IT. 12382 Zaterdag 7 Juli. A*. 1900 f feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Peuilleton. VERBROEDERING. r DAGBLAD. V pbt.tr DEZER CO u ft A in 'li Yoor telden per 3 maanden. Franco por post Afzonderlijke Nommera .- f 1.10. 1.40. 0.05. PHIJS DEH ADVEETEHTEËN: Van 1 6 regela f 1.05. Iedere regel moor f 0.17{. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseoren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Gemengd Nieuws. Iff De rechtbank: te Haarlem heeft VeroordeeldH. Peters, arbeider te Hillegom, ■regens mishandeling, tot 14 dagen gevange nisstraf, en W. A. Teunissen, zonder beroep, te Heemstede, wegens bedrieglijke bank- Ireuk, tot 3 maanden gevangenisstraf. Typografen te Amsterdam. Gelijk lekend is, zijn veel arbeiders in de graphische vakken te Amsterdam sinds de staking buiten werk geraakt, doordat hun vroegere patroons ongeneigd bleken de deelnemers aan deze beweging weder in hun dienst te nemen. De Kamer van Arbeid voor de Drukkersbedry ven, aangezocht om ten gunste dezer gezellen stap pen te doen, heeft in haar laatste vergadering (óen stem was er tegen) besloten zich deze zaak aan te trekken; een uit haar midden benoemde commissie, bestaande uit een dor leden-patroons, een der leden-werklieden en den secretaris, zal de betrokken patroons be- zoeken, ten einde hen zoo mogelijk te bewegen om hun vroegere gezellen weder aan te nemen. I Te Wolder, gomeente Oud-Vroen- hoven (L.), is gisternacht diefstal met inbraak gepleegd in de Roomsch-Katholieke kerk en de aangrenzende pastorie. De dief of dieven ;v.jhebben alle kerksieraden en ook privaat eigendom van den pastoor meegenomen. De ramp to Niou w-Y or k. Op de door do directie der „Nordd. Lloyd" samen gestelde ljjsten komen onder de geredde be manningen van do verschillende schepen voor van do „Bremen" 173, de „Saaie" 133, de „Main" 107 personen. In de gasthuizen liggen van do Bremen" 12, van de „Saaie" 30 en van do „Main" 8 personen. Yermist worden van do „BrGinen" 12, van do „Saaie" 109, van de „Main" 44. Van de „Kaiser Wilhelm" schijnt niemand gewond of vermist te zijn. Het cijfer der vermisten is dus 165. Dit 'is echter alleen van de bemanningon. Talrijke claims voor bergloon worden door c de eigenaars van sleepbooten ingeleverd. Het yp»bergloon voor do „Kaiser -Wilhelm der Grosse", SEdio heden naar Bremen vertrok met 340 Jljpassagiers, wordt berekend tegen oen waarde van 3'/a millioen dollar. Hoboken was bijna weder het tooneel ge- ■eest van een anderen grooten brand, aan de waterzijde, dewijl een lichter, geladen met 00 balen katoen, in brand geraakte by de Rotterdarasche pier, waar het Ned. stoomschip „Potsdam" bezig was met laden en waar zich honderden werklieden aan boord bevonden. De lichter werd echter spoedig op stroom waar de brand gebluscht word. Waarschijnlijk zal de „Main", die onher stelbaar beschadigd heette, hersteld en weder in de vaart gebracht worden. V Tegen de kapiteins van onderscheidene sleepbooten wordt een vervolging ingesteld wegens hun onmenschelyk gedrag. Zy hebben, aar men weet, verscheiden menschen laten •erdrinken, omdat zy begrepen, met de redding ;een geld te kunnen verdienen. De mayor van Hoboken heeft een belooning van 1000 dollars uitgeloofd voor aanwijzingen, die kunnen leiden tot het bowjjs, dat iemand zich __aan zulke schandelijke handelingen schuldig K 2 heeft gemaakt. De president van de Fransche Republiek heeft aan het Duitsche gouvernement zijn betuigingen van deelneming doen toekomen by gelegenheid van de rampen to Nieuw-York. De „Nordd. Lloyd" heeft besloten aan de nagelaten betrekkingen van officieren en minderen, die by de ramp hun kostwinners hebben verloren, een levenslange rente uit te keeren tot aanvulling van hun pensioen uit de zeevaartkas. Petroleumbrand bij Nieuw-York.— De brand van Hoboken is nauwelijks ge bluscht, of de lucht boven Nieuw-York is al weer rood van de vlammen van een nieuwen brand. Gedurende een zware onweersbui, die Don derdagochtend boven de stad woedde, sloeg de bliksem in een der petroleumroservoirs van de Standard Oil Comp., die haar terreinen heeft op Constable Hook, te Bayonne, New- Yersey, tegenover Staten-eiland. Het vuur nam zeer groote afmetingen aan niettegenstaande de wakkere pogingen der steeds in touw zijnde brandweer. Alle tanks stonden spoedig in brand, nadat het vuur met reuzensprongen van de eeno vergaarplaats naar de andere was overgesprongen. Door den bliksem werd ook eon deel der werkplaatsen getroffen, waar eonige werklieden bezig waren. Zy hadden den tijd de vlucht te nemen. „Bay-View- Hotel", dat door het vuur werd aangetast, was vol gasten en de meesten konden slechts ternauwernood ontsnappen, daar de petroleum in brandende stroomen op het hotel afvloeide. Het springen der tanks was als de losbran ding van duizend kanonnen. De huizen van Staten-eiland werden hevig geschud en ook ruiten braken. De bevolking nam verschrikt de vlucht. Bayonne liep ook een oogenblik gevaar. In weinige uren waren alle nieuwe reservoirs der Maatschappij verwoest, ter waarde vah drie millioen dollar elk, plus 46 tanks, bevattende 20,000 barrels, een waarde van een millioen dollar vertegenwoordigende, en nog een millioen aan andere bezittingen, te zamen een schade vormende van ongeveer vyf millioen dollar. Men weet van één doode, een electricien, die verbrandde. Men denkt, dat de brand oen week zal duren. Do schepen in den omtrek zjjn door sleepbooten gered. Door enkele bladen werd gemeld, dat Johanna Van Woude, de redactrice van de „Hollandsche Lelie", uit Beverwijk was ver trokken „in de richting van Heemstede." Zy woont thans werkelyk in dio gemeente, welke zoo zegt zy in het laatst verschenen num mer van „Do Hollandsche Lelie" „zeer liefelyk" is en, voegt zy er by, „de menschen zyn er als de natuur. Het geluid van rui- schendo boomen en golvend graan komt door myn open raam naar binnen met Zondagsch klokgelui." De vermaarde schryfster woont te Heemstedo aan het Plein, waaraan ook de Hervormde kerk staat en het logement „Het wapen van Heemstede" en de halte van de stoomtram gelogen is. Uit Apeldoorn schryft men aan het „Utr. Dbl.": „In jaren zyn de beuken niet zoo ryk met vruchten beladen geweest als thans. Zooals men weet, wordt uit de beukenootjes do heerlijke beukolio geslagen, terwyl van het overblyvende beukkoeken worden gemaakt De beukolie wordt door de meeste huismoe ders boter geacht dan de raapolie; de beuk koeken zyn een gezond en krachtig voeder voor het vee. Te Eerbeek, by den heer G. Geerligs, is een oliemolen, waar uit de beuk olie geslagen en van het overblyvende koeken gemaakt worden. Een kras geslacht. In de Frie- sche gemeente Idaarderadeel heeft Minke Hagedoorn haar 90s ten verjaardag gevierd. Het oudje is voor haar jaren nog zeer kras. Haar broeder Ype is 85, haar beide zusters (tweelingen) zyn 88 en haar broeder Marten is 78 jaar oud. Financlëele Kroniek* Hoewel in sommige afdeeliogen tamelijk leven dig, was toch de toon der Bears over het algemeen flauw te noemen. Geen wonder ook. De berichten ait China waren ernstig en gaven aanleiding tot bezorgdheid. De speech van den Dnitschen Keizer, bjj het vertrek der oorlogsschepen gehoudoD, moest noodzakelijkerwijze een ongunstigen indruk maken. Als Europa werkelijk de meening zou zijn toege daan, dat het haar plicht is, den Chineezcn de wet te gaan voorschrijven, en met geweld deWester- scho beschaving aan hen te gaan opdringen, dan kon het wel eens blijken, dat al hét wapengeweld ▼an het beschaafde Europa, tegen het oude, onbeschaafde Chineesche Rpk te kort zou echieten. Ook uit Zuid-Afrika zyn de schrale be richten van dien aard, dat men vooreerst nog niet op vrede behoeft te rekenen, en uit de handelwijze van Lord Roberts blijkt voldoende, dat ook hij van den toestand cog niet zeker is. Wat de geldmarkt aangaat, deze ia in sommige Janden weer gemak kelijk. Hier variëerde de koers tusschen 4 en 5 procent, een omstandigheid, waarvan do koers der Nederlandsche Staatsfondsen direot den invloed moest ondervinden. Integralen daalden tot 77'/s pCt. en 3-pCts. Ned. Werk. Sohuld tot 903/8 pCt. Over het algemeen was ook de koers der Euro- peescke Staatsfondsen gedrukt. Hongaren en Oostenrijkers waren lager, voornamelijk de laatste. Porlugeezen deelden betzelfdo lot. Deze waren ongeveer 1 procent lager. Eveneens ging het den Russischen Staatsfondsen, alhoewel niet in die mate. Wat Rusland betreft, spreekt men er van, dat de directeur der St.-Peters- burgsche Internationale Handelsbank, de heer Rothstein, zich op last van den minister van financiën Witto naar Nieuw-York heeft begeven, om te trachten, aldaar een leening van 800 millioen dollar te sluiten. Ook zegt men, dat verschillende groots Amerikaansche Levensverzekering-Maat schappijen een deel dier Jeoning hebben overge nomen, om in Amerika te plaatsen, in ruil voor welken dienst zij belangrijke spoorweg-concessies in Noord-Rusland zouden verkrijgen. In Spaansche fondsen ging niet veel om, en deze waren aan het einde der week lager. De gedele geerden der Spaansche regeering hebben te Berlijn van gedachten gewisseld mot het comité ter be scherming van do houders der Spaansche Buiten- landscho Schuld, om te trachten, dezen te bewegen, de wijziging toe te 6taan van de overeenkomst van 28 Juni 1882, by welke aan de Spaansche buitenlandsohe Schuld vrijstelling van belasting werd toegestemd. De wensch van de Spaansche regeeriug ia te verkrijgen, dat bovengenoemde overeenkomst wordt ingetrokken, en zouden dan ook de afgestempeldo stukken der Buitenlandsche Schuld aan de heffing van 20 procent belasting onderworpen worden. De beschermingsvereeniging heeft echter gemeend, niet tot een dergelijke toestemming te mogen besluiten, iets wat de comité's der Engelscho, Fransche, Belgische en Nederlandsche obligatiehouders ook hebbeu gedaan of zullen doen. Dientengevolge hebbon de gedele geerden der Spaansche regeering de vertegen woordigers der Buitenlandsche obligatiehouders tot eeo gemeenschappelijke conferentie nitgenoo- digd, welke in den loop der volgende maand te Parijs zal gehouden worden. De Chineesche leeningen wijzen een belangrijk koersverlies aan en in de anders zoo verlaten obli- gatiön yond een omvangrijke handel plaats. Naar verhouding moesten de goudleeningen het het meest ontgelden. De redon daarvan is wel gelegen in het feit, dst de onderpanden dezer leoningen juist gelegen zijn in de gunstige en matige ont wikkeling der door China aan de mogendheden verleende concessiSn. Ondanks de hoogere zilverpryzen, bleven de Mexicanen nog iets beneden hun vorig niveau. De hoogere koersen, waarop de Brazilianen do week begonnen, hielden geen stand. Dit bohoeft echter geen verwondering te wekken, want de snelle stijging van den wisselkoers kan niet anders dan een reactie ten gevolge hebben. En hoewel de fioancieele toestand in Brazilië ontegenzeg lijk veel beter is, zal het toch te bezien staaD, of ze zoo eterk is, dat zij de weelde van de goud- betaling, welke Brazilië in 1901 weder moet her vatten, zal kunnen weerstaan. Do begrooting, door den minister van financiën aan den president aan geboden, is oppervlakkig beschouwd zeer schoon, namelijk de ontvangsten in goud zijn op 58,869 Conto's de reis en de uitgaven op 35,779 Conto's geraamd, terwyl de ontvangsten in papier op 284,867 en de uitgaven op 241,125 Conto's de reis zijn geraamd. Dit verschil in ontvangsten en uit gaven is zóó gunstig, dat het sterk te betwijfelen valt, of de minister hierbij met de betaling met goud rekening heeft gehouden. Het niet-betalen der Julï-coupon van de Trans- vaalsche Staataleening on die der gegarandeerde Spoorwegen Pretoria—Pietersburg en Northorn- Transvaal drukte de koersen dezer leeningen, hoewol het aanbod niet groot was. Men ia alge meen van oordeel, dat de Engelscbe regcering verplicht zal zijn, de verplichtingen dor Trans- vaalsche regeering over te nemen. Ook de aandeelen dor Ned.-Zuid-Afrikaansche Spoor verkeerden in navolging van Berlijn in zeer gedrukte stemming en werden ongeveer 10 procent lager verhandeld. Wat de Amerikaansche Sporen betreft, de duurte der steenkolen doet zich in de mindere netto ontvangsten en dat wel bij bruto-vermeerdering sterk gevoelen od hoewel sommige door botere oogst-vooruitzichten williger waren, zoo kan deze duurdere exploitatie toch niet zonder invloed blijven op den koers niet alléén, doch op de moge lijke dividend-uitkeeringen, een omstandigheid, die nog wel eeu weinig reactie in het leven kan roepen, hoewel de innerlijke toestand der Sporen goed kan genoemd worden. Rijnlandsche Ban'c. Woezcnverzorging. De Maatschappij van Weldadigheid in de eerste plaats haar zorgen wydend aan verarmde, maar tot arbeid bekwame gezinnen, wolke daar een bescheiden bestaan en voor hun kinderen een uitstekende opleiding vin den heeft zich bovendien, vooral in de laatste jaren, het lot der weezen aangetrokken, die, als bestedelingen in voornoemde gezinnen opgenomen, onder toezicht van het bestuur een opvoeding verkrygen, waardoor zy in staat worden gesteld later hun brood te ver dienen. Deze pogingen zyn tot dusverre zeer naar wensch geslaagd. De directeur, de heer Job Van der Have, heeft nu meer byzonder de aandacht op deze gelegenheid, het verplegen van weezen in het gezin, gevestigd. Hy be veelt haar aan met het oog op: 1. De gezondheid. Voor veel kinderen is het landleven, met het oog op hun gezond heid, verre verkieslyk boven het leven in steden en groote gestichten. By de kinderen, die in de boschryko zandstreken van de Maatschappy van Weldadigheid worden ver pleegd, ziet men spoedig de gunstige uit werking van het verblyf in een gezonde streok. Het ware te wenschen, dat duizenden arme kinderen uit de steden dien zegen mochten ondervinden. j 2. Het familieleven. Gestichten be staan hier niet en worden ook niet begeerd. De pleegouders vervangen zoo goed mogeiyk eigen vader en moeder, de kleinen zyn er als kinderen m buis en worden met de eigen kinderen geheel op dezelfde wyze opgevoed. Deze opvoeding is uit den aard der zaak eenvoudig, maar daarby ordeiyk. Uithuizigheid bestaat hier niet, het slenteren langs de straic is hier vreemd, kortom, er komen hier geen ongeregeldheden voor, die uit ledigheid ont staan en. die op de vorming van het kind zulke verderflyke invloeden kunnen oefenen. Hier is regelmatige arbeid in en buitenshuis, waaraan de kinderen vroeg worden gewend en die voor hen de beste voorbereiding ia voor een later gelukkig leven. 3. Onderwas. Er bestaan 5 lagere scholen, waar, op uitmuntende wyze, lager en voor zoo ver noodig, ook voortgezet onderwys wordt gegeven. Daarby sluiten zich aan teeken en nuttige handwerkscholen, opleiding voor ondorwyzers en onderwyzeressen, apothekers bedienden, commiezen, spoorweg-, post- en telegraafambtenaren; voor het leger, voor de zeevaartvoor letterzetter en boekhandels bedienden. Verder drie middelbare scholen voor landbouw-, tuinbouw- en boschbouw- vakonderwys, terwyl bovendien allerlei hand werk of ambacht kan worden geleerd in de fabrieken en werkplaatsen, door de Maatschappy opzettelyk daartoe ingericht, en die dus ook als leer- of vakscholen kunnen worden be schouwd. Alle kinderen in de Maatschappy zyn van 1 hun 6de tot hun 12de jaar schoolplichtig en moeten daarna twee jaren van het herhalings- onderwys gebruik maken. De meisjes ont vangen bovendien van haar 12de tot haar 16de jaar onderwys in de nuttige handwerken. Ten slotte zy nog gezegd, dat de Maat- - schappy er zeer ernstig werk van maakt omv aan alle haar verpleegden een hun passende betrokking te bezorgen, wat haai in de meeste gevallen niet moeilyk valt, omdat er geregeld meer vraag dan aanbod Is. 4. Godsdienstige belangen. Het toezicht op de godsdienstige belangen der ver- pleegden wordt goed behartigd. Er zyn twee protestantsche kerken en een roomsch-katho- lieke kerk. De protestantsche leeraren zorgen voor do belangen der protestantsche verpleeg- den en de roomsch-katholleke geestelyken voor die der roomsch-katholieke. 5. Do kosten. Deze zyn by do Maat- 6chappy van "Weldadigheid zeer matig. Zy be- dragen, behoudens uitzonderingen, f 104 per verpleegde per jaar. Hiervoor wordt in alle behoefton voorzien, behalve bovonkleeding, die voor rekening der uitbesteders biyft. De commissarissen der Maatschappy van Weldadigheid, de heeren C. W. graaf Van Llm- j burg Stirum, voorzitter; mr. A. VanNaamen van Eemnes, mr. W. J. Van Welderon baron Rengers, mr. W. H. De Beaufort en mr. F. j J. M. A. Reekers, secretaris, veroenigen zich met den inhoud cLzer circulaire en bevelen' de zaak hunnerzyds aan. Acadonriouieuws. Groningen: Geslaagd is voor het arts- oxamen, 1ste gedeelte, do heer W. A.Alberti, candidaat-arts. Bevorderd is tot arts do heer A. Gutj cand.-arts, geb. te Zürich (Zwitserland). 18) „Och, movrouw, het is de moeite niet waard, wat ik gedaan heb. Het verheugt my, dat ik dien goeden menschen in dien akeligen nacht een dienst heb kunnen bewyzen." Ook Clarissa reikte de generaal meteenige vriendolyke woorden de hand, terwyl zy Koenraad met een stomme hoofdnyging be- j groette. Men ging aan tafel. De spyzen en dranken waren voortreffelyk; weldra ontspon zich eon levendig gesprek, waaraan Koenraad evenwel geen deel nam. Zyn plaats was op vry groo- I ton afstand van dio der dameshy vond geen gelegenheid het woord tot Clarissa te richten, 'dio, naast don'gönoraal zittend, met dezen een druk göépi'ek-'Woonie. Koenraad zag naar Margarethe om. Doze scheen evehwel de eetzaal-verlaten te hebben, nadat zy cfen heetén wyn gereed had ge maakt. Na eenigeri tyd verscheen zy weder, zich op haar gewone stille wyze aan het buffet oniedig houdende. Om het gezelschap bekommerde zy zich verder niet; slechts ééns wierp zy Koenraad een smeekenden blik toe en legde vluchtig den vinger op de lippen. Toen keerde zij zich weder naar het buffet, om op het voordienen der spyzen en wynen te letton. Koenraad werd het gedrag van Margarethe hoe langer hoe raadselachtiger. Hy keek naar zyn oom, die hem even tooknikte, als wilde hy zeggen: „Heb geen zorg, ik zal Greta in het oog houden." Na den afloop van het souper vormde men een kring om het glimmende haardvuur. De beker met den heeten wyn deed vlytig de ronde; mevrouw De Marange stond zelfs een sigarotte of een sigaar toe, en er kwam een behaaglyke stemming onder het gezelschap. Allerlei jachtgeschiedenissen werden verhaald, luimige en ernstige, en het was maar al te natuurlyk, dat men van do jacht- ook op krygsgescliiedenissen kwam. Immers, het ge zelschap bestond hoofdzakeiyk slechts uit soldaten of gewezen soldaten, die van Italië, do Krim, Algiers en andere slagvelden ver halen konden. De heer De la Croix was met Bazaine in Mexico geweest; een ander had den veldtocht tegen China meegemaakt, een derde had tegen de Kabylen der Sahara ge vochten, eon vierde was by Marengo gewond geworden; deze had in de loopgraven van Sebastopol gelegen, gene in Afrika het kruis van het Legioen van Eer verdiend. De Duitscho officieren en ambtenaren luis terden zwygend, met een vluchtigen glim lach, naar de veelal avontuurlyke verhalen der oude Napoleontische soldaten. Zy hadden ook wel menig oorlogsverhaal ten beste kun nen geven, maar zy wilden geen wanklank in de gesprekken brengen, daar hun geschie denissen grootendeels op den oorlog met Frankryk betrekking hadden. De markies echter merkte de stilzwygendheid zynerDuit- sche gasten op. „Parbleul" riep hy lachend, „daar zitten wy, oude snorbaarden, steeds van onze reeds half vergeten geschiedenissen te babbelen, en hier hebben wy kameraden, die ons uit de jongste krygsgeschiedenis de schoonste anek doten kunnen vertellen. "Wat dunkt u, mon général, wilt gy ons niet iets van uw lot gevallen in dien oorlog meedeelen?" „Gaarne, heer markies! Juist hier in dit oude slot valt my een geschiedenis in, die daarmee samenhangt. Het is waar, myn heeren, zy speelt in den kryg tegen Frankryk, en ik zou ongaarne smartelyke herinneringen willon opwekken." „Kom tochl Die herinneringen zijn wy to boven 1 Over oorlog sprekende, nemen wy elkaar niets kwalyk. Dus vooruit maar, heer generaal 1" „Welnu, maar vooraf wilde ik verzoeken de glazen te vullen en te drinken op de nagedachtenis van een dapper kameraad, die hier in dit slot door moordenaarshand de doodelyke wonde ontving." „A, wat gy zegt.... een kameraad van u hier vermoord?" „In de donker© gang van het slot, die wy straks doorkwamen. Het is dezelfde officier, heer markies, dien wy aan do zyde van uw zoon in het park van Ladonchamps begraven hebben." „De vader van onzen jongen vriend?" „Neen, kapitein Martensl" Een onderdrukte kreet bij het buffet onder brak de woorden van den generaal. Een glas viel op den grond en brak rinkelend in stukken. Madame De Marange stond op. „Wat scheelt u, juffrouw? Hebt ge u bezeerd?" „Een weinig, mevrouw. Sta my toe, my te verwyderen. Madeleine wacht op my." „Ga maarl De lakei kan den wyn wel alleen bedienen." Met gebogen hoofd verwyderde zich Greta, terwyl mevrouw De Marange naai' het gezel schap terugkeerde. „Ik vraag verschooning voor die kleine stoornis, heer generaal." „II n'y a pas de quoi, madame. Maar waarom zondt u die jongedame weg? Ik meen, dat de geschiedenis, die ik wilde gaan vertellen, ook voor haar van belang is." „Waarom?" „Is mademoiselle geen Duitsche?" „Toch moer een Amerikaansche, generaal. Maar als gy wenscht „O neen, mevrouw! Het was zoo maar een gedachte!" De generaal had nog te rechter tyd den angstogen blik opgevangen, dien Koenraad hem heimelyk toestierdo. „Nu, oindelyk de geschiedenis, heer generaal 1 Dat zulk een daad in dit slot is voorgevallen, was my volkomen onbekend. Eugène," zoo wendde zich de markies tot den kapitein, „gy waart immers als jonkman van zestien jaren tydens den oorlog hier aanwezighebt gy nooit van dat voorval gehoord?" „Neen, heer markies. Ik hield my tydens het beleg van Metz in de stad op," antwoordde de kapitein, zich een versche sigarotte draaiend. Toen stond hy op, trad naar het buffet en stak de sigarette aan een der aldaar staande kandelaars aan. Een poos bleet hy, schynbaar onverschillig, naar het gesprek der heeren luisterend, daar staan; toen verwyderde hy zich met zachte schreden uit de zaal, kwam na oenigen tyd terug en nam zyn vroegere plaats weder in. Men hack niet byzonder acht op hem go- slagen alleen Koenraad meende te bespeuren, dat het gezicht van den kapitein by de vraag van den markies even van kleur veranderde en dat hij zich verwyderde om verdere vragen te ontwyken. De bediende reikte de opnieuw gevulde glazen rond. „Een stil glas op het aandenken van den hier in dit slot gevallen dappere l" sprak de markies ernstig. Men ledigde de glazen en schoof dichter byeen, om naar de geschiedenis van den generaal te luisteren. XI. „'t Is twintig jaar geleden, myn heeren," zoo begon de generaal zyn vertelling, „dat' de Duitsche en Fransche legers hier by Metz vyandelyk tegenover elkander stonden, -- een lange tyd en my duikt, dat wy thans, hoewel wy destyds elkaar als vyanden be- J streden, zonder haat, zonder bitterheid over die dagen kunnen spieken. Want, mijn heeren, aan beide zyden vervulden wy don plicht van dappere en eorlievende soldaten. Aan beide f zyden werd met heldenmoed gestreden, en zoo de oorlogsgod zich jegons do Duitschers goedgunstig betoonde, lag dat aan oorzakon, die wy persooniyk niet hadden doen ontstaan en die wij hier niet nader zullen onderzoeken, j Als soldaten, als mannen van eer, die in ridderlyken stryd tegenover elkaar stonden, willon wy elkander nu verzoénd de hand reiken." „Ja, ja, gy hebt gelyk. Laat ons spldatoa zyn, laat ons kameraden zyn! De haat, de tweedracht der natiën rnag niet scheidend tusschen ons optreden. Op hot welzyn van alle dappere soldaten 1" „Op het welzyn van allo dappere soldaten op do nagedachtenis dor gevallen helden I Deze drinksprouk, myn heeren, zal het motto van myn verhaal wezen. Als gy dit motto indachtig zijt, zult gy ook myn geschiedeniai zonder cenig bitter gevoel kunnen aanhooren. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 9