N\ 12831
Vrijdag SO December.
A«. 1901.
(Qeze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zpn- en feestdagen, uitgegeven.
Nieuwjaarsbriefkaarten.
feuilleton.
De Tweelingbroeders.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT
Voor Loiden por 8 maanden 1*10.
^Buiten Leiden, per loopor en waar agenten gevestigd zyn g 1.80
Franco per post1-65-
PBIJS DEE ADVEETENTIÈN:
Van 1—6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Grootero
letters naar plaatsruimte. Voor hot incasseeren buiten de stad
wordt ƒ0.05 berekend.
Niettegenstaande wy een groot getal brief
kaarten in voorraad hadden, la onze bereke
ning van het benoodigde aantal wy beken
nen het rondweg verkeerd geweest.
Reeds om éón uur was onze voorraad gister
middag uitverkocht.
Echter is een nieuwe oplaag besteld, die,
naar wy hopen, reeds in het begin der volgende
'week zal worden afgeleverd.
Men beware het bewya om deze af te halen I
Ofticleele lieauisjgeviugf.
Kamer van Arbeid voor de
Textielnijverheid.
Burgemoester en Wethouders van Leiden:
Gezien de Wet op de Kamers van Arbeid en
let Koninklyk besluit van Januari 1898 (ötsbl.
No. 20) tot vaststelling van een kiesreglement
voor die Kamers;
Herinneren de hoofden of bestuurders van de
navolgende bedrijven:
de spinnerijen, weverijen, ververijen, bleekerijeD,
en drukkerijen van wol, katoen of linnon, de
katoenvlecbterijen, de nettenmakeryen, de breie-
rijen, de watten-, kapok- of veerenbereiderijen, de
zadelmakerijen, do vellenblooterijen, de leerlooie
rijen en de zeemlederfabrieken; het vervaardigen
van kleederen, hoeden of schoenen; de wascb- en
de strijkinrichtingen en de kleedermakerijen,
aan hun verplichting om vóór 15 Januari a. 8
een lijst of zoo noodig lijsten op to maken van
de namen en voornamen der mannelijke en vrouwe
lijk* personen, die in hun bedrjjf binnen het gebied
der bovengenoemde Kamor van Arbeid (.welk
gebied zich alleen uitstrokt over de gemeente
Leiden) als patroons ot in hun dienst als work-
lieden werkzaam zyn geweest gedurende het
laatstvorloopen kalenderjaar en om die lyst of
lijeten voor 15 Januari a. s. aan hun college in te
zeoden.
Onder patroons verstaat de wet de hoofden of
bestuurders van een bedrjjf waarin ten miDste
één persoon boven de twintig jaren tegen genot
van loon werkzaam is, en allen, die op het beheer
der hoofden of bestuurders toezicht houden, be
nevens de procuratiehoudors en de personen,
die bij ontstentenis van het hoofd of den bestuur
der van het bedryf, dat hoofd of dien bestuurder
vervangen.
Onuer werklieden verstaat de wet allo anderen,
die tegen genot van loon in een bedrijf werkzaam
zijn, behalve degenen, die geheel of gedeeltelijk
gezag over anderen uitoefenen.
üp die lijsten mogen niet vermeld worden zij,
die gedurende het laatstverloopen kalenderjaar niet
binnen het gebied der bovengenoemde Kamer van
Arbeid, bij hetzelfde hoold of deozelfden bestuur
der zijn werkzaam geweest.
Op de lijsten behoeven niet vermeld te worden
zy, die geen ingezetenen des Rijks of geen Neder
landers zijn, of op den 15den Februun a. s den
leeftijd van 25 jaren niet zullen hebben bereikt.
Zij, die gedurende het laatstverloopen kalender
jaar niet in het bedrijf van hetzelfde hoofd ef
denzelfden bestuurder zjjn werkzaam geweest en
die aanspraak kunnen maken om op een kiozors-
lijst voor bovengenoemde Kamer van Arbeid te
worden geplaatst, zijn bevoegd daarvan vóór 15
Januari a. s. aangifte te doen bij Burgemeester
en Wethouders voornoemd.
De formulieren dezer aangiften, zoomede die der
lijstenzijn kosteloos voor belanghebbenden ter
gemeente secretarie verkrijgbaar.
Voorts worden de hoofden en bestuurders van
de hierbovengenoemde bedrijven er, voor zooveel
noodig, aan herinnerd.dat het opmaken en mzendon
der lyston een verplichting is tegen wier Diet-
nakoming straf is bedreigd bij artikel 42 der wet
op de Kamers van Arbeid, luidende als volgt:
,Hij, die wederrechtelijk niet voldoet aan een hem
nin eenigen krachtens deze wet uitgevaardigden
palgemeenen maatregel van bestuur opgelegde ver-
plkhtingwordt gestraft met hechtenis van ten
Jioogste veertien dagen of geldboete van ten hoogste
pvijf en zeventig gulden."
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
17 Deo. 1901. VAN HEYST, Secretaris.
Art. 13 der Millttewet laid! als volgt:
Voor de militie wordt ingeschreven:
lo. ieder minderjarig mannelijk Nederlander,
die binnen hot Rijk, in het Umtsche Kijk of in
het Koninkryk België verblyf houdt,
2o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander,
wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk,
in het Duitsche Rjjk of in het Koninkryk België
woonplaats heeft,
3o. ieder meerderjarig mannelijk Nederlander,
die binuen het-Kyk, in het Duitsche Rijk of in
het Koninkryk België woonplaats heeft,
4o. ieder mannelijk ingezetene met-Nederlander,
zoo hij op den laten Januari van het jaar het
19de levensjaar was ingetreden en niet verkeert
in oen der by art 15 omschreven gevallen.
Ingezetene is, voor de toepassing van het be
paalde hierboven onder 4o.
A. de binuen het Ryk verblijf houdende minder
jarige met-Nederlander:
a. wiens vader, moeder of voogd binnen het
Ryk woonplaats heeft en haar gedurende de
voorafgaande achttien maanden in het Ryk of de
koloniën of bezittingen des Rijke in andere wei eld-
deelen gehad heeft;
b. van wiens ouders de langstlevende by zjjn
of haar overlijden in het hierboven onder a om
schreven geval verkeerde, al verkeert zijn voogd
niet in dat geval of al ia deze buiten 's lands
gevestigd;
c. die door zjjn vader, moeder of voogd ver
laten is, of die ouderloos is of in wettelijken zin
geen vader of moedor heeft en van wien niet
bekend is dat hij een voogd heeft, indien hij
fedurende do voorafgaande achttien maanden in
et Rijk verblyf gehouden heelt;
B. de meerderjarige niet-Nederlander, die binnen
het Ryk woonplaats heeft en h;tar gedurendo
do voorafgaande achttien maanden in het Rijk of
de koloniën of bezittingen des Kyks in andere
werelddeelen gehad heeft.
Voor minderjarig woidt voor de toepassing van
de bepaalde hierboven onder A gehouden hij, die
minderjarig is in den zin der Nederlandscho wet.
Voor meerderjarig wordt voor de toepassing van
het bepaalde hierboven onder B gehouden hij,
dio meerderjarig is in den zin van voormelde wet.
Leiden, 20 December.
Het Modern-Tooneel ensemble, dat Zondag
a. 8. in den Schouwburg het burgerlijk treur
spel „Hinrich Lornsen" zal opvoeren, zal by
een groot gedeelte van de Schouwburgbezoekers
nog onbekend zyn.
Daarom een enkel woord ovor de samen
stelling van dit gezelschap.
Verscheidene artisten, die zich met de leiding
van den heer Johan Mulder als directeur van
den Tivoli Schouwburg te Rotterdam niet
konden vereenigen, vormen dit nieuwe
ensemble. Zy wistenmet den heer Mulder
meegaan leidt tot voortzetting van den een
maal ingeslagen weg. Kunst alzoo op 't achter
touw. Buitenlandsch product van verdacht
allooi, hoofdschotel. En daartegen protesteerden
de jongeren; de jongeren, die do kunst werke-
lyk liefhebben. Zoo kwam een vereeniging
tot stand van 4e navolgende artisten; mevr.
G. van Warmelo Faassen, mej. B. v. Berkel,
mej. Chr. Staas, mej. N. Wertwyn, en de
heeren M. Meunier, M. v. Warmelo, enz. De
heer W. v. Santen ia letterkundig adviseur.
Sedert 6 December is ook de heer Frits
Bouwmeester tot het gezelschap toegetreden.
Aller streven zal zyn werkeiyk kunst te
leveren.
De opvoering van „Hinrich Lornsen" ls
hiervan het bewys. Moge dit jonge, krachtige
gezelschap, dat zeker aller sympathie verdient,
ook hier door een goede opkomst van het
publiek worden gesteund.
In de derde Winterlezing, welke gister
avond in do klsine zaal van het Nutsgebouw
plaats had, trad als spreker op ds. A. J. A.
Vermeer, van 's-Gravenhage.
Aan de hand van dr. Burgeredyks voor-
treffeiyke vertaling van de werken van
Shakespeare, behandelde spr. Shakespeare's
„Hamlet", het meesterwerk van den grooten
kunstenaar. HjJ besteedde er den avond hoofd-
zakeiyk aan met ons in kennis te stellen
met den inhoud van „Hamlet", hier en daar
met nadruk den vinger leggende by hoogst
interessante gedeelten.
Zóó werden de helden uit de tragedie levend
voor ons en bereikte spr. het door hem voor
gestelde doel in dit werk van Shakespeare
oen spiegel ons voor te houden, ook terug
kaatsende beelden uit onzen tyd, die ln menig
opzicht zooveel overeenkomst heeft met dien,
waarin Shakespeare zyn „Hamlet" schiep.
Zóó kwamen we weer tot de ervaring, dat
onder alle omstandigheden des levens, ln alle
tyden, de mensch mensch ls, al komt het
ons dan ook menigmaal voor, wanneer wy de
portretten van een 60 of 70 jaar geleden zien,
als waren de menschen van toen van een
ander maaksel dan die van nu; zóó bleek ons
ook nu weer duideiyk de waarheid van het
„niets veranderlijker dan een mensch", maar
ook de waarheid van het: „er is niets nieuws
onder de zon", waarby wy byv. denken aan
de afbeeldingen van onze voorouders van een
eeuw geleden, op wie wy, niet het minst in
ons uiteriyk, zooveel geiyken.
Spr. wees voorts op den schat van levens-
wysheid ln „Hamlet"; op de steeds toege
nomen belangstelling in het schoone werk;
op den „Hamlet"-stryd en hot „Hamlet"-vraag
stuk; op het boeiende van den „Hamlet" om
de daarin voorkomende karakterteekeningen.
Door deze lezing zal zeker opgewekt zyn
het verlangen om, by aanvang of by vernieu
wing, kennis te maken met den „Hamlet" ln
zyn geheel.
De Commissie voor de Yolksbyeenkomsten
had het voorrecht gisteravond in haar vierde
byeenkomst te zien optreden haar oud-voor
zitter den heer M. van Kleeff, die zich wel
willend bereid had verklaard, wederom een
spreekbeurt te vervullen.
Vóór de pauze gaf spreker ons een novelle
van eigen band: „Adeldom verplicht". De
voordrachten na de pauze bestonden uit:
„'t Haantje van den toren", van De Geneetet,
en „Bevestiging", van Laurillard.
Met byzondere aandacht werden deze verschil
lende voordrachten door het trouw opgekomen
publiek gevolgd, dat ook door groote stilte
tydens het optreden van den spreker heeft
getoond, dat het deze byeenkomsten op prys
weet te stellen.
Heden had onder leiding van den kolonel
jhr. L. F. A. van der Goes, commandant van
hot 4de regiment infauterie alhier, een tac
tische oefening op de kaart plaats voor de
hoofdofficieren van het regiment. Morgen wordt
deze oefening voortgezet.
Onze stadgenoot de heer B. Helnrlch
Gebhardt, als muziekdirecteur, pianist, violist
en klavier componist wel bekend, is tot
Loctor der muziek benoemd door „the Director
of the Grand Conservatory of Musik of the
City of New-York."
Naar men ons uit Nieuw-York verder meldt,
worden zyn composities in Amerika gespeeld,
vooral zyn Sonate voor viool en piano, Romance
voor viool en piano, en zyn groote Sonate
voor plano-solo. Als liedercomponist is hy
daar zeer gezocht.
Voor de akte wiskunde Ki (Middelb.
Onderwys) is geslaagd de heer J. K. H. van
Willigen, van Leiden.
Z. K. H. de Prins der Nederlanden bracht
gistermiddag ook een bezoek aan het „Maison
Drouol" van de heeren Wesser en Co. in de
Lange Houtstraat te 'e-Gravenhage. Door de
directeuren rondgeleid betoonde de Prins zyn
ingenomenheid ten aanzien van de Friesche
industrie. Prins Hendrik deed verschillende
aankoopen.
By beschikking van den minister van
marine ia de heer J. W. Smit, met ingang
van 1 Januari, benoemd tot klerk by 's Ryks
werven, en geplaatst by 's Ryks werf te
Amsterdam.
De luitenant ter zee 2de klasse A. Goe-
koop en de officier van administratie 2de
klasse K. van der Helden worden met 28
dezer geplaatst respectieveiyk aan boord van
Hr. Ma. monitor „Reinier Claeszen" en aan
boord van Hr. Ms. artillene-instructieschip
„Bellona".
De tweede luitenants der mariniers H. Wil-
lem8 en V. F. M. IJssel de Schepper worden
met 3 Januari geplaatst respectieveiyk aan
boord van de wachtschepen te Willemsoord
en te Hellevoetaluls.
De adelborst lste klasse by de Konink-
lyke Nederlandsche marine-reserve P. Scheltes,
dienende aan boord Hr. Ms. monitor „Reinier
Claeszen", en de buitengewone adelborst by
die reserve J. B. Broekman, dienende aan
boord Hr. Ms. instructieschip „Gier", worden
respectieveiyk met 2 en 1 Januari van hun
plaatsing ontheven.
De opening der zittingen van de Staten-
Generaal zal hoogstwaarschyniyk in het vol
gend jaar niet meer in de vergaderzaal der
Tweede Kamer plaats hebben. De dusgenaamde
Ridderzaal (Grafeiyke Hofzaal) zal voor dat
doel en verder voor de vereenigde vergaderin
gen der Staten Generaal worden bestemd. (D.)
Het centraal bureau voor de statistiek,
thans gevestigd in de lokalen van het ministerie
van waterstaat, gelegen onder do vergaderzaal
van do Eerste Kamer der Staten Generaal, zal
met Mei a. s. zyn lokalen weer moeten afstaan
ten dienste van genoemd departement.
Vanwege het ministerie van binnenlandsche
zaken, waaronder de statistiek ressorteert,
worden nu onderhandelingen gevoerd over het
bestemmen van een in den omtrek van het
Bezuidenhout vrykomend groot pand tot huis
vesting van de statistische bureelen.
De Haarlemsche trammaatscbappy vraagt
concessie aan Haarlem en Bloemendaal voor
een paardentram of een eleotriscbe tram van
den Zyiwëg en den Overveenschen weg naar
Bloemendaal.
In een vergadering van de Haarlemsche
huishoud- en Industrlesohool, Donderdag
middag gehouden, werd goedgekeurd het aan
gaan van een hypothecaire obligatieleening,
groot ƒ50,000, waarvan reeds f 47,000 is
geplaatst, voor de stichting van een nieuw
gebouw.
De by het 8ste reg. inf. benoemde kap.
J. H. F. graaf Du Monceau is bestemd voor
het 2de bat. te Deventer.
De kapt. van den generalen staf A. R.
Ophorst, die naar zyn wapen ls teruggeplaatst
en ingedeeld by het 4de reg. vest.-art., biyft
to 's-Graven hage ln garnizoen.
De kapt. P. J. Kouwenberg, van het reg.
gren. en jagers te 's Gravenhage, is benoemd
tot olflcier ln de orde van Simon Bolivar.
Op de voordracht voor leerarea in de
gymnastiek aan de moisjes-H. B. S. te Am
sterdam, noodig geworden wegens het nieA
aannemen van hare benoeming door mej. P.
9. L. van Deinse, te Groningen, staan: mej.
J. C. Greeter, tijdelijk leerares in de gym
nastiek aan de H. B. S. voor meisjes aldaar;
mej. G. A. Küsdonk, leerares in de gym
nastiek aan de middelbare meisjesschool, te
Leeuwarden; mej. V. Visser, onderwijzeres
in de gymnastiek aan een O. L. 8. te Am
sterdam.
B. en Ws. stollen den gemeenteraad voor
het salaris van den onlangB in dienst getre
den lector in de artsenijbereidkunde aan def
gemeentelijke universiteit, den lieer P. van
dor Wifclwn, te verhoogen van f 1500 r i
f 2500.
Louis Bouwmeester heeft gisteravond
ln den stadsschouwburg te Amsterdam zyn
40-jarig tooneel-jubileum gevierd.
Het was over halfeen, toen door den jubilaris
zelf het laatste woord gesproken was, een
woord van harteiyken dank voor den schitte
renden avond, hem bereid. De hulde, Louis
Bouwmeester op zyn 40-jarig tooneelfeest
gebracht, heeft dan ook op welsprekende
wyze getuigd van de hooge schatting, waarin
hy als kunstenaar staat by publiek en collega's.
Ten eerste vond hy te zyner eere een
prachtige zsal met menschen, want ieder
was in galal En by zyn eerste opkomst ln
het drama „Herodes" rees het publiek te
zyner huldiging van zyn zitplaatsen en jubelde
hem met geestdrift toe. De groote betooging
aan het slot van den avond werd ingeleid
met een toespraak van den president van
den raad van beheer, den heer De Wfis, die
Bouwmeesler een prachtigen zilveren lauwer
krans overhandigde. Toen sprak de heer Fabius
hem toe namens het comité uit kunstvereerders
en bood hem oen compleet salonameublement
uit het modelhuia van Legrand aau, met
bybehoorende tapyten, gordynen, behang, enz.
De heer De Leur overhandigde den kunstenaar
namens kunstbroeders en -zusters een horloge
in een etui. Ontelbaar waren verder de kleine
huldebewyzen ln allerlei vorm en kranseL
ook van elders, o. a. van Faassen en Dinfc
Haspels, uit Middelharnis, van de Rederykers-
kamer „Vreugdendal" uit Breda.
Nog was het feest niet afgeloopen. De
jubilaris had zyn vrienden en de commissie
leden genoodlgd in een bovenzaal vaQ
„American" te komen; daar recepieerde hy;
de eerewyn stroomde; en hoe langer het
duurde, hoe vrooiyker gestemd men zich bego»
te voelen.
Een op 22 Juli le Beriyn tusschen Neder
land en Duitschland gesloten verdrag betref*
fende het tot stand brengen van kabelverbin
dingen met hun koloniale bezittingen in Azlft
bevat, naar de „N. R. O." vorneemt, o. a. het
beding, dat geschillen over de uitlegging of
uitvoering van het verdrag, die niet door onder,
handelingen kunnen worden it dm weg
geruimd, aan de beslissing van het perma
nente hof van arbitrage te 's-Gravenhage
zullen worden opgedragen. Dit is de eerste
internationale overeenkomet, waarby dergeiyk
beding met betrekking tot het pei^anente
hof ls gemaakt.
Het stoomechip „Gouverneur" (uitreis)
vertrok 18 Dec. van Zanzibar; de „Kronprinz"
(thuisreis) vertrok 18 Dec. van Aden de
„Amsteldyk", van Amsterdam en Rotte- iam
naar Newport-News", arriveerde 19 Dec. te
Nieuw-York; de „Koningin Wlihelmina", van
Batavia naar Amsterdam, arriveerde 19 Dec. 1
te Genua; de „Rhypeus", van Batavia n2ar
Amsterdam, passeerde 18 Dec. Gibraltar.
Valkenburg. Notabelen der Ned.-He»
Gemeente herkozen in hun vergadering van
gisteren als kerkvoogd den heer Johs. Binnen
dUk Dz. e
De heer H. Zyderveld heeft zyn benoeming
tot ouderling na eenig beraad aangenomen.
17)
„Ik kan 't niet doenl" zei hy by zichzelven
<oa lang nadenken; „'t is onmogoiyk: een
liedjeszanger I Goede hemel I wie zou gedacht
hebben, dat zoo'n meisje een meisje van
de Koninkiyke Academie de dochter zou
z\jn van een man, die op de banjo speelt by
wedrennen?"
Cecil wilde juist heengaan, toen een hand
,op zyn schouder werd gelegd; hy keek om
en zag een man, met deftig voorkomen,
donker uiteriyk en tusschen de veertig en
vijftig jaar.
„Hó, Westhropp", zei hy verrast, „waar
ga jy heen?"
„Niet verder dan naar den Criterion-
restaurant. Ga mee; ik moet daar iemand
ontmoeten; dan gaan we samen naar myn
kamer en spelen een partytje baccarat."
Cecil Halford schudde het hoofd.
„Neen, dank je", zei hy, „daar heb ik
genoeg van."
„Gekheid I Je moet niet uitscheiden, als
je verliest; je moet uitscheiden als je wint,
kerel! En ik zou je wel graag wiilen voor
stellen aan den baas, dien ik ginds moet
vinden. Misschien ken je hem al."
„Wie is het?"
„Lord Charlton. En van de bovenste plank,
hoor l Heusch, je moet met hem kennismaken
aoo'n soort relatie kan je later geen kwaad."
Cecil aarzelde. Het vooruitzicht, in een
zaamheid den avond door te brengen, lachte
hem niet toe. Hy wist, dat het vrooiyk zou
toegaan by Westhropp, en hy had wel eenig
verzet noodig. Misschien zou het geluk hem
ook eindeiyk eens gunstig zyn; mogelyk won
hy genoeg om hem door oen dreigende rnoei-
ïykheid heen te helpen.
XI.
In het heiligdom der Chipchases verried
een aangename geur, dat de familie iets warms
voor avondeten zou hebben. Een warm souper
was geen zeldzaamheid voor de familie. lederen
avond om elf uren kwam de oude Sam Chip-
chase naar zyn huiseiyken haard en zgn
avondeten en hy liet zich niet afschepen mot
dunne, koude schyfjes van het een of ander
spekslagersproduct.
Gewooniyk bestond het gezelschap uit den
heer en mevrouw Chipchase en Lobelia, daar
Jim niet thuis kwam, eer het naar-huls ryden
van schouwburgbezoekers gedaan was.
Hedenavond was er een verrassing in
aantocht. Juffrouw Chipchase had juist een
dampenden schotel, die veel goeds beloofde,
op den disch gezet, Lobelia had het bier
ingeschonken, en Sam trok, kreunend over
denkbeeldige rheumatische pynen, den patriar
chalen zetel dichter by de tafel, toen de deur
opengeduwd werd en Jim binnenstapte.
Sam keek verbaasd op en liet de juist ten
8trydo opgeheven vork weer dalen. Moeder
Chipchase riep:
„Kyk, Jim, waarom kom jy op dezen tyd
thuis?"
En Lobelia, wier gelaat en haar teekenen
droegen van een langen dag, met veel stof
en vuil, snelde als een hinde naar de achter
kamer, om zich „op te knappen". Dit „op
knappen" bestond in het wryven met het
tipje van een handdoek over haar lieftallig
gelaat en het stryken met de platte hand
over den weorbarstigen haardos. Na zich te
hebben bewonderd in een vierkant stukje
spiegelglas, dat ze voor een stuiver had ge
kocht, keerde ze naar het gezelschap terug
en staarde bewonderend naar Jim, die genoot
van den indruk, welken zjjn onverwachte
komst had gemaakt.
„Ik begryp het al," zei zyn vader, „je knol
is gevallen, of je lemoen is gebroken. Ik heb
je altyd gezegd, dat je eens een ongeluk
zoudt krygen met je onbesuisd rennen over
dat vervloekte asphalt."
„Neen, vader," antwoordde Jim, die Lobe
lia's vork en mes naar zich toe had getrok
ken en een bord ophield om zyn deel te
krijgen van het avondmaal; „de knol is op
stal en aan de. kar mankeert net zoo min
iets als aan myn eetlust."
„Die Jiml" zei Lobelia, lachend; „wat is
hy toch altyd grappig 1"
Jim knikte goedkeurend naar zyn nicht.
„Ja", zei hy zelfbewust, „als t op grappen-
maken aankomt, kan ik wel meedoen. Maar
't is vanavond niet om grapjes te maken, dat
ik hier kom. Ik heb my zoo vroeg uit de
zaken teruggetrokken, omdat ik een glim
lachje heb gehad van de fortuin."
„O, ik weet 't all" riep Lobelia, in de
handen klappend, „er is zeker een vaste klant
van je gestorven, die je zyn geld heeft ver
maakt."
„Neen, Lobelia. Er is geen mensch dood
gegaan, van wien ik wat te erven heb; maar
iemand, die springlevend was, toen ik hem
het laatst zag, heeft my een snippertje papier
nagelaten."
Sam Chipchase keek zjjn zoon een beetje
boos aan.
„Jim," zei hy, „ik versta die taal niet,
welke jelui tegenwoordig spreekt. Wat is een
snippertje papier?"
„Ik spreek toch geen Fransch, vader," ant
woordde Jim, terwyi hy mes en vork neer
legde en het glas ale nam, dat Lobelia voor
zichzelve had ingeschonken, doch waarvan zy
nog niet had gedronken. Het arme kind ver
gat alle aardsche genietingen by bet gevoel
van weelde, dat haar vervulde, nu zy tegen
over Jim mocht zitten on zyn geestigheden
aanhooren.
„Als ik spreek van een snippertje papier,"
vervolgde Jim, „dan wil dit zeggen, in de
taal, welke gebruikt wordt door alle fatsoen-
lyke Christenmenschen in Engeland, de konink
iyke familie en de beide huizen van het par
lement, dat
„Schei nu maar uit en vertel eens, wat je
gevonden hebt," riep zyn moeder bits, „en
laat je vader rustig eten."
„O, moeder, er is geen haast by. Als vader
gereed is, zullen wy in raadkamer vergaderen
over het document, dat toevalligerwyze in
myn bezit gekomen is."
Sam Chipchase nuttigde verder zyn avond
eten, stond op, zuchtend en kreunend als
gewooniyk, nam zyn pyp van den schoor
steenmantel en stopte die,
Toen hy de pyp had aangestoken, dacht
hy even na en vroeg toen:
„Je bedoelt zeker, dat je een particulieren
brief of zoo iets in je cab hebt gevonden?"
„Met uw gewone scherpzinnigheid heeft u
het dadeiyk geraden, vader. Daar hot van zeer
vertrouweiyken aard is, mag het niet in de
tegenwoordigheid van vrouwen worden mee
gedeeld."
Nu stoof juffrouw Chipchase op.
„Ik ben geen steek nieuwsgierig naar je
brief; maar als je 't geheim wilt houden, zou
ik je niet raden, het aan je vader mee te deelon
want daar is het net zoo veilig als in een zeef."
„Je hebt geiyk, Maria," zei Sam, kalm
aan de pyp trekkend; „maar een zeef, die
kleine zaken doorlaat en de groote achter
houdt. Ik vertel je wel nu en dan een bagatel,
maar je moet je niet verbeelden, dat ik je
alles vertel."
Juffrouw Chipchase stond op en begon het
erg druk te krygen. Zy hield altyd zichzelve
en andere menschen in beweging. Susan Cuffs,
Lobelia's moeder, placht te vertellen, dat haat
zuster nog in haar moeders huis de kamer
deed, 's morgens vóór ze ging trouwen, en
dat ze in haar „nieuw tehuis", waar Sam
haar binnenleidde, al aan het stof-afnemen
was, eer ze zich tyd gunde, haar bruidskleed
voor een ander te verwisselen.
Lobelia, die niets liever gedaan zou hebben
dan ongestoord haar eerbiedige aandacht te,
wydon aan Jim, die nu heel voornaam achter-
over in zyn stoel leunde en een fijne sigaar
had opgestoken, draalde zoo lang mogeiyk
met het beetje eten, dat ze machtig was ge-f
worden, maar tante, dio ln het achterkeukentje
al bezig was, borden te wasscbon, nep:
„Kom, Lobelia, naar boven I Wat er hier
nog te doen is, kan ik aileen wel af. En je
legt me morgenochtend niet te luieren, of
we spreken olkander nader, hoorl Vooruit l"
Wat Lobelia graag geantwoord zou hebben
hield ze maar voor zicii, lot zo een paar
minuten later in haar kamertje was. Hier
speldde zy kunstig den haDddoek voor de
deur, opdat het licht niet door de reten zou
schynen. Want Lobelia hield er heimeiyk
eigen kaarsen op na en wandelde nog lang
in de wonderdreven der stuiversromans, al#
de familie reeds in diepe rust lag.
Wordl vrvolgd.)