N\ 12390 Dinsdag IT Juli. A*. 1900 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. feuilleton. VERBROEDERING. PRIJS DEZER COTJRAim Voor Leïdon per 3 maanden. 5 I.IOl Franco por post. '2 2' 1-40, Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 1-8 regels f 1.0S. Iedere regel meer f 0.17J. Groolere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeron buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 17 Juli. Aan het Postkantoor alhier en de daar onder behoorende hulpkantoren werden ge- curende de eerste helft der maand Juli de ■volgende brieven en briefkaarten bezorgd, welke wegens onbekendheid van de geadres seerden niet besteld konden worden. Brieven: Stibbe en Co., Juf. A. Leeflang, Juf. J. De Groot, 12 stuks voor Wed. Hunter geb. Sleede, Amsterdam; J. Wessels, Kudel- staart, Aalsmeer; D. v. d. Akker, Alfen (R'Jn); Scheffelaar, Bergen-op-Zoom; A. Verduin, Berkel; F.? F.? Schoenmaker, de La Forge, Groningen; Dames Peters, Juf. De Zwart, Curator firma De Wind en Zn., 's-Hage; M. Lau, Heide Heuvel; A. Blankesteyn, Hoorn; C. F. Kruyt, Oudshoorn; A. Schenk, P. Boomat? Rotterdam; Kranenburg,Rozendaal H. Schuit, Schellingwoudo of Amsterdam; Juf. A. Veltkamp, Zutfon; Dr. Roddingius, onbekend. Naar het Buitenland: Juf. Jekel, Elberfeld; D. Kienget?, Essendorf'? Ahroine?; H. Broekman, Wiesbaden. Briefkaarten: M. Spaans, Brussel Briefkaarten (binnenland sche)K. Barnevejd, wed. Broekhuyzen, F. Kroon, Am sterdam; L. v. Dobben, L. De Reede,'s-Hage; J. Vos, Haarlem?; I-I. v. Asten, S. v. Urk, Leiden; Juf. Maas, v. d. Heiden, W. Doorn, Rotterdam; C. Rossmüssler, onbekend. Beroepen is by do Doopsgezinde Gemeente te Oost- en Westgraftdijk de heer R. J. De Stoppelaar, proponent bij do Algemeono Doopsgezinde Sociëteit, sinds eenige maanden reeds hulpprediker aldaar. Hare Majesteit de Koningin is gisteravond te 8 uren met H. M. de Koningin-Moeder Tan Den Haag naar Soestdyk teruggekeerd, tot aan don koninklijken salonwagen van den trein uitgeleid door den Burgemeester en den Gouverneur der Residentie. HH. MM. namen do prachtige bouquetten, die den Vorstinnen op de tentoonstelling en bij het bezoek der Westlandsche tuinen waren aangeboden, in het koninklijk compartiment mede. Trouw aan de gewoonte, was "weer een talrijk publiek op het buitenplein' van hot station saamgekomen, om de geliefde Vorstin en Moeder toe te juichen, of een afscheids- groet toe te wuiven. De juichkreten klonken nog ver buiten hot station by het voorbijryden van den trein, op hot buitenbalkon waarvan H. M. bleef staan om do hoera's met vriendelijke buigingen to boantwoordon. Was het traditioneelo Oranjezonnetje op dit avonduur reeds ter kimme gegaan, daarvoor kwam, juist toen de trein uit het station in de open lucht was overgegaan, in do plaats een zilveren stralenkrans van bliksemflitsen, die op dat oogenblik een prachtig luchtgezicht boden. Heb zeggen, dat H. M. gisteren do dépen dance van de zeewezen-tentoonstelling, het schip in den Hofvyver, zou bezichtigen, is niet bevestigd. Evenmin zyn HH. MM. na aankomst in de stad over den Vy verberg naar het paleis gereden. H. M. de Koningin-Moeder verliet het rijtuig in het Lange Voorhout en trad het paleis in het Laugo Voorhout binnen, terwijl Koningin Wilhelmina zich naar het koninklijk paleis in heb Noordeinde begaf. In de te Utrecht gehouden algomeeno vergadering van de Broederschap van cand.- notarissen in Nederland en zyn koloniën werden gekozen: tot voorzitter de heer P. O. Van der Waeyen Pieterszen, to Amsterdam, en tot lid van het hoofdbestuur de heer J. C. Paap, te Voorschoten, Aan ds. H. Cramer, sedert 1891 predikant der Gerefi kerk te Waarder, is eervol emeri taat verleend. Aan het gebouw van het Provinciaal Bestuur is aanbesteed: het maken en stellen van den yzeren bovenbouw met bijkomende werken, voor een brug over de Oude Maas by Spykenisse, in verband met don aanleg van een stoomtramweg van Hellevoetsluis naar Rotterdam, met een zijtak naar Brielle. Raming ƒ820,000. Minste inschrijver was Aug. Klönne, to Dortmund, voor 675,700. De hoogste inschrijving bedroeg ƒ838,300. In 1899 zyn in Zuid-Holland tegen de aanslagen in den lioofdeLyken omslag en andere gemeentelijke directe belastingen 293 bezwaar schriften ingekomen. Het getal scholen voor lager onderwijs was einde 1899 in deze provincie: 478 openbare, 2 door do gemeente gesubsidieerde bijzondere, en 32 overige byzondere. Ultimo 1899 bedroeg in de provincie het aantal inrichtingen, waar krachtens vergun ning sterke drank in 't klein werd verkocht, 4104; en de totaal-opbrengst van het ver gunningsrecht: 228,560. Ultimo 1885 waren er 4628 vergunningen met een vergunnings recht van 205,061.235. De heer T. E. Van Putten, als Ingenieur werkzaam aan de filiaal to 's-Gravenhage van de firma Siemens en Halske, zal 1 Sept. e. k. by de gemeentetram te Amsterdam worden werkzaam gesteld. Een hooggeacht, zeer gewaardeerd en bemind geneesheer te 's-Gravonhage, dr. J. G. M. Mastboom, vierde gisteren zyn vyf-en- twintig-jarig ambtsfeest. Van alle zyden ontving de jubilaris blyken van belangstelling en sympathie, vooral van de zydo van oud-patiönten. Tal van corbeilles, bouquetten en sierlyk opgemaakte bloem stukken, telegrammen en gelukwenscken werden den heer Mastboom toegezonden of gebracht, en ook van zyn collega's ontving hy talrijke blyken van vriendschap. Het Roomsch-Katholiek ziekenhuis, waar 'dri Mas'tboom sedert tal van jaren praktizeert, had 'ter 'eorevan don jubilaris de vlag ont plooid en by het ochtendbezoek werd hom in genoemde inrichting een kleine ovatie gebracht. Naar aanleiding van het treurig feit, dat biykbaar enkele der op het jongste examen (schriftgedeelte) voor hoofdonderw., te Amster dam, opgegeven onderwerpen, aan sommige candidaten voor den dag van het examen al bekend moeten zyn geweest, heeft do afd. „Amsterdam" van de Hoofdenvereeniging een adres tot den minister van binnenl. zaken ge richt, waarin een onderzoek in deze verzocht wordt. In het adres wordt gezegd, dat de heeren Doornbosch, Van Strien en Van der Laarse, hoofden van scholen te Amsterdam en Osdorp, schriftelijke verklaringen hebben ingezonden, die eenig licht verspreiden kunnen. H. M. de Koningin-Moeder bezocht gistervoormiddag het Haar in eigendom toe- bohoorend Paleis in het Lange Voorhout te 's-Gravenhage en bracht later een bezoek aan de Sophia-stichting te Scheveningen. Tot het by wonen van de plechtige ope ning op 1 September van het nieuwe gerechts gebouw op den Noordsingel te Rotterdam zyn o. a. genoodigd de minister van justitie en de burgemeester, de heer s'Jacob. De opening zal dien namiddag door een diner gevolgd worden. (N. E. Ct.) De heer A. Van Assen, oud-lid van de Staten van Friesland, is overleden. Naar men verneemt, zal de betrekking van betaalmeester der nationale schuld by de directie der grootboeken met October a. s. worden opgeheven. Onze Rogeering heeft gisteren, naar „Het Vad." verneemt, do offlcieole mededeeling ont- vangon, dat H. M. de Koningin van Enge land de arbitrage conventie van de Haagsche vredesconferentie heeft geratificeerd. Maandag is te Amsterdam een vergade ring gehouden van bestaren van Roomsch- Katholieke Kiesvereenigingen, welke een motie aannam, haar instemming betuigendo met het voorstel der centrale kiesvereeniging te Hoorn, betreffende oprichting van een provincialen bond van zoodanige kiesvereenigingen in Noord- Holland. Aan Hoorn is opgedragen een plan daarvoor te ontwerpen. HaarlCt.) Het stoomschip „Patroclus" arrivoerde 16 Juli van Penang te Amsterdam; de „Prin ses Sophie," van Amsterdam naar Batavia, passeerde 15 Juli Perim; do „Java", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 16 Juli van Suez; de „Potsdam", van Niouw-York naar Rotterdam, passeerde 16 JuliPrawlepoint; de „Solo", van Batavia naar Rotterdam, arriveerde 16 Juli te Marseille; de „Priam", van Amsterdam naar Java, vertrok 14 Juli van Liverpool. Hazerswoudo. Vyf struikroovers, die uit het hooge koren te vooreohyn sprongon, hadden hem ieder om een dubbeltje gevraagd. Toen hy, menschlievend want zoo was hy altyd zyn portemonnaio uit zyn zak haalde, hadden do booswichten daaruit al het zilver geld, vyftien guldens, genomen en haar leeg, op drie en een halven cent na, teruggegeven. Voor don schrik kwam do beroofde een glas water driukeu by den kastelein Rodenburg. Dezen begonnen weldra de oogen open te gaan. Is u niet....? Ja. Was u vroeger niet land bouwer te....? Ja. Is die.... en die.... en die niet van uw familie? Ja, ik geloof het wel. Zou je dan van de aanranding geen aan gifte doon by de politie? Nou, neef, hm, ja, straks. De politie werd eindelijk van het ge val in kennis gesteld. Ondervraagd, hield do heer, een vijftiger, die blijkbaar betoro dagen had gekénd, vol> dat liet geval zich op de boven beschreven wijze liad toegedragen. Het signalement der vyf schurken wist hy nauw keurig op to geven. De ryks- en de gemeente veldwachter gingen weldra op verkenning uit Do politie van Benthuizen do aanranding moest tusschen die en onze gemeente hebben plaats gehad werd gewaarschuwd en aan alle kanten werd gevraagd, gespourd en onder zoek gedaan. Nergens was een spoor van de schelmen te zien en niemand had dien dag zulk gespuis zien voorbygaan. Den geheolen Zondagavond ging met zoeken en vragen voor by en eerst teg6n middernacht kwamen de y vorige dienaars der justitie terug met de innige overtuiging, dat ze de dupe waren van een sluwen be drieger, wien het te doen ware geweest om het medelydon op te wokken en misschien wel een nieuwe jas en geld op don koop toe van zyn talrijke neven en nichten dacht te krygen. Zoo gemakkelijk zou hot heerschap er echter niet afkomen. Onze wakkere politiebeambten laten niet met zich spotten en hadden er bovendien nog wel een paar uren van hun nachtrust voor over. Eenige jongens, die den „heer" 's middags te halfdrie op den weg ontmoet hadden, waar hy beweerde aange vallen te zyn, werden opontboden en nu reed het vfiftal naar den Ryndyk, waar in het stille nachtelijk uur door onzen burgemeester, tevens hulpofficier van justitie, het verhoor plaats had en bet proces-verbaal werd opgemaakt, wegens het doen van een vermoedelijk valsche aangifte, waardoor do politie op een dwaal spoor zou zyn gebracht. Tegen vyf uren kwamen allen weer thuis, behalve „neef, met wien vermoedelijk later zal worden afge rekend. De commissie voor de feestviering op den verjaardag van H. M. do Koningin heeft een belangryk besluit genomen. Dit jaar zal de 31sto Augustus nog worden gevierd; doch in het vervolg zal dit slechts om de vyf jaar plaats hebben. Nu de „Wilhelminavereeniging" is opgoricht, welke voorloopig reeds 47 leden telt, meent zy, uit de contributie, om de vijf jaar een flink feest te kunnen arrangeeren; terwyl men dan voorgoed van het lastige en vaak onaangename „loopen met de lijst" af is. Koudekerk. Er komen onder de jonge kinderen hier tegenwoordig zeer veel zieken voor, ten gevolge waarvan in de laagste klassen der oponbaro school het percentage van het verzuim vry hoog is. Inzonderheid heerschen de mazelen, welke ziekte, nu zy in de Wet als een besmettelijke is geschrapt, op het verzuim in do hoogoro klassen geen morkbaren invloed hoeft. In het gepasseerdo half jaar werden op hot telephoonkantoor alhier behandeld 508 telegrammen, waarvan 235 zyn verzonden on 273 ontvangen. Noordwykorhout. Hot aantal jongelingen, dat zich tot dusverre heeft aangegeven tot deelneming aan het voorbereidend militair onderricht, is nog onvoldoende. Tot 21 dezer bestaat n g gelegenheid zich aan te melden en mochten er niet meer by komen, dan wordt bedoeld onderricht dit seizoen aihieF niet gegeven. Itijiisburg. Gisteren werd het dochtertje van H. De M. op de Zandlaan aangereden door een wiolryder. Bolden violen en het jurkje van de kleine werd verscheurd. Het is dan ook eon wonder te noemen, dat beiden, wiel rijder en kind, er zonder lichameiyk letsel afkwamen. Naar we vernemen, had de wielrijder hierby geen schuld, maar ontstond het ongeval doordat beiden naar één richtingwilden uitwijken. TJit <lo „Staatscourant." Koninkl. besluiten. Benoemd tot sub stituut-griffier bij de arrondissements rechtbank te Breda, mr. B. Formijne, advocaat cn procureur te 's GraveDhage, tevens beëedigd klerk ter griffie van do arroudissements-rechtbank aldaar; met ingang van 1 September tot rechters in doarron- dissecoents-rechtbank te Rotterdam; mr. L. Offer- liaus Jz., thana kantonrechter to Dokkum; mr. K. W. Brevet, thanskantonrechter-plaatavervaoger, Advocaat on procureur te Middelburg; mr. C. O. Sogers, thans kantonrecbter-plaatsvervanger en advocaat te 'a-Graveubage; on jhr. mr. J. L W. C. Von Weiier, thans lid van het hof van justitie in Suriname, mot verlof in Nedciland, verblijvende to Ellecom, gemeente llhedan; met ingang vau 1 Augustus tot klerk dor directie van de Rijks postspaarbank de tijdelijke beambten nan die instelling mej. C. A. M. Jansen, A. Van Bommel, F. J. Ruaink, J. H. A. Hallmann en mej. C. G. Edema; tot hoogheemraad van het Groot-Waterschap van Woerden, provinciën Zuid-Holland en Utrecht, G. L. baron Van Boetzelaer; tot lid van het bestuur van het waterschap do Keiderwolderpolder, provincie Groningen, H. J. Onnes. Overgoplaatst: In zyu rang bij het wapen der infanterie van het leger hier to lande, de tweede luitenant der infanterie K. F. L. Bosch, van het leger in Nederlandsch-lndië, en bij het wapen der infanterie van hot leger in NederlamJsch- Indiö, de tweede luitenant P. H. F. Staff, van het 2de regiment infanterie. Pensioen verleend: aan Jacob of J. M. Blok, eluisknecht, 191Petras Van Vugt, sluismeester, /"50I 'sjaars. Eervol ontslag verleend, met ingang van 15 Augustus, aan mej. F. Slingenberg, op haar ver zoete, als tijdelijk assistent aan bet ltijkslandbouw* proefstation te Groningen. De gewone audiënties van den minister va- oorlog op 19 Juli, en van den minister vaa koloniën op 20 Juli zullen niet plaats hebben. Oe Tentoonstelling van Neerlands Zeewezen. Uit wat in ons vorig nomnier word mede gedeeld heeft men kunnen zien, dat alles, wat den naam van Neerlands roemruchtigen zee heldenstoet in eere en herinnering houdt, op deze tentoonstelling voor hot oog is ontrold, en het zou te ver voeren, indien alle inzen dingen moesten worden opgesomd, die hua godsdienstig leven aan boord, hun merk waardige brieven, hun eerepenningen, degens en zwaardenj commandostaf, lijf voor werp en, enz. doen kennen. Aan De Ruyter alleen moest een afzonder- ïyke schouwkamer gewijd worden, zóó talrijk zyn do geschilderde en gegraveerde portretten van af de jeugd tot aan den dood van den dapperen vlootvoogd. Het kleine, nietige sabeltje, dat do zeeheld droeg, ontbreekt niet onder do merkwaardige stukken uit zyn roemvol leven. Zyn beroemde brief, waariu hy zyn beklag doet over den slechten toe* stand van do vloot, is eveneens voorhanden* De Chathamboker verheft zich als een eero- stuk boven deze kostbare verzameling. Onder de papieren vindt men nog Japansche passen aan Nederlanders om handel to mogen dry ven, uit oorbied waarvoor 25 jaren ge ledon Japansche onderdanen nog eon buiging maaktende oorspronkeiyke octrooien van de Oost- en West-Indische Compagnieën en de brief van Jan Pietersz. Coen met den bekenden uitroep: „Desespereert niet." Het derde tentoonstellingsvertrek is de Gothischo zaal, die een levendigen aanblik biedt door de veelkleurige vlaggen en serie- doeken van de meeste zeevarende volken, welke uit do kap afhangen. Hier beweegt men zich in een 6childeryen- on prenten kabinet. In chronologische volgorde zyn uit gebeeld verschillende feiten uit de Engelsche oorlogen, beginnende met den tocht naar Chatham, dat ruim vertegenwoordigd is, en eindigende met den slag by Doggersbank. Er zyn veel teekeningen onder van v. d. Yelde, die te midden van de zeegevechten, gezeten in een sloep, de krygstoonoelen te water teekende. De verzameling van don bekenden kunst verzamelaar mr. Van Gyn, to Dordrecht, heeft veel prenten voor deze afdoeling geleverd, waarin men ook nog aantreft het portret van Anna, Moeder-Voogdes van Prins Willem V, de eenige vrouw, dio als zoodanig aan het hoofd van de vloot stond. Vermelding verdient nog eon godrukt mani fest, dat do dum-dum-quaes tie van heden te binnen brengt, in zoover in dien klaagbrief aan de Engelschen verweten wordt, dat zy by Doggersbank hun projectielen vulden met porselein en glas. De legendarische voorstelling van den over gang van de vloot aan de Franschen sluit do reeks van tentoongestelde zaken. In Engeland, Denemarken, België, Zweden en Duitschland werd ook materiaal voor deze expositie bijeengebracht. £8) „Vergeef my, mjjnheor de markies," zoo nam hy het woord, „als ik u nogmaals kom storen. Ik heb wel is waar gisteren reeds de eer gehad afscheid te nemen, maar heb intusschen het bosluit genomen, niet langer in Metz to bleven; het bevalt my hier niet meer; ik koer eerstdaags naar Parijs terug en wilde daarom niet verzuimen, by die langere afwezigheid extra-afscheid van u to komen nemon." „Dat is zeer vriondeiyk van u, kapitein. Waar vreemd is het, dat ook gy opeens een afkeer van ons schoon geboorteland hebt opge vat.... precies als myn kleindochter. Daar mag een ander wys uit worden!" Do kapitein sloeg den blik neer. „Mag ik rechtuit spreken, heer markies?" „Zeker, beste Eugènel" „Ik had my aan een hoop overgegeven, wier vervulling myn eenigszins onbestendig leven een zeker doel zou verschaft hebben. iMaar ik zie my in die hoop bedrogen; en daarom wilde ik gaarne de verydeling van deze myn schoonste hoop in do drukte der .groote wereld vergeten." „Wet andere woordengy hebt by een jonge dame eon blauwtje geloopen?" „Hoewol niet juist dat, heb ik toch inge- tien, dat myn liefde onbeantwoord blyft." „En die liefde gold myn kleindochter „Clarissa?" „Gy hebt het gezegd, heer markies 1" - „Parbleu, jelui bent do wonderlykste luitjes, dio my ooit ouder de. oogen zyn gekomen 1 Nu begryp ik alles. Jelui bemint elkander; ja, ja, kapitein, Clarissa bemint u, zonder bet zicbzelve te willen bekennen. Ook zy wil graag van hier weg naar Parys gy wilt ook naar Parys nu, dat treft dan immers prachtig I Beiden willen hun teleurstelling, hun smart in het gewoel der groote wereld vergeten, en in de salons dier groote wereld ontmoet men elkaar weder ja, beste kapitein, men ontmoet elkander daar weer en wel is waar vaker dan hier op het eenzame land. Welaan, jelui zult uw zin hebben. Reis getroost naar Parys, waarde Eugène, en wees verzekerd, dat wy binnen vier weken, wanneer ik hier orde op myn zaken gesteld heb, zullen nakomen." „Heer markies, gy zyt al te goed, al te vriendelykl Dus gy, heer markies, zoudt op myn aanzoek om de hand van Clarissa niets hebben aan te merken?" „Niet het minste, beste kapitein. Voor waarts 1 Beleger de vesting, verover zo I Myn zegen hebt gei En later zult ge dan mis schien wel weer smaak in het buitenleven op Ladonchamps vinden." De kapitein greep do hand van den ouden man en drukte zo warm en iDnig. Hy gaf nu de hoop niet op, Clarissa's hand te ver werven. De voornaamste hinderpaal was immers uit den weg geruimd, en wanneer Clarissa maar eerst weer de Parysche lucht inademde, zou zy die Duitsche sentimentaliteit weldra vergeten. „Maar zeg my nu eens, Eugbne," ging do markies voort, „wat is dat voor een erger- lyke geschiedenis met dien luitenant Von Holten en mademoiselle Margot? Is het werkelyk waar, dat de luitenant in liefdes betrekking tot haar stond?". Ik kan het niet bezweren, heer markies. Waar het is een feit, dat ik in de kamer van dien officier op hot slot Marange een brief van mademoiselle Margot vond, waarin zy hem om een samenkomst verzocht. Het dienstpersoneel heeft in den nacht den luite nant en mademoiselle in de eetzaal by elkander gezien." „Ha, dat ia schandelykl Dat had ik van dien jongen man niet gedacht 1 Naar do ont- vangst, die hy by ons vond, had hy om zichtiger moeten zyn. Enfin, vergeten wy die ergerlyke geschiodenis 1 Wanneer wy naar Parys vertrekkon, houdt immers die omgang vanzelf opl Maar toch doet hot my leed, dat ik my in dien jongen officier zoo vergist heb. Ik zou op zyn rechtschapenheid huizen gebouwd hebben 1" „Men wordt vaak in zyn vortrouwen bedrogen, heer markies." „Ja, go hebt gelyk. Foei, wat een nare geschiedenis 1 En ik had hem waarlyk lief- gekregen, zoodat ik zelf.... Doch dat is nu allemaal voorby. Wat brengt gy, Framjois?" Deze vraag gold don ouden tuinman, die den markies oen kaartje overhandigde. „Mynheer de luitenant wenscht den markies voor een persoonlyke aangelegenheid te spreken." „Ha, dat ie sterk 1 Zie eens, kapitein, hier heb ik het kaartje in de hand van den heer, van wien wy juist spraken. Ik zai hem laten zeggen, dat ik voor hem niet meer te spreken ben." „Vergeef my, heer markies, zoo ik als jongere het waag, voor overyling te waar- Bchuwen. De heer Von Holten zou dit ant woord ala een beleediging kunnen opnemen I" „Och koml En als hy dat deed?" „Dan zouden er misschien gevolgen uit voortkomen, die ik u gaarne zou willen besparen." „Go bedoelt, dat by mo zou kunnen uitdagen?" „Juist, hoer markies." „Ik voer myn degen nog met vaste hand, kapitein I" „Neon, neen, heer markies, dat is niets voor u. Denk aan uw loeftyd, uw familie! Neen, ik hob u een ander voorstel te doen. Laat my met den heer Von Holten uit uw naam spreken I" „Gy wilt dus met hem duelleeren?" „Als lk het vermydea kan, neenl Als het zyn moet, ben ik zeker een moer geschikte tegenparty voor hem dan gy, heer markies." „Denkt go? Gy schat my te gering, kapitein." „Zeker niet, heer markies. Maar zooals de zaken liggen, moet gy me veroorloven uw plaats in te nomen. Ik zou gaarne alle onaan genaamheden verre van u willen houden." „Daar, myn hand, kapltoinl Go zyt een flinkn kerel. Welaan, spreek uit myn naam met den luitenant; hoor, wat hy my te zeggen heeft, en deel hem mede, dat ik niet wensch nog verder een man te ontmoeten, die do wetten der gastvryheid niet weet te eeren1" Een natuurlyk, zichtbaar glimlachje vloog ovor hot gelaat van den kapitein. „Ik zal my, zoo good ik kan, van uw opdracht kwyton, heer markies." „Ga dan; tot wederziens by het ontbyt. Dat gebruikt gy toch met ons?" „Als ik niet vreezen moet lastig te vallen?" „Welk een gedachtel Afgesproken dus; tot weerziens 1 Ik zot intusschen myn wandeling voort." „Tot woorziens, hoor markies!" De oude heer schreod dieper hot p3rk in. Een poos keek de kapitein hem na, terwyl zich op zyn gelaat oen triomfoorondo uit drukking vertoonde. Toen begaf hy zich ras naar hot slot, waar hy in liet saion luitenant Von Holten aantrof. XVt. Koenraad was eenigszins verrast, leen h(j in plaats van den markies kapitein De Marange zag binnontreden, met wion hy in goenon deels door een byzonder gevoel van sympathie verbonden was. Hy had zcci good do yandige blikken opgemerkt, waarmee de kapitein hem vorvolgde en die hy heol goed wist to ver- klaren. Dat hy in dezon stond, nu hy voor den grootvader zyner geliefde zyn hart wildo uitstorten, hem vry en oprecht bekennen wilde, dat hy Clarissa beminde en daarom verzocht, aanzoek om haar hand te mogen doen, dat hy juist nu den man aantrof, dien hy als zyn mededingor moest beschouwen, scheen hem geen goed voorteeken toe. Toch beantwoordde hy beleefd den vluchtigen groet van den kapitein. Hy hoopte nog, dat deze ontmoeting oen toevallige zou zyn. „Gy verwondert u, my in plaats van myn heer den markies te zien, luitenant Von Holten?" begon do kapitein met een licht spottend glimlachje. „Gy zyt gast op het slot Ladonchamps, kapitein," antwoordde Koenraad, „hoe zou ik my dan over onze ontmoeting verwonderen, al meen ik my ook te herinneren, dat gy gisteren uw voornemen te kennen gaaft 's avonds nog hot kasteel te verlaten." {Wordt vervolgdJ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1