Wetenschap en Industrie. Stofgoud. Wekeljjksehe Kalender. R£C£P T. Raadgeving. ALLERLEI. Letterraadsel. den der v reldvloot vermeld staan; daar han gen do daglijsten der soheepvaartbeweging van gisteren en heden, terwijl ginds weer de tallooze telegrammen geboekt worden, die uit alle oorden cT.-r wereld voortdurend toe- stroomen. Teven treft men er ook wonder baarlijke overblijfselen van gestrande sche pen aan. Wat op den bezoeker evenwel den dlepsten indruk maakt, is ,,Hct zwarte Boek", waarin allo mogelijke scheepsrampen onmiddellijk worden geboekt. Geen dag bijna verloopt, dat niet een schipbreuk de droevige lijst ver lengt. Do aanlcckeriïngen, in dit boek neer geschreven, getuigen van angst en helden geest, van menschcaüefde en zelfzucht, van zeemanschap en niet te verontschuldigen na latigheid, van edele opoffering en koele be rekening. Tegen die ontelbare rampen der zee kan de Lloyds slechts geldeTïjken steun, onmiddel lijke hulp stellen, doch in dit opzicht doet zij dan ook, wat zij kan. Engeland mag zich gelukkig achten op een instelling als de Lloyds te kunnen bogen. LiefdcsTcrkliiriBg-statistifk. Een modern statisticus, wien het voor zijn droeg beroep nuttig scheen, zich ook eens met wat poëtische onderwerpen bezig to hou den, heeft in zijn vryeu tijd eens nagegaan, op welke wijze in de romans en novellen van eenige bekende schrijvers de liefde ver klaard .afgebroken, aanvaard en afgewezen wordt. In 100 gevallen van verhoorde liefdesver klaringen vond dc statisticus, dat 81 rnan- ocn hadden gezegd zonder haar niet meer te lunnen leven; 72 houden de hand hunner uitverkorene vast; 60 kussen haar op de lip pen; 19 kussen haar op de rechterhand; 1 kust haar op den schedel en 2 kussen hun teer geliefde in het vuur hunner liefde zelfs op de punt van den neus. 19 kunnen van aan doening nauwelijks spreken en 2Ü hebben la ter gewetenswroeging. 12 zeggen uit den grond van hun hart: ,,Gode zij dank" en 8 zijn, naar zijzclven hebben gezegd, „onuit sprekelijk gelukkig." Bij niet-verhoorde liefdesverklaringen loo- pen 40 mannen als bezeten door de kamer of de kamer uit; 21 zeggen, dat nu het leven voor hen toch geen waarde meer heeft en dat ze er dus een eind aan moeten maken; 14 zijn geheel sprakclous en volkomen de kluts kwijt; 0 schikken zich, heel verstandig, in het onvermijdelijke; 5 willen naar Ameri ka; 3 halen als gekken de vingers door hun haar; 2 bijten zich de lippen stuk; 1 steekt de handen in de broekzakken cn fluit:',wat 'n verdriet l"; een ander schuiert behoed zaam zijn jas en broek, cn wederom een an der kijkt naar den hemel en begint le bidden. ,Van de domos weten reeds 87 vooruit, dat de persoon in quaestie haar zijn liefde verkla ren zal. 70 ziuken, vol gelukzaligheid, in de armen van den geliefde en 1 geroerd op een etoel of wat er anders klaarstaat; 14 verber gen blozend haar gelaat in de handen en 8 slaan de armen om den haLs van den man; 2 zeggen: Spreek u asjeblieft met mama", en één niest. Een 48-jarige damo verweert zich tegen 'den verlovingskus en een evenoude dame zegt: „Gewis, gaarne, maar jc moet je be hoorlijk gedragen", en een derde roept la chend uit: „Beu je gek, vent, loop naar dc pomp I" Siïihondsri! gulden voor een neus. Het was een amusante zitting van het Westminster County-court te Londen, waar de eisch tot schadevergoeding werd behan deld, door een huurkoetsier tegen den eige naar van een omnibus ingediend. Door het Openbaar Ministerie werd het geval uiteengezet. Een omnibus had een ander rijtuig omver kreeg het warm. „De inlichtingen, die ik omtrent u heb in gewonnen luiden zeer gunstig en dit gaf mij aanleiding uw annonce te beantwoorden trouwens, mijn kleine secretaris heeft het voor mij gedaan." „Neem mij niet kwalijk, meneer!" riep ik nu; „hier moot een misverstand zijn. Ik ben niet de persoon, voor wien u mij houdt. Dat is mijn vriend." Het wa3 nu de beurt van vader en dochter zich te verbazen. „Maar hoe komt u dan hier?" „Mijn vriend is Lot zijn leedwezen verhin derd; hij heeft nog verscheidene aanbiedin gen. Hij wist niet welke de rechte was cn heeft op dit oogenblik een ander rendez vous." „Een rendez-vousKom, wij praten toch niet van liefdesgeschiedenisjesHij had zul ke goede getuigschriften I" zeide papa. „Meneer, ik had niet verwacht, dat u mij zoo er in zoudt laten ioopenEn snik kend verliet het dochtertje de kamer. Met den ouden heer alleen, had ik de zaak gauw opgehelderd. Him brief had met onze advertentie niets te maken. Dc fabrikant wil de een onder-directeur voor zijn zaak enga- gccren cn had daarom laten schrijven op de advertentie van iemand, die zich aanbood. Zijn dochtertje had zich bij het adresseeren enkel vergist in het nummer der advertentie, tij had 23 in plaats van 32 geschreven. gereden, waardoor de koetsier yan het laatste van zijn bankje gevallen was en zich zó<S ernstig aan den neus bezeerd had, dat dit lichaamsdeel geheel misvormd was en voort- ruin door zijn zonderlingo gedaante het ge laat ontsierde. Was elscher gehuwd, dan was het geval nog zoo erg niet, maar indien hij nog ongehuwd was, dan was het inder daad ernstig te noemen. (Hilariteit). De koetsier had een portret medegebracht om de rechtbank te doen zien, hoe de neus er uitzag vóór het ongeluk. De voorzitter: Gij zegt, dat uw neus mis vormd is geworden, maar zag hij er zóó uit voor het ongeval? Eischcr: Ja. Den koetsier werd daarna verzocht voor de tafel te komen. Na beurtelings het portret en 's mans ge laat opmerkzaam beschouwd te hebben, zegt de voorzitter: Maar ik kan geen verschil zien. Zijt gij getrouwd? Ja. (Groote hilariteit.) De eigenaar van den omnibus voert te zijner verdediging aan, dat de koetsier met een snelheid reed van 12 mijlen per uur en op het oogenblik van de botsing juist om keek. Het einde der geschiedenis was, dat de gedaagde tot betaling eener schadevergoe ding van 25 pond sterling (300 gulden) werd veroordeeld, in plaats van 200 pond of 2400 gulden, die de koetsier had geëischt. De levensduur van dieren en -planten Het groot verschil in levensduur van dieren en planten is een verschijnsel, dat reeds me- nigen natuurkundige tot onvermoeide we tenschappelijke nasporing heeft geleid. Toch als bij meerdere problemen in de natuur, dccfc men verkeerd' de oorzaak van het ver schil in levensduur van den bodem af te wil len nasporen, waar zrj eigenlijk aan de op- pervIaKle als voor 't grijpen ligt. Ze is een voudig deze: het dier en de plant leeft Lot instandhouding der soort; zoodra deze Laak naar bchooren is verricht, heeft het geen reden meer van bestaan, het vermin dert, verzwakt en sterft. De soort blijft leven; het individu is een tijd lang de dra ger van dit leven, doch treedt uit de rij, zoodra het op andere is overgegaan. De na tuur spant alles in om het jonge geslacht sterk te maken, te ontwikkelen, totdat een nieuw geslacht verrijst, waaraan zij haar zorgen kan wijden; krachtig leeft de soort, door een telkens vernieuwde generatie ge dragen, voort; het individu, dat zijn krach ten gaf aan het nieuwe geslacht, gaat met groote schreden naar den dood toe, met den dag verzwakkend, verwaarloosd door moe der Nntaur Tn 't algemeen is de geschiktheid tot voort planting van het organisme omgekeerd even redig met zijn levensduur; uitzonderingen bevestigen den regel. Er zijn insecten, die vier of vijf maanden leven, andere, welker levensduur vier of vqf weken is; ja, er zijn er, die nauwelijks eenige dagen bestaan, zelfs die den avond van den dag niet bele ven, waarop zij zijn geboren. Dikwijl» wordt dit korte leven voorafge gaan door een lang in den toestand van larve. Een krekelsoort in Amerika verkeert vele jaren als larve onder den grond; een maal in het daglicht gekomen, plant zij zich voort en sterft binjnen enkele uren. Bij de meeste insecten volgt de dood op die voortplanting; maar zij leggen ook hon derden eieren te gelijk. De hooger ontwik kelde zoogdieren, die één, hoogstens twee jongen per jaar ter wereld brengen, leven' alle veel langer. Het arbeidsvermogen van zeewater bij vloed nuttig gebruikt. Het denkbeeld om van het hoogteverschil van het zeewater bij eb en vloed gebruikbe maken als beweeg kracht is met nieuw. Tot dusverre heeft men Het werd nu mijn taak, mij handig er uit te redden en dat viel mij gemakkelijk door de tegemoetkomende houding van den ouden heer, die mij nitnoodigdc een glas wijn met hem te drinken. Juffrouw Elsje kwam een poosje later met betraande oogen weder bin nen en zij lachte ten slotte hartelijk mede om dc kleine vergissing. Bij die gelegenheid merkte, ik, dat zij verrukkelijk lachen kon... alles wat zij deed was trouwens verrukkelijk. Om kort te gaan: de indruk was wederzijds gunstig; ik hervatte later mijn bezoek en nog eens en nog eens... tegenwoordig is Elsje mijn vrouw. Doch nu zou ik mijn vriend haast ver geten l Toen ik na een dik unr van den fabrikant en zijn dochter afscheid nam, snelde ik naar het postkantoor aan de Breestraat, waar ik niemand meer vond. Op zijn kamer zat Karl troosteloos. „Wel, heb jij je ster niet gevonden?" „Toch wel 1' antwoordde hij dof. „Wat voor indruk heeft ze op je gemaakt?" „O, een zeer nobelen indrukZij is kamermeisje bij een familie, waar ik 6oms een visitie rftoet maken." „Troost jel Talm wat met je visite: ka^ niermeisje® zijn tegenwoordig zeer ambu lant." Ik had diep medelijden met mijn vriend en- heb hem later eerlijk de advertenfciekosten vergoed. evenwel nog slechts weinig gebruik kunnen maken van dat arbeidsvermogen, vooral om de technische moeilijkheden, die zich daarbij voordoen. In Frankrijk, Cötes du Nord, bij de klei ne haven van Ploumarash, is men bezig zeer interessante proeven daarmede te nemen. Daar ter plaatse zijn, zooals bijna overal aan de kust van Bretagne, vela inhammen, die als het ware natuurlijke bassins vormen, en het verschil in waterstand bij eb en vloed is groot. Dat verschil kari op sommige plaat sen zelfa 12 meters zijn. De inrichting is ongeveer als volgt: een vijver, driehoekig van vorm en met een op pervlak van anderhalf hectare, Is van de zee gescheiden door een dijt, die reeds lang go- leden gemaakt is. In. dien dijk bevinden zich valdeuren, die wanneer zij dicht zijn, een scherpen hoek met den bodem vormen. Stijgt het water in de zee en wordt dus dc druk aan den buitenkant grooter, dan worden de deuren geopend, en het water vloeit in den vijver. Zoodra het zeewater begint té zakken, sluiten de deuren zich, omdat dan 5e binnen druk grooter is. De vijver wordt dus twee maal per dag automatisch gevuld. De deu ren, voorzien van caoutchouc randen, slui ten zóó goed, dat geen noemenswaard water- verlies plaats heeft, wanneer het bassin ge vuld is. De hoogte van den dijk is 8 meter, maar de valdeuren bevinden zich niet geheel onderaan, omdat men op den bodem van dien vijver oesters, mosselen en kreeften kweekt. Om nu een machine in beweging te bren gen wordt een valluik, dat zich in den dijk bevindt, opgetrokken, en het water vloeit door een kanaal weg. In dat kanaal zjjn wa terraderen geplaatst, die dienen om een ijs machine systeem-Pictet in werking te- bren gen. Deze machine, die dan tweemaal per dag werkt, levert 450 kilogrammen ijs per dag, dat gebruikt wordt bij het verzenden van visch. Men stelt zich voor om verder een dynamomachine in beweging to brengen voor het verkrijgen van electrisch licht. De electriciteit, door de dynamo geleverd wordt in accumulatoren verzameld en later gebruikt. Men wil nn 's zomers vooral de ijsmachine laten werken, en 's winters, wan neer er minder ijs en meer licht noodig is, de dynaraormachine. De kosten zijn niet groot. Eén man kan al het werf doen, en zoo zijn de bedrijfskosten per dag niet meer dan 10 franks. Wanneer straalt de zon de meeste warmte uit? Waarschijnlijk zullen velen op deze vraag antwoorden: „In Juli en Augustus, waDt dan hebben wij den meesten last van de warmte." En toch is deze veronderstel ling onjuist volgens do jarenlago onderzoe kingen van twee astronomen, Houdaille en Sémichou, die tot de conclusie gekomen zijn dat de sterkste warmte-uitstraling in April plaats heeft, dan tot Dec. geregeld af-en van Dec. tot April geregeld toeneemt. In Ju li cn Augustus straalt de zon maar wem tg meer warmte uit dan dn Maart. Men zal zich over deze conclusie niet meer verwonderen, als men weet, dat het verschil zoo onbeduidend is, dat ze op de verwar ming der aarde en der andere planeten na genoeg gaeii invloed uitoefent. Het verschil in temperatuur des zomers en des winters wordt veroorzaakt door den lange ren of kor- fceren duur van den zonneschijn, en den groo- tcren of kleineren hoek, waaronder de zon nestralen treffen. Bierverbruik, Een statisticus, die te veel vrijen tijd heeft, heeft uitgerekend, dat de hoeveelheid bier, die per jaar op dè ge- heele wereld wordt gebruikt, een meer van 3 3/4 mijl lengte, 1 mijl breedte en 6 voet diep te zou kunnen vullen. Daarin zouden gemak kelijk alle EngeIsch-sprekende Volken op aarde geschat op 120 mïllioen personen, kun nenverdrinken, of, om humaner te zijn, alle bewoners van Noord- en Zuid-Amerika zouden er gelijktijdig een bierbad in kunnen nemen. Wie nu nog niet den grootsten eer bied voor de statistiek heeft, krijgt dien nooit. Wie alle dingen onderzoekt En alle boeken leest, Behoudt van 't goede moog'Iijk iets, Maar wis van ?t kwade 't meest. Meester C o n s t a n t ij n. Laat ons toch niet vergeten, dat allerlei wegen voeren tob God, de verstandelijke, de mystieke, de esthetische, de zedelijke. AI acht ik voor mij den laatsten, die van droefheid voor God, van honger en dorst naar gerech tigheid de hoogste en heerlijkste, daarom heb ik geen recht te zeggen: dat is de eenige weg. P. H. HugenholtzJr. In de jougd wordt de ziel gesterkt en ge staald door tegenspoed, terwijl zij in den ouderdom er door wordt neergeslagen. Dc voorjaarsregen doet de bladeren van de boomen voor den dag komen, terwijl die van 't najaar ze doet afvallen. Vauvenargucs. De Godsidee is hoog en onuitputtelijk, maar nog hooger en on ui tp uttelijker is God zelf. En ik geloof niet, dat de alleen hoogo God zich laat ontheiligen door ons gestamel. Hij is er te hoog voor. Ik voel, dat Hij vrede heeft met onze men- pchelijke wijze van voorstellen en spreken, waar de liefde oprecht en het geloof kinder lijk is. Tn de wereld, waar de geest niet wordt belemmerd door de stof, zullen wij beteT zien cn beter kennen en waardiger taal tot onze beschikking hebben. Voorloopig laat ik mij, geen betere uitdrukking wetend, door „Gods hand" leiden langs „God6 wegen", en welk mensch zich aan die uitdrukking moge erge ren, God zelf niet, dat weet ik. Nellie van Kol. O, maar het Lijden is in zich genade voor wie zeer sterk is. Fr v. Eeden („Ellen.") Zondag. Alles, wat bijdraagt tot behoud der gezond heid, is tevens geneesmiddel in ziekte. Maandag. 'Als allen volmaakt waren, viel er voor an deren niets te dragen om den wille Gods. Dinsdag. Herinnering is, evenals de voorverbeelding, som3 sterker dan cLe werkelijkheid. Woensdag. Men kan zeggen: de jeugd is ten einde, wanneer de zorgen voor den dag van mor gen komen. 9 Donderdag. Het is een moeilijke taak voor den man, die liefheeft, alle kleine onverschilligheden, die hij opmerkt, te vergeven. Vrijdag. Zeg mij wat gij eet en drinkt en ik zal u zeggen wie gij zijt en wat gij kunt. Zaterdag. Door storm tot rust, door lijden tot zalig heid. Zoek God en leef! Waarom geklaagd? Ia 't leed zoo groot. Zoo klein de lust, Zoo min de rust, Of is er vrees voor graf on dood? Kom, bond a vast aam God en püchtl Dan komt er kracht, Dan wijkt de nacht. En vreugde straalt u toe bij 't licht. De zorg drukt neer. Wie ondervindt Dat lijden niet? Het zielsverdriet Ontmoet geen kracht steeds, die 't verwint. Wie dat wil, heeft één middel maar: Geloof aan God, Aan Zijn gebod, Aan liefde en deugd in 't grootst gevaar. Gelukkig, die de sterkte kent. Den levensmoed, Die werken doet En alle klaehten benenzendt! God geeft dien zegen aan Zijn kind. Dat vroeg en Iaat Met woord en daad Hem zoekt, Hem hoort, nog méér.Hem mint! Het versieren van taarten en ander gebak. Wil men een taart versieren met een rood figuur, of wel van een opschrift voor zien, dan klutse men roode gelei van bessen of frambozen geheel glad en effen. Hierna maakt men een klein peperhuisje van wit schrijfpapier, hetwelk men aan de eene zijde met een speld vaststeekt en waarin men van onderen met een schaar een gaatje knipt. Men doet dan de geslagen gelei in het pe perhuisje, en terwijl men daarmede de ver- eischte buigingen en krullen maakt, welke men op de taart wil aangebracht hebben, drukt men de gelei door de opening. Dit wordt niet o vergebakken. De witte versie ring daarentegen kan wel o vergebakken wor den. Daartoe neme men wit van ei en klutse dit met 125 gram zeer fijne, witte suiker, totdat het geheel stijf is en niet meer van den lepel loslaat. Vervolgens doe men het even eens in een peperhuisje over en ga er mede te werk als met de roode gelei. Gevaar door azgn-essenee. Zooals men weet, wordt in sommige huis houdens nogal eens gebruik gemaakt van azijn-essences in plaats van azijn, ook om het gemak, dat dezo opleveren. Men vult een kleine hoeveelheid met water aan naar be lieven en heeft dan steeds frisschen azijn. Dat dit evenwel niet zonder bedenking is, zal ieder begrijpen, als men nagaat, dat deze essences voor circa 80 pCt. nit watervrij azijnzuur bestaan cn in dezen vorm als ccn zwaar vergif zijn te boschouwen. Dr. Stumpf deelde daaromtrent in het „Münch. Mcd. Wochenschrift" het volgende zeer leerzame geval mede: - Een zijner patiënten had zich nit aardip-. pelen, water en azijn-essence een „salade" reid, na het gebruik waarvan hij enfl 'L£. ziek werd (buikloop, slapeloosheid, enz.) >\®i' na drie dagen stierf. Bij de sectie bleek, dat' het slijmvlies van maag cn ingewanden be langrijk was aangetast. TOOVEREN. Een vuurspuwend oi. Neem een uitgeblazen ei en .-vul dit im( ongebluschte kt£k, salpeter cn zwavel. MaalS de gaatjes met witte* was dicht, leg het ei in koud water en weldra zal het vuurspuwrjn beginnen. Van dit kunstje heeft men lo£ meeste pieizier in het donker. De kapster van Victor Hugo. Waarom gaf Victor Hugo de voorkeur aan een kap ster boven een kapper? Hijzelf beweerde, dat dc vrouwen beter het haar verzorgden en h"- orde brachten dan dc mannen. De coiffeuse zelf zeide: „Nooit heb ik een ijdeler mensch gevon den. Weet gij waar ik hem vond, als ik bij hem kwam? Voor zijn eigen buste, die op een zeer in het oog vallende plaats in het salon gezet was; nu eens met lauwerbladen, dan weer met een krans van vergulde bla»- deren getooid. Wat zijn haren betreft, de friscertang ging er uren doorheen zonder dat hij ooit voldaan was. Hij heeft zeker niet de bescheidenheid uit gevonden." Een nieuwe Pgrijsche truc. In een der eerste boulevard-restaurants te Parijs liet zich dezer dagen een elegant en zelfbewust optredend heer een dozijntje Hollandscha oesters goed smaken. Toen hij den laatsten; oester opslurpte, stiet hij een kreet uit het had niet veel gescheeld of hij had een! parel ingeslikt, een parel van buitengewone grootte I Hij laat het zeewonder dc ronde doen bij zijn tafelburen, die vol afgunst kijken. Eert der gasten zijn medeplichtige schat de parel op 7000 gulden en bicdt^zich aan er voor dezen prijs een afnemer voor te zoeken* De oester-eter wil tot geen enkelen prijs van! zijn vondst afstand doen. Om de gelukkige gebeurtenis te vieren, laat hij nu een Lucullus-diner opdisschen, waarbij Johannisbcrger en Heidsieck Mono pol e stroomen. Op het oogenblik van beta len gekomen, overhandigt de held van dölL dag den wachtenden keUner zijn kostbare parel, omdat de eigenaar deze zoo lang in pand zou aannemen, tot een deskundige zou. gekomen zijn om dc waarde te schatten. De restaurateur wacht nog steeds op do terugkomst van zijn fijnen klant, die een. di ner van een paar honderd gulden verorberd en daarvoor een nagemaakte parel ter waar de van 6 cents in betaling g g. ven heeft. Wat doet men al niet om een ambt jel Een eenvoudig man, die zoo ongelukkig wa^ dat hij om te bestaan een ambtje noodig hadr wilde bij den Raad van zijn gemeente eer verzoekschrift indienen. Nu had hij ondeo zocht naar den titel, dien hij hun gevenl moest, en vreezende, dat hij met Edelacht bare Heeren hen nog niet hoog genoeg zou aanspreken, schreef hij: „Edelzesrienbaro Heeren l" Fatale drukfout. Uit het prospectus eener nieuwe onderneming: „Bij de inschrijving moeten vijftig ten ho?v- derd onmiddellijk wordengestort, terwijl over. de rest van het bedrog later, bij gedeelten,» zal worden beschikt." Verstrooid professor: „Kijk eens, waf; heeft de schoenmaker die nieuwe schoener! van mc veel te groot gemaakt." Zijn vrouw: „Je hebt hem bij vergissing waarschijnlijk je huisnummer in plaats van het nummer van je schoenen opgegeven." Zoontje: „Ik wou, dat ik Willem van hier naast was." Moeder: „Maar die heeft geen enkel broertje of zusje." Zoontje: „Daarom juist; die hoeft nooit „een goed voorbeeld" te geven." Patroon (tot knecht): „Die boodschap heb je weer heelemaal verkeerd gedaan, 't Gaat tegenwoordig heelemaal mis met je. Als ik een idioot om een boodschap moet sturen, kan ik" net zoo goed zelf gaan." Een 3.2.1. heeft niet ieder. Een 1.3.5.10.8.6 heeft elk. Geen 11.9 zonder 10.2.3.9,.5.6. Geen 6.3.2.1. zonder melk. L 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 'k Ben treurig vermaard sinds den krijg tegen Spanje, 'k Zag sneven de hoop van den Prins van Oranje. De oplossing van heb Raadsel in het No., der vorige week is: Le-iniuiden. [De oplossing van het Raadsel in dit No.j geven wij dc volgende week.]

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 10