A°. 1902.
§eze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van gpn- en feestdagen, uitgegeven.
FEUILLETON.
tf» f£9.JI
Maandag 21 A.pril.
IEIDSCH
DA&BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
▼oor Leidon per 8 maandenI S l f UO.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zyn 1.30
Franco por .post 1-65
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regels f 1.05. Iedore regel meer 0.17£. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeron buiten do stad
wordt f 0.05 berekend.
£eu laoclbonwkolonie voor «mi
slagen gevangenen in ziclit.
Het is een bekend verschijnsel, dat men-
schcu, die korter of langeren tijd gevangenis
straf hebben ondergaan, bij in-vrijheid-stol
ling hun leven moeilijk kunnen aanpassen
aan do burgcrlijko samenleving. Daarbij
komt, dat volen hunner, al zijn ze met de
beste voornemens bezield, worden gewan
trouwd, dat de schande der misdaad ook na
ds boetedoening als een zwarte vlek op hen
blijft kleven en dat ze daardoor bezwaarlijk
in de oude inaatschappelijko betrekkingen
worden opgenomen.
Ziedaar een der oorzaken van wederin-
slortïng van menig misdadiger, van recidive,
die menfohen vrienden veel hoofdbrekens
kest.
Vooral het Ncderlandsch Genootschap tot
zedelijke verbetering der" gevangenen heeft
zich het lot der ontslagen gevangenen aan
getrokken cn tracht op allerlei wijze hen voor
het maatschappelijk leven geschikt te maken.
Ook het Genootschap heeft echter te wor
stelen met het verschijnsel, dat do ontslagen
misdadiger niet geschikt is voor de samen
leving en de samenleving niet voor hem.
Om dit bezwaar te ondervangen, schijnt
ons geen middel heter toe dan de ontslagen
gevangene een tijdlang buiten de samenle
ving zelve aan de vrijheid te doen gewonnen
en hem opnieuw op to voeden voor do grooto
men schcn in aatsch ap pij
Dat denkbeeld werd reeds sedert geruimon
tijd door het altijd practisehc heilsleger ver
wezenlijkt in zijn landelijke kolonies.
Het doet ons genoegen te kunnen mede-
'declon, dat het Ncderlandsch Genootschap
tot zedelijke verbetering der gevangenen dien
weg ook op wil.
In de op Donderdag 15 Mei te Amsterdam
te-houden algemeene vergadering van boven
genoemde vereeniging zal een voorstel van
hél hoofdbestuur aan de orde komen lot de
oprichting van een landbouwkolonie be
stemd voor do tijdelijke opneming van ont
slagen gevangenen, waarvoor het een krediet
aönvraagt van ten hoogste dertig duizend
gïildcn.
'Dat de gedachte aan een zoodanige kolonie
oók bij sommige afdcclingen is opgekomen,
blijkt o. a. uit een voorstel der Afdceling
Botterdam, waarin op hetzelfde doel wordt
aangestuu rd.
Laat ons hopen dat. de vergadering het
voorstel van het hoofdbestuur aanneemt, op
dat, onze ontslagen gevangenen eerlang een
veilige toevlucht kunnen vindon, een leer
school die hen voorbereidt Lot een nieuw en
beter leven; hen weder vormt tot nuttige
leden der maatschappij.
De toestand tran de Koningin.
Hot bulletin van Zondag ochtend 9 uren
luidde
H. M. do Koningin bracht, een tamelijk
rustigen nacht door. De koorts behoudt een
geregeld verloop. Het bewustzijn is steeds
ongestoord. De voedselopname is een weinig
vermeerderd.
Dr. Roessingh.
L. Por.
Tiet bulletin van Zondagmiddag 2 uren
luidde
Tn den toestand van H. M. do Koningin
kwam sedert hodenmorgen geen verandering.
Dr. Roessingh.
L. Pox.
Het bulletin van hedenochtend 9 uren luidt
H. M. do Koningin bracht den nacht ge
deeltelijk slapende door.
De voedselopname Is iets vermeerderd.
De algemeene toestand is bevredigend
Uit Het Loo word teon s hedenochtend ge
meld:
Nauwelijks was hedenochtend hot consult
der doctoren geëindigd en het. bulletin be
kend gemaakt, of Prins Hendrik begnf zich
uit het Paleis naar do daartegenover lig
gende stallen om Aan daar uit eon rit te
paard door het park te maken, hetgeeD tot
heden tijdens de ziekte der Koningin nog
niet was voorgekomen.
Van Het Loo wordt cW. 19 April ge
meld:
,,De beriohlon van heden omtrent den toe-
st-nnd dor Koningin hebban dc otngornsthaid
een weinig weggenomen.
Toch moot men daarop nog niet to groote
geruststelling bouwen Zoolang dé mogende
dag niob zonder complicaties voorbij is, ver
keert men altijd tusschen hoop en vrees.
Dat Hare Majesteit, ondanks de t.vpheu-
zc koortsen, volkomen bij kennis bleef, daar
van ouoot de lijdvres co» trof fond' how ijs heb
ben geleverd, toen Zij eenigo hesohakkingen
nam cn bevolen gaf met het oog op don ver-
jaaidiag van den Prins.
Odk gedurende den dag vam hedbn is do
normale loop der zhokte niet- gestoord en
ovenals gisterenwas hedenavond de toe
stand niét onbevredigend to noemeiu
Hare Majesteit gebruikt tot dusver uit-
ioraard vloeibaar voedsel, zoo als bouillon.
Ook heden kwamen de Koningin-Moeder
en do Prins niot hui ten het paleis.
Na olk bezoek aan dc hoogo pabiëji'hc deelt
dr. Roessingh zijn. bevinding onmiddellijk
aan Hare Majesteit de Koningin-Moeder en
aan Zijne Koninklijke Hoogheid dor® Prins
mede, gezwegen nog van dé afzonderlijke ge
vallen, waarin ntoodor cn gemaal met den
lijfarts over den staat van zaken eprekam"
Op haar verzoek aan een geneeskundige
gedaan, om ccnigszins nadere inlichtingen
over don aard der ziekte, waaraan do Ko
ningin üijdt, ontving de ,,Haarl. Ct." hot
volgende an twoord
Ecnige deskundige opmerkingon o>v»r de
ziekte, die H M. onze zoo geliefde Konmgiin
liccft aangetast, to willen maken, is de taak,
die u mij opdraagt. Rekening houdende met
de zeer weinig zeggende bulletins, die one
worden toegezonden cn die ik in volgordfe
voor mij heb liggen, zal ik trachten aan uw
verzoek te voldoen, indien u vooral daarbij
wilt bedenken dat mijn opmerkingen, op af
stand (gemaakt, weinig waaide hebben.
Wc weten nu dat H. M lijdt aan fob ris
typhoidlea cn dat de ziekte een natuurlijk
verloop heeft. Verder dat do jonge Vorsbin,
die gezond en wel op-Het Loo was aange
komen, Zondag 6 April nog een rijtoer doen
de, Maandag 14 Aprul vrij plotseling ziek
werd met algemeen gevoel van ziek zijn,
catarrhale verschijnselen on koorts, welke
laatste con afwisselend karakter vertoonde
en Woensdag jl. een lioogtc van 40 gr. C.
bereikte.
Dus allee schijnbaar wijzende op een acute
ziekte, bijv. influenza, zoodat bet ons medici
niet verwonderde te vernomen, dat dr.'Roes-
eingk 17 April een longontsteking vreesde
en een oonsullt mot prof. Roeenstem wen-
sohelijk achtte.
Het bericht, dat H. M. aan föbrds typhoï-
dea lijdt en dat nu zekerheid geworden is,
wat de goneesheeren sinds hot begin dér
ziekte vermoedden, zal menig onder modieus,
ovenals ondorgobeekende, met eendge vorwon-
dering vernomen hebben.
Febris typhoïdea tocb is geen plotseJtiog
beginnende ziekte; reeds 2 a 3 weken vóór het
uitbreken voelen de patiënten ziob lusteloos
an moo, die tong is beslagen, zij lijden aan
hoofdpijn on andere verschijnselen, dio op
bet bestaan vwo een algemeene infeotjie wij
zen.
_Dc lichaamstemperatuur kan reeds in dit
tijdperk, het. inoubabio-stadium genoemd,
nu cn dlan on vooral 's avonds iets verhoogd
zijn, terwijl hoesten en f andere catarrhale
verschijnselen niot on'tbijfken.
Als wij vorder in aanmerking nemen, dat
typhus een bacillaire ziekte is, d. i "veroor
zaakt door baoillen, dro meestal door onzui
ver drinkwater of melk in het maag-darm
kanaal goraken err wij dan lezen, dlat het
drinkwater aan H. M verstrekt zuiver was
en d slechts gepasteuriseerde meüik gebrudk-
be, dan is cenige nadere opheldering, van.
een medisch standpunt beschouwd, wefl ge-
wonscht.
Natuurlijk zou H M. do infooli© vóór hot
bezoek aan- Het Loo kannen voiikro|gen liob-
bqn, en dat zou, aangenomen, dat- fobris
typlioïdoa do ju into naam dor wiekte is, ook
wol waarschijnlijk zijn. Maar hoe verklaart
men dan dat de jonge Koningin zich vóór 14
April jl. zoo volmaakt wol gevoelde? Zoo
ziet u, geachte heer hoofdredacteur, dat ik,
in plaats van aan uw verzoek te voldoen,
zelf root vragen bij u kom. Laten wij nadoro
hoTiidhten afwachten en van harte hopen, dat
<lo ziekte van H. M. aanmaal verloopt zoo-
als wij gelukkig vernemen cn dat or niets
ernstigere achter haar ziekte 6chuiJt.
Typhus, lioewel een ernstige en langdurige
ziekte heeft een betrekkelijk laag storfte-
eijfer, en dit kan door tijdig vooral doelma
tig toegepaste koud water-bob omdoling nog
belangrijk dalen.
P roffesor von Jürgenscn geeft. i)i> zijn
leerboek van 1891 een statistiek van 5525
sterfgeval Ion op 24,997 lijders aonJdbr koud-
w-alcrbchandeling. cn van 1489 op 19,017 ge
vallen ,waar deze boliandofing wél cia nog
niot eens nauwkeurig genoeg wemd toege
past.; een vermindering dus van de sterfte
van 22 tot. ongeveer 8 procent. Prof J. be
weert, dat bij juiste en tijdige toepassing dit
cijfer nog well töb 4 a 2 pCt. kan dalen.
Gelukkig is tegenwoordig ook in ons land,
waar zeer wéinig aan hydrothorapie wondt
gedaan, heit sterftecijfer bij fob ros typkoïcfda
gering
Men meldt uit Apeldoorn aan dc „N R.C.":
De opwekking van don kerkeraad der Ned.
H erv Gemeente aan de leden tot gemeen
schappelijk gebed voor H. M. dc Koningin,
was bij do voormiddag-godsdienstoefening
van gisteren niet onbeantwoord gebleven.
Het bedehuis was geheelgevuld. Ds Hat-
tink sprak van den kansel. Niet zonder ont
roering zeide hij thans voor de gemeento op
te treden, die was saamgekomon tot gemeen
schappelijk gebed voor onze geliefde Ko
ningin. In ernstige krankheid ligt de jeugdi
ge Vorstinne neder en met diepe droefheid
wordt zij aangestaard door een hartelijk lief
hebbend echtgenoot en een tecdcr bomin-
nendo moedor. Ds. Hattink zoide, te gevoe
len hoeveel er zal omgaan in do harten van
elk hunner. Zijn hoorders met hun gedachte
bij de sponde verplaatsende, schetste de pre
dikant het in dezo dagen hecrschende gevoel
van gedruktheid, van beklemdheid, op elks
aangezicht te lezen: voorts lioo de ziekte van
de Koningin overal het onderwerp is van do
gesprekken en hoc met spanning elk bericht
omtrent den ziektetoestand verbeid wordt.
In dezo omstandigheden ligt er troost in
het gebed, bemoediging in het Woord des
Heeren.
De tekst van gistermorgen was: „Deze
krankheid is niet tot den dood, maar tor
verheerlijking Gods", Joh. 11 4. Ds Hat
tink uitte den innigen wensck voor dc beter
schap van de geliefde kranke, wier jong
leven wordt bedreigd. Hij sprak van don
Echtgenoot, die in zijn zoetste dvoomen
wordt beangstigd; van dc. Moeder, wier
liefde zoo zwaar wordt beproefdvan hot
Nederlandscho volk, dat zijn Oranjevorstin
niet missen kau, van deze gemeente, die door
zoovele lieflijke banden aan haar Konink
lijke Ambaclitsvrouwe is verknocht.
Dit woord van 'Jezus beschouwde de pre
diker als een verrassende profetie.
Ten slotte ging hij voor in een gebed voor
de zioke.
Do plechtigheid maakte diepen indruk op
de talrijk aanwezigen, onder wio do inten
dant, do jagermeester-rentmeester van de
Koningin, de burgemeester en eenigo loden
van het gevolg. Prins Hendrik was in het
paleis gebleven.
Van Het Loo werd gisternamiddag ge
mold
Hoewel do toestand der Koningin nog niet
geheel zonder zorg is, zijn or toch tcokenen
v aar te nemen, die op vooruitgang wijzen.
Zoo wekte het groote gerustheid, dat de
Prins, terwijl H. M. in diepen slaap was ge
vallen, eenige oogenblikken buiten het pa
leis werd gezien, met dr. Roessingh een eind-
weegs do statigo laan tegenover hel konink
lijk lustslot opwandelend, en wat nog meer
vertrouwen wekte, was dat 's middags na
het consult van twee uren dr. Roessingh zijn
collega Pot naar het dorp kon vergezellen,
van waar Hr. Ms. lijfarts tegen vier uren
ten paleizo terugkeerde.
Inderdaad zijn de gemoedoren ten paleizo
minder beklemd na de gedrukte stemming in
de afgeloopen week.
Te 's-Gravenhagc werd gisteravond een
bijzondere bidstond in de Groote Kerk ge
houden om het herstel der geliefde Koningin
af tc smceken. Eeu zeer groote schare ver*
eenigdo zich in het gebed, waarbij ds. Gerth
van Wijk, ds. Knottneriu6 en de hofprediker
dr. Van der Flier voorgingen. Allen smeek
ten in diep treffende bewoordingen om be
houd van het kostbare leven, en sterkte voor
den Prins-Gemaal en do Koningin-Moeder
in deze dagen van beproeving.
Uit Het Loo werd Zaterdagavond laat
nog medegedeeld dat, hoewel het verloop der
ziekte van Hare Majesteit zich in gunstige
richting blijft bewogen, het ziektegeval voor
eerst nog een zorgzame behandeling zal blij
ven vereischen, omdat men niet weet welke
complicatien zich daarbij kunnen voordoen.
De lijfarts dr. Roessingh zal daarom in dtm
eersten tijd nog op Het Loo blijven.
Do opperrabbijn van Rotterdam heeft be
paald dat icdeven dag bij de godsdienstoefe
ningen, in allo synagogen, gebeden zal wor
den voor het hcretel van H. M dc Koningin.
Leiden, 21 April.
Aangezien het Heinc-cnsemble slechts
in 2 plaatsen van ons land, Amsterdam ca
Leiden, het nieuwste stuk van Sudermana
,,Es lebc das Leben" zal opvoeren, is dc ver
tooning alhier verschoven van Dinsdag op
Wociisdag a. s.
In do op 19 dézer gehouden algemeene
vergadering van Commanditaire Vaoinootaa
dhr Lcidschc Bank vereeniging H. F. C. Gér-
lings werden balans én winst- en verlies
rekening over liet boekjaar 1901 goedgekeurd
terwijl het dividend werd vastgesteld op /6L
por aandeel.
Dr. A. W. Kroon Jr. aan dé beurt van af
treden als commissaris, word als zoodanig
(herkozen.
Wij ontwingon het verslag dat commis
sarissen der Loidsahe Spaarbank vanwege
liet Dep. Leidon dér Maatschappij tol Nut
van 't Algemcon van do onder hun beheer
staande instelling over 1901 hebben uitgo-
fonacht
Het rerslag kan op alleszins bov recti-
gendé uitkomsten wijzen.
Moest toch over Iiot jaar 1899 ton gevolge
der door 'hot duurdere géld gedrukte koersen
dor eerste 'klasse beleggingswaarden een aun-
zienfijko afscbrijviug op het effectenbezit dor
bank plaat® hebben en daarvoor het reserve
fonds worden aangesproken, de verwachting
in dat verslag uitgesproken, dal dit slechts
tijdelijk zou zijn, on dat de aaa het hoofd
kapitaal verstrekte gelden bij verbeterden
toesband in dc reserve zouden terugvloeien,
is gdheel vervuld terwijl de blijvende voor
dooien, door don tijdelijk hoogeren rontcstan-
daard verkregen* .hiertoe aanzienlijk hebben
bijgedragen.
Kon reeds over 1900 een bedrag van
ƒ3,110.89 bij 'hot reservefonds gevoegd en
daardoor de in 1899 aan ho.t hoofdkapitaal
gedane uitkecnimg van ƒ12,121.89 1/2 tot
ƒ9,011.00 1/2 teruggebracht worden, thans
kan een bedrag van 29,129.60 in het r servc-
fonrts worden gestort en is dus het geleden
veifics niot alleen volkomen gedekt, maar
hot fonds bij l Januari 1899 vorgolekon,
zeJfa mot 16,679.71 1/2 vooruitgegaan.
Hét bedraagt thans 219,715.96 en dc vcr-
houditag tot dc sohuld dor bank 9.636 pOt.;
hert gunstigst» cijfer dot in dc laatste 25 ja
ren word bereikt, een, resultaat, dot in aan
merking genomen den groote aanwas van liet
kapitaal dor bank in dio jarom zeker verblij
dend mag genoemd worden.
Commissarissen hebben dan ook gemeend
onder dezo omstandigheden tot een maatre
gel te moeten overgaan', diic reeds lang niet
alleen wonsche'lijk, maar in het belang dor
instelling bepaald noodig weid geoordëeld,
nl. dien grondslag te leggen voor een pon-
8ioenfonds voor hare boambtea en oen onckr-
steuningsfonds voor hun weduwen en wce-
zen.
Waar groot vertrouwen moet verleend on
liooge eisohen moeten geotekl worden daar is
het vaa overwegend belang, dat zij, dde al
hun krachten aan de mistelling wijden, hun
boekomst verzekerd wéten.
De genomen maatregel mocht dan ook, nu
dit veilig'koBugosohi oden, niet langer ach ter-
wego blijven.
De verborgen schat.
14)
Prickott. ging intusscben naar huis en ont
dekte dadelijk zfju nieuwen kennis, die in de
buurt van z\jn woning op en neer liep.
rTs u Hans Harcourt," begon Prickett, nadat
hij uitgestapt was, „en bij tijden Jacob Walter
of Jokann Hardy?"
„Mijn naam is Harcourt," antwoordde de
oude heer, in zyn manier van spreken zoowel
als in zfjn uiterlijk een beschaafd man, wien
Prickett's barsch wezen pijnlijk scheen aan
te doen.
Beiden traden samen het huis en Prickett's
kamer binnen.
„Zoo, spreek nu en ik zal luisteren," zeide
Prickett. „Een jonge persoon, die zich uw
dochter noemt, heeft m\j oen lange geschiedenis
verteld."
-Dio jonge dame," zeide de gast met
nadruk, „ts mijn dochter."
„Nu zou ik die geschiedenis ook gaarne
van u hooren.1'
„Wat wenscht u te weten?"
„De jongo dame houdt zich onder een
voorwendsel hier op. Zy heeft rnjj de redenen
daarvoor opgegeven; nu zou ik gaarne van
u hooren, hoe gij de aanwezigheid van uw
dochter in dit huis verklaart."
„Heelt z\j u van den man verteld, die ra\j
vandaag vervolgde en met wion gy spraakt?"
„Gy bohoeft er u volstrekt niet om te
bekommeren, wat zy rnjj verteld heelt," zeide
Prickett op een toon, waarmee men een
ondeugend kind tot zwijgen brengt. „Zy is
hier en is in gevaar; dat alloen hebt gy te
bedenken. Hoe kwam zy hier? Wat wil zy
hier?"
Hot kostte geruimon tyd om den ouden
lieer aan het spreken te krjjgen; maar wat
hy ten slotte zeide, stemde geheel met het
verhaal zjjner dochter overeen.
„Yolgens hetgeen u mfj zegt, wordt gy
dus in do Vereenigde Staten door de over
heid gezocht?" vroeg Prickett.
„Ik wil de waarheid niet verbloemen; het
publiek wordt voor m\j gewaarschuwd."
„En niet voor Engel?"
„Natuuriyk, voor hem ook."
„Zoo, zoo, natuurlyk! Gy zyt volgens uw
meening onschuldig, maar verbergt u toch
en laat u door een algemeen bekenden dief
en bedrieger als Engel vervolgen en angst
aanjagen?"
„Hy heeft zulk oen net van leugens om
my heen -gesponnen, dat Ik geheel hulpeloos
ben!" riep de arme man.
„Ja, hulpeloos zyt gy wel," merkte Prickett
ironisch op, „dat behoeft gy my nieU eerst
onder den neus to duwen! Hoe zoudt gü het
echter vinden, om naar Amerika terug te
keeren? Hebt gy de middelen om uw schuld-
eiscliers tevreden te stellen?"
„Neen, ik bon een bedelaar," zeide Harcourt
met zenuwachtig vertrokken golaat en door
tranen benevelde oogen. „Van myn goheele
vermogen lieb ik vyfhonderd pond gered. Is
die som verbruikt, dan weet ik niet, wat er
van my zal worden. Aan myzelven is waarlijk j
niet veel gelegen. Ik was een zwak, dwaas
monsch en moet daarvoor boeten, maar wat i
zal er van mijn dochter worden?"
„Zoo ik u een raad mag geven," zeide
Prickett, „geel u dan zelf by liet gerecht aan
on laat het proces zyn loop. Maak een nauw
keurig verslag van Engel's handelwijze, dan j
behoeft gy ire ton minste niet meer tu ver
stoppen."
„Dat kan ik niet, dat kan ik nietl" jam
merde de rampzalige. „Ik bezit geenerlei bewys-
middelon tegen hem. Do man is een duivel
van sluwheid, nu zie ik het duidelijk, maar
indertyd heb ik hem vertrouwd."
Dio woorden kwamen er haperend uit, de
stom klonk zóó mat en moedeloos, dat den
hoorder iets als medelijden bekroop.
„In elk geval ken ik myn plicht," verklaarde
Prickett. „Ik heb my'n leven in den dienst der
gerechtigheid doorgebracht en weet wat my
te doen staat. Ik moet u aangeven,"
„Zyt gy vader, mynheer Prickett?" vroeg
Harcourt eenvoudig.
„Godo zy dank, noen," liet. Prickott zich
ontvallen.
„Ja, gy moogt God daarvoor wol danken,"
zei de ander met oen zwaron zucht.
„Ik weet wat my te doen staat," herbaalde
Prickett, maar zijn toon had iets zonderling
weifelonds, „wat ik ten minste had moeten
doen, wanneer ik twee maanden vroeger van
de zaak had gehoorddoch neenDat zou
toch geon verandering gebracht hebben. Het
is de plicht van elkon burger, de wet te helpen
vervullen, dus in de eerste plaats van deD
man, dio zoolang haar brood gegeten heeft.
Mynheer Harcourt. ik moet de Londensche
politie met uw verblijf in kennis stellen en
van de beschuldiging, welke, volgens uw eigen
verklaring, u boven het hoofd hangt, mede-
deeling doen. Ik ben daartoe nu vast besloten,
maar ik geel u nog eenmaal den raad: Geef
u zeiven bij het gerecht aan. Ik zal met u
gaan, voor u in de bres springen, en er voor
zogen, dat Engel in de volgende vier en twintig
uron in hechtenis genomen wordt. Dat is een
welgemeende, eerlyke raad."
„Mag ik myn dochter spreken?" vroeg
Harcourt.
Hy was bleek en beefde evenals to voren,
maar de raad van Prickett scheen toch een
zekere manneiykheid in hem te doen ontwaken
en hy maakte niot meer zoo goheel den indruk
van een lafaard. Prickett belde en Mario
Harcourt kwam zelve, om naar zyn bevelen
te vragen. Haar haastig verschynen verried,
dat zy biykbaar voor de deur moest gestaan
hebben. Haar eerste woorden gaven ook dui-
delyk to kennen, dat zy geluisterd had.
Mynheer Prickott heeft volkomen golyk,"
zeide zy namelyk, „én u weet, hoe dikwyls ik
u reeds hetzelfde heb geraden. Ga met hem
mee, laat u dezen last van het gemoed nemen.
Wat er ook van moge komen, alles zal ge-
makkolyker te dragen zyn dan dit vernede
rend verstoppen."
„Het is immers slechts om uwentwil
„Dat was van het begin af verkeerd ge
dacht," antwoordde zy zonder vorwyt in haar
toon, „gy hadt op niets anders bedacht moe
ten zyn dan op uw eorlyken naam."
„Maar wat zal er dan van jou worden?"
riep Harcourt klagend. „Mynheer Prickott 1 U
sprak er van, dat myn dochterTn gevaar was;
zy schreef my immers op uw aanwyziging
van ernstige gevaren. Ach! De trouw jegens
haar erbarmelyken vader zal haar te gronde
richten! Wat zy ook gedaan moge hebben,
zy deed het immers slechts ter wille van my
„Ik beloof u, geon beschuldiging tegen uw
dochter in te stellen," zeide Prickett aarzelend.
„Maar zoo ik door u en haar voor den gek word
gehouden, zult gy het duur moeten boeten."
De zwakke man zonk by'na ineen; dat
Prickett zyn dochter beloofde te ontzien,
vervulde hem met zulk een dankbaarheid, dat
hy hem de handen wilde kussen.
„Onzin!" riep Prickett hoftig, en wel dos
te heftiger, wyi hy niet half zoo boos op den
ouden man kon zyn, als liy eigenlyk voor
gepast vond.
Hy hield diens ontroering voor waar et
eeriyk en geloofde, zyn oordeel en zyn
ervaringen daarin to mogen vortrouwen. Ook
boezemdo hem dezo ontroering op zichzelvo
achting in, zoolang die met mannelyko kracht
werd getemperd, maar hot luide uiten daarvan
vond hy pfjniyk, en pyniyk vond hy ook,
dat hy, de inspecteur Prickett, zich niet nog
meer daardoor voelde afgostooton.
„Houd toch met dat gejank op," snauwde
hy hem toe, „en beschouw u zei ven als oen
man, niet als een zuigeling! Is uw verhaal
waar, dan zal myn raad goede vruchten
dragen; hebt gy my belogen, dan zult gy
daarvoor uw verdiende loon krygen. Gy hebt
u zelvon een leelyko kool gestoofd en moet
die nu verorberen."
„Och, nMjnheer Prickett," zeide Marie smee-
kend. „uScan zich immers niet voorstellen,
wat m(jn vader doorgemaakt heeft, niet be-
grypen, hoe dezo maandenlange angst en
spanning hom terneergedrukt hebben!"
Dat zeggende sloeg zy haar armen om de
gebroken gestalte, welke schokte van het
snikken, en drukte zyn hoofd aan haar borst,
alsof hy werkeiyk een „zuigeling" ware
geweest
„Beste papal Vadertje! Bedaar toch wat!'
„Als gij elkaar nog iets te zeggen hebt,
moet gy den tyd gebruiken," bracht Prickett
in het midden.
Wordt vervolgd