N« 12564
Donderdag 7 Februari,
A®. 1901.
iU,
ï-'m
W$ï
<§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
VERBODEN LIEFDE.
LEIDSCH
DA&BLA
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden per S meenden, i i t I t i i if MO.
Buiten Leiden, per loopei ao weer agenten gevestigd zfn 1.80.
Franco per poet t t e t t
1.65.
PRIJS DER ADVERTENTIEII
Van 1-6 regela f 1.05. Iedere regel meer f 0.17{. Groote-a
letters naar plaateruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Op den huwelijksdag onzer Koningin.
Hoort vreugdeschoten en biy geklank,
Hoort reine tonen en jubelzang,
De winden dragen het juichend mee
Van 8tad tot stede, van zee tot zee.
Daar was een hooge, een heil'ge stond1,
Er werd gesloten een hecht verbond.
Een vorstenzone schonk hart en hand
Der Koninginne van Nederland.
Kniel, volk van Neerland, kniel naast haar
[neer
Sty ge allor bede tot God den Hoer:
O zegen gy Haar, ons Vorstenkind,
Zoo Innig door ons, Heur volk, bemind.
Leid 't jeugdig bruidspaar, God, door Uwe
[kracht,
Langs etflle wegen, langs donk'ren nacht.
Hun taak is groot en de kracht soms klein,
O, wil hen tot hulpe, tot sterkte zyn."
Hoort vreugdeschoten en biy geklank,
Hoort reine tonen en jubelzang;
De winden dragen het juichend mee,
Van stad tot stede, van zee tot zee.
Offloleele Keuniegevlng.
Bnrgeiaeeeier on Wethouder* van Leidon;
Gezion art. 8, late alinea, dor Hinderwet;
Brengen ter algemoene kennis, dat door hen Ter-
gunning Ie verleend aan de firma's J. J. KR&NTZ
#n Zn. en VAN DER WEIDE, HELDER eu Oo.,
on reohtvenrggonden tot het uitbreiden van Lnn
fabrieken rtepeoiieyelgk aan de Langegraohi Nus.
7/29, kad. bekend Sectio B No. 3d 2 ea Hoogcvroerd
No. 4, k*d. be end Soclie D No. 1200.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
6 Februari 1901. VAN HETST, Secretaris.
Leiden, 7 Februari.
De tot generaal-majoor en commandant
der l9te div. infanterie benoemde kolonel
W. B. J. Duycker krygt zyn hoofdkwartier
te '8-Gravenhage.
De tot kolonel-commandant van het 4de
reg. lnf. bevorderde luit.-kol. jhr. L. F. A.
Van der Goes, komt te Leiden in garnizoen.
By de heden door den heer L. Van der
Laan gehouden aanbesteding in „Den Burcht"
voor de verbouwing van de perceolen 3 en 5
op de Nieuw8traat waren ingekomen 12
inschryvingsbiljatten. Hoogste inschryver was
de heer D. Kooreman voor 4290, laagste de
heer Jac. Bink voor ƒ8569.
By de heden door de Gemeentecommissie
van het Ned.-Herv. Kerkgenootschap gehouden
aanbesteding van de levering van verschillende
bouwmaterialen, smids- en drukwerken waron
minste inschiyvers
Perceel 1; Houtwaren Gebr. Van Mannekes
te Zoeterwoude f 1872.70.
Perceel 2: kalk, cement, enz. A. N, De Lint,
te Delft 359 50.
Perceel 8: metselsteen, Gebrs. Koning te
Leiderdorp f 320.T>0.
Perceel 4glas- en verfwaren, H. 0. Visser
en Zoon, te Leiden ƒ894.85.
Perceel 6; smidswerken, S. H. Zandstra te
Lelden 124.20.
Perceel 6Lood-, zink- en yzerwaren, Gebrs.
Kruyt, te Leiden 1345.50.
Perceel 7: leien en leihaken, firma Erven
Trip te Rotterdam f 519.
Perceel 8; drukwerken, Gebrs. De Waard,
te Haarlem ƒ259.60.
Op den lOden dezer zal in het millitair
hospitaal alhier de zilveren medaille worden
uitgereikt aan den sergeant (portier) Struyk.
Op 6 dezer heeft Hare Majesteit de
Koningin in plechtig gehoor ontvangen de in
Den Haag aanwezige hoofden der by het
Nederlandsche Hof geaccrediteerde gezant
schappen ter aanbieding aan Hare Majesteit,
ter gelegenheid van Hoogstderzelver huweiyk,
van de gelukwensohen hunner Doorluchtige
Souvereinen en van de Hoofden der door hen
vertegenwoordigde Republieken.
By die gelegenheid heeft de buitengewoon
gezant en gevolmachtigd minister van Zyne
Majesteit den Koning van Servië, de heer
Losanitch, aan Hare Majesteit overhandigd
de versierselen der Orde van den Witten
Adelaar van Servië. (Sts.-Gt.)
Koning Leopold heeft door zyn gezant
in Den Haag aan Hertog Hendrik de ver
sierselen van grootkruis der Leopoldsorde
doen overhandigen.
Naar men verneemt, is aan hertog Hendrik
van Mecklenburg, Gemaal van H. M. de
Koningin, de titel van Prins der Nederlanden
verleend.
Op uitnoodiging van het bestuur van
den „Nederlandschen Journalistenkring" heeft
het bestuur van de Amsterdamsche journa
listen'vereeniging „Do Amsterdamsche Pers"
zich belast met de regeling der persaange
legenheden in verband met de feesteiykheden,
die te Amsterdam zullen plaats hebben, ter
gelegenheid van het bezoek van H. M. de
Koningin en H. D. Gemaal aan de hoofdstad,
in het begin van Maart a. s.
In de vergadering van aandeelhouders
der Zuidholland6cho Bierbrouwery te 's-Gra-
venhage is tot mede-directeur bonoemd de
heer C. J. Duurentydt.
Men meldt uit Den Haag: De Portu-
geesche gezant by het Nederlandsche hof,
graaf De Sólir, is sedert enkele dagen alhier
teruggekeerd en heeft zyn functiën weder
hervat.
Naar wy vernemen, zal thans ook jhr. mr.
H. Van Weede binnen zeer weinige dagen
naar Lissabon terugkeeren, zoodat het incident-
Pott schynt bygelegd te zyn.
Naar men verneemt, zyn benoemd tot
grootkruis in de orde van Oranje-Nassau de
gezanten van Duitschland, graaf De Pourtalès;
van Oostenryk-Hongarye de heer Ocolycsatiyi
en vaii Servië, de heer Losamtch.
De Eerste Kamer heeft gistermiddag
het wetsontwerp houdende wyziging in de
bepalingen betreffende het straffen en de
strafrechtspleging ten aanzien van jeugdige
personen, aangenomen met 30 tegen 6 stemmen.
(Tegen de heerenMeickelbacb, VariPaUandt,
Kist, Nysingh, Van der Biesen en Godin de
Beaufort).
Mede werd aangenomen het wetsontwerp
houdende bepalingen en voorschriften omtrent
maatregelen ten opzichte van jeugdige per
sonen.
De Kamer werd hierop tot nadere byeen-
roeping gescheiden.
Het Perskantoor van het Algemeen Neder-
landsch Verbond te Dordrecht doet navraag
naar de volgende personen:
Hendrik Jan Ter Brugge, vroeger letterzetter
der Staat8drukkery, Pretoria; D. Kraan, spoor
wegbeambte te Volksruet, by commando
Ermelo van het begin van den oorlog af; T.
Olie, was in Augustus 1900 onder generaal
Louis Botha; Sim Jacobs, bestuurder der
Buffelsdoornkolenmyn; Floris Van Schouwen
burg, landdrost van het district ErmeioLeon
Brondin, van Buenos Ayres, waarschynlyk op
commando; M. J. Hollebrands, was 20 Sept.
1900 te Pretoria onder generaal Erasmus;
Gerrit Jan Kievit, van Pretoria, werd in Mei
by Zandrivler zwaar gewondA. P. Staalman,
van het begin af op commando, was 7 Maart
1900 verpleegde in het hospitaal der Staats-
mei8jes8chool te Pretoria; mej. Marie Houwert,
was 7 Augustus nog te Johannesburg; mej.
Machteltje Willemsen, huishoudster by ds.
Godefroy, Pretoria; N. J. Selvins, ambtenaar
Z.-A. S.-M. op commando, vroeger by het
seinwezen te Pretoria; Joseph Van Straaten,
ambt. Z.-A. S.-M. op commando, van Pretoria;
J. M. J. Mülier, dito, was bureauklerk te
Pretoria; L. M. Geers, dito, was teokenaar
te Pretoria en G. De Groot, dito, was lading-
meester te Johannesburg.
President Kruger is nu ook aan het
rechteroog geopereerd. De operatie is uit
stekend geslaagd.
B. en Ws. van Enschedee hebben aan
de hoofden van scholen in die gemeente een
schryven gericht, waarin zy mededeelen, dat
aan die onderwyzere, die het met hun
politieke gevoelens in stryd achten aan de
feesceiykheden in de school op Harer Majes-
teits huwelijksfeest deel te nemen, voor dien
dag kan worden vrygegeven.
De luit. t. z. late kl. J. A. A. C. ridder
Van Rappard, wordt uit Oost-Indië, in ons
land terugverwacht en zal in afwachting eener
nadere bestemming op non-activiteit worden
gosteld.
De uitgevers der „N. R. Ct.", de heeren
Nygh en Van Ditrnar, geven ter gelegenheid
van het koninklyk huweiyk aan alle inteeke-
naars van dat blad ala premiewerk, eon
byzonder eieriyk uitgevoerden stamboom van
het Huis Oraoje-Nassau ten geschenke. Tus-
schen het loover en de oranjeappelen van
den boom bevinden zich, in kleuren met zilver
en goud, al de wapens der Vorsten uit dat
Huis. De boom begint by Willem den Ouden,
Graaf van Nassau-Dillenburg, die gehuwd was
met Juliana van Stolwyk. Hun oudste zoon
Willem stichtte de linie Oranje-Nassau, welke
in 1702 is uitgestorven met het overiyden
van den Stadhouder-Koning Willem III. Inge
volge arrest van het Hof van Holland nam
Johan Willem Friso toen den naam Oranje aan.
Een biy vendo herinnering aan hetgeen ieder
weten moet on een fraaie versiering van
woon- of werkvertrek tevens, zal deze plaat
stellig byzonder welkom zyn. Ze is een mooi
uitgevoerd product steendruk van L. Van
Leer Co. te Amsterdam, en hulde tevens
aan den heer T. Van der Laars voor zyn
smaakvol ontwerp.
Het Duitsclie keizerl. jacht „Hohenzullern"
kwam gistermiddag om twee uren op de reede
te Viissingen gevolgd door den kruiser f Nymph".
De beide pantserdekschepen „Nooiuorabant"
en „Zeeland" pavoiseorden en paradeerden,
terwijl er drie-en-dertig saluutschoten werden
gelost. De Keizer werd namens onze Koningin
aan boord van zyn jacht begroet door den
schout by-nacht W. J. P. Van Waning, die
met zyn adjudant in een stoomsloep naar
boord ging. De Duitsche consul L. J. Gruber
ging met een sleepboot naar het jacht, om den
Keizer te complimenteeren.
Tydens het bezoek van den echout-by-nacht
Van Waning en zyn adjudant Boon en den
Duitschen consul aan boord van het keizer-
ïyk jacht, was men aan de pontonhal vry
druk bezig met het leggen van een kleed,
voerende van de ponton door de hal naar het
perron en den gereedstaanden trein.
De genoemde autoriteiten vertoefden ge-
ruimen tyd aan boord en het duurde ook na
dat bezoek nog geruimen tyd, eer Z. M. het
jacht verliet.
Eerst te ongeveer vyf uren daalde op de
„Hohenzollern" de Keizeriyke Standaard, een
bewys dat Z. M. het jacht verlaten had.
Kort daarop landde de Keizer in een stoom
sloep aan de ponton. Hier werd hy begroet
door verschillende autoriteiten, onder wie de
Duitsche consul, de Engelsche vice-consul, de
burgemeester van Viissingen, de schout-by-
nacht Van Waning, enz.
De Keizer gaf eenigen dezer heeren een
handdruk. Z. M. was gekleed in de admiraals-
uniform. Op militaire wyze beantwoordde hy
de begroetingen van de op de ponton en daar
buiten aanwezige personen.
Voorafgegaan door den Duitschen consul
begaf de Keizer zich door de vorsteiyke wacht
kamer onmlddeliyk naar den gereedstaanden
trein en te vyf uren zette deze zich.naar
Hamburg in beweging.
Het keizeriyk jacht werd behalve door een
Duitschen kruiser, begeleid door het Engelsche
oorlogsschip „Niobe".
Het stoomschip „Bundesrath" (thuisreis)
arriveerde 4 Febr. te Marseille; de „Rotter
dam" arriveerde 6 Febr. van Nieuw-York te
Rotterdam; de „Bali" van Batavia naar Am
sterdam, passeerde 6 Febr. Gibraltar; de
„Java", van Batavia naar Amsterdam, pass.
6 Febr. Kaap del Armi; de „Koningin-Regen
tes", van Batavia naar Amsterdam, pass. 6
Febr. Gibraltar; de „Lawoe" arriv. 6 Febr.
van Rotterdam te Batavia; de „Prinses Sophie",
van Amsterdam naar Batavia, pass. 6 Febr.
Ouessant.
Roelof-Arendsveen. Dinsdag- en Woens
dagavond werd hier in de flink bezette Pan-
cratiu8zaal opgevoerd het treurspel in vier
bedry ven „Brancomlr" (spelende in het Balkan
gebergte) zynde een episode uit denTurksch-
Bulgaarschen Oorlog, betrekking hebbende
op het voortrukken der Turken onder bevel
van Orthogoi naar Widdin, de hoofdstad van
Bulgarye. Ook in den avond van 7 en 8 dezer,
wordt dit tooneeletuk opgevoerd. Van heinde
en verre is do toeloop van belangstellenden
zeer groot, daar bepaald iets schoons te zien
en te hooren valt.
Zoeterwoude. Gisteravond trad alhier voor
de leden der R.-K. Klesvereeniging op de
heer r. d. Horst, uit Rotterdam. De zaal
van den heer L. Dolle was nagenoeg geheel
bozet. Waren de verwachtingen hoog, die van
den heer v. d. Horst gekoesterd werden, ze
zyn ten volle bevredigd. De heer v. d. Horst
heeft voor de zooveelste maal weer getoond,
dat hy onder de karakter-komieken van onzen
tyd een der eerste plaatsen inneemt. Achter
eenvolgens werden door hem met uitbundig
succes voorgedragen lo. „De Acteur", 2o. „Joris
Goedbloed" van A. De Winter, 3o. Johan
v. d. Steur, de commis-voyageur", een zeer
luimige en uiterst lastige voordracht, 4o. „De
Vroolyke Melkboer", 6o. „De Dorpskomiek"
van A. De Winter (de echte Noordbrabantsche
uitspraak ontbrak hier evenwel), 00. „Mop de
Visscher", 7o. „De barbier van Houttum" van
A. De Winter, 8o. „Docter C. K." van A. De
Winter, 9o. „Sport, kunsten en wetenschappen"
van A. De Winter, lOo. „De Handelsreiziger"
en llo. „Een slachtoffer der wetenschap"
van A. De Winter.
Na elke voordracht viel den heer v. d. Horst
een daverend applaus ten deel en menigmaal
werden de lachspieren van zyn dankbaar
auditorium in beweging gebracht. Terecht
dankte de voorzitter na afloop den heer v. d.
Horst harteiyk voor de aangename uurtjes,
den leden der Kiesvereeniging bezorgd, en
wenschte tevens het bestuur geluk met zyn
keuze, om den heer v. d. Horst voor dezen
feestavond uit te noodigen. De komlekolinp
laat ik de uitdrukking bezigen, bracht zyn
dank uit voor die waardeerende toespraak en
hoopte meermalen in de gelegenheid to worden
gesteld voor de Yereeniging op te tredev'
Inderdaad, deze perzik smaakt naar meer.
Slechts één vrouw woonde den foestavond by.
Wie weet wat de toekomst nog den vrouwen
bereidt, die nu van dezen avond waren ui*"
gesloten. Ze zouden zich bepaald geamuseerd
hebben.
Blykens de uitkomsten der jongste volks
telling telde onze gemeente op 1 Jan. 1900.
M. V. Tot,
Zy vermeerderde in 1900 1494 1748 82"?
door geboorte met 60 40 9o
door vestiging 176 278 449
1720 2067 3787
Zy verminderde door over
iyden 34 31 65
door vertrek 158 230 888
192 261 453
zoodat op 1 Jan. 1901 de bevolking bedrog
1628 m., 1806 vr., tot. 3334.
Het totaal houders van hondenkarren
bedraagt in deze gemeente thans 28.
In het afgeloopen jaar werden door den
gemeentegeneesheer alhier verricht 26 vaccJ-
natiën aan ingezetenen, allen boven het eerste
levensjaar.
De heer G. J. Lekkerkerker, benoemd
tot lid der commissie tot wering van school
verzuim, heeft na beraad de betrekking van
secietaris dier commissie aangenomen.
CORRESPONDENTIE. - Een „volbloed
Oranjeman" stelt voor, om hedenavond, na,
afloop van het concert op de Koornbeurs, met'
de muziek voorop, een ommegang door de
stad te maken, zoo mogeiyk in twee gedeelten
en gaande door verschillende stadswyken.
Dat zal vreugde en vrooiykbeid geven, meer
nog dan het concert zelf op de Koornbeurs.
Tot ons leedwezen moesten we het
verslag omtrent de tooneelvoorstelling van,
gisteravond („Baddoctoren") tot morgen
laten liggen.
AT JEU.
Biykens van den gouverneur van Atjeh en
Onderhoorlgheden ontvangen telegraphiscb
berichten, zyn sedert de jongste mededee.
lingen dienaangaande in de Nederlandsche
Staatscourant van 18/14 Januari 1901 by
de krygsverrichtingeu aldaar:
gesneuveld de fuseliers C. Van den Boogerd
No. 34227 en W. A. Mentrop' No. 80647, en
gewond de 1ste luitenants der infanterie
W. Van der Wiele* en J. E. W. Verschulr',
de onder-luitenant G. Wieland*, de sergeant
P. F. Van de Vy vere No. 86687 en de fuseliers
J. H. Bakker No. 39241, H. Lips No. 24623,
J. Lubbers' No. 35538 en S. Duinmeyer*
No. 41165.
N.B. De met een aangeduide personen
werden getroffen by het jongste gevecht in
8amalangan (Batèë Iliö). (Slsct.)
Indebted. Werkliar. zijn opgenoment
j Volw.
Kin.
DATUM.
DAGEN.
porB.
deren. I101**1-
1
27 Jan.
Zondag
64
15
79
28
Maandag
72
18
85
29
Dinsdag
83
18
101
80
Woensdag.
88
17
105
81
Donderdag
84
14
98
1 Febr.
Vrydag
81
13
94
2
Zaterdag.
71
10
81
15)
Den volgenden morgen verzekerde de huls
dokter, dat nu het ergste achter den rug was.
Men kon kalm de genezing afwachten, onhy
beval de moeder dringend aan, eiken dag
minstens een half uur te gaan wandelen.
Eerst wilde zy hiervan niet weten; zy wilde
het knaapje niet overlaten aan de zorgen van
de meid; doch de dokter drukte haar op het
hart, dat het ook een plicht jegens haar kin
deren was, voor eigen gezondheid te zorgen.
Dat zag de jonge vrouw in.
Den tienden dag na Leo's ziek worden deed
haar eerste wandeling. Zy zocht niet het
plantsoen, maar een eenzamen weg naar een
dennenboschje, waar versterkende, geurige
harslucht haar omgaf. Witte, bolle wolken
lieton de stukken helderen hemel, die zicht
baar bleven, in dieper blauw glanzen; een
frissche koelte streelde haar gelaat.
Zy was biy, buiten te zyn; op weg naar
de poort hadden eenige belangstellende ken-
Dissen haar opgehouden met vragen naar het
kind. Nu was zy in de eenzaamheid; te
Mühlau ging men op werkdagen niet wan
delen, en zeker niet, wanneer er maar eenige
mogeiykheid op regen bestond.
Terzyde van den ryweg was in het gras
een voetpad getreden; daar ging Sabine met
geruischloozen tred.
Geruischloos ging ook de man, die achter
haar liep en zich haastte, om haar in te
halen. Ten e»ade haar niet doen schrikken,
\iep hy ai Uit de verte:
„Mevrouw lMevrouw I"
Zy wendde zich om en bloosde.
„Meneer von Körloggl"
„Ik zag u myn huis voorbygaan en
wachtte een paar minuten om u to volgen
zonder opzien te barenik wilde hot van
uzelve hoorenhoe is het met uw
zoontje?"
Haar oogen straalden van dankbaarheid.
„Bevredigend, goddankl" sprak zy; „zeer
bevredigend; anders had de dokter my de
deur niet uit gekregen."
„Gelukkig I" zei hy, uit den grond des
harten, haar do hand drukkend. „Ach, niemand
kan in gedachten meer met u geleden hebben
dan ïki Wat een kwelling, niets temogen
vernemen dan onbestemde geruchtenzelf niet
direct te mogen vragen I Hallendorf sprak er
een paar maal zeer bezorgd over. Hy, als
intiem vriend des huizes, scheen goed inge
licht over den stand van zaken
„Meneer von Hallendorf intiem vriend des
huizes? Hoe komt u daaraanvroeg Sabine
verwonderd. „Hy komt dikwyls by myn broer
op „Heinsdorf" by ons niet Maar wel is hy
zoo vriendeiyk geweest, dageiyks naar Leo
te doen vragen."
Achim zweeg, een weinig verlegen. Hy kon
en wilde niet zeggen, dat Hallendorf op bluffe
rige manier placht te spreken over zyn be
trekkingen tot de familie Deuben, zóó, dat
hy zich al eens vol schrik en verbazing de
vraag had gesteld, of dat mogeiyk was:
Sabine en Hallendorf? Juist voor hem, die
een blik geslagen had in haar smachtende
ziel, lag het denkbeeld voor de hand, dat zy,
enkel om een verandering te brengen in haar
bestaan, den eerste den beste zou nemen. Maar
Hallendorf?.... Neen, dat was niet de man,
dien Achim zulk een geluk waardig achtte l
Naast elkaar liepen zy voort, Achim in het
zand van den weg wadend. Hy schilderde
haar zyn angst om het zieke kind.
„In deze dagen," zei hy, „zag ik eerst ten
volle, hoe uw geheele loven heimeiyk met
het rnyne verbonden is."
„Ik dank u," mompelde Sabine, „ik dank
u van harte I"
Zy gevoelde, dat het geen gemaakte deel
neming was, en zy vertelde van den zieke,
hoe hy koorts had en yide
Plotseling schrikte zy; het was of door
de kruinen der boomen weer de kinderstem
klonk, die riep om papal
Hy zag haar ontroering, al bleef hem de
rechte oorzaak duister.
„Arme SabineI" fluisterde hy.
Zy hoorde het niet. Haastig sprak zy:
„Ik moet naar huis; ik word plotseling
zoo angstigde kindermeid kan ik niet
vertrouwen
„Mag ik morgen u weer komen vragen, hoe
het gaat?" vroeg hy met smeekenden blik.
Zy echter hield de oogen neergeslagen.
„Ik weet niet, of ik morgen
„In elk geval zal ik om denzelfden tyd hier
zyn," zei hy kalm; „ook op gevaar af, tever
geefs te moeten wachten."
Hy behoefde niet tevergeefs te wachten.
Den volgenden dag was zy rusteloos en in
tweestryd. Maar aan een sterken drang ge
hoorzamend, bevond zy zich te rechter tyd
weer op de plaats voor een korte ontmoeting.
Kort en gehaast bleef dat ook volgende
dagen; snel werden vraag en antwoord ge
wisseld; Sabine gevoelde zich daarby gejaagd
als een schuldige, die is ontvlucht. Doch
wegblyven, zich de naamlooze opwinding van
dit korte samentreffen sparen, dat kon zy
niet, dat wilde zy niet.
Achim vroeg haar eenmaal verlof, wat
speelgoed mee te nemen voor den kleinen
herstellende, die zich zoo verveelde.
„Neen, neenl" antwoordde zy. „Ik kan het
onmogeiyk het huis binnensmokkelen. Waar
zou ik het vandaan hebben? Acb, u ziet, ik
ben zoo woinig vry, dat ik geen paardje voor
myn jongen kan meebrengen, of ik moet
uitleggen, waar ik het kocht en wat het
kostte."
Drie dagen later kreeg Leo een aan hem-
zeiven geadresseerde kist met allerlei speel
goed, afgezonden door een groote firma te
Beriyn, „volgens order".
„Natuuriyk van dien goeden oom Benno,"
zei 8abine, hoewel ze zeer goed wist, dat het
niet in de gewoonten van luitenant von
Zeuthern lag, zoo royaal voor den dag te
komen. Zy pakte de kist uit, byna met eer
bied, en toonde stuk voor stuk aan het
jubelende kind, wiens biydschap niet grooter
was dan de hare.
Toen Achim den volgenden dag vroeg:
„Verveelt Leo zich nog zoo?" zag ze hem
lachend aan en zei:
„U weet wol, dat hy tydkorting heeft."
„Hoe zou ik dat- weten?...." Hy hiold
zich dom en lachte ook.
Sabine en Achim werden met den dagver-
trouweiyker, en steeds kwam hun dit natuur -
ïyker voor, daar hun gesprekken van het
hooge, schokkende zielelyden waren afgedaald
tot de kleinigheden van het alledaagsche leven.
Ze meenden ook, dat niemand hun ont
moetingen opgemerkt had. Maar het was
natuuriyk onmogeiyk, elkaar dagen achtereen
zoo dicht by de poorten van Mühlau te ont
moeten zonder gezien te worden.
Op zekeren dag vroeg de burgemeesters
vrouw:
„Welke officier was het, met wien je gis
teren op den weg naar hot dennenboschje
hebt geloopen? Daarvan heb je ons mets
verteld!"
Het werd onschuldig gevraagd, louter krach
tens de gewoonte, dat ieder lid der familie
tekst en uitleg moest geven van de allerge
ringste voorvallen. De u s'er had Sabine
gezien en ook von -eenen te hor-
kennen; doch hy v.. .f zyn oogen
wantrouwen dan zoo iets :ugeiyks aan te
nemen.
„Ik?" zei Sabine. „Ik herinner iny niets."
„Lieve Hemell De ontvanger heeft je toch
gezien, en hy heeft nog aan zijn vrouw ge
zegd, hoe het hem genoegen deed, dat je niet
meer aile menschen zoo trotsch en stom
voorbyiiep."
„Och ja, dat is waar ook," hernam Sabine,
zich beheerschend; „het was Bl&ser, die lang
en breed naar Leo Informeerde."
„Blaser is oen notte man," zei de oude
dame, en dacht bij zichzelve: „Hoe kon die
ontvanger zich inbeelden, dat zy met von
Körlegg zou spreken?"
Dien avond was het weer muzieksoiróe.
Het drietal was het ongelukkige trio van
Brahma nog niet de baas geworden; Kolvator
en Turibius waren nu echter zekerder van
hun zaak dan de pianiste en lieten zich
hierop niet weinig voorstaan. Onder het ge
wone gekibbel werd er voortgejaagd en ge
raspt en gerammeld.
Wordt vaio'gd.)