ft 12942 Saterdag 3 Mei. A«. 1902. feourant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit VIER Bladen. Eerste Blad. De kunst om mensch te zijn. Leiften, 3 Mei. IEIBSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: (j Voor Leidon per 8 maanden 1.10.' ^"Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd EtJn 1.80 i Franco per post 1.6B- PRIJS DER ADVERTENTJLËNt Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meor f 0.171. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het lncasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Ik sou u heden wat willen zeggen over de kunst om mensch te zijn. Hoewel gij het aan jversXillnde monschen niet zoudt zeggen, jdat het xoo'n kunst is om mensch te wezen, zoo'n vanzelfheid schijnt het te zijn, dat de ïnensch een mensch is, toch is een enkele Opmerking, die voor de hand ligt, voldoende torn u daarvan te overtuigen. Niemand bijv. is een koning, al draagt hij ook een kroon op het hoofd, en al geeft ge aan iemand een lang mes, daarmee heeft hij nog niet do .waardigheid verkregen van hen, die lange messen dragen; of als je voor uw dagelijksch gerief een of ander timmermansgereedschap in uw huis helt, en ge hanteert wel eens een hamer, of een zaag, daarom zijt ge n.3 niet een timmerman. Dat is nogal duidelijk; het is een kunst om oen Loning, een kok, een timmerman enz. te zijn; als hot dat niet .was, dan kon ieder het zijn; maar ieder kan het blijkens de ervaring niet wezen. Zoo is .iet ook een kun om mensch te zijn. ,Wij zijn er voer in de wieg gelegd om mensch te wezen, maar daarom is ieder, die in een wieg gelegen heeft, nog niet een mensch. (Want wij mogen nu c.nmaal mensch heeten in onderscheiding van het dier, om onzo rechtopgaande gestalte, om onze rede, maar dat maakt tcdi niet alleen zelfs niet voor namelijk het menschzijn van dco mensch uit. 'Dan kon ieder het wel wezc de meesten 'ten minste wel, en mensch zijn ware geen kunst. Mensch te zijn is Iets, dat uitgaat boven alles wat de mensehen onderscheidt in de wereld, maar ook iets, «.lat aan alle mcnschen ©igen kan zijn, onafl elijk van hetgeen hij 'overigens is of doet in de wereld. Want al is iemand rijk of aanzienlijk of geleerd, daarom is hij nog geen mensch, want het is geen kunst c.at te v 3zcn, dat is een voorrecht of een gave, meer niet; maar al is iemand de eenvoudigst^ timmermanszoon, of al doet hij het meest grove werk, verachtelijk soms in de oogen van velen, die zich alleen monsch Wanen te zijn om datgene, waarvoor of waar aan zij niets hebben gedaan, wat hun eenvou dig geschonken is, daarom kan hij toch even goed mensch zijn en soms beter mensch, dan 'dio zich dien naam boven anderen vaak toe- iigenen. Zeker, dc mensch is wel mensch ook hier door, dat hij rede bezit. Naar het aloude Bijbelwoord behoort tot het menschzijn stellig ook, dat hij heerschappij voert over al het geschapene. En dat doet de mensch steeds meer. Wij spreken en zeker niet ten onrechte, zij het dan toch nog altijd in betrekkelijken zin van menschelijke almacht. Bergen doorboort hij en zeeën maakt hij droog, af standen doet hij te niet, en hij spreekt met andere menschen, toms mijlenver van hen verwijderd, alsof ze bij hem waren, het wild gedierte temt hij, zeeën overbrugt hij, on steeds meer doet hij de wereld rbaasc staan over dc almacht, waarmee hij schier alles aan zich onderwerpt. Inderdaad, de mensch is het wonderproduct van de schepping. Zeker, dat all herinncions aan de grootheid van den mensch, maar toch altijd aan een grootheid, die betrekkelijk is, hoe zeer ze ook vaak als de eenige grootheid in 'de wereld beschouw X wordt. ant zo is hem geschonken, en al wordt ze vaak met een rid derkruis beloond, haa. verdienste, en wat moet menige groote mensch daartegenover zich klein gevoelen haar verdienste ligt in de wijding, die hij daaraan geeft door zijn hart. Als die menschelijke grootheid schitteren wil om en voor de menschen, om en voor eer of loon, haar beziUers mogen als ridders van den arbeid wordon geëerd en geroemd, daarmee hebben zij dan ook hun loon weg. Stra" komt een nog grootere mensch, die den groote van gisteren weer-in de schaduw stelt, acht rr zich laat. Mensch te zijn is wat meer en wat hoogers. In den strijd van net leven pal te staan te genover de a -.cocking tot kwaedin de men schelijke samenleving - gedreven te worden door liefde en barmhartigheid; het hoogste ideaal van het rein menschelijke te verwe zenlijken; dankbaar en. «nederig de gaven en voorrechten das levens te genieten, moedig en fier het lot te dragen, dat hem toebedeeld wordt; manlijk het lijden onder de oogen te zien en te doorstaan, kalm en rustig detn dood te zien naderen; als een held te zeggen: het is mij niet geraden iets tegen het gewe ten te doen, dat en zooveel meer nog maakt den mensch groot, maakt de gr«x>theid uit van den mensch, maakt den. mensch eigenlijk eerst tot mensch. Zoo kan de koning groot zijn, die zijn leven wijdt aan het geluk van zijn volk, maar ook de eenvoudigste van zijn onderdanen, die door trouwe plichtebetrach ting de eer hoog houdt van rijn vaderland. Zoo de rijke, de ge.' rde, de aanzienlijke, dio niet teert op 't geen hem in den schoot wordt geworpen, maar daarmee woekert, om de schatten des levens voor zijn medemenschen te vermeerderen, maar cjL de alleen in zijn omgeving bekende huisvader, die niet alleen werkt voor het dagelijksch brood van de zij nen, maar die door stipte eerlijkheid en trouwo f rbeidzaamheid aan de zijnen een voorbeeld ter navolging geeft. Zoo die veel heeft en'van zijn overvloea meedeelt aan an deren, maar ook die weinig heeft, maar van 'tgeen hij heeft, nog wil ontberen, om an- derer lot te verzachten. Zoo de man en de vrouw, die weten in te schikken en te ver dragen en te dulden en te vergeven. Maar zoo mensch to zijn is een kunst. Want dit zijn de wondermenschcn onder de menschen die do hooge eigenschappen, welke elk mensch kan bezitten, ook openbaren in hun leven- Naar waarheid ie gezegd: ,,elk mensch bezit al de begaafdheden van den heiligen kalen der, maar die begaafdheden zijn in hem aan wezig, evenals de waterkracht in de rivier en de stoomkracht in het water en in dc ko len mijnoD, d. i. onontwikkeld, onbekend." Wij moeten kennen, maar kennen ia niet ge noeg, als 'fcniet r-n kunnen wordt. Als 't geen kunst was, waarom zijn dan de meeste menschen niet zoo? Waarom vertoonon dan zoovele menschen de caricatuur van een mensch? Een driftige weet immers wel, dat hij door zijn drift niet wint, wel verliest; een dronkaard weet wel, dat hij zijn gezin en zichzelf door zijn dronkenschap verwoest; een speler weet wel, cat hij zichzelven en de zijnen tien tegen één ruïaeert; een lasteraar weet wel, dat hij ten slotte zichzelven meer dan den belasterde benadeelt, een opgekleede pedant weet wel dat ij een dwaas is in het oog van anderen; ieder dio slecht doet weet wel, dat hij, zoo niet altijd lichamelijk of tijdelijk, dan toch stellig zedelijk en geeste lijk zichzelven ten ondergang doemt. Dat weet hij, maar hij laat 'ttoch niet na. Waarom niet? Omdat hij niet kan. 'tls een kunst om mensch te wezen in den vollen zin van het woo om een volwassen monsch te zijn. Moeilijke kunst, zeker 1 Dat lieve ,,ik" dat ons zoo vaak beneden den mensch doet blij ven Dat ons lokt cn verleidt, en wij laten ons bedriegen, want schijn I.-driegt 1 Mogelijke nstl Want wij hebben allen in ons een hooger ,,Ik", dat ons dringt, dat ons dwingt naar zijn stem te luisteren. Wie zijn majesteit erkent en haar vereert, wordt zedelijk groot en machtiger, dan een, die eene stad verovert. Heerlijke kunst 1 Want wie haar trouwe dienaar is, adelt daardoor zijn leven en werk, gelijk iedere kunstenaar dat doet, on is een zegen voor anderen. Heerlijke kunst, wamt terwijl de herinnering aan alle andere grootheid voorbijgaat, is de gedachtenis van een rechtvaardig mensch een gezegende en een zegen I Uit de Tweed© Kamer. Nog niet tot een beslissing gekomen Spraken wij gisteren in ons overzichtje het vermoeden uit dat all n de socialisti sche fractie zi-h zou verzegen tegen een be paling omtrent de doodstraf in het militaire Strafwetb., de heer Roeasingh viel hen giste ren, mede namens - ~nicr> zijner geestverwan ten, fc.J. Het begrip van Christ rlijkheid, in den zin van humanisme, zooals dit in de wet geving moet worden opgevat, is volgens dezen spreker niet vereenigbr- met de doodstraf. Hij acht v"t behoud nar ook overbodig, want .-Is er in oorlogst J i geen gelegenheid is om een behoorlijk proc-s te voeren zond - re men den schuldige af. De minister van justitie had gehoopt daA. het bij de behandeling van het ontwerp mili tair Strafwetboek riet tot een principieel debat over de doodstraf had gekomen. Gisteren ontviel hem de verzuchting: ,,Het heeft niet zoo mogen zijn I" En het heeft niet zoo mogen zijn; de Ka mer heeft er twee volle da jen aam gegeven en rij ging er steeds dieper op in. Was het Donderdag de dag van den heer Heemskerk geweest, gisteren werd hot debat grootendeels beheerscht door den heer Loh- man. De pakkende rede van den Goeschen afgevaardigde, die de vollo aandacht der Kamer in beslag nam, kwam in 't kort hierop neer: _-r is tweeërlei straf: straf op de gewone, groote misdrijven, die men zeer ruim genomen aanrandingen van de zedelijk heid zou kunnen noemen. Die straf is ver gelding van schuld. Maar er is een ander soort straf, politie- of tuchtstraf, dio voort vloeit uit de noodzakelijkheid, om hot staats organisme behoorlijk te doen werken en deze heeft met de vergeldingstheorie niete uit te staan. Deze laatste straf valt onder nood- reoht. Heel het militaire strafrecht valt daaronder en vandaar dat men in het Bur gerlijke Strafrecht, dat slechts op schuld en vergelding rust niet allo bepalingen uit het eerste terugvindt. In het effect, waar het toepassing dor doodstraf geldt, komen de opvattingen van den Itegc0ring6Commiasaris den heer Van der Hoeven en die van den heer Lotyman vrijwel overeen. Principieel stond tegenover hen de heer Heemskerk, terwijl de Minister, om het eens aanschouwelijk voor te stellen, tusschen hem en den hoer Heemskerk het midden houdt. Wanneer de heer Lobman sprak, schudde dc heer Heemskerk herhaaldelijk het hoofd; kwam de laatste aan het woord de heer Loh- man stoof belkons op en viel hem in de rede. De heer Hugonholtz merkte dan ook, mis schien met eonigo Schadenfreude", op dat, waar het de vraag omtrent den aard en den grond der straffen geldt, er een diepgaand verschil is op te merken tusschen hen die op éénc Openbaring steunen. Prof. Van der Hoeven, die als liberaal de Regeering bij de behandeling dezer stof moet ter zijde staan, heeft geen gemakkelijke taak. Hij zette gisteren nog eens uiteen, dat hij zijn taak zeer bescheiden wensohte op to vatten, nl. advisee rend omtrent do tech niek van de wet, omtrent praotischo punten en mededeeting verstrekkend omtrent de wordingsgeschiedenis. Het was echter te moeilijk zich daaraan te houden voor een man ais dezen boogpee ra ar, boen rondom hem de groote strijd op 't stuk van Strafreclit word gestreden. Niemand zal het hem kwa lijk nemen, dat hij nu on dan zijn principe op den voorgrond schoof. De dSscussiën werden gisteren geëindigd; de Kamer kan dus Dinsdag dadelijk tot de stemmingen overgaan. Heden voor 25 jaren werd j et „nieuwe" orgel in de kerk aan de Hartebrug voor de eerste maal bespeeld en ingewijd. Het heeft zich uitmuntend gehouden gedurende al die jaren en dc vervaardigers, de hcoren Maar schalkerwee rd, hebben werkelijk eer van hun werk. Ook de organist, de heer H. J. van Dom melen, is nog steeds op zijn post en vervult dlie taak niettegenstaande zijn 76 jaren nog met groote toewijding en talent. Do koorzan gers meenden dan ook, dat die dog voor hem niet onopgemerkt mocht voorbijgaan en ver eerden den jubilaris hedtenttiongen voor de H. Mis met een praohtigen bloemenkrans die hom met eonige hartelijke woorden door den di- ricteur, den heer Felix Driessen, werd over handigd en daarna aan het fcestorgel werd bevestigd. Voorts werd de Misöa No. 1 van Haydn gezongen, waarbij de jubilaris gele genheid te over had om zijn talenten te doen schitteren en waarbij ook de goede hoedanig heden van het instrument wederom op den voorgrond traden. Wij wonschen don jubila ris van harte toe, dat hij nog menig jaar zijn taak met dezelfde opgewektheid en plichte betrachting moge vervullen. Naar aanleiding van het verzoek van den heer J. A. van Dijk en onder overlegging van bet daaromtrent door de commissie voor de bewaarscholen uitgebracht advies geven B. en W». in overweging aan den heer Van Dyk op zijn verzoek, mot ingang van I Mei, op de meest eervolle wijze ontslag te verleenen als lid van de commissie voor de bewaar scholen, onder dankbetuiging voor de groote diensten, door den beer Van Dyk als lid en secretaris der commissie aan de gemeente bewezen. Ter vervulling der vacature worden door de commissie aanbevolen de heeren J. Wuyster en S. C. van Doesburgb. Naar aanleiding van een verzoek van Jhr. E. C. Siberg, alhier, deelen B. en Ws. mede, dat de dochter van adressant, wegens vestiging in deze gemeente, eerst sedert 1 Februari j.l. de lessen aan de Hoogere Burger school voor Meisjes heeft gevulgd, zoodat zy in overweging geven aan adressant vrijstelling te verleenen van de betaling van schoolgeld over het eerste kwartaal van den loopenden cursus. Aangezien de leerlingen Ysbrand Hendrik, Cornells Hermanus en Armand Victor Haag wegens vertrek uit deze gemeente respectie velljk de Hoogere Burgerschool voor Jongens, de Jongensschool 1ste klasse en de school 2de klasse voor Jongens en Meisjes den 15den April hebben verlaten, geven B. en Ws. tevens in overweging aan Y. H. Haag vrijstelling te verleenen van de betaling van schoolgeld over het laatste kwartaal van don loopenden cursus voor zijn zoon Ysbrand Hendrik en teruggave van schoolgeld voor zijne belde andere zoons over de maanden Mei en Juni, tot een gezamenlijk bedrag van f 12.66. B. en Ws. stellen voor mej. W. van der Waals geb. Rolloos wederom voor den tijd van drie jaren in de betrekking van stads- vroedrrouw te continueeren. Zij stellen voor de tiend van de onder Leiderdorp te veld staande aardappelen, even als vorige jaren, ook over het jaar 1902 ondersbands, tegen taxatie, aan de tiend- plichtigen af te staan. De administratie van het kroondomein, dat voor de helft deelgerecbtlgd Is in deze tiend heffing, kan ztch, blijkens ontvangen mede- deeling, met deze regeling vereenigen. Ter vervulling der vacature, welke met 1 Juli a. s. ontstaan zal in bet college van commissarissen der Stads Bank-van-Leening ten gevolge van de periodieke aftreding van mr, H. van der Hoeven, bieden B. en Ws. de volgende alphabetische voordracht aan: de heeren lo. P. Essers, 2o. mr. H. vap der Hoeven. 3o. A. J. den Hollander. Het komt B. en Ws. voor, dat er alles zins termen bestaan om gunstig op een door de weduwe J. de Vos—Hopman ingediend verzoek te beschikken. Haar echtgenoot, in leven stadswerkman, is den 8sten November 1901 overleden, na de gemeente meer dan 20 jaren trouw te hebben gediend. Zyn groot gezin, bestaande uit vrouw en 7 kinderen, bleef In zoo kommervolle omstandigheden achter, dat aanstonds van particuliere zfide In het onderhoud der weduwe moest worden voorzien en ook B. en Ws. zich genoodzaakt zagen, ton einde haar voor gebrek te behoeden, haar (by besluit van 13 Februari j. 1.) tydeiyk een wekeiyksche ult- keering van f 2.50 toe te kennen'uit de by Volgnr. 153 dor begrooting voor „onderstand" tor beschikking gestolde geldoD. Allo motleven, welke den Raad or too ge leid hebben In zyn vergadering van 26 Sep tember 1901 een gratificatie toe te kennen aan de weduwe Den Tonkelaar, zyn du9 ook hier aanwezig. Maar er zyn er zelfs nog meer. Immers, terwyi toen nog slechts een voorstol door B. en Ws. was Ingediend om tot het verleenen van pensioen aan woduwen en kinderen van gemeente ambtenaren ovor te gaan, zyn in middels de verordeningen, waarbij aan dezen recht op pensioen wordt toegekend, aange nomen on in werking getreden. Door dit Raadsbesluit heeft de gemeente de zorg voor do nagelaten betrekkingen van gemeente ambtenaren binnen den kring harer bemoei ingen getrokken. Het komt B. en Wa. nu wenscheiyk voor by de bepaling van het bedrag van de aan de weduwe De Vos toe te kennen gratificatie rekening te houden met do bepalingen van de verordening op het verleenen van pensioen aan de weduwen en kinderen van gemeente ambtenaren en zy geven mitsdien in over weging haar een jaariykache gratificatie toe te kennen ten bedrage van de helft van de laatsteiyk door haar echtgenoot genoten be zoldiging tot het jongste harer kinderen den leeftyd van 18 jaron bereikt heeft en daarna een ten bedrage van het l/s gedeelte dier bezoldiging, onder bepaling, dat by een even tueel volgend huweiyk der weduwe do grati ficatie tot de helft zal worden verminderd, wanneer het jongato kind nog geen 18 jaar is en geheel zal ophoudoD, wanneer dit den 18-jarigen leeftyd reeds heeft bereikt. Door den heer H. A. van Ingen Schenau, eigenaar van het aan het kruispunt van don Hoogovoortschen weg en van den ryksstraat- wog van Haarlem naar 's Qravenhage gelogen perceel in het Villapark te Oegstgeest, wordt vergunning verzocht tot het dempen van een gedeelte der tusschen het Villapark en den Hoogovoortschen weg gelegen sloot, welke, voor zoover zy zich langs dezen aan de ge meente toebehoorenden weg uitstrekt, voor de helft aan haar toebehoort en voor de andere helft aan de eigenaren van int Villapark. Evenmin als by de Commissie van Fabri cage en de Commissie van „Endegeesl" bestaan by B. en Ws. bezwaren legen de inwilliging van het verzoek, zoodat zy in overweging geven, behoudens de rechten van derden, de gevraagde vergunning to verleenen, onder de gebrulkeiyke voorwaarden. De minister van koloniën verscheen, na zfin langdurige ziekte en na do hervatting van het beheer over zyn departement, gister middag voor het eerst weor in de verga derzaal van de Tweede Kamer. 's Ministers terugkomst in 's land» raadzaal, biykbaar In een staat van goede gezondheid, gaf aan tal van leden van alle richtingen aanleiding om hem de hand te drukken en hem geluk te wenschen met zyn herstel. Het Museum van Kunstny verboid te Haar lem werd gedurende do afgeloopen maand bezocht door 501 personen; 152 boek- en plaatwerken werden uit.de Boekerij in bruik leen afgestaan. Ten voordeele van de slachtoffers van Engeland in de ^moordkampen" wordt door de Nederlandsche Zuldafrlkaansche Voreeni- glng een album met afbeeldingen en by schrif ten door 3. J. E. aangeboden, dat by de heeren Höveker en Wormser het licht heeft gezien. Het boekje ls in een eenvoudig lichtgrye bandje gebonden, versierd met een teekenlng van Jao. Ph. Wormser. De Inhoud bestaat alt een groot aantal photographlscho reproduc ties met korto byschrlften. De afbeeldingen laten aan duideiykheld en afwerking niets te wenschen over; zy stellen verschillende kiekjes in de kampen en op het eiland St-Holena ▼oor. Voorin staan de portretten van generaal P. A. Cronjó en Ben Viljoen. In de vacature, ontstaan door het eervol omerltaat vau ds. J. A. Böhringer, heeft de groote Kerkeraad van de Evang. Luthersche gemeente te 's Qravenhage, hot alphabetlach gestelde zestal van predikanten opgemaakt, bestaande uit de heeren: B. H. d'Auson, to Zutfen; J. H. Grottendieck, te Dordrecht; M. van Kleeff, te Leiden; H. J. Loman, te Maastricht; J. F. Ternooy-Apèl, te Alkmaar, en A. D. Wempo, te Haarlem. Do heer G. A. Koens Jr., ambtenaar ln de derde Arbeidsinspectie te 'a-Gravenliage, is door do Duitsche Weroldvereenlglng „Kos- mopolit de bekende te Neurenberg geves tigde vereeniglng voor postzegelverzamelaars, benoemd tot haar consul voor Nederland, in do plaats van den hoor A. J. F. Valkenburgh. De 2do luit. H. Jospors, van hot 7de rog. infanterie, voor 3 jaren gedetacheerd bij do landmacht in West-Indië en bestemd voor Suriname, is bfj het Koloniaal Werf depot aangekomen en tot aan zijn vertrek in het genot van verlof gesteld. Aan den lsten luitenant G. van Straa- ten van hot 2de bat. 8sto rog. inf. te Devon- tor is hei eereteeken voor belangrijke krijgs bedrijven (Atjeh) toegekend. Door den minister van oorlog is bopaald, dat de miliciens dor lichting van 1901 by de regimenten huzaren, na het volbrengen van een eersten oofeningstyd van 18 maanden, nog 6 maandon voor het biyvond gedeelte onder do wapenen zullen wordon gehouden. De beldo halve lichtingen dier miliciona zullen onderscholdeniyk medio Maart 1903 en medio September 1903 met groot-vorlof vertrokken. Een voordracht la door B. en Ws. van Amsterdam by den gemeenteraad ingediend, waarby zy machtiging vragen om op de wyzó en de tydstippen en legen den koers en verdere voorwaarden, door hen na overleg met de commissie van bystand ln het beheer dor go meentefinanciön te bepalen, over te gaan tot do uitgifte van hot resteerendo bedrag ad f 9,000,000 dor 3'/|-pCts.-leonlng groot f 12,000,000, waartoe 8 Maart 1899 door don Raad besloten werd. Naar de „N. R. C." van bevoegde zyde verneemt, kunnen de berichten omtrent eon benoeming van den kolonel H. P. Staal, com mandant van het 1ste rog. Inf. te Assen. 1 secretaris-gonoraal aan het dep. van oorlog als een louter geruobt wordon aangemerkt. Het stoomschip Koning Willem II" arriveerde 2 Mei van Amsteidam te Batavia; de „Noordam", van Rotterdam naar Nieuw York, passeerde 2 Mei Lizardde „Sloterdyk", van Newport-News naar Amsterdam, passeerde 2 Mei Wight; de „De Koek", van Vllusingen naar Batavia, passeerde 2 Mei Gibraltar; de „Kalser" (uitreis) arriveorde 1 Mei te Durban; do „Kiel", van Batavia naar Amsterdam', passeerde 1 Mei Suez; de „Koningin-Regentes", van Batavia naar Amsterdam, pauseerde 2 Mei Ouessant; de „KuriQist" (uitreis) arriveerde 1 Mel te Durban; de „Reichstag" (uitreis) passeerde 1 Mei Kaap .Spartel; de „Sindoro", van Java naar Rotterdam, vertrok 2 Mei van Marseille; do „Tydoua" arriveerde 2 Mei van Japan en Singapore te IJmuiden, Nooidwijkerhoul.Toen eergisteren alhier liet huwelijksbootje weer eens uit Je haven zeilde zonder dreigende klippen en met goe den wind, voerde het op den tocht door de levenszee ongetwijfeld mot zich de beste wen schen van de ingezetenen voor een gdlukkige vaart. Het was de doohter vaD den wethouder, den heer H. üostdam, die met den zoon van 1 geacht landbouwer uit deze plaats bet- bootje bemande en hun verbintenis gaf een bruiloftsstoet te zien, als naar 't schijnt mevr en rneer tot dc zeldzaamheden gaan bchoo- ren- In het gedeelte dor gemeente, waar de bruid woonde, had de bevolking in ruimen kring door het uitstoken der vlag blijken ge geven van belangstelling. De Zondagsschool, die tijdens dc predi- kants-vaeature heeft stilgestaan, vangt onder ds. Bookc morgen weder aan. Nauwelijks zijn ons fanfarekorps ,,uo Echo der Duinen" cn zijn directeur, de heer Verhey, met elkander ecnigszins vertrouwd geraakt, of zij zullen waarschijnlijk weder van elkander scheiden. Deze is benoemd als directeur van luit korps te Lissc en hel voornemen bestaat otn nu als zoodanig van „De.Echo" af te treden. Wij vernamen echter dat liij voor een goede vervanging zal zorgdragen. Het weer in de maand Maart uctd heel veel goeds verwachten voor het gras. Dio hoop is echter niet verwezenlijkt; in dezo

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 1