N* 12648
Maandag SO Mei.
A0. 1901.
(Deze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van §on- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
De Roos van Horton.
(Werdl Mreeigd>
PRUS DEZER COURANT;
•Voor Leiden por 8 maandon5 f 5 t f 1.10.!
fBiiiton Loiden, per loopor en waar agontor» govestigd zyn 1.80
Franco per posta 1.65»
PRIJS DEB ADVERTENTIES:
Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.06 berekend.
Leiden, 20 Mei.
De jaariyksche algemeeno vergadering van
de Leidsche Duinwater-Maatschappij word
Zaterdagnamiddag gehouden.
Do president-commissaris, de heer W. F.
Verhey van Wyk, doelde mede, dat vertegen*
woordigd waren 39 aandeelen, uitbrengend©
;i6 stemmen.
1 Uit het tochnisch verslag bleek, dat in het
afgeloopen jaar door de etoomwerktuigon to
Katw\)k a/d. R\jn uit het duinreservoir werden
opgepompt 1,077,765 M3. duinwater tegen
1,060,247 M3. over het jaarl899, zoodat 17,618
M3. meer waren opgepompt dan in het vorige
jaar.
Gemiddeld werden per etmaal opgepompt
2953 M3. tegen 2905 M3. over 1899.
De stoomwerktuigen van het hoogresorvoir
werkten gemiddeld 11 uur 40 min. per dag;
het totaal steenkolenverbruik dor 2 ketels
,voor Worthingtonpompon en pomp-hoogre-
servoir bedroeg 722,397 K.G., gerekend met
inbegrip van dempen, opstoken en verwisselen
van ketels, en komt alzoo op 0.67 K.G. per M3.
De resultaten der bestaande t wee diepboringen
z\]n van dien aard, dat 't wenscheiyk is ge
bleken dezo proef verder uit te breiden.
Hot aantal contracten, dat op 1 Januari
1900 6427 bedroeg, klom op 1 Januari 1901
tot 6578, alzoo gesloten over het afgeloopen
jaar 151 contracten, waarvan 135 abonne
menten en 16 meter-contracten.
Afgesloten werden 15 contracton, ntn.
wegens verandering van bestemming 4, wan
betaling 0, verbouwing 2, amotie 6 en op
zegging 3.
Voor buitengewoon verbruik zjjn In dit jaar
aangesloten
vermeerderd 14 baden totaal 386 contracten
9 87 closets 775
paarden ,29
rijtuigen 25
verminderd 1 straat- of
tuiubespr. 262
fonteinen 14
Eet water werd in het geheele jaar ge-
'regeld aangevoerd en onderzocht op do ge
bruikelijke wijze door dr. G. M. Rutten.
Het aantal brandkranon is door.de gemeente
weder mot 13 stuks vermeordord, nam.Witte
Singel No8. 61 en 69, Rijn- en Schiekade
Nos. 109, 84, 58, 40 en 28, Laatste Straat
Vreewijk, Leidsche Trekvliet, Lage Rijndijk,
.Zoeterwoud8che Singel, Zyisingel en Heeren
singel (voor de Prinsen laan). Het buizennet
werd met 667 meters uitgebreid, zoodat de
lengte thans 55,073 meters bedraagt.
De financieele uitkomst over 1900 is de
volgende:
De ontvangsten bedroegen f 111,008.87®,
zoodat na afschrijving op verschillende posten
van f 26,791.21 en met de 6aldo-winst van
1899 f 963.95 de eom van f 85,954.55 ter
uitdeeling overblijft, waardoor aan aandeel
houders 8'/i pCt. dividend kan worden uit
gekeerd en voor de gemeente Leiden een be
drag van f 31,500.
Do aftredende commissaris, de heer P. L. C.
Dri988en, werd herkozen.
De balans werd goedgekeurd en zal vast
gesteld worden na goedkeuring van Burge
meester en Wethouders der gemeente Leiden.
Niets meer aan de orde zijnde, sloot de
voorzitter de vergadering.
Naar aanleiding van het verzoek van
J. W. van Cittert om terugbetaling van
schoolgeld voor zijn zoon Hendrik, die wegens
plaatsing op eon kantoor sedert 27 April jl.
de Jongensschool 2de klasse niet meer heeft
bezocht, geven B. en Ws. in overweging
afwijzend op het verzoek te beschikken, aan
gezien de verordening op de heffing van
schoolgelden aan de scholen voor Lager
Onderwijs alleen by tusschentydsch vertrek
der leerlingen uit de gemeente teruggave van
betaald schoolgeld toelaat.
B. en Ws. deelon geheel het gevoelen
van de Commissie voor hot Stedelijk Museum,
uitgesproken in haar voor de Raadsleden in
do leeskamer ter inzage liggend rapport, dat
op het aan den gemeenteraad overgelegd
verzoek van A. Verhoeven om afstand van
een gedeelte van den tuin van het museum,
afwijzend behoort te worden beschikt.
Indien tot den afstand van die strook gronds,
welke juist achter de Harteveltzaal gelegen
is, werd overgegaan, zou het overblijvende
terrein niet meer voldoende zyn om in geval
van brand de kostbare schatten uit het museum
behoorlijk te beveiligen, terwyi ook het gemis
dier strook, Indien later eens tot uitbreiding
van het museum mocht worden besloten, do
uitvoering van dat denkbeeld zeer zou in den
weg staan. Bedenkt men daarby, dat de
afstand van den verlangden grond ook het
gevaar zelf voor brand voor het museum zou
doen toenemen, dan bestaan zeker tegen den
eigendomsafstand overwegende bezwaren.
B. en Ws. geven dan ook in overweging
afwyzend op genoemd verzoek te beschikken.
Zooals bekend Is, achten B. en Ws. de
uitvoering van het door den voorraaligen
directeur van gemeentewerken ontworpen
rioleerplan, hetzy dan In zyn geheel, hetzy
besnoeid overeenkomstig de aanwyzingen van
den wethouder Dekhuyzen, voor de gemeento
financieel te bezwarend en houden er zich
thans onledig met een onderzoek of en in
hoeverre met een reiniging van het rioolvocht
langs biologischen weg even doeltreffende
resultaten zouden kunnen worden verkregen,
zonder dat redenen van financloelen aard ook
van do toepassing van dat stelsel zouden
mooten terughoudon.
Alvorens B. en Ws. evenwel vryheid zouden
kunnen vinden een voorstel van zoo ver strek-
kenden aard by den gemeenteraad in te dienen,
zal proefondervindelijk moeten gebleken zijn,
dat de biologisohe reiniging van rioolvocht
hier te lande even groote zekerheid van wel
slagen heeft als in Engeland, waar reeds tal
van proeven met die reiniging genomen zyn
en onkele steden zelfs reeds op die wyzo go-
reinigd worden.
Wanneer dan ook het voorloopig onderzoek,
dat thans vanwege B. en Ws. door deskun
digen wordt ingesteld, tot het resultaat
leidt, .dat van een hier ter stede te nemen
proef oen gunstige uitslag mag worden ver
wacht, en wanneer uit de mode door B. en
Ws. aan die deskundigen opgedragen bereke
ning biykt, dat reiniging van het grootste
gedeelte der gemeente langs biologischen weg
financieel uitvoerbaar zal zyn, dan zal den
Raad weldra een voorstel hunnerzyds bereiken
om tot het nemen dier proef over te gaan.
Mocht evenwel tot die proefneming wor
den besloten, dan zal de gemeente moeten
kunnon beschikken ovor daartoe geöigend
terrein. En het zal zaak zyn dat terrein zoo
te kiezen, dat daarvan ook later, wanneer tot
de definitieve toepassing van het stelsel
mocht worden overgegaan, kan worden ge
bruik gemaakt. Dit terrein nu meenen B. en
en Ws. gevonden te hebben en tot hun groote
voldoening kunnen zy tovens mededeelen, dat
de gemeente in de gelegenheid gesteld is zich
voor biliyken pr(js den eigendom daarvan te
verzekeren.
Dio gelegenheid mag zy h. i. niet laten
voorbygaan. Want hoewel het geenszins zeker
is, dat door den Raad tot de toepassing van
het biologische reinigingssysteem, of ook maar
tot hel nemen der proef zal worden besloten,
ja zelfs B. en Ws. zich thans nog niet zouden
willen verbinden een voorstel tot het nemen
dier proef by den Raad in te dienen, xoo
meenen zij toch, dat er alleszins reden is om
tot den aankoop van het bovenbedoelde terrein
over te gaan. Dat terrein toch Is allergunstigst,
zoowel voor de proef als voor de definitieve
toepassing van het stolsel, aan den Zoeter-
woudschen Singel gelegen. Voor do proef,
omdat daarby aanstonds zal kunnen worden
voorzien in de nooden van dat gedeelte onzer
gemeente, waar de wateren het meest vervuild
zyn, B. en Ws. bedoelen het terrein, gelegen
tusschen de Heerenstraat en den Zoeter-
woudschen singel; voor do uitvoering van het
stelsel, omdat het zich juist bevindt op de
plaats, waar naar het rioleerplan van den
heer Broekman hot zuideiyk pompstation is
ontworpen en waar het ook by de doorvoering
van het biologisch stelsel zou moeten worden
opgericht.
Onder dezo omstandigheden meenen B. en
Ws., dat de gemeente de gelegenheid tot
aankoop van dit terrein niet mag laten voorby
gaan, ook al is nog niet volstrekt zeker, dat
het voor het thans beoogde doel zal worden
gebruikt, omdat, indien later, zooals B.-en Ws.
vertrouwen, tot het nemen der proef zal
worden besloten, de mogeiykheld wel eens
zou kunnen zyn uitgesloten om zich alsnog
den eigendom daarvan te verschaffen of wel
van de zyde van den eigenaar veel hoogere
eischen zouden kunnen worden gesteld. En
tegen dien aankoop bestaat h. L te minder
bezwaar, omdat het terrein, onmiddeliyk gren
zende aan den Zoeterwoudschen Singel en zich
achterwaarts uitstrekkende langs de Stads-
molensloot, ook als bouwterrein zoo uitmun
tend is gelegen, dat de koop,'ook indien de
biologische proefneming onverhoopt niet mocht
plaats hebben, nimmer financieel nadeel voor
de gemeente zal meebrengen.
Het terrein, kadastraal bekend onder Sectio
M. No8. 765 en 766, gemeente, Leiden is ge-
zamoniyk groot 1 H.A., 86 A., 58 c.A. De
daarvoor gevraagde koopsom bedraagt 15,000,
hetgeen gemiddeld neerkomt op een koop-
prys van /0.80 per M3., een zoker niet te
hoogen prys voor in de onmiddeiiyke omgeving
der stad gelegen gronden.
Op grond van een en ander geven B. en
Ws. den gemeenteraad dan ook in overweging
te besluiten
lo. tot den aankoop ten behoeve der ge
meente Leiden van bedoelde terreinen voor
den koopprys van f 15,000, benevens de kosten
van overdracht;
2o. tot vaststelling van don overgelegden
suppletoiren bogrootingsstaat, ten bedrage van
f 15,431.25, in welk bedrag de kosten van
overdracht zyn begrepen.
Den gemeenteraad stellen B. en Ws. voor
de tiend van de onder Leiderdorp te veld
staande aardappelen, evenals vorige jaren, ook
over het jaar 1901 ondershands, tegen taxatie,
aan de tiendplichtigen af te staan.
De administratie van het kroondomein, dat
voor de helft deelgerechtigd is in deze tiend-
heffing, kan zich, biykens ontvangen mede-
deeling van den rentmeester, met deze roge-
liDg vereenigen.
Naar aanleiding van de ln de vorige
gemeenteraadsvergadering gedane mededeeliog,
dat aan mej. Tonnet, eervol ontslagen onder-
wyzerea ln het handteekenen aan de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes, de Kweekschool
voor Onderwyzers en Onderwyzeressen en een
lagere school in deze gemeente, een pensioen
was toegekend van f 506, berekend tegen
een jaarwedde van f 1500 en ruim 20 dienst
jaren, werd door den Raad het verlangen te
kennen gegeven, dat aan mej. Tonnet boven
dien een jaariyksche personeele toelage zou
worden verleend van f 200,
De daarvoor aangevoerde gronden waren
de volgende.
By het ingesteld geneeskundig onderzoek
bleek mej. Tonnet wegens zwakte niet meer
geschikt te zyn tot het waarnemen harer
betrekking. Toch kon haar niet het l/3 gedeelte
harer bezoldiging als pensioen worden uit
gekeerd, omdat dat onderzoek niet aantoonde,
dat haar zlekeiyke toestand een rechtstreeksch
gevolg was van de uitoefening harer functie.
Intusschen zouden ln deze alleszins termen
bestaan om de benardo omstandighedenwaarin
mej. Tonnet ten gevolge van het haar verleend
ontslag zou worden gebracht, door de toe
kenning eener personeele toelage te verzach
ten. Het leed toch geen twyfel of de zwakte
van mej. Tonnet was het gevolg van den te
zwaren arbeid, door haar ten behoeve der ge
meente op zich genomen. Een geregeld iedere
week terugkeerende taak van 30 lesuren in
een zoo vermoeiend vak als het teekenondor-
wys mocht voorbeen vrouw te zwaar worden
geacht en ongetwyfeld was zy dientengevolge
genoopt geweest haar ontslag gerulmen tyd
vroeger ln te dieneD, dan onder normale om
standigheden het geval zou zyn geweest.
Men wees bovendien op den door de Com
missie van Toezicht op het M. O. uitgesproken
wensch, dat do tot dusver door mej. Tonnet
alleen verrichte taak in het vervolg aan twee
personen zou worden opgedragen.
Onder deze omstandigheden kwam het dan
ook den Raad voor, dat alleszins termen aan
wezig waren om haar oen gratificatie toe te
kennen.
Gevolg gevende aan het tot B. en Ws. ge
richte verzoek, geven z(J daarom In over
weging aan mej. Tonnet, behalve het haar
toegekende pensioen, een jaariyksche toelage
te verleenen van f 200.
De Commissie van Financiön adviseert de
rekening der Vereeniging tot bevordering van
den bouw van werkmanswoningen over het
jaar 1900 goed te keuren, met vaststelling
van de bydrage uit de gemeentekas wegens
rentegarantie op een bedrag van f 1204.25s,
Dezelfde Commissie deelt mede, dat er by
haar geen bedenkingen bestaan tegen het
voorstel van B. en Ws. tot verhooging van
den begrootingspost, Volgnr. 148: „Kosten
van verpleging in het Ziekenhuis der Ryka-
Universiteit" met f 971.75. Zy stolt daarom
voor den overgelegden staat van af- en over-
8chryvlng op de begrooting voor den dienst
1900 vast te stellen.
Ter voorziening ln de vacature, die ln
het College van Curatoren van het Gymnasium
is ontstaan door het overiyden van prof. dr.
J. E. van Iterson, heelt bet den Raad do
volgende aanbevelingsiyst van twee personen
doen toekomen: lo. Prof. dr. W. Nolen, 2o.
Prof. dr. H. Karaerlingh Onnes.
Beroepen Is naar Ostende de heer J. D.
de Stoppelaar, proponent te Leiden.
By de behandeling der gemeentebegro
ting voor het jaar 1900 word in de secties do
vraag tot B. en Ws. gericht, of eerlang van
hen eenig voorstel kon worden verwacht ln
zake de toekenning van pensioen aan weduwen
en weezen van gemeente-ambtenaren. Dezen
beloofden een speciaal onderzoek en noodlgden
daarom prof. dr. P. van Geer uit zyn denk
beelden hieromtrent uiteen te zetten en
advies te geven omtrent de wyze, waarop
een dergelijke pensionneering het best zou
kunnen worden geregeld. De hoogleeraar
heeft deze opdracht bereidwillig aanvaard en
zyn onderzoekingen neergelegd in eon „Rapport
en Advies omtrent het verleenen van pensioon
aan weduwen en weezen van ambtenaren der
gemeente Leiden". Dit rapport, waarvan B.
en Ws. met de meeste voldoening kennis
hebben genomen, heeft hun vrees voor de
financieele bezwaren uit den weg geruimd
en bovendien de grondslagen, waarop zoodanige
regeling zou moeten worden bevestigd, zoo
duideiyk uiteengezet, dat B. en Ws. niet
langer hebben geaarzeld aan den Raad voor
te stellen tot de invoering eener regeling ia
dien geest te besluiten.
Wel zal deze regeling een jaariyksche by.
drage uit de gemeentekas van pl.m. 13,000
vorderen, doch B. en Ws. achten deze som
niet te hoog, met het oog op de groote be
langen, welke by deze aangelegenheid op het
spel staan.
Yan de „Nederlandsche Coupeursvereenl-
ging" is een afdeeling te Leiden opgericht. Op
een onder leiding van den heer J. H. Ryk,
voorzitter van het hoofdbestuur, gehouden
vergadering, was daartoe een voldoend aantal
personen tegenwoordig, die zich aansloten.
Tot voorzitter der afdeeling werd benoemd
de heer T. Korthof, Schelpenpad No. 11; tot
secretaris de heer O. F. Orland, Haarlemmer
straat No. 267a, en tot penningmeester de
heer H. Kniep, Oude Ryn No. 178.
Prof. dr. J. A. Korteweg, hoogleeraar
in de heelkunde aan de universiteit te Amster
dam, benoemd tot hoogleeraar te Leiden,
deelde Zaterdag aan de studenten op z\jn
college de beweegredenen mede, die hem waar-
schUniyk zullen leiden, zyn benoeming te
Lelden aan te nemen.
Die beweegredenen zyn tweeörlel. De eene
Is, dat de operatiekamer te Leiden beter is
dan die, waarover de hoogleeraar te Amster
dam beschikt; zy is moderner en veel meer
ln overeenstemming met de tegenwoordigs
eischen der wetenschap.
De andere reden is de overweging, dat hy
zyn positie te Amsterdam als onzekerder en
minder vast beschouwt dan aan de ryks-
hooge8chooi te Leiden. Moeiiykheden, onder
vonden by het verkrygen van noodzakeiyke
verbeteringen of by bet nakomen van beloften,
welke hem vroeger waren gedaan; en ook de
moeiiykheden, welke zich hebben voorgedaan
by de benoeming van zyn assistent, die slechts
v.oor den tyd van een half jaar benoemd werd, 1
hebben by prof. Korteweg dat gevoel van
onzekerheid doen ontstaan, dat hem er thans-
toe dryft een besluit te nemen, dat voor de
Ainsterdamsche hoogeschool zeer te betreu
ren is.
Door zyn leerlingen is, na afloop van het
college, een poging gedaan om prof. Korteweg
te bewegen op zyn voornemen terug te komen.
Men vreest echter, dat deze poging dor studen.
ten geen succes zal hebben.
Onderstaand schry ven circuleert thans onder
do medische studenten te Amsterdam ter
onderteekening:
„Hooggeleerde Heer!
„De Amsterdamsche medische studenten,
by monde harer vereeniging „Modicinae Studio-
aorum Sociëtas," vernomen hebbende uw be
roep naar de Leidsche hoogeschool, gevoelen
zoo groot leedwezen by de mogelijkheid, dat
zy u als leermeester zouden moeten verliezen,
dat zy zich tot u wenden met het verzoek,
83)
Toen Tommy tot bedaren was gekomen en
met de verzekering, dat hy een dappere jongen
wilde zyn, zich aan het genot van de chocolade
overgaf, onderzocht miss Balmaine de ge
kwetste knie en ontdekte hier een tameiyk
diepe schram; deze verbond zy met den zak
doek van zyn vader en zeide, toen Tommy
daarby een weinig schreide: „Dat is niots,
Tommy; het is genezen vóór gy tweemaal
getrouwd zyt maar" zy koek met eon
veelbeteekenonden glimlach tot den angstig
tooziendon vader op „wanneer liy ver-
Btandig is, dan trouwt hy in 't geheel niet."
„Niet! U schynt een slechte opinio van don
echtolyken staat to hebben."
„Ja," antwoordde zy mot een hoofdknik,
#ik geef aan den ongohuwden staat de
Voorkeur."
„Maar u is by na nog te jong, om tot deze
Cpinie to kunnen gekomen zyn."
„Ik ben roods lang tot deze opinie gekomen,"
antwoordde zy en bloosde daarop, zonder recht
te weten waarom. „Ik geloof, dat Tommy nu
Weer loopen kan," zeide zy opstaande, „of
het ware wellicht beter, wanneer gy hem
öroegt; myn rytuig staat niet ver van hier
en u kan hem daarin naar huis ryden."
„Ik denk er niot aan u van uw rytuig te
berooven, ik kan den kleine zeer goed dragen."
Terwyi hy dit zeide, vertoonde zich by een
bocht van den weg een mooi wagentjo op
twee wielen, waarnaast een groom stond,
terwyi een mooi, jong meisje in een roode
mousselinen japon bezig was een groote hoe
veelheid varens in het rytuig te leggen.
„O, Rosamund 1" riep zy deze over den
schouder toe. „Gy zyt een halve eeuw weg
gebleven l Ik heb een massa vreemdsoortige
varens en grassen gevonden."
„Aray, je velddiefstal is ontdekt, wanthior
is lord Airdrie in eigen persoon. Lord Airdrio,
miss Jebb op heetordaad betrapt."
Amy keerde zich verschrikt om en zag
tegenover zich een groot heer, die een zeer
gedinstingeerd voorkomen had en een kleinen
jongen op den arm droeg.
Zy stamelde verlegen een menigte veront
schuldigingen, welke natuuriyk met scherts
beantwoord werden.
Lord Alrdrie, die zyn evenwicht nu vol
komen had teruggevonden, wolgerde beslist
van hot rytuig gebruik te maken, zette Tommy
op den grond en hielp de varens en grassen
in het rytuig leggen. Daarop stak hy don
dames zyn hand toe en al dien tyd praatte
miss Jebb voortdurend met hem. Vóór zy weg
reden, riep Tommy nog mot luide stem als
antwoord op een vriendeiyk adieu, dat hy de
mooie dame wilde kussen.
„Welke?" vroeg zyn vador, toen hy hem
optilda Maar Tommy zag miss Jebb's glimlach
ln het geheel niet, doch sloeg zyn armpjes
om het donkere hoofd, dat zich naar hem toe
boog, on drukte een hartelyken kus op miss
Balmaine's wang,
„Adieu, Tommy," zeide deze, „adieu, lord
Airdrie 1 Ik hoop, dat u spoedig den weg naar
Balmaine Court vindtl Overste Brice zal u
natuuriyk spoedig een visite maken, maar
wees, bid ik u, niet al to formeel. Wy spelen
eiken Donderdag tennis en croquet 1"
By deze üitnoodiging nam lord Airdrie be
leef^ den hoed af en mompelde een .paar
onverstaanbare woorden. Toen zyn oogen zich
nu in de hare boorden, ging het plotseliog
als een electrische stroom door Rosamund's
geheele lichaam, welke elk spoor van kleur
uit haar golaat deed verdwynen. De heer had
immers dezelfde oogon als Ronald Gordon!
Dezo ontdekking bracht haar zoo van haar
stuk, dat zy do teugels nauwelyks houdeffen
het vurige paard ternauwernood rogeeren kon.
Lord Airdrie keek de dames na, totdat zy
uit zyn gezichtskring waren verdwenen. Hoe
zonderling, dat zy elkaar op deze wyze weer
moesten ontmoeten en dat zy niet het minste
vermoeden van de waarheid hadt
Tommy vond zyfi speelkameraad byzonder
stil, toen hy door dezen op zyn schouder
naar huis werd gedragen. Zyn herhaald ge
zegde: „Spreek toch, vader, spreek met my i"
had slechts een zwak succes; maar wie zou
zich daarover verwonderen?
Ook miss Balmaine was byzonder verstrooid.
Het was haar ten hoogste onaangenaam, het
verleden in den een of anderen vorm weer
in het leven geroepen te zien en de oogon
van dien man hadden een spook doen op
doemen, dat zy reeds lang begraven waande.
Zy gaf Amy goheei vorkeerde antwoorden en
stemde niet met haar lofredenen over lord
Airdrie's voorkomen en verschyning, of met
haar verrukking over den kleinen jongen, in.
Zy voelde zich geheel van streek. Het was
toch werkolyk belacheiyk, dat een toevallige
geiykenis haar zoo kon opwinden l Zy rilde
en huiverde, ofschoon het een wanne Juli
avond was.
„Er bestaat geen lady Alrdrie," antwoordde
z\) op Amy's driemaal herhaalde vraag. „Hy
zeide, dat de knaap geen moeder had."
„Lieve hemel l Een weduwnaar! Hoeveel werk
.zullen nu allo vrouwen hier in.'t rond van
hem maken l" riep miss Jebb. „Hy zou ge
schikt voor jou zyn, Rosiel Hy is niet te
jong, gy houdt immers niet van jonge
mannen heeft ook geen leeiyk uiteriyk,
ofschoon men onwillekeurig moet denken, dat
hy half verhongerd Is misschien behoort
hy tot de „high church" en vast zeer veel
en is van zeer goede familie. Voor hem zoudt
gy toch zeker den neus niet optrekken, is
't wel?"
„Hemel8che goedheid, wat zyt gy een kop
pelaarster, Amyl" antwoordde Rosamund en
gaf te goiyk het paard een hardon slag met
de zweep. „Hoeveel maal heb ik je niet reeds
gezegd, dat ik niot trouwen zal? En dat is
niet slechts een gezegde, maar ik meen het
in allen ornst; ook zou ik je raden niot to
veel op lord Alrdrie te speculeeren. Hy ziet
er niet als een huwelykscandidaat uit; veel
eerder als een man, die eon idóe fixe of een
stokpaardje heeft, mogeiyk de jacht of oude
schilderyen of postzegels."
„Het kind is natuuriyk zyn erfgenaam,
nietwaar?"
„Ja."
„Het ie^eker vier of vyf jaar. Ik zou wel
eens willeb weten hoe oud lord Alrdrie zelf is."
„Niet beneden de veertig, eerder ouder."
„O Rosamund! Zoo oud is hy zeker niett
Het komt m(J voor alsof hy zwaar ziek is
geweest, of dat hem een groot ongeluk ge
troffen heeft, zoodat hy vóór den tyd ver
ouderd is."
„Ik heb over zyn leoftyd nog niet nage
dacht, maar aangenomen, dat je veronderstel
ling juist was, dan geloof ik, dat zyn gryze
haren en zyn mager gezicht aan den dood
zyner vrouw moeten toegeschreven worden.
Vele mannen zyn zoo. Daar zyn wy thuis!
Ho, hol bruintje, jp behoeft niet opdeachter-
pooten te gaan staan, laat ons ten minste
eerst eens uitstappen I"
XXI.
Overste Davidson Brice, zoowel als alle
andore magnaten uit den omtrek, maakten
by lord Airdrio hun opwachting; deze beant
woordde vervolgens die bezoeken en deelde
den menschen daarby mee, dat hy eenigen
tyd in die streek wilde biyven. Zyn verleden
bleef in eon diepe duisternis gehuld; maar,
wanneer iemand ryk is, dan zyn de menschen
niet al te nauwkeurig met hun informaties.
Hy was, zooals iedereen kon zien, een waar
gentleman, had aangename manieren en wist
veel. Toevallig had hy aan iemand verteld,—
en deze vertelde het weer aan een dozyn
anderen dat hy vroeger arm was geweest
on dat zyn opvolging in den titel en het ver
mogen der Airdries een onverwachte, geluk
kige omstandigheid voor hem was geweest.
Eveneons had hy gezegd, dat hy verscheidene
jaren buitenslands had doorgebracht en ook
iets van de kolonién kende, maar van alle
bedekte toespelingen ten opzichte van lady
Airdrie nam hy niet do minste notitie. De
huishoudster, mrs. Trent, een vrouw van
middelbaren leeftyd, verzekerde den onver-
moeidon vragers, dat zy ook nooit iets van
haar had gehoord, en master Tommy had
niet do minste herinnering aan een moeder,
slechts aan een oude vrouw, ^en moeder Nan;
er was ook nergens een portret van lady
Airdrie te vinden, want doch dit ln het
diepsto vertrouwen lord Airdrie's toilettafel,
zoowel als zyn schryfbureau, waren geheel
doorzocht, maar van een damesportret wal,
goen spoor te ontdokken geweest.