Nw. 12295 Donderdag 22 Maart A0. 1900 $eze jouraat wordt dagelijks, mei uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. fled. Zuid-Afrikaaasehe Vereeaiging. Leiden, 23 Maart. F"eu.illeton. OM Zim GELD. ♦PEXJS DEZER COTTKAHTj Voor Lelden per S maanden. Franco per poet Afzonderlijke Hommers r» 1.10. 1.10. 0.05. PRUS DER ATlywK'^k'W'l'l tófff Yan 1—C regels f 1.05. ledero regel meer f 0.17J. Grootera; letters naar plaatsruimte Voor tot incasseeren truitoD de stad wordt f 0.06 berekend* Afdeeling Leiden en Omstreken. Ontvangen by den waarncmcnden Penning meester: Door bemiddeling van hot Leidsch Dagblad: Yan Gebrs. Borkeljon, saldo van den verkoop van hot Transvaalsche Volkslied (totaal f 233.58) f 3.58 Gecollecteerd door Mario en Dirkje op de gouden bruiloft van opa en opoe 4.125 Uit 0egstg6est: Yan Cor en Anna op moeders verjaardag1.25 Gecollecteerd op Hendrik's ver jaardagJ 0.91 Van de zingende „Zevenster", waar bij Lientjo zoo gevoelig speelde 9 0.655 Gecollecteerd op Anna's verjaardag, omdat vader L. zoo gaarne het Trans vaalsche Volkslied wilde gezongen hebben0.40 Van Jan en Jo0.25 Van te veel terugontvangen van een halve kaas 0.25 Bijdragen kunuen worden toegezonden aan den Penningmeester, Rembrandtstraat 19, of .an het Bureel van dit Blad. Officieel© Kennisgeving. KENNISGEVING. NATIOXALE MILITIE. Oproeping in activiteit van zeemilicien verlofgangers der lichting van 1893. De Burgomeealer vjin Leiden, Gozitn de citojleire van den Oommieaarie der .Obicgm ia do p oriocio Zn d-Holland, dd, 25 Jauuari 11. (Provinciaal blad No. 9); Brengt tor keur.is ran do in dtso gemeente gevee- .igde zeemiJio-eu Terlofgaogere der lichting van 1898 IZA.K COSTER, WOELDERIK VAN HEYNINGEN en HENDRIK BROUWER, dat zg, iDgov Iga Komoklijk beelait van 4 Januari 1900, No. 21, aan do herbal ngsoefeniugen in dit Jaar moiten deuluemen om gddnrondo den lijd van vijf weken to uordon geoefend, en roept hen mitsdi n op. de beide eeratgoBoemden om zioh op Woensdag 4A.prilsanat. aan to melden bij deo Commandant van Hr. Ms. .Everteen'' te Wil lemeoord, en laatstgenoemde om zich op D i n s d a g 3 April u a i s I. aan te melden bij den Comman dant van Hr. Ms. .Relmer Olaeasen" te Hellevoetaluis, gekleed in de Lrj hon vertrek met groot verlof mede genomen militaire kloediagstukken en voorzien van hun Looigooderen, zoomede van ban zakbooWj e. Ü3 bedoeld» verlofgangers worden voorts ver wittigd, dat zij zich op den dag, voor hun opkomst bepaald, voor zooveel dit mo0ehjk ia, des midon:» to 12 oren aan boord van htt achip moeten be vinden, en wrjdors, dat zij zich dt>n dag óór dien van Lun vertrek tair genoemd* bodeme, des voor- middags tueasken 10 en 12 uren, voorzien van ban 2akborkj-e, ter Gemeente Secretarie (4fd. Nat. Militie en Schutterij kamer No. 9) alhier bc-hooren te ver voegen, tot het ontvaEgen van een vervoerbewgi, alsmede, desverlan^d, van het Lua toekomend dag geld; en dat zij, bijsl ion ziekte hen mocht ver hinderen aan doze oproeping to voldoet), verplicht zijn daarvm lijdig, ter Secretarie vooimtld, kennis te I.OVCD, onder orerleggmg van een op gezegeld papier ge-te do verklating van oen goneeakuudigo, zullende zg zich echter na hun herstel onverwijld natr do plants vin bestemming bebooren te begovon en zich alsdan moeten vervoegen bij den Comman dant van het Wachtschip aldaar. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 21 Matrl 1900. F. WAS. Jacht en Visscherij. De Burgemeester van Leiden herinnert hen, die z ch voor bet aanstaande seizoen 1900/1901 in het bezit wenschen te zien van Jacht- en Visch- akten, of wel van een koatelooze vergunning tot uitoefening der Yissoberg, dat de blanco verzoek schriften ter bekoming daarvan gratis verkrijgbaar zijn ter G&meente-Secrolsne, alwaar zg, behoorlijk ingevuld en ondertekend, vóór den l5den April a. f. moeten terugbezorgd z n, ton einde aan den Commissaris der Koningin in deze provincie te worden ii gszocdüD. Tevens worden belanghebbenden herinnerd, dat bl&Dco verzoekschriften tot hei bekomen van buiten gewone machtiging tot bet verdrijven van ech&delgk gevogelte met pistoolschoten, bet ecbieten van kongnen en ander schadelijk gedierte en be'. visscben als het water met ijs bedekt is, mede gratis ter Gtmaente-Sccretarie ter invulling verkrijgbaar zgn gesteld. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 21 Maart 1900. F. WAS. Gistornamiddag om vier uren werd alhier in het Nutsgebouw gehouden de gewone alge- meeno vergadering der vennooten in de Leid- eche Broodfabriek. Uit de gedane mededeelingen bleek, dat het debiet over 1899 in totaal bedroeg 1,657,272 kilogr. brood en 714,648 stuks beschuit. De gemiddelde broodprijzen over 1899 waren: gebuild brood 13.25 ets., ongebuild brood 11 ets., krentenbrood 17.25 ets., per kilogram, en roggebrood 11 ets. per V/t kilogram. Het dividend over het afgeloopen jaar is bepaald op 20 pCt. De Duitsche mail met berichten uit Neder- landsch-Indiö wordt hedenochtend alhier verwacht. Op liet drietal voor predikant by do Oud- Geref. Kerk te Den Helder komt voor ds. Smits, te Ter-Aar. Beroepen is by de Ned.-Herv. Gemeente te Kago do heer P. De Looze, cand. te Zieriksee. Men deelt mede, dat onder de studee renden aan de Amsterdamsche universiteit een ernstige beweging gaande is om te ge raken tot een algemeenestudentenreorganisatie ter behartiging van belangen in den ruimsten zin des woords. Reeds is een commissie gevormd uit de verschillende faculteiten, die zich van den stoun hoopt te verzekeren der academische autoriteiton. Volgens hetnu verschenen Van Alphen's Handboek bestaan er by de Ned.-Herv. Kerk 285 vacatures, waarvan 34 vacatures weder staan vervuld te worden. De vacatures zyn verdeeld over de provin ciën als volgt: Gelderland met 24, waarvan 3Zuid-Holland met 46, waarvan 5; Noord-Holland met 34, waarvan 4; Utrecht met 6, waarvan 1; Fries land met 53, waarvan 8; Overhel met 11, waarvan 1Groningen met 37, waarvan 1 Noord-Brabant mot 23, waarvan 2; Limburg met 3, waarvan 1; Drento met 11, waarvan 1 gemeente weder staat vervuld to worden, zoodat er thans nog 251 vacatures bestaan. Voor deze vacatures zyn nog 22 candidaten beschikbaar. Aan de Ned.-Herv. Kerk zyn 115 predikanten ontvallen door overlijden en hebben 27 pre dikanten hun eervol emeritaat genomen. Te Goes is voor generaal Cronjé en zyn mede-krijgsgevangenen 175 ingezameld. Naar het „H. Dagblad" verneemt, zal de aftredende Commissaris der Koningin in Zuid- Holland, mr. C. Fock, zich in het buitenland vestigen en wel to Arcachon. Ingaande 1 Mei, is de heer C. G. J. W. Koopman, adjunct-ingenieur 1ste klasse by de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoor wegen, benoemd tot waarnemend district- ingenieur te Nijmegen. Do hoer G Jacobs, te Moppel, heeft zyn benoeming tot adjunct-directeur van de Wees- inrichting te Neerbosch aangenomen. Te Amsterdam is gistèren opgericht een vereeniging van winkeliers tot bespreking van gemeenschappelijke belangen en het aan wenden van pogingen om algemeen erkende misstanden weg te nemen. Een comité werd benoemd uit zeven groote firma's, met den heer I. A. Tours als voorzitter, om een reglement te ontwerpen. In verband met het vermelde bericht betreffende het gereed zyn tot verzending aan de Staten-Generaal van de wetsontwerpen voor do regeling van de landweor cn den landstorm, is aan de „N. R. C." gebleken, dat die wetsontwerpen nog niot bij den Raad van State in behandeling zyn geweest, en dat H. M. de Koningin het advies van dat Staatscollege over die ontwerpen dus nog niet heeft kunnen ontvangen. De indiening bij do Staten-Generaal zal dus nog wel eenigen tijd op zich laten wachten. Zoolang de Raad van Stale die ontwerpen nog niet heeft kunnen onderzoeken, kan op eon onderzoek in de afdeelingen der Tweede Kamer in haar eerste bijeenkomst na het reces niet worden gerekend. De heer H. S. Wattel, Nederlander te Lissabon, die in 1898 de Nederlandsche Vasco-da-Gama-Commissie vertegenwoordigde by de aanbieding van den gouden krans door den kapt. ter zee De Groot, comm. van de „Evertson", is door den Koning van Portugal benoemd tot commandeur in de orde van de Heilige Maagd van Vila Vi^osa. Het stoomschip „Burgemeester Den Tex" vertrok 21 Maart van Batavia naar Amsterdam; do „König", van Hamburg en Amsterdam naar Oost-Afrika, arriveerde 20 Maart te Tanga; do „Laertes", van Amsterdam on Liverpool naar Batavia, passeerde 20 Maart Gibraltar; do „Telamon" arriveerde 18 Maart van Amsterdam via de Clyde te Batavia. llillegom. Dinsdag-avond hield de heer Moll, van Enkhuizen, die 12 jaar in Trans vaal gewoond heeft, in café „Flora", alhier, vanwege de Commissie voor Volksvoordrach ten, de aangekondigde lezing over Transvaal, welke door een reeks van lichtbeelden, op land en volk van Transvaal en Oranje-Vrystaat betrekking hebbende, werd toegelicht. Spreker sprak by den aanvang van zyn boeiendo voordracht zyn leodwozon uit, dat de bejaarde dappere held Cronjé met de zynen door de Engelsche overmacht genoodzaakt is geweest zich over te geven, doch hoe treurig die gebeurtenis ook was, zulks behoefde nog geen redqn te zyn om aan den goeden uit slag van dezen gerechtvaardigden worstel- stryd van recht togen overmacht te wanhopen, daar het spr.'s vaste overtuiging was, dat het recht zou zegevieren en hot met Enge land zou gaan als met don machtigen en alom gevreesdon Napoleon op zyn tocht naar Rusland. Vervolgens gaf spr. een schets over de vruchtbaarheid van het land, over de goud-, diamant- en steenkolenmynen, hoe het goud en de diamanten werden bewerkt, en hoe die mynen voor Zuid-Afrika een zegen waren. Daarna werd breedvoerig gesproken over den regeeringsvorra, het onderwys, de gewoonten en de zeden van de Boeren, waarna de voor dracht, die met de grootste aandacht werd aangehoord, werd besloten door hot vertoonen van verschillende lichtbeelden, die zeer goed voldeden en met de verklaring, daarby ge geven, een duidelyk overzicht gaven van land en volk, hetgeen de waarde van het voorge stelde niet weinig verhoogde. Met een woord van dank aan de aanwezi gen voor hun opkomst, eindigde spr. zyn voordracht en sprak hy daarby de hoop uit, dat de Commissie nog menigen genotvollen avond aan de arbeiders van deze gemeente zal mogon verschaffen. Bij het eindigen van dit verslag voegen wy daarby den wensch, dat by een volgende gelegenheid het rooken zal worden nagelaten, on dat men dan ook niet door onnoodig ge lach en gepraat hinderlijk zy èn voor den spreker èn voor de toehoorders. In het gezin van den arbeider N. "W. heeft zich 8en geval van besmettelyke ziekte, roodvonk, voorgedaan. Leiderdorp. Het aan de miliciens dezer gemeente, van de lichting 1899 G. Cramer, L. J. Los en D. Megchelse verleend verlof is nador verlengd tot 15 Augustus 1900. De milicien W. Hoogervorst moet 31 dezer weder onder do wapenen terugkeeren. Oudshüorn. De maniyke ingezetenen der gemeenten Oudshoorn, Aarlanderveen en Alfen worden uitgenoodigd ter by woning eener byeenkemst in het hotel „St.-Joris" op Vrydag 23 Maart, des avonds to halfacht, waar de luitenant-adjudant de heer J. W. Van Alphen, uit Haarlem, het onderwerp „Volksweerbaar heid" hoopt te bespreken, ten einde tot de zoo gewenschte oprichting eener afdeeling voor de drie gemeenten to komen. Het voor- loopig comité bestaat uit de hoeren J. W. C. Bicera, J. v. Dyk, H. W. A. Dros, N. D. Kemink en J. W. v. d. Lee. Gedurende het afgeloopen jaar werden alhier geboren 37 jongens en 61 meisjes, terwyl 53 personen als overleden werden aangegeven. 18 huwelyken werden voltrokken. Oude-Wetering. Tot kerkvoogd by de Ned.- Herv. Gemeente alhier is gekozen de heer T. Roosendaal, hoofd der openb. school te Nieuwe-Wetoring, en zulks ter vervanging van wyien den heer E. Blonk. Ds. L. N. De Jong, predikant by de Rem. Gem. te dezer plaatse, zal den lsten April a. s. zyn afscheidsrede houden. Zyn- weleerw. logt met dien datum zyn ambt neder. XJit <1© „Staatscourant." Kon besluiten. De heerM. De Castro erkend en toegelaten als consul van de Dominicaanscbe Republiek op Curacao. Min. beschikkingen. Aan L. De Blieck, te Utrecht, op zijn verzoek, met ingang van 1 April, eervol ontslag verleend als assistent aan 's Rijks Veeartsenijschool te Utrecht. Zee- en landmacht. De minister van koloniën nootligt in de .Sts.-Ct." alle op Maandag 26 Maart e. k. te Leeuwarden aanwezige ridders der Militaire Willemsorde uit, tot bijwoning van de plechtige uitreiking op dien dag des voormiddags te elf uren op het Wilbolinina- plem van de decoratie van ridder 4de klasso der Militaire Willemsorde aan den gepasporteerden fuselier van het leger iu Nederfandsch-Indië S. Van der Moulen. Parijselie tentoonstelling Dr. Cuypers, architect dor Ryks-museum- gebouwen, voor Nederland benoemd tot com missaris der op 15 Juni te Parys te openen tentoonstelling, verbondon aan het aldaar te houden congres van l'Art Public, noodigde onlangs de besturen der voornaamste steden tot deelneming uit, opdat een belangryke inzending van Nederland zooveel mogeiyk tot stand zou worden gebracht. Thans heeft de heer Cuypers aan die be sturen medegedeeld, dat een byeenkomst zal worden gehouden te Amsterdam op 26 dezer, 's namiddags, in de zalen van het Raadhuis, voor het bespreken van de aangaande ten toonstelling en congres te nemen maatregelen. Hy verzocht den gemeentebesturen zich op die byeenkomst te doen vertegenwoordigen door leden uit hun midden of directeuren van gemeentewerken. Den gemeentebesturen is medegedeeld, dat de tentoonstellingscommissie voor de expo santen geen kosten in rekoning zal brengen voor do in te nemen plaatsruimte in de zalen, en dat het geheel met de inzichten diei commissie strookt modellen van uitgevoerde bouwweiken op te nemen. TWEEDE KAMER. Voortzetting van het debat over het Leerplicht- ontwerp. De heer Kerdijlc stelde by sub-amendement voor, dat de gemeenteraden het herhalings- onderwys regelen na overleg met den districts schoolopziener en na ingewonnen advies van de lagere schoolhoofden. Nadat de heer De Beaufort het verplicht herhalingsonderwijs als ontydig had bestroden, lichtte de heer Schaper zyn sub-amendement op het amendement-Tyderaan toe, om de vrystelling aan sommige gemeenten voor dag- herhalingsonderwys te laten vervallen. De heer Tydeman nam het voorstel van den heer Kerdyk over; dat van de heeren Schaper c. s. niot. De Minister verdedigde nader de bepalingen aangaande het herhalingsonderwys. Moest hy later een regeling indienen, dan zou zy in hoofdzaak gelyk a_an deze zyn, want hy wenscht geen regeling van het herhalings onderwys van Rykswoge. Door den heer Roes&ingh was een amende ment voorgesteld, dat de verplichting van de ouders om hun kinderen herhalingsonderwijs te doen genieten wilde doen eindigen als allo klassen doorloopen zyn, ook vóór het kind het 15de jaar heeft bereikt. Maar er is niet voorgeschreven hoeveel klassen er zullen, zyn. Het amendt.-Roessingh past dus niet geheel in de voorgestelde regeling. De heor Roessmgh^ botoogde nador de noodzakeiykheid van herhalingsonderwys, dat ten plattolande zeer op pry's wordt gesteld. Spr. wyzigde zyn araendement, om aan het door den Minister daartegen aangevoerde bezwaar te gemoet te komen. Na eenig debat nam de Minister het door den heer Ko-dijk gesubaraendeerde amende ment van den hoer Tydeman over. Het amendement-Scflaper c.s. werd verworpen met 71 tegen 26 stemmen. Het Regeerings-artikel 34 omtrent de in voering van herhalingsonderwys, gowyzigd overeenkomstig het amendement- Tydanan, werd aangenomen met 49 tegen 43 stemmen. Tegen de rochterzydo met de heeren Van Karnebeek, Bastert, De Beaufort en Tydens. Vóór de linkejzyde zonder die vier. Het amend.-Roessingh werd zonder hoofde- lyke stemming aangenomen. Maar verworpen werd met 49 togen 48 stemmen art. 35, bevattende do toepassing van leerplicht op herhalingsonderwys. De stemming was als over het art. 34 met den hoer Pynappel. De heer Pijnappel namelyk had vóór art. 34, maar tegen art. 35 gestemd. Door deze beslissingen is wel voor ge meente-besturen de verplichting voorgeschreven herhalingsonderwys te verschaffen, maar de 2) „Ja, moeder, „wy"", zeide do jonge man by het overreiken van den sleutel aan vrouw Müllor, terwyl het bloed hem naar do wangen Bteeg. „Doch hier, in den regen, kan ik u de zaak niet verklaren; ga daarom mede naar uw kamer. Het is avond en uw meester zeker reeds lang ter ruste gegaan; dus hebt gy, hoop ik, een uurtje voor my over." Hy zoide hot weemoedig, blykbaar bedrukt, en dus kon zij niet anders dan dubbel hartelyk tegen hem, haar eenige, zyn. Zy sloo.t hem daarom haastig in haar armen en kuste hem teeder, waarna zy zeide: „O, myn Hans, heb ik niet myn geheele leven voor jou over? Wat je hier ook heen roort, je zyt my steeds welkom on al vondt 2(j ook norgens daarvoor deelneming, by my vindt gy die. En kom nu! Mynheer slaapt reeds, dus ben ik vry." Zy gingen liet huis binnen. Alles spiegelde daarin van netheid, ook de groote, vriendeiyko kamer, welke vrouw Muller nu reeds veel jaren bewoonde. Boven de ouderwetsche canapé, welke met een weefsel van zwart, glanzend paardenhaar was overtrokken, hing een tamelyk slecht geschilderd portret van een man. Daarop viel het eerst Hans' blik; hy groette het met hand en oogen. Het stelde zyn vader voor. „Ik heb op reis hierheen zyn graf bezocht," zeide Hans op weeken toon, terwyl hy een ^akportefeuille voor den dag haalde en daaruit eenige klimopbladeren nam, welke hy zyn moeder ter hand stelde. Zy drukte er haar lippen op. Een traan bevochtigde de bladoren, toen de vrouw zeide: „Dat je van je vaders graf komt, is voor my een bewys, dat gy my niets mee te doelen hebt, wat my' al te zeer zou kunnen hinderen. Maar ga nu zitten en rust. Je ziet er zeer moe en hongerig uit." De zoon drukte zich in een hoek van de sofa. Zyn moeder liep bedryvig heen en weer en spoedig stonden een flesch bier, brood, boter en koud vleescli voor hem. Hy at echter slechts weinig en nam oen paar haastige teugen, waarop hy het glas neerzette en de vork neerlegdo. „Laat my toch eerst spieken, moedor. Ik moet myn hart uitstorten vóór ik aan myn lichaam kan denken." „Spreek dan eerst en versterk je later, het is my alles goed, wanneer ik je maar weer zoo opgewekt en kalm zie, als gy eens geweest zyt." „Ik ben dat gewoonlyk nog, lieve moeder, doch in den laatsten tyd hebben opgewektheid en kalmte my verlaten." „En waarom? De armoede, dieikjoaanzie, heeft je toch vroeger niet gehinderd, jou, trotsch, hoogmoedig mensch, die niet eens van zyn moeder geld wilde aannemen." „Wyi gy, wat gy verdient en afzonderen kunt, zelf voor je ouden dag noodig hebt en wyi ik my nu eenmaal ingebeeld had, dat ik het alleen, geheel alleen tot iets moest brengen?" „Bij jouw beroep?" „Ziet ge, moederl Dat is reeds weer de verachting, welke gij voor mijn betrekking koestert!" viel hy haar heftig in de rede en ging voort: „Hoevelen hebben het met de kunst tot een vermogen gebracht 1" „Jy behoort niet tot die velen," zoide de zeer prozaïsch denkende vrouw Muller scherp en haar scherpte werd slechts door den blik vol medeiyden getemperd, welken zy op de schamele kleeding van haar zoon wierp. Hy glimlachte bitter. „Noen, ik behoor niet tot die velen," her haalde hy zuchtend en sprong plotseling op, terwyl zyn magere vingers door zyn weelderig haar woelden. „En nu, nu zou ik gaarne tot hon behoorenl" riep hy hart3tochtelyk. Zyn moeder keek verbaasd tot hem op. „Wat is er in je gevaren?" vroeg zy. „Je waart toch vroeger niet op gold verzot; hebt altyd slechts met de kunst gedweept, hebt nooit, nooit aan een ander levensgenot gedacht en zyt je brieven spreken er ten minste altyd van ondanks magere salarissen, gelukkig geweest." „Dat is zoo, moeder ja zoo was het tot tot ongeveer voor een jaar," antwoordde Hans Muller, die met haastige schreden door de kamer liep. „Tot ongeveer voor een jaar," herhaalde de vrouw, „en en waarom is hot dan nu niet meer zoo? Je hebt zeker ingezien, dat er in jou geen groot kunstenaar steekt, en „Neen, dat is het niet," viel hy haar in do rede. „Wel heb ik leeren inzien, dat het veel moeilyker is een goed tooneelspeler te zyn dan ik vroeger meende, maar ik wanhoop niet aan myzelven en ik houd nog evenveel van de kunst als vroeger al zal ik ook steeds slechts een van haar nederigste dienaren blyven." „Bevalt gy dus niet?" „O, toch wel één ten minste ben ik maar al te goed bevallen." „A, een vrouw heeft je dus zoo ontevreden gemaakt Vrouw Muller was nu zelve zeer ontevreden. Snel trokken de jaren aan haar geest voorby, waarin haar zoon de lieveling van haar goedhartigen, ouden gebieder was ge weest, die hom, tot haar trots on vreugde, had laten studeeren. Wat was dat een heer- lyke tyd geweest en welke verwachtingen had zy daaraan vastgeknoopt I En hoo geheel anders was alles gekomenOp zekeren dag, Hans had roeds in de hoogste klasse van het gymnasium gezeten, ging hy er eenvoudig van door, om na acht dagen te schryven, dat hy zich by een rondreizend tooneelgezelschap had aangesloten en er niet aan dacht naar het weinig aantrekkelyko, stille leven terug te keeren, waarin hy zich nooit gelukkig had gevoeld. In die voor haar zoo vreeselyke dagen bleek het hoe goed haar gebieder was. Do oude heer troostte haai* en hield haar voor, dat dikwyis een onweerstaanbare inneriyke drang een onstuimig, jong gemoed tot zulke stappen verleidde, maar dat dit daarom nog lang niet als verloren moest beschouwd worden. Ook dat het studiegeld verloren was, was niet waar, want de verkregen kennis kwam Hans ook op de wegen der kunst te stade, en wan neer het hem niet berouwde, dat hy voor den geest van den jongen had gezorgd, dan be hoefde zy zichzelve niot te verwyten, dat zy voor haar kind had aangenomen, wat voor hem geen opoffering was geweest. Men moest nu afwachten, of Hans zich niet in zyn talenten had vergist; het was mooi, dat hy voor elke verdere ondersteuning bedankt, ja door het geheimhouden van zyn verbiyfplaats die geheel onmogeiyk gemaakt had. Zoo had de heer Winkelmann indertyd zyn huishoudster getroost en daarna werd er niet verder over de zaak gesproken; maar vrouw Müllor merkte, dat haar vriondoiyke meester evenals zy zelve voortdurend aan Hans dacht en evenals zy vol verlangen naar bericht van hem uitzag, naar hot bericht: „Ik ben nu op den goeden weg en begin reeds naam te maken." Maar dat bericht kwam niet. Er kwam trouwens in meer dan twee jaren geen bericht van Hans; toen eindeiyk schreef hy, dat hy nog niet op rozen wandelde, doch dat de tooneelkunst hem in die mate aan trok, dat hy er nimmer aan zou denken, daarvan af te zien. Deze brief kwam uit een provinciestad, by welker theater Hans Muller geöngageerd was. En weer na verloop van twee jaren bezocht hy eens zy'n moeder en zyn weldoener. Hy word door beiden zeer hartelyk ontvangen en toon zyn kort verlof om was en hy weer moest vertrekken, deed hy het byna met een bezwaard hart, want zoo goed als by zyn moeder had hy hot in lang niet gehad. Hy wist nu ook, waarom de hoer Winkelmann zyn wegloopen van het gymnasium zoo zacht had beoordeeld. De oude lieer had indertyd op dezelfde wyzo gehandeld, doch hy moest weinig talent voor do kunst bezeten hobben, want hy had het by het theater nooit tot iets gebracht, en zoo het geluk hem niet op vergevorderden leeftyd goedgunstig ware geweest, dan zou hy zijn oudon dag niet zoo behaagiyk en onbezorgd hebben kunnen slyten. Mot een gerust geweten, wyl hy van de volkomen vergeving van zyn moeder en zyn weldoener verzekerd was, keerde Han» Muller daarop naar da plaats van zyn engagement terug. (Woréi tervdgêï

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1