N* 12591 Maandag IX Maart, A». 1901. Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. De „Morgenstond". LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10.) x Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn 1.30 Franco per post1.65* PRIJS DER ADVERTENTIÈN: V»n 1—8 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17$. Grootere letters naar plaatsruimte. Toor het incasseeren buiten de stad wordt /"0.05 berekend. Lelden, 11 Maart. In de heden gehouden vergadering der Koninklijke Academie van Wetenschappen, te Amsterdam, bracht de daartoe aangewezen commissio verslag uit omtrent den jaariykschen jwedstriM in Latynsche poëzie van het Legatum Hosii ïën Mn. Van de ingekomen 17 gedichten had zy Gèt best geoordeeld het gedicht, getiteld Pa tri a Ru ra, en dit de gouden medaille ■waardig gekeurd. By opening van het naam briefje bleek de dichter te zyn dr. P. H. Damató, te Leiden. BJj den wedstryd van het vorig jaar was een Italiaan, de heer J. Pascoli, de bekroonde. Ondsr overlegging van het desbetreffend adres van den hoer N. G. Spaargaren, hou dende verzoek om vrystelliDg van do betaling van schoolgeld, deelen B. en Ws. den gemeen teraad mede, dat de zoon van adressant wegens verandering van bestemming den 26sten Februari j.l. voor het laatst de lessen aan het Gymnasium heeft bijgewoond. Zy gevon daarom in overweging aan adres sant vrijstelling van de betaling van school geld to verleenen over de laatste 2 kwartalen van den cursus 1900/1901 tot een bedrag van f 50. Ten aanzien van het verzoek van mej. M. F. W. Tonnet, om, wegens lichaamszwakte, ontslag uit haar betrekkingen van leeraresin höt teekonon aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes, aan de Kweekschool voor onder wijzers en onderwijzeressen en aan do Meisjes school der 2de klasse, alhier, en van de daar omtrent ingekomen adviezen van de Commissie van Toezicht en van den Inspecteur op het Middelbaar Onderwijs, van den Districtsschool opziener en van den Directeur der Kweekschool, en v&n het Hoofd der Meisjesschool 2de klasse, deelen J3. en Ws. mede, dat ook by hun col lego tegen do inwilliging van het verzoek geen bezwaar bestaat. Mitsdien gevon zy in overweging aan mej. Tonnet op haar verzoek eervol ontslag te verleenen uit. bovengenoemde betrekkingen, met ingang van 1 September a. s., onder dankbetuiging voor de gedurende vele jarenAan de gemeente bewezen diensten. Wat betreft het adres van den heer J. M. van Baak, kapitein-kwartiermeester, alhier, houdende versoek om vrystelling van de be taling van schoolgeld, Middelbaar Onderwys, berichten B. on Ws., dat de zoon van adres sant op 28 Februari j.l. de Hoogere Burger school voor Jongens heeft verlaten, omdat hy niet in staat was het onderwys naar behooron te volgen. Zy geven dus in overweging aan adressant vrystelling van de betaling van schoolgeld te verleenen over de laatste twee kwaitaion van den loopenden cursus. Gunstig wordt ook geadviseerd op het ver zoek' van den brievenbesteller M. de Vries ooi aau adressant biliykkeidshalve vrystelling te verleenen van de betaling van schoolgeld over do laatste tweo kwartalen van den loopenden cursus, voor ayn zoon I. de Vries, vroeger leer ling der Hoogere Burgerschool voor Jongens, aangezien deze op 28 Februari j.l. de school heelt verlaten, omdat hy sedert dien datum nan hot postkantoor te Warmond werkzaam is. De Commissie van Financiën doelt mede, dat er by haar geen bezwaar bestaat tegen de voorstellen van Burg. en Wethouders: lo. tot aanvulling van hot uitbreidings- en vernieuwingsfonds der Stedeiyke Gasfabriek met f 45,ÜU0 voor het bouwen van een ge heel nieuw zuiverhuis mot vier nieuwe kisten; 2o. tot beschikbaarstelling van een bedrag van f 140 voor het aanbrengen van nog 8 aeinlichten op de bruggen in de zoogenaamde Nieuwe Vaart; en 3o. tot beschikbaarstelling van gelden voor den aankoop van een perceel in de West- volmolensteeg ter uitbreiding van de Stedelyke Gasfabriek. Zy stelt derhalve voor, tot de vaststelling van de overgelegde begrootingsstaten over te gaan. Wy vestigen de aandacht op do op 14 Maart te geven uitvoering van het gemengd koor „Melosophla". Het oratorium „Der Stem von Bethlehem" van Friedrich Kiel is alhier nooit ten gehoore gebracht. Het werk is in strengen styi ge schreven en getuigt van contra-punctische kennis van den componist. Mendelssohn's „Lobgosang" is een oude, doch aangename bekendo. De solo-partyen zjjn in goede handen. Mej. Lucie Coenen trad te Utrecht op in de plaats van mevr. Noordowler op een Toonkunst- uitvoering, onder leiding van Richard Hol. De „Utrechtsche Courant" schryft daarover: Mej. Lucio Coenen kan men veilig onder de beste Nedorland8che sopraanzangeressen rang schikken. Zy heeft haar plaats ingenomen onder de zangoressen, waarop ons land trotsch mag zyn. Mej. Toos Hoog, die zich na haar volbrachte studiën in Den Haag hoeft gevestigd, is alhier genoegzaam bekend. De heer Qarel Phlippeau heeft een mooie, zuivero tenorstem, frisch en klankryk van timbro. Als solist oogstte hy veel lauweren in op een Toonkunstuitvoering te Haarlem. Het volledig Haarlemsch orkest zal zyn medewerking aan deze uitvoering verleenen. Men mag dus verwachten, dat hot een genot- vollen avond zal geven. Men maakt er ons opmerkzaam op, dat het bericht over de Studenten-Eerewacht, zooals dit in het „Leidsch Dagblad" van Zaterdag voorkomt, eenige onjuistheden bevat en aldus moet luiden; By het in „Hötol do l'Europe" gehouden déjeuner ia een zeer schoon album, bevattende de namen der leden van de eerewacht 1898 en een groote collectie photographieën, op die eerewacht betrekking hebbonde, aangebeden aan den heer F. Loers, l6ten luit. van het 4de reg. inf. te Leiden, die zoowel in 1898 als in dit jaar als luit.- instructeur do oefeningen heeft geleid en aan wiens y veren een zeer groot deel van den goeden uitslag te danken is. Voor den heer v. d. Mortel, commandant in 1898, was een album van denzelfden inhoud gereed, dat nu na zyn overlyden aan zyn broeder is toege zonden. Zaterdagavond om halftien is per Staats spoor uit Duitschland in de residentie aan gekomen Z. D. H. de regeerende Vorst van Waldeck en Pyrmont, die gedurende eenigo dagen de gast zal zyn van H. M. de Koningin Moeder. Aan het station werd de broeder van koningin Emma verwelkomd namens koningin Williel- mma door don adjudant-generaal graaf Du Moaceau, chef van Hr. Ms. Militair Huis; namens de Koningin-Moeder door jhr. DeRanitz, intendant van het Huis van H. M. de Koningin- Moedor. Mede wa3 ter begroeting by aan komst aanwezig de gouverneur der residentie generaal Van Ermel Scherer. Na zich eenige oogenblikken in hetKonink- lyk salon met genoemde hoeren te hebben onderhouden, begaf Z. D. H. zich, begeleid door jhr. De Ranitz, in een gala-hofrytuig naar het paleis in het Voorhout. H. M. de Koningin-Moeder woonde gister- voormlddag met H. D. broeder de godsdienst oefening in de Duitsche kerk by, waar ds. Quandt voorganger was. Des middags werd een rytoer gemaakt door het Haagsche Bosch en de omstreken der residentie. De vorst van WaldeckPyrmont heeft hedenochtend o. a. een langdurig bezoek go- bracht aan den Dultschen gezant by ons Hof. Als particulier secretaris, tevens met den titel van kamerjonker, heeft Prins Hendrik zich toegevoegd den heer von Engel, die zich te 's-Gravenhage metterwoon heeft gevestigd. Onder verschillende biyken van belang stelling herdacht Zaterdag de heer A. J. Beauchez, te Haarlem, zyn gouden ambstfeest als voorzanger by de Ned.-Herv. Gemeente. Te Katwyk-aan Zee vervulde hy dit ambt 10 jaren, daarna 12 jaren te Leiden en thans te Haarlem in de Groote Kerk niet minder dan 28 jaren. Z. H. de Hertog-Regent van Mecklonburg heeft, naar wy vernemen, het Grootkruis der Grilfioen-orde verleend aan de navolgende heeren: Mr. W. H. de Beaufort, minieter van buitenl. zaken; mr. P. W. A. Cort van der Linden, minister van justitie; mr. N. G. Pierson, minister van financiën, tydeiyk voorzitter van den ministerraad; baron Van Pullandt Neerynen, opperceremoniemee3terbaron Clifford, hofmaarschalk vau H. M. do Koningin, en jhr. De Ranitz, intendant van het huis van H. M. de Koningin-Moeder. De Amorikaansche gezant by ons Hof vertrok gisteravond voor eonige dagon naar Londen. Nadat Koningin Wilhe'naina en Prins Hendrik Zaterdag Amsterdam hadden ver laten, werd hun op hun terugreis naar Het Loo aan het station Amersfoort eon warmo huldebetuiging door do ingezetenoa aldaar gebracht, terwyl zy to Apeldoorn, dat ver sierd was, feeatelyk worden ontvangen. Eon gedenknaald werd er ook onthuld, optochten en toespraken worden er gehoudea en feest- hedoron gangen en des avonds geïllumineerd en bengaalsch vuur ontstokon en eon oezoek aan het paleis gebracht, waar het Echtpaar voor al die bewyzen van aanhankeiykheid bedankte. H. M. de Koningin met Prins Hendrik en gevolg maakten gistermiddag een iyloer door de versierde stracon on verder over den Amers- foortschen weg. Na den rytoer door het dorp vereerde het Koninkiyk Echtpaar ook Hoog Sooren met een bezoek. Door een commissie, uit de in woners gekozen, was ter plaatse, waar in 1898 een Wilhelminaboom was geplant, oen eere poort opgericht en werd H. M. een bloem ruiker aangeboden. H. M. de Koningin heeft vyf duizend gulden aan de algemoone armen van Amsterdam geschonken. Zaterdagavond ontving de burgemeester al daar van Het Loo het volgende telegram: „Het is My een behoefte U nogmaals te verzoeken Myn oprechten en warmen dank aan de bevolking van Amsterdam over te brengen voor de zoo hartelyke ontvangst, die My en den Prins der Nederlanden is ten deel gevallen. „Ik beu diep getroffen door de vele be wyzen van liefde en verknochtheid, welke Ik weder van de bevolking der Hoofdstad mocht ontvangen. „Dit bezoek zal steeds in dankbare herin nering by My biyven. Wilhiclmina." In het Hotel „De Twee Steden" te 's-Gravenhage wordt hedenmiddag den kunst schilder Marie ten Kate ter gelegenheid van het feest, de vorige week door hem gevierd, een maaltyd aangeboden. Te Steenwyk hebben de Vrye-Antirevo lutionaire kiezers tot voorloopig candidaat voor de Tweede Kamer gesteld jhr. Quarles van Ufford, burgomocster der gemeente Noordwyk. De Anti-revolutionaire Kiosvereemging heeft een dergoiyk besluit genomen metalgemeene stemmen. President Kruger ging gisteren te Utrecht ter kerke in do Oosterkerk. Voorganger was ds. Klaarhamer. Met 1 Maart is aan het Departement van Waterstaat een afdeeling „Spoorwegen" opge richt, waarvan de samenstelling is als volgt: administrateur, chef der afdeeling spoorwegen: mr. J. C. De Marez Oyons; referendaris: jhr. E. van Cittere; hoofdcommiezen: F. D. de Montó ver Loren, B. de Jong, civiel-ingenieur commies: J. G. van der Mark; adjunct-com miezen: J. C. B. Boucher, J. W. Duymaer van Twist, L. Slagter, mr. J. C. A. Everwyn, F. E. van Hennekeler, civiel-ingenieur. (Ing.) Het „H. Dagblad" verneemt, dat de geno- raal-majoor, inspecteur van het wapen der cavalerie Wüppermann, benoemd is tot Grootof- fleier van de orde van den Rooden Adelaar van Pruisen. De kapt. ter zee L. A. H. Lamie is uit Oost-Indiö hier te lande teruggekeerd en wordt in afwachting eener nadere bestomming op non-activiteit gesteld. Van de zyde der Engelsche postadmi nistratie zyn dezer dagen weder torugontvangen uit Nederland verzonden brieven en andere stukken voor Transvaal en Oranje-Vrystaat, welke niet konden worden terechtgebracht. Tot 15 April kunnen afzenders van brieven voor de Transvaal on den Oranje-Vrystaat aan do postkantoren teruggekomen de van hen afkomstige bnoven Of andere stukken, welke zich onder de toiugguzondene mochten bevinden. Do directeur generaal der pnsteryen en telegraphie, de heer J. P. iiavelaar, is Zaterdagmiddag op het hoofdkantoor van de Rijkstelegraaf in de Prinsectraat te 's-Graven hage persooniyk zyn tevredenheid en dank komen beluigen aan de ambtenaren voor den yver en de toewy-Jing, betoond tydens de drukke dagen by gelegenheid van het huweiyk van H. M. de Koningin. By deze gelegenheid was het hem aange naam te kunnen mededeelen, dat hot H. M. behaagd had den onderdirocteur van het ryks- telegraaikantoor, den heer A. Pot, te benoe men tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. Onder voorzitterschap van prof. mr. J. baron d'Aulnis do Bourouill had Zaterdagavond te Utrocht een vergadering plaats van per sonen, die zich in December 1899 belast hebben met het inzamelen aldaar van gelden, langs de huizen, voor onze Zuidafrikaansche stam verwanten. Besloten werd nogmaals een collecte te houden voor Transvaal en Oranje-Vrystaat. De opbreugn zal komen ten bate van de krygsgevangeuen op St.-Helena en Ceylon en van de Boorwvrouwen eu -kinderen, die zich bevinden in de vrouwenkampen. Door de leden der Doopsgezinde Gemeente te Drachten is besloten: lo. hot kiesrecht te verleenen aan rrouweiyke loden2o. haar ver kiesbaar te stellen voor het lidmaatschap van den kerkeraad. In het laatst van September zal een vor- golykend onderzoek worden gehouden voor do betrekking van adspirant-opzichtor der telegra phie, waarvoor vy i plaatsen worden opengesteld. Te Nymegen werd Zaterdag op het koor der Sint-Stephen8kerk een koporen gedenk plaat aangebracht ter eere van Adolf graaf van Nassau, in November 1608 by Xanten gesneuveld en te Nymegen op het koor be graven. De volgende woorden zyn op de plaat te lezen „In do maand November 1608 werd alhier begraven Adolf graaf van Nassau Siegen, dorde zoon van Jan graaf van Nassau-Siegen en van Magdalena van Waldeck, op 22-jarigen leoftyd gesneuveld in een treffen nabjj Xanten. Hy was een der twaalf helden uit het huis van Nassau, die in den tachtigjarigen stryd hun leven gaven voor de vryhetd van het Nedor- landsche volk." Het is een geschenk van den heer Yan Schevichaven, archivaris te Nymegen. Zaterdagavond werd in het nieuwe gebouw van „Pulchri Studio", Lange Voorhout» Den Haag, een feest gevierd, waarvan hetf doel was hulde te brengen aan den voorzitter van het schilderkundig genootschap, ter eeré van zyn 70aten verjaardag, den heer H. W. Mesdag. Dit feest had een zeer eigenaardig karakter. Men wilde, omdat Mesdag nu eenmaal de schilder van de zee is, alles betrekking doen hebben op de zee; het voorgeschreven kostuum voor de gasten, allen leden van Pulchri" en hun dames, wa9 strandkostuum. By het binnenkomen van de koude straat maakte het al een heel eigenaardigon indruk» de heeren te zien rondloopen in dun wit flanellen pakjes, met 6troohoeden op, de damea in lichte strandjaponnen met groote bloemen hoeden en parasols. Maar na een klein poosje was men zoo onder den invloed van de omgeving gekomen, dat men zich werkeiyk voeldo ale wandelende in Schoveningen. En by nader rondkyken ontwaarde men overal typen, die den lachlust opwekten; dat waren die zich niet bepaald hadden tot het gewone heeren- of dames-strandtoilet. Zoo was daar in de eerste plaats de politie-agent, die de orde moest handhaven, en zoo prachtig in zyn rol was, alsof hy al lange dienstjaren achter den rug had. Hy hield een pad in hel midden der zaal vry, waarlangs de jubilaris naar een zetel zou moeten wandelen. En p**' weerszyden stond de menigte opgepakt, aLs gold het de Koningia te zien passeeren. De menigte groeide steed aan, bet werd zoo vol in de groote zaal, dat men er byna niet meer ioopen kon. En het was ook een uitgelezen publiek* Daar zag men Israöls, met zyn vilten strand* hoedje en wandelstok, Willem Maris, Blommera, Neuhuys, Bisschop, Toorop, Haverman, dr« Bredius, Victor de Stuers, twee ministers, en tal van andere min of meer bekende per sonen. Een van dezen, een zeer bekende kunst-autoriteit, wandelde heel ongegeneerd in een witten badmantel, alsof hy juist uit do zee kwam, hy had een badmuts op en droeg een groote spons op zyn borst. Dan waren er tal van personen, die zich verkleed hadden in visscherskostuum, dat sommige meisjes zeer flatteerde. Er waren schilders, dio zich met lange haren, fladderdasjes en fluweelen jasjes hadden toegetakeld; ze liepen met het schetsboek onder den arm en een stoeltje in do hand. Anderen zagen er uit als verdachte vagebonden, die men ook aaa het strand wel eens ontmoet. En alle nationaliteiten waren vertegenwoordigd. Er was een Amerifcaansche toe«sten-clubf dia met nummertjes op de borst liepen, Baedekers in de hand, verrekijkers omgegespt. Een Engeischman had zfln overhemd met jc uiiie iojjl. 7) Het gezicht van den landraad werd donker rood van genoegen: „Dat is immers pyra- midaali Dat is immers een kolossale grapt" juichte, hy, „dat moet ik mede aanzien. Natuur- lykl Daar, kyk, die golf spoelt reeds tot dicht aan don rand van den kuil, de volgende schiet er over heen en gaat den dames over het hoofd 1" De beide toeschouwers schudden van hot lachen en daar men in Sylt, wat water druppels betreft, zich byzonder in een anders leed verheugt, leunden do beide boosdoeners met van genot tintelende oogen op de leuning langs de promenade en wachtten het classieke oogenblik af, waarin juffrouw Sidonie en ge zelschap zeer verrassend uit haar zoete slui- meiing zouden gewekt worden. En de schui mende golven spoelden steeds nader en nader, en plotseling kwam een hooge, prachtige golf aanrollen, spreidde zich in oen breeden stroom uit en sproeide de beide slaapsters met oen schuimenden waterstraal. Een gillende kreet, welke op de promenade in een onbodaariyk gelach by het publiek, dat zich naast do beide vrienden had verzameld, een juichende echo vond, en juffrouw Sidonie sprong als een vuurpyl omhoog en draaide zich in haar eersten schrik een paar maal als een tol om haar eigen as. De handen, welke eerst zoo behaaglyk op de maag hadden ge legen, sloegen als bezeten door de lucht, en het veerenhoedje zette druipend elk afzon- derlyk struis veertje uit en daar zyn eigenares &W* sis loei poedel schudd^ knikte hot ber- haaldelyk naar voren en buitelde in de met water gevulde roode parasol. Het beekje echter redde zich met groteske sprongen uit den kuil op het droge en was zoo perplex van schrik, dat zy in het geheel niets van het opgewonden publiek vermoedde en daar zonder eenige bevalligheid het door natte rose japonnetje heen en weer zwaaide. Kectow had haar eerst, ten hoogste geamu seerd, gadegeslagen, maar daarna vloog zyn blik van de van woede schimpende en go- zichten trekkende oude jonge juffrouw, die het instinct van een schoothond had en zinne loos tegen den vyandigen overval kefte, naar haar gryze gezellin. En zyn oogen werden groot en rond van verbazing en keken met starendon blik voor zich uit. De parapluie was op zyde gevlogen en oen jeugdige, bevallige gestalte kwam vroolyk lachend uit de gryze plaid te voorschyn. Boven op het droge zand stond zy en schudde, steeds schaterend van lachen, de fonkelende droppen uit het haar, zoodat zy als een regen van briljanten over het ronde, rozige gezichtje vlogen. Neen, het was geen antiekei Ook wel niet bepaald een bakvischje, maar een jong, vroolyk meisje, met een allerliefste uitdrukking in de blauwe oogen, welke het anders niet regelmatige, maar knappe gezichtje op een verwonderiyke wyze verfraaide. De plaid had de eenvoudige wollen japon voor het water beschut, maar op het golvende, blonde haar had de Noordzee haar blinkenden kus gedrukt, en deze parelde neder ever hals en schouders alsof een asschepoetster onder een zilveren regen stond. En het nimfje keek naar juffrouw Sidonie en sloeg de witte handjes nog harteiyker lachende te zamen, doch daarna viel haar blik op de wol van het knoop werk, welke op het steeds hooger siygeilde water in den kuil zwom oil iewat verschrikt, trachtte zy die er nu met den stok van haar parapluie uit te hengelen. Bliksemsnel sprong Rectow van do prome nade naar beneden en snelde door het zand naar de plaats des onheils; plotseling dacht hy vol gewetenswroeging hoe hy toch zoo omiddeiiyk had kunnen zyn, de dames aan zulk oen fatale positie prys te geven. Hoe was het toch mogelyk geweest, dat hy niet bijtyds was toegesprongen om do slaapstors voor de dreigende douche te waarschuwen?! De landraad volgde zyn vriend met den stormpas en fluisterde teleurgesteld: „Ach, hoe jammer, Ekhard, de gryze is een zeer aardig, gewoon jong meisje I" en wendde zich dadelyk tot juffrouw Sidonie om haar by het afdrogen behulpzaam te zyn. 3y het zien van hem klaarde haar van woede verwrongen go- laat op en het beekje kabbelde weer op zyn gewone wyze, door niets dan vergeet-my-nietjes, kandysuiker en maneschynl De jonge officier knielde echter haastig naast de gryze onbekende neer, en zeide, zon der zich voor te stellen: „Met den ronden ring van uw parapluie krygt gy de wol er niet uit, mejuffrouw l Sta my toe u met den haak van myn stok behulpzaam te zynl" Zy dankte vroolyk en ongegeneerd, on terwyl zy samen het eone bosje na het andere er uit vischten, lachte zy over deze aller grappigste scène en ging opgewekt voort: „Dat was de straf voor onze luiheid I 's Middags om twaalf uurl En dan daar te liggen en zoo vast te slapen, dat men zelfs het naderen van den vloed niet merkt! O, wee my, wan neer mama zulke badberichten in den volgen den brief zal lezen 1" „Is u hier alleen te Sylt, mejuffrouw?" „U neen, zoozeer zou ik my met eman- cipeerenl Ik heb gereisd en ben hier onder do hoede van oen met ons verwante familie, die vroeger haar buiten naast dat van juffrouw Sidonie had. A( daar heb ik ook myn reseda- kleur weer gored I brrr! hoe beklagenswaar dig ziet ze er uit, juist alsof ze schipbreuk heeft geledenI" En zy lachte nogmaals; dat lachen had een byzonder oigenaardigon, welluidenden klank en het schalksche in de groote, ver standige oogen paste daar geheel by. En hoe ongekunsteld eu ongedwongen is elk barer bewegingen I Zij steunt met haar handen ongegeneerd in het natte zand en spoelt ze in het toegestroomde water weer schoon, tilt zonder ydelheid den zoom van haar japon boven den atevigen lederen schoen op en tracht in de natte massa vooruit te komen. „Lisa! Haast jet Ik moet naar huis om my te verkleodenl Wees niet zoo onattent om my hier nog een eeuwigheid te laten wachten 1" Juffrouw Sidonie drukt voorzichtig den zakdoek tegen haar gelaat; om haar wenk brauwen zyn donkere schaduwen en.... ten gevolge van den schrik l zyn de roode wangen zeer bleek geworden. „Ik ben juist klaar, juffrouw Sidonie t" roept het meisje, en Erksdorff verzoekt hem voor te stellen, waarop de „Morgenstond" zeer vluchtig den naam Rectow noemt, en den pseudo-jonggezol dadelyk weer in beslag neomt en hem „om haar naar huis te vergezellen" krampachtig aan haar zyde vasthoudt. „Men schynt my als getrouwd man geheel in de rommelkamer te plaatsen," zegt Ekhard schertsend en neemt beleefd den hoed voor het'jonge meisje af. „Sta my toe, mejuffrouw, dat ik zelf herstel, wat de beide anderen ver zuimden: Erksdorff, landraad." Zy knikt hem hartoiyk toe. „Ik wist hot reeds; juffrouw Bach heeft my den geheelen morgen van u verteld I" „Van myr Zy lachte nogmaals over zyn blik en zyn mimiek. „Eeriyk gezegd sprak zy moor over den heer von Rectow, maar daar diens vriend tot de interessante kennismaking op reis be hoort, vernam ik ook uw naam. Ik bon Lisa, Rudloff, myn vader woont als gepensionneord officier te Beriyn. U komt uit het hooge Noor den, nietwaar?" Hoe vroolyk en opgewekt praat zy, hoe eeriyk kykt zy hom in do oogent Byna spyt het den officier, dat hy haar bodriegen moet; doch aan den anderen kant vindt hy er nu juist een eigenaardige bekoring in, zyn rol verder te spelen, en zoo vertelt hy haar in korte woorden van de woonplaats van zyn vriend, alsof dio de zyno was. „Is uw vrouw ziek? O, wat spyt me dat, en hoe dubbel moeiiyk moet hot u vallen,: om zoo ver van haar gescheiden te zynl Maar wees getroost l Gy moot nu allo dagen van haar vertellen en over haar praten, want' ik weet by ondervinding, toen ik heimwee naar myn ouders had, hoo goed het doet om in gedachten en woorden by hen te zyn, dis men liefheeft! Ik zal een zeer belangstellende toehoorster zynl" Hy keek met een zonderlingo uitdrukking, op haar neer. „Dat zou een grooto opoffering van uw kant zyn, mejuffrouw, want gewoonlijk' bestaat er voor een jongedame een aangenamer en amusanter omgang dan het vervelend ge^( zeischap van een onbestorven weduwnaar/ die slechte over viouw en kind spreekt." (Wordt nrwlqdj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1901 | | pagina 1