanleiding van Keizer Wil-
helm's rede te Marienburg wordt in de Duite
sche bladen gemeld dat Klofafcsj den Keizer j
beleedigde en hoonde. Tijdens zijn toespraak'
gaven zijn vrienden luide hun goedkeuring
te kennen en dikten zij zijn beleedigingon'
nog wat aan. Bovendien scholden zij do Oos- 1
tenrijksche regeering voor lafaards en sla-
ven van den Duitschen Keizer. De voorzitter
maakte aan dit tooneel een einde door de zite
ting op te hefffen, onder de rumoerige pro*
testen van de Tsjechen
De Jong-Tsjechen, de Polen en de overige
Slavische afgevaardigdon bleven gedurende
de rede van Klofafcsj volkomen lijdelijk.
De Tsaar heelt gisteren in het paleis van
Peterhof het bezoek van den vorst van Bul-^
garye beantwoord. Daarna is de vorst een
bezoek gaan brengen aan de Keizerin-weduwe,
aan de grootvorsten Konstamyn Konstanti-
nowltsj en Michael Nikol&jewitsj. By den
maaltyd ten palelze zat vo«-st Ferdinand
mede aan. f
Behalve op de offloioale feesten te zyne?
eere, is aan vorst Ferdinand oen harteiyk
welkom toegeroepen door de meeste Russische
persorganen.
Het „Journal de Saint Póterabourg^ schryffc,
dat de pogingen van vorst Ferdinand, om de j
nauwe betrekkingen tusschen Bulgarye en
Rusland in stand te houden en nog te ver-
beteren, door Rusland zeer worden op pry«T.
geBteld. Z. K. H. voegt bot orgaan van den i
minister van buitenlandsche zaken er aan toe
zal zich heden evenals by vroegere gelegen-f
heden er van kunnen overtuigen, dat de ge
voelens, die men hem en zyn land in Rusland
toedraagt, duurzaam zyn.
De „Novoie Vremja" en veie andere bladen
beschouwen dit bezoek als- een nieuw bewys
van de goede betrekkingen, die bestaan tus*
achen beide landen.
De St.-Petersburgsche „Vjedomosti" en ds
„Beurscourant" geven uitvoerige beschou
wingen ten beste over de Balkan-politiek, en
trachten den Balkanstaten te bewijzen, dat
Rusland hun wsaraohtige vriend Is en niet
Oostenryk. v
De toestand van grootvorst Konstantyn
is in de laatste dagen veel verbeterd. Hy heeft J
echter zyn gewone bezigheden nog niet hervat» f
Hot Amerikaansohe Huis van Afgovaap-,
digden beeft do anarchistenwet aangenomen
met 175 tegen 38 stemmen. Een amendement
om het artikel te schrappen waarbij aansla
gen tegen vreemde getanten met den dood
strafbaar worden gesteld, word verworpen.
Verbeterde opgave van het landbouw-
departement omtrent den oogst in de V. S.
De oppervlakte beplant met voor jaarstar we)
bedraagt 17,144,000 aores; volgena Brown'»
statistiek wordt ds opbrengst geraamd op
360,734,000 bushela.