PI', 1223b Donderdag 1£> Januari. A°. 1900 feze gourant wordt dagelijks, met aitzoadsring van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. .Burgerlijke Stand van Leiden. Feuilleton. Droeve dageu. I DSCH PRIJS DEZER COTRAHT» Voor Leidon par 8 maanden. Franco per post afzonderlyko Nommers t 1.10. 1.10. 0.05. PRIJS DER AiiVWK'l'HIM'l'l MKTt VaD 1—0 regel3 f 1.05. Ieder© regel meer f 0.17£. Grooter© lettere naar plaatsruimte Voor het incasseeren buitaD de stad wordt f 0.06 berekend. 1 '"J Tweede Blad. TWEEDE KUIER. Een wetsontwerp is ingediend tot wijziging ▼an art. 240c en art. 243 der Gemeentewet. De wijziging van art. 240c strekt om de woorden „naar de vertering" in het artikel te laten vervallen. Indien toch alle gemeente lijke directe belastingen, ook die, welke geheven worden naar grondslagen, ontleend aan den uiterliJken staat, als inkomsten belastingen moeten worden beschouwd, gaat het naar het oordeel der Regeering niet aan in art. 240c nog te gewagen van belastingen naar de vertering. De redactie van art. 243 is in overeen stemming gebracht met den werkelyken toe stand. Er zijn toch wel plaatselijke belastingen, waarbij niet het inkomen als zoodanig, maar de vertering de grondslag i6, maar deze belastingen worden toch altijd geheven naar een zeker denkbeeldig inkomen, berekend naar grondslagen, ontleend aan den uiterlyken staat. Classificatie is ook volgens het voorstel der Regeering gooorloofd, mits de verdeeüng der lasten daarbij slechts weinig verschilt met die, welke bij toepassing van de gestelde regelen zou worden verkregen. Vergelding van tijdelijke diensten met pensioen Dit wetsontwerp heeft ten doel om voor ziening aan te Irengen in gebleken gebreken der Wet van 27 Juni 1898. In ait. 4 van vorengenoemde wet wordt thans bepaald, dat voor de bij het in werking treden dezer wet in dienst zijnde vaste amb tenaren, die vroeger krachtens aanstelling „tijdelijke diensten hebben bewezen in betrek kingen als bedoeld in art. 9a der burgerlijke pensioenwet, deze tijdelijke diensten bij de regeling-van hun pensioen in aanmerking komen, indieDdie ambtenaren zich vóór 1 Juli 1900 schriftelijk zullen hebben verbondon tot betaling der daarvoor verschuldigde bij drage. y De tydel\jke diensten als ambtenaar bij de Rijksgestichten Ommerschans en Veenhuizon en bij Rijkswerkinrichtingen bewezon door hen, wier tydélykè dienst als zooianig door een vaste aanstelling is gevolgd, zullen bij de regeling van hun p.nsioen als'diensttijd in aanmerking komen zonder dat deswege eenige bijdrage door hen verschuldigd is. By 'aanneming worct de wet geacht in werking te zijn getreden op 1 Juli 1898. Drinkwaterleiding voor Soerabaia. Voor den aanleg van een drinkwaterleiding ▼oor Soerabaia wordt voor 1900 een bedrag aangevraagd van f 400,000, waarvan f 100,000 voor werkzaamheden in Indië en f 300,000 voor aanschaffing en - ui zending van uit Europa te verkrijgen benoodigdheden. Naturalisation. Ter naturalisatie zijn voorgedragen M. H. J. Chorus, grondeigenaar te Brunssum; H. L. Hanno, koopman te Rotterdam; B. Dijckhoff, koopman te Utrecht; J. Mohr, hoofdopzichter der domaniale mijnen te Kerkrade; C. F. W. Krohn, gemeeDte-veldwacbt'.r te Haarlemmer- liede; E. H. Malseh, directeur der Nod. cacaofabriek te Helmond; P. W. Klaps, koop man te Yenloo; J. Pollak, off. v. gezondh der lste kl. by het N. O.-I. leger te Leiden; C. Spangenthal, fabrikant te Amsterdam. KOLONIËN. BATAVIA, 6-12 December. Uit Laboean werd 7 Dec. aan de „J.-B." geseind: Mat Saleh heeft met een bende van 200 man nabjj Papar een sterke benting betrokken. Er is een macht van 40 gewapende politie ambtenaren afgezonden om hem te be6tryden. Uit Buitenzorg werd op 11 Dec. gemeld: De hedenochtend van hier vertrokken snel trein zit naby Tjlbadak vast tuaschen twee aardstortingen. Uit de Preanger zyn bier heden nog geen treinen aangekomen. Alles is naar Tjihadak gesneld om de gevangenen te be- vryöen en de hindernis op te ruimen. De „Locomotief" meldt, dat voor den dienst der Staatsspoorwegen op Java in het begin van November de eerste twee van acht zware bergiyn locomotieven uit Holland naar Tandjong-Priok zyn verzonden. Deze locomo tieven zyn bestemd voor do doorgaande per sonen treinen (sneltreinen) op het lyngedeelte Buitenzorg Maos. Zy zyn zwaarder en sterker dan de grootste locomotieven, die nu op Java loopen. Men deelt aan de „J.-B." medo, dat de commissie van beheer der Koningin Emma- stichting in hare vergadering van 4 December zich heeft geconstitueerd en dat tot voor zitter, penningmeester en secretaris zyn ver- Lozen de heeren mr. Th. H. De Meester, J. Reysenbach en J. A. Van Delden. Volgens bericht van den resident van Besoeki heeft hot op den 29sten November in de dessa Sosmbermalang (afdeeling Besoeki) gedurende circa een half uur gehageld, ter- wyi door den daarmede gepaard gaanden hevigen wind drie inlandsche woningen zyn ingestort. Blykens een onder dagteekening van S December afgezondeo telegram van den resi dent van Amtoina werden op West-Ceram een paar personen gesneld en heerschte op Klein-Kei spanning tusschen Mohamedanen en Christenen. Overigens was do politieke toestand voldoende en de gezondheidstoestand goed. Door den Gouverneur-Generaal van Ned.-Iudië zijn de volgende beschikkingen genomen: CIVIEL DEPARTEMENT. Ontslagen: Wegens ziokte eervol uit zijn betiokking, de 2de commies bij de algemeene rekenkamor K. L. Van Lingon. Benoemd: Tot adspirant-houtvester bij het boschwezen op Java en Madoera, H. Ten Oever, gesteld ter beschikking van den Gouverneur- Generaal van Nederlandsch-Indië, om te worden benoemd tot technisch ambtenaar bij het bosch wezen. Bij den aanleg van Staatsspoorwegen. Geplaatst: Op de lijn Kalisat-Banioewangi de opzichter 2de kl. H. L. Leijdie Melville. Bij het boschwezen op Java en Madoera Benoemd: Tot leerling-opziener A. Acker- mann, particulier, met bepaling, dat hy geplaatst wordt in het boschdistrict Toeban. Overgeplaatst: Van het boschdistrict Toeban naar het boschdistrict Grobogan de op ziener R. A. Steinfort; van het boschdistrict Bodjonegoro naar het boschdistrict Toeban de leerling-opziener J. G. Schijdegger. Belast: Met het beheer over het boschdistrict Todanan met de dessa PadakaD (district Ngawen, residentie Rembang) als standplaats, de benoemde houtvester J. Cli. Schouwenburg. Verleend: Wegens langdurigen diensteen jaar verlof naar Europa, aan don controleur 2de kl. bij het binned, bestuur op Java en Madoera J. P. W. Houtman. Bij don burg. geneesk. dienst. Benoemd: Tot stadsvroedvrouw te Semarang A. M. W. E. Jansz, geboren Binkhuijzen. Bij den waterstaat en 'a lande B. O. W. Benoemd: Tot ingenieur 3de kl. de ambtenaar op wachtgeld M. A. Van Oort; Ontslagen: Op verzoek eervol uit 's lands dienst, de klerk by net'post- e'n telegraafkantoor to Soerabaia, C. Ch. Gips,, met bepaling, dat dit ontshg wordt geacht te zijn ingegaan op 10 December 1899; met ingang van 6 Jan. 1909, op verzoek wegens ziekte, eervol uit zynbetrekking, de opzichter lste klasse bij den waterstaat en 's lands b. o. w. G. Rapp. Ontslagen: Op verzeek eervol uit 'slands dienst, de verificatour 4de kl. bij de in- en uitvoer rechten en accijnzen te Balawan (Oostkust van Sumatra), R A. L. Robert. DEPARTEMENT VAN OORLOG. Verleend: Een maaud verlof wegen3 ziekte naar Salatiga, aan den lsten luit. bij het 5de bat. F. J. Bleeker. Ontslagen: Eervol uit 's lands dienst de gewezen teekenaar lste kl. bij dea artillerie con structiewinkel te Soerabaia J. J. Manz. Overgeplaatst: Van den genie-dienst te Semarang by dien te Baras, de lste luit. der genie P. L. De Gaay Fortman. Bij het wapen der geuie. Overgeplaatst: Aan de werken te Baros bij die te Semarang de militaue opzichter der genie lste kl. adjudant onderoffic. J. S. G. Reynders. Bij bet wapen der artillerie. Bevorderd: Tot majoor, de kapitein J. G. Van Kooten; tot kapitein, de lste luit. L. Tielenius Kruythoff. DEPARTEMENT VAN MARINE. Gedeta cheerde Met ingung-van 4 Februari 1900 naar Europa, do hoofdingenieur, eerstaanwezend jugo- meur bij hot marine-etablissement te Soerabaja, H. Siebers. Bij het marine etablissement te Soerabaja: Benoemd: Met iügang van 1 Januari 1900 lot directeur, de op \erzook eervol uit Hr. Ms. zeedienst ontslageu kapitein ter zee bij de konink lijke Nederlaudscbe marine, H. Veldhuyzen. thans belast met de waarneming der eerstgenoemde be trekking. Ingetrokken: Met ingang van 31 December 1899, de detacheering van den luit. ter zee der lste kl. bij de koninklijke Nederlandsohe marine W. Houwing. Gedetacheerd: Met ingang van 1 Jannari 1900, de luit. ter zee dor lste kl. bij de Koninklijko Nederlandsche marine K. J. Karseboom, ten einde de betrekking te vullen van onder-equipagemeester bij genoemde inricbtiDg. Opgave van passagiors van Batavia vertrokken per stoomschip .Prinses Amalia™ naar Genua en Amsterdam; gepensioneerde onderwijzer lste klasse H. D. J. Rijnenboig met echtg. en 6 kinderen, predik, der Frot. gemeente J. H. Ch.. Israël met echtg. en 3 dochters, Stok en echt., 2deJuit. inf. H. YV. Hcnnus en echtgv; lste luit. inf. P. F. M. Dammers met echtg. on 2kinderen, kapt. gon. staf Spillet en echtg., D. L. Graadt van Iloggen en kindje, L. Broekhuizen, J. Staal, J. S. Hartog en zoontje, G. C. De Vaynès van Brakèl Buijs, E. Jaworski, F. Newolski, N. G. Van den Akker, F. Lieftinck; te Padang embarkeeren: luit. Sandberg met echtg. en kind; naar Padang; H. J. Meertens, C. Stolz met echtg. en kind. BEVALLENM. Vincourt gob. Ram D. J. Betgen geb. Ligtvoet Z. M. W. Tuithof geb. Uljee Z. C. M. De Roos geb. WijckhuyzeZ. J. Kruit geb. v. d. Berg Z. M. v. d. Reyden geb. v. Gelder Z. A. Mulder geb. Verkaden Z. E. J. M. Aalberse geb. Schmier D. W. De Koode geb. Staffeleu D. M Susan geb. De Vroede Z. Smits geb. Hengstmengel L>. H. Horree geb. Blankwaardt Z. J. Brier geb. Geeben D. A. v. d. Staay geb. De Vogel D. A. C. v. Wouden berg geb. Van Ovost D. M. Jansen geb. Pad dist Z. A. M. Sabron geb. Ilissink D. L. Fallaux geb. Prommel Z. A. E. v. d. Worm geb. Keyzer Z. M. Peter geb. v. d. Linden Z. M. M. A. Humme geb. Rozeboom Z. M. A. Westerveld geb. Sloots Z. J. Korenbof geb. Tegelaar D. C. Dirkse geb. Van Ulden Z. E. Pbilippo geb. Dreef Z. GEHUWD: F. H. J. Driessen w. 53 j. en A. H. flartwijk jd. 39 j. OVERLEDEN F. J. Blankert Z. 54 j. - C. M. Hasselbach geb. Dekker V. 87 j. A. WJllems geb. Meyer V. 52 j. A. J. YVeyers geb. Ziok- veyl W. 78 j. L. Schlichter M. G5 j A. J. Kors M. 57 j. J. Neuteboom geb. Van der Beek V. 29 j. P. L. Rijnders Z. 71 j. A. S Q. Zaalberg D. 69 j. H. J. G. Kroon Z. 18 j. J. Lambenon geb. Leuering \V. 76 j. J.J. YVyling Z. 3 m. M. De Best Z. 4 m. J. De HaaaM. 67 j. F. W. Melot Z. 69 j. E. H. Rodbard D. 72 j. P. J. Boers Z. 50 j. H. J. Cornelissen Z. 3 w. M. Caben M. 58 j. J. Teske Z. 43 j. E. Bekooij, geb. Bavelaar W. 79 j. J. M. De Gunst geb v. d. Ueyden V. 74 j. A. Tegelaar Z. 20 j. A. A. J. eldhuizen geb. Weel D. levenl. M. Hoogkamer D. 19 j. W. J. Ouds hoorn M. 75 j. A. M. Van der Stok geb. Steen man V. 40 j. J. De MunDik M. 69 j. 0. M. Oosterman geb. Van der Windt D. levenl. BODEGRAVEN. Bevallen: J. Oosterom geb. Rijvers D. J. Blonk geb. UogeDdooro Z. D. Esveld geb. Van Leeuwen D. M. Griffioen geb. Wijnstok Z. A. Van Dam geb. Verburg Z. Gehuwd: A. Den Uijl, wodr. van M. Yloogen- doorn, 33 j. eu J. Van Donk, 22 j. C. A. De Klerk, jm. 27 j. en C. Bunnik, jd. 23 j. J. J. Bardelmeyer, jm. 22 j. en A. De Bruin, jd. 25 j. NIEUWKOOP. Bevallen: tl. Van Middelkoop geb. Sonneberg D. Overleden: C. vau Leeuwen, echtg van S. Otto, 65 j. Corn. Weerdoburg, D. 2 j. F. Brusse, echtg van G. Brons, 31 j. A. Van Dam, wed. van C. Brusse, 63 j. NOOR D YV IJKER HOU 1'. Geboren: Hendrika CathnriDa, D. van N. J. Alkemade en C. Bergman. Overleden: Th. \ran don Berg, 81 j., wednr. van M. Van der Voort. OUDSllOORN. Bevallen: J. J. Dillo geb. Van YVinkel, D. Overleden: N. M. Ketel, D. 6 m. TER-AaR. Bevallen: S. A. Koopman geb. Kosting, Z. M. J. Lommerse gob. Egberts, D. ZEVENHOVExN. Overleden: P. H. J. Spren- ger, 14 m. Staat der bevolking van (le gemeente Sassen luim. Aantal inwoners op 1 Jan. 1899. Gemengd Nieuws. M. V. Tot. 1899 944 912 1856 Bygekomen door geboorte 3? 44 81 vestiging 94 111 205 Totaal 1075 1067 2142 Vermin, door overlyden 17 23 40 vertrek Totaal Eindtotaal op 1 Januari 1900 79 91 170 96 114 210 979 953 1932 D9 papegaai der Koningin. Ter gelegenheid van het nieuwe jaar wilde de Koningin van België zekeren knanp, aan wiens vader zy verplichtingen had, een papegaai ten geschenke geven. Er werd er een ont boden, maar men stelle zich de ontzetting van het Hofpersoneel voor, toen het ci9r, nauwelyks ten paleize aangekomen, luidkeels begon te schreeuwen: „Weg met den Koning! Weg met den kartonnen Koning l Leve de Republiek 1" De Koningin had den vogel nog niet gezien of gehoord en men was op het punt hem to doodeo, toen H. M. tusschenbeide kwam. Meu zou beproeven het beest te bekeeren. Dit is wondervol gelukt: het is reeds in handen van zyn nieuwen eigenaar en houdt niet op „Leve de Koningl" en „Leve de Koninginl" te roepen. By.Privas (Frankryk) zyn Zondag avond drie mannen en een jongen met een door twee paarden getrokken wagentjs van een steilte gestort. De mannen bleven op do plaats dood; de jongen had een gebroken been. Een der omgekomenen was vader van zeven kinderen. Aaneenschakeling van ongeluk ken. Hot oudste lid des Franschen Senaats, de heer Vallon, de vader der Constitutie, ver zocht Zondagmiddag in de bibliotheekzaal den bode Merlier, terwyl deze met den journalst Cblncholle stond te praten, hem zeker boek deel aan te reiken. Het was al donker en Merlier klom, een kaars in de hand, op een stoel, kreeg het verlangde werk, maar ver loor by het afstappen het evenwicht, zoodat bode, kaars, boek en stoei over den grond tuimelden. De ruim zeven en tachtigjarig© Senator liet zich in een armstoel zakken en verloor van schrik het bewustzijn. Da vlana mende kaars dreigde het vloerkleed vuur t© doen vatten, maar Chincholle trapte haar uit. Op het geschreeuw van Merlier schoten verschillende personen toe en b-urden hem op; hy bleek den arm te hebben gebroken, Luid gilleud werd hy, met behulp zijner vrouw, naar bun vertrekken geleid, terwijl twee Senatoren den heer Wallon voor het vuur schoven en met thee en rum bijbrachten. Thans heeft men -op het land goed van dokter Noach te Lyon ook den voet en den rechterarm van do in stukken ge sneden vrouw teruggevonden. Daardoor is dokttr Lacaisagne in staat gesteld te ver- eonigen het lichaam van het slachtoffer, dat blykt toe te behooren aan een vrouw vat* middelmatige grootto, van een ouderdom van vyftig jaren. Maandag werd de indentiteit van het ïyk vastgesteld. Het hoofd, neergelegd in do Morgue, werd herkend door de dochter en den schoonzoon van het slachtoffer; de vermoord© vrouw bleek te zyn zekere vrouw Latlnet, wonende 'tin de rue Duuoir te Lyoof en was sedert een jaar verdwenen. Men vermoedt den moordenaar op het spoor te ztyn. Ook zijn nog overbiyfselen van een tweed© slachtoffer gevon Jen. i) I. Het was een van die wonderschoon© voor- Jaarsdagen, zooals onze zuidelyke naburen dio slechts kennen. De amandelboomen stonden in vollen bloei, toederwitte en bleekroode bloe men bedekten in menigte de dalen, een zoele, geurige wind streek over de met ruischende hoornen bedekte hoogten. Nieuwsgierig en toch vreesachtig schuchter, als genoot zy een lang ontbeerde vryheid, trad een jongedame nog byna een kind door den stillen slottuin. Haar gang was sierlyk en ietwat huppelend. Da kleine voeten staken in hoog- gehakto schoenen, ha.r kleeding was naar verhouding kort, doch naar de toenmalige mode buitengewoon opgevuld. Het haar was kunstig gefriseerd en wit gepoederd, het gelaat bloeiend frisch en van een jeugdige volheid, de oogen waren levenslustig en schitterend. Twee groote jachthonden liepen luid blaffend om haar heen, waarvan de oen telkens tegen haar opsprong. „O, Castor," riep zy verschrikt, „wat ben je toch wildl" Daarby sloeg zjj lachend naar den hond en liep, hem steeds plagende, door de buitenste slotpoort in de richting van het dorpje Leuronsac. Niemand scheen haar heengaan op te merken. Immer lachend en luid spre kend met haar honden, liep zy langs hardo rotswegen bergopwaarts. De zon schoot haar brandende stralen naar beneden, die haar echter niet schenen te hinderen. De ongewone beweging in de vrye lucht was haar zeer aan genaam, en slechts van tyd tot tyd bleef zy staan om adem to scheppen. Dan zag zy tevens verbaasd en verwonderd om zich heen. Van hier toch had men een veel ruimer gezichtsveld dan van het slot zelf. Vry en onbelemmerd rustte hier de blik op de schoone, indrukwekkende bergen in het noorden en oosten, waarvan de toppen scherp tegen den helderen horizon afstaken. „O, hoe schoont" sprak de jongedame tot zichzelve. Nu nog eenige haastige sprongen "en zy stond boven by den ouden, vervallen toren, waar het uitzicht volkomen vry was en door de zich rondom bevindende olyfboomen niet meer belemmerd werd. Diep ademhalend bleef zy bier staan. Nu eerst zag zy, wat zy zoo lange jaren had moeten ontberen, toen men haar zoo zorgvuldig behoed had, dat zy niet buiten de slotmuren had mogen komen. Thans be merkte zy eerst, hoe heeriyk de lente, hoe schoon de aarde, hoe liefiyk haar geboorte streek was. En die streek behoorde haar in den meest volstrek ten zin des woordal Zy was haar eigendom, althans baar erfeDis. Als eenige dochter van den burggraaf Etienne De Leuronsac, behoorde haar, na den dood haars vaders, alles, wat haar omgaf. In droomend peinzen ea genieten verzon ken, stond burggravin Madeleioe De Leuron sac daar langen tyd en bemerkte niet, dat achter haar, uit den ouden, verweerden toren, een man te voorscbyn trad, die een recht- streek8ch afstammeling der holbewoners scheen te zyn. Hy had trotsche, donkere gelaatstrek ken, stoppelig haar en baard, bloote voeten en een dierenhuid achteloos om de schouders geworpen. Verbaasd en bewonderend aan schouwde hy de jongedame, die hem nog altyd niet bemerkte. Hy kon ongeveer drie of vier en twintig zyn; zyn gelaatstrek ken, ofschoon somber en niet byzonder ver trouwenwekkend, waren niet bepaald leelyk. Zyn oogen verrieden een buitengewone dapperheid, een aan doodsverachting gren zende vermetelheid. „Komaan, burgeres," zei hy, na een oogen- blik wachtetis, met scherpe, snydende stem en op hooaendeo toon, „ziet men u eindeiyk ook weder?" Madeleine wendde zich, haastig uit haar droomeryen opryzende, naar den spreker om en werd doodsbleek. Er was dan ook nauwe lyks grooter tegenstelling denkbaar dan deze verwaarloosde, blykbaar in ellende levende man, en de in weelde opgegroeide burggravin, die slechts door een verzuim harer kamenier aan de zorg haars vaders ontsnapt was. „Er zyn echter verscheiden jaren voorby- gegaan, dat ik u niet gezien heb, burgeres," voer de man grynzend voort, „en gy zyt in dien tyd oen hupsch persoontje geworden. Te drommq), de tyden moeten op het slot toch niet zoo slecht geworden zyn als men beweerde l" „Wie. wie zyt gy?" stotterde Madeleine. De man lachte. „Ha, ha! Ik wil wel ge- Ioovod, dat gy my Diet meer kont. Men verandert nogal in vier jaren, vooral als alles verandert. En hoe heeft in deze vier jaar alles een andere gedaante aangenomen! Het is een nieuwe wereld, waarin we thans leven. Thans kent men geen heeren meer en geen dienaren, geen graven en boeren, geen vorsten en knechten; thans zyn er slechts burgers en burgeressen. „Vryheid en gelykheid," klinkt het overal, en de burggravin De Leudonsac is heden net zoowel een gewone burgeres als ik, Jacque3 Beaucbêne, de vroegere geiten hoeder van den burggraaf De Leuronsac, een burger ben." „Jacques Beauchêne?" antwoordde Made leine, nog steeds bevreesd en aDgstig. „Ik ken u niet." „Nu, zooveel te beter zal burger Etienne De Leuronsac my kennen, of zyn rent meester, Maurice Grandsoif, indien deze nog leefde. Ik draag zyn wapen op den rug. Wilt ge de litteekens zien, burgeres, die ik van zyn gee8ehng gehouden heb?" Madeleine trad ontzet eenige schreden terug, doch bleef weder staan, wyi Jacques Beauchêne haar snel en dreigend naderde en met geweld by de hand vasthield. „Ontwyk my niet, burgeres; roep ook uw honden by u, wanneer zy u lief zyn," sprak hy dreigend. „Ik wil u niets doeD, gy behoeft my dus niet te vreozen; maar aanhooren zult ge my, nu het noodlot u eenmaal in myn handen heeft gevoerd. Biyf staan, burgeres, of „Myn hemel, Jacques Beauchêne, wat wilt ge van my?'' riep het jonge meisje sidderend, terwyi het daar als een hulpelooze stond. In haar stralende, vrooiyke oogen welden tranen op van angst en schrik, en do man voelde, hoe de kleine, donzige hand in de zyna beefde. Ietwat verlegen lachende, liet hy haar los. „Roep uw honden terug, burgeres, zij schyneu al te levendigen trok naar myn boenen te hebben, en laat ons dan als gelyken, zooals tegenwoordig het gebruik is, met elkaar onderhandelen. Verstaat g....?" „Castor, Pollux, terug!" riep het jong© meisje. „En nu, Jacques Beauchêne, wat hebt ge my te zeggen?" „Ik zal u wellicht een weinig beleedigen, nu ge my niet meer kent; doch om uwentwil, burgeres, heb ik myn eerste afrossiog van mynheer Grandsoif ontvangen. Dit is nu zeker ongeveer tien jaar geleden; gy waart toen nauwelyks zevon of acht jaar. Dat ik het niet vergeten heD, daarvoor zorgde Mau* rice Grandsoif. Die man paste voor xyn ambt. Niemand in heel Frankryk hanteerde d© zweep zoo dapper als hy. Wat kon ik er toch eigeniyk tegen doen, dat ik u met mön fluitje uit het slot naar de velden lokt©, waaj^ myn geiten graasden? Kunt ge hét u nogj herinneren, burgeres? Gy, ondankbarel Hoe^ veel houten fluitjes heb ik vrooger voor gesneden Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1