Trijdag lö November.
(Deze 'Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
DE STERNTHALS.
N». 12495
A». isoa
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden per 8 maanden; I f 1.10!
Buiten Leiden, per loopar en waar agenten gevestigd zyn 1.30.'
Franco per post •iiiltSitltttttf
PRUS DER AD VERTEN TIÉN
Van 1-8 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Dit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
M Zuid-Afrikaanscbe Vereeniging,
Afdeeling Leiden en Omstreken»
Ontvangen by den Penningmeester:
Door bemiddeling van het Leidsch Dagblad:
Voor de Boeren. Omdat Willem geëngageerd
iaf 0.25
Opgehaald op een partytje door de jonge
juffrouw N. en den jongeheer J., voor
de Boertjes 0 0.50
Op Koos' verjaardag voor de dappere
Boeren.0.65
Gecollecteerd op den verjaardag van O.,
te Warmond, in een muiltje 1.00
Voor de Boeren van een Zilveren Brui
loft te Katwyk-aan-Zeo4.88
By dragen kunnen worden toegezonden aan
den Penningmeester, Rembrandtstraat 19, of
aan het Bureel van dit Blad.
OHloiëele Heimis^eyUigeu.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien art. 8, late alinea, dor Hinderwet;
Brengen by deze ter algemeens kennis, dat door
hen vergunning ia verleend aan de Naamloozo Yennoot-
eohap „Do NeuerlandBOhe Fabriek van verduurzaamde
levensmiddelen, voorheen W. HOOGEN8T.RAATEN
Oo,", en reohtverkrygonden lot het uitbreiden van
de fabriek aan de kerksteeg. Beo ie D No. 1512,
door plaataiDg en in-werking-stelling van een gas
motor van 25 paardenLraoht.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
15 Nov. 1900* "VAN BEYST, Secretarie,
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden brongen tor
algemeens kennis, dat door JOHANNES ANTONIUS
GRANSJEA.N, alhier woonachtig, een vorzoeksobrift
U ingediend om vergunning voor dea kleinhandel in
•torken drank in het peroeel Morechatraat No. S8.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Lelden, F. WAS, linrgemeeeter.
15 Nov. 1900, "VAN HEIJSI, Seorotaris,
Leiden, 16 November.
Dr. J. Riemons, predikant te Rotterdam,
bepaalde gisteravond de aandacht van hen,
die naar het Nutsgebouw ter tweede Winter-
lezing waron opgekomen, by den Wart-
burg, het bekende aloude ridderslot, gelegen
op een rots, en waardoor boven de stad
Eisenach uitstekende, in het groot-hertog
dom Saksen-Weimar, aan het noordwesteiyk
einde van het Thüringerwoudgebouwd in do
elfde eeuw door graaf Lodewyk den Springer
van Thüringen, dat tot in de vyftiende eeuw
den land- en markgraven tot verbiyfplaata
heeft gediend en waar thans een gids den
bezoekers den weg wyst en inlichtingen ver
strekt, nadat zy hun schatting betaald hebben.
Dien hooggelegen, gryzen Wartburg bezocht
de apr. van gisteravond en aan dat persooniyk
bezoek vooral hadden zyn hoorders het te
danken, dat hy hen op onderhoudende en
levendige wyze van den Wart- of Wachtburg
kon verhalen, en hen, mede aan de hand der
historie en puttende ook uit de schatten van
Bchryvers en dichters, van onzen Beets inzon
derheid, veel wetenswaardigs vermocht mee
te deelen van het slot en zyn voornaamste
bewoners; daarby tevens nu en dan gelegen
heid vindende te zinspelen op toestanden in
onze dagen, zoowel byv. geldende de worste
lende Boeren en den Engelschman als onze
Koninginne, die in tydon van nood zal kunnen
rekenen op een levenden beschermingsmuur,
gevormd door Neerlands strydbare mannen,
aan wier hoofd dan zal staan Hertog Hendrik;
alsmede een wensch te uiten aan het adres
van Keizer Wilhelm.
Spr. bezocht met ons In den geest achter
eenvolgens de landgravenkamer met haar
muurschilderingen, haar zeven schoone fresco's
de feestzaal; de kapel, waaraan zoo heilige
herinneringen verbonden zyn voor talloos veel
Christenen; waar Luther meermalen predikte
voor den slotvoogd en enkelen zyner ver
trouwden. Hy las met ons de talryke, betoe-
kenisvolle, zinryke opschriften op de muren,
de bogen, do posten, de balken, de binten,
de neuten in den Wartburg; bekeek in't voor
bijgaan „het monachenleven, in dierengestalte
afgebeeld", wat ons, zoo dames als heeren,
recht harteiyk deed lachen, en stemde ons tot
diepen ernst by het bezoek, gebracht aan de
Luthercel, waar Luther tien maanden in stille
afzondering doorbracht; na ook een blik in do
zangerszaal geworpen en ons de ridderzaal en
de Eli8abeth-galery getoond te hebben.
Spr. doordrong ons opnieuw van de hooge
historische merkwaardigheid van den Wartburg,
zoo door zyn dichterswedstryd als door het
verbiyf aldaar van de milddadige Heilige Elisa
beth, dochter van den koning van Hongarye,
gemalin van Lodewyk IV of den Heiligen, aan
wie zoo nauw verwant ia het bekende rozen-
wonder; van wie zooveel is te vermelden;
alsmede door het zooeven reeds vermelde
verbiyf van Luther, waardoor de Luthercel met
haar inktvlek aan den wand, het ledikant,
waarin Luther eens geslapen, en de bank,
waarop hy gezeten moet hebben, voor velen
iets zeer aantrekkelyks heeft, by velen echter
ook heiliger herinneringen wekt. Daar arbeidde
do Hervormer o. a. aan de vertaling van het
Nieuwe Testament, daar schreef hy tal van
brieven en verhandelingen, en van daar straalde,
zei spr., een licht, een groot licht uit voor
een deel der Christenheid, voor de Protestant-
sche namelyk, een licht, dat nog niet is uit-
gebluscht,
In schoone lynen schetste hy ook nog onder
welke omstandigheden en als hoedanig, welke
roeping vervullend, èn Elisabeth èn Luther
op den Wartburg vertoefden. Tal van byzon-
derheden maakten ook deze zeer gemakkelijk
te volgen en bevatteiyke voordracht van dr.
Riemens tot een belangryke.
By gelegenheid van de opening der Volks-
byeenkomsten in het seizoen 1900—1901
bood de Stadszaal, alwaar ze weer zullen
gehouden worden, gisteravond een feesteiyk
aanzien. Ter weerszijden en op den achter
grond van het tooneel toch waren keurige
plantongroepen gerangschikt.
De voorzitter der Conimissle voor de Volks-
byeenkomsten, ds. H. Van Kleeflf, opende
dit 8araenzyn met allen een harteiyk welkom
toe te roepen. Nu de lange avonden zyn
gekomen, heeft de mensch, na afloop van
den arbeid, behoefte aan eenige ontspanning
en daarin zal genoemde Commissie ander
maal trachten zooveel mogelijk te voorzien.
Het deed spreker goed, dat zulk een groot
aantal belangstellenden was opgekomen om
deze eerste bijeenkomst by te wonen en hy
drukte den wensch uit, dat ook by volgende
bijeenkomsten, wanneer geen muziek en geen
zang zullen ten gehoore gebracht worden,
maar er sprekers van hier of elders zullen
optreden, de belangstelling even groot zal
wezen als dezen avond.
Daarna kwam het stafmuziekkorps der dd.
schuttery, directeur de heer Joh. C. Geyp,
aan de beurt.
Op verzoek van den heer Van Kleeff werd
het programma geopend met het Wilhelmus,
hetgeen door allen staande werd aangehoord.
Na dit extra-nommer werd door de schut
terij muziek eea voor dozen avond bepaald
met zorg samengesteld programma op ver
dienstelijke wyze uitgevoerd; vooral met den
solo voor Es-clarinet, van Joh. C. Geyp,
waarin als solist optrak de heer 0. 0. J.
Vryhof, word veel by val ingeoogsh
Op hoogen prya werd ook gesteld de wel
willende medewerking op dezen avond van
eenige dames, die, op niet minder loffeiyke
wyze, eenige liedoren zongen, welke zóó in
den geest van het talryk publiek vleien, dat
nè het einde van ieder nommer daverende
toejuichingen den dames ten deel vielen
slechts een enkel couplet evenwel werd her
haald. Van de liederen vermelden wy in het
byzonder het „Krugerliedje".
Intusschen zy nog vermeld, dat den dames
fraaie bouquetten werden vereerd en mej.
Gripekoven, die den zang met pianomuziek
begeleidde, een fraaie bloemenmand uit handen
van den voorzitter ontving. De aanvaarding
geschiedde natuuriyk met dankbaarheid.
De avond werd, in plaats van met den
Hongaarschen dans No. 6, besloten, mede op
verzoek, met het „Wien Neerlandsch Bloed",
hetwelk door ledor uit volle borst werd mede
gezongen.
Zooals gewoonlyk, was by het binnenkomen
aan ieder een programma, tevens tekstboekje,
overhandigd.
Te 's-Gravenhage Is aangekomen luit.-gen.
L» Swart, afgetreden legercommandant in
Ned.-Indiö.
Te 's-Gravenhage is uit Indië telegraphsch
bericht ontvangen van de benoeming van den
heer J. G. L. Houthuysen tot notaris te Sema-
rang ter opvolging van zyn vader, den onlangs
overleden verdienstelyken notaris B. V, Hout
huysen.
De Oo8tenryk8che gezant by ons Hof
wordt eerst in de helft der volgende maand
uit Hongarye in Den Haag terugverwacht,
Veel personen, dio naar eene betrekking
by het Bureau van het Internat. Hof van
Arbitrage dingenwerden boden te 's-Gra
venhage door den Secretaris-Generaal dier
Ins tel lm g ontvangen.
De Koninginnen reden hedenvoormiddag
als gewoonlyk in Den Haag uit.
By een bezoek aan Amsterdam zal
President Kruger ontvangen worden door het
hoofdbestuur van de Nederlandsch Zuid-Afri-
kaansche Vereeniging, het Ohristeiyk-Natlonaal
Boeren-Comitó en het Transvaal-Comité, die
zich met elkander hebben verstaan om de
ontvangst van den staatspresident voor te
bereiden.
Beroepen la by de Ne<L-Herv. Gem. te
Loblth (toezegging) de heer H. A. J. Van Wyhe,
cand. te Voorhout.
19 November zal de Hollandsche Maat-
schappy van Fraaie Letteren en Wetenschappen,
afdeeling Amsterdam, haar 100-jang bestaan
herdenken. Men meent, dat de uit te sproken
feestrede tevens de ïykrede zal zyn van de
eertyds zoo bloeiende Maatschappy. {A. Ct.)
Het 650-jarig bestaan van 's-Gravenhage
werd Woensdagavond In het Gebouw voor
Kunsten en Wetenschappon aldaar gevierd
met de herdenking tevens van de geboorte,
250 jaar geleden, van Stadhouder Willem III
en van het 10-jarig bestaan der VereenigiDg
„die Haghe", welke den feestavond organiseerde.
De voorzitter dezer Vereeniging, kolonel
P. De Bas, hield een feestrede, waarin hy,
na een historische beschouwing, ook de ver
loving van de Koningin herdacht als een
vreugdevolle gebeurtenis. Spr. deed voorts
onder luide betuigingen van instemming een
beroep op alle Nederlandera voor de stichting
van eon standbeeld voor Stadhouder=Koning
Willem III te 's-Gravenhago, zyn geboorte
plaats, en deelde mede, dat H. M. de Koningm
als Beschermvrouw der Vereeniging is opge
treden. Hulde en dank bracht spr. aan de
mannen, die vóór 10 jaar de Vereeniging
„die Haghe" oprichtten, inzonderheid aan den
tegenwoordigen onder-voorzitter, rector Hage-
raats, en aan den eere-voorzitter, den heer
Servaas van Rooyen.
De lichtbeelden-vertooning, welke de ge
schiedenis, het ontstaan en de uitbreiding der
Residentie te aanschouwen gaf, van 1300 af,
eindigde met de portretten van de Koningin
en Hertog Hendrik. De Kon. Zangvereeniging
„Cecilia" droeg met de uitvoering van Oud-
Hollandsche liederen veel tot het welslagen
van het feest by. Den directeur dier Zang
vereeniging, den heer Richard Hol, werd onder
byvalsbetuigingen het oere-lidmaatschap der
Vereeniging „die Haghe" aangeboden met een
medaille als souvenir. De solist, de heer Neder -
pelt, ontving een palmtak.
Hr. Ms. Commissaris in Zuid-Holland, mr. J.
G. Patyn, woonde do feestviering by.
Naar men verneemt, wordt Hertog Hendrik
van Mecklenburg niet voor de helft van de
volgende maand in Den Haag verwacht.
De president van de Eerste Kamer, de
heer Van Naamen, is uit Zwolle in Den Haag
teruggekeerd, om aldaar den winter door te
brengen.
Do consul-generaal te Londen, de heer
Maas, die deel uitmaakte van de Commissie
voor de consulaire examens, keert heden van
Den Haag naar Londen terug.
In het laatst der volgeude maand komt
de Fran8che gezant in Den Haag van buiten-
Iand8ch verlof op zyn post terug.
Als doel van de Vereeniging der in
Europa aanwezig zynde gouvernemonts-ambte-
naren der Zuld-Afrikaansche Republiek is in
haar op haar jongste te 's-Gravenhage ge
houden vergadering goedgekeurd reglement
gesteld; lo. het bevorderen van de zaak der
Z.-A. Republieken, en 2o. het behartigen van
de gemeen8chappeiyke belangen der voor
noemde ambtenaren.
Besloten is tot oprichting van een arbeids
bureau, ten einde de ambtenaren te helpen in
het verkrygen van geschikte tydoiyko betrek
kingen, en tot het houden van lezingen om
den velen verkondigden onjuisten opvattingen
don kop in te drukken.
Naar men verneemt, zal de verwisseling
van standplaats van het eskadron van het
8do reg. huzaren te Amsterdam met een der
eskadrons uit 's-Gravenhage voortaan, ln stede
van met 1 November, met 1 Mei plaats hebben.
Do eerste garnizoonsverwisseling heeft plaats
1 Mei 1902.
Te Delft ls onder de onderwyzers een
referendum gehouden over de vraag of school
vergaderingen door den Gemeenteraad geregle
menteerd dienen te worden of niet. De uitslag
was, dat 69 onderwyzers zich er voor ver
klaarden, 4 meenden, dat het niet noodig was,
terwyi 22 de zaak van niet genoeg belang
vonden om zich er over uit te sproken.
Wyien de heer A. F. Eilerts de Haan
nam het vorig jaar hot initiatief tot het op-
riohten van een kook- en huishoudschool in de
Maatschappy van Weldadigheid. De directeur
der Maatschappy, de heer Job van der Have,
deelt nu mede, dat onder de letters A Z een
gift van f 500 voor dit doel is ingekomen en
dat tot heden een bedrag van f 1900 by een is,1'
De heer P. P. Horrix, te 's-Gravenhage,
heeft zich tot de Tweede Kamer gewend naar
aanleiding van het feit, dat zyn vyfjarig kind,
dat zwak is, óf d9 school niet zal kunnen be-,
zoeken, öf zich zal moeten laten inenten, tegon
welke kunstbewerking do heer H. ernstige
bezwaren heeft.
Hy verzoekt aan de Kamer in verband'
met de uitlating van den minister van binnenl.
zaken, dat met het oog op de leerplichtwet'
do vaccine-quaestie aan de orde moeten komen
om in aansluiting van 's Ministers verklaring
van de Regeering te verkrygen vrystelliug
van den z. 1. noodlottigen vaccinedwang.
Naar wy vernemen zal door de Regoering
aan de Tweede Kamer der Staten Generaal
een Oranjeboek overgelegd worden, inhoudende,
verslag omtrent de gebeurtenissen tydons het'
beleg van Poking. (D.)
De „N. Gron. Ct.", die, geiyk wy vroeger
hebben medegedeeld, het denkbeold geopperd
heeft om eon comité in het leven te roepon,
dat de mogelijkheid van een verbond van een
of meer kleine Staten met Nederland zou
moeten onderzoekon, deelt thans mede, dat zy
voldoende betuigingen van sympathie met haar
denkbeeld ontvangen heeft, om dezer dagen'
de uitnoodigingen te verzenden tot deelneming!
aan 6en vergadering ter constitueering vaH
het studie-comité. j
Met de Inzending van het Onderwijs-
departement der Z.-A. Republiek (Transvaal) i
ter Parysche tentoonstelling tot grondslag J
(een inzending, die voor het lager en middel
baar onderwys den „Grand Pm" verwierf)*
heeft het hoofdbestuur van hot „Algemeen
Nederlandsch Verbond" een boek verspreid,
en wol over de geheele wereld in het Neder*)
landsch, Fransch, Engelsch en Duitsch j
waarin de stand van het onderwys in df
Z.-A. Republiek (op het oogen'olik van hef,
uitbreken der vyandeiykheden) wordt uiteen
gezet.
Het doel ia den laster, als zou de RegeeriDg
geestelijke ontwikkeling by de bevolking
onderdrukken, met onwedorlegbare feiten t<_
logenstraffen. En dit doel zal men bereikt,
oordeelen, wanneer men leest hoeveel de
Transvaalsche Regeering juist over heeft voor
dio geesteiyke ontwikkeling, op welko onbe
krompen wyze zy het onderwys subsidieert]
en op hoe oordeelkundige wyze dit geschiedt^
Tal van tabellen, graphische voorstellingen!
en photographieèn strekken tot toelichting van'
den uitsluitend zakeiyken tekst.
De lste luits. der art.H. E. Van Swindeo!
Koopmans, jhr. L. R. Ram, L. A. Van Royen,
A. W. Den Boer Poortugael, T. M. Roest van'
Limburg, O. L. G. Scbrassert Bert en J. A. G>]
James worden eerstdaags bevorderd tot kapiteirvl)
De tot luit.-kolonel bevorderde majoors defl
artillerie G. A. Wirix en J. Ramaer biyven j
resp. te 's-Hortogenbosch en te Utrecht in
garnizoen.
De kapitein 0. G. L. E. Van Leeuwen, van
het 2de reg. vesting-art. te Naarden, ls over
geplaatst by het 2de reg. veld-art. te 's-Gra
venhage. NB. C
TWEEDE KAMER.
Vergadering van gisternamiddag.'
Begeeringsreglement voor Suriname.
Het amendement van den heer Van Kol,
om van het lidmaatschap der Koloniale Staten
ook uit te sluiten den voorzitter, de ledenen
den procureur-generaal van het hof van justitie,
werd door den voorsteller, met handhaving
van het beginsel, ingetrokken.
id
Wat waron zU al niet van plan, aio zy
eens „groot" warenI Al waron ook de voor*
nomens van den zoo veel ouderen knaap zeer
verschilled van die van het kleine meisje,
ln één rüng stomden zy overeen: zy wilden
altyd by elkaar biyven.
Frana wilde koopman worden, zooala zijn
vader, daar dit z. 1. do eenige weg was om
vlug ryk te worden en zyn zuster een tehuis
te kunnen aanbieden. Met zyn helder hoofd
en groote vlijt verwierf hy zich veel ken
nis, die hy geschikt wist toe te passen. Lan
gen tyd bracht hy in hot buitenland door,
keerde daarop naar Duitschiand terug en
vond een betrekking in hetzelfde bankiers
huis, waar Ernst Sternthal geplaatst wae.
Dikwyis bespraken zy beiden hun wen-
schon en plannen voor do toekomst; overal
stond gebrek aan kapitaal in den weg. Daar
stierf Hülsdorfs tante en het aan broer en
zuster haar niet onbeduidend vermogen na;
zoo gauw, als doenlijk was, vestigde Frane
zich te Beriyn, om te zien, wat hij daar kon
beginnen. Theresia volgde hem daarheen; de
wonschen en droomen harer kindsheid
kwamen nu in vervulling; zy kon voor haar
broeder zorgen.
Langzaam en voorzichtig trad Hülsdorf by
zyn zaken aan de Beurs op; eenige goed
gelukto speculaties maakten hem moedig. Hy
bezat voor do geldmarkt dat ÜJno gevoel, dat
dikwyia beter doeltreffend is dan de knapste
berekening. Hy had zich nog "'*4 aan een
bepaalde onderneming gewyd, toen Ernst hem
den dood zyns vaders en zyn daardoor ver
anderde positie mededeelde; dit had de stich
ting der tegenwoordige, gemeenschappelyke
zaak ten gevolge.
Spoediger dan Hülsdorf zeil had gedacht,
had Theresia zich aan het leven ln de groote
stad gewend. Hy had haar daarby gedurende
den eersten tyd meer geholpen dan hy na
de stichting zyner eigen zaak doen kon. Naar
omgang buitenshuis vroeg zy niet. Omgang
met personen van haar leeilyd had zy nooit
gehad en nu bestond da geheele kring hun
ner kennissen uit de enkele families, waar
Hülsdorf voor zaken met de heeren ln engere
verbinding was gekomen. Theresia schepte
overigens zeer veel genot in de kunstverza
melingen en merkwaardigheden van Berlyn.
Daardoor kreeg zy ook meer yver om zich
aan de kunst te wyden. Met vernieuwden
moed greep zy naar de teekenpen en het
penseel, en bracht soms urenlang voor de
piano door. Aan bekwame leiding ontbrak
het haar niet, en haar vlyt en goed begrip
maakten haar onderwyzers hun taak gemak-
kelyk en aangenaam.
De woning van Frans en Theresia was in
hetzelfde gebouw ala de zaak. Toen Hülsdorf
tegen den avond do trappen opging en de
deur der woning met zyn sleutel opende,
hoorde hy van verre reeds de tonen der piano.
TheresJa speelde oen dier bekoorlyke, soms
zoo zwaarmoedige scheppingen van Chopin,
die groote vingervlugheid en kunst om voor
te dragen elschen. Toen haar broeder de kamer
binnentrad, sprong zy yiiDgs op.
„Kom je oindelyk?" riep zy hem te gemoet.
„Ik heb lang, al heel lang op je gewacht."
„En je daarby zeker erg verveeld? Arme
Theresia! Maar ik heb je vooruit gezegd, toon
je besloot, myn leefwyzo te deeleo, dat zaken
by my voortaan véór alle persoonlijks wen-
Bchen zouden gaan."
„Je vergist je, Frans; ik verveel me nooit.
Daarvoor heb ik nooit tyd over. Myns inziens
getuigt verveling van geestesarmoede; het
bewyst, dat wy niet in staat zyn, om ons
voldoende bezig te houden."
Maar niet alle menschen, vooral niet alle
vrouwen, bezitten zulko talenten als jytalen
ten, dio je altijd bezigheid en bevrediging
kunnen verschaffen."
„Daarin vergis je jo alweer, geloof Ik.
Iedereen heeft zeker de een of andore geestes
gave. Overigons zyn uiterlyke omstandigheden
en de daardoor verkregen opvoeding beslissend,
evenals beroeps- en huiselyke plichten. Myn
plicht byv. ia het nu, jo een kop thee te
geven, om je wat te verfrisBchen j Js ziet er
vermoeid uit."
„Dat kan wel; ik had heden een heel inspan-
nenden dag."
Na oen paar minuten zaten belden aan de
theetafel, en Theresia zorgds met de oplet
tendheid van een huisvrouw voor haar broeder,
wiens wonschen zy steeds vooruit raaddo.
Broer en zustor geleken sprekend op elkaar
Theresia was groot en slank, evenals haar
broeder; zy had hetzelfde bruine, golvende
haar en dezelfde groote bruine oogen, die wel
wat minder scherp om zich hoon zagen, ja
soms zelfs iets droomerigs hadden. De lippen
waren fijner besnedenmond en kin toonden
zachtere lynen. Haar kleeding, die meest
donker gekleurd was, volgde slechts juist
genoeg de heerschende mode, om niet opval
lend te zyn.
„Sternthals moeder en zuster zyn dus aan
gekomen?" vroeg Theresia later ln den loop
van bet gesprek.
„Gisteravond. Hy vreest, dat zy zich hier
zoo vreemd zullen gevoelen."
„Hebben zy geen kennissen hier?"
„In het geheol niet en zy zyn gewend aan
het vrye leven op het land."
„Ik heb werkeiyk medelyden met haar; ik
weet uit ondervinding, hoe moeiiyk die over
gang is. Sternthal had dit moeten bedenken,
vódr hy ze hierheen bracht."
„Er bleef geen andere keus over, toen het
goed verkocht was."
„Maar was dit laatste dan noodzakelijk?"
„Zeer zeker; wie zou het besturen? Daarby
waren de geboden voorwaarden uiterst gunstig.
En buitendien, Theresia
„Nu?"
„Zonder dezen verkoop kon onze zaak niet
gesticht worden; misschien hadden wy, jy
en ik, dan weer moeten scheiden. Wy mogen
dus allerminst Sternthals handelwyze af
keuren."
„Maar de waarde van een handeling moet
tooh niet naar het verkregen gevolg beoor
deeld worden 1 Dat ls een geheel verkeerde
opvatting."
„Het is ds opvatting van onzen tyd; wy
zyn kinderen van onzen tyd en moeten ons
dus daarnaar schikken."
„Dat is een zeer bedenkeiyïe stelling; zy
zou me haast boos op je kunnen maken. Het
Is te hopen, dat gy haar niet ln praotyk zult
brengen."
„Je vergist je, Theresia, maar die vergissing
Is gemakkeiyk te begrypen, want je woonde
altyd in een klein stadje ver van de wereld.
Daar wordt ook do gezichtskring van ieder
op zichzelf beperkt, maar de man van zaken,
die midden ln het leven staat, kykt verder."
„Frans, ik heb altyd geleerd, dat er slechts
één zedenwet is, volgens welke het goede
goed en het slechte slecht ls, en dat onze
wil, onze bedoeling de waarde onzer han
delingen bepaalt."
„Ja, ja, ook de plichten tegenover onzen
naaste en zoo moer, dat behoort er allemaal
by," zeide Frans een weinig ongeduldig. „Dat
heeft men my ook geleerd, maar heden ten
dage golden die regels niet meer. ledor i3
zichzelf de naaste, denk ik, en in de politiek
en in den oorlog bepaalt het gevolg alloen
de waarde van het gebeurde. En is er nu by
zaken niet de fijnste politiek noodig? Is liet
daar niet een eeuwige stryd? De stryd om
het bestaan, waarin wy schouder aan schouder
strydon? Wis sterk en slim is, overwint,
terwyi de zwakke moot zwichten en
wee den overwonnene 1 Moet dan niet iedereen i
zich inspannen om de overwinning te behalen?
Wie zou als overwonnene willen biyven loven;
dat wil zeggen, overgegeven aan de vertwy-
feling? Maar laat dit rusten, liet zyn geen^
vragen voor vrouwen." Hy streek met de
hand over zyn voorhoofd en dronk haastig een
glas water. „Waarover spraken wij eerst ook?",
Theresia had haar broeder, terwijl hy sprak,
ang6tig gadegeslagen; nooit had zy hom zoo
hooren spreken. Er sprak iets geheel vreemds
uit zyn woorden en zyn wezen. Hoe had hy
zoo kunnen veranderen? Waren dat werkelijk
zyn meeningen? Zy ademde vryer, toen hy
zweeg, maar wachtto eenige minuten vóór
zy zeide:
„Je vermeldde, dat Sternthals moeder en
zuBter aangekomon waren."
„Ja, juist; hU verzocht my, Jo to vragen,
of jo je niet een weinig met de dames zoudt
ophouden, en ik beloofde er een goed woordje
voor te doen.",