Tan de heidensche godheid Pan was, kwamon (€r al spoedig koopors opdagen en werd de 'veldgod naar do sfad verplaatst-. Al was Pan uit het oog verdwenen, toch bleef hy nog in de herinnering voortleven: immers men woonde niet in de Molenstraat, maar by „het beeld." Het lage muurtjo met hot aardigo tuintje er achter is verdwenen j en evenzoo eenige der oude woningen. Op die plaats nu verrijst thans een flink gebouw. De entrëe van het dorp mogo iets van hot pit- toreske verloren hebben, het maakt nu meer den indruk van klein-steedsch. De Schelphoopen was een plein, dat velen een doren in het oog was. Toen het vroeger werkelijk tot losplaats voor de schelpen diende, was hot zoo onaardig niet. Do blanke hoopen scholpen maakten ten minste nog dea indruk van reinheid en de losplaatsen voor most gingen er achter schuil. Later, toen de losplaatsen naar de andere zflde van het dorp werden verlegd en het plein a la merci van do lieve jeugd werd gelaten, geleek hot weldra oen woestenij. Geen wonder, dat in den gemeenteraad wol eens .stemmen opgingen, om dat plein te doen beplanten. Die opon vlakte is nu ook verdwenen en langs de Kerkstraat staat nu een rij nette woningen, die weldra bewoond zullen worden. Men beweert, dat ook langs den Molenweg nog een paar huisjes zullen gezet worden. Mocht dit waar zyn, dan zou het geheele plein uit het gezicht z\jn en uit een sanitair oog punt zouden de losplaatsen voor mest ook wel veranderd worden. Op do Kerklaan trekt al spoedig hetthan3 foltooide gesticht der eerw. zusters de aan dacht, terwijl van de la*n, van Klein-Aziö wederom een nieuw gebouwtjo in het oog valt. De huizen by do R.-K. kerk worden sinds eenigen tyd bewoond. Het cafó in den Zandweg is van dit voor jaar ook al vergroot en biedt dus een grooter aantal wielrijders gelegenheid oven af te stappen. Het café zelf kan nu juist op architectonische schoonheden niet bogen, maar onwillekeurig valt het oog op den schoorsteen. Hot heeft den eigenaar heelwat moeite gekost om al die steenen zoo te siypen en zoo te plaatsen, dat de schoorsteen op een rousachtigen schroef draad gelijkt. Wiiddijigsvoon. Vermoedelijk in navolging Jer Verhueil- en Cremerbankon in deSchevo- ningsche boscbjes zullen op den weg, die van Dorp naar Brug leidt, vice visa, oen drietal banken voor moede zwervelingen of ouden van dagen geplaatst worden. Met verlangon wordt de plaatsing dezer monumenten te gemoot gezien. Het kohior van hot schoolgeld over hot perste kwartaal van dit jaar is vastgesteld op f 225.23. De heeren K. v. d. Torren Jz., Corts en Van Dorhkroon hebben zich tot een voor- loopige commissie gevormd tot viering van den Koninginnedag. Het doel dezer heeren is •gen twintigtal ingezetenen uit te noodigen, om zich tot een vaste commissie te consti- tueeren. De heer Pb. v. d. Breggen is als voor zitter van den Achterafschon Polder on de Putter herkozen. Mej. Van der Toorn, die sinds veel jaren alhier als vroedvrouw fungeerde, is overleden. Katwyk-aaii-Zce. In de afgoloopon week zfjn slechts drie bommen van de kantvisschery aangekomen met oen besomming van 44, f 60 en ƒ66. Schol bracht op 7.25 tot 9.50, braad ƒ6 tot 6.25; keu ƒ3.50 tot 4.75; scharren f 2 tot ƒ4.25 per mand; tong ƒ0.30 tot ƒ1.20, kabeljauw ƒ0.40 tot 0.60, rog 0.20 tot 0.40 per stuk. Voor garnalen word 1.75 tot 4.50 bodongen. Zwammerdam. EvenalB voorgaand jaar Is men ook nu voornemens een pleiziertochtjo te maken, waarschyniyk mot de stoomboot „Rijn en Gouwe." De harmonie-vereeniging „Door vriendschap vereonigd", alhier, belooft alsdan haar mede werking. Zocterwoude. Wio wel het meest verlangd zullen hebben naar hot warme, zonnige en groeizame weder der jongste dagen zullen ongetwijfeld de landbouwers zijn. Hot vee wordt dan ook met spoed in de weide gebracht en geen wonder, want menige hooiberg was reeds terdege geslonken. De gemeente biedt thans mot haar groote vlakten, waarop tal van grazende kuddeu, een oigenaardigen aanblik. Aan onze gemeenteveldwachters is het gelukt een vijftal personen te pakken, die lood hadden gestolen van een twoetal woningen in doze gemeente, nl. van de onbewoonde villa „Johanna" aan den Ryndjjk en van de ledig staande woning by de houtzagery van de heeren Gebr. Van Mannekus. De dieven zijn in voorloopig arrest gesteld. Zegwaard. Het kohier der personeele be lasting N°. 1 voor 1900, is door den directeur dor directe belastingen te Rotterdam invor derbaar verklaard en aan den Ryks-Ontvanger opgezonden, bovattendo 249 aanslagen tot oen bodrag van 3114.65. Zoctormcer. Maandag zal door den aan nemer, den heer Varkevisser, een aanvang worden gemaakt met het verleggen van do Vlamingstraat. Over de geheele lengte wordon de keien er uitgenomen en vervangen door Waalklinkers. De keien zyn reeds verkocht en worden direct weggevoerd. Er zyn maat regelen genomen, opdat het werk zoo spoedig mogeiyk worde uitgevoerd. Zoetermoor-Zegwaard. Verschillende inge zetenen hebben, de meeste te goeder trouw, .een bekeuring opgeloopen wegens onjuiste aangifte van het getal haardsteden. Daar thans door ons hoogste rechtscollege is uitgemaakt, dat een fornuis in een waschhok ook als een stookplaats is te beschouwen, ia het raadzaam, dat men zyn haardsteden nog eens goed natelt en nagaat of het aantal overeenkomt mot de opgave by de beschryving voor de personeele belasting. Geeft men de gemaakte abuizen dan ten kantore van den ryksontvanger op, dan voorkomt men moeite en groote kosten. [po oorlog tusschen Engeland en Transvaal. C Berichten van het oorlogsterrein ontbreken thans byna geheel. Men ls geneigd deze stilte op te vatten als een bewys, dat lord Boberts hu woldra weer aan het werk zal gaan. Im- mers wegens jte bewegingen jler Bngolaohe troepen zyn de censuur en andere beperkendo maatregelen, rakende het openbaar maken van berichten, tydeiyk nog moer verscherpt. Do lange stilstand van de operaties op alle go- bieden van het oorlogsterrein was in de eerste plaats noodzakeiyk door de dringende behoefte van de troepen aan rust, door do vervanging van paardon en trekdieren, door de noodzake lijkheid van een nieuwe bokloeding der man schappen, door den aanvoer van proviand voor mensch en dier, en door hot herstellen en beveiligen van den spoorweg. Maar er kwamen nog andere redenon by. De versterking, ten minste van het hoofd leger, dat den hoofdaanval heeft te doen, was des te onontbeerlykor, daar by do toenemende afstanden steods meer afdeelingen tot dekking van de achterwaartsche verbindingen gebruikt moesten worden, te meer daar het veront rusten van doze liniön door Boerenschaien tot oen blyvend gevaar is geworden. Doze versterking heeft thans plaats gehad. De achtste divisio (Rundie) is aangekomen en onmiddoliyk naar Wepenerafgezonden;bovon- dien is de aan Bullor's leger ontnomen ©ene (of andorhalvo) brigade onder generaal Hunter middelerwyi uit Durban over Kaapstad en East Londen op haar nieuwe plaats van be stemming aangekomen. Maar nog een andere reden schynt Lord Roberts aanleiding te hebben gegeven mot de voortzetting van zyn operaties te wachten dat is de noodzakeiykheid om verdere ver anderingen in de commando's to brengen. De publicatie van de fcusschen Warren, Bulier en Roberts gewisselde depeches over de gevech ten by den Spionkop, die wellicht op dit oogenblik. politiek onverstandig was, toont, welke groote verschilJen van meoning en contrasten tusschen do opperbevelhebbers be stonden, on dat het onvoorwaardelijk nood zakeiyk is, de herhaling van zulke dingen onmogeiyk te maken, wanneer men échecs als aan de Tugela, voortaan wil vermydon. Slechts enkele telegrammon werden heden door de Engolsche censuur doorgelaten. De Bond van Fransche houdors van Trans- vaalsche mynwaarden heeft door middel van zyn voorzitter Paul Leroy-Beaulieu den 25sten Maart een brief aan dr. Leyds gericht, waarin don gezant der Z.-A. Rep. gevraagd wordt, wat er waar is van de geruchten, dat de mynen verwoest zouden wordon door de Regee- ring dor Z.-A. Rep. en gewezon wordt op het groote nadeel, dat de Fransche houders daar- by zouden lyden. Dr. Leyds antwoordde den lldon April met een geruststellend schryven. In het karakter van den Boor was zeker geen instinct voor vernieling of vandalisme, doch eerbiediging van eens anders eigendom was juist eon van zjjn karaktertrekken, schreef dr. Leyds. Doch, wat niet te verwachten of te hopen is, zoo de nationale verdediging ons noodzaakt de pynlyko opoffering te doen van de gedeelteiyke of gehoelo vernieling der mynen, zai dit alleen te wyten zyn aan „force majeure". Li alle gevallen, besluit de gezant der Z.-A. Rep., verwacht ik stellig, dat de loop der gebeurtenissen ons niot zal dwingen, tot zulke uiterste maatregelen over te gaan. Het laatste nummer van den „Economist© Francais" bevat oon belangwekkend artikel over den Zuid-Afrikaanschen oor'og. De schry- ver, Pierre Leroy-Beaulleu, heeft lang in Zuid-Afrika vertoofd; hy heeft oen grondige studio gemaakt van land on volkzyn meening beteekont dus iets. Hy vat die samen in deze conclusie: „De uitslag van den stryd Langt bovenal af van het weerstandsvermogen van de Boeren. Kunnen zy het nog een jaar of achttien maanden uithouden? In dat geval is het mogo- ïyk, dat allo krachten van Engeland tegon hen te pletter zullen loopen, dat de legers van steeds geringer qualiteit, die het achtereen volgons zal uitzenden, het een na het ander zullen wegsmelten, zooals nu dat van lord Roberts schijnt weg te smelten. Wanneer de Boeren, dapper en volhardend, maar weinig tali-yk, niet zoo lang weerstand kunnen bie den, dan zal Engeland na veel maanden nog kunnen zegevieren, na vier of vyf milliarden te hebben uitgegeven, misschien nog moer, en minstons 100,000 man te hebbon verloren. Eenige bladzyden verder komt dit tydschrift in zyn flnanclöel overzicht op de zaak terug en zegt: „Het is ook niet onmogeiyk, dat, zelfe al zenden zy een nieuw honderdduizendtal troe pen naar Zuid-Afrika, hetgeen niet zou kun nen gebeuren dan over een maand of zes op zyn minst, do Engolschon toch niet vorder ge vorderd zullen ztfn dan op het huidige tijd stip. Hoe paradoxaal dat moge schynen aan veel lieden, de ovorwinning van de Boeren is niet een onmogelyke eventualiteit/' De nieuwe opperbevelhebber van het leger der republieken, Louis Botha, is door zyn huweiyk aan Ierland verbonden. Zyn vrouw heet Emmet, en stamt uit de bekende Iorsche familie van dien naam, waarvan een dor leden in 1303 wegens hoogverraad ter dood ver oordeeld werd. Een tak der familie vestigde zich jaren geleden te Kaapstad. Donderdag werd uit Bloemfontein gemeld, dat de regens overvloedig zyn, waarvan een gunstig gevolg was, dat de moeiiykheid der watervoorziening was opgelost, daar alle reservoirs gevuld zyn. De Schotsche brigade moet nu voltallig zyn en de troepen zyn ge reed tot den opmarsch. Lady Roberts en haar dochters zyn in de stad aangekomen. Een ander bericht van gisteren zegt, dat het aantal ziektegevallen In het Engelsche leger te Bloemfontein zeer groot is. Uit Kaapstad wordt gemeld: De „Staats courant" publiceert de volgende bekendma king: Daar bepaalde deelen van hot als Oranjo-Yrystaat bekendstaande gebied door Britsche troepon bezot zyn, is de toevoer van elk soort waren nit de Kaapkolonie naar deze gebiedsdeelen weder geoorloofd. Volgens de „Post" is vryheer Vön Relb- xonstein, majoor in den staf der lldo divisie van het Duitsche leger, op bevol der regeo- ring der Z.-A.-R. naarDuitschland toruggekoerd. De vryheer was de eenige Duitsche officier, die zich tegen het verbod van het Duitsche ministerie van oorlog in by het Boerenleger had laten iniyven. Een soldaat uit Langholm geeft In een brief naar huis oen beschryving van het. ontzet van Kimborley. Hy werd naar do stad gezonden met zes gevangen gemaakto Boeren. De monschen wilden hon in stukken scheuren, maar hy spoelde het klaar om hen veilig en wel binnen do gevangenis te krygen. Ten slotte verzekert hy, dat, als de Boeren niet zulke ellendige (1) schutters waren geweest, zyn regiment weggevaagd zou zyn; nu hadden z\J maar vier doodon en tien gewonden gehad. Te Kaapstad kwamen onlangs twee Duit schors aan, die daar vlor paarden huurden en toon vordwenen. Eenige dagen later vond men hen 160 KM. verder mot geweren en 600 cordietpatronon by zicb. Zy zijn nu door do crimineele rechtbank veroordeold tot een jaar gevangenisstraf. De „Standard find Diggers News" publi- ceeren een brief van generaal Cronjó, door hem geschreven aan boord van het Engelsche oorlogsschip Doris". De generaal verklaart daarin, dat sedert zyn overgave aan Lord Roberts hy uitstekend is behandeld. Hy weigort om. in het openbaar de omstandig heden, waaronder hy gedwongen was zich by Paardoberg over tc geven, to bespreken. Volgens berichten is de ziekte toMafeking erg toegenomen en heoft de typhus zoo onder do bozotting huis gehouden, dat dezo de stad moest vorlaten. Zy heeft thans in het noord-westen een sterko stelling inge nomen. De „Central News" bericht, dat de Boeren verschansingen rondom Wepener hebben ge bouwd, waaruit zy do stad met kanonnen beschieten. Volgens „LafFan" werd voornamelyk 18 dezer de stad hevig gebombardeerd. Verscheidene Engelsche stellingen mooten volgens „Control News" uit Kroonstad ver overd zyn. Lord Roberts schynt aan goede voortoekonen to hechten. Een heer te Portrush had hem een klaverplant mot wortels on een oud hoef ijzer gezondon; hy heeft den schenker een Yriendelyken brief teruggeschreven, waarin hij zegt: „De klaverplant is zorgvuldig ge plant in den tuin van hot regeeringsgobouw in Bloemfontein, en het hoefijzer zal ik be waren als een souvenir, naast een, dat ik heb opgeraapt op den dag, toen ik den Vrystaat binnenkwam en een ander, dat ik te Paardoberg vond op den dag vóór generaal Cronjó zich overgaf." De Africanders in de Kaapkeiunie. Van een dfrikaander Correspondent.) Wat zullen de Kaapsche Afrikaanders doen, torwyi hGt onaf hankelyk volksbestaan van hun broeders in de beide Republiekon onrecht matig wordt bedreigd door een onbarmharti- gon on wreeclon vyancl? Zullen zij stil blyven toezien, torwyi de Britsche strijdmachten het gebied binnendringen van eon volk, dat éón met hen is in ras, godsdienst en verwant schap een land invallen, waarop z\j trotseh zyn om de wonderlijk© ontbolstcring uit een woesteny, slechts door vyjJdon bewoond, tot oen bloeiende Republiek met mooie steden, ryke hoeven en oen bloeiende mynindustrie een volk, dat zy altyd hebben beschouwd als het laatste bolwerk tegon den vlood van Britsche aanmatiging, do laatste hoop op eindeiyke samensmelting van do afstamme lingen der stoere Hollanders, die zoo vol hardend streden tegen het machtige Spanjo, en van de vrome Hugenoten, die om des geloofs wille hun heerJyke goederen in „La belle France" verlieten en op de onbestreden heerscbappy van dit ras in eigen land? Voordat wJJ op deze vraag antwoord trach ten te gevoD, moeten wy eerst den togen- woordigen stand van zaken in de kolonie nagaan en als wy eerst gezien hebben wat do Kaapsche kolonisten kunnen of niet kun- non doon, kunnen we gissen naar wat ze zullen doen. Dat de sympathieën van do Kaapsche Afrikaanders met hun broederon over de Oranje-rivier zyn, behoeft geen betoog en toen de oorlog uitbrak, waren do gebeden en do wenschen van heel het Afrikaander- dom voor hen. Duizenden jonge mannen, jonge zonen en zy die geen verbeurdverklaring van gebied hadden te vreezen, scb.aardon zich in de rangen der republikeinen. Maar wy mooten er dadel yk op wyzen dat de groote meerderheid van de Afrikaanders, wat do Jingo-pors ook moge zoggen, strikt loyaal bleef. Zy hadden ook geen reden om een andere houding aan te nomen. Onder hot weldadig bestuur van wyze wetten, gevormd naar de behoeften van het land, gemaakt on gewyzigd door henzelven, genoten zy een vryheid, die in andere landen onbekend is. Hun rykdom nam too, gemakken die tot dusver het volk vreemd waren, vielen binnen hot boreik van de minst gegoeden. De voor dooien van het onderwys werden ook aan de armsten gegeven. Landbouw en veeteelt giDgon vooruit en het geheele land bloeide. Maar deze loyautoit zou nooit liefde voor het Britsche ryk of voor den Brit worden. Zy ging nooit zoo ver, dat de Afrikaan der zich een lid van het Britsche rijk voelde. Wel werd koningin Victoria bemind en ver eerd om haar goede hoedanigheden als moe der en als Christin, maar de Afrikaander bleef wat hy was, een gehoorzaam onder daan die by toeval burger was geworden van het Ryk, een ryk welks lot hem vol komen onverschillig liet, zoodra het niet zyn eigen welzyn betrof. Het ls grootendeels de schuld van de Britsche regeering zelf dat de betrekking niet overging in oen warmer gevoel. De Afrikaander vergeeft, maar ver geet nooit. En de Britsche rogeering gaf hem ook niet de gelegenheid om te vergeten. Het wegnemen van de Kaapkolonie van Holland, de vry verklaring der slaven, waarvoor de vergoeding werd betaalbaar gesteld te Londen (vanwaar men het niet kon halen), de gereoh- teiyke moord van Slachtersnek en de onaf- gebrokon vervolging van zyn stamverwanten die voor de Bntsche aanmatiging naar het noorden waren getrokken en zich een nieuw tehuis haddon gesticht in de wildernis, bleef In de herinnering voortleven door het arrogant en minachtend optreden van den Engelschman tegenover den f bloody D utchm an" Het gevoel van meerderheid, het tactloos, snorkende optreden togenover eiken niet-Engelschman vindt men in meerdere of mindere mate by eiken Engelschman en is voor den Afrikaandor een voortdurende bron van afkeer geweest. Het was de groote hinderpaal tegen do ver menging der rassen. Toen beide Republieken overwinnend waren in het eerste deel van den oorlog, werd door geen Kaapschen Afrikaandor openlyk een opgewondenheid getoond die zelfs den moest prikkelbaren Engelschman kon kwetsen. De Afrikaander uit zyn gevoelens niet licht; hy genoot slechts de stille voldoening over den by stand van den God zyner vaderen, in Wien hy een vast vertrouwen stelt, aan de rechtvaardige zaak en hy zond zfjn gebeden op naar den Troon van Genade om steun voor do beroofde bloedverwanten, weduwen en weezen en voor het herstel van den vre de. Terzelfder tyd werden inschrijvingen ge opend tot ondersteuning van do nagelaten botrekkingen, waarop flink werd geteekend door alle klassen der Hollandsche bevolking. Ambulancen werden ingericht en alles, wat mogelyk was om hot lyden van het stam verwante volk te lenigen, werd gedaan. Maar hoe werd deze gematigdheid be loond? Van den aanvang af wierpen de Jin- go-bladen met modder. De Kaapsche Afri kaanders werden grof beleodigd, zy werden rebellen geheeton en de leidende Afrikaan- der vereeniging, de Bond, werd openiyk be schuldigd van hoogverraad, van samenspan ning met de beide republieken om de En- golschen uit het land to verdrijven en de „Yereonigde Staten van Zuid-Afrika" te wil len vestigen. De gouverneur sir Alfred Mil- ner onthulde onbescheiden in een gesprok met een lid van het Afrikaander ministerie dat het zyn bedoeling was den Hollandschen invloed in Zuid-Afrika uit te roeien „met wortel en tak". En oen voorwendsel was spoedig gevonden. Hot was natuurlyk gevaarlijk een volk te boleodigen, dat van zyn jeugd het geweer had leeren hanteeren, dat flink gewapend was met het meest juiste wapen, dat voor geld te koop is. Maar het beste gewoer is van geen nut zonder munitie en daarom was de eerste stap het verbod op den verkoop van schietvoorraad, tenzy een byzondere vergun ning van den gouverneur was verkregen. De verkoop van dynamiet en andore zeer ontplof bare stoffen werd tevens verboden. Hieraan onderwierp men zich zonder veel gemopper, daar de meosto Boeren een flinke hoeveelheid patronen in voorraad hebben. Maar deze voorraad was spoedig uitgeput, want op de hoeve wordt het geweer eiken dag gebruikt. Er werd een byzondere vergunning gevraagd, doch doze werd natuurlyk geweigerd. Door dezen handigen zot waren de Afrikaanders foiteiyk ontwapend. Dit was echter niet hot eenige gevolg. De Boer kon vroeger zyn veestapel beschermen tegen do t&lryke roofdieren en de eerbied dien zyn gereed en nimmer falend wapen in boezemde, hield de menscheiyke roofdieren op een afstand. Dit veranderde nu. De kud den werden gedecimeerd door wilde beesten en nog wildoro kaffers; de onbeschaamdheid dor kaffor-bodienden, die enkel door vrees in onderworping waren gekomen, werd spoe dig ondraaglyk. De kaffer is een geboren leu- gonaar, en nu hy werd aangemoedigd door do militairen, kende zyn verbeelding spoe dig geen grenzen. Overal en bovenal in do districten, waar de krijgswet was afgekon digd, deserteerde hy en liep hy naar het Daaste militaire station, waar hy door de sol daten steods met open armen werd ontvan gen. Gevat als hy is, zag hy spoodig in dat hoe meer hy zyn vroegeren meoster verraadde, hy des to meer zyn nieuwe vrienden be haagde en wat hem het meeste opviel was dat zy alles geloofden wat hy beliefde te vertellon. Slechts wie door bittere ervaring weet tot welke hoogte van kwaadaardige slimheid een kaffergoest kan stygen, kan be seffen wat daarvan het gevolg was. Op inlich tingen van deze zwarte kerels werdon aller wegen eerlyke en vredelievende Hollandsche Boeren aan hun gezinnen ontnomen en zon der rechteriyk onderzoek In de gevangenis geworpen. Geen klasse word geörbiedigd; noch het parlementslid, noch de voorganger der ge meente, noch de gewone boer waren veilig. Hun protesten van onschuld werden met ver achting aangehoord en zy moesten naar de gevangenis, zonder proces of vonnis. De verontwaardiging der Afrikaanders steeg tot kookhitte, maar zy konden niets doen. Zonder ammunitie, zonder ervaren leiders, omringd door een leger van spionnon die nacht on dag elke beweging beloerden, kondon zy slechts in eenzaamheid de tanden knarsen en God bidden om succes voor de Republi- keinsehe wapenen. "Wat ze zouden doon als ze maar konden, is duidelyk gebleken in de dis tricten, die door de republikeinsche commando's waren bezet. Daar kwam elko Afrikaander in opstand om het drukkend juk af to schudden dat voor zyn vrijheidszin ondraaglyk was geworden. Het succes der Republikeinsche wapenen by het begin van den oorlog heeft er veel toe bygedragen om de Afrikaanders rustig te houden. Zy redeneerden dat als hon vrienden aan de winnende hand waren, zy wel zouden zorgen dab zo herstel van grieven kregen en een herhaling van het gebeurde onmogeiyk maakten. En spoorde bovendien niet Hofmeyr, de groote patriot en aanvoer der van het Afrikaander volk, tot geduld aan? „Onze Jan", geiyk hy teedoriyk wordt genoemd, bozit het volle vertrouwen van zyn volk en heeft bewezen dat het welzyn van dit volk zyn liefste wensch la. Hy heeft de Afrikaanders altyd beschouwd als een groot gezin, welks taal, zeden en godsdienst hy getracht hoeft te behouden en te verbeteren. Tot dit doel werd de Afrikaanderbond in het leven geroepen en onder zjjn bokwame leiding is deze geworden het vereenigingspunt van het volk, de bewaarder van de Afrikaander nationaliteit. Maar ik moet nog eens herhalen, dat de bedoelingen van den Bond volkomen loyaal waren. Daar do kolonie selfregeering heeft en de ryksregeoring zich nooit mengde in haar Inwendige staatkunde, was het Hofmeyr vol komen voldoende zyn krachton te wyden aan de verbetering van Inwendige aangelegen heden door dan geest van s^n volk cp te voeden, door het de solidariteit van zyn belangen te leoren, door het te voreonigen in oen machtig staatkundig lichaam en door propaganda to makon voor de nationale idóe. Hy geloofde in de foderatie van de verschil lende Zuid-Afrikaansche kolonies, elk onder haar eigen vlag en toen de gobourtenissen leidden tot versterking van de onderlingo bandon, liet hy de zaken op haar beloop. Ook was het hem aangenaam de bescherming te hebben van het machtige Britsche Ryk, waartegenover slechts stond de betaling van het salaris van den gouverneur door do kolonie. Een onttrekking aan het Britsche bestuur onder de tegenwoordigo omstandigheden kon nooit opkomen by een man die zoo goed be kend was met het land als Hofmeyr. Een Land zonder fabrïekon afhankelyk van de Europeesche gemakken, van de Australische tarwe, kon het nog niet wagen voor zyn onafhankelijkheid te stryden met de machtigste zeemogendheid ter wereld. Een burgeroorlog ontketenen in eon vredig land want de Britsche kolonisten zouden niet rustig blijven zou onuitsprekoiyke ellende achter zich sleopen. En waartoe? Al werd Engeland verslagen, dan nog zou dit slechts oen vei wisseling van voogd zyn en misschien niot eons eon voordeoligo. Als we toch eon voogd moeten hebben, ver dient Engeland mot zijn vrye instellingon verre de voorkour boven eenige andere groote mogend heid, die ons spoedig zou opslokken als de Britscho vloot weg was. Voor het uitbrekon van den oorlog deed Hofmeyr zyn best om den vrede te bewaren. Hy ging naar Pretoria en verkreeg meer van den Volksraad dan Britsche bedreigingen ooit zouden hebben bereikt. Hy wenschte den vrede en was bereid daarvoor olken prys te betalen, behalve dö oneer, omdat hy nooit in het ein delijk succes van de Republikeinsche wapenon geloofde en als een waarachtig vaderlander zyn bemind volk de gruwelen en ellende van een bloedigen oorlog, naast het verlies van zyn prestige, door een onvermydelyke neder laag wilde besparen. Dit is de ware sleutel van zyn gedragsiyn. Hy wist dat gewold slechts zou kunnen leiden tot nederlaag en misschien tot schorsing van het zelfbestuur. Maar hy heeft langs eiken grondwettigen weg geprotesteerd tegen de schendingen van de persoonlijke vryheden en de verkrachting van de rechten en voorrechten van de gemeen schap. En de Hollandsche Jingo-biaden te Pretoria en Johannesburg hebbon aan de Afrikaander zaak geen goed gedaan door Hofmeyr aan te vallon en te lasteren. Want het vertrouwen van den kolonialen Afrikaandor in „Onze Jan" is zoo vast, dat deze insinuaties by hom slechts twijfel zouden doon rijzon aan de zuiverheid der bedoelingen van den lasteraar. Het kan niet ontkend worden dat een ontzaglyko hoeveelhoid ontvlambare stof is opgezameld in het gemoed van den Afrikaan der. Of het ooit tot een uitbarsting zal komen, hangt geheel af van het optrodon van de Britsche Rogeering, zoowel in de Republieken als in de kolonie. En ik geloof, dat zy dit wel begrypt. Van waar anders do betrekkelijke lankmoedigheid togenover de rebellen die zich hebben overgogeven. De Engelschen zouden hen veel liever tot den laataten man hebben doodgeschoten, als zy niet bang waren geweest de Afrikaanders tot wanhoop te dryven. En deze wanhoop zal zeker komen, als met de gevoel ons van ons volk niet meer rekening wordt gehouden en de dagolijksche beleedigingen van don Jingo-troep niet afdoend worden onderdrukt. De laatste druppel doet den beker overloopon on deze laatste druppel is er byna. Op het juiste oogenblik zal de rechte man opslaan en het volk, getrouw aan zyn afstamming van heldhaftige voorvaders, zal den verdrukker woerstaan als éón man. Ondanks de hier aangegeven nadeelen zal het hem uit het land verdryven, geiyk de voorvaderen deden met de Spaansche legioenen, of zy zullen sterven. (A. B.) Herkeiyke Berichtou, Hazerswoude. Nod.-Herv. Kerk.: Zon* dagvoorm. to halftien ds. A. C. La Grand, pred. te Woubrugge, waarZWEw. des avonds te halfzeven zal ontreden. Geref. Kerk: Voormiddag te halftien en 's avonds te haifzoven, ds. J. L. Schouten. Zoeterwoude. Ned.-Herv. Kerk.Zondag voormiddag te tien ureD, de heer V. E. Schaefer, theol. cand. van Leidon. De opgaaf in het „Leidsch Predikbeurten- blad" is foutief. M nrktbcrickten. Leiden, 21 April. Granen werden heden alge meen hooger gehouden, de omzet was echter van weinig belang, omdat koopers do hoogero pryzen niet inwilligden. Witte Tarwe in alle soorten prijshoudend. Van de overige artikelen werd eon en ander verkocht meerendeela tot onveranderde pryzen. Witte Tarwe ƒ5.75 a ƒ7.Roodo 5.90 a ƒ6.30, Wnlla-Walla f a per 80 KG. Rogge ƒ4.75 a ƒ6.20 per 74 KG. Zoiuergerst a fWinter- ƒ4.50 a f6. Chevalier- 4.90 a 6.50 per HL. Haver /"3.60 a 3.75 per 50 KG. Groene Erwten ƒ6.70 a ƒ7.20 per HL. Paardenboonen ƒ6.70 a per HL. Duivenboonen 6.90 a per HL. Koolzaad fa J rcr HL. Kanariezaad 6.25 a .ou per HL. Hennepzaad 6.50 a ƒ7.per HL. Boter. Aanvoer 7720 kilogr., lsto qnal. per V* ▼at ƒ48.— a ƒ62.—, 2de qual. per V» vat ƒ40.— a ƒ46.—; lste qnal. per kilogr. ƒ1.20 a ƒ1.30, 2de qnal. per kilogr. ƒ1— a ƒ1.16. Lange zwarte turf. Geen aanvoor, ƒ8.a 3.60 per duizend. Utrecht, 21 April, Op de weekmarkt waren hedon 1125 atake veo aa igebr&cht. Do prijzen warea voor etioren 70 ƒ150, voor vaarzon 7 90 a ƒ160. voor plukon 60 a ƒ100 voor tuel;kooien ƒ100 a /220, voor kallkoöien j 140 s^225, voor vaarai.oeien 120 a 180 voor vette :,ooioa 160 a 240, voor magero l al veren a voor nnoatore Iralv. 6 a 10, voor trac«o varkens ƒ16 a ƒ80 voor bicgen ƒ8.—a ƒ6. politie. Gevonden voorwerpen. Een damesportemonnale, inhoudende enkele centen. Een rood koralen kettinkje met gouden slot. Een parapluis. Eon bont schort. Een pet. Een gekleurde hand schoen. Inlichtingen sfln eiken werkdag tusschen 19 en 1 uur te bekomen aan het Bureel van Politie alhier.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 2