No. 1286G LEIDSCH DAGBLAD, ZATERDAG I F:'B:?UARI. - VIERDE BLAD. FEUILLETON. De Tweelingbroeders. Anno 1002. De Banhen-van-Leening en de huizen van verkooj met reclit van wederinkoop. In cen tc Rotterdam gehouden algeraecne ledenvergadering van do Vorceniging voor Gomeente- en Volksbelangen aldaar schetste de heer H. J. Meerkamp van Kmbden, voor zitter van het bestuur* in een inleidend woord de verderfelijke werking van de zoo genaamde pandjeshuizen. Aan de organisatie van de Rotterdaiusche Bauk-van-Leemng xnoct iets haperen dat die huizen zoo in aan tal en in bloei kunnen toenemen. Zij verte genwoordigen groote misbruiken en dienen te worden tegengegaan. Deze Vereeniging heeft daarom eenigon tijd geleden eene com missie van onderzoek benoemd, die echter haar taak niet heeft kunnen volbrengen. Haar lid, de heer Maurits van Gelder, heeft dit toen geheel alleen gedaan en zou nu, daartoe uitgenoodigd van zijn bevindmg ver- ,slag geven. De heer Van Gelder daarop het woord ne mende, begon met te verklaren dat hij zijn kennis van het onderwerp heeft geput uit de daarover bestaande literatuur; verder uit mondelinge cn schriftelijke medcdcelingen van-Leenmg to verdedigen, omdat zij krediet zoek en ervaring Op grond an een en ander verklaart hij het voortbestaan van gemeentelijke Banken van Leening tc verdedigen, omdat zij crediet geven tegen onderpand, zonder winstbejag, slechts de kosten dekkende. De gemeente heeft echter rekening te houden met uitbrei ding van bevolking en van grondgebied, daar anders particulieren zich opwerpen om het bedrijf ter hand te nemen, als wanneer het Veeltijds zoo gruwelijk ontaardt, een wooker- 1 bedrijf wordt. De pandjeshuishouder maakt dengeen die zich tot hem wendt tot zijn slachtoffer, tracht hem zijn eigendom afhau- 'VA idig te maken. De pandjeshuizen nu hebben zich te Rotterdam vermenigvuldigd. Spre ker trad in bijzonderheden, ten einde zijn beweren te staven dat daarin groot nadeel gelegen ligt. Zoo toonde hij aan dat. de pand- i jeshuizen een intrest heffen van 57 a 90 pet. Wekelijks beleende panden bet-alen nog ©norm veel meer, zelfs meer dan 200 pet. Ook wordt in plaats van een nieuw beleend pand wel eens een oud teruggegeven cn vruchteloos wordt dan daartegen zelfs de hulp van de politio ingeroepen Enorm is ook de winst die de pandjeshuizén behalen door het op- koopen van beleenhriefjes der Bank van Lec- Iiing. Spreker verwerpt ten opzichte van de Ban ken van Leening het verband met armen zorg; ook neemt hij niet aan dat in het ge bruikmaken van dio Banken schande zou zijn gelegen. Dan zou zoo veel op dat gebied schande zijn, het nemen van hypotheek en wat dies meer zij. Zij die tot verkeerde doel einden van de Banken van Leening gebruik malton,. vormen, volgens de statistiek van een 'directeur, slechts 21 va.n do 100 inleggers. Spreker geeft een historische schets ten beste van den geldhandel en woeker v(in de alleroudste tijden tot op den huidigen dag, een en ander om het wordingsproces van de Banken van Leening in het licht te stellen, alsmede de ontwikkeling die zij sedert, on dergingen, óók hier te lande. In Amsterdam, in 1614, de eerste stedelijke Bank vaoi Lec- ning teg^n kleinen intrest Rotterdam volgde in 1635. Philanthropic lag er aan ten grond slag, doch niettemin geheel iets anders dan leniging of opheffing van armoede Hoe behoort een Bank van Lccning heden te worden ingericht? Allereerst moet het komen tot decentrali satie dor Bank in groote steden. Tc Rot terdam kan het niet blijven bij eene onkelc inrichting, maar moet het komen tot het op richten van bijbanken in andorc deelen der Btad dan juist a-llcón in het centrum. Andere steden des lands (zooals o a. Leiden) deden het dan ook reeds. Zóó wordt ook cle chaos ver dreven van beleende voorwerpen, zooals die thans kan worden waargenomen. De verre af standen, die thans moeten worden afgelegd, brengen teweeg dat de mcnschcn tot de duur dere pandjeshuizen de toevlucht nemen. Voorts moet er naar worden gestreefd om <lc hoogst mogelijke beleensom toe tc kennen, hetgeen geschieden kan door een betere vor- koopgelegenheid in het leven tc roepen, een ruime veilingzaal, voor ieder toegankelijk. Verder is het een veroudrod stelsel vijftien maanden de voorwerpen te moeten beschik baar houden. Zes maanden ie heden ten dage voldoende te achten. Op die wijze wordt ook het verkoopen van beleenbriofjcs zooveel mogelijk beperkt. Eindelijk dienen administratieve hervor- mingen tc worden ingevoerd. Amsterdam gaf het goede voorbeeld tot het invoeren van verbeteringen, mot het gevolg dat het aantal pandjeshuizon er minderende is. Men blijft er naar verbetering streven, al hoewel de omzet der Bank er nu reeds aan zienlijk ia toegenomen. Spr. geeft voorts in overweging aan de Bank van Leening spaarkassen te verbinden tegen uitkeering bijv. van 2 pet. intrest. Gaarne zou hij ook de administratiekosten afgeechaft zien. Indien dat alles gepaard gaat met wette lijke voorziening, dan zal de Bank van Lee- ning vanzelf tegenover de pandjeshuizen con- currenzfahig zijn. De heer P. R. Mees, lid der Oommissie voor de Bank van Leening kan verklaren dat plannen van reorganisatie aanhangig zijn, die aan veel van de grieven der inleiders te gemoetkomen. Een nieuw verkooplokaal zal er komen; het verkoopen buiten onder een tent is sinds geruimen tijd vervallen. Het ligt in de bedoeling van den directeur voor stellen te doen om hulpkantoren in andoro wijken der stad te vestigen. De behoefte aan verbetering is gevoeld en onder leiding van den tegen woo rdi gen directeur bestaat er allo kans dat voldoende concurrentie tegen de pandjeshuizen zal verkregen worden. De heer Salomons wees er op dat voor de Banken van Leening kennis van de waarde van juweelen cn goud en zilver vereischte is Men moet thans te veel door andoren laten t-axccren; daarop kunnen belanghebbenden niet wachten en gaan dan naar de pandjes huizen. De voorzitter vroeg of het toenemen van het debiet der Amsterdamsche Bank niet soms daaraan te wijten is dat de beleening er slechts plaats heeft voor zes maanden cn dan hetzelfde pand maar weder opnieuw wordt beleend. Dc heer Van Dorp stelde de vraag of een termijn van beleening van ze>s maanden wel in overeenstemming is met de bestaande wet telijke bepalingen? Voor het overige moge die kortere termijn voor de Bank voordeelig zijn, maar niet voor hem die beleent, daar deze bij cen termijn van 15 maanden niet zoo spoedig het pand behoeft in te lossen. De inleider zette de redenen uiteen waar om zijn inlichtingen, anderhalf jaar geleden ingewonnen, niet op den togenwoordigen toestand, met den nieuwen directeur, betrek king konden hebben. Wie geeft het recht te veronderstellen dat thans niemand aan de Bank kennis heeft van de waarde van juwee len, goud en zilver? En al ware dat zoo, dan zou voor het personeel naar het voorbeeld van Amsterdam een cursus geopend kunnen worden omtrent de waarde van de beleen de voorwerpen. Te Amsterdam moge het voor werp na zes maanden wel eens opnieuw be leend worden, doch hoofdzaak is dat daar nu om den kortoren termijn veel voorwer pen beleend kunnen woTden, die bij een termijn van 15 maanden tc veel in waarde zouden verliezen. Met het belang van den inbrenger is die termijn van zea maanden niet in strijd te achten, te minder omdat het voorwerp door bijbetaling daarna weder kan worden over geschreven. Mr. Nolst Trenité, toonde aan dat er wat den termijn betreft geen eigenlijke wettelijke regeling bestaat. Dc zaak wordt boheerscht. door het Koninklijk Besluit van 1828 en het is de vraag of dat besluit wettig is. Daarom trent zal spreker er alleen op wijzen dat men zich te Amsterdam aan dat besluit niet heeft gehouden, zonder dat dit tot bedenking van do zijde der hoogere autoriteiten aanleiding heeft gegeven. Men zou dus ook elders den termijn van zes maanden kunnen invoeren. De heer Mees acht dc Banken van Leening hoogst nuttig voor velen die er met goedo be- doeling hulp b ijzoeken. Zij moeten dan ook het publiek belang dienen cn niet streven naar een lucratief bedrijf. Voor liet publiek belang behoort de termijn van beleening niet te kort te worden gesteld, opdat de belang hebbende, binnen redelijke grenzen, weder in het bezit van zijn goed kunne komen. Bij verkoop behoort hem het overschot van do meerdere opbrengst dan de schuld bedraagt, te worden uitgekeerd. Dc heer Uittenbroek, een 6chril tafercel ophangende van de schandelijke misbruiken bij de pandjeshuisjea bestaande gaf in over weging cen agitatie op touw te zetten ,om het verkrijgen van een wettelijke regeling te be spoedigen, ten einde de pandjeshuisjes, die woekerplanten, voortaan onmogelijk te ma ken. Besloten werd tot het zenden van een adres aan de Hooge Rogeering, waarin wordt verzocht om een wettelijke regeling, die aan dc clandistiene lombarden den kop indrukt. Alkeiuade. Het blok woonhuizen, 11 per- ceelen, en eenig tuinland In den Veendor- ©n Lykerpolder buiten de Bedyking, op het zuid einde van het dorp Roelof Arendsveen, welke vóór 3 weken waren opgehouden, zyn Donder dag ten overstaan van den te Oude Wetering resideerendsn notaris F. do Wit, opnieuw geveild, en publiek verkocht voor f 3950 (kooper G. Hölschor.) Bodegraven. In de laatst gehouden huig- houdelyke vergadering van het departement Bodegrave der Maatschappij „Tot Nut van 't Algemeen" zyn gekozen tot commissarissen der bewaarschool de heeren H. Ie Coultre, K. Douwea Dekker ©n C. Dekker; tot id. der Spaarbank de hesren A. Broekland en K. Douwea Dekker; tot id. der Volksbibliotheek de heeren J. A. van Ghesel Grothe en J. J. Heusdens; tot leden van de commissie voor het nazien van de rekeulng der Spaarbank de heeren W. A. de Favaugo en J. van der Schenk. By de op 28 Jan., ten overstaan van den notaris De Favaugo gebonden publieke veiling van 7 huizen met schuur, erf en tuin aan de Molenbrug, zyn drie perceelen in massa in bod gebracht op 30 30 en op f 70 afge- mynt! door den boer J. Blonk. Katwyk-aan-deii-Ryn. De Geref. Jongo- lingsvereeniging „Pred. 12 la" vierde haar 13 jarig bestaan. De eere-voorzitter der ver- •eniging ds. Meyering sprak een Inleidend woord naar aanleiding der feesten onder Israël, waarna de eigeniyke feestviering een aanvang nam. Verschillende voordrachten, samenspra ken en referaten worden ten beste gegeven, heilgroeten door afgevaardigden van zuster verenigingen, der Jongedochtersveroeniging en cier Knapenveroeniging werden uitgebracht. Bovendien werd de feestvreugde verhoogd door de Zangvoreeniging Halleluja", die onder leiding vau haar directeur den hoer P. Groen veld, uit Leiden, eenige nummers ten gehoore bracht, op een wijze, aie haar tot eer strekt. Een en ander was wel in staat om de zeer talryko belangstellenden een aangonamen avond te bezorgen. Katwijk. Het aantal houders van honden karren op 31 Dec. 11. bedroeg 71, bet aantal Zondagsscholen 4 met 1154 leerlingen; de Ryksuormaalschool tolde 1 directeur, 7 onder- wyzors on 1 onderwyzeios met 30 leerlingen. Het aantal inrichtingen, waar krachtens ver gunning sterke drank in het klein werd verkocht, was 20 of 13 beneden hot maximum. Uit do Schelpgaton aan de buitensluis alhier worden In 1901 vervoerd zk. 9400 M*. schelpen, die, uitsluitend door kalkbrandora betrokkon, ongeveer f 11,250 opbrachten. Het aantal vaccinatiön in 1901 bodroeg 307, rovacclnatiën 3, gratia werden gevacoinoerd 272 kinderen. Leiderdorp. Het Inschryvingaregistor voor do nationale militie der lichting 1903 bevat de namen van 20 loteiingen; twee daarvan hebben reden van vryatelling wegens broeder- dienst of eigen militairen dienst, terwyi óón lichaara8gebroken heeft, Het aantal lokaliteiten, waar met ver gunning sterke drank ln hot klein mag worden verkocht, bedroeg in 1902 drie. Het maximum, door do wet toegestaan, is 7. De omslag van den Slagh of grooten en kleinen Stadspolder, gelegen onder Leiden en Leiderdorp, ts gebracht van f 5.op f 4.50 per hectare. Lisse. Biykens het heden gesloten inschrij vingsregister voor de nationale militie bedraagt het aantal Ingeschrevenen voor de lichting 1908, 38. Op de lyst, bedoeld by art. 18 dor Leer plichtwet, bevattende de namen der kinderen van 7 13 jaren, die in de termen vallen om lager onderwys te genieten, komen voor 716 namen. Noorilwykerlioul. Het wil met de onder nemingen ln het café „Het Wapen van Noordwykerhout" niet recht vlotten. De voorstelling, gisteravond door een drietal Amsterdamsche sujetten gegeven, was een doorloopend échec. Men gaat naar een café-chantant nauuriyk niet als een Nurks; - maar wezenlyk, toen de zich noemende „Hollandsche karakter- humorist" bU een zyner voordrachten, in den toon van een verschrikkelyken geeuw, vroeg „Flauw, hè?" hadden we grooten lust te antwoordou met een van harte: „ja". De „Hollandsche soubrette" was nog het aardigst, ook in kleeding. Maar toen ook van haar, wegens slechte verlichting en ontstanen damp, byna niets meer was te zien, trokken zelfs onze veldwachters af. Zy zong andera niet slecht. Wat sentimen teel misschien want wy houden over het algemeen meer van opschieten dan van droomen. En weer lispelde het van haar schuchtere lippen: „De liefde! de liefdel dat is...." „Honderdzes ig met oen vierde van harten- wyf!" bulderde het door de zaal, terwUl een daarmee gepaard gaande geweldige vuistslag op een tafel de glazen deed rinkelen. Een clubje had het biykbaar aangenamer gevonden een spelletje te „pandoeren" en toen een der ledea ln de hitte van het spel heel d'aarde scheen te hebben vergeten, was dit Intermezzo het gevolg We hadden later niet het genoegen, door de dame een nieuw gezichtspunt over de liefde te zien geopend en roeds te één uur maakte de politie een einde aan het gezellig samenzijn. lij) lis burg. Voor de lichting 1903 der nationale militie hebben zich ter secretarie in deze gemeente 27 jongelingen aangegeven. Rijp wetering. Ill een lokaal van den heer H. Disseldorp, werd hier Donderdag een biljart- concours gehouden, dat eorst laat was alge- loopen, daar 17 spelers waren Ingeschreven. Do pryzen werden opvolgend behaald door de heeren J. van der Hulst, Jasper van R|jn, A. D)S8oldorp en N. Disseldorp. De heerschende toon en het herhaald applaus, waren bewyzen genoeg, dat de vele toeschouwers hot spel aandachtig volgden, vooral dat van de twee eerstgonoomden, die „meesters" op het biljart zyn, en reeds tal van prijzen behaalden. Hoölof-Arendsveen. In den nacht van 29 op 30 Januari werd hier een ergerlyko straat- echendery gepleegd. Baldadige handen hadden by een 6 tal vreedzame burgers, die ter ruste lagen, de over de Veenwetering liggende plank- bruggen vermeld en ie water geworpen en de 8teunsel8 verbroken. Tot aller tevredenheid la het de politie den volgenden dag reeds gelukt, de daders van dit snood bedryf op to sporen, die deswego wel strafwaardig zullen worden bevonden. De tooneeluitvoeringen van de Pancratiua- vereeniglng op 27, 28 en 29 Januari II. ln do groote zaal alhier, die van heinde en verre bezocht worden, schier geen plaats bleef onbe zet, behooren wederom tot het vei ledene. Op gevoerd werd „Guido van Lusignan" treurspel in vyf bedrijven van prof. J. W. L. Smit, af gewisseld door toepasseiyke reizangen (gediri geerd door den heor J. Hendrix, hoofd der school), woorden van prof. H. Taskin, muziek van prof Jansen. Het stuk speelt in de vlakte van Esdraölon. Onder de leus: „God wil het" waren uit verschillende lauden van Europa ridders, kruisvaarders geheeten, opgetrokken ten stryde om de heilige stad Jeruzalem uit de macht der Turken te bevryden. Dit was gelukt en de stad Jeruzalem met omstreken werd een Christen Komnkryk. De laatste koning van dit Chrlstenryk Guido van Lusignan be steeg in 1180 den reeds waggelenden troon, en werd gedwongen kryg te voeren tegen den befaamden Saraceenschon aanvoerder Sala- dyn, die het ryk wederom onder de macht dor Turken wilde brengen, enz. De moraal van het stuk geeft koning Guido in zyn toespraak tot zyn beide zonen, waar mode hy ook het stuk eindigt: Gy hebt geleerd hoezeer de tweedracht Is [te vreezon, Hoe dapperheid niet baat, wanneer do [twist regeert, Maar over elk gevaar de liefde triumfoert. De executanten bleken geheel voor bun rollen berekend, het decoratief was schoon, terwyi vooral de reizangen prachtig waren en van dsgelyke studie getuigden, dank zf) do voortreffelijke leiding van den heer Hendrix. Nassonlieim. De vereeniging van arbeiders in de Bloembollonkweekery „Een zy ons Doel" zal 7 Februaii a. s des avonds te zeven uren een vergadering houden in hot lokaal van Mej. Baartman. Als spreker in die vergadering zal optreden de heer A. Kapteyn, uit Haarlem, met het onderwerp: „Christelyko organisatie als rem In do arbeidersbeweging". Gemeenteraad van Noordwykerhout. Aanwezig de voorzitter en alle leden be halve de heer J. Warmerdam De voorzitter opent de vergadering cn laat cle notulen lezen, die worden goedge keurd. Hij doet mcdedeeling van eenige ingeko men stukken, waaronder een dankbetuiging van het hoofd der school in de Zilk voor do verhooging van zijd salaris met 100, welke voor kennisgeving wordt aangenomen; een adre© vaD de oommissie tot wering van schoolverzuim om de vergoeding voor haar werkzaamheden tot dusverre toegestaan voor on bepaal den tijd te blijven continueeren, waarloc wordt besloten; een adres van den heer P. J. Suykcrland, aannemer van den verbouw van de school in de Zilk, met ver zoek om algeheele uitbetaling van de aan- nerningssom. De voorz. lichtte dit adres toe. Hij deelde mede, dat het werk door onvoorziene om standigheden 19 dagen te laat was opgeleverd maar goed was gemaakt zoodat dc gemeento- opzichtor, de heer Overmecr, voor wiens be moeiingen hij niets dan lof had, werd gead viseerd, in dit geval de boete a 10 per dag niet toe te passen. De wethouder Pennings stelde voor den heer Overmeer voor zijn toewijding een extra be loon in,g te geven en deze te vinden uit de ƒ190 boete. Hiertegen verzette zich de voorzitter, die daarvoor andere plannen zei te hebben. Het voorstel om do boete niet toe te passer» werd daarop aangenomen. In de vorige vergadering was besloten het hoofd der school in het dorp nog een onder wijzeres toe te voegen. De voorz. deelde mede dat uit de 26 solicitanten een drietal was uitgenoodigd tot het geven van een proefles cn ya ingewonnen inlichtingen de volgende nominatie den Raad kan worden aangebo den: No. 1 mcj. A. C. L. de Grave te Haar lemmermeer, No. 2 mej. M. G. de Wit, te Amsterdam, No 3 mej. J. S. Hermes, te Hilversum. Met algemeene stommen werd daarop be noemd mejuffrouw De Grave. Vervolgens deelde de voorzitter mede, dat wegens den grooten toevloed van leerlingen do openbare school in het dorp te klein is geworden. Bij den eerstvolgcndcn cursus zul len 159 leerlingen moeten plaats vinden in de drie lokalen dio daarvoor niet zijn inge richt. Hij stelt daarom voor den heer Over meer nu reeds opdracht te geven bestek en tcckcning te maken, om tijdig klaar tc zijn bij een noodwendige verbouwing. De heer G Warmerdam vraagt of het oude schoolgebouw niet weder in gebruik kan wor den genomen, waarop de voorz. antwoordt., dat bet schooltoezicht, wegons den afstand onoverkomelijke bezwaren heeft. Volgens liet voorstel van den voorz. wordt aldus besloten. Daarna worden alle voorgestelde af- cn overschrijvingen, aan- en toevoegingen op do be.grooting over 1901, zonder discussie goedgekeurd. Bij dc rood vraag wenscht de wethouder de heer Pennings, te weten, waartoe toch de rooiing diende van de mooie boompjes vóór het oudo schoolgebouw. Hierop deelde dc voorz. mode, dat in dc toekomst aan dat plein waarschijnlijk een bestemming zou worden gegeven en dat dio boompjes, nu nog verplantbaar, uitstekend konden worden gebruikt voor do begraaf plaats waarheen ze dan ook waren overge bracht. Daarop werd de vergadering gesloten. 67i May had haar blozende kleur verloren, en haar gelaat droeg de sporen van smart; doch toen ze haar oom zag, deed zij een poging om te glimlachen, en een weinig van haar oude opgewektheid keerde terug, nu zij haar oom vertelde, dat de dokter er geweest was en ge zegd had, dat haar moedor aan de beterhand was en weer uit mocht. De lucht zou haar goed doen. ,,Ik heb geprobeerd, mama over te halen, een wandeling te gaan doen", zei May, t,ma£r ze wil niet. Zie u eens, oom, wat u gedaan kunt krijgen." sIk kan het niet doen, Richard!" zuchtte .mevrouw Alison, ,,'t Is mij, of ik nooit meer onder-do oogen van vreemden durf komen; of ie-dcr mij zal nawijzen als de vrouw van... O, Richard, 't is verschrikkelijk 1 Kunnen wij niet weggaan... ver van Engeland... ergens, ,waar onze schande niet beleend is?" ,,Armc Marion 1" zei de kapitein. „Neen, 'dat kunnen wij Diet doen... ten minste nu nog niet. De Hemel weet, dat ik doe wat ik kan, om je zooveel mogelijk verdriet te spa ren; maar wij kunnen Engeland niet verla- fton; mijn zaken houden mij hier nog terug." ,,0, wat is het lot wreed I" zei Marion met tranen in de oogen. Ik ben, helaas, mach teloos; ik kan niets doen, eD toch geloof ik, ;.dafc Stephen onschudig is, zoo goed als ik aan den Hemel geloof 1" Haar broeder stond besluiteloos. Mocht hij haar vertellen, dat John Alison te Londen was; dat John Stephen had gezien op don avond \oor diens dood cn van zijns broeders lippen het verhaal had gehoord, dat diens onschuld aan het misdrijf duidelijk bewees? Dat zou haar ten minste een 6traal van hoop geven. ,,May," zei hij, ,,ik begrijp, waarom mama nog niet uitgaan wil. Maar jij moet eens in de lucht. Kom, ga dadelijk een beetje wande len, anders wordt je ziek." May stond op en kuste haar moeder tee- der. Zij wilde wel naar buiten; zij was aan de frissche lucht gewend, zij zag gaarne den blauwen hemel boven haar hoofd, en zo had nu dagen lang tusschen vier muren gezoten. .Ik ga een poosje wandelen," zoi het meis je, „maar ik kom gauw terug, mama... heel gauw." Toen May weg was, schoof de kapitein zijn stoel dichter bij dien van zijn zustor. ,,Ik moet je iets vertellen, Marion," sprak hij, „iets, dat. je hoop zal geven." „O, spoedig 1 Wat is er?" „Geduld, lieve, en bouw niet te veel op wat ik je zal zeggen. Maar ik heb iemand gezien: John Alison." „John!.. Is die hier... in Londen?" „Ja, hij is teruggekeerd als een rijk man, ouder een anderen naam." „Maar wat kan John Alison voor ons doen O, je bedoelt: met geld?..." „Neen. Hij is al een poosje terug. Hij was bij... Stephen, op den avond van diens dood. „Bij hem?" ,,Ja; dat heeft hij nuj verteld, en hij heeft geen roden, op dat punt te liegen." „Hij was bij mijn armen Stephen! En hij ging heen... en zweeg? Ach, wat moet dat al lee beduiden 1" ,,'t Beduidt, dat John Alison te laf was om voor een rechtbank te vorecliijnen en to vertellen, wie hij was. Maar hij zegt, dat Stop hen, toen hij van den moord op lord Charlton hoorde, hem al la beeft verteld genoeg om te bewijzen, dat je man onschuldig was." „Dan moet de wereld dat weten I Dan moet John Alison spreken I Jij moet hem daartoe dwingen... je moet aan de kranten berioht zenden...." „Stil Marion, blijf kalm. Ik wil doen wat ik kan; doch op het oogenblik hebben wij niets dan Johns verklaring. De menschen zullen vragen naar bewijzen." „Ja, ja; maar welke bewijzen kan hij ons verschaffen „Hij zegt, genoeg van Stephen te hebben vernomen om het ontdekken van den waren schuldige te kunnen bewerken." „O, als dot kou gebeuren I" „Hij zwoer mij, dat het kan, en ik zal mijn best doen om hem te helpen. Er is hoop, Marion, een weinigmaar je moet je verwachtingen niet te hoog spannen." „Hij weet toch, dat Stephen onschuldig was!" riep Marion; „hij hoorde het van diens eigen lippen; hijo, broeder, ik moet John ziendadelijk! Hij hoorde de laatste woorden van mijn echtgenoot; hij moet ze voor mij herhalen. Ik moet hem zien „Neen, Marion, dat kan niet." „Het moet I Ik zal hem smeeken, ik zal hem dwingen, recht te doen aan Stephens nagedachtenis. Hij deed hem onrecht bij zijn leven; hij mag hem geen onrecht meer doen na zijn dood I Zeg mij, waar is hij „Neen, neen 1" „Als je mij er niet wilt brengen, ga ik zelf naar de politie; die zal hem we) weten te vinden." Do kapitein gevoelde, dat hij niet kon wei geren. „Goed, Marion," sprak hij, „morgen zal jc Alison zien." '8 Morgens na het bezoek van sergeant Verity stond Stephen laat op. Hij had van den geheelcn nacht maar een kort poosje ge slapen. Nu hij zichzelven bekend gemaakt cn alles aan den detective geopenbaard had, begreep hij, wat hij waagde met die bekentenis. Hij sloot de oogeD cn zag zich reeds ge vangengenomen on voor den rechter ge bracht. Hij hoorde het ijveren van deD ambtenaar van het openbaar ministerie, on bet bewijs van zijn schuld scheen onweer legbaar Hij rees overeind en trachtte de somber© gedachten van zich af tc schudden, maar het wilde hem niet gelukken. Hij gevoelde, dat hij zich had overgegeven en vroeger of later op de bank der beschuldigden zou te recht komen. Wat kon hij eigenlijk be wijzen 'tWas ongeveer elf uren, toen Clement Hansell verscheen in de .bibliotheek, waar zijn secretaris hem een stapel brieven gar. 't Was dc gewone correspondentie, die een rijk man ontvangt. Ongeduldig schoof hij ze op zijde. Avory zag, dat hij in geen opgewekte stemming was, en stelde voor, een wandeling te gaan doen. „Neon, Avory," zei Hansoll, „ik ga n!ot uit; ik gevoel my onwèl.Laat my van morgen liever alleen en kom in den namiddag terug." De jonge man ging en Stephen verviel in somber gopeins. Hy was zeer zenuwachtig; goon geluid ontging hom, en zoo dikwijls er gebeld werd, schrik to hy op. Langzaam kropen do uren voort. Hy kon niet lezen, met werken; zyn lunch liet hy onaangeroerd. Hij kon enkel denken, en dat denken maakte hoiu gek. Tegen drie uren ongeveer verraste hem do slaap, en hij dommelde even in; doch spoedig schrikte hy wakker door het binnenkomen van een knecht. Deze kwam zoggen, dat kapitein Halford er was. Stephen stond haastig op. 't Was een ver lichting voor hem, dat er iomand verscheen, met wien hy kon sproken over do zaak, die hem door hst hoofd spookte. De deur werd goopend en Halford trad binnen. Doch hy werd vergezeld door eon dame, in zwaren rouw en gesluierd. Eer Stephen een woord had kunnen uilen, kwam de damo op hom toe. „John Alisun," begon z\|; toen aloog zy de oogen op naar het gelaat van den rnan, dio als verbystero voor baarstond Zij slaakte een kreet, wankeldo en viel in z'yn uitgesproide armen. „Stephen!" snikte „Stephen, mijn man 1" Dennis Avory, die binnengekomen was, meer.endo, dat zyn principaal alleen was, boorde den kreet en do woorden. Hij en do kapitein staardon elkaar aan in stomme ver bazing. Marion lag bo ecfcl genoot.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 11