N* 12591
Maandag IX Maart,
A». 1901.
Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
De „Morgenstond".
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.)
x Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn 1.30
Franco per post1.65*
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
V»n 1—8 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17$. Grootere
letters naar plaatsruimte. Toor het incasseeren buiten de stad
wordt /"0.05 berekend.
Lelden, 11 Maart.
In de heden gehouden vergadering der
Koninklijke Academie van Wetenschappen,
te Amsterdam, bracht de daartoe aangewezen
commissio verslag uit omtrent den jaariykschen
jwedstriM in Latynsche poëzie van het Legatum
Hosii ïën Mn. Van de ingekomen 17 gedichten
had zy Gèt best geoordeeld het gedicht, getiteld
Pa tri a Ru ra, en dit de gouden medaille
■waardig gekeurd. By opening van het naam
briefje bleek de dichter te zyn dr. P. H.
Damató, te Leiden.
BJj den wedstryd van het vorig jaar was
een Italiaan, de heer J. Pascoli, de bekroonde.
Ondsr overlegging van het desbetreffend
adres van den hoer N. G. Spaargaren, hou
dende verzoek om vrystelliDg van do betaling
van schoolgeld, deelen B. en Ws. den gemeen
teraad mede, dat de zoon van adressant wegens
verandering van bestemming den 26sten
Februari j.l. voor het laatst de lessen aan het
Gymnasium heeft bijgewoond.
Zy gevon daarom in overweging aan adres
sant vrijstelling van de betaling van school
geld to verleenen over de laatste 2 kwartalen
van den cursus 1900/1901 tot een bedrag
van f 50.
Ten aanzien van het verzoek van mej.
M. F. W. Tonnet, om, wegens lichaamszwakte,
ontslag uit haar betrekkingen van leeraresin
höt teekonon aan de Hoogere Burgerschool
voor Meisjes, aan de Kweekschool voor onder
wijzers en onderwijzeressen en aan do Meisjes
school der 2de klasse, alhier, en van de daar
omtrent ingekomen adviezen van de Commissie
van Toezicht en van den Inspecteur op het
Middelbaar Onderwijs, van den Districtsschool
opziener en van den Directeur der Kweekschool,
en v&n het Hoofd der Meisjesschool 2de klasse,
deelen J3. en Ws. mede, dat ook by hun col
lego tegen do inwilliging van het verzoek geen
bezwaar bestaat.
Mitsdien gevon zy in overweging aan mej.
Tonnet op haar verzoek eervol ontslag te
verleenen uit. bovengenoemde betrekkingen,
met ingang van 1 September a. s., onder
dankbetuiging voor de gedurende vele jarenAan
de gemeente bewezen diensten.
Wat betreft het adres van den heer J. M.
van Baak, kapitein-kwartiermeester, alhier,
houdende versoek om vrystelling van de be
taling van schoolgeld, Middelbaar Onderwys,
berichten B. on Ws., dat de zoon van adres
sant op 28 Februari j.l. de Hoogere Burger
school voor Jongens heeft verlaten, omdat hy
niet in staat was het onderwys naar behooron
te volgen. Zy geven dus in overweging aan
adressant vrystelling van de betaling van
schoolgeld te verleenen over de laatste twee
kwaitaion van den loopenden cursus.
Gunstig wordt ook geadviseerd op het ver
zoek' van den brievenbesteller M. de Vries ooi
aau adressant biliykkeidshalve vrystelling te
verleenen van de betaling van schoolgeld over
do laatste tweo kwartalen van den loopenden
cursus, voor ayn zoon I. de Vries, vroeger leer
ling der Hoogere Burgerschool voor Jongens,
aangezien deze op 28 Februari j.l. de school
heelt verlaten, omdat hy sedert dien datum
nan hot postkantoor te Warmond werkzaam is.
De Commissie van Financiën doelt mede,
dat er by haar geen bezwaar bestaat tegen
de voorstellen van Burg. en Wethouders:
lo. tot aanvulling van hot uitbreidings- en
vernieuwingsfonds der Stedeiyke Gasfabriek
met f 45,ÜU0 voor het bouwen van een ge
heel nieuw zuiverhuis mot vier nieuwe kisten;
2o. tot beschikbaarstelling van een bedrag
van f 140 voor het aanbrengen van nog 8
aeinlichten op de bruggen in de zoogenaamde
Nieuwe Vaart;
en 3o. tot beschikbaarstelling van gelden
voor den aankoop van een perceel in de West-
volmolensteeg ter uitbreiding van de Stedelyke
Gasfabriek.
Zy stelt derhalve voor, tot de vaststelling
van de overgelegde begrootingsstaten over
te gaan.
Wy vestigen de aandacht op do op 14
Maart te geven uitvoering van het gemengd
koor „Melosophla".
Het oratorium „Der Stem von Bethlehem"
van Friedrich Kiel is alhier nooit ten gehoore
gebracht. Het werk is in strengen styi ge
schreven en getuigt van contra-punctische
kennis van den componist. Mendelssohn's
„Lobgosang" is een oude, doch aangename
bekendo. De solo-partyen zjjn in goede handen.
Mej. Lucie Coenen trad te Utrecht op in de plaats
van mevr. Noordowler op een Toonkunst-
uitvoering, onder leiding van Richard Hol.
De „Utrechtsche Courant" schryft daarover:
Mej. Lucio Coenen kan men veilig onder de
beste Nedorland8che sopraanzangeressen rang
schikken. Zy heeft haar plaats ingenomen
onder de zangoressen, waarop ons land trotsch
mag zyn.
Mej. Toos Hoog, die zich na haar volbrachte
studiën in Den Haag hoeft gevestigd, is alhier
genoegzaam bekend. De heer Qarel Phlippeau
heeft een mooie, zuivero tenorstem, frisch en
klankryk van timbro. Als solist oogstte hy
veel lauweren in op een Toonkunstuitvoering
te Haarlem.
Het volledig Haarlemsch orkest zal zyn
medewerking aan deze uitvoering verleenen.
Men mag dus verwachten, dat hot een genot-
vollen avond zal geven.
Men maakt er ons opmerkzaam op, dat
het bericht over de Studenten-Eerewacht,
zooals dit in het „Leidsch Dagblad" van
Zaterdag voorkomt, eenige onjuistheden bevat
en aldus moet luiden; By het in „Hötol do
l'Europe" gehouden déjeuner ia een zeer schoon
album, bevattende de namen der leden van
de eerewacht 1898 en een groote collectie
photographieën, op die eerewacht betrekking
hebbonde, aangebeden aan den heer F. Loers,
l6ten luit. van het 4de reg. inf. te Leiden,
die zoowel in 1898 als in dit jaar als luit.-
instructeur do oefeningen heeft geleid en aan
wiens y veren een zeer groot deel van den
goeden uitslag te danken is. Voor den heer
v. d. Mortel, commandant in 1898, was een
album van denzelfden inhoud gereed, dat nu
na zyn overlyden aan zyn broeder is toege
zonden.
Zaterdagavond om halftien is per Staats
spoor uit Duitschland in de residentie aan
gekomen Z. D. H. de regeerende Vorst van
Waldeck en Pyrmont, die gedurende eenigo
dagen de gast zal zyn van H. M. de Koningin
Moeder.
Aan het station werd de broeder van koningin
Emma verwelkomd namens koningin Williel-
mma door don adjudant-generaal graaf Du
Moaceau, chef van Hr. Ms. Militair Huis;
namens de Koningin-Moeder door jhr. DeRanitz,
intendant van het Huis van H. M. de Koningin-
Moedor. Mede wa3 ter begroeting by aan
komst aanwezig de gouverneur der residentie
generaal Van Ermel Scherer.
Na zich eenige oogenblikken in hetKonink-
lyk salon met genoemde hoeren te hebben
onderhouden, begaf Z. D. H. zich, begeleid
door jhr. De Ranitz, in een gala-hofrytuig
naar het paleis in het Voorhout.
H. M. de Koningin-Moeder woonde gister-
voormlddag met H. D. broeder de godsdienst
oefening in de Duitsche kerk by, waar ds.
Quandt voorganger was.
Des middags werd een rytoer gemaakt door
het Haagsche Bosch en de omstreken der
residentie.
De vorst van WaldeckPyrmont heeft
hedenochtend o. a. een langdurig bezoek go-
bracht aan den Dultschen gezant by ons Hof.
Als particulier secretaris, tevens met
den titel van kamerjonker, heeft Prins Hendrik
zich toegevoegd den heer von Engel, die zich
te 's-Gravenhage metterwoon heeft gevestigd.
Onder verschillende biyken van belang
stelling herdacht Zaterdag de heer A. J.
Beauchez, te Haarlem, zyn gouden ambstfeest
als voorzanger by de Ned.-Herv. Gemeente.
Te Katwyk-aan Zee vervulde hy dit ambt 10
jaren, daarna 12 jaren te Leiden en thans te
Haarlem in de Groote Kerk niet minder dan
28 jaren.
Z. H. de Hertog-Regent van Mecklonburg
heeft, naar wy vernemen, het Grootkruis der
Grilfioen-orde verleend aan de navolgende
heeren:
Mr. W. H. de Beaufort, minieter van buitenl.
zaken; mr. P. W. A. Cort van der Linden,
minister van justitie; mr. N. G. Pierson,
minister van financiën, tydeiyk voorzitter
van den ministerraad; baron Van Pullandt
Neerynen, opperceremoniemee3terbaron
Clifford, hofmaarschalk vau H. M. do Koningin,
en jhr. De Ranitz, intendant van het huis van
H. M. de Koningin-Moeder.
De Amorikaansche gezant by ons Hof
vertrok gisteravond voor eonige dagon naar
Londen.
Nadat Koningin Wilhe'naina en Prins
Hendrik Zaterdag Amsterdam hadden ver
laten, werd hun op hun terugreis naar Het
Loo aan het station Amersfoort eon warmo
huldebetuiging door do ingezetenoa aldaar
gebracht, terwyl zy to Apeldoorn, dat ver
sierd was, feeatelyk worden ontvangen. Eon
gedenknaald werd er ook onthuld, optochten
en toespraken worden er gehoudea en feest-
hedoron gangen en des avonds geïllumineerd
en bengaalsch vuur ontstokon en eon oezoek
aan het paleis gebracht, waar het Echtpaar
voor al die bewyzen van aanhankeiykheid
bedankte.
H. M. de Koningin met Prins Hendrik en
gevolg maakten gistermiddag een iyloer door
de versierde stracon on verder over den Amers-
foortschen weg.
Na den rytoer door het dorp vereerde het
Koninkiyk Echtpaar ook Hoog Sooren met
een bezoek. Door een commissie, uit de in
woners gekozen, was ter plaatse, waar in 1898
een Wilhelminaboom was geplant, oen eere
poort opgericht en werd H. M. een bloem
ruiker aangeboden.
H. M. de Koningin heeft vyf duizend gulden
aan de algemoone armen van Amsterdam
geschonken.
Zaterdagavond ontving de burgemeester al
daar van Het Loo het volgende telegram:
„Het is My een behoefte U nogmaals te
verzoeken Myn oprechten en warmen dank
aan de bevolking van Amsterdam over te
brengen voor de zoo hartelyke ontvangst,
die My en den Prins der Nederlanden is ten
deel gevallen.
„Ik beu diep getroffen door de vele be
wyzen van liefde en verknochtheid, welke Ik
weder van de bevolking der Hoofdstad mocht
ontvangen.
„Dit bezoek zal steeds in dankbare herin
nering by My biyven. Wilhiclmina."
In het Hotel „De Twee Steden" te
's-Gravenhage wordt hedenmiddag den kunst
schilder Marie ten Kate ter gelegenheid van
het feest, de vorige week door hem gevierd,
een maaltyd aangeboden.
Te Steenwyk hebben de Vrye-Antirevo
lutionaire kiezers tot voorloopig candidaat voor
de Tweede Kamer gesteld jhr. Quarles van
Ufford, burgomocster der gemeente Noordwyk.
De Anti-revolutionaire Kiosvereemging heeft
een dergoiyk besluit genomen metalgemeene
stemmen.
President Kruger ging gisteren te Utrecht
ter kerke in do Oosterkerk. Voorganger was
ds. Klaarhamer.
Met 1 Maart is aan het Departement van
Waterstaat een afdeeling „Spoorwegen" opge
richt, waarvan de samenstelling is als volgt:
administrateur, chef der afdeeling spoorwegen:
mr. J. C. De Marez Oyons; referendaris: jhr.
E. van Cittere; hoofdcommiezen: F. D. de
Montó ver Loren, B. de Jong, civiel-ingenieur
commies: J. G. van der Mark; adjunct-com
miezen: J. C. B. Boucher, J. W. Duymaer
van Twist, L. Slagter, mr. J. C. A. Everwyn,
F. E. van Hennekeler, civiel-ingenieur. (Ing.)
Het „H. Dagblad" verneemt, dat de geno-
raal-majoor, inspecteur van het wapen der
cavalerie Wüppermann, benoemd is tot Grootof-
fleier van de orde van den Rooden Adelaar van
Pruisen.
De kapt. ter zee L. A. H. Lamie is uit
Oost-Indiö hier te lande teruggekeerd en wordt
in afwachting eener nadere bestomming op
non-activiteit gesteld.
Van de zyde der Engelsche postadmi
nistratie zyn dezer dagen weder torugontvangen
uit Nederland verzonden brieven en andere
stukken voor Transvaal en Oranje-Vrystaat,
welke niet konden worden terechtgebracht.
Tot 15 April kunnen afzenders van brieven
voor de Transvaal on den Oranje-Vrystaat
aan do postkantoren teruggekomen de van
hen afkomstige bnoven Of andere stukken,
welke zich onder de toiugguzondene mochten
bevinden.
Do directeur generaal der pnsteryen en
telegraphie, de heer J. P. iiavelaar, is
Zaterdagmiddag op het hoofdkantoor van de
Rijkstelegraaf in de Prinsectraat te 's-Graven
hage persooniyk zyn tevredenheid en dank
komen beluigen aan de ambtenaren voor den
yver en de toewy-Jing, betoond tydens de
drukke dagen by gelegenheid van het huweiyk
van H. M. de Koningin.
By deze gelegenheid was het hem aange
naam te kunnen mededeelen, dat hot H. M.
behaagd had den onderdirocteur van het ryks-
telegraaikantoor, den heer A. Pot, te benoe
men tot ridder in de orde van Oranje-Nassau.
Onder voorzitterschap van prof. mr. J.
baron d'Aulnis do Bourouill had Zaterdagavond
te Utrocht een vergadering plaats van per
sonen, die zich in December 1899 belast hebben
met het inzamelen aldaar van gelden, langs
de huizen, voor onze Zuidafrikaansche stam
verwanten.
Besloten werd nogmaals een collecte te
houden voor Transvaal en Oranje-Vrystaat.
De opbreugn zal komen ten bate van de
krygsgevangeuen op St.-Helena en Ceylon
en van de Boorwvrouwen eu -kinderen, die
zich bevinden in de vrouwenkampen.
Door de leden der Doopsgezinde Gemeente
te Drachten is besloten: lo. hot kiesrecht te
verleenen aan rrouweiyke loden2o. haar ver
kiesbaar te stellen voor het lidmaatschap van
den kerkeraad.
In het laatst van September zal een vor-
golykend onderzoek worden gehouden voor do
betrekking van adspirant-opzichtor der telegra
phie, waarvoor vy i plaatsen worden opengesteld.
Te Nymegen werd Zaterdag op het koor
der Sint-Stephen8kerk een koporen gedenk
plaat aangebracht ter eere van Adolf graaf
van Nassau, in November 1608 by Xanten
gesneuveld en te Nymegen op het koor be
graven.
De volgende woorden zyn op de plaat te
lezen
„In do maand November 1608 werd alhier
begraven Adolf graaf van Nassau Siegen, dorde
zoon van Jan graaf van Nassau-Siegen en van
Magdalena van Waldeck, op 22-jarigen leoftyd
gesneuveld in een treffen nabjj Xanten. Hy
was een der twaalf helden uit het huis van
Nassau, die in den tachtigjarigen stryd hun
leven gaven voor de vryhetd van het Nedor-
landsche volk."
Het is een geschenk van den heer Yan
Schevichaven, archivaris te Nymegen.
Zaterdagavond werd in het nieuwe
gebouw van „Pulchri Studio", Lange Voorhout»
Den Haag, een feest gevierd, waarvan hetf
doel was hulde te brengen aan den voorzitter
van het schilderkundig genootschap, ter eeré
van zyn 70aten verjaardag, den heer H. W.
Mesdag. Dit feest had een zeer eigenaardig
karakter. Men wilde, omdat Mesdag nu eenmaal
de schilder van de zee is, alles betrekking
doen hebben op de zee; het voorgeschreven
kostuum voor de gasten, allen leden van
Pulchri" en hun dames, wa9 strandkostuum.
By het binnenkomen van de koude straat
maakte het al een heel eigenaardigon indruk»
de heeren te zien rondloopen in dun wit
flanellen pakjes, met 6troohoeden op, de damea
in lichte strandjaponnen met groote bloemen
hoeden en parasols. Maar na een klein poosje
was men zoo onder den invloed van de omgeving
gekomen, dat men zich werkeiyk voeldo ale
wandelende in Schoveningen.
En by nader rondkyken ontwaarde men
overal typen, die den lachlust opwekten; dat
waren die zich niet bepaald hadden tot het
gewone heeren- of dames-strandtoilet. Zoo
was daar in de eerste plaats de politie-agent,
die de orde moest handhaven, en zoo prachtig
in zyn rol was, alsof hy al lange dienstjaren
achter den rug had. Hy hield een pad in hel
midden der zaal vry, waarlangs de jubilaris
naar een zetel zou moeten wandelen. En p**'
weerszyden stond de menigte opgepakt, aLs
gold het de Koningia te zien passeeren. De
menigte groeide steed aan, bet werd zoo vol
in de groote zaal, dat men er byna niet meer
ioopen kon.
En het was ook een uitgelezen publiek*
Daar zag men Israöls, met zyn vilten strand*
hoedje en wandelstok, Willem Maris, Blommera,
Neuhuys, Bisschop, Toorop, Haverman, dr«
Bredius, Victor de Stuers, twee ministers,
en tal van andere min of meer bekende per
sonen. Een van dezen, een zeer bekende
kunst-autoriteit, wandelde heel ongegeneerd
in een witten badmantel, alsof hy juist uit
do zee kwam, hy had een badmuts op en
droeg een groote spons op zyn borst.
Dan waren er tal van personen, die zich
verkleed hadden in visscherskostuum, dat
sommige meisjes zeer flatteerde.
Er waren schilders, dio zich met lange
haren, fladderdasjes en fluweelen jasjes hadden
toegetakeld; ze liepen met het schetsboek onder
den arm en een stoeltje in do hand. Anderen
zagen er uit als verdachte vagebonden, die
men ook aaa het strand wel eens ontmoet. En
alle nationaliteiten waren vertegenwoordigd.
Er was een Amerifcaansche toe«sten-clubf dia
met nummertjes op de borst liepen, Baedekers
in de hand, verrekijkers omgegespt.
Een Engeischman had zfln overhemd met
jc uiiie iojjl.
7)
Het gezicht van den landraad werd donker
rood van genoegen: „Dat is immers pyra-
midaali Dat is immers een kolossale grapt"
juichte, hy, „dat moet ik mede aanzien. Natuur-
lykl Daar, kyk, die golf spoelt reeds tot dicht
aan don rand van den kuil, de volgende schiet
er over heen en gaat den dames over het
hoofd 1" De beide toeschouwers schudden van
hot lachen en daar men in Sylt, wat water
druppels betreft, zich byzonder in een anders
leed verheugt, leunden do beide boosdoeners
met van genot tintelende oogen op de leuning
langs de promenade en wachtten het classieke
oogenblik af, waarin juffrouw Sidonie en ge
zelschap zeer verrassend uit haar zoete slui-
meiing zouden gewekt worden. En de schui
mende golven spoelden steeds nader en nader,
en plotseling kwam een hooge, prachtige golf
aanrollen, spreidde zich in oen breeden stroom
uit en sproeide de beide slaapsters met oen
schuimenden waterstraal.
Een gillende kreet, welke op de promenade
in een onbodaariyk gelach by het publiek, dat
zich naast do beide vrienden had verzameld,
een juichende echo vond, en juffrouw Sidonie
sprong als een vuurpyl omhoog en draaide
zich in haar eersten schrik een paar maal als
een tol om haar eigen as. De handen, welke
eerst zoo behaaglyk op de maag hadden ge
legen, sloegen als bezeten door de lucht, en
het veerenhoedje zette druipend elk afzon-
derlyk struis veertje uit en daar zyn eigenares
&W* sis loei poedel schudd^ knikte hot ber-
haaldelyk naar voren en buitelde in de met
water gevulde roode parasol.
Het beekje echter redde zich met groteske
sprongen uit den kuil op het droge en was
zoo perplex van schrik, dat zy in het geheel
niets van het opgewonden publiek vermoedde
en daar zonder eenige bevalligheid het door
natte rose japonnetje heen en weer zwaaide.
Kectow had haar eerst, ten hoogste geamu
seerd, gadegeslagen, maar daarna vloog zyn
blik van de van woede schimpende en go-
zichten trekkende oude jonge juffrouw, die
het instinct van een schoothond had en zinne
loos tegen den vyandigen overval kefte, naar
haar gryze gezellin. En zyn oogen werden
groot en rond van verbazing en keken met
starendon blik voor zich uit. De parapluie was
op zyde gevlogen en oen jeugdige, bevallige
gestalte kwam vroolyk lachend uit de gryze
plaid te voorschyn. Boven op het droge zand
stond zy en schudde, steeds schaterend van
lachen, de fonkelende droppen uit het haar,
zoodat zy als een regen van briljanten over
het ronde, rozige gezichtje vlogen. Neen, het
was geen antiekei Ook wel niet bepaald een
bakvischje, maar een jong, vroolyk meisje, met
een allerliefste uitdrukking in de blauwe oogen,
welke het anders niet regelmatige, maar
knappe gezichtje op een verwonderiyke wyze
verfraaide.
De plaid had de eenvoudige wollen japon
voor het water beschut, maar op het golvende,
blonde haar had de Noordzee haar blinkenden
kus gedrukt, en deze parelde neder ever hals
en schouders alsof een asschepoetster onder
een zilveren regen stond.
En het nimfje keek naar juffrouw Sidonie
en sloeg de witte handjes nog harteiyker
lachende te zamen, doch daarna viel haar blik
op de wol van het knoop werk, welke op het
steeds hooger siygeilde water in den kuil
zwom oil iewat verschrikt, trachtte zy die er
nu met den stok van haar parapluie uit te
hengelen.
Bliksemsnel sprong Rectow van do prome
nade naar beneden en snelde door het zand
naar de plaats des onheils; plotseling dacht
hy vol gewetenswroeging hoe hy toch zoo
omiddeiiyk had kunnen zyn, de dames aan
zulk oen fatale positie prys te geven. Hoe
was het toch mogelyk geweest, dat hy niet
bijtyds was toegesprongen om do slaapstors
voor de dreigende douche te waarschuwen?!
De landraad volgde zyn vriend met den
stormpas en fluisterde teleurgesteld: „Ach,
hoe jammer, Ekhard, de gryze is een zeer
aardig, gewoon jong meisje I" en wendde zich
dadelyk tot juffrouw Sidonie om haar by het
afdrogen behulpzaam te zyn. 3y het zien van
hem klaarde haar van woede verwrongen go-
laat op en het beekje kabbelde weer op zyn
gewone wyze, door niets dan vergeet-my-nietjes,
kandysuiker en maneschynl
De jonge officier knielde echter haastig
naast de gryze onbekende neer, en zeide, zon
der zich voor te stellen: „Met den ronden
ring van uw parapluie krygt gy de wol er
niet uit, mejuffrouw l Sta my toe u met den
haak van myn stok behulpzaam te zynl"
Zy dankte vroolyk en ongegeneerd, on
terwyl zy samen het eone bosje na het andere
er uit vischten, lachte zy over deze aller
grappigste scène en ging opgewekt voort:
„Dat was de straf voor onze luiheid I 's Middags
om twaalf uurl En dan daar te liggen en
zoo vast te slapen, dat men zelfs het naderen
van den vloed niet merkt! O, wee my, wan
neer mama zulke badberichten in den volgen
den brief zal lezen 1"
„Is u hier alleen te Sylt, mejuffrouw?"
„U neen, zoozeer zou ik my met eman-
cipeerenl Ik heb gereisd en ben hier onder
do hoede van oen met ons verwante familie,
die vroeger haar buiten naast dat van juffrouw
Sidonie had. A( daar heb ik ook myn reseda-
kleur weer gored I brrr! hoe beklagenswaar
dig ziet ze er uit, juist alsof ze schipbreuk heeft
geledenI" En zy lachte nogmaals; dat lachen
had een byzonder oigenaardigon, welluidenden
klank en het schalksche in de groote, ver
standige oogen paste daar geheel by. En hoe
ongekunsteld eu ongedwongen is elk barer
bewegingen I Zij steunt met haar handen
ongegeneerd in het natte zand en spoelt ze in
het toegestroomde water weer schoon, tilt
zonder ydelheid den zoom van haar japon
boven den atevigen lederen schoen op en tracht
in de natte massa vooruit te komen.
„Lisa! Haast jet Ik moet naar huis om
my te verkleodenl Wees niet zoo onattent
om my hier nog een eeuwigheid te laten
wachten 1" Juffrouw Sidonie drukt voorzichtig
den zakdoek tegen haar gelaat; om haar wenk
brauwen zyn donkere schaduwen en.... ten
gevolge van den schrik l zyn de roode wangen
zeer bleek geworden.
„Ik ben juist klaar, juffrouw Sidonie t"
roept het meisje, en Erksdorff verzoekt hem
voor te stellen, waarop de „Morgenstond" zeer
vluchtig den naam Rectow noemt, en den
pseudo-jonggezol dadelyk weer in beslag neomt
en hem „om haar naar huis te vergezellen"
krampachtig aan haar zyde vasthoudt.
„Men schynt my als getrouwd man geheel
in de rommelkamer te plaatsen," zegt Ekhard
schertsend en neemt beleefd den hoed voor
het'jonge meisje af. „Sta my toe, mejuffrouw,
dat ik zelf herstel, wat de beide anderen ver
zuimden: Erksdorff, landraad."
Zy knikt hem hartoiyk toe. „Ik wist hot
reeds; juffrouw Bach heeft my den geheelen
morgen van u verteld I"
„Van myr
Zy lachte nogmaals over zyn blik en zyn
mimiek. „Eeriyk gezegd sprak zy moor over
den heer von Rectow, maar daar diens vriend
tot de interessante kennismaking op reis be
hoort, vernam ik ook uw naam. Ik bon Lisa,
Rudloff, myn vader woont als gepensionneord
officier te Beriyn. U komt uit het hooge Noor
den, nietwaar?"
Hoe vroolyk en opgewekt praat zy, hoe
eeriyk kykt zy hom in do oogent Byna spyt
het den officier, dat hy haar bodriegen moet;
doch aan den anderen kant vindt hy er nu
juist een eigenaardige bekoring in, zyn rol
verder te spelen, en zoo vertelt hy haar in
korte woorden van de woonplaats van zyn
vriend, alsof dio de zyno was.
„Is uw vrouw ziek? O, wat spyt me dat,
en hoe dubbel moeiiyk moet hot u vallen,:
om zoo ver van haar gescheiden te zynl
Maar wees getroost l Gy moot nu allo dagen
van haar vertellen en over haar praten, want'
ik weet by ondervinding, toen ik heimwee
naar myn ouders had, hoo goed het doet om
in gedachten en woorden by hen te zyn, dis
men liefheeft! Ik zal een zeer belangstellende
toehoorster zynl"
Hy keek met een zonderlingo uitdrukking,
op haar neer. „Dat zou een grooto opoffering
van uw kant zyn, mejuffrouw, want gewoonlijk'
bestaat er voor een jongedame een aangenamer
en amusanter omgang dan het vervelend ge^(
zeischap van een onbestorven weduwnaar/
die slechte over viouw en kind spreekt."
(Wordt nrwlqdj