N* 12648 Maandag SO Mei. A0. 1901. (Deze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van §on- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. De Roos van Horton. (Werdl Mreeigd> PRUS DEZER COURANT; •Voor Leiden por 8 maandon5 f 5 t f 1.10.! fBiiiton Loiden, per loopor en waar agontor» govestigd zyn 1.80 Franco per posta 1.65» PRIJS DEB ADVERTENTIES: Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.06 berekend. Leiden, 20 Mei. De jaariyksche algemeeno vergadering van de Leidsche Duinwater-Maatschappij word Zaterdagnamiddag gehouden. Do president-commissaris, de heer W. F. Verhey van Wyk, doelde mede, dat vertegen* woordigd waren 39 aandeelen, uitbrengend© ;i6 stemmen. 1 Uit het tochnisch verslag bleek, dat in het afgeloopen jaar door de etoomwerktuigon to Katw\)k a/d. R\jn uit het duinreservoir werden opgepompt 1,077,765 M3. duinwater tegen 1,060,247 M3. over het jaarl899, zoodat 17,618 M3. meer waren opgepompt dan in het vorige jaar. Gemiddeld werden per etmaal opgepompt 2953 M3. tegen 2905 M3. over 1899. De stoomwerktuigen van het hoogresorvoir werkten gemiddeld 11 uur 40 min. per dag; het totaal steenkolenverbruik dor 2 ketels ,voor Worthingtonpompon en pomp-hoogre- servoir bedroeg 722,397 K.G., gerekend met inbegrip van dempen, opstoken en verwisselen van ketels, en komt alzoo op 0.67 K.G. per M3. De resultaten der bestaande t wee diepboringen z\]n van dien aard, dat 't wenscheiyk is ge bleken dezo proef verder uit te breiden. Hot aantal contracten, dat op 1 Januari 1900 6427 bedroeg, klom op 1 Januari 1901 tot 6578, alzoo gesloten over het afgeloopen jaar 151 contracten, waarvan 135 abonne menten en 16 meter-contracten. Afgesloten werden 15 contracton, ntn. wegens verandering van bestemming 4, wan betaling 0, verbouwing 2, amotie 6 en op zegging 3. Voor buitengewoon verbruik zjjn In dit jaar aangesloten vermeerderd 14 baden totaal 386 contracten 9 87 closets 775 paarden ,29 rijtuigen 25 verminderd 1 straat- of tuiubespr. 262 fonteinen 14 Eet water werd in het geheele jaar ge- 'regeld aangevoerd en onderzocht op do ge bruikelijke wijze door dr. G. M. Rutten. Het aantal brandkranon is door.de gemeente weder mot 13 stuks vermeordord, nam.Witte Singel No8. 61 en 69, Rijn- en Schiekade Nos. 109, 84, 58, 40 en 28, Laatste Straat Vreewijk, Leidsche Trekvliet, Lage Rijndijk, .Zoeterwoud8che Singel, Zyisingel en Heeren singel (voor de Prinsen laan). Het buizennet werd met 667 meters uitgebreid, zoodat de lengte thans 55,073 meters bedraagt. De financieele uitkomst over 1900 is de volgende: De ontvangsten bedroegen f 111,008.87®, zoodat na afschrijving op verschillende posten van f 26,791.21 en met de 6aldo-winst van 1899 f 963.95 de eom van f 85,954.55 ter uitdeeling overblijft, waardoor aan aandeel houders 8'/i pCt. dividend kan worden uit gekeerd en voor de gemeente Leiden een be drag van f 31,500. Do aftredende commissaris, de heer P. L. C. Dri988en, werd herkozen. De balans werd goedgekeurd en zal vast gesteld worden na goedkeuring van Burge meester en Wethouders der gemeente Leiden. Niets meer aan de orde zijnde, sloot de voorzitter de vergadering. Naar aanleiding van het verzoek van J. W. van Cittert om terugbetaling van schoolgeld voor zijn zoon Hendrik, die wegens plaatsing op eon kantoor sedert 27 April jl. de Jongensschool 2de klasse niet meer heeft bezocht, geven B. en Ws. in overweging afwijzend op het verzoek te beschikken, aan gezien de verordening op de heffing van schoolgelden aan de scholen voor Lager Onderwijs alleen by tusschentydsch vertrek der leerlingen uit de gemeente teruggave van betaald schoolgeld toelaat. B. en Ws. deelon geheel het gevoelen van de Commissie voor hot Stedelijk Museum, uitgesproken in haar voor de Raadsleden in do leeskamer ter inzage liggend rapport, dat op het aan den gemeenteraad overgelegd verzoek van A. Verhoeven om afstand van een gedeelte van den tuin van het museum, afwijzend behoort te worden beschikt. Indien tot den afstand van die strook gronds, welke juist achter de Harteveltzaal gelegen is, werd overgegaan, zou het overblijvende terrein niet meer voldoende zyn om in geval van brand de kostbare schatten uit het museum behoorlijk te beveiligen, terwyi ook het gemis dier strook, Indien later eens tot uitbreiding van het museum mocht worden besloten, do uitvoering van dat denkbeeld zeer zou in den weg staan. Bedenkt men daarby, dat de afstand van den verlangden grond ook het gevaar zelf voor brand voor het museum zou doen toenemen, dan bestaan zeker tegen den eigendomsafstand overwegende bezwaren. B. en Ws. geven dan ook in overweging afwyzend op genoemd verzoek te beschikken. Zooals bekend Is, achten B. en Ws. de uitvoering van het door den voorraaligen directeur van gemeentewerken ontworpen rioleerplan, hetzy dan In zyn geheel, hetzy besnoeid overeenkomstig de aanwyzingen van den wethouder Dekhuyzen, voor de gemeento financieel te bezwarend en houden er zich thans onledig met een onderzoek of en in hoeverre met een reiniging van het rioolvocht langs biologischen weg even doeltreffende resultaten zouden kunnen worden verkregen, zonder dat redenen van financloelen aard ook van do toepassing van dat stelsel zouden mooten terughoudon. Alvorens B. en Ws. evenwel vryheid zouden kunnen vinden een voorstel van zoo ver strek- kenden aard by den gemeenteraad in te dienen, zal proefondervindelijk moeten gebleken zijn, dat de biologisohe reiniging van rioolvocht hier te lande even groote zekerheid van wel slagen heeft als in Engeland, waar reeds tal van proeven met die reiniging genomen zyn en onkele steden zelfs reeds op die wyzo go- reinigd worden. Wanneer dan ook het voorloopig onderzoek, dat thans vanwege B. en Ws. door deskun digen wordt ingesteld, tot het resultaat leidt, .dat van een hier ter stede te nemen proef oen gunstige uitslag mag worden ver wacht, en wanneer uit de mode door B. en Ws. aan die deskundigen opgedragen bereke ning biykt, dat reiniging van het grootste gedeelte der gemeente langs biologischen weg financieel uitvoerbaar zal zyn, dan zal den Raad weldra een voorstel hunnerzyds bereiken om tot het nemen dier proef over te gaan. Mocht evenwel tot die proefneming wor den besloten, dan zal de gemeente moeten kunnon beschikken ovor daartoe geöigend terrein. En het zal zaak zyn dat terrein zoo te kiezen, dat daarvan ook later, wanneer tot de definitieve toepassing van het stelsel mocht worden overgegaan, kan worden ge bruik gemaakt. Dit terrein nu meenen B. en en Ws. gevonden te hebben en tot hun groote voldoening kunnen zy tovens mededeelen, dat de gemeente in de gelegenheid gesteld is zich voor biliyken pr(js den eigendom daarvan te verzekeren. Dio gelegenheid mag zy h. i. niet laten voorbygaan. Want hoewel het geenszins zeker is, dat door den Raad tot de toepassing van het biologische reinigingssysteem, of ook maar tot hel nemen der proef zal worden besloten, ja zelfs B. en Ws. zich thans nog niet zouden willen verbinden een voorstel tot het nemen dier proef by den Raad in te dienen, xoo meenen zij toch, dat er alleszins reden is om tot den aankoop van het bovenbedoelde terrein over te gaan. Dat terrein toch Is allergunstigst, zoowel voor de proef als voor de definitieve toepassing van het stolsel, aan den Zoeter- woudschen Singel gelegen. Voor do proef, omdat daarby aanstonds zal kunnen worden voorzien in de nooden van dat gedeelte onzer gemeente, waar de wateren het meest vervuild zyn, B. en Ws. bedoelen het terrein, gelegen tusschen de Heerenstraat en den Zoeter- woudschen singel; voor do uitvoering van het stelsel, omdat het zich juist bevindt op de plaats, waar naar het rioleerplan van den heer Broekman hot zuideiyk pompstation is ontworpen en waar het ook by de doorvoering van het biologisch stelsel zou moeten worden opgericht. Onder dezo omstandigheden meenen B. en Ws., dat de gemeente de gelegenheid tot aankoop van dit terrein niet mag laten voorby gaan, ook al is nog niet volstrekt zeker, dat het voor het thans beoogde doel zal worden gebruikt, omdat, indien later, zooals B.-en Ws. vertrouwen, tot het nemen der proef zal worden besloten, de mogeiykheld wel eens zou kunnen zyn uitgesloten om zich alsnog den eigendom daarvan te verschaffen of wel van de zyde van den eigenaar veel hoogere eischen zouden kunnen worden gesteld. En tegen dien aankoop bestaat h. L te minder bezwaar, omdat het terrein, onmiddeliyk gren zende aan den Zoeterwoudschen Singel en zich achterwaarts uitstrekkende langs de Stads- molensloot, ook als bouwterrein zoo uitmun tend is gelegen, dat de koop,'ook indien de biologische proefneming onverhoopt niet mocht plaats hebben, nimmer financieel nadeel voor de gemeente zal meebrengen. Het terrein, kadastraal bekend onder Sectio M. No8. 765 en 766, gemeente, Leiden is ge- zamoniyk groot 1 H.A., 86 A., 58 c.A. De daarvoor gevraagde koopsom bedraagt 15,000, hetgeen gemiddeld neerkomt op een koop- prys van /0.80 per M3., een zoker niet te hoogen prys voor in de onmiddeiiyke omgeving der stad gelegen gronden. Op grond van een en ander geven B. en Ws. den gemeenteraad dan ook in overweging te besluiten lo. tot den aankoop ten behoeve der ge meente Leiden van bedoelde terreinen voor den koopprys van f 15,000, benevens de kosten van overdracht; 2o. tot vaststelling van don overgelegden suppletoiren bogrootingsstaat, ten bedrage van f 15,431.25, in welk bedrag de kosten van overdracht zyn begrepen. Den gemeenteraad stellen B. en Ws. voor de tiend van de onder Leiderdorp te veld staande aardappelen, evenals vorige jaren, ook over het jaar 1901 ondershands, tegen taxatie, aan de tiendplichtigen af te staan. De administratie van het kroondomein, dat voor de helft deelgerechtigd is in deze tiend- heffing, kan zich, biykens ontvangen mede- deeling van den rentmeester, met deze roge- liDg vereenigen. Naar aanleiding van de ln de vorige gemeenteraadsvergadering gedane mededeeliog, dat aan mej. Tonnet, eervol ontslagen onder- wyzerea ln het handteekenen aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes, de Kweekschool voor Onderwyzers en Onderwyzeressen en een lagere school in deze gemeente, een pensioen was toegekend van f 506, berekend tegen een jaarwedde van f 1500 en ruim 20 dienst jaren, werd door den Raad het verlangen te kennen gegeven, dat aan mej. Tonnet boven dien een jaariyksche personeele toelage zou worden verleend van f 200, De daarvoor aangevoerde gronden waren de volgende. By het ingesteld geneeskundig onderzoek bleek mej. Tonnet wegens zwakte niet meer geschikt te zyn tot het waarnemen harer betrekking. Toch kon haar niet het l/3 gedeelte harer bezoldiging als pensioen worden uit gekeerd, omdat dat onderzoek niet aantoonde, dat haar zlekeiyke toestand een rechtstreeksch gevolg was van de uitoefening harer functie. Intusschen zouden ln deze alleszins termen bestaan om de benardo omstandighedenwaarin mej. Tonnet ten gevolge van het haar verleend ontslag zou worden gebracht, door de toe kenning eener personeele toelage te verzach ten. Het leed toch geen twyfel of de zwakte van mej. Tonnet was het gevolg van den te zwaren arbeid, door haar ten behoeve der ge meente op zich genomen. Een geregeld iedere week terugkeerende taak van 30 lesuren in een zoo vermoeiend vak als het teekenondor- wys mocht voorbeen vrouw te zwaar worden geacht en ongetwyfeld was zy dientengevolge genoopt geweest haar ontslag gerulmen tyd vroeger ln te dieneD, dan onder normale om standigheden het geval zou zyn geweest. Men wees bovendien op den door de Com missie van Toezicht op het M. O. uitgesproken wensch, dat do tot dusver door mej. Tonnet alleen verrichte taak in het vervolg aan twee personen zou worden opgedragen. Onder deze omstandigheden kwam het dan ook den Raad voor, dat alleszins termen aan wezig waren om haar oen gratificatie toe te kennen. Gevolg gevende aan het tot B. en Ws. ge richte verzoek, geven z(J daarom In over weging aan mej. Tonnet, behalve het haar toegekende pensioen, een jaariyksche toelage te verleenen van f 200. De Commissie van Financiön adviseert de rekening der Vereeniging tot bevordering van den bouw van werkmanswoningen over het jaar 1900 goed te keuren, met vaststelling van de bydrage uit de gemeentekas wegens rentegarantie op een bedrag van f 1204.25s, Dezelfde Commissie deelt mede, dat er by haar geen bedenkingen bestaan tegen het voorstel van B. en Ws. tot verhooging van den begrootingspost, Volgnr. 148: „Kosten van verpleging in het Ziekenhuis der Ryka- Universiteit" met f 971.75. Zy stolt daarom voor den overgelegden staat van af- en over- 8chryvlng op de begrooting voor den dienst 1900 vast te stellen. Ter voorziening ln de vacature, die ln het College van Curatoren van het Gymnasium is ontstaan door het overiyden van prof. dr. J. E. van Iterson, heelt bet den Raad do volgende aanbevelingsiyst van twee personen doen toekomen: lo. Prof. dr. W. Nolen, 2o. Prof. dr. H. Karaerlingh Onnes. Beroepen Is naar Ostende de heer J. D. de Stoppelaar, proponent te Leiden. By de behandeling der gemeentebegro ting voor het jaar 1900 word in de secties do vraag tot B. en Ws. gericht, of eerlang van hen eenig voorstel kon worden verwacht ln zake de toekenning van pensioen aan weduwen en weezen van gemeente-ambtenaren. Dezen beloofden een speciaal onderzoek en noodlgden daarom prof. dr. P. van Geer uit zyn denk beelden hieromtrent uiteen te zetten en advies te geven omtrent de wyze, waarop een dergelijke pensionneering het best zou kunnen worden geregeld. De hoogleeraar heeft deze opdracht bereidwillig aanvaard en zyn onderzoekingen neergelegd in eon „Rapport en Advies omtrent het verleenen van pensioon aan weduwen en weezen van ambtenaren der gemeente Leiden". Dit rapport, waarvan B. en Ws. met de meeste voldoening kennis hebben genomen, heeft hun vrees voor de financieele bezwaren uit den weg geruimd en bovendien de grondslagen, waarop zoodanige regeling zou moeten worden bevestigd, zoo duideiyk uiteengezet, dat B. en Ws. niet langer hebben geaarzeld aan den Raad voor te stellen tot de invoering eener regeling ia dien geest te besluiten. Wel zal deze regeling een jaariyksche by. drage uit de gemeentekas van pl.m. 13,000 vorderen, doch B. en Ws. achten deze som niet te hoog, met het oog op de groote be langen, welke by deze aangelegenheid op het spel staan. Yan de „Nederlandsche Coupeursvereenl- ging" is een afdeeling te Leiden opgericht. Op een onder leiding van den heer J. H. Ryk, voorzitter van het hoofdbestuur, gehouden vergadering, was daartoe een voldoend aantal personen tegenwoordig, die zich aansloten. Tot voorzitter der afdeeling werd benoemd de heer T. Korthof, Schelpenpad No. 11; tot secretaris de heer O. F. Orland, Haarlemmer straat No. 267a, en tot penningmeester de heer H. Kniep, Oude Ryn No. 178. Prof. dr. J. A. Korteweg, hoogleeraar in de heelkunde aan de universiteit te Amster dam, benoemd tot hoogleeraar te Leiden, deelde Zaterdag aan de studenten op z\jn college de beweegredenen mede, die hem waar- schUniyk zullen leiden, zyn benoeming te Lelden aan te nemen. Die beweegredenen zyn tweeörlel. De eene Is, dat de operatiekamer te Leiden beter is dan die, waarover de hoogleeraar te Amster dam beschikt; zy is moderner en veel meer ln overeenstemming met de tegenwoordigs eischen der wetenschap. De andere reden is de overweging, dat hy zyn positie te Amsterdam als onzekerder en minder vast beschouwt dan aan de ryks- hooge8chooi te Leiden. Moeiiykheden, onder vonden by het verkrygen van noodzakeiyke verbeteringen of by bet nakomen van beloften, welke hem vroeger waren gedaan; en ook de moeiiykheden, welke zich hebben voorgedaan by de benoeming van zyn assistent, die slechts v.oor den tyd van een half jaar benoemd werd, 1 hebben by prof. Korteweg dat gevoel van onzekerheid doen ontstaan, dat hem er thans- toe dryft een besluit te nemen, dat voor de Ainsterdamsche hoogeschool zeer te betreu ren is. Door zyn leerlingen is, na afloop van het college, een poging gedaan om prof. Korteweg te bewegen op zyn voornemen terug te komen. Men vreest echter, dat deze poging dor studen. ten geen succes zal hebben. Onderstaand schry ven circuleert thans onder do medische studenten te Amsterdam ter onderteekening: „Hooggeleerde Heer! „De Amsterdamsche medische studenten, by monde harer vereeniging „Modicinae Studio- aorum Sociëtas," vernomen hebbende uw be roep naar de Leidsche hoogeschool, gevoelen zoo groot leedwezen by de mogelijkheid, dat zy u als leermeester zouden moeten verliezen, dat zy zich tot u wenden met het verzoek, 83) Toen Tommy tot bedaren was gekomen en met de verzekering, dat hy een dappere jongen wilde zyn, zich aan het genot van de chocolade overgaf, onderzocht miss Balmaine de ge kwetste knie en ontdekte hier een tameiyk diepe schram; deze verbond zy met den zak doek van zyn vader en zeide, toen Tommy daarby een weinig schreide: „Dat is niots, Tommy; het is genezen vóór gy tweemaal getrouwd zyt maar" zy koek met eon veelbeteekenonden glimlach tot den angstig tooziendon vader op „wanneer liy ver- Btandig is, dan trouwt hy in 't geheel niet." „Niet! U schynt een slechte opinio van don echtolyken staat to hebben." „Ja," antwoordde zy mot een hoofdknik, #ik geef aan den ongohuwden staat de Voorkeur." „Maar u is by na nog te jong, om tot deze Cpinie to kunnen gekomen zyn." „Ik ben roods lang tot deze opinie gekomen," antwoordde zy en bloosde daarop, zonder recht te weten waarom. „Ik geloof, dat Tommy nu Weer loopen kan," zeide zy opstaande, „of het ware wellicht beter, wanneer gy hem öroegt; myn rytuig staat niet ver van hier en u kan hem daarin naar huis ryden." „Ik denk er niot aan u van uw rytuig te berooven, ik kan den kleine zeer goed dragen." Terwyi hy dit zeide, vertoonde zich by een bocht van den weg een mooi wagentjo op twee wielen, waarnaast een groom stond, terwyi een mooi, jong meisje in een roode mousselinen japon bezig was een groote hoe veelheid varens in het rytuig te leggen. „O, Rosamund 1" riep zy deze over den schouder toe. „Gy zyt een halve eeuw weg gebleven l Ik heb een massa vreemdsoortige varens en grassen gevonden." „Aray, je velddiefstal is ontdekt, wanthior is lord Airdrie in eigen persoon. Lord Airdrio, miss Jebb op heetordaad betrapt." Amy keerde zich verschrikt om en zag tegenover zich een groot heer, die een zeer gedinstingeerd voorkomen had en een kleinen jongen op den arm droeg. Zy stamelde verlegen een menigte veront schuldigingen, welke natuuriyk met scherts beantwoord werden. Lord Alrdrie, die zyn evenwicht nu vol komen had teruggevonden, wolgerde beslist van hot rytuig gebruik te maken, zette Tommy op den grond en hielp de varens en grassen in het rytuig leggen. Daarop stak hy don dames zyn hand toe en al dien tyd praatte miss Jebb voortdurend met hem. Vóór zy weg reden, riep Tommy nog mot luide stem als antwoord op een vriendeiyk adieu, dat hy de mooie dame wilde kussen. „Welke?" vroeg zyn vador, toen hy hem optilda Maar Tommy zag miss Jebb's glimlach ln het geheel niet, doch sloeg zyn armpjes om het donkere hoofd, dat zich naar hem toe boog, on drukte een hartelyken kus op miss Balmaine's wang, „Adieu, Tommy," zeide deze, „adieu, lord Airdrie 1 Ik hoop, dat u spoedig den weg naar Balmaine Court vindtl Overste Brice zal u natuuriyk spoedig een visite maken, maar wees, bid ik u, niet al to formeel. Wy spelen eiken Donderdag tennis en croquet 1" By deze üitnoodiging nam lord Airdrie be leef^ den hoed af en mompelde een .paar onverstaanbare woorden. Toen zyn oogen zich nu in de hare boorden, ging het plotseliog als een electrische stroom door Rosamund's geheele lichaam, welke elk spoor van kleur uit haar golaat deed verdwynen. De heer had immers dezelfde oogon als Ronald Gordon! Dezo ontdekking bracht haar zoo van haar stuk, dat zy do teugels nauwelyks houdeffen het vurige paard ternauwernood rogeeren kon. Lord Airdrie keek de dames na, totdat zy uit zyn gezichtskring waren verdwenen. Hoe zonderling, dat zy elkaar op deze wyze weer moesten ontmoeten en dat zy niet het minste vermoeden van de waarheid hadt Tommy vond zyfi speelkameraad byzonder stil, toen hy door dezen op zyn schouder naar huis werd gedragen. Zyn herhaald ge zegde: „Spreek toch, vader, spreek met my i" had slechts een zwak succes; maar wie zou zich daarover verwonderen? Ook miss Balmaine was byzonder verstrooid. Het was haar ten hoogste onaangenaam, het verleden in den een of anderen vorm weer in het leven geroepen te zien en de oogon van dien man hadden een spook doen op doemen, dat zy reeds lang begraven waande. Zy gaf Amy goheei vorkeerde antwoorden en stemde niet met haar lofredenen over lord Airdrie's voorkomen en verschyning, of met haar verrukking over den kleinen jongen, in. Zy voelde zich geheel van streek. Het was toch werkolyk belacheiyk, dat een toevallige geiykenis haar zoo kon opwinden l Zy rilde en huiverde, ofschoon het een wanne Juli avond was. „Er bestaat geen lady Alrdrie," antwoordde z\) op Amy's driemaal herhaalde vraag. „Hy zeide, dat de knaap geen moeder had." „Lieve hemel l Een weduwnaar! Hoeveel werk .zullen nu allo vrouwen hier in.'t rond van hem maken l" riep miss Jebb. „Hy zou ge schikt voor jou zyn, Rosiel Hy is niet te jong, gy houdt immers niet van jonge mannen heeft ook geen leeiyk uiteriyk, ofschoon men onwillekeurig moet denken, dat hy half verhongerd Is misschien behoort hy tot de „high church" en vast zeer veel en is van zeer goede familie. Voor hem zoudt gy toch zeker den neus niet optrekken, is 't wel?" „Hemel8che goedheid, wat zyt gy een kop pelaarster, Amyl" antwoordde Rosamund en gaf te goiyk het paard een hardon slag met de zweep. „Hoeveel maal heb ik je niet reeds gezegd, dat ik niot trouwen zal? En dat is niet slechts een gezegde, maar ik meen het in allen ornst; ook zou ik je raden niot to veel op lord Alrdrie te speculeeren. Hy ziet er niet als een huwelykscandidaat uit; veel eerder als een man, die eon idóe fixe of een stokpaardje heeft, mogeiyk de jacht of oude schilderyen of postzegels." „Het kind is natuuriyk zyn erfgenaam, nietwaar?" „Ja." „Het ie^eker vier of vyf jaar. Ik zou wel eens willeb weten hoe oud lord Alrdrie zelf is." „Niet beneden de veertig, eerder ouder." „O Rosamund! Zoo oud is hy zeker niett Het komt m(J voor alsof hy zwaar ziek is geweest, of dat hem een groot ongeluk ge troffen heeft, zoodat hy vóór den tyd ver ouderd is." „Ik heb over zyn leoftyd nog niet nage dacht, maar aangenomen, dat je veronderstel ling juist was, dan geloof ik, dat zyn gryze haren en zyn mager gezicht aan den dood zyner vrouw moeten toegeschreven worden. Vele mannen zyn zoo. Daar zyn wy thuis! Ho, hol bruintje, jp behoeft niet opdeachter- pooten te gaan staan, laat ons ten minste eerst eens uitstappen I" XXI. Overste Davidson Brice, zoowel als alle andore magnaten uit den omtrek, maakten by lord Airdrio hun opwachting; deze beant woordde vervolgens die bezoeken en deelde den menschen daarby mee, dat hy eenigen tyd in die streek wilde biyven. Zyn verleden bleef in eon diepe duisternis gehuld; maar, wanneer iemand ryk is, dan zyn de menschen niet al te nauwkeurig met hun informaties. Hy was, zooals iedereen kon zien, een waar gentleman, had aangename manieren en wist veel. Toevallig had hy aan iemand verteld,— en deze vertelde het weer aan een dozyn anderen dat hy vroeger arm was geweest on dat zyn opvolging in den titel en het ver mogen der Airdries een onverwachte, geluk kige omstandigheid voor hem was geweest. Eveneons had hy gezegd, dat hy verscheidene jaren buitenslands had doorgebracht en ook iets van de kolonién kende, maar van alle bedekte toespelingen ten opzichte van lady Airdrie nam hy niet do minste notitie. De huishoudster, mrs. Trent, een vrouw van middelbaren leeftyd, verzekerde den onver- moeidon vragers, dat zy ook nooit iets van haar had gehoord, en master Tommy had niet do minste herinnering aan een moeder, slechts aan een oude vrouw, ^en moeder Nan; er was ook nergens een portret van lady Airdrie te vinden, want doch dit ln het diepsto vertrouwen lord Airdrie's toilettafel, zoowel als zyn schryfbureau, waren geheel doorzocht, maar van een damesportret wal, goen spoor te ontdokken geweest.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1901 | | pagina 1