Trijdag lö November. (Deze 'Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. DE STERNTHALS. N». 12495 A». isoa PRIJS DEZER COURANT: Voor Lelden per 8 maanden; I f 1.10! Buiten Leiden, per loopar en waar agenten gevestigd zyn 1.30.' Franco per post •iiiltSitltttttf PRUS DER AD VERTEN TIÉN Van 1-8 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. M Zuid-Afrikaanscbe Vereeniging, Afdeeling Leiden en Omstreken» Ontvangen by den Penningmeester: Door bemiddeling van het Leidsch Dagblad: Voor de Boeren. Omdat Willem geëngageerd iaf 0.25 Opgehaald op een partytje door de jonge juffrouw N. en den jongeheer J., voor de Boertjes 0 0.50 Op Koos' verjaardag voor de dappere Boeren.0.65 Gecollecteerd op den verjaardag van O., te Warmond, in een muiltje 1.00 Voor de Boeren van een Zilveren Brui loft te Katwyk-aan-Zeo4.88 By dragen kunnen worden toegezonden aan den Penningmeester, Rembrandtstraat 19, of aan het Bureel van dit Blad. OHloiëele Heimis^eyUigeu. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien art. 8, late alinea, dor Hinderwet; Brengen by deze ter algemeens kennis, dat door hen vergunning ia verleend aan de Naamloozo Yennoot- eohap „Do NeuerlandBOhe Fabriek van verduurzaamde levensmiddelen, voorheen W. HOOGEN8T.RAATEN Oo,", en reohtverkrygonden lot het uitbreiden van de fabriek aan de kerksteeg. Beo ie D No. 1512, door plaataiDg en in-werking-stelling van een gas motor van 25 paardenLraoht. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 15 Nov. 1900* "VAN BEYST, Secretarie, DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden brongen tor algemeens kennis, dat door JOHANNES ANTONIUS GRANSJEA.N, alhier woonachtig, een vorzoeksobrift U ingediend om vergunning voor dea kleinhandel in •torken drank in het peroeel Morechatraat No. S8. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Lelden, F. WAS, linrgemeeeter. 15 Nov. 1900, "VAN HEIJSI, Seorotaris, Leiden, 16 November. Dr. J. Riemons, predikant te Rotterdam, bepaalde gisteravond de aandacht van hen, die naar het Nutsgebouw ter tweede Winter- lezing waron opgekomen, by den Wart- burg, het bekende aloude ridderslot, gelegen op een rots, en waardoor boven de stad Eisenach uitstekende, in het groot-hertog dom Saksen-Weimar, aan het noordwesteiyk einde van het Thüringerwoudgebouwd in do elfde eeuw door graaf Lodewyk den Springer van Thüringen, dat tot in de vyftiende eeuw den land- en markgraven tot verbiyfplaata heeft gediend en waar thans een gids den bezoekers den weg wyst en inlichtingen ver strekt, nadat zy hun schatting betaald hebben. Dien hooggelegen, gryzen Wartburg bezocht de apr. van gisteravond en aan dat persooniyk bezoek vooral hadden zyn hoorders het te danken, dat hy hen op onderhoudende en levendige wyze van den Wart- of Wachtburg kon verhalen, en hen, mede aan de hand der historie en puttende ook uit de schatten van Bchryvers en dichters, van onzen Beets inzon derheid, veel wetenswaardigs vermocht mee te deelen van het slot en zyn voornaamste bewoners; daarby tevens nu en dan gelegen heid vindende te zinspelen op toestanden in onze dagen, zoowel byv. geldende de worste lende Boeren en den Engelschman als onze Koninginne, die in tydon van nood zal kunnen rekenen op een levenden beschermingsmuur, gevormd door Neerlands strydbare mannen, aan wier hoofd dan zal staan Hertog Hendrik; alsmede een wensch te uiten aan het adres van Keizer Wilhelm. Spr. bezocht met ons In den geest achter eenvolgens de landgravenkamer met haar muurschilderingen, haar zeven schoone fresco's de feestzaal; de kapel, waaraan zoo heilige herinneringen verbonden zyn voor talloos veel Christenen; waar Luther meermalen predikte voor den slotvoogd en enkelen zyner ver trouwden. Hy las met ons de talryke, betoe- kenisvolle, zinryke opschriften op de muren, de bogen, do posten, de balken, de binten, de neuten in den Wartburg; bekeek in't voor bijgaan „het monachenleven, in dierengestalte afgebeeld", wat ons, zoo dames als heeren, recht harteiyk deed lachen, en stemde ons tot diepen ernst by het bezoek, gebracht aan de Luthercel, waar Luther tien maanden in stille afzondering doorbracht; na ook een blik in do zangerszaal geworpen en ons de ridderzaal en de Eli8abeth-galery getoond te hebben. Spr. doordrong ons opnieuw van de hooge historische merkwaardigheid van den Wartburg, zoo door zyn dichterswedstryd als door het verbiyf aldaar van de milddadige Heilige Elisa beth, dochter van den koning van Hongarye, gemalin van Lodewyk IV of den Heiligen, aan wie zoo nauw verwant ia het bekende rozen- wonder; van wie zooveel is te vermelden; alsmede door het zooeven reeds vermelde verbiyf van Luther, waardoor de Luthercel met haar inktvlek aan den wand, het ledikant, waarin Luther eens geslapen, en de bank, waarop hy gezeten moet hebben, voor velen iets zeer aantrekkelyks heeft, by velen echter ook heiliger herinneringen wekt. Daar arbeidde do Hervormer o. a. aan de vertaling van het Nieuwe Testament, daar schreef hy tal van brieven en verhandelingen, en van daar straalde, zei spr., een licht, een groot licht uit voor een deel der Christenheid, voor de Protestant- sche namelyk, een licht, dat nog niet is uit- gebluscht, In schoone lynen schetste hy ook nog onder welke omstandigheden en als hoedanig, welke roeping vervullend, èn Elisabeth èn Luther op den Wartburg vertoefden. Tal van byzon- derheden maakten ook deze zeer gemakkelijk te volgen en bevatteiyke voordracht van dr. Riemens tot een belangryke. By gelegenheid van de opening der Volks- byeenkomsten in het seizoen 1900—1901 bood de Stadszaal, alwaar ze weer zullen gehouden worden, gisteravond een feesteiyk aanzien. Ter weerszijden en op den achter grond van het tooneel toch waren keurige plantongroepen gerangschikt. De voorzitter der Conimissle voor de Volks- byeenkomsten, ds. H. Van Kleeflf, opende dit 8araenzyn met allen een harteiyk welkom toe te roepen. Nu de lange avonden zyn gekomen, heeft de mensch, na afloop van den arbeid, behoefte aan eenige ontspanning en daarin zal genoemde Commissie ander maal trachten zooveel mogelijk te voorzien. Het deed spreker goed, dat zulk een groot aantal belangstellenden was opgekomen om deze eerste bijeenkomst by te wonen en hy drukte den wensch uit, dat ook by volgende bijeenkomsten, wanneer geen muziek en geen zang zullen ten gehoore gebracht worden, maar er sprekers van hier of elders zullen optreden, de belangstelling even groot zal wezen als dezen avond. Daarna kwam het stafmuziekkorps der dd. schuttery, directeur de heer Joh. C. Geyp, aan de beurt. Op verzoek van den heer Van Kleeff werd het programma geopend met het Wilhelmus, hetgeen door allen staande werd aangehoord. Na dit extra-nommer werd door de schut terij muziek eea voor dozen avond bepaald met zorg samengesteld programma op ver dienstelijke wyze uitgevoerd; vooral met den solo voor Es-clarinet, van Joh. C. Geyp, waarin als solist optrak de heer 0. 0. J. Vryhof, word veel by val ingeoogsh Op hoogen prya werd ook gesteld de wel willende medewerking op dezen avond van eenige dames, die, op niet minder loffeiyke wyze, eenige liedoren zongen, welke zóó in den geest van het talryk publiek vleien, dat nè het einde van ieder nommer daverende toejuichingen den dames ten deel vielen slechts een enkel couplet evenwel werd her haald. Van de liederen vermelden wy in het byzonder het „Krugerliedje". Intusschen zy nog vermeld, dat den dames fraaie bouquetten werden vereerd en mej. Gripekoven, die den zang met pianomuziek begeleidde, een fraaie bloemenmand uit handen van den voorzitter ontving. De aanvaarding geschiedde natuuriyk met dankbaarheid. De avond werd, in plaats van met den Hongaarschen dans No. 6, besloten, mede op verzoek, met het „Wien Neerlandsch Bloed", hetwelk door ledor uit volle borst werd mede gezongen. Zooals gewoonlyk, was by het binnenkomen aan ieder een programma, tevens tekstboekje, overhandigd. Te 's-Gravenhage Is aangekomen luit.-gen. L» Swart, afgetreden legercommandant in Ned.-Indiö. Te 's-Gravenhage is uit Indië telegraphsch bericht ontvangen van de benoeming van den heer J. G. L. Houthuysen tot notaris te Sema- rang ter opvolging van zyn vader, den onlangs overleden verdienstelyken notaris B. V, Hout huysen. De Oo8tenryk8che gezant by ons Hof wordt eerst in de helft der volgende maand uit Hongarye in Den Haag terugverwacht, Veel personen, dio naar eene betrekking by het Bureau van het Internat. Hof van Arbitrage dingenwerden boden te 's-Gra venhage door den Secretaris-Generaal dier Ins tel lm g ontvangen. De Koninginnen reden hedenvoormiddag als gewoonlyk in Den Haag uit. By een bezoek aan Amsterdam zal President Kruger ontvangen worden door het hoofdbestuur van de Nederlandsch Zuid-Afri- kaansche Vereeniging, het Ohristeiyk-Natlonaal Boeren-Comitó en het Transvaal-Comité, die zich met elkander hebben verstaan om de ontvangst van den staatspresident voor te bereiden. Beroepen la by de Ne<L-Herv. Gem. te Loblth (toezegging) de heer H. A. J. Van Wyhe, cand. te Voorhout. 19 November zal de Hollandsche Maat- schappy van Fraaie Letteren en Wetenschappen, afdeeling Amsterdam, haar 100-jang bestaan herdenken. Men meent, dat de uit te sproken feestrede tevens de ïykrede zal zyn van de eertyds zoo bloeiende Maatschappy. {A. Ct.) Het 650-jarig bestaan van 's-Gravenhage werd Woensdagavond In het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappon aldaar gevierd met de herdenking tevens van de geboorte, 250 jaar geleden, van Stadhouder Willem III en van het 10-jarig bestaan der VereenigiDg „die Haghe", welke den feestavond organiseerde. De voorzitter dezer Vereeniging, kolonel P. De Bas, hield een feestrede, waarin hy, na een historische beschouwing, ook de ver loving van de Koningin herdacht als een vreugdevolle gebeurtenis. Spr. deed voorts onder luide betuigingen van instemming een beroep op alle Nederlandera voor de stichting van eon standbeeld voor Stadhouder=Koning Willem III te 's-Gravenhago, zyn geboorte plaats, en deelde mede, dat H. M. de Koningm als Beschermvrouw der Vereeniging is opge treden. Hulde en dank bracht spr. aan de mannen, die vóór 10 jaar de Vereeniging „die Haghe" oprichtten, inzonderheid aan den tegenwoordigen onder-voorzitter, rector Hage- raats, en aan den eere-voorzitter, den heer Servaas van Rooyen. De lichtbeelden-vertooning, welke de ge schiedenis, het ontstaan en de uitbreiding der Residentie te aanschouwen gaf, van 1300 af, eindigde met de portretten van de Koningin en Hertog Hendrik. De Kon. Zangvereeniging „Cecilia" droeg met de uitvoering van Oud- Hollandsche liederen veel tot het welslagen van het feest by. Den directeur dier Zang vereeniging, den heer Richard Hol, werd onder byvalsbetuigingen het oere-lidmaatschap der Vereeniging „die Haghe" aangeboden met een medaille als souvenir. De solist, de heer Neder - pelt, ontving een palmtak. Hr. Ms. Commissaris in Zuid-Holland, mr. J. G. Patyn, woonde do feestviering by. Naar men verneemt, wordt Hertog Hendrik van Mecklenburg niet voor de helft van de volgende maand in Den Haag verwacht. De president van de Eerste Kamer, de heer Van Naamen, is uit Zwolle in Den Haag teruggekeerd, om aldaar den winter door te brengen. Do consul-generaal te Londen, de heer Maas, die deel uitmaakte van de Commissie voor de consulaire examens, keert heden van Den Haag naar Londen terug. In het laatst der volgeude maand komt de Fran8che gezant in Den Haag van buiten- Iand8ch verlof op zyn post terug. Als doel van de Vereeniging der in Europa aanwezig zynde gouvernemonts-ambte- naren der Zuld-Afrikaansche Republiek is in haar op haar jongste te 's-Gravenhage ge houden vergadering goedgekeurd reglement gesteld; lo. het bevorderen van de zaak der Z.-A. Republieken, en 2o. het behartigen van de gemeen8chappeiyke belangen der voor noemde ambtenaren. Besloten is tot oprichting van een arbeids bureau, ten einde de ambtenaren te helpen in het verkrygen van geschikte tydoiyko betrek kingen, en tot het houden van lezingen om den velen verkondigden onjuisten opvattingen don kop in te drukken. Naar men verneemt, zal de verwisseling van standplaats van het eskadron van het 8do reg. huzaren te Amsterdam met een der eskadrons uit 's-Gravenhage voortaan, ln stede van met 1 November, met 1 Mei plaats hebben. Do eerste garnizoonsverwisseling heeft plaats 1 Mei 1902. Te Delft ls onder de onderwyzers een referendum gehouden over de vraag of school vergaderingen door den Gemeenteraad geregle menteerd dienen te worden of niet. De uitslag was, dat 69 onderwyzers zich er voor ver klaarden, 4 meenden, dat het niet noodig was, terwyi 22 de zaak van niet genoeg belang vonden om zich er over uit te sproken. Wyien de heer A. F. Eilerts de Haan nam het vorig jaar hot initiatief tot het op- riohten van een kook- en huishoudschool in de Maatschappy van Weldadigheid. De directeur der Maatschappy, de heer Job van der Have, deelt nu mede, dat onder de letters A Z een gift van f 500 voor dit doel is ingekomen en dat tot heden een bedrag van f 1900 by een is,1' De heer P. P. Horrix, te 's-Gravenhage, heeft zich tot de Tweede Kamer gewend naar aanleiding van het feit, dat zyn vyfjarig kind, dat zwak is, óf d9 school niet zal kunnen be-, zoeken, öf zich zal moeten laten inenten, tegon welke kunstbewerking do heer H. ernstige bezwaren heeft. Hy verzoekt aan de Kamer in verband' met de uitlating van den minister van binnenl. zaken, dat met het oog op de leerplichtwet' do vaccine-quaestie aan de orde moeten komen om in aansluiting van 's Ministers verklaring van de Regeering te verkrygen vrystelliug van den z. 1. noodlottigen vaccinedwang. Naar wy vernemen zal door de Regoering aan de Tweede Kamer der Staten Generaal een Oranjeboek overgelegd worden, inhoudende, verslag omtrent de gebeurtenissen tydons het' beleg van Poking. (D.) De „N. Gron. Ct.", die, geiyk wy vroeger hebben medegedeeld, het denkbeold geopperd heeft om eon comité in het leven te roepon, dat de mogelijkheid van een verbond van een of meer kleine Staten met Nederland zou moeten onderzoekon, deelt thans mede, dat zy voldoende betuigingen van sympathie met haar denkbeeld ontvangen heeft, om dezer dagen' de uitnoodigingen te verzenden tot deelneming! aan 6en vergadering ter constitueering vaH het studie-comité. j Met de Inzending van het Onderwijs- departement der Z.-A. Republiek (Transvaal) i ter Parysche tentoonstelling tot grondslag J (een inzending, die voor het lager en middel baar onderwys den „Grand Pm" verwierf)* heeft het hoofdbestuur van hot „Algemeen Nederlandsch Verbond" een boek verspreid, en wol over de geheele wereld in het Neder*) landsch, Fransch, Engelsch en Duitsch j waarin de stand van het onderwys in df Z.-A. Republiek (op het oogen'olik van hef, uitbreken der vyandeiykheden) wordt uiteen gezet. Het doel ia den laster, als zou de RegeeriDg geestelijke ontwikkeling by de bevolking onderdrukken, met onwedorlegbare feiten t<_ logenstraffen. En dit doel zal men bereikt, oordeelen, wanneer men leest hoeveel de Transvaalsche Regeering juist over heeft voor dio geesteiyke ontwikkeling, op welko onbe krompen wyze zy het onderwys subsidieert] en op hoe oordeelkundige wyze dit geschiedt^ Tal van tabellen, graphische voorstellingen! en photographieèn strekken tot toelichting van' den uitsluitend zakeiyken tekst. De lste luits. der art.H. E. Van Swindeo! Koopmans, jhr. L. R. Ram, L. A. Van Royen, A. W. Den Boer Poortugael, T. M. Roest van' Limburg, O. L. G. Scbrassert Bert en J. A. G>] James worden eerstdaags bevorderd tot kapiteirvl) De tot luit.-kolonel bevorderde majoors defl artillerie G. A. Wirix en J. Ramaer biyven j resp. te 's-Hortogenbosch en te Utrecht in garnizoen. De kapitein 0. G. L. E. Van Leeuwen, van het 2de reg. vesting-art. te Naarden, ls over geplaatst by het 2de reg. veld-art. te 's-Gra venhage. NB. C TWEEDE KAMER. Vergadering van gisternamiddag.' Begeeringsreglement voor Suriname. Het amendement van den heer Van Kol, om van het lidmaatschap der Koloniale Staten ook uit te sluiten den voorzitter, de ledenen den procureur-generaal van het hof van justitie, werd door den voorsteller, met handhaving van het beginsel, ingetrokken. id Wat waron zU al niet van plan, aio zy eens „groot" warenI Al waron ook de voor* nomens van den zoo veel ouderen knaap zeer verschilled van die van het kleine meisje, ln één rüng stomden zy overeen: zy wilden altyd by elkaar biyven. Frana wilde koopman worden, zooala zijn vader, daar dit z. 1. do eenige weg was om vlug ryk te worden en zyn zuster een tehuis te kunnen aanbieden. Met zyn helder hoofd en groote vlijt verwierf hy zich veel ken nis, die hy geschikt wist toe te passen. Lan gen tyd bracht hy in hot buitenland door, keerde daarop naar Duitschiand terug en vond een betrekking in hetzelfde bankiers huis, waar Ernst Sternthal geplaatst wae. Dikwyis bespraken zy beiden hun wen- schon en plannen voor do toekomst; overal stond gebrek aan kapitaal in den weg. Daar stierf Hülsdorfs tante en het aan broer en zuster haar niet onbeduidend vermogen na; zoo gauw, als doenlijk was, vestigde Frane zich te Beriyn, om te zien, wat hij daar kon beginnen. Theresia volgde hem daarheen; de wonschen en droomen harer kindsheid kwamen nu in vervulling; zy kon voor haar broeder zorgen. Langzaam en voorzichtig trad Hülsdorf by zyn zaken aan de Beurs op; eenige goed gelukto speculaties maakten hem moedig. Hy bezat voor do geldmarkt dat ÜJno gevoel, dat dikwyia beter doeltreffend is dan de knapste berekening. Hy had zich nog "'*4 aan een bepaalde onderneming gewyd, toen Ernst hem den dood zyns vaders en zyn daardoor ver anderde positie mededeelde; dit had de stich ting der tegenwoordige, gemeenschappelyke zaak ten gevolge. Spoediger dan Hülsdorf zeil had gedacht, had Theresia zich aan het leven ln de groote stad gewend. Hy had haar daarby gedurende den eersten tyd meer geholpen dan hy na de stichting zyner eigen zaak doen kon. Naar omgang buitenshuis vroeg zy niet. Omgang met personen van haar leeilyd had zy nooit gehad en nu bestond da geheele kring hun ner kennissen uit de enkele families, waar Hülsdorf voor zaken met de heeren ln engere verbinding was gekomen. Theresia schepte overigens zeer veel genot in de kunstverza melingen en merkwaardigheden van Berlyn. Daardoor kreeg zy ook meer yver om zich aan de kunst te wyden. Met vernieuwden moed greep zy naar de teekenpen en het penseel, en bracht soms urenlang voor de piano door. Aan bekwame leiding ontbrak het haar niet, en haar vlyt en goed begrip maakten haar onderwyzers hun taak gemak- kelyk en aangenaam. De woning van Frans en Theresia was in hetzelfde gebouw ala de zaak. Toen Hülsdorf tegen den avond do trappen opging en de deur der woning met zyn sleutel opende, hoorde hy van verre reeds de tonen der piano. TheresJa speelde oen dier bekoorlyke, soms zoo zwaarmoedige scheppingen van Chopin, die groote vingervlugheid en kunst om voor te dragen elschen. Toen haar broeder de kamer binnentrad, sprong zy yiiDgs op. „Kom je oindelyk?" riep zy hem te gemoet. „Ik heb lang, al heel lang op je gewacht." „En je daarby zeker erg verveeld? Arme Theresia! Maar ik heb je vooruit gezegd, toon je besloot, myn leefwyzo te deeleo, dat zaken by my voortaan véór alle persoonlijks wen- Bchen zouden gaan." „Je vergist je, Frans; ik verveel me nooit. Daarvoor heb ik nooit tyd over. Myns inziens getuigt verveling van geestesarmoede; het bewyst, dat wy niet in staat zyn, om ons voldoende bezig te houden." Maar niet alle menschen, vooral niet alle vrouwen, bezitten zulko talenten als jytalen ten, dio je altijd bezigheid en bevrediging kunnen verschaffen." „Daarin vergis je jo alweer, geloof Ik. Iedereen heeft zeker de een of andore geestes gave. Overigons zyn uiterlyke omstandigheden en de daardoor verkregen opvoeding beslissend, evenals beroeps- en huiselyke plichten. Myn plicht byv. ia het nu, jo een kop thee te geven, om je wat te verfrisBchen j Js ziet er vermoeid uit." „Dat kan wel; ik had heden een heel inspan- nenden dag." Na oen paar minuten zaten belden aan de theetafel, en Theresia zorgds met de oplet tendheid van een huisvrouw voor haar broeder, wiens wonschen zy steeds vooruit raaddo. Broer en zustor geleken sprekend op elkaar Theresia was groot en slank, evenals haar broeder; zy had hetzelfde bruine, golvende haar en dezelfde groote bruine oogen, die wel wat minder scherp om zich hoon zagen, ja soms zelfs iets droomerigs hadden. De lippen waren fijner besnedenmond en kin toonden zachtere lynen. Haar kleeding, die meest donker gekleurd was, volgde slechts juist genoeg de heerschende mode, om niet opval lend te zyn. „Sternthals moeder en zuster zyn dus aan gekomen?" vroeg Theresia later ln den loop van bet gesprek. „Gisteravond. Hy vreest, dat zy zich hier zoo vreemd zullen gevoelen." „Hebben zy geen kennissen hier?" „In het geheol niet en zy zyn gewend aan het vrye leven op het land." „Ik heb werkeiyk medelyden met haar; ik weet uit ondervinding, hoe moeiiyk die over gang is. Sternthal had dit moeten bedenken, vódr hy ze hierheen bracht." „Er bleef geen andere keus over, toen het goed verkocht was." „Maar was dit laatste dan noodzakelijk?" „Zeer zeker; wie zou het besturen? Daarby waren de geboden voorwaarden uiterst gunstig. En buitendien, Theresia „Nu?" „Zonder dezen verkoop kon onze zaak niet gesticht worden; misschien hadden wy, jy en ik, dan weer moeten scheiden. Wy mogen dus allerminst Sternthals handelwyze af keuren." „Maar de waarde van een handeling moet tooh niet naar het verkregen gevolg beoor deeld worden 1 Dat ls een geheel verkeerde opvatting." „Het is ds opvatting van onzen tyd; wy zyn kinderen van onzen tyd en moeten ons dus daarnaar schikken." „Dat is een zeer bedenkeiyïe stelling; zy zou me haast boos op je kunnen maken. Het Is te hopen, dat gy haar niet ln praotyk zult brengen." „Je vergist je, Theresia, maar die vergissing Is gemakkeiyk te begrypen, want je woonde altyd in een klein stadje ver van de wereld. Daar wordt ook do gezichtskring van ieder op zichzelf beperkt, maar de man van zaken, die midden ln het leven staat, kykt verder." „Frans, ik heb altyd geleerd, dat er slechts één zedenwet is, volgens welke het goede goed en het slechte slecht ls, en dat onze wil, onze bedoeling de waarde onzer han delingen bepaalt." „Ja, ja, ook de plichten tegenover onzen naaste en zoo moer, dat behoort er allemaal by," zeide Frans een weinig ongeduldig. „Dat heeft men my ook geleerd, maar heden ten dage golden die regels niet meer. ledor i3 zichzelf de naaste, denk ik, en in de politiek en in den oorlog bepaalt het gevolg alloen de waarde van het gebeurde. En is er nu by zaken niet de fijnste politiek noodig? Is liet daar niet een eeuwige stryd? De stryd om het bestaan, waarin wy schouder aan schouder strydon? Wis sterk en slim is, overwint, terwyi de zwakke moot zwichten en wee den overwonnene 1 Moet dan niet iedereen i zich inspannen om de overwinning te behalen? Wie zou als overwonnene willen biyven loven; dat wil zeggen, overgegeven aan de vertwy- feling? Maar laat dit rusten, liet zyn geen^ vragen voor vrouwen." Hy streek met de hand over zyn voorhoofd en dronk haastig een glas water. „Waarover spraken wij eerst ook?", Theresia had haar broeder, terwijl hy sprak, ang6tig gadegeslagen; nooit had zy hom zoo hooren spreken. Er sprak iets geheel vreemds uit zyn woorden en zyn wezen. Hoe had hy zoo kunnen veranderen? Waren dat werkelijk zyn meeningen? Zy ademde vryer, toen hy zweeg, maar wachtto eenige minuten vóór zy zeide: „Je vermeldde, dat Sternthals moeder en zuBter aangekomon waren." „Ja, juist; hU verzocht my, Jo to vragen, of jo je niet een weinig met de dames zoudt ophouden, en ik beloofde er een goed woordje voor te doen.",

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1