Kr f2679 ffl -rrf feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Professor Bonten. Woensdag SO Juni; Ar 1901. 1 41 - - Voor Loidon por 8 maandon PRIJS DEZER COURANT: 1 Tl 1.10.1 v Baiton Loiden, por loopor en waar agonten gevestigd z(Jn 1.80 51 Franco por poat 1.65\ PRUS DER ADVERTENTIÊN: Tan 1 5 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grooter» lettere naar plaatsruimte. Voor bot incaeseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. K jDit uornmer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. De Herstemmingen töor leden van d# Tweede Kamer hebben jnorgen plaats en de uitslag zal donzelfden avond bekend worden. Van verschillende zydon ia ona verzekerd, dat het publlceeren van den uitslag devorigo maal in de [Vs. Stads-Geboorzaal uitstekend la bevallen. Vooral daar hot dien avond regenachtig was, trof het bijzonder I Wy weten dus niets beters te doen dan de kiezers weer uit te noodigen zich morgen* (Donderdag-)avond naar de j. Stads-Geboorzaal t« begeven, alwaar do uitslag op dezelfde wUzo als op 14 Juni 11. zal worden bekend gemaakt. De deuren der Stadszaal wordon wei vdór halfzeven geopend. De toegang tot de Stadszaal is alleen aan ie Breestraat. Sed.-Zuidafi'ikaansclie Vereeniging. Afdecling Leiden en Omstreken. Ontvangen by den Penningmeester, Zooter- woudsche Singel 41: Door bemiddeling van het Leidsch Dagblad Gecollecteerd op de bruiloft van Stien en Janf 2.10 Opgehaald door Coba, te Leldschen- dam, op het 40-jarig huwelDksfoest van haar Opa en Opoe, bestemd voor do BoerenkrUgsgevangenon en hun vrouwen„3.785 Bydragon kunnen worden~toegezondon aan den Penningmeester of aan hot Bureel van dit Blad. Ofüoleol© Keuulsgorlög# Burgemeester en Wethouders van Loiden; Gezien art. 8, lste alinea, der Hinderwet; Brengen ter algemeens kennis, dat door hen vergunning is verleend aan JL>. STOLWIJK en L. G. T. NELI8SEN, en rechtverkrijgenden tot het oprichten respectievelijk van oen smederij en herstelplaats van rijwielen in hot perceel Oude Vest No. 111, Sectie H No. 2614 en van een Stoom-Zeep- en Eau-de-Cologne-fabnek in het perceel RijDsburgersingel Sectie A No, 869. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leidon, F. WAS, Burgemeester. 25 Juni 1901. VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 26 Jimi. In de op hedenmorgen, 26 Juni, gehouden vereenigde vergadering van Rynland is mr. G. H. Bisschop, secretaris der gemeente Schie dam, met algemeene stommen benoomd tot Beoretaris van Rijnland. Voor het examen in de handelsweten schap (boekhouden, handelsrekenen en bandels- recht) vanwege de Vereeniging van Handels bedienden „Mercurius", te Rotterdam, is ge slaagd de heer H. Filippo W.Fzn., van Leiden, leerling van den hoer A. H. van don Oever. Ook het vierde „Zomerzorg"-concert werd gisteravond door goed weer begunstigd. De opkomst der leden met hun dames was daarom andermaal talrijk: en niemand zal zDn gang naar dan Stationsweg betreurd hebben, want de heer Van Erp had voor een uitgelezen programma gezorgd, hetwelk door zyn vol ledige kapel verdienstelDk werd uitgevoerd. Over welke bekwame krachten deze beschikt, bleek ten overvloede nog weer eons o. a. uit Sellenik's picolo-polka met nog andero solo's, maar vooral uit de fantaisie op Halevy's „La Juive",. waarin do trombonist Rap zich van een allergunstigste zijde deed kennen, mot zDn twee instrumenten, «oowel het roodkopo ren met het diep-ronde, machtig sprekende geluid, als dat voor de solo's in de hoogere tonen. De heer Rap, die op hot programma tevens als marseh-componisfc was voorgesteld, is een musicus, dio door zyn gevoelvolle, zuivere en odele voordracht, het stafmuziek korps van het „Vierde" tot groote eer verstrekt. By de te 's-Gravenhage gehouden ver kiezing zyn do periodiek aftredende leden van den Gemeenteraad dadeiyk herkozen, daar geen tegoncandidalen waron gesteld. Verplaatst is de assistent der post- on tel, C. Hooren8 van Heyningen, van Lelden naar het bureel van don ingen. der tel. in Den Haag. De Staatsraden mr. Moltzer, die om gezondheidsredenen in het buitenland vertoefde, en mi'. Hubrecht, die een operatie onderging, hebben weder hun functie in den Raad van State hervat. Laatstgenoemde is thans met verlof. Kapitein Van Hoogstraten, adjudant van de Koningin, is toegevoegd aan den kroon prins van Siam tydons diens vorbiyf in Nederland. Burgemeester en wethouders van Don Haag hebben don gemeenteraad do volgende aanbovolingen aangeboden ter benoeming aan de hoogere burgerscholen met B-jarigen cursus aldaar, van: a. een leeraar in werktuigkunde, cosmo- graphic en natuurkunde: dr. G. Bakker, leeraar aan do H. B.-S. to Schiedam; b. een leeraar in wis- en natuurkunde: dr. A. H. Borge8ius, leeraar aan de rykslandbouw- school te Wageningen; c. twee leeraren in do Ned. taal- en letter kunde: I. lo. C. G. Kaakebeen, leoraar in Nod. taal aan de H. B.-S. met 8 jarigen cursus te 's-Gravenhage; 2o. A. D. Raadgeep, tydeiyk leeraar aan de H. B.-8. te Amersfoort; II: lo. A. D. Raadgeep; 2o. dr. G. Engels, leeraar aan do H. B.-S. to Schiedam; d. oen leeraar in aardrykskundelo. A. Swets, thans als zoodanig werkzaam aan do H. B.-S. met 3jarigen cursus; 2o. H. F. Eckmann, leoraar aan het gymnasium te Gorkum; e. oen leeraar in handteekenon: lo. H. J. van der Weele, thans als zoodanig werkzaam aan do H. B.-S. met 3-jarigen cursus; 2o. "W. J. Lampe, thans tydoiyk als zoodanig werk zaam aan de H. B.-S. mot 6-jarigon cursus; feen leeraar in Hoogduitsche taal en letterkundo: lo. B. van der Each, leoraar in Hoogduitsche taai aan de H. B.-8. mot 3 jarigen cursus; 2o. J. P. Heyligors, tydeiyk als zoo danig aan dezelfde school werkzaam; g. een leeraar in Engelsche taal en letter kundo: lo. N. van Milligen, leeraar aan de H. B.-S. te Gorkum; 2o. R. R. de Jong, leeraar aan de Nedorlandsche school voor industrie, handel en nyverheid te Enschedee. Van doorgaans wöl ingolichte zyde wordt aan „Het Vad." verzekerd, dat dr. Kuyper, voor het geval hom do Kabinetsformatie wordt opgodragen, het beheer op zich zou nem6n van eon nieuw ln te stollen „Ministerie van Arbeid en Landbouw". Voorts verzekert men, dat 2E. baron Mackay in het nieuwe Kabinet als Minister van Binnenlandsche Zaken zou plaats nemen en dat de heer De Savornln Lohman zich heeft bereid verklaard het voor zitterschap der Tweede Kamer te aanvaarden. Eindeiyk beweert men, dat mr. Th, Heems kerk er de voorkeur aan geeft wethouder van Amsterdam te biyvon, liever dan dat ambt voor een ministerieeion zotel te ver wisselen. Aan do „Haarl. Crt." wordt uit Den Haag gemeld: „Naar ik vernam, heeft dr. A. Kuypor de opdracht tot Kabinetsformatie geweigerd en zijn mr. Hoydenryck en dr. Vermeulen door de Kroon gepolst betreffende de formatie. Men vermoedt, dat dr. Vormeulon nu do for meerder zal zyn." Zou dus Staatsraad Heydemjjek do hoog geplaatste persoon zyn, buiten de Kamor staande, waarvan de „N.-Br." onlangs als Kablnetsformeorder gewaagde Bedankt is voor het boroep naar do Gerof. Gom. te Harmeien door ds. J. van Lonkhuyzon, te Wilnis. Betreffende de voorgestelde grensuilbrei- ding dor gemoente Haarlem doelt do „Haarl. Ct." hot volgende mede: De plannen, daartoo aan do betrokkon go- meentebesturen gezonden, omvatten oen uit gestrekt terrein, gelogen lusschen de volgendo grenzen. Voorgesteld wordt de noordeiyko grens, thans loopende tusschen de beide begraaf plaatsen door, langs het Spaansche Vaartjo, uit te breiden tot aan do Jan Gljzenvaart. Zy zou dan loopen langs die, over het Spaarne tot Sohotoroog. Van daar volgt zy den weg zuidwaarts uitloopende op den Oudenwog en gaat verder zuidwaarts tot op de hoogte van iïóevevreugd. Dan volgt zy westwaarts do Kraainestervaart, de Emmauslaan, langs Ein- denhout, do Munsterslaan, de Aerdenhoutslaa', Elawouls- en Rampelaan noordwaarts tot do Brouwersvaart; pl. m. 400 meter langs dio vaart, den Zyiweg Bnydendo tusschen de huizen der heeren notaris Ter Hoffatoede en Prins. De grens loopt verder evenwydlg aan den Bloemendaal8chen straatweg naar het noordon, zoodat de buitens aan Bloomendaal biyven on hot vlakke land aan Haarlem komt, langs den spooiweg Haarlem Helder tot do Jan Gyzenvaart. Do bedoeling van dit plan is, reeds maat regelen te treffen om to voorzien in de be paling van het ontwerp-woningwet, dat alle groote gemeenten een vast plan van uitbrei ding moeten bezitten. Hot is noodig, dat, worden de grenzen uitgebreid, dit op groote scbaai geschiede, omdat de omliggende ge meenten wel altyd zullen trachten, kleine gedeelten van hun gebied, die wegens bestra ting, rioleering, enz. schadeposten voor haar zyn, op den rug der grootere te schuiven, maar zich, zoodra zy dat kwyt zyn, stoeds mot hand en tand tegen de iniyving van het meor landeiyk deel verzotten. Zoo by v. is het te wachten, dat, wanneer het stads-achtlg deel van Schoten (indien men het zoo noemen mag) by Haarlem werd getrokken, de Raad dier gemeente, waar in het geheel slechts 86 kiezers zyn, onmiddeliyk anti-iniyvingo-gezind zou worden, zoodat het landoljjk deel, waar do baten grooter zyn dan do lasten, nooit by Haarlem kon worden gevoegd. Van Heemstede is het in te ïyven gedeelte betrokkeiyk klein. Een groot gedeelte er van zal vermoedeiyk evenals do geheele ooslo- ïyke strook met arbeiderswoningen worden bebouwd. De weatelyko strook, die aan Haarlem moet wordon toegevoegd, bestaat, zooals een blik op de kaart toont, hoofdzakelijk uit landerijen en bloemenvelden; de geheele duinstreek met villa's en buitenplaatsen bjyft aan Bloemendaal. Utrecht was gisteren natuuriyk vol van vreemdelingen om de maskerade van het Studentenkorps, voorstollondo „den intocht van Karol YI1 te Rheims", to zien. Den geheelon ochtend was het regenachtig, maar orn halftwee, toen de optocht op het Janskerkhof samengesteld werd, klaarde het weder op. Tegen vier uren des namiddags brak do zon door en deed hot licht van do kurassen en helmetlon naar alle kanton stralen. Uit verschillende ramen, waarlangs do stoet passeerde, werden bloemen gestrooid boven do gekostumeerden. By den Commissaris der Koningin, den Burgemeester, en voor de woningen van tal van andoro personen, o. a. b\j don heor C. J. Begeer, werd halt gehouden en worden vei'verschlngen aangeboden. In de Korte Jansatraat word aan Jeanne d'Arc door tweo aardige kinderen Adrlenno Gonouy en Lóontlne Gauverit oen ruikor aan geboden, bestaande uit roodo, witte en blauwo bloemen, terwyl zy de Maagd tevens eon In hot Fransch gestelde oorkondo ter hand stelden. Zoo ging het den geheolen weg langa. Ook in do zoogenaamde Oranjewyk werden do deolnomers aan de maskerade mot veel goost- drift ontvangen. Ook daar wordon bloemen gestrooid. In de Oranjestraat en op de Nieuwe Gracht word eon militair van het paard geworpen, gelukkig do boide keeren zonder ernstige go- volgen. Op enkele punten was het godrang soms vreesolyk. Eerst om kwart voor negenen kwam de stoet ln „Tivoü" aan. De zeer vele plaatsen, waar eorewyn of verver8cbingon worden aangeboden, waron oor zaak van deze late aankomst. Dank zy hot lioeriyke weder slaagdo do verlichting ln allo opzichten. De schilder achtige grachten en straten van de hoofdstad van het Sticht boden oen eenigen aanblik. Byzonder mooio [verlichtingon waren aange bracht aan het Centraal-bureau dor Staats spoorwegen, waar ook een zoeklicht zyn stralen wierp over de feestvierende stad, aan het perceel van don heer Uyttenbogaert op de Plompetorengracht, het Stadhuis, de Studenten sociëteit „Placet Hie Requiesccro Musis", do Utrechtsche Hypotheekbank, enz.p enz. De twoedo ommegang van do maskerade duurde tot laat in den nacht. Do drukte op straat was byna nog grootor dan op den dag. Uit het verslag over 1900 van de Neder- landsche Vereeniging „Ue Stuors", tot het ver strekken van kunstledematen on andero toe- stollen aan behooftigo verminkten on gebrek- klgen, biykt, dat do toestand, waarin do Voreeuiging zich bevindt, oenerzyds gunstig, is, daar zy meor en meer blykt te beant woorden aan hot doel, waarmedo zy is opgericht, doch anderzyds ongunstig is, omdat' zy niet over genoog guidon beschikt ter betaling der steeds grootor wordende uitgaven. Over 1900 is het tekort zeer groot, daar f 1100 meer is uitgegeven dan ontvangen, terwyl op het oogenblik, dat dit jaaroverzicht werd opgesteld, do inkomsten van 1901 roods nagenoeg geheel zyn verbruikt. Onder die omstandigheden heeft liet bestuur gestaan voor do vraag of het do te verieenen liulp voor 1901 moest staken of alLlians zeor verminderen, dan wel of het gedurende den verderen loop van dit jaar behoorde voort te gaan te voldoen aan de in to komen aanvragen om hulp. Het bestuur heeft het zyn plicht geacht in laatstbedoelden zin te beslissen, doch ziet zich dientengevolge verplicht een dringend beroep te doen op de offervaardigheid van do loden en belangstellenden. Gedurende 1900 hadden 281 vertrekkingen plaats tegen 172 ln 1896, terwyl het aantal personen, aan wie die toestellen z'Jn uitgereikt^ reparation zyn buiten boschouwing gebleven,' heeft bodragen ln 1900 230, togen 149 in 1896. Het verslag vormolut voorts de ontvangsten en uitgaven, bevat eenige mededeelingon over ontvangen giftor., de werking van correa^ pondenten, en sluit mol een hartoiyke dank betuiging aan allun, die iiet werk der Ver- ooniging steunden, vooinamoiyk do corres-( pondenton, en met een dringende aanbeveling voor de toekomst. Lisse. Do collecte voor den gowapendon dienst heeft ln deze gemeente opgebracht f 02.81. Noordwyk. Door den gemeentegeneesheer dr. H. Yan Nes zal gelegenheid gegeven worden tot kostelooze vaccinatie en revaccinatio op Maandag 8 Juli a. s. Belanghebbenden voor kinderen een dor ouders kunnon zich daartoo ter* raadhuizo aanmelden op a. s. Maandag 1 Juli, 'a voormiddags tusschen 11 en 12 uren.j Zoeterwoude. Tot bestuurslid der R.-K.* centrale kiesvereeniglng district Katwijk is voor de afdooling Zoeterwoudo gokozen do heor M. Pli. Kompier, en tot gedelegeerde op de vergaderingen der centrale klesvor- eöniging de heer P. Paardekooper. Slot) „Gy vernoemt natuuriyk niet, wat do Tnenscbon van je zoggen; maar ik en ons arm kind, wy krygen hot te hooren, wy moeten den spot dragen. O, wat zal dat nu weer voor een gepraat in do stad worden l" „Gepraat? Zoover ik weet, niet. Gepraati over zoo'n kleinigheid. Maar wat ik nog zeg gen wou, lieve Mina; ik heb zooeven mijn ouden vriend, dr. 5., aangetroffen." „Vertelde hy iets van de verloving?" vroeg Mina haastig. „Verloving? Zoover ik weet, niet." 1 „Ge weet toch, men fluistert van een aan staande verloving zyner dochter met mr. Meinen. Heeft hy daarvan niets verteld? Be denk je eens goed, Theodoor 1 Sprak hy daar heelemaal niet over?" drong de nieuwsgierige vrouw aan. Haar man schudde echter bedaard het hoofd. „Zoover ik weet, niet. Wy sprakon over gewichtiger dingen over het boek van Helbig, waarin het huis van Homorus heel merk waardig beschreven is, en dan vooral over myn groote geschiedenis van Griekenland." „En heelemaal niets over oen verloving? Heelemaal niets?" „Zoover ik weet, niet. Dat thema ligt vol strekt niet op onzen weg. Maar wat ik zeggen wil, lieve Mina: aangaande die reis naar Griekenland geeft myn vriend my volkomen 'gelijk. Ik hoop, dat ge u naar dit oordeel van eon deskundige zult schikken en dat ge nu eindelyk eens inziet, hoe onvermydeiyk zoo'n reis Is." Maar mevrouw Bonten zag dit, helaasnog altyd maar niet in. Nadat zy tot ontzetting van haar gemaal eenige beminneiyke opmer kingen over Griekenland en de oude Grieken had ten beste gegeven, verklaarde zy mot snerpende stem, dat zjj nooit ofte nimmer haar toestemming tot die reis geven zou en over deze aangelegenheid In 't geheel niet meer wonschte te spreken. Daarmee was liet lot der veelbelovende geschiedenis van Grieken land beslist; der wetenschap was door een vrouw, die steeds tegenwerkte, weer eens een allerdiepzinnigsfc onderzoek onthouden. Do professor sloop neerslachtig naar zyn studeerkamer. Hy had op hot invloedryk oordeel zyns vriends groote verwachtingen gebouwd, maar nu hy zag, dat zelfs dit oordeol niets op zyn vrouw vermocht, vielen dio verwachtingen in duigen, en hy begon zich allengs met de verschrikkeiyke gedachte vertrouwd te maken, dat hy den vurig ver langden bodem van Griekenland nooit betreden en dientengevolge zyn groot werk nooit vol- tooion zou. Ook het meegebrachte boek, waarin hU thans begon te lozen, verschafte hem niet veol vreugde. De wereld van Homerus, die zich hier vóór zyn blikken ontrolde, was niet do ideale wereld, zooals zy voor zyn droo menden geest stond. Door de scherpzinnige nasporingen van den koelen geleerde woei een ademtocht der ruwe werkeiykhoid, do men- schen, kleederon, wapens en huizen waren, getrouw de natuur volgend, naar de opge graven vondsten geschilderd, en voor dit natuuriyke schrok de kamergeleerdheid van den professor terug. Hy was in de vooroor- deelen der oude school opgegroeid, en zyn logge geest was niet in staat de koele, nuch tere navorschingen der nieuwere Grieksche oudhoidkundigon met onbevangen blik te onderzoeken en te verwerken. Openhartig gezegd, was de professor ondanks zyn hoogvliegende plannen slechts een meteoor onder de sterren der wetenschap. Hy geleek op den tuinier, die naar voorvaderiyken aard gewone kool teelt, maar het veredelen der planten aan diepere denkers overlaat. Sedert veertig jaren doceerdo hy aan de universiteit, en de voorlezingen, die hy thans aan het eind zijner professorale loopbaan hield, waren nog vrywel dezelfde, die by by zyn eerste optreden gehouden had. Hy behoorde, onder de geleerden, tot het ras der herkauwers, die in hun jeugd oen geestelyko spys opnemen, welke zy hun gansche leven lang ln den mond ronddraaien. Geiyk echter ieder mensch zyn lievelings- bezigheden heeft, die men idoalen, liefheb benen of stokpaardjes noemen kan, zoo be reed ook onze hoogleeraar laten wo maar zeggen hot stokpaardje van z\jn ontworpen, maar nooit voltooide geschiedenis van Grioken- land. Toen hij nog jong en vol hoop was, ontkiemde in zyn borst een liofelyk ideaal, en toen hy dit door do ruwe werkelijkheid zag vernietigon, zocht hy vergoeding daar voor en vergetelheid in den ontworpen geeste- lyken arbeid, waartoe het hem aan mets ont brak dan aan den daarvoor noodigen geest. Zyn jeugd verliep effen on vreedzaam, als het beekje, dat door oen malsche weido mur melt, dat niet schuimt en niet hartstochtelijk raast, maar dat ook geen raderen in beweging brengt en geen zware lasten draagt. Hy stu deerde, was een yverigo, goede jongen, deed zyn examens, danste geduldig met de clochtors van Invloedrijke hoogleeraren, werd privaat docent, bezocht getrouw de academische thee kransjes en bracht het op byna dertig- jarigen leeftyd tot buitengewoon hoogleeraar. Daar hy oen klein vermogen bezat, konhy thans aan de verwezeniyking van zyn ideaal gaan denken. Dit Ideaal was een gelukkig huwelyk. In de byna even oude Juffrouw Mina Kollerman meende hy het wezen go- vonden te hebben, dat aan dit Ideaal beant woordde. Tydens den bruidstyd noemde hy haar vaak de „roos", die zyn eenzamen levens weg met „zoeten bloemengeur" zou veraan genamen. Na de bruiloft ontdekte hy, helaas 1 dat de schoonheid der bloem ras verwelkte en dat van de ietwat oude roos slechts de doornen overbleven. De zachtaardige juffrouw Mina veranderde verbazend snel in een koude, zelfzuchtige mevrouw Mina, maar de bitterste ontgoocheling voor den nieuwbakken echtgenoot was, dat de belangstelling, die hy in juffrouw Mina voor zyn wetenschappelijk streven had moenen te bespeuren, reeds zeer kort na hot huwelyk by mevrouw Mina in volkomen onverschillig heid overging. Zoo werd do professor van een schoonen droom beroofd, en een bittere erva ring was daarvoor zyn deel. De hoogloeraar onderscheidde zich reeds in z'Jn jeugdige jaren door wondoriyke kuren en zonderlinge gewoonten. Hiertoe behoorde een overdreven vrees voor ziekto en dood. Van vóór zyn huwelyk reeds sliep hy nooit zonder slaapmuts, daar hy bang was zjjn spaarzaam bebaard denkershoofd aan een ver koudheid prys te govon. Dat zou de aanleiding tot de eor6te echtelijke oneenigheid wordon. Mot schrik zag de jonge vrouw hem toebereidselen maken zyn hoofd tegon nachtelijke afkoolingen te beschutton, en zy verhief krachtig haar stem tegon de gehate slaapmuts. Eenige dagen handhaafde hU z(jn oud recht nog, maar reeds den vierden avond verklaarde hy zich bereid de muts weg to doen, op voorwaarde, dat zyn huisdokter eerst om raad zou gevraagd wordon en zyn toestemming moest geven. Om den stryd terstond te beslechten, word het dienstmeisje uit haar zoeten slaap gewekt en uitgezonden, om den hulsarts te halen. De laatste was als geneesheer zeer bekwaam en geacht, maar als mensch In dezelfde mate ruw en gevreesd. Iiy had eon dag van inspan ning achter den rug on lag op dit uur reeds in diepen slaap. Doch de geneesheer is een slaaf van zyn beroep, voor hem bestaat er geen volkomen nachtrust, de snerpende deur schel roept, en hy springt van zyn legerstede op, om naar de ziekenkamer te snellen en daar lafenis en verzachting in het Hjden te brengen. Zonder morren verliet ook thans de huisdokter zyn warm bod, toen by hooide, dat zyn oude studiemakker dringend zijn raad Inriep. Hy kleedde zich aan, hulde zich in een dikken pels en schreed naast het dionst- meisje door den kouden winternacht naar het huls zyns vriends. Maar hoezeer stond hy verbaasd, toen hy do gezellige, nog warme kaïrrsr tuinen trad en hier den gowaanden patiönt gezond en wel tt«t zyn vrouwtje aan tafel zag zitten l Zijn verbazing ging evenwel in grenzenloozo woede over, toen hy vernam, waarom by in dit nachtelyk uur naar het huis van het niets mankoerende echtpaar had moeten dravenI En dan de manier, waarop de mannelijke helft hom dit zonder blikken of blozon duido- lyk maakte, en de klemtoon, dien hy op deze woorden legde, waarmede hy bedaard zyn' redo besloot: „Ziet go, beste vriend, ik wou toch myn jonge vrouw gaarne o vei tuigen, hoe onmisbaar my dio muts is. En opdat zy dat uit den mond van mijn huisarts hooren zou, liet ik je hier verzoeken. Mocht je intus- schen meenon, dat ik geen nadeel door ver kouden-worden zal ondervinden, dan zou ik immers de muts Verdor kwam hy niet. Als een getergdo leeuw was de dokter opgesprongen, en een paar krachtige woorden men zou haast ge zegd hebben: vloeken uitbrengend, die op. alles behalve op vloiery gelekon, rukte hy de deur open en vloog woedend de trap af. «Sinds dien tyd heeft hy het huis van het echtpaar nooit weer betreden. Hoe ouder, bijziender en verstrooider do professor word, des to erger worden 2yn kuren en grillen. Zelfs op het ziekbod toondo hy zich den naam waardig, dien hij zich daar door verworven had. En daar ziekte en dood, het eind van alles is, zullen wy do levons- 'beschrijving van onzen zonder- enj origineelen professor besluiten met c. io- ring, die men een anekdote noem-i: als zy niet waar gebeurd was. Toen hy eens gevaarlijk ziek op zyn s; mde nederlag, verscheen zyn boezemvriend, dr. Xy opgewonden in z'yn woning en informeerde naar den zieke. Mevrouw Bonton bracht hem aan het ziekbed on hier barstte X. in do ondoordachte woorden uit: „Yorbeeld je, b6sto Tlioodoor, men hoeft my zooeven verteld, dat ge gestorven waart/'. Glimlachend kykt do zieke zyn opgewonden vriend aan, ongeloovig schudt h'j het hoofd en antwoordt: „Gestorven? Zoo ver ik weet, niet. Daar is my nog niets van bekend. Besi.o Karei, dat zal toch wel een vergissing zijn?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1901 | | pagina 1