I
Officiëele uitslag der stemming voor drie Leden der Provinciale Staten in het Kiesdistrict Leiden.
Totaal aantal
Kiezers.
Ingeleverde
stembiljetten.
Van
onwaarde.
Totaal uitge
brachte geldige
etemmen.
F. 1131 Li.
(CantL der „Vr|)x. Klerv."
en der VrJJz.-domoor.
Kiosvor. .Vooruitgang".)
P.UÏCEAMBlItGlI.
(Cnod. dor R.-K. Klesv.
en dor n--r. Kiosvor.
„Nederl. on Orai\]e")
Dr. E. F. v. DISSEL.
(Cund. der „Vrljz.Klosv."
on dor Vr{jz.-domocr.
Kiosvor,Vooruitgang".)
II. f. JUTA.
(Cand.dor Yrljz. Kiesv."
en-dor Yr(Jz -democr.
Kiesvcr. „Vooruitgang".)
W. PELll.
(Cand. der a.-r. KJcsvor
„Ncdorl. on Oranje"
on dor R.-K. KJoav.)
tV. F. VAV WIJK Tlun.
(Cand. der a.-r. Kiesvcr,
„Nederl. cn Oranjo"
•n der R.-K. Klcsv.)
8tomdi8trict
ll
814
666
7
648
364
247
363
361
306
274
->-
II:
787
687
3
686
287
261
293
293
305
279
ni:
r n
610
414
3
412
186
199
180
189
230
214
IV:
r f»
r
488
407
4
403
184
184
178
186
224
221
V:
423
362
3
860
122
209
111
116
234
218
9
VI:
School Van-der-Werf-atraat
1
r
764
621
3
618
239
842
280
233
383
368
9
VU:
Bewaarschool Groeneetoeg
477
387
6
882
114
223
111
127
270
263
9
VIII:
636
416
1
414
206
182
181
184
228
200
Totaal
4739
3838 j
26
3812
1701
1837
1647
1678
2186
2032
De volstrekte meerderheid Is 1907. Gekozen zyn dus de heeren W. Pera en W. F, van Wflk Thzn. Herstemming tusachen de heeron P. Van Cranenburgh en P. Alma Lz..
Aftredend© leden.
De Tilbnrgsclie Moordzaak,
De voor de rechtbank te Breda opgeroepen
12ö getuigen zjjn in drie groepen verdeeld.
Het getuigenverhoor zal vermoedelijk duren
tot en met Zaterdag.
Het verhoor van de deskundigen, drs. Dek-
natel, Bloemen en Proot, geschiedt mot ge
sloten deuren.
Do middagzitting word geopend met de
lozing van de rapporten der deskundigen.
Beklaagde was voortdurend zeer kalm, hy
maakto den indruk zeer door verdriet te heb
ben geleden.
Uit het microscopisch onderzoek is gebleken,
dat er bloedvlekkon on bloedspatten zijn ge
vonden op do kleeren van den schilder, welk
bloed afkomstig kan zijn van Maria Kessels,
het vermoorde meisje.
Uit een geschreven rapport van prof. Spronck
te Utrecht blijkt, dat op steenen en kalk en op
een plank sporen van bloed zltn gevonden,
welke afkomstig kunnen z\jn van de ver
moorde, zonder dat de hoogleeraar dit echter
wetenschappelijk kan uitmaken.
Prof. Spronck treedt nu persoonlek op ale
getuige, HU verklaart de kleeren van den koster
Van Isterdael, vroeger van den moord verdacht
en gedurende vier maanden gevangen gehou-
doD, onderzocht te hebbon, zonder ergens eenig
bloedspoor to hebben ontdekt. Op de kleeren
van den beklaagde heeft prof. Spronck echter
op verschillende plaatsen bloedvlekken ontdekt,
zoo op den rand van den schilderskiel als by een
scheur er van. Ook waren er verschillende
vlekken, die men gepoogd had uit te wisschen.
De verdediger vraagt of hot by microscopisch
onderzoek wel is uit te maken, dat in de uifgo-
wasschen stof nog bloedlichaampjes voorko
men. Professor Spronck meent van ja, ofschoon
hy toegeeft, dat de dikte van de stof hier van
grooten invloed kan wezen. Hot is gotuige ver
der opgovallen, dat de bloedvlekken zoo aan
de oppervlakte zaten en in de stof waren ge
Cfongen.
De vlekken op het hout waren donkerder
dan die op de kleeren, oppert de verdediger,
en vraagt: Z(jn die vlekken dan niet ver
schillend van ouderdom?
De professor zegt, dat de kleur niets beslist
over den ouderdom. Verder verklaart de prof.
nog bloedvlekken gevonden te hebben op de
bovenmouw en op de slippen van het boven-
hemd en op het benedenhomd. Het bloed op
den kiel, zegt getuige op een vraag van rechter
Nelissen, kan niet van vogels zyn, wel van
oen hond.
Mr. Nelissen vraagt of op bezweete handen
van iemand, die bebloede kleeren aanvat, geen
bloedvegen kunnen ontstaan.
Neen, antwoordt getuige. Het bloed in de
kleeren van Maria Kesseis was volgens ge
tuige hetzelfde als de bloedvlekken ln de
kleeren van den schilder. De kleeren van den
koster vertoonden geen spoor van bloed. Alleen
een zakdoek, maar dat kwam blykbaar van
een neuswonde.
Prot Wefers Bottin k, de tweede dós-
kundige, verklaarde, dat het niet kan worden
uitgemaakt of sommige bloedvlekken waren
imgewasschen. Hy heeft zoowel chemisch
als microscopisch onderzocht. Het bloed aan
den onderkant van den kiel is volgens dezen
getuige ontstaan door hot schuiven van het
het hemd langs een bebloed voorwerp. Belang
rijk is voorts de bevestiging van prof. Spronck's
verklaring, dat het bloed in do kleeren van
den schilder en in die van Maria Kessels gelijk
soortig Li van kleur en bloedlichaampjes.
Dr. C. E y c k m a n, opgeroepen door don
verdediger, is van oordeel dat men door
wasschen bloedlichaampjes kan verwyderen,
ofschoon het mogeiyk is dat zjj achterbjy ven.
Do kleur van het bloed kan door inwerking
van lucht en schimmel worden gewijzigd.
Prof. Spronck verklaart zich bereid,
wanneer men een microscoop te zyner be
schikking stelt, al zjjn verklaringen don
rechters door eigon aanschouwing te vor-
duideiyken.
Dr. V a n E m b d e n, arts te Leiden, ge
tuige décharge, verklaart, dat bloediichaamp-
pjes, in kloederon gedrongen, door wasschen
met water kunoen verwyderd worden, zonder
nochtans de zekerheid te kunnen geven dat
geen der lichaampjes ontsnapt. In kleeren
gedrongen, behouden bloedlichaampjes langen
tyd hun kleur.
A décharge treden nu op twee schilders, die
verklaren, dat men by het inzetton van ruilen,
by hot verven van yzerwerk of gesplinterd
hout wel wondjes kan oploopen.
De olficier van justitie vraagt of die wondjes
na vier of vyf dagen nog zichtbaar zyn en
nabloedon, De getuigen antwoorden ontwijkend.
Beklaagde deelt nu technische bezwaren
mede. Opmerkelijk rustig en vrijmoedig komt
hy voor het hekje te staan, en dan betoogt
hy, met levendige, vlugge stem en licht Til-
bursch accent, dat, wanneer men in zwarte
verf een verfstof van andore kleur mongt,
zich dit direct teekent. Hy heeft nog nooit
gehooid van mengen van Spaanach groen
ln zwart.
By de minste by voeging van een andere
kleur in zwart, krijgt men een valsche kleur.
Dan neemt beklaagde het roso jurkje ter
hand, en druk en opgewekt betoogt hy nu,
dat dia vlek daar niet by ongeluk opgekomen
kan zjjri. Die moet er later moedwillig zyn
opgesmeerd. „Mag ik zoo vry zyn, u dat oens
te laten zien?" vraagt hy den presidont
„ziet, de verf zit ln de rimpels van het
japonneke. Als dat niet met opzet gebeurd
is, weet ik 't niet, en dat mag een ieder hier
komen zien. Ik heb daar vroeger ook nooit
iets van gehoord.
De veronderstelling van den president, dat
het gekomen kan zyn, doordat het kind tegon
oen pas geverfde bank zou hebben geleund,
weerlegt beklaagde met de opmerking, dat de
streep dan horizontaal en niet verticaal zou
zyn. Bovendien is de verf door en door go
drongen.
De president belooft, dat de rechtbank met
deze opmerkingen rekening zal houden.
Thans volgde een incident. Een geleider
brengt een oude vrouw binnen, met een sjaal
om en een zwarte muts op. Ze wordt byna
gedragen tot op een stoel, vlak voor de recht
bank, waar ze amechtig slap neerzaakt. Daar
deze getuige, do 63 jarige vrouw Van Eossum,
geb. Van Till, uit Utrecht, stokdoof is, vraagt
de president haar geleider, om zyn vragen te
willen overbrengen.
Maar, zoodra de geleider, een inspecteur van
politie uit Utrecht, haar in het oor roept, dat
zy den eed moot afleggen, antwoordde ze op
zwakken, huilerigen toon: Jk ben zoo naar.
„Je moet opsteken je twee voorste vingers
van de rechterhand
„Nee, dat ken ik niet"huilt het
vrouwtje „Ik ben te benauwd om to
spreken."
Dan vraagt de begeleider of zo den be
klaagde kent, en plotseling, als in een stuip
trekking, komt ze overeind, en den strammen
arm strekkend, de oudo oogon fel, gilt zo
Mutsaer8 toe, op schrillen toonMoordenaar 1"
De beklaagde glimlacht en vraagt zyn
verdediger: „Nou, meneer, wat heb ik u
gezegd?"
De president dringt aan, dat getuige don
eed aflegt.
„Ocb, nee", teemt het vrouwtje, na her
haaldelijk aanroepen, „me hoofd is me zoo
raar."
En dan geeft men haar water, houdt haar
overeind op haar stoel, schreeuwt haar in het
oor; suffig bJyft zo ineengezakt zitten.
Op last van den president voeren do
marechaussees beklaagde even de zaal uit,
diet fier van houding, glimlachen blyft.
De geleider roept geemge too, datMutsaers
nu weg is.
„Myn hoofd is zoo raar", fluistert getuige
zwak, telkens door krampende benauwdheden
overvallen. „Ik kan niets zeggen; alles
warrelt me over elkaar."
De geleider deelt de rechtbank mee, dat
deze getuige, by het verhoor van den com
missaris, heel normaal was. En gisteren nog
vond ze het prettig bierheen te gaaD, maar
hoe dichter zy Breda naderde, hoe zenuw
achtiger zy werd.
Geleider, op verzoek van den president:
„Ja, je zult den eed toch moeten afleggen.
Ala je de waarheid gesproken hebt, mag jo
weer naar huis."
Getuige: „Ik kan niks zeggen."
De olficier buigt zich gemoedeiyk naar haar
toe on vraagt in dialect: „Zeg, moeder,
kende gy dienen lieer? Kendo die? Is die
wel 's by moe geweest?"
De geleider: „Mutsaors ls weg!"
De getuige gilt angstig: „Dat is de
moordenaar 1"
Geleider: „Hoe weet je dat nu?"
Get., steeds huilerig: „Dat kan ik nou niet
zeggon. AJles draait me door elkaar; ik
ben ziek."
Geleider„Is hy wol 's by je thuis geweest
Get.: „By me thuis? Die zeilde schilder?
Zoo'n smeerlap? By my aan huis...."
Geleider„Waarom zeg jezoo'n smeerlap
Get.: „O, als 'ie maar hier was?"
Geleider: „Wie?"
Got. antwoordt niet.
Geleider: „Hoo weet je dat hy dien moord
gedaan heeft? Yan wien?"
Get.: „God is nog met 'm geweest. Anders
was ie zelf vermoord geweest. Maar God hoeft
z'n handen vastgehouden.'t Is het onschuldige
bloed, dat in den hemel om wraak roept.
Want zy is nu een engel
Gel.: „Wie zyn handen zyn vastgehouden?
Wie heeft je verteld, dat hy 't gedaan heeft?"
Get.: „Stervende heeft ze aoor hem ge
smeekt. Och ja, die engol
Gel.: „Ja, maar dat kind, dat nu ODSchul-
dig vormoord is, zou zoo graag willen weten,
dat jy nu do zuivere waarheid zoi: Wie heeft
je toch 't verhaal gedaan?"
Got.: „Dat woet ik nou niet. Daar kan ik
niets van zoggen. Ik is te ziekl"
Pres.: „Biyf je liever vannacht hier, of
wil je terug naar Utrecht?"
Get.: „Bon ik dan nou niet in Utrecht?
Is hot dag of avond?"
„Pres.„Heb je Muteaera dadeiyk herkend
Got.: „Dio schilder? Ja, dien gomoeneu
schilder, met z'n verlokkend gezicht 1....
Slechter duivel is er niet, en als 'ie kon, zou
'ie nog meer doen
Pres.; Juist omdat hy zoo'n duivel is.
moet je do waarheid zeggen. Dan mag je
weer terug naar Utrecht."
Een der doctoren onder de getuigen voelt
het vrouwtje de hand, maar zy slaat hom af.
Pres.: „Wist je dat Mutsaers hier was?"
Get. staat op, ziet rond en zegt verbaasd:
„Ik weet niet waar 'ie nou heen is."
Pres.: „Ik bedoel den man, dien je moorde
naar noemde."
Get.„O, die schilder
Do president laat beklaagde nu weer binnen
brengen, en hem, geboeid tusschen de mare
chaussees, voor het oude vrouwtje stilhouden.
En dadelyk strekt zy zich weer overeind, en
schreeuwt hem toe: „Leeiyke, gemeene moor
denaar I En beken je 't nou niet?.... Beken
je 't niet? O, 't onschuldige bloed 1 Je krygt
't tóch, rnanl Yan al je misdaden ia dit do
orgste. En toch zal God je straffen. Je
herkont my niet meor, hè? Ik ben veranderd,
nietwaar? Ja, ik ben heel mager gewordon."
Bekl. wil iets zeggen, doch do president
legt hem dadelyk het zwygen op.
Pres.: „Bekl., jy biyft ontkennen?"
Bekl.: „Zoo waar helpe my..."
Pres.„Dio vingers neergeen comedie hier,
daar gelooven we niet aan, vooral van jou
niet. Je biyft ontkennen?"
Bekl.: „Ja, volkomen!"'
Goh: „Hy zegt, dat'ie't niet gedaan he9ft."
Do oude vrouw kykt Mutsaers star aan,
steekt den vinger op en zegt: „Boven is er
Eon, dio machtiger is dan al de rechters hier
to zameD, dan do heolo zaal. Dio zal jo treffen,
man; al hou jij ook jo tong neer".
Pres.: „Als hy zijn tong neer houdt on jy
ook, dan help je hein".
Get: „Yoor liet korte oogonblik, dat ik nog
in het leven benik heb al zooveel
onrechtvaardigs gezien
Pres. tot bekl.: „Kon jo dio vrouw?"
Bekl „Ik heb tiaar nooit gezien".
Pres.: „Hoo noemt z'y jou daa ineens den
moordenaar
Bekl.: „Mijnheer, ik durf te beweren, dat
ik haar nooit ontmoet heb. Laat zo dan zeg
gon waar. Maar, ziet u, zy hoort by dio ge
tuigen, die daar in de kamer waren. En mU
kan ze makkelyk herkennen, zoo mot dio
pohtie om me heenVraagt u haar nu hoo
ze weet, dat ik het gedaan heb. Het is myn
oenig verlangen, dat ze spreekt".
Get. bogrypt dat wel. Ze is zoo veranderd.
Maar hoo is het mogeiyk, dat hy zoo brutaal
durft te zyn? „De duivel heelt je wel to
pakken, man!"
Bekl.: „Ais je tegen iemand spreekt, moot
jo 'm in de oogen durven zien."
Pies.: „Stil ji)
Get.„Toen was je nog een brave jongou,
maar nou
Pres.: „Hy zegt, dat je eon werktuig van
get. Lieshout bent."
Get.: „Die ken ik niet"
Pres.: „Hoe weet je nu, dat hy het kind
vermoord heeft?"
G6t.: „Ja, hy durft zoo'n groot woord te
hebben, omdat hy bogrypt wie or zoo voor
hem gesmeekt hoeft, dat we zyn schuld niet
zouden uitbrengen: omdat wo daar een eod
op hebben moeten doen."
De pres.: „Een eed?"
Get.: „Ja, dat we hom sparen zullen, en
overlaten aan zyn eigen straf. Dat hebben we
samen gezworen."
Pres.: „Wio samen?"
Got.: „Ja, anders zou het met my net gaan
als met Musketier. Die is overal verraden,
omdat hy don moord hoeft uitgebracht."
Pres.: „Die met jou gezworen heeft, was
dat eon schilder?"
Got.: „Ja, hy schilderde wol *ts. Ook in
Tilburg. Ik heb hem grootgebracht, maar nu
is hy op een groot handelskantoor in het
baltenland."
Pres.: „Waar?"
Get.: „Dat k3n ik immers niet zeggen."
Pres.: „Was hy in Tilburg, toen do moord
gebeurde?"
Get.: „Och God jal'*
Pres.: „Had Mutsaors niet tegon dien man
gezegd, dat hy verliefd was op het meisje
van Kessels?"
Get.: „Ik heb een oed gedaan, en kan er
dus niets meer van zeggen. Dat zou stryden
met God."
Pre9.: „Hoo heb je dien eed gedaan?"
Get.: „Op den Bybol hebben ze 't me laten
doen. Zy lag op baar steifbed, een joug
moisje, dat Mutsaors beschermde, omdat ze
hem zoo graag wou hebben."
Pres.: „Waar woonde dat meisje?"
Get.: „Dan zou ik weor tegon God on myn
geweten handelen
Pres: „Hob je op haar sterfbed met dien
man uit Tilburg samen gezworen?"
Get.: „Ju. Och, ze was zoo Daar, ze smeekte
zoo; zo had hot kruis tusscheo do handen,
en riep maar: Wees zyn verrader niet."
Pres.: „Is zy nu gestorven?"
Get.: „Ja, zo was zoo tusschen 20 en 26
jiren oud, maar zo had al zoo lang idee
op hem."
Pres.: „Hoeft hy vroeger kennis aan haar
gehad?"
Get.: „Nee. Maar daar komen die brieven
ook vandaan. Dat heeft ze me brutaal of
moet ik zeggen oprecht? opgebiecht. De
verpleegster van dat meisjo heeft nog oen
woord opgevangen, toen ze stierf, maar zy
heeft hot niet begrepen. En een ander heeft
ons afgeluisterd. Zy wil dien anderen jongen
hebben."
Pres.: „Wie was die verpleegster?"
Get.: „De dochter van een vrouwolyke
detectieve. Ze wou den jongen hebboD, dien
ik heb opgevoed."
Pres.: „Hoe heet die?"
Got.: „Och, laat me nou geen naam noemen.
Ik heb het gezworen en myn arme ziel is me
te veel waard."
Get.: „Ja, maar door te zwygen, doe je nog
meer zonde."
Pres.: „Je moet den eed doenl"
Get.: „Zou ik dus twee eeden togen elkaar
ln moeten doen, en zouden de hoeren rechters
my dan gelooven? Als ik na eenmaal een
eed voor den Almachtige hob afgelegd, zou ik
dan nu weer doodgewoon een eed daartegen
in moeten doen? Zouden de heeren rechters
dat voor hun geweten kunnen verantwoorden?"
Pro3.: „Waar is die man nu, die met je
gezworen heeft?"
Get.: „Als ik dat nu zeg, weet u immers
alles. Myn geweten verbiedt me, om namen
te noemen."
Pres.: „Je moet de waarheid zeggen."
Get.: „Waarom moet ik nu dien anderen
eed voor God verbreken?"
Pres.„Dat is een slechte eed. Nu span je
samen met den moordenaar. Het onschuldige
meisje wil het."
Got.„Dat bloed wordt toch gewroken."
De openbare zitting werd om halfzes ge
schorst. Toen ze na eenige minuten heropeDd
werd, confronteerde da president de getuige
Anna Beyer, dienstbode te Utrecht, en vroeger
verloofde van den beklaagde, vrouw Yan
Rossum, de vrouw van Lieshout, waar
Mutsaers vroeger te Utrecht woonde, en haar
dochter, met de oude vronw, doch deze ver
klaren haar niet to kenuon en kunnen ook
geen licht over de geheimzinnige getuigenis
ontsteken.
De oude vrouw, nogmaals ondervraagd,
woigort beslist te zweren.
Toen liet de president hot oudje in het
oor roepen, dat zy heden om halftien weer
I'iosent moet zyn, en dat dit zoo zal duren,
totdat zy do waarheid gezegd hoeft.
Got.: Nee, dat kan ik niet. Ik doe wat
God wil, maar dht zal nooit over myn lippen
komen.
Dan schorst de president te kwart over
zessen de zitting tot hedenochtend halftien.
Het is hoogstwaarschynlyk, dat de behan
deling tien dagen za) vorderen, on *y kan
veel onverwachte incidenten opleveren.
Gcmccuteraad van Wassenaar.
C.J.
Voorzitter de burgemeester.
Afwezig de heeren Baron van Brienen
van der Oudermeulen.
De Voorzitter deelt mede, dat de verkoop der
remise heeft plaats gehad en dat de grond nu op
de door den Raad gestelde voorwaarden is ver
huurd.
Ingekomen is een request van den beor A. S.
de Smit, waarin hij voor den telegrambesteller
een vaste vergoeding vraagt voor de bestelling
van het weerbericht. Een vergoeding van f 5 per
jaar wordt toegestaan.
Vastgesteld werd het Kohier voor den hoofde-
lijken omslag. Het belastbaar inkomen bedraagt
ƒ572,615. Hot heftingspercentage wordt bepaald
op lm tegen 5ü/100 in het afgeloopen jaar.
Eenige af- en overschrijvingen werden goedge
keurd. Alleen maken een paar leden de opmerking,
dat 53 gld. arbeidsloon voor het stukje plantsoen
aan het Slooteinde verbazend hoog is.
Voor de herstelling van den toren op bet raad
huis was indertjjd aoor den heer Van der Mark
een opgave gedaan van 170 gld. De ingeleverde
rekening bedroeg echter 240 gld. Hierover was
hot advies ingewonnen van den voormaligen op
zichter. Deze deelde mede, dat werkelyk voor
20 gld. extra werk geleverd was en dat het werk
over het algemeen was tegengevallen. Bij advi
seerde den heer v. d. Mark een kleine tegemoet
koming te geven.
Daar door den heer v. d. M. berekend was, dat
hjj 25 gld. aaa het werk verdiende, steldo de
Voorz. voor, hem 170 gld. en 20 gld. en bovon-
dion nog '25 gld. te betalen, zoodat 215 gld. zou
worden voldaan.
De beer Grevers was bang, dat men een précé
dent zou stellen voor volgende gevallen.
De heer Broeksmit zon het ook oubillijk vinden,
als andere personen hadden ingeschroven.
De lieer Van Pallandt redeneerde aldas: Bij de
opgaaf van 170 gld. was de winst reeds berekend.
Ontvangt de aannemer die met de 20 gld. extra
werk, dan is zyn wiüst betaald.
De heer Grevers vond het toch onbillijk tegen
over andere ook al was het werk ondershands
aangenomen.
Het voorstel werd daarna zondor hoofdelijke
stemming aangenomen.
Do heer Peereboom, hoofd der openb. school,
vroeg een jaar verlof wegeDS keelaandoening. Uit
altesten van doktoren bleek dit noodig, zou het
niet in chronisch lyden ontaarden. Ook do arron-
dis8ement8-schoolopz. geeft op verschillende gron
den in overweging dit verlof toe te staan.
Zonder hoofdelijke stemming werd het verlof
verleend, mits het buiten bezwaar der gemeentekas
bleef. Sollicitanten zullen worden opgeroepen tegen
een salaris van 1000 gld. en vrije woning. De
ovorïge 270 gld. zal de heer Peereboom krijgen
by wijzo van verlofstractement.
De heer Nagtegaal vroeg eon stuk gronds van
300 a 400 M3. te huur aan de Niouwe haven.
De Voorzitter steldo voor den grond te verburen
tegen 25 ets. den M.
De beer Verbrug wonschte den grond aan den
adressant te verburen tegen denzelfden prya, waar
tegen do heor Rotteveel heeft gehunrd.
De heer Yan Pallandt stelde voor het bestaande
tarief te verlagen.
De Voorz. meende, dat de huurprijs voor één|
jaar niet gelijk gestold mocht worden mot één
voor langen termijn (.in dit geval 30 jaren). i
Alleen de heer Verbrug verklaarde zich beslist
tegeD, zoodat het voorstel van den Voorz. werd
aangenomen.
In den loop dezer discussie kwamen de mest-,
putten aan de haven tor sprake. Volgens één dor
loden werd er bitter geklaagd over bet ondoel-,
matige er van. Een ander lid vond ze goed en
een dorde meende, dat er altijd klagers waren.
Besloten word nog geen vast tarief voor den
huur van gemeentegrond vast te stellen, maar dit
bij elke aanvraag te beslissen-
Aan den heer J. Parlevliet werd in buur gege
ven het huia van wjjlen N. van Duykeren tegeu
ƒ1.25 per week.
Bij do rondvraag zegt de heor Grevers: Nu de
Raad daar aanstonds zoo vrijgevig is geweest om
aan iemand, uit louter consideratie, ƒ25 to geven,
wenschto ik wel den heer Beyerberg, die eeu
contract mot de gemeente heeft en waaraan hy
zijnerzijds uitstekend heeft voldaan, van de
zijde van den Raad onze tevredenheid te betuigen
over het rijtaïg. Dit kan geschieden zonder be
zwaar van do ka3 en het moet den ondernemer
van den omDibusdienst genoegen doen daarovor
van den Raad een betuiging van tevredenheid te
ontvangen. Het zal een prikkel voor hem zyn den
dieDBt vorder goed te bijjven oxploiteeren.
De Voorz. ia tegen een officieels tevredenheids-i
betuiging. Het zal den ondernemer aangenaam zyn
to mogen vernemen, dat de ltaad hier zjjn tevre
denheid heeft betuigd.
Vorder word nog geklaagd over den toestand
der gebouwen aan de Schelpsloot eu over het
neerwerpen van vuilnis. De eerste zullen hersteld 1
worden en voor het laatste zal het politietoezicht1
worden verscherpt.
Niets meer aan de orde zijnde wordt de ver- 1
gadering gesloten.
Uit de „Staatscourant."
Kon. besluiten. Benoemd tot adjunct com»
mies bij het departement van justitie, inr. A. J.
van Royon, advocaat en procureur te Groningen;
tot rechter-plaatsvervaoger in de rechtbank te
Rotterdam, mr. G. Polak DameD, ee. l o. t-»lageir
rechter m gemeld collogo. wouendu ......ar; to»
rechter in de rechtbank te Rotterdam, mr. P.
Potvliet, thans hiibstitirat-griilier bij gemeld
college; tof rechter in de rechtbank te Amster--
dam, inr. H. L. Asser, thans rechter to Alkmaar;
tot notaris te Loene», J. D. Bastert, candidaat-
notaris to Maarsoveen; tot hoofdinspecteur der
directe belastingen, invoerrechten en accijnzen bij
bet departement Yan financiën, H. Damsi'é, thans
referendaris b-j genoemd departementtot ontvan
ger der directe belastingen en accijnzen te Katwyk
c. a., L. H. ilotemakcr Jr., ontv. derzeliue middelen
te Dm ten c. a.
Opgeheven het kantoor der directe belastingen,
invoerrechten en accijnzen te Gïnneken c. a.; de
gemeente Tetormgcn algescbetden van bet kantoor
der directo bolastingeo, invoerrechten en accynzon
te Breda c. a., ingesield een kantoor der directo
belastingen en accijnzen te Breda(buitengemeenten)
voor de gemeenten GinDeken, Prinsenhage, Chaam
en Tetermgen, en benoemd tot entvanger der
directe belastingen en accijnzen to Breda i.buiten-
gemeenten) L. A. van Giffen, out vanger der directo
belastingen, invoerrechten en uccijuzeu te
Ginneken c. o.
Benoemd bij het wapen der infanterie, bij het
late regiment, tot majoor, de kapitein F. 'l'onnet,
van het regiment grenadiers en jugera; bij heb
wapen der artillerie, tot eersten luitenant, de
tweede luitonant C. Ringeling, van dat wapea,
gedetacheerd by het leger in Ned.-Indic, alsmedo,
en wel bij het korps rijdende artillerie, de tweede
luitenant jhr. W. RoëlI, Yan dat korps.
Het tijdvak, waarovor by Koninklijk besluit van
8 Januari 1901 aan denluitenant ter zee 2de klasse
W. Bosch vorguuniDg word verleend tot het in
Oost Indië waarnemen van een particuliere betrek
king buiten het zeewezen, onder stilstand van
non-activiteitstraktement en zonder opklimming
in de rangljjst, verlengd met zes maanden, t*
rekenen van ltr Jali 19ul.
Met ingang van 1 Juli a. 8 de co-nmissans der
loodsen te Willemsoord, D. H. Dietz, op zyn
verzoek, eervol ontslag uit 's Rijks dienst veneend
de ontvanger der loodsgelden te Willemsoord, L.
van Roosendaal, benoemd tot 'commis-ans der
loodsen, tevens ontvanger der loodagelJen te dier
standplaats; benoemd tot adjunct commissaris der
loodsen te Willemsoord, de neer J. van Dijk Blok,
administrateur der Kweekschool voor de Zeevaart
to Amsterdam.
Pensioen verleend aan mr. II. W. de Graaf, ten
bedrage van /"oÜOO 'ajaars-
Staatscxamen
Het Staatsexamen ter verkrijging van een ge
tuigschrift van bekwaamheid voor do studio aan
een Universiteit zal worden afgenomen te Utrecht
on 22, 23, 24, 25, 26, 27, z9, 30, 31 Juli, 1, 2, 3,
5, 6, 7, 8, 9, 10, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 20, 21,
22, 23, 24, 26, 27, 28, '29 en 30 Aug. 1901.
Mark tbcrichton.
Delft, 13 Juni. Granen werden onveranderd ver
kocht met -weinig handel.
Witte Tarwe ƒ5.75 a^7.80. Roode ƒ6.90 a
6.80. Rogge 4.60 a 5.Zomergerst 3.90 u
4.20, Chevalier f 6.26 a ƒ5.75. Haver 2.80
ƒ3.60. Groene Erwten a Bruin*
üoonen 6.— a 8.Paardeoboonen a
Duivenboonen 7.90 a Ö.iu. Koolzaad
a fKanariezaad 6.26 a 7.76»
Hennepzaad ƒ7.a ƒ7.25 per HL.
Boternoteermg: 4162.
selueüani, 12 Juni. Noteering van de Beurs-
commieaie. Moutwijn 0.60 per HL. Zender lust eo
zonder belasting, bpoehng 0,70.
Noteering van de Makelaars. Montwijn ƒ7.26.
Jenever ƒ11.26, idem Amsterd. proef 12.75.
Noteering vau den Di«till*tear»bond. Moatwya
ƒ7.25. Jenever ƒ11.26. Amst k'roet f 12.76.
Amsterdam, 12 Jam. Ter veemarkt waren
heden aangevoerd: 19J vetto kaiveron; 1st*
qualiteit ƒ0.80, 2de qualiteit ƒ0.70, 3de qualiteit
ƒ0.60 per KG.; 52 nuchtere kalveren ƒ9 a
12; 462 vetto vnrkens f 0.39 a 0.43 par JLG**
Rynkantexs 0.44 per K.G.