N9.12262 Maandas; 13 Februari. A0. 1900 <f?e2e feousasA wordt dagelijks, met uitzondering van (Eon- en feestdagen, uitgegeven M Zuid-Airikaanscho Verecniging. Feuilleton. - - - PRIJS DEZER GOTKAJHTi Voor Leirlen por 8 maanden. t.fifc Franco per post», 1.40* Afzon clerlyke Nommers d 0.05/ PRUS DEB. AD V j&RTEN TIÜNl Va» !«»0 régels l.Oö. Iedere regel meer 0.17}. Grooter^ letters naar plaats ruimte Voor het incasseeren buiten de etad wordt f 0.06 berekend» Afdeeling Leiden en Omstreken, Door den Penningmeester is sinds de laatste opgave ontvangen: door bemiddeling van het Leidsch Dagblad Omdat de Fiepera, Fiet, Keesje on Pleuntje, niet thuis wsren 0.675 Op „een 20-jarig feestje van Jozef «n Saar van J. B.0.70 Van eTn gez-llig domino spelletje, omdat Mina zoo'n kiespijn had 0.40 Van -ie domino tafel van Hotel -Lio i o'Or"4.60 Onbekend 0.08 Bedragen kuanen worden toegezonden aan aen Penningmeester, Rembrandtstraat 19, of aan het Bureel van dit Blad. orüciëele Kenulsgevlngen. Ba gamceaier en Wathoudois v*n Leiden, Gceiüu de m inTe v*n de Gedeputeerde St-aten der provincie Z id- olUrd, d i. 6/V Februari jl., jB No. 6S7 (late af'.) O. 8. No. 30/2; Brengen bij dezo ter algemeone kennis, dat door een commiesie uit voornoemd ooilege, ter voldoening aan art. 2ó der Hindern-oi op Znterd&g S M.iart aaaat., 'a voormiddag» te eif nren, op het Riadhaia dezor gemeente gelegenheid zal worden gegev n ooi bezwaren in te brengen tegen de oprichting van tvroo eioomkoteie, perspompen on verdere inrichiiugen ten behoeve van het nieuwe Laboratorium voor organische ch mie, aan de Middelste straat van Yr.enyk, alhier. Burgemeester cn Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 10 Febr. 1900. VAN HEY8T, Secretaris. Leiden, 12 Februari. Blijkens een achterstaande advertentie heeft het bestuur van „Sempre Crescendo" th >ns, in plaats van mej. Pregi, geëngageerd: den heer Arthur Van Eweyk, bariton, uit Berlijn. Deze jonge zanger, geboortig uit Milwaukee in den Noord-Aaurikaanscbon Staat "Wiscon sin, heelt in den Uatsten tija veel van zich doen sprektn^Reeje in 1898 schreef een der grootste i-Qitacbe dagbladen (de „Vossische Zeitung") o. a. over hem: „Zyn stem klonk verrukkelijk schoon en week, en by legae een warmte en temperament van voordracht aan den dag, als nog nimmer te toreo. Sinds heeft zoowel z|jn stem aan adel en omvang als zyn voordracht a^n uitdrukking en voornaamheid belangrijk gewonnen. Bovendien is sinds Maart 1897 geen zanger meer als solist op „Sempre" opgetreden. Men verzuime dus niet dezen talentvollen zanger (3e „National Zeitung" noemde hem: eender beste Duitsche oratorium zangers) te gaan hooren. De aanbieding der inteekoniyst, geschorst na de quaestie met Mare. Pregi, zal morgen worden hervat. Den gemeenteraad worafc door B. cn Ws. aangecoden een staat van belasting schuldigen, voorkomende op het kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1899, cie de gemeente hebben verlaten of overleden zijn. Zy stellen voor afschrijving te verleenen op de aanslagen tot de bedragen, in dien staat vermeld. Tevens leggen zy over een vierde ljjst van reclames tegen de kohieren der plaatselijke directe belasting over 1899 (lste en 2de sup pletoirs kohieren) en stellen zij voor te hand haven de aanslagen van G. J. Koolemans Boynen en K. A. Rombach; en te verminde ren de aanslagen van W. J. M. Borst Pauwels met f 11.44; J. A. Kwisthout met f 3.79 en F. Paulides met f 0.81. T.r vervulling der vacature van 3de onderwijzeres aan de Openbare Meisjesschool lste klasse, ontstaan door het mot ingang van 15 Januari 11. aan mej C. Japikse verleend eervol ontslag, wofdt den gemeenteraad de volgende voordracht aangeboden: lo. mej. G. Zindel, 3de onoerwyzeres aan de lagere school der 4de klasse No. 2; 2o. mej. M. Da Vries, 3do onlerwyzerea aan de lagere school der 3de klasse No. 4; es 3o. mej. M. Klinkert, tijd-, lijk onderwijzeres aan de Meisjesschool lste klasse. Onder overlegging van het verzoek van den heer F. Van der Kloot, tegen welks inwilliging bij B. en We. geenerlei bezwaar bestaat, geren zij in overweging te besluiten het perceel Lokborststraat 20, met ingang van 15 Maart a. s., wederom voor den tijd van één jaar ala kaaspakhuis aan hem te verhuren voor de som van f 100 per jaar, en voorts onder de bestaaode voorwaarden. Zij ge»eo in overweging eveneens gunstig te beschikken op het verzoek van den heer Th. B. Van Wettum, om vrijstelling van de betaling van schoolgeld over het eerste kwartaal van den loopenden cursus voor zijn pupil J. Van Konijnenburg, die sinds 8 Jan. als lec-rling tot de Hoogere Burgerschool voor Jongens is to-gelaten. De Commissie van Fiuanción heeft tegen den in haar handen gesteleen staat van af- en overschrijving van de dienstdoende Schut terij, dienst 1899, ^eon beienkiogen. Teil gevolge van oe ongesteldheid van dr. D. De Loos werd door B. en Ws. ingevolge art. 16 der Verordening van 5 Juni 1879 by besluit van 9 November 1899, op voor dracht van curatoren en met goedkeuring van don Inspecteur, het onderwijs in de scheikunde aan het gymnasium tijdelijk opgedragen aan den heer P. J. Montagne, Ciiem. Doet. alhier, tegQQ een vergoeding van f 2.50 per lesuur. Krachtens het derde lid van bovengenoemd artikel behoelt echter zulk een oporacht, wanneer zij voor onbepaalden tijd is geschied en later bljjkt, dat de tijdelijke waarneming langer dan drie maan jen zal moeten duren, de bekrachtiging van den Gemeenteraad en de goedkeuring van den Minister van Binnen- lanjsch© Zaken. Aangezien nu de gezondheidstoestand van dr. De Loos hem niet veroorlooft zijn lessen te hervatten cn oe termijn van rio maanden, gedurende welken de heer Montagne mot bet onderwijs in ce scheikunde is belast, weldra zal zijn verstreken, geven B. en Ws oen gemeenteraad in overweging de tijdelijke be noeming van den heer Mo itagne tot leeraar in ce scheikunde tegen een vergoeding van f 2.50 per lesuur met '6 Raads goeokeuring te bekrachtigen. Tevens 6tellen zij voor over te gaan tot vaststelling van een staat van af- en over schrijving, dienst 1900, ten bedrage van f 75, ten einde in de kosten der waarneming te voorzien tot 1 Mei a. e., tegen welken datum door dr. De Loos eervol ontslag uit zijn betrekkiDg is aangevraagd. Op den post voor Onvoorziene Uitgaven zijn thans nog f 36,312 beschikbaar. Verder is tydens oe ongesteldheid van dr. De Loos het onderwijs in de scheikunde am de Hoogere Burgerschool voor Jongens ten deele opgedragen aan dr. Klobtie. Toen even wel bleek, dat dr. De Loos zijn lessen voors hands niet zou kuDnen horvatten en tevens er. Klobbie door ongesteldheid verhinderd werd enkele lessen te geveD, achtte de Com missie van Toezicht de tijdelijke opdracht van een gedeelte van het onderwijs in de scheikunde aan een anderen leeraar nood zakelijk, omdat de andere bezigheden van dr. Klobbie dozen beletten meer lesuren aan de Hoogere Burgerschool op zich te nemen; en dit te meer, waar uitbreiding van de lessen 1q de scheikunde zou kunnen noodig bljjken om bet verzuimde in te halen. Dientengevolge werd op voorstel der Cocamissie en met goed keuring van oen Minister van Ëionenlandsche Zaken en van een Inspecteur van het*M. O., het onderwijs in oe scheikunde in de 4de klasse en de leiding van de practische oefe ningen in de 4de en 5de klasse opgedragen aan den heer G. M. Rutten, doctorandus in oe scheikunie, alhier, tegen de gewone be looning van f 2 50 per lesuur, terwijl hem later, wanneer oat noodig bljjkt, no,' meer lesuren zullen kunnen worden opgedragen. Op grond van het bovenstaande geven B. en Ws. tevens in overweging huu te machtigen tot de uitgaven, welke met deze voorziening in het onderwijs zullen gepaard gaan, terwjjl zjj te zjjn6r tyd, waoneer de werkelijke uit gaven zulien vaststaan, een voorstel tot rege ling dier uitgaven op de be?rootiog van het loopende dienstjaar zullen iadienen. Opni uw werd om advies in handen der commissie van financiën gesteld het coor den heer A. J. Van Hoeken J Jzn. ingo oiende voorstel tot wijziging der Verordening op de heffing van een plaatselijke directe belasting, waarvan de behandeling in de gemeenteraadszitting van 1 Dec. 1898 werd aaogehoudeu. De laatstelijk gewissel 'e stukken het verslag van Burg. en Weths. van 28 Dec. 1898 en de nota van den beer Vau Hoeken van 15 Jan. 1900 zijn door de commissie met alle aandacht overwogen. Doch daardoor is geen wijziging gekomen ia het gevovlen, neergelegd in haar vorige advies van 8 O.to >er 1898. De commissie bljjft van meening, dat aan het voorstel v n een heer Van Hoeken, al moge het in het algemeen wenscheljjk kunnen ge noemd worden, ernstige bezwaren zjjn ver bonden, die de aanneming stellig moeten doen ontraden. In 'e Raads vergadering van 1 Dec. 1898 werd de wensch uitgesproken, dat de te nemen proef over ten minste twee jaren zou loopen. De commissie zou, met de er?* ring van 1899 voor oogen, meenen, dat daar toe alle8ziu8 aanleiding bestaat, en hoopt, dat Burg. en Wetbs. geen bezwaar zullen maken in 1900 op dezelfde wijze voort te gaan. Zjj geeft dus in overweging: lo. B. en Ws. uit ts noodigen, met voort zetting der in 1899 genomen proef, ook bjj de behandeling van heit kohier der plaatselijke directe belasting over 1900, ingeval van toepassiüg van art. 15 der Verordening, den belastingschuldige in de gelegenheid te stellen, schriftelijk zün bezwaren in te brengen en waoneer daartoe naar hun meening aanleiding bestaat, den reclamant nog nader mondeling te hooren; 2o. B. en Ws. uit te noodigen, van den uitslag dezer proef mededeeliug te doen aan den Raad; 3o. de behandeling van het voorstel van den heer Van Honken inmiddels aan te houden. De rederijkerskamer „West Frisia", van Hoorn, behaalde in den tooneelwedstrjjd van „Jacob Cats" gisteravond zeor veel succes. Na het treurspel „Medea" werden de optre denden viermaal teruggeroepen. Ook het blij spel „De koopman in oudheden" vond veel bjjval. De Schouwburg was uitverkocht. Naar wjj vernemen, bevat het programma der Liedertafel „Arioa" 4 nummers lste uit- voeriog, o. a. „De Visscbers," verplicht koor bjj het internationaal concours bjj gelegenheid van de Vau-Dyck-fessten te Antwerpen in Augustus. 1899. „Quintette", pour piano et instruments a coroes van Jan Blockx. „Der Reiter und sein Lieb"was verplicht koor bjj het concours te Kassei ooder be scherming van Z. M. den Duitschen Keizer, en „Transvaal en Nederland", uitgegeven ge heel ten voordeele van de Boeren in Zuid- Afrika. Hare Majesteiten de Koninginnen zijn voornemens 14 Februari a. 8. het Casinobal in het „Hotel den Ouuen Doden" te 's-Graven- bage met Haar tegen wooraigbeid te vor eeren. De gezant van Ooatenrjjk Hongarije by on3 Hof, de heer Ocolyceanyi, gaf Zaterdag een diner voor hoofden van vreemde missiën en leden der Hofhouding. Met 1 Mei zal de gezant zyo tegenwoordige wooing in het Lange Voorhout verlaten, vermits met dien datum het Rgatiegebouw ia eigendom overgaat van het Schilderkundig Genootschap „Bulcbri Studio", dat het tot kunst- en byeenkomstzalen laat verbouwen. Te Assen is overleden jhr. mr. A. W. Van Holthe tot Echten, oie daar van 1854 tot 1899 als notaris werkzaam wa6. Hy maakte zich zeer verdiensteiyk ten aanzien van landontgioning en kanalisatie in de Drentsche veenstreken. De gezon Jheiostoestand van den heer M. Kingma Hzn Staatsraad i. b.g. d., enz., te Sneek, die sodert eenigen tyd veel te wenschen overlaat, is thans zoodanig verergerd, dat het einde elk oogenblik te gemoet kan worden gezien. Wegens kanker in den slok darm kan geen voedsel meer genuttigd worden. Jhr. mr. H. Van Wöede, benoemd minister resident te Lissabon, zal voor belang hebbenden aan het Departement van Buiten- landsche Zaken te spreken zgn op Dinsdag cn Woensdag 13 en 14 Februari, van dos voormiddags tien tot des namiddags één uur. Bedankt is voor het beroep naar de Ned.-Herv. Gem. te Wagenborgen (toez.) door ds. G. Van Wyhe, te Voorhout. H. M. de Koningin en H. M. de Koningin- Moeder waren gistervoormiddag tegenwoordig by de godsdienstoefening in de Kloosterkerk te 's Gravenhage, onder gehoor van ds. Van Gheel Gilcemeester. De liederavond van Tilly Koenen en Ant. Tierie in Den Haag Zaterdagavond werd bezocht door H.H. M.M. de Koningionen. Precies te acht uren verschenen H.H. M.M. in de stampvolle zaal. Het programma bevatte liederen van Carissini, Brandts Buys, Wein- gartner, Van Rennes e. a. De Vorstinnen woonden het concert tot het einde by. Na het laatste nummer was het succes van dien aard, dat de concertgevers genoodzaakt waren een bisnummer te geven: het oude Wilhelmus, hetwelk een daverend applaus uitlokte. Nadat de Koninglnnea vertrokken waren, bleef het applaus zoo lang aanhouden, cat de concertgevers andermaal op het podium verschenen 6n nog een bisnummer gaven. Daar H.H. M.M. particuliere concerten als deze hoogst zelden met haar tegenwoordig heid vereeren, kan het bezoek der Vorstionen als een booge eer voor de concertgevera worden beschouwd. Aangezien de zaal geheel uitverkocht was, zullen Tilly Koenen en Ant. Tierie In Den Haag waarschyalyk een tweeden avond geven. Omtrent do uitvoering van Bach's „Dia H-moll M:sse", gisternamiddag in de Nieuwa Luthersche Kerk te Amsterdam ooor de zang- vereeniging der afd. Leiden van de My. tot Bev. der Toonkunst, toont de „Tel." in het verslag eerst aan waarom dit werk veel, zeer veel toewyding vereischt van de uitvoerenden. Hst leeuwenaandeel is het koor toebedeeld en met groote toewyding kweet het zich van zyn taak. Met groote zekerheid en met ge lukkige intonatie werd byv. de dubbelfuga bonae voluntatis in het gloria uitgevoerd. Ook de heer Tyssen en mevr. Haas (alt) waren zeer gelukkig. Het schip der kerk was geheel gevuld, zoodat menigeen zich met een plaats moest vergenoegen waar do tooa- golven langs kronkelwegen het oor bereikten. De acustiek kan soms leelyke parten spelen en bet is niet onmogaiyk, dat ten gevolge daarvan de zang van mevr. Noordewier, die overigens met baar krachtige stem een overweldigenden indruk maakte, nogal een enkele maal op niet vreedzamen voet met do uiapasoo verkeerde. Vooral bet „Laudamus te," waarby de heer Veerman goed in den styl en met mooien toon den viool solo ver vulde, leed daar zeer onder. Ook den anderen solistea worden woorden van lof geschonken. De minister van buitealaodsche zaken geeft 27 dezer in Den Haag wederom een diner aan leden van het diplomatieke corps en andere genoodigden. Oorlog eu Vrede. 2) De heerlyke omgeving, met de roman tische dalen en mooie bosschen tusschen de rotsen en bergen, bood gelegenheid aan ,'tot prachtige wandelingen, en de kapitein kon er het jachtgeweer lustig laten knallen. De eenvoudige, met weinig tevreden menschen bidden op „Cb&teau Pernette," aan den zoom van het prachtige bosch, een kalm, genoagiyk leven tot nu plotseling de oorlogsstorm hm kalme rust kwam verstoren en aan de idylle met één slag e9n einde maakte. Mon verwachtte juist binnenkort het bezoek van Victor, die oen paar weken verlof kreeg, .en de ouders voedden in stilte hoop, dat dit ibezoek mocht leiden tot vervulling van hun wensch: een verbintenis tusschen hun zoon '©n hun nicht Jeanne. De heer Parmentier, oorspronkeiyk van jPfalzburg, bewoonde nu te Ch&tillon, waar izyn vrouw thuis behoorde, een fraaie villa, 'te midden van uitgestrekte wynborgen. Ook iom Pfalzburg, waarheen hy elk jaar kwam, Tjezat hy veel landeryen; hy gold voor een ryk man. I Jeanne en haar byna even oude broeder <Maxime, die ook als officier diende, waren ■zyn eonige kinderen. De graad van bloedver wantschap tusschen de Hoflers en de Par- tnentiera was zeer ver; maar Jeanne en Jo^épLine outmoatton elkaar in hetzelfde pensionnaat, sloten vriendschap, en dienten gevolge werden de banden vaster aangeknoopt. Joanne logeerde sedert eiken zomer een poos op „Ch&teau Pernetto", waar zy zeer gaarne was. Ditmaal zou zy voor het eerst ook neef Victor ontmoeten, en zy was zser nieuwsgierig naar den jongen officier, die reeds in -Afrika het Legioen van Eer had veroverd. Doch daar barstte de oorlogsstorm los, en weggevaagd door zyn killen adem werd alle hoop van de vreedzame familie. De kapitein vergat spoedig de teleurstelling; hy werd geheel in beslag genomen door de gebeurtenissen. Eiken dag, soms twee-, drle- maleD, ging hy naar Pfalzburg, om van majoor Tailland, zyn ouden vriend en wapenbroeder, nieuws te vernemeo, en hy vergezelde den majoor by de inspectie der vestingwerken, die in alleryl in staat van verdediging werden gebracht; hy gaf wenken en raadgevingen aan de jonge officieren en was overal te vinden, waar eenige toebereidselen werden gemaakt. In het café „Róunion", op het markt plein, verzamelde hy steeds een aantal toe hoorders om zich heeD, die geestdriftig luisterden naar zyn verhalen over Frankryks wapenroem. In het café „Lebau", waar meerde oudere officieren kwamen, hield hy krygskundigo voordrachten, en in het hotel „De Stad Bazel" soupeerde hy soms met de jongere officieren, om nieuws van het oorlogsterrein machtig te worden. Kortom, er was in die dagen geen mensch te Pfalzburg, die het zoo druk had als de kapitein, en de garnizoens-commandant zoowel als diens adjudant, wien het hoofd omliep, kregen een schrik, als zy den gepensionneerden officier zagen aankomen met zyn vragen en raadgevingen, en zy liepen gaarne een straatje om, ten einde hem te ontwyken. Ook dezen morgen onttrok de commandant zich aan den praatlustigen man door de vlucht, hem toeroepend: „Geen oogenblik tyd, kapitein 1 Er is bericht gekomen, dat er heden een beslissend gevecht bjj Reichshofen te wachten is I" Eer do kapitoia nadere byzondorheden kon vragen, was de commandant al verdwenen. Slecht gehumeurd stapte HofFor het café „Róunion" binnen, waar hy een aantal officieren vond, iu druk gesprek over de ontvangen depeche, welke meldde, dat sedert den vroegen morgen in de nabybeid van Worth en Reichs hofen werd gevochteü. Byzonderheden over den slag ontbraken nog. Kapitein Hoffer dacht er niet aan, naar „Pernette" terug te keeron; hy bleef te Pfalzburg, en met zyn gedachten was de oud soldaat by de troepen van Mac Mahon, die by dit gevecht betrokken moesten zyn. Eu by die troepen was nu zyn zoon Victor. O, het zou een dóg van glorio worden voor het Fransche leger, voor den maarschalk, voor zyn zoonl Eer de zon, die heeriyk scheen achter de groene bergen der Vogeozen, ver dween, zou zy de zegevierende adelaars van het Fransche leger kussen, en, zooals er gesproken werd van „de zou van Austerlitz", zou er in later tyden gesproken worden van „de zon van Reichshofen". Uur na uur verliep, zonder dat een tyding ontvangen werd door den commandant. Tegen den avond echter liep er een vaag gerucht: De Franschen hadden oen nederlaag geleden l Niemand wist, van waar dat gerucht kwam, noch wie het had verspreid; eerst werd het gefluisterd, toen zacht gezegd, en eindeiyk riep men elkander luide toe, dat het leger van maarschalk Mac Mahon geslagen was. De menschen keken elkandor verslagen aan; de officieren snelden naar de kazernes, de burgers bewogen zich in de straten; er heerschte een drukkende onzekerheid, een angstig voorgevoel van naderend ongeluk. Voor de hoofdwacht was voortdurend een groote menigte verzameld; ook Hoffer was daar, en mot toornige gebaren trachtte hy den menschen aan het verstand te brengen, dat een nederlaag van het Fransche leger ondenkbaar was. Doch er werd niet meer naar hem geluisterd; men staarde naar de ver lichte vensters van het bureau, waar majoor Tailland en zyn adjudant aan het werk waren. Het volk werd ongeduldig, zoodat de schild wachten moeite haddeD, do opdringenden terug te houden; er dreigde zelfs een vecht- party te ontstaan.... Daar ging de deur openmajoor Tailland en zyn adjudant traden naar buiten. De oude krygsman stak de hand op, en dadeiyk werd het stil. „Ik moet u mededoelon, medeburgers," sprak de nnjoor met heldere, vèr klinkende stem, „dat maarschalk Mac Mahon een slag verloren heeft. Over de grootte der nederlaag heb ik zelf nog geen bericht. Ik verzoek u, da rust te bewareD. Morgen vroeg hoop ik u nadere byzonderheden te kunnen mededeelen." „Leve Frankrykl" riep een stem, en juichend stemde de menigte in met dezen kreet. Doch Hoffer kon niet meedoen; zyn braaf, dapper hart was diep getroffen door eon zoo geheel onverwachte tyding, en hy vreesde erger nog voor de toekomst. Hy verliet de stad en wandelde langzaam naar zyn landeiyk verblyf. 11. Op „Cb&teau Pernette*' wachtte men den heer des huizes met ongeduld, daar ook hier reeds de noodlottige tyding was doorgedrongen. Tegen den avond begaven de dames zich in de mooie laan van platanen, „Allóe des Dames" genoemd, welke het landgoed met den grooten weg verbond. Zwygend liepen zy op en neer, telkens uitkykend naar den kapitein. Eindeiyk de maan was al op zagen ze hem komeD, da hooge gestalte gebogen, langzaam, vermoeid voortwandelend, zwaar leunend op zyn stok. „Henri, is het waar, heeft de maarschalk een slag verloren?" vroeg mevrouw Hoffer zenuwachtig, terwyi de meisjes angstig dea ouden man aanzageQ. \Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1