12 9! Maandag SO November. A#. 1893 $eze goarant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zonen feestdagen, uitgegeven. Dit nornmer bestaat uit VIER Bladen, Eerste Blad. ROODE KRUIS. fliederlandsch Zuid-Afrikaansche Vereeniging. ÏÖ5G3.501/S. Leiden, 18 November. Feuilleton. JALOERSCH. LEIDSCH DAGrBLA PEIJS DEZES GOTTHAHT» Voor Lddan per 8 maanden. Franco per post i i r t t Afzonderlijke Nommers I.ft). 1.40. a 0.05. ,1 Paus DEB ADVERT t'W'1'it.'nr. Van r—regels f 1.06. Iodore regel meer f 0.17i. Srootar^ tetters naar plaatsruimte - Voor bot incasseeren buftaD de stad wordt f 0.06 berekend. 61.- 10.- 5.- 145.- 7.- 4.69 Na üe opgave in dit blad van 15 dezer, ia by den ondergeteekende nog ontvangen: Van een armen manf 0.50 9 Ben burgemeester te Alke made, van ingezetenen dier gemeente een dame, die onbekend wen8cbt te blyven, ingeko men by professor dr. Nolen 9 B J. M. K H.H. studenten aan bet Ziekenhuis, door tusschen- komst van professor dr. Van Iterson den heer De Mooy te Ryna- burg, collecte op een feest avond ter gelegenheid van een zilveren bruiloft den heer Haanappel, te Noord* wyk, gehouden collecte in de tooneelvereeniging „Vriend schapszin", in café „Flora" De penningmeester van de afdeeling Leiden en Omstreken, J. A. F. COEBERGH. Leiden, 18 November 1899, Tot hedenmiddag drie uren was ons, met het gisteren vormelde, op verschillende in- toeken biljetten een bedrag toegezegd van Onnooiig byna om meo te deel.n, dat wy ons toortdurend voor de toezending van ingerulde biljetten blyven aanbevelen. Blanco inteeken iljetten liggen aan one Bureel ter. beschikking. Aan de uitnoodiging ter bespreking van het plan of het gewenscht is, evenals te Utrecht sa Amsterdam, ook te Leiden een vereeni ging van nietcorpsleden op te richten, gaven vele stuienten gisteravond in het „Hotel De Zon" gehoor. Het woord werd gevoerd door een lid van de Utrechtsche Studenten vereeniging. Een corpslid verdedigds het Leidsche stu dentencorps. Nadat o. a. de onmogelijkheid was aange toond, zooals ook uit antecedenten van andere universiteitssteden bleek, dat door bespreking met het Leidsche Studentencorps de bezwaren van velen niet uit den weg zouden worden geruimd, werd besloten tot het oprichten van een Leidsche Studenten-vereening, niet /tegen, maar naast het Leidsche Studentencorps. Staande de vergaderiQg werd uit de aan wezigen een commissie benoemd tot het op stellen van reglement en statuten, welke in een algemeene vergadering, kort na de Kerst- vacantie, zullen worden vastgesteld. Ook wy zyn vóór de Boeren. Ook wy hopen op hun overwinning. Ook wy zyn tegen de Engelschen. Ook wy zien met verlangen de nederlaag der laatsten te gemoet. Ziedaar hoe men van socialistisch arbeidersstanopunt te denken heeft over den thans gevoerden oorlog in Zuid Afrika. Vóór de Boeren, want onaer hen bestaat een arbeidersparty, die zich min of meer op het standpunt van de socialistische arbeiders ten onzent gesteld heelt, en die party is op de hand der Boeren. Tegen de Engelschen, ten bate van de socia listen in Engeland, in het land, dat altyd, tot nog toe, de concurrentie heeft beheerscht, waanoor de werklieden er achteriyk zyn gebleven en nooit op afdoende wyze hebben getracht hun plicht ala proletariërs U ver vullen. Worden de Engelschen of beter gezegd de kapitalisten, die de ware vijanden der Boeren en ook onze vyanden en de vyanden van allen vooruitgang zyn, worden die kapitalisten in dezen oorlog overwonnen, dan kan hy goede gevolgen hebben, dan zyn de velen, oie reeds gevallen zyo, slachtoffers, en zullen degenen, die zeker nog vallen zullen, slacht offers worden van het kapitaal. Dat was het, waarop de heer F. Van der Goes, uit Den Haag, aau het slot zyner be schouwing over den Oorlog in Zuld-Afrika, vooral het licht deed vallen. Die beschouwing gaf hy gisteravond ten beste voor niet veel belangstellenden, w. o., behalve arbeiders, ook enkelo studenten en vrouwen, in de kleine zaal der Stadszaal. Hy was uitgenoodigd hier op te treden voor de onlangs opgerichte Afdee ling Leiden der Sociaal-democratische Arbei dersparty. In den aanvang van zyn rede had de spr. gewezen op de algemeene belangstelling al bleek deze dan ook thans niet, uit zyn gering aantal hoorders in de zaak der Transvaalscbe Boeren; op het verschynsel, dat men party kiest tegen Engeland en vóór Transvaal, en ook op de oorzaak voor die opwinding, welke allereerst gelegen is in de onevenredigheid der partyen. Voor zoover men niet by de zaak zelve betrokken is, hoopt men, dat het kleine, zwakke element het van het groote, sterke zal winnen. Een tweede oorzaak voor de opwinding en het party- kiezen der tourgeoisie in ons land zoowel als in andere landen tegen Engeland is te vinden in den concurrentiegeest: men gunt Engeland de vette koloniale brokken niet! Spr. bracht o. m. een artikel van het „Exportblad" onder de aandacht, waarin de scbryver er over klaagt, dat door het Neder- landsche kapitaal zoo weinig is gedaan voor Zuid-Afrika, en waarin hy de boop uitspreekt, dat na den oorlog dat kapitaal zich meer aldaar zal doen gelden, daar meer zal doen. In verband hiermede, zei spr., denkt onze arbeidersparty aan Noord-Sumatra, aan Atjeh, al mag de burgerij het vergeten. De oorlog daar is in menig opzicht zeer goed op één lyn te stellen met den nu pas ontbranden kryg in Zuid-Afrika. In Indië wordt ook goad gevonden, evenals in Transvaal; üe diamanten van Transvaal zyn do tabak, do petroleum, enz. in Indië. Spr. wen8cbte na te gaan, zonder zich te laten meesleepen door de geestdrift voor Transvaal van de ons vijandige klasse, om zyn woorden te bezigen wat de stryd in Zuid-Afrika, van socialistisch standpunt bezien, beduidt; welke economische toestanden ver borgen zyn achter de zichtbare politieke bewegingen. Dat economisch motief is niet duister: het geldt daar, in Zuid-Afrika, den stryd om bet kiesrecht, waarvoor ook de Nederlandsche werklieden eindelyk uit hun l.ngen slaap ontwaken. Deze stryd voor het kiesrecht wordt echter niet gevoerd door de arbeiders, maar door de kapitalisten, cie in Transvaal de onderdrukte klasse vormen en sterk aandeel in de regeeriog verlangen te krygen. Het gaat er tevens om de vrye be schikking over de minerale bezitting van het land. En nu doet het er by deze beschouwing niet toe, dat die kapitalisten vreemden zyo, w<mt kapitalisten zyn internationaal: men vindt ze overal, waar wat te halen is. In verband met zyn beschouwingen deelde spr. eenige cyfers mee, waaruit bleek hoe enorm het cyfer van den goudvoorraad zich heeft ontwikkeld. In Transvaal is thans te vinden een derde van het goud, dat telken jare uit den geheelen aardbodem wordt gehaald, en welke goudproductie over de geheele aarde 700 millioen gulden per jaar bedraagt. Niet de Engelsche Regeering dus recht- streeksch, maar wel de kapitalisten, die een staat in den staat vormen en wier onder danige dienaresse natuurlijk de Engelsche Regeering als voorzeker elko dergtlyke Regeering is, zyn de vyanden der Boeren. Spr. sloeg dan ook non blik achter de coulissen van bet groot kapitaal door na te gaan wat de groote Zuid-Alrikaansche Maatschappü is en wie daartoe zooal behooren, waaruit af te leiden viel, dat eon échec van de „Chartered Company" zelfs doereden van den Britschen troon zou kunnen raken. Daarom moet de Regeering die Maatschappy believen I Achtereenvolgens behandelda spr. ook de bezwaren der Uitlanders, het economisch programma der kapitalistische klassede be lasting; de te boogo spoorwegtarieven en de te hooge tarieven van invoerrechten; het dynamietmonopolie; strengere wetten tegen do gouddieven (de kleine gouddieven, zooals spr. ze noemde, de Kaffers, die niet geneigd schynen te begrijpen, dat onze Lieve Heer het goud in den bodem gelegd heeft alleen voor menschen met een blanke en niet ook voor menschen met een zwarte huid). Ondanks al die bezwaren maken de Maatschappyen toch ontzettende winsten. Eén keerde byv. 676 pCt. dividend per jaar uit. Tegenover deze belangen der kapitalisten staan andere belangen: die der Boeren en der Boerenregeering. Door do Uitlanders, door de kapitalisten zyn ook de inkomsten in de Boerenrepubliek enorm gestegen en de Regeeringsambtenaren hebben dat met ge. noegen gezien en hebben zich, ondanks den democratischen regeeringsvorm, hooge sala rissen toegekend. Zoo is daar een stryd van klassen ontstaan. Daarna sloeg spr. nog een blik in den inwendigen toestand van Transvaal, wat den regeeringsvorm betreft, op het verloop van den oorlog tot hiertoe, de politiek vanEugeland, enz., bekende z«*ken, naar hy zelf toegaf, en die daarom hi6r niet in den breede behandeld behoefden te worden; om daarna te eindigen in den geest van hetgeen wy, als o. i. het belangrykste, vooropstelden. Nadat spr. zyn rede geëindigd bad, werd medegedeeld, dat er gelegenheid tot debat werd gegeven, waarvan echter niemand ge bruik maakte. Den spreker werd vervolgens dank gezegd on de aandacht der aanwezigen er op gevestigd, dat hier ter stede onlangs werd opgericht een Afdeeling van de Sociaal-democratische Arbei dersparty; dat er gelegenheid was als lid daarvan toe te treden; dat a. s. Maandag over een week voor de Afd. zal optreden het Tweede-Kamerlid mr. Troelstra, die dan spreken zal over algemeen stemrecht, en dat by het verlaten der zaal gecollecteerd zou worden voor sigarenmakers, die de begins-len der Sociaal democratische Arbeidersparty zyn toe gedaan en lyden ten gevolge van te lage loonen. In de gisteravond gehouden leden-ver gadering van de afdeeling Leiden der Neder landsche Vereeniging tot bevordering van Zon dagsrust werden herkozen als bestuursleden der afdeeling de heeren ds. S. H. J. De Wolff en H. C. Van der Reyde. Benoemd werden als algevaardigden ter algemeene vergadering, op 22 dezer te Gouda te houden, de heeren C. A. Simonis en J. F. Meiners. Naar aanleiding van de door den minis ter van oorlog gemaakte bepalingen zal o. a. bet regimentsvaandel voortaan in de kazerne worden bewaard. In verband hiermede zal ae post voor het huis van den kolonel, com mandant van het 4de regiment infanterie, alhier, van af heden niet meer worden be trokken. De bronzen medaille voor twaalfjarigen eerlijken en trouwen dinst met brevet en lint is toegekend en hedenmorgen uitgereikt aan den kwartiermeester D. H. Vreedenlorg, gedetacheerd by de Kweekschool voor Zee vaart alhier. De heer H. Robyn, eerste onder- wyzer aan de Chr. School, Hooigracht, is be noemd tot Hoofd eener Chr. School te Am stelveen. Ds. Koster, van Zegwaard, heeft bet beroep naar de Geref. Gom. te Appelscha aan genomen. Leiderdorp. Wo nsdag 22 Nov. a. 8. zal een collecte gebouJen worden ten behoeve van de nagelaten betrekkingen van gesneu velde stamverwanten in Transvaal en Oranje- Vrijstaat. By de plaats gehad hebbende verkiezing werJ tot kerkvoogd der Ned.-Htrv. Gemeente herbenoemd de beer C. Roskeslot ikU ud.i de heeren D. Key en D. Mechelsa. Voor de vacature ala kerkvoogd, in stede van den heer L. Sillevis, die bedankt beoft, moet herstemming plaats hebben tusschen de heeren M. Splinter en G. Van der V.ik Bouman. N.iar mtn verneemt, wenscht de heer Bouman niet in aanmerking te komen. Hazerswoude. Gisteren vertoonde de dorps straat een ongewoon schouwspel. Overal stonden troepjes menschen, die met een traan in 't oog de predikantsfamilie een laatst „vaarwel" stonden toe te wuiven. Vooral op den hoek van den Gemeeneweg was het druk, omdat men daar de vertrekkende rytuigeo het langst kon naüogen Alle gezlnaten waren vertegenwoordigd. Hazerswoude verliest veel aan hen. Ons „GoJ zegene UI" moge ben volgen. De hooge schoorsteen der stoomzuivel- fabriek rookte gisteren weer voor het eerst. In zes weken tyds was er geen vuur in oen haard geweest, doch Vrydag middag kon men weer met de machine karnen. Ik lieperooaa rond en ontmoette al spoedig een der be woners, den heer A. Dj Bruyn, die my wel willend zyn beide ruime en welingeri hte stallen met tachtig welgedane koeooestea liet zien. Menig arm mensch mocht wenachen, dat hy in zijn woning zooveel lucht en licht had. Een gedeelte van den stal hid ter wille van een corpulenten os, over welken ma niet kan heenzien, als men het geluk heeft slechts van middelbare lengte te zijn, een kleine wijziging on:erga3n. Als mtn per fiets of per rytuig e ns dien kant uitkomt, vtrzuime men niet, eens een kykje te nemen in de grootsche inrichting, die, zooals men welhcht we^t, het eigendom is van mevrouw de douairière W. Visser van Hazerswoude. De Christelijke Jongelingsvereeniging zal a. s. Donderdag, 23 November, haar tweede lezing doen bouden. Ds. Veth<<ke, van Leiden, beeft op zich genomen te spreken over „Iets over de leer van het Duizendjarige rflk". De moesten onzer zullen misschien beelwat weten van het dierenrijk, het plaDlenryk, bet ryk d>r natuur en zelfs van het Hemelsche ryk (China), maar als men hun op den man af vraagt, wat ze onder het 1000-jarigo ryk verstaan, geen voldoend antwoord kunnen gevtn. Voor dia allen bestaat er nu tegen betaling van tien cents de gelegenheid om hun kennis op uit punt uit te breiden of te bevestigen. Een zoer kalme fietsrffder werl Donderdag morgen omgeworpen door eenige kiodoren, die, stil voor het schoolhek staande, zich eens klaps omkeerden en het rywiel omverliepen. Aan hot gejammer der kleinen zou men ge zegd hebben, dat ze ernstig letsel bidden be komen, doch het liep best af. De moeder van een der lichtgekwetsten spr-k na gron ig onderzoek den sportman vrij Andrre moedtrs en vaders mogen hieraan een voor >eeld riemen! Het depot van ons bybelgenuotschap is tydel\jk overgebracht naar den heerN. Van den Toorn Sr. Zy, die voor weinig geld bybels willen koopso, kunnen voorloopig daar terecht. 29) „En toch ben ik voornemens myn plan door to zetten. De verlokking is te groot, nu ik eenmaal zoo ver ben." „Als ge morgen by my komt, zal ik u de hewyzen leveren, dat in de laatste jaren reizigers eenvoudig spoorloos verdwenen zyn, zonder dat het der Engelsche Regeering gelukt is de daders te ontdekken. Kom morgenochtend ep myn bureau. En ik hoop ook u - vervolgde hy tot Dorita en uw eebgenoot morgen als myn gasten by my te zien. Myn vrouw zal zich zeer verheugen u te leoren kennen. Ik woon in oen gindsche villa, aan den voet van dien 'Lc-uvel." En spoedig daarop nam lord Harray afscheid. Den volgenden dag begaven Erwin en Hans en Dorita zich op het bepaalde uur naar de villa van lord Hairay, welke niet alleen heeriyk gelegen, maaï tevens prachtig ingericht was. Zy werden in het salon gelaten en wachtten op de komst van mylady. Erwin vooral was in gespannén verwachting, want hy had niet gedacht, dat zyn vriend ooit zou trouwen. Lord Harray had zyn vrienden even alleen gelaten, daar iemand hem noodzakeiyk spreken moest, en had gezegd, dat mylady wel dadeiyk zou verachynen. Inderdaad werd spoedig daarna de portière teruggeschoven. Baron Erwin sprong op om de erlTganoote van zyn vriend te begroetoD, m.ar by heb zien der slanke gestalte, die den drempel overschreed en door Hans en Dorita met een kreet van verwondering werd begroet, bleef hy als vastgenageld staan. Het was Ella. De donkere blos, die oen oogenblik haar gelaat gekleurd had, maakte plaats voor een doodeiyke bleekheid. Ook zy verroerde zich niet en staarde Erwin aan. Haar knieën knikten en zeker zou zy op den grond gevallen, zyn indien Dorita niet vol vreugde op haar was toe gesneld en haar armen vast om haar heen had geslagen. „Ella, myn lieve, goede, mooie Ellal" Langzamerhand keerde Ella's kalmte terug. Hartelyk beantwoordde zy Dorita's kussen, en reikte toen eerst Hans, daarna Erwin de hand. Was dat zyn kleine Ella? Zy was nu ongeveer nogontien jaar, maar de ernstige blik, de zekerheid in houding en bewegiDgen doden haar veel ouder schynen, maar dat was immers geen wondert Zy was oen gehuwde vrouw, de gemalin van lord Harray I Maar waarom kon hy een gevoel van bitter heid niet onderdrukken? Een gewaarwording als ware hem door haar huweiyk een persoon- ïyke beleediging aangedaan, joeg hem een blos van toorn naar de wangeD. Maar dat was belacheiyk! Lord Harray was een zeer goed menscb, hyzelf droeg hem do grootste achting toe, hy bezat een groot fortuin en bekleedde een aanzieniyke betrekking. Wat kon hy meer voor Ella wenschen? Daar deden een paar woorden van Hans oen licht over do zaak ophaan. „Ik' wensch u van harte geluk, mylady," begon hy. Verwonderd zag Ella hem aan. Mylady? Op eens kwam er een geheele verandering in haar gelaatstrekken. De ernstige vrouw maakte plaats voor het vroolyke jonge meisje, kuiltjes kwamen in haar wangen, en den arm in dien van Hans stekend, sprak zy lachend: „Maar, oom, hoe hebt u een oogenblik kun nen denken De verklaring werd afgebroken. Een zeer tengere, bleeke dame, die zeker ver boven de veertig was, trad binnen. „Mylady," fluisterde Ella haar oom Hans in het oor en trad ter zyde. Terwyi de echte Mylady Harry haar gasten welkom heette, sloeg Ella haar vrienden kalmer gade, maar toen zy Erwin's blik ontmoette, sloeg zy verschrikt de oogen neer. Hy was dus nog steods vertoornd op haar. Tooneelen uit het verleden rezen weder voor haar geest op en deden den glimlach op haar lippen besterven. Lord Harray trad binnen en tegeiykertyd kwam de knecht zeggen, dat de spyzen opge dragen waren. Lord Harray bood Dorita den arm en Erwin haastte zich Mylady naar tafel te geleiden. „U bent niet meer boos, nietwaar, oom Hans?" vroeg Ella, haar handje op den arm van haar voogd leggend. „Ik geloof, dat, al waart ge ook zonder myn medeweten en toestemming de vrouw geworden van lord Harray, ik je dat niet kwaiyk had genomen," antwoordde Hans. Aan tafel zat by weer na sthaar en hy ver telde haar de treurige reden van hun reis. „Nu, beste vriend," wendde zich lord Harray aan het dessert tot Erwin, „ge hebt dus toch besloten het onherbergzame China den rug toe te wenden? Het doet my werkeiyk genoegen, dat ik u van uw plan heb kunneD afbrengen. Nietwaar, hetgeen ik u vanmorgen verteld heb, is niet geschikt om sympathie voor de Chineezen te krygen? En waarheen denkt ge u nu te begeven?" „Voorloopig sluit ik my voor drie weken aan by myn familie, die Japan gaat bezoekeD." „Dat treft uitstekend! Ik hoop binnen drie weken hier klaar te zyn, en daar u hier sprak hy tot Hans over drie weken, laten we zeggen vier weken, terugkeert naar Europa, zouden we samen kunnen reizen. Als we nu eena afspraken over een maand elkander in Nagasaki te ontmoeten?" „Uitstekend," antwoordde Hans. „En u?" vroeg mylord aan Erwin. „In Nagasaki zal ik dan afscheid van u nemen. Ik biyf in Oost-Azië, maar wat ik doen zal, hangt van verschillende omstandig heden af." „Nu, iu Nagasaki spreken wy elkander dus nader, vriend. Mylady en ik zouden zoo gaarne in uw gezelschap een deel van Duitsch* land leeren kennenvooral do Ryn trekt ons byzonder aan. En dan nemen we u mee naar Schotland. U kent Schotland nog niet? Dan moet ge u door mylady oen beachryviog laten geven van al de heeriykheden." „Ik heb myn land zeer lief," sprak mylady, „maar ditmaal had ik byzonder weinig lust het to verlaten, omdat miss Ella zoo gaarne wilde blyveD." En nu vertelde Ella met schitterende oogen van al de heeriykheden van lord Hurray's kasteel. De „Electra" had vroeg in don morgon do haven van Nagasaki verlaten. Zy verwijderde zich meer en meer van de kust, die achter een dunnen nevel verborgen lag. Da passa giers hadden op het dek ontbetöD. De dag beloofde zeer schoon te worden. Ru3tig gloed het schip over de golvon. De Electra" was een Duitsch schip, dat tusschen Shangai en Hamburg voer. Een tengere gestalte in Japansche kleeder- dracht leunde over de verschansing. Het lieve gelaat was naar het langzaan verwyderde land gericht en zy was zoo diep in gedach ten verzonken, dat zy niets boorde van het levendige gesprek, dat tusschen de passagiers werd gevoerd. Een mannenarm legde zich om de slanke gestalte en een diepe stem vroeg zacht: „Waaraan denkt myn Dorita? Heeft zfj heimwee?" Dorita zag glimlachend tot den man op, die zulk een teederen klank aan zyn stom gaf, wanneer hy tot *yn beminde gade sprak, en antwoordde: „Neen, Hans; ik dacht er over na, wat er van my geworden zou zyn, indien niet hot tooval je in mijn vaders huis had gebracht.'' (Wordt varvlgcLS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 1