XNAUDI
Siads-Gehoorzaal.
Ifc 12329
Donderdag 3 Mei.
A* f900
(§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
'Hnziek der dd. ScMiersj.
ïE^eUilleton.
fólOOlE VROUWEN.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leidon por 3 maanden.
Franco por post
Afzonderlijke Nommere
f 1.10.
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTTÊNt
Van 1-8 regels f 1.05. Iedere regol meer f 0.171. Grootore
letters naar plaatsruimte. Voor hot incasseeren bulten do stad
wordt f 0.05 berekend.
Woensdag Q Mei
zal voor onze Abonnó's de Heer
zyn gave, om ia ongelooflijk korten tjjd
inge w i kkeldo optellingenvermenigvuldigingen
enz. uit te rokenen, ton toon spreiden l
Velen onzor Lozers zullen van dezen belang-
wokkendon persoon reeds gelezen of gehoord
hebben. In het Buitenland hoeft hy reeds
veel voorstellingen gegeven en stond men
verstomd ovor zyn enorm gehougen, zoodat
in alle wetenschappelijke bladen de naam
van den hoer INAUDI to lozen stond. Op
13-jaiigen leeftijd kwam do heer INAUDI te
Parijs, kon hy lezen noch schreven, kende
geen enkel eyfer en toch wist hij reeds vlug
moeilijke vraagstukken uit het hoofd op te
lossen
Iiij staat met z»Jn rug naar het bord, waarop
de dojr het publiek opgegeven sommen staan,
en rekont dan, terwijl h\j met u spreekt on
p vragen antwoord geeft, geheel uit het
uoofd.
Hy rekent onmiddellijk uit op welken dag
bijv. de 11de Maart 1S22 viel; zegt op een
vraag van een der aanwezigen hoeveel dagen
en uren hy geleefd heeft, wanneer men zyn
voijaardag opgeeft, enz., enz.
Ben vermenigvuldiging van twee getallen,
die men voor de aardigheid thuis heoft ge
maakt, ten einde de juistheid zijnor opgave
to controleeren, is in eon oogwenk gereed,
terwijl de heer INAUDI nog tijd hoeft en
passant grapjes to verkoopen!
Doze roken meester, voor het eerst in
Holland, maar ook voor het laatst, omdat
iij door zyn groot succes zijn kootjes al op het
droge heeft houdt gedurende goruimen tyd
do aanwozigen op onderhoudende wijze bezig!
Den gehoelen avond echter to rokenen is
to vcol voor een mensch. Dat ziet de heer
INAUDI ook in en daarom wordt de avond
afgewisseld door:
Mr. ca Mme CALTIKI,
Illusionisten.
2&OMA MAKIA CABMEN,
Dressuur van Vogels,
terwyl ton slotte door een „Matograaf"
beelden zullen gegeven worden van actueele
'"zakon, waaronder natuuriyk ook uit Transvaal.
De prijzen zyn als gcwoonlyk 50 en S5
Cents.
Leiden, 3 Mei.
Gcpasseordon Zondag had hot voorjaars-
etamon plaats van do leerlingen der her
halingsschool van „do Leidsche Vereeniging
tot bovordoring van geregeld schoolbezoek",
in tegenwoordigheid van den burgemeester,
het lid van den gemeenteraad den heer Van
Hamel, benevens den president en den secro-
taris dor plaatselijke schoolcommissie, do
hoeren prof. De Goeje en dr. Hesseling. Met
genoegen kon wederom hot doelmatig onder
wijs van de hoeren Van der Jagt on Bremer
worden geconstateerd. Zeven leerlingen
worden, na een meer dan driejarig gebruik
maken van het onderwijs, met getuigschrift
en prijzen ontslagen.
Tevens werd het vijf-en-twintigjarig bestaan
der Herhalingsschool herdacht en behalve
door den secrotaris van hot Hoofdbestuur (de
prosident was wegens ambtsbezigheden ver
hinderd) werd hot hoofd der school, den
heor Van der Jagt, door den burgemeester
en den prosident der schoolcommissie oen
woord van dank toegebracht voor zjjn uit
muntende leiding van het onderwijs gedurende
-^kvt tydperk.
Do dag van heden was de eigeniyke dag,
dat de heor Van der Jagt zyn zilveren jubilé
als hoofd dezer schooi mocht herdenkeD. Het
hoofdbestuur der Vereeniging meende ook
dezo golegonhoid niet ongemerkt to mogen
laten voorbijgaan en daarom werd don jubi
laris door oen commissie uit zyn midden,
onder hartoiyken gelukwonsch, als bewys van
huldo een prachtig bloemstuk met vaas aan
geboden.
Getroffen door dit huldeblijk, betuigdo do
jubilaris zyn ^ank en tevens, dat het hem
een aansporing zou zyn, om by voortduring
zyn besto krachten te wijden aan den bloei
van deze zoo nuttige inrichting.
Do militieplichtigon van do lichting 1897,
tot het 2de regiment veld-artillerie en het
8de regiment huzaren behoorende, zullen dit
jaar voor herhalingsoefeningen onder do wape
nen worden geroepen2de, 3do en 6de batterij
van het 2do regiment veld-artillerie van 19
Juli tot 21 Augustus d. a. v., lsto, 4de on
6do battery van hetzelfde regiment van 8
September tot 5 October d. a. v., 3de regiment
huzaren van 6 Augustus tot 4 September d. a. v.
Do officier van gozondhoid 2de klasse
W. G. A. Bruinier, van het militair hospitaal,
alhier, wordt gedurende het kampeeron in
de legerplaats by Harskamp van het 4de
regiment infanterie ingedeeld bij het 2de
bataljon van dat corps.
-~ Naar w\) vernemen, wordt de by de verifi
catie van 's Ryks Zoelnstrumonton alhlor go-
plaatste stuurman-majoor v. k. P. J. Claasen
eerstdaags bevorderd tot opperstuurman.
Voor het akte-examen lager ondorwys
zyn te 's-Gravenhage geslaagd de hceren
S. Van dei' Lyn, te Aarlanderveen, en A. P.
Staal, to Waddings veen.
Het vertrok van het Zuid-Afrikaansche
driemanschap gistermiddag uit Den Haag naar
Rotterdam was door het publiek te baat go-
nomen tot het brengen van oenharteiyko ovatie,
zich konmerkende door groote geestdrift, aan
de afgevaardigden. Reeds toen dezen met hun
rytuigen voor het stationsgebouw stilhielden,
klonk hun hot gejuich to gemoot eenor tal-
ryke menigte, op liet stationsplein byeen. Op
hot perron gekomen, worden de heeren be
groet door een koor van meisjes, leerlingen
dor industrieschool, die hun de Transvaalsche
en Vrystaatscho volksliederen toezongen, waar
aan ton slotte de dichte menschenmassa, op
het perron verzameld, uit volle borst deelnam.
Do jongejuffrouw Jorissen, uit Pretoria, en
de jongejuffrouw Lorch, leerling der industrie
school, boden iedor aan oen der gezanten
bloemstukken aan, welke bloemenvoorraad
nog door andere belangstellenden met groene
palmtakken aan de Republikeinsche linten
werd vermeerderd. Velen uit de honderden
omstanders staken den gezanten de hand toe
tot afscheid, een sympathiebetoon, datzy even
vriendelijk on met oen uitdrukking van dank
baarheid op het gelaat beantwoordden.
Ondor nieuwe juichtonen baande het drie
manschap zich tusschen dichte ryen dames
en heeren oen weg naar een gereserveerd
vertrek naast de wachtkamer lsto klasse.
Aldaar bood hot bestuur der Haagsche afdee-
ling van do Zuid-Afrikaansche Vereeniging by
monde van mevrouw Van Harinxma thoe
Slooten den zilveren vredospalm aan met
treffende en ornstige woorden.
Omstuwd door eon onfehusl28to menigte,
begaven de vertrekkendon zich toon naar het
perron, waar opnieuw oon dichto menigte
ze begrootte mot volksliederen.
Do hoer Wolmarans richtte zich tot het
volk on bracht uit naam dor deputatie har
toiyken dank voor do sympathie, in Nederland
en in het bijzonder in Den Haag betoond.
Zyn verdere toespraak had tot richtsnoer:
„Uw volk is myn volk on uw God is myn
God", waarby hy in het byzonder woes op
de opofferingen, die veel zonen van Nederland
zich hadden getroost voor de Republieken, en
herinnerde o. a. aan het sneuvelen van Co3ter
en andoron op het veld van eer.
In hot inspectierytulg namen zy plaats, na
vooraf iedor der orastanders hartelyk do hand
to hebben gedrukt, ondor het gejuich on ge
zang der menigte.
Lang roods voor den vastgestelden tijd van
aankomst to Rotterdam stroomden van alle
zyden le voet on per tram een groot aantal
belangstellenden naar het station D. P.
Op het porron waren tor verwelkoming van
het gezantschap en mevr. Fischor tegen
woordig do heeren J. C. Smalt, onder-voor-
zittor van do Rott. afd. van do Z.-Afrik.
Vereeniging, en do heor F. B. Verhey, voor
zitter van de afd. Rotterdam van het Alg.
Ned. Verbond.
Een kort woord van welkom van do hoeren
Verhoy on Smalt, en daarna werd oen oogen-
blik verpoosd in de wachtkamer. Op het
perron word oon bouquetje aan den lieer on
mevrouw Fischor overhandigd.
In dio wachtkamer zongon oonige jonge
dames het Transvaalsche volkslied. Met een
enkel woord zoidon do gezanten daarvoor
dank, en zoo ging het naar do buiten op het
Stationsplein gereedstaande open rytuigen.
Hier was inmiddels een menigte van eenige
duizenden byeengostroomd. Zoodra het gezant
schap zich vertoonde, vlogon de hoeden en
petton do lucht in en een geweldig gejuich
barstte los.
By aankomst in het Maashotel worden do
heeren verwelkomd door mevr. Smalt, dio aan
mevr. Fischer met eenige toepasseiyko woorden
een bouquet aanbood.
Daar word ook namens de directie en
redactie van het „Dagblad van Rotterdam",
by monde van don heor N. J. M. Drescli, aan
ieder der gezanten een exemplaar in pracht
band aangeboden, van het gedonkbook „Neder
land en Transvaal."
Na een kort vorbiyf in het Maashotel begaf
het gozantschap zich naar do woning van don
heer A. G. Kröller, waar gedineerd werd.
De dag word vorder geheel in intiemen kring
doorgebracht.
Behalve de afgezanten met hun secretaris
(dr. Leyds en dr. Muller waren verhinderd)
waren ook eenige Nederlanders de gasten van
den heer Kröller. Terwyl zy te zyneu huize
vertoefden, had zich voor het Maas-Hotel een
volksmenigte verzameld, om den heeren een
niet officiöolo, maar hartelyk gomoende sere
nade te brengen. Toon men hoorde, dat het
driemanschap nog afwezig was, verplaatste
de menigte zich naar het Haringvliet en
juichte on joelde voor het huis van don heer
Kröller zoo lang, totdat de heeren zich voor
de vensters vertoonden.
Toen steeg een luider gejubel op; hoog
klonken het Transvaalsche en hot Vrystaat
scho volkslied, het Wilhelmus en andere min
of moer toopasseljko liederen.
Toegevende aan de telkens herhaalde too-
juichingen, sprak de heer Wessels het volk
toe en bedankte het voor zyn bowyzen van
genegenheid, van deelneming in den grooten
strfjd voor de vrijheid, dien de Zuid-Afrikaners
stryden, voor het zingen van het lied, dat
daarginds zoo vaak in stille nachton plechtig
weergalmt, als de stryd van den dag is ge
ëindigd. Gejuich viel hem telkens in do rede.
In de hoop, dat de gezanten buiten zouden
komen, blevon de menschen "nog staan, teen
de heeren al aan don achterkant waren ont
snapt. Maar spoodig waren zy ook daar ont
dekt, en oen juichende, steod3 aangroeiende
menigte begeleidde ze naar hun hotel en hield
daar nog wel oen half uur de wacht, totdat
de kaus, dat zy weer naar buiten zouden
komen, was verkeken.
Hot „Haagsche Dagblad" verneemt uit goede
bron, dat het buitengewoon gezantschap voor
zyn vertrek uit Den Haag tot hot volk van
do Voroenigdo Staten van Amerika langs
telegraphischon weg een manifost heeft uitge
vaardigd, dat het doel van zyn komst in het
niouwo werelddeel uiteenzet en verder betoogt,
dat Engeland do wereld omtrent z(Ju dryf-
veeren tot dozon roofkryg als omtrent do
houding en bedoelingen der Zuid-Afrikaansche
Ropublieken schandeiyk hoeft misleid.
Eon natie, herboren uit on door do vrijheid,
ontkluisterd van do ketens, waarin Groot-
Britanniö haar gekneld hield, hoe zal die
gelaten kunnen aanzien, dat oon vry en vreed
zaam volk, onder onware leuzen, door den
Brit wordt vertrapt en aan do yzeren ketenen
wordt geklonken.
Hot manifest, dat den goest van het boven
vermelde adomt, wordt door middel van de
Amerikaanscke Pers aan de natio der Unie
bekendgemaakt.
De afdceling Schiedam van de Ned. Zuid-
Afrikaansche Vereeniging hoeft besloten
hedonnamiddag do Boerendeputatie by haar
vertrok naar Amerika by het passooron van
do Schiedamsche haven in tweo booten te
begroeten on met signaalvlaggen oen afscheids
groet to bron gen.
Om halfvyf varen do beide bootjes van het
Wcstorhavonhoofd af. Do schutterijmuziek
gaat vermoedolyk mede. De bootjes zullen
de Transvaalsche en Vrystaatscho kleuren in
lop hebben.
Het bestuur van den Ned. Vrouwenbond
ter Internationale Ontwapening heeft het ver
slag zyner audiöntio by het buitengewoon
gezantschap der Z.-A. Republieken, vooraf
gegaan van eenige biographische byzonder-
liedon omtrent het driemanschap, in het
Engelsch doen drukken, om hot op groote
schaal in het buitenland to kunnen verspreiden.
Vergezeld van drie officianten der Hof
houding, dio tor beschikking van de vertegen
woordigers zyn meegegaan, vertrok heden
ochtend do buitengowone militaire missie van
H. M. de Koningin by de plechtigheid der
meerderjarigverklaring van den Duilschen
Kroonprins uit Don Haag naar Boriyn.
Hot aantal afdeolingcn der Vereeniging
„Volksweerbaarheid" bedraagt thans 6-1.
De commissie uit de Tweede Kamer
i tot voorboroidlng der gezondheids- en woning
wetten is gisteren byeengekomen en heeft
haar werkzaamheden nog niet geöindigd.
Do minister van buitenlandsche zaken
heeft aan de Tweede Kamer doen toekomen
een exemplaar van de statistiek over hot;
Gomongd Rechtswezen in Egypte gedurendo
1 Nov. 1898 tot 31 Oct. 1899.
Volgens een bericht in de „N. R. C."
van Dinsdagavond moet het er mot derecon-:
structie van het gezelschap der Rotterdamscho'
Vereenigdo Tooneelisten treurig uitzien: do
in uitzicht gestelde directie Tartaud, Van
Eysden en Van Kerckhoven schynt niet tot
stand to komon, aangezien do heer Van Eysden
alleen do directie wil voeren. Uit Amsterdam
heeft mon getracht een lid van een tooneei-
gezelschap als administrateur te krygen, maar
dat is mislukt; daarom zou, tenzy iemand
andera gevonden werd, een veelhoofdig be
stuur, zooals vroeger, aangewezen zyn. Komt
men daartoe niet, dan zal het gezelschap zeker
goede krachten verliezen, misschien wel naar
hot buitenland, zegt do „N. R. C." vermoedolyk
doelende op den heer en mevrouw Van Kerck
hoven—Jonkers.
In haar noramer van heden schry ft het blad
„Met veel belangstelling zal men vernemen,
dat er althans een voorloopige combinatie is
getroffen. In een gisteravond gehouden ver-|
gadoring is, met toestemming van den cura
tor in het faillissement, besloten, dat deleden
van hot zoo plotseling ontbonden gezelschap
voor eigen rekening tot Pinksteren zullen
doorspelen. Een voorloopig bestuur is benoemd,
bestaande uit de heeren Alex Faassen, als
regisseur, Roolants als administrateur, en
D. Van Eysden.
Aanstaanden Zondag zal do oorste voor
stelling worden gegeven; vertoond zal worden
„Zwarte Griet" met mevr. Van Kerckhoven
Jonkers in de titelrol en den lieer Rosier
Faassen als pastoor. Eon voorstelling dus,
dio belangstelling verdient, en naar wy harte
lyk hopen, bij alle tooneelvrienden vinden zal.
Dinsdag zal „Mongodin" gaan. Vandaag over
oen weok „Zwarte Griet" in Don Haag, als
jubiló van Rosier Faassen.
„Toen wy gisteren van de nieuwe plannen
gewag maakten, spraken we de vrees uit,
den heor Jan C. De Vos als acteur en regisseur
niet to zullen behouden, en mot hom nog
enkelo leden te zullen verliezen. "VVy hadden
hierby het oog op de h.h. A. Faassen en H.
Poolman en mevr. G. Poolman. Met genoegen
vernemen wij, dat dienaangaande nog niets
valt to zeggen. De h.h. Faassen en Poolman
verklaarden ons, zelf van eenig biyvend
directeurschap in geen geval te willen weten,
en do laatste achtte een veolhoofdigo directie
niet aanbevelenswaardig."
De Haarlemsche gemeenteraad heeft mot
22 tegon 5 stemmen in beginsel besloten tot
oprichting van een abattoir. Des te merk
waardiger is de uitslag van deze stemming,
omdat daaraan was voorafgegaan een stem
ming over een motie van den heer Schurmann,
om het voorstel van B. en Ws. tot oprichting
van oen abattoir uit to stollen on over to gaan
tot do ordo van den dag ©n dezo raotio olf
voorstandors had kunnen verwerven. Nog geen
uur later was alzoo do oppositie tot do helft
geslonken.
De plaats, door B. on Ws. gekozen, een
terrein in don Voorpoldor, gelogen op korten
afstand van do gemeentoreiniging, van de
plaats, waar do nieuwe gasfabriek zal komen,
van do centraio werkplaats van het Holl. Spoor
on tal van andoro fabrieken, dio plaats kan
by den Raad geen genade vinden en om B.
on Ws. een échec to besparen (de heor Sneltjes
15)
Hoi mot linton versierd hondje was blaffend
uit oen behangen deur tegen den divan
opgesprongen, waarvan zun meesteres hem
liefkoozend suiker en biscuit toehield.
Hy maakte oon ontzettend leven on Ines
lachte. Op deze wijzo kon do binnenkomst
van oon dorde uitstekend over hot hoofd
gezien worden.
De magèro, lango gestalte van Raoul De
Beauremont stond conige seconden op den
drempel ondor het porzikkleurig zyden gordyn,
hoidor verlicht door het vlammendo vuur in
den haard. Zyn bleek gelaat met den witten
knevel en kin baard botrok mot elke adem
haling meer, zyn hand balde zich. Eindolyk
wierp hy zyn hoed, dien hy in de hand hield,
bitter lachend op een zytafoltje, midden ondor
hot glazen en porseleinen speelgoed van eon
kostbare modegril.
Alios rinkelde. Do markiezin zoowel als
haar schoothondje koken verschrikt op.
„Pardon, mevrouw! Ik moot wel onbeleefd
echynen om uw opmerkzaamheid te trekken,"
Beide Do Beauremont naderby komend.
Zijn houding wa3 dio van een man vand<?
wereld. Ily droeg oen lichte brook, wit veöf,
zwarte, gekleodo jas en parelgrijze hand-
echoenon, in het knoopsgat een roode anjelier.
Ines' antwoord was oen vereeniging van
spot en overmoed. „A, gy markies I Denkt u,
.oat Azor my laat opstaan om u welkom to
heeten? Bovendien treft gy my in een huis
japon aan. Maar de zwager sal dat zeker in
zyn dringende behoefte om mij te zien wel
voor lief nemon. Do naam Raoul is my nog
stoods zoo ongewoon, dat gy my niot kwalijk
moot nemon, wanneer ik dien niet gebruik."
Raoul De Beauremont had roeds, vóór hy
daartoe uitgenoodigd word, op hot kleine
stooltje plaats genomen, dat lues hom met
oon achteloozo boweging eindelijk aanweos.
„Ik meende, dat gij nog te Rome waart,
mevrouw," zoido hy, zijn voeten kruisend,
terwyl hy de oogen op haar vestigde. „Krijgt
gy dan nog niet genoog van het zigeuner-
levon? Evenals de wandelende jood trekt gy
van plaats tot plaats."
Do markiezin verschoot oen weinig van
kleur, maar zy behield haar glimlach. „Zoudt
gy u om mynentwil ook naar Rome begeven
hebben? En zit nu hier? Wien beknort gy dan?
Uzelven? O, markies, gij wordt geestig."
Hy boog zyn bovenlichaam met een som
beren blik naar voron. „Ja, daar en hier, en
overal en steeds zal ik by u zyn, al moogt
gy uw vleugels ook nog zoo dikwyis ont
plooien en wegvliogen. Ik liob daarvoor myn
redenen."
Ine3 barstte in lachen uit. „Myn boste
markies, dat lied zingt gij nu reeds laat
eens zien, twee, drie, bijna vier jaar. En steeds
in dezelfde toonzettingDat het u niot vorveelt
Ü9 erfenis van uw broeder is u door de
vingers gegledon; dat is bedroevend. Maargy
kunt toch onmogeiyk verlangen," ging zy,
haar prachtige armen ovor de borst kruisend,
voort, „dat ik daarom voor u treur? Gy zijt
toch een Christen, nietwaar? En moest dus
afgunst on wrok tor wille van den ellendigen
mammon laten varen."
„Ik waarschuw u, Ines
„O, hoe vriondeiykl" riep zy, haar spitse,
witte tanden tusschen de roodo lippen ver
toon end. „En welk recht, markies, zoudt gij
dan op do millioenon van Ernst gehad hebben
Wat zyt gy voor hem gewoost? En wat was
ik voor hem?"
„Eon mooio Helonal" zoido hy voraclitelljk.
„Geen vleioryon, markies! Uw galanterie
is alom bekend, maar onder blood verwanten
zyt gy daarvan ontslagen. Hebt gy goede
berichten van uw zoon?"
Hij klemde do handen in elkaar. „Hebt gy
do brutaliteit daarnaar te vragen?"
Ines wierp zich achterovor in do kussens
en schaterde van hot lachen.
„Dat ik je kon verworgen!" mompelde do
markies, terwyl hy zyn droge linpon met de
punt dor tong bevochtigde.
Plotseling richtte zij zich ernstig op. „Zie
mij oens aan, Raoul, on zog mj' dan: Was
ik het, dio uw zoon Hector dwong naar
Amerika te gaan? Was ik hot of zyn verspil
zucht? Sloot ik do deur van zyn vaderlijk
huis voor zyn neus toe of deedt gy dat?"
„Dat is te sterk!" bracht Do Beauremont
vol haat uit.
„Ja, het was zeer sterk!"' zeido Inos
lachend, en Azor van haar schoot werpend,
voegde zy er scherp by: „Te Parys werd
indertyd een zeer amusant tooneel tusschen
Raoul Do Beauremont on zyn zoon Sector
verteld. Dat was zeker hot laatste, dat uw
spruit op Frankrjks bodem heeft opgevoerd."
„Leugen! Eon afschuwelyko leugen!" riep
de markies, terwyl hy zijn witten foulard
tegen het voorhoofd drukte.
„Ik betuig u myn oprecht leedwezen," riep
Ines, een waaier van de tafel nemend on
zeer siorlyk bowegond, „ovor het verlies van
uw eens zoo uitstekend geheugen! Luistor
dus, wat die goddolooze Paryzenaars elkaar
weten te vertellen. Do jonge De Beauremont,
zoggen zy, trad op zekeren morgen het slaap
vertrek van zjn waardigen vader binnen
met de woorden: „Vader, Ik bon klaar!"
„Wat hebt gy gemaakt?" „Schulden!"
„Hoeveel?" „Een kleinigheid van tweehonderd
duizend frankon." „A1 En gy denkt, dat ik
die zal betalen?" „Ik hoop het, ik moet anders
vluchten." Weet ge, markies, welk klassiek
antwoord do vader toen in zyn vaderlijke
goedheid den zoon gaf? „Mjn zoon," zei Je
hij, „schulden kan ik alleen maken en heb
dat ook gedaan; daartoe hob ik jou niot
noodig. Wanneor ik betalen wil, betaal ik
eerst myn schulden, niot de uwe. En als
één van ons onzichtbaar moet worden, dan
wordt gy dat, ik niet!" Na deze klassieke
uitspraak verdween Hector De Beauremont,
want maar dat zeggen alleen weer de
goddeloozo Paryzenaars er moeten ook zeor
leolyke schulden onder loopon."
„U, die oons bly waart in do oorste do
boste volkskeuken uw eetlust te kunnen be
vredigen, moesten andere dingen gomakke-
ïykcr over do lippen komen dan dit gezwets,"
bracht de markies met onuitsprokelyke bitter
heid in het midden. „Maar dat kan ik u wel
zeggen, mevrouw, dat, wat ook de redenen
van dezo schelding zyn gewoost, ik in Hector
den rechtmatigen erfgenaam van mijn broe
der zie, den drager en stamhoudor van ons
oud, adeliyk geslacht. Daargelaten myn hart,
dat naar hom verlangt, als.
„Als do harten zyner talrijke schuldenaars.
Eon aandoenlijk verlangen 1"
Do markiea sprong op. Zjn neusvlougels
trilden van toorn. Hot scheen alsof hy zich
op de mooie, lachende vrouw wilde worpen.
„Het testament van myn broeder," bracht
hy bygend van woede uit, „dit testament...."
#Ligt op het gerechtbhof. Ik gaf het daar
ter bewaring en tor algomeeno inzage," viel
Ines hem hoonend in de rede. „Ik begryp
niet, beste Raoul, wat gy nog altijd op dat
vei papier aan te merken hebt. Wanneor gy
om geen andere reden hier zijt binnenge
drongen
„Nooit, nooit, zoo waar ik leef," riep De
Beauremont, terwyl hy zyn handen liarts-
tochtelyk togen zyn borst drukte, „stierf myn
brooder mct^debedooling, u, den boozen demon
van zyn loven, in het volle genot van zyn
vermogon en ons in armoede te laten. Ik heb
een brief van hom ontvangen."
„Hot gerecht hoefc gelegenheid gehad uvr
boiderzydscho broederliefde daarin te bewon
deren," morkte Ines met koolon spot op. „Ik
licb daarentegen holaas andore brieven kunnen
overleggen, uit Wiesbaden en Baden-Baden
waarin mijn overleden echtgenoot do waarde
van zyn millioenen geringschat by het geluk,
dat hy in myn bezit hoopte to vindon, en
vond, vond, markies."
„Hoe lang?" riep De Beauremont met
by tendon hoon.
„Men doet niet zulke onbescheiden vragen I"
zeide de markiezin glimlachend, ofschoon haar
oogen begonnen te fonkelen. „Schynt het u
dan zoo geheel onmogelijk toe, dat by Ernst
De Beauremont de oude, waanzinnigo liefde
op zyn sterfbed teruggekomen zou zyn, zooals
hot toch werkeiyk het geval is geweest?"
(Naar hetgeen gy tot zyn ontnuchtering
vier jaren lang hebt tygodrage*, jal" zoide
do markies met brutaio openhartigheid.
Zy sprong op. Dit laatste gezegde droef
haar het bloed naar de slapea.
{War* (Mffvfed).