N°, 12226
V
Maandag 1 Januari.
A0. 1900
OVERGANG.
Leiden, 1 Januari.
Feuilleton,.
=c 1
LEIDSCH
'PRIJS DEZER COTRAItTi
Voor kalden per 8 maanden.
Franco per post »««•-» a,
Afzonderlijke Nommere
V—zzzzr^A
ta
1.10.
1.40.
0.05?
$eze goiuant wordt dagelijks, met uitzondering
■■■•■éi1
7U (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
PBUS DEB ADVKK'I'HN'J'I MITt
Van regels f 1.05. ledore regel meer f 0.17J. Grooter^
ietiers naar plaatsruimte Voor het incasseeren buiten de stad,
wordt f 0.06 berekend.
ïlet is gekomen, het is zoooven heengegaaD,
in wat tusschen die twee eindpunten ligt
ten schaduw, een droom, een herinnering,
»u nog levend, straks verflauwend, weldra
)geheel verdwenen, op enkele trekken na, die
te diep zijn gegrift in de ziel om ooit te
kun oen worden weggevaagd. Dat is de voor-
stelling, die velen onzer hechten aan den
voortspoedenden tüdstroojn langs de oevers
▼an het leven, waar de jaarsovergangen de
mijlpalen zyn. Een oogenblik stilgestaan, dan
paar weer verder, rusteloos verder.
Zoo vaak een jaar wordt toegevoegd aan
pot verledeD, spreken wij tot elkander in dien
feest. Ocb, do wet der vergankelijkheid be-
poefo ons niet te worden uitgelogd; wij be
grijpen haar zoo volkomen, voorgelicht door
ondervinding. Ai hetgeen waaraan de ziel
pch vastklemt is een immer bedreigd bezit;
gat heden nog bet onze is, ontvalt ons mor
gen, niets duurzaams op aarde. Met de
laatste klokketonen van het oude jaar, en
terwijl het nieuwe reeds zijn intrede doet,
overzien wtJ zijn geschiedenis, en het zijn
▼aak recht droevige nabetrachtingen, die alsdan
in hoofd en hart oprijzen. Er zijn slagen toe
gebracht, die nog pijn doen, verliezen ge
leden, waarvan de onherstelbaarheid nog leven
dig voor den geest staat; in menigen kring
werd een oog voor immer gesloteD, dat bij
den aanvang des jaars nog zoo vriendelijk
Wikte, alles gaat voorbij, niets bestendigs.
Maar was dit toch eigenlijk wel de boste
[edachte, met welke wi) afscheid namen van
het verleden en de toekomst te gemoet gaan?
Staat niet, naast hetgeen ons ontviel, zeer veel
I dat wij mochten behouden, of dat als nieuwe
gave ons geschonken werd? Wij zijn zoo
licht geneigd, om vooral dat laatste te gering
schatten. Toen wij, in de omgoving der
nzen, het scheidend jaar herdachten, ook al
kekte hét weemoedige herinneringen mocht
jlan niet vérwacht worden, dat dankbaarheid
en blijdschap den boventoon voerden?
- Nooit is do duisternis zoo groot, dat er geen
lichtstralen doorheen breken. Het leven is nu
eenmaal geen wandeling langs bloemrijke
dreven onder aanhoudenden zonneschijn, en
er komen dagen, waarin de tocht zwaar valt,
op rotsige paden en in dichte neveleo. De
^raag is maar, hoe wij leed en vreugde qp-
▼atten, en of wij er winst mede weten te
poen. Winst voor onszelven, door met meer
geestkracht, met meer toewijding onze dag
taak te gaan verrichten; winst met betrekking
tot anderen, daar wij in de gemeenschappe
lijkheid der lotswisselingen een drang vinden,
om ons nauwer aaneen te sluiten, en door
▼erdubbeliog van broederliefde de smart draag
lijker, de vreugde levendiger te maken.
Vant er is toch wel iets, dat aan de wet
der vergankelijkheid weerstand biedt; ons
[innerlijk wezen, opgebouwd uit en gevoed
not de ervaringen des levens, moet elk jaar
enemen in sterkte. Als wij in de ure der
herinnering met eonige gerustheid de vraag
nocht stellen, of het jaar dat heenging, door
phetgeen het bracht of wegnam, onze waarde
als mensch heeft verhoogd; of wij van ons
zedelijk kapitaal intrest hebben gekweekt die
wij, als goede financiers, weer bi) de hoofd
som mogen voegen om verdere winst to
behalen, tot op het tijdstip dat deAlbeschik-
ker voor ons do rekening afsluit, hebben
wij dan wel recht om in hetgeen voorbü is
gegaan niets meer te zien dan een droom?
Die winst, zoo zij in waarheid behaald werd,
komt geheel ten goede aan de gemeenschap,
waarvan wü deel uitmaken, waDt zverhoogt
onze geschiktheid voor de maatschappelijke
taak, maakt de samenwerking gemakkelijker.
Wat aan één mensch geschiedt, heeft waarde
voor do historie der menschheid.
Wanneer van een natie in ruimeren, van
een gemeente ia engeren zin kan gezegd
worden, dat zij vooruitgaat, dan moeten twee
dingen wèl onderscheiden worden. Ten eerste
do oorzaken, dio onafhankelijk zijn van den
wil dergenen, die er bi) betrokken zijn; er
doen zich verschijnselen voor, welke wij niet
hebben kunnen afweren, waarvan dikwijls het
oorzakelijk verband aan odzo waarneming
ontsnapt, en die wij slechts ontdekken door
hun uitwerkiDg op den bestaanden toestand.
Maar in de tweede plaats hebben wij te letten
op oorzaken van vooruitgang of van verval,
die in onszelven liggen. Het zijn de fiienschen,
die de geschiedenis maken; de geest, die hen
bezielt, openbaart zich in de feiten. Het jaar,
dat achter ons ligt, heeft in dit opzicht veel
te denken gegeven, wij hebben er veel in
kunnen leeren. En nu moge het waar zijn,
dat één mensch slechts een droppel is in den
Oceaan, even waar is het, dat do Oceaan
uit niets anders dan droppels bestaat.
Noem het een noodlottigen samenloop van
omstandigheden, die gemaakt hebben dat in
twee der meest beschaafde landen van Europa
het onrecht heeft gezegevierd, zij die bet
ploegden zijn toch geen willooze werktuigen,
gedreven door een onweerstaanbaren drang,
maar menschen gelijk wij, geleid door de
iDblazingen van hun eigen hartstochten, aan
gezet door hun eigen begeerlijkheden. In het
tweede dier gevallen, dat zeker in onze Oude
jaarsavond-herinneringen de ruimste plaats
zal hebben ingenomen, omdat van dat óóne
onrecht het aantal slachtoffers reeds zoo ver
schrikkelijk groot is, hebben wü van harte
medegejuicht toen het aanvankelük succes,
aan do egoïstische politiek des veelgenoemden
Britschen Staatsmans ten deel gevallen, zoo
deerlijk werd afgebroken door den kloeken
weerstand van die kleine, geminachte Repu
blieken, welker burgers vastberaden de wapens
aangordden om met hun leven de duurge
kochte nationale vrijheid te verdedigen. En
laten wij nu even opmerken, welke begrippen
van zedelykheid in de allerhoogste kringen
gehuldigd worden. Met deernis aanschouwen
wü de geëerbiedigde figuur van Engeland's
hoogbejaarde Koningin; de nederlagen van
baar legers hebben haar diep geschokt, zelfs
haar gezondheid wordt bedreigd, want slechts
noode had zü tot'den oorlog haar toestemming
gegeveD, omdat men haar gezegd had dat de
strüd spoedig beslist zou zün Dus, indien
zü had geweten, dat het onrecht op tegen
stand zou afstuiten, zou zü het niet hebben
laten doorwerken. Niet de zedelykheidsquaestie
werd gesteld, maar die van het welslagen. Of
het kwaad was, is de vraag niet. Hare Majes
teit is diep geschokt, omdat het plegen der
slechte daad zooveel moeite kost!
Stel daar tegenover wat wü gerust mogen
noemen een ontploffing van verontwaardiging
over heel de wereld, bü alle eerlüke lieden,
van elke nationaliteit. Dat gevoel is zoo
algemeen als wel nooit zal zyn voorgekomen;
het uit zich in allerlei vormen. Wü gelooven
dat deze winst, als oen onvervreemdbaar goed,
voor de gansche menschheid, wel als batig
saldo van het vertrokken jaar mag worden
geboekt.
Voor het overige neemt ons vaderland in
de geschiedenis van het afgesloten jaar een
bescheiden plaats in. Wü bleven ons verheugen
in het genot van den vrede en mochten
de vredesconferentie, over welker resultaten
misschien het nageslacht eens zal kunnen
oordeelen, in ons midden ontvangen. Onze
middelen van bestaan, bronnen van volkswei-
waart, verkeerden in bevredigenden toestand;
inzonderheid de landbouw echünt de kwade
jaren een weinig te boven te komen. De
onderwerping van Atjeh maakte vorderingen
maar ia nog niet ten einde gebracht.
Op wetgevend gebied hebben we, behou
dens goedkeuring door de Eerste Kamer, de
totstandkoming van de Ongevallenwet te
registreeren.
Ook onze gemeente ging het goed; in haar
uiterlük voorkomen onderging zü menige ver
fraaiing. Wü wenschen het Gemeentebestuur,
met den goachten Burgemeester als Hoofd,
lust en ü*er to9 om met krachtige hand
verder aan de openbare belangen te arbeiden,
mede ter vervulling van billijke wenschen,
waaraan tot dusver niet kon worden voldaan.
Dat inzonderheid de bewoners van de laatst
aangehechte stadsgedeelten van diea arbeid
de goede resultaten mogen ondervinden I
Wü hebben, als altyd, weer smartelüke
verliezen aan to teekenen van ingezetenen,
die op byzondere wüze de publieke opmerk
zaamheid verdienden wegens hetgeen zij ons
boden op het gebied van kunst of wetenschap,
van openbaren dienst of van het verenigings
leven, en die wü met droefheid grafwaarts
begeleidden. De Universiteit verloor een harer
sieradeD, prof. dr. P. J. Cosün, als weten-
schappelük man en als mensch hoog geacht
de medische prektyk de doctoren W. P. Wee-
bers en A. Nykamp.
De oud-hoogleeraar dr. P. L. Rijke ontviel
ons op hoogen leeftüdook den boroemden his-
torieschrüver, den oud-hoogleeraar R. Fruin,
moesten wü afstaan. De muzikale kunst zag
twoe in wijden kring bekende en geachte
beoefenaars ten grave dalen, de heeren A. J.
Wetrens en B. J. De Goey; het gemengd
koor „Melosophia" verloor haar president,
den heer A. Francken Jr.; het bestuur der
Chriatelü'ke Scholen haar secretaris, den heer
J. P. Visser; de kerkeraad der Ned.-Herv.
gemeente den heer Phil. Van der Heyden Azn.,
die büna 25 jaar als diaken zün medelid was
geweest. Vele nuttige instellingen leden een
groot verlies in den persoon van den heer
H. Van de Veldede Spaarbank van het Nut
verloor haar üverigen boekhouder, #den heer
Adr. De Haas. Ook de oudste der Leidsche
typographen, den heer A. Van der Haas,
ontviel ons reeds in den aanvang des jaars.
Onder de hoogbejaarden, voor wie na een
werkzaam leven de tüdelüke en welverdiende
rust overging in die, waaraan geen einde
komt, noemen wü nog onzen oud-ijker, chef
van dienst, den heer D. Visser, en den oudsten
der Leidsche bloemisten, den heer J. Mater Sr.
Uit Leiden8 geschiedenis vermeiden wü het
groote feit: de opening van „Het Leidsche
Volkshuis". Moge die instelling in ruime mate
bijdragen tot verheffing van het peil onzer
bevolking en alzoo beantwoorden aan bet
schoone dofl, waarn o !o het gesticht werd.
Evenzoo kwam „Patrimonium" in het bezit
van een nieuw gebouw. Het perceel, bestemd
voor het eigen huis van den R.K. Volksbond,
nadert de totstandkoming van zün herbouw
en de nieuwe Oosterkerk werd .plechtig in
gebruik genomen.
Verheffing en veredeling, bet ons aller
leuz3. In Wc Ik an stand, onder welke omstan
digheden gc plaat, t, op weke wüze work-
zaam, laten wij arbeiden met volle kracht,
met algeheele lo wü 'ing. Zegeno God ens
land ea en se Koi ngin, onze gemeente en
haar B.stuur; d^t Zyn hulp ons nabü zü in
voor- en tegenspoed. Moge voor al onze lezers
1900 een goed jaar zün!
Het bestuur van de afdeeling Leiden en
Omstreken der Nederlanüsche Maatschappü
tot Bevordering der Geneeskunde bestaat voor
1900 uit de heeren prof. dr. J. Veit, voor
zitter; dr. W. T. M. Weebers, secretaris, en
dr. A. Hartevelt H.Cz., penningmeester.
Met ingang van 1 Januari is aan den
heer P. J. De Witt, te Amsterdam, secretaris
van het bestuur der „Liberale Unie", op zftn
verzoek, eervol ontslag verleend.
Met de waarneming van het •secretariaat
beeft zich het lid van het bestuur de heer
C. A. Zelvelder, te Utrecht, belaöt.
Volgens den provincialen almanak van
Limburg voor het jaar 1900 telt die provincie
thans 102 kloosters en 5 missiehuizen. Sedert
het vorig jaar is het getal kloosters met 2
en dat der missiehuizen met 1 vermeerderd.
De n i.iister van financiën brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat eerlang, op
nader te bepalen plaats en tyd, zal woTden
gehoudena. een vergelükeud examen voor
de betrekking van kommies vierde klasse
der directe bclastiogen, invoerrechten en
accünzen op een belooning van f 480's jaars,
voor 100 plaatsen, welke ia 1900 of later
mochten opoovallen;
b. een examen, als bedoeld bü 3 en 4
der resolutie van 2 October 1888, N°. 7
(Verzameling N°. 111), voor de betrekking
van deurwaarder der directe belastingen voor
ten hoogste vijf plaatsen.
De verzoekschriften om toelating tot do
voorschreven examens moeten vóór 15 Febr.
1900 bü het departement van financiën zfio
ingekomen en kunnen worden ingezonden
door tus8chenkomst van de inspecteurs der
directo belastingen, invoerrechten en accijnzen,
bü wie ook nadero inlichtingen te bekomen
zyn omtrent de verdere vereischten en omtrent
de stukken, welke bü de verzoekschriften
moeten worden overgelegd.
De minister van financiën maakt in de
„Sts. Ct." bekend, dat van 5 tot en met 12
Januari 1900, van negen tot één uur, ten kaa-
tore o. m. van de betaalmeesters in de hoofd
plaatsen der provinciën, kunnen worden
ingeleverd inschrüvingen tot het bekomen van
schatkistbiljetten, rentende vier procent 's jaars.
Aan schatkistbiljetten zal worden uitge
geven een totaal bedrag van ten hoogste
vüftien millioen gulden. Do schatkistbiljetten
z(jn groot f 1000. Zy worden pari uitgegegen
voor één jaar. Zü zullen op 1 Januari 1901
opvorderbaar zün.
Formulieren van inschryving zyn kosteloos
verkrügbaar aan de in den aanhef dezer be
doelde kantoren.
Wü ontvingen weder een aantal almanak
ken, enz., oie bü de intrede des jaars een
korte aankondiging vragen.
Bü de firma H. D. Tjeenk Willink Zoon
to Haarlem zag de „Nederlandsche Almanak"
het licht. De titelprent is aan den oorlog in
Zuid-Afrika gewü'J. Zy geeft nl. eenigen der
voornaamste staatslieden en legerhoofden uit
den Engelsch-Zuid-Afrikaanschen oorlog. Ook
het overzicht van de voornaamste gebeurte
nissen in het afgeloopen jaar bevat velerlei
illustratiën en v^ngt aan met de Vredes
conferentie. Verder vindt men in den kalender,
als altijd, portretten van eenigen der Neder
landers, in 1899 overleden, die op een of
ander gebied uitblonken, met kort levensbericht.
De omslag geeft ditmaal een beeld van wat
de nieuwere richting in de schilderkunst
vermag.
Warendorf'e „Geïllustreerde Familiekalender"
geeft ou ;ergewoonto een aantal novellen,
waaronder ook een van Justus Van Maurik:
„Een landgenoot". Minder aangenaam zijn de
advertentiën tusschen den tekst, dio het lezen
eenigtrmate lastig maken. By den kaleoder is
een kleine portefeuille almanak, als altyd.
„De Goede Raadgever", almanak voor drank-
bestrydng, uitgegeven door de „Nederlandscho
Vereeniging tot afschaffing van sterken drank",
is een oude tekende onder de drankbestrüders
en bevat, behalve het mengelwerk, allerlei
statistieke gegevens, waaronder een ïystje
van onthouders-koffiehuizen.
Ook een oude bekende, maar voor een ander
publiek, is de almanak „De Liefde sticht",
die bü de firma Van Holkema en Warendorf
het licht zag en waarin men kleine ver
haaltjes, gedichten en spreuken aantreft.
Da Levensverzekering-Maatschappü „Dor
drecht" zond een wandkalender, in fraaie
kleuren gelithographeerd, en waarop men ziet
een afboelding van de bureau's der Maat
schappü en het zinnebeeld van verzekering.
Geheel in de nieuwo kunst bowerkt is ook
do wandkalender van „The Continental Bo *«ga
Hoe wy op 1 Januari 1920, 1930 of
1940, misschien nog wel later,
zullen schrijven.
Dank zy ons geacht Gemeente-bestuur on
der vereeniging Leiden's Belangen bovendien
dor medewerking van büna alle burgers, zoo
wel rük als arm, jong als oud, is Leiden ge
worden wat het thans ie, nl. een plaats, waar
ieder met genoegen woont, werkt, of rustig
leeft. Steeds wordt er bügebouwd, fraaie villa
parken, doch ook goede werkmans-woningen,
om toch maar te kunnen voldoen aan alle
i aanvragen om huizen.
De onderlinge Leidsche Hypotheek- en Voor
schotbank maakt het dan ook den bouwonder
nemers gemakkelük, en niettegenstaande do
lago rente, die berekend wordt, heeft de Bank
altyd gold beschikbaar, omdat veel kapitalisten
er de voorkeur aan geven hun gelden daar te
doponeeren, liever dan ze te beleggen in
Amerikaansche SpoorwegfondseD, waarvan
men niet eens weet of ze wel bestaan.
De onderlinge Leidsche Verzeker ing-Maat
schappij staat reeds op een goede hoogte. De
afdeeling Brandverzekering berekende zeer lage
premiëc, dank vooral de goed georganiseerde
brandweer met haar kleine stoomspuiten, door
automatische kracht in geringen tyd gebracht
daar, waar een begin van brand ontstaat.
De afd. Glasverzekering had af en toe eenige
jüe jioor ongelukken ge
broken waren. Slechts een enkelen keer kwam
het voor, dat uit balddadigheid schade ontstond,
doch de daders werden door burgers achter
volgd, aan de politie overgeleverd en ver
oordeeld tot betaling der schade. Tot belooning
hadden ze al vast van het publiek een ge
ducht pak slaag opgeloopen. Dit schünt er
zóó den schrik in gebracht te hebben, dat na
dien tyd geen enkele ruit meer moedwillig
gebroken werd. (In een verslag van het jaar
18 stond een post van ruim ƒ800 voor
het herstellen van gebruken ruïteD, in school
lokalen en openbare gebouwen.)
Het reservefonds der afd. Levensverzekering
wordt steeds grooter, nu het sterftecüfer
lager is. Verschillende doctoren schryven dit
lage cüfer in hoofdzaak toe aan de strenge
keur op levensmiddelen, de gezonde woningen,
en niet het minst aan de goede nieuwe
rioleering, waardoor geen vuil water en
andere miader welriekende stoffen in de
grachten komen.
Het water in de grachten, singels, vüvers en
slooten ia dan ook helder, frisch en zeer vischrük.
De Politie had een gemakkelyke taak en
behoefde niet uitgebreid te wordeD, al nam
de gemeente in omvang toe. Het publiek
beschouwt een politie-agent als een vriend
en helpt, waar dit noodig is, tot krachtdadig
tegengaan van balddadighedeD, als daar zün
hot inwerpen van ruiteD, het opbreken van
straten, het schenden onzer vele fraaie plant
soenen en wandelparken, het mishandelen van
dieren, het bekladden van voordeuren, enz., enz.
Hierbü komt nog, dat de politie in burger-
liked ing, gezeten op 2-per$gons-i\j wieleD, in
staat is, als het ware overal te gelüktezün,
vooral in combinatie met de stedelijke telephoon
met hare vole ambtenaren of ambtenaressen,
die de abonnés vlug bedienen, zelfs zoo, dat, na
afloop van een gesprek, men direct opnieuw
aansluiting kan aanvragen zonder den persoon,
met wien men reeds gesproken heeft, wederom
op te schellen.
Van de gelegenheden tot nuttige ontspanning
wordt een gepast gebruik gemaakt. Da vele
goede concerten, tooneelvoorstellingen, lezingen
en voordrachten op verschillend gebiod worden
alle druk bezocht door aandachtige toehoor
ders en toehoorderessen. Maar dit kan ook
niemand verwonderen, als men nagaat de
goede muziek, die ten gehoore gebracht, de
zeden verheffende tooneelstukken, die in den
Schouwburg opgevoerd, en de belangrüke onder
werpen, die besproken wordeD.
Door dit alles is het Didt eens noodig de
ouderwctsclie kermiè af te schaffen; het publiek
heeft er thans geen behoefte meer aan om
aan vuile kraampjes rommel te koopen.
Da verjaardag onzer geliefde Koningin
werd op gezellige wüze gevierd. Al was dit
feest niet zoo schitterend als op 3 October,
toch heeft ieder kunnen zieD, dat Leiden niet
achter wil staan bü andere gemeenten, vooral
als het betreft een Oranjefeest. LeidöD, zoo
nauw verwant aan het Huis van Oranje, gaf
bü de onvergetelyke inhuldigingpfeesten in
1898 hiervan zoo duidelük het bewüs.
Gedurende den winter werd er zoo veel
gedaan aan werkverschaffing op verschillende
wüze, dat de vereeniging Armenzorg, weinig
of geen zorg had.
Da Arbeidsbeurs en het Dienstbodenkantoor
voorzien in een lang gevoelde behoefte, nu
ieder, zoowel werkgevende als werkzoekende,
zich daar kan aanmelden en aan beiden
information worden gegeven. Enkele huis
gezinnen kunnen daardoor wel is waar geen
dienstboden krügen, maar aan den anderen
kant blüven dienstmeisjes minstens 3 jaar
in één dienst.
De winkeliers hebben zich niet te beklagen
over slechte betaling, nu overal uitsluitend
d contant verkocht wordt, en flesschen-
tr6kkera is het niet mogelük in Leiden
een woning te huren, dank zü het goede
informatiebureau.
Het eleclrisch licht der Stedelüke Gasfabriek
verlicht de stad der wetenschap op een wüze,
waarover ieder de handen ineenslaat. Werd
in den beginne gezegd, dat het duurder zou
zün dan gas, het omgekeerde blükt nu het
geval, zoodat, werden tot nu toe alléén
hoofdstraten vei lie it, thans alle straten elec-
trisch zullen woruen beschenen.
Da hoofdelijke omslag op het inkomen is
op 1 °/0 gebracht. Voornamelük is dit een
gevolg der werkzaamheden van de Commissie
tot het nagaan der Inkomenswaardoor thans
kan worden gezegd, dat alle inkomens juist
zün opgegeven.
Botsingen op straat, vooral in nauwe 6trateD,
waar de passage druk ie, bc-hooren tot de
groote zeldzaamheden, daar iedereen zich
streng houdt aan den op zulke paden gulden
regel om er niet den middelweg to towandeleD,
of maar te loopen zooals het valt, maar altyd
rechts te houden.
De openbare slachtplaats, tot voor weinige
jaren nog „abattoir" geheeten, blykt meor
en meer een nuttige instelling te zün. Zelfs
onze slagers roemen deze inrichting en..'.,
de prüs van het vleesch is, in plaats van
gerezen, gedaald, zoodat de werkman thans
meer en ook beter vleesch eet dan voorheen.
Met genoegen en trots wüzen wü op het
achoone, nu geheel voltooide Rüksgebouw,
dat ia het Van-der-Worf-park staat ter
vervanging van het oudo Museum van Natuur
lijke Historie aan het Rapenburg. Thans goen
gevaar meer voor het verbranden, beschim
melen, uit elkaar of door den zolder vallen van
voorwerpen uit die zoo kostbare verzameling
op zoölogisch gebied, zooals in het vroegere
gebouw aan hot Rapenburg, waar thans groote
boerenhuizen alle bewoond zün verrezen.
Van dooi varende schepen hebben we weinig
last meer, nu de vaart door do Nekslais is
opengesteld.
Het Van-der-Worf-park is te klein geworden
voor windelplaats, nu htt Museumgebcuw er
is gesticht. Wü zün echter thans in het bezit
van een nieuw p; rk, het liembrandtpark,
liggende aan den Hoogen Ryndyk, waar eer-
tyds het Raamland zich naakt en kaal voor
ons uitspreidde. Het heet Rembrandtpark,
omdat het standbeeld van den grooten schilder,
die in Leiden werd geboren, er voor een paar
jaren is opgericht.
Door het aanleggen der Zoetenooudsche
Straatloopende van den Hoogen Ryndyk naar
den Zoeterwoudschen weg en aldaar bü het
Staatsspoor uitkomende, ligt dit fark reeda
vrywei midden in onze gemeente.