N°. 12179 Maandag November. A». 1899 fëourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en (feestdagen, uitgegeven. Vierde Blad. Leiden, 4 November. F* euilleton. JALOERSCH. LEIDSCH DAGBLAD PEJJS DEZKB CajTOAHT» Voor Leidon per 8 maanden; Franco per post <j Afzonderlijke Nommers v f 1.10. 1.40. 0.05? PRIJS DER ADVERTENTIËNt Van 1—0 regels f 1.05. lodore regel moer f 0.17J. Grootec* lettere naar plaatsruimte -> Voor hot incasseeren buitoD do stad wordt f 0.06 berekend. De niet benoeming van prof. Symons te Groningen, tot opvolger van prof. Cosyu, te Leiaen, lokt nogal aanmerkingen uit. Tegenover eenige opmerkingen in de „Prov. Gron. Ct.", die van haar ingenomenheii deed tlyken over het behoud van Symons voor de Groningsche universiteit, en zich verheugt dat de „roofzucht", die zoo menigmaal de beste mannen uit Groningen wegnam, ditmaal geen steun vond, wordt van Groningen aan de „N. Rott. Ct." het volg.nde geschreven: „In onze (dus in de Groninger) academische kringen beschouwt men de zaak geheel anders. Men ziet in de poging van Leiden om prof. Symons am zich te verbinden, volstrekt geen daad van „roo.'zucht", en de beslissing der regeering wor.t er volstrekt ni&t algemeen gewaardeerd als een dankbaar te aanvaarden daad van officiëele bescherming. Men vat er de zaak hooger op. Men oordeelt, dat het belang der wetenschap en van haar bloei in Nederland het onder sommige omstandigheden wenscbelyk kan maken, dat een hoogleeraar, die geruimen tgd aan één onzer universiteiten heeft gewerkt, zoo hy daartoe wordt aan gezocht, van standplaats wissele en elders zyn arbeid voortzette. Men meent, dat het oordeel of die omstanJigbeden aanwezig z(]q in de allereerste plaats behoort aan den man, die met IJver en met eere zjjn vak vertegen woordigt en bü wien de belangen zijner studie natuuriyk het meeste gelden. Men heeft my verzekerd, dat, zoo aan den Groningschen senaat de beslissing in dezen had gelegen, de groote meerderheid, misscbi.n wel alle leden, en zeker het allereerst zy, die prof. Symons het best kennen en zijn heengaan het meest zouden betreurd hobben, nadat zij in kennis zouden - ztfn gesteld met den wensch van Leiden éiMSfêtCe redenen, welke hun ambtgenoot had om aan dien wensch gehoor te geven, geen oogenblik zouden hebben geaarzeld om in die verplaatsing toe te stemmen. Zy zoudon daarby hebben ver trouwd, dat de curatoren dezer universiteit, door de lettorkuodige faculteit geadviseerd en gesteun J, wel uitnemende voorstellen ter vervanging van prof. Symons zouden hebben weten te doen. „Naar de motieven, die den minister hebben genoopt om zich tegen den zoo duidelyk uitgesproken wensch van Leiden te verzetten en met dien van prof. Symons geen rekening te houden, kan men natuuriyk slechts raden, evenals naar de invloeden, die zich wellicht by dien staatsman hebben doen gelden. Dat ▼oor den minister sterk overwegende belangen den doorslag gegeven hebbeD, moet men aannemen. To.h betwyfelt men hier, of de raadslieden van Zyne Excellentie in dezen wel het ruime standpunt hebben ingenomen, dat by quaesties van wetenschappelijke studie en hooger onderwys ook het hoogste is, en vraagt men zich af, of de beslissing, die thans genomen is, wel zou gevallen z(jn, zoo Neder land in het bezit was van een afzonderlijk ministerie van onderwys." Alkemade. Onder regeling van den bur gemeester dezer gemeente, zal hier in de verschillende afdeelingen worden gecollecteerd voor onzo broederen in Zuid-Afr ka, in den loop der volgende week. Bodegraven. De openbare vergadering, door „Patrimonium", alhier op Donderdag 2 Nov. belegd, was zoer talryk bezocht. Naar gissing waren er ongeveer 800 menschen te zamen gekomen, om iets te hooren over de Trans- vaalsche Boeren. Op bevattelyke en tevens boeiende wyze schetste de- spreker, de heer J. Van Andel, de geschiedenis van de Boeren in Z.-Afrika, vanaf de vestiging in 1652 van de Hollandsche kolonisten tot op den tegenwoordigen tyd. De 8tryd, dien de Boeren te voeren hadaen met de inboorlingen, de groote trekken naar het NoordeD, het verdryven uit Natal, de vestiging van den Oranje-Vrystaat en de Transvaal, het geraken onaer Engelands heer- scbappy in 1877, het weder vry en onaf- hankelyk worden van do Transvaal in 1881, de inval van Jameson en het uitbreken van den tegenwoordigen oorlog, dit alles werd door spreker zeer duidelyk aan zyn talrijk gehoor uiteengezet. Aan het einde werd den sprrker dan ook een wel verdiend applaus toegebracht. Door den voorzitter van tPatrimonium", den heer K. De Graaf, werd de tyeenkomst met gebed geopend en door ds. J. G. VerboefF met dank zegging gesloten. Het Transvaalsche Volkslied werd door de menigte met geestdrift gezongen, terwyi er een collecte gehouden werd voor het Roode Kruis. Gedurende de afgeloopen maand October is aan bet postkantoor, alhier, in de Rijks postspaarbank ingelegd '6495.55 en terug betaal! f 911.95. Het laatst uitgegeven toekje draagt het nummer 694. De leerlingen van de openbare school C. alhier, beoben niet willen achten.lyvon ty die van school A. Zy hebben met elkander f 16.80 byeengebracht voor de Transvaal. Het herhalingeonderwys, dat van ge meentewege aan de openbare school A, alhier gegeven wordt, is deze week begonnen met tien leerlingen. De Christelyke Jongelingsvereeniging „Timotheus" hield in het lokaal „Oud BoJegra- ven" haar negentiende jaarfeest. Het lokaal was goed met leden en geïntro iucoerden bezet. Het verslag en de rekening over het afge loopen jaar werden voorgelezen. Van hot i atig salao der rekening ad 50 gulden werd 20 gul Jen afgedragen ten behoeve van de Trans vaal De avond werd verder genoeglijk door gebracht met het houden van voor.racbttn en samenspraken. Afgevaardigden van zuster verenigingen uit Oudewater, Kou jekerk, Alfen en Sluipwyk woonden dit feest by, d*t tot ongeveer middernacht duurde. Vanaf 4 Nov. zal alhier de bibliotheek der Christelyke Jongelingsvereeniging „Timo theus" ces Zaterdagsavonds van 7 tot 8 uren in het lokaal „Oud Bodegraven" voor het pu.liek geopend zyn. Voor slechts 2l/i ct. per week kan een ieder een nummer ter lezing verkrygen uit de bibliotheek, waarvan de catalogus tegen 5 ets. verkrygbaar is. Wo nadagmorgen 8 November om half tien, zal den leerlingen der Prinses-Wilhelmi a school, alhier, in het hotel „Van Haatten" een feest aangeboden worden. Do burgemeester tan Bodegraven her innert de ingezetenen, dat, wanneer zy in huis een krankzinnige verplegen, over wien het Staatstoezicht zich uitstrekt, gehouden zyn hiervan aangifte te doen by den burge meester der gemeente van zyn werkelyk vorblyf binnen tweemaal 24 ureo na den aanvang der verpleging. Haarlemmermeer. In den morgen van den 2den dezer omstreeks 10 uren had in deze gemeente aan den Spieriogerweg een ernstig ongeval plaats. De arbeider J. De Visser reed met een wagen, volgeladen met bieten, toen hem onverwachts in dolle vaart een bonden- kar passeerde. De voor den Lieten wagen ge spannen paarden werden schichtig en sloegen op hol. De Visser had geen ktyd meer om van den wagen te springen, en zich niet meer knnnendt vasthouden kwam hy tusschen een der paarden en den disselcoom terecht, welke Loom hem dermate tegen de bor=t drukte, dat hy zich onmogeiyk heeft kunnen los- wriügtn. In bewusteloozen tosstan J werd by huiswaarts geiragen, en de weldra ontboden geneesheer constateerde, dat hy inwendig ernstig gekneusd was, en dat er weinig kans op het oeboud van zynj loven meer bestond. Den volgenden morgen (3 dezer) omstreeks halfóón Is hy onder hevige pynen aan de ge volgen ovtrleden. Hy laat een weduwe met 6 jeugdige kin leren, na» llazerswoude. Dr. Ph. Hoedemaker, van Amsterdam, hield gisteravond voor een groote schare belaDgstelletiaeo in „Salvatori*' een lezing over „üe oelegiring van Jeruzalem coor den profeet Ezechiël." Uit zoo'n ryken oogst, als de geleer Je sprek r ons aanbood, slechts datgene saam te lezen, wat den meesten lezers van het Dag lad belang kan inboezemen, is voor een ongeroutine«.rd courantenbericht-schryver, zoo als ik, een bjjna hop.-looze arbeid. Men leze bet vierce hoofdstuk van Ezechiël, dan weet men, waaraan de redenaar zyn beschouwingen vastknoopte. „God moet aan Zyn eer komen". Zoo begon dr. H. zyn toespraak. Er is veel schoons in de werelJ. De geschiedenis der laatste dagen van Zola en Dreyfus bewyst ons, dat men zonder God te erkennen en te eeren toch nog veel goeds kan teweegbrengen. De Fran- sche revolutie, h t kind van de beschouwingen van Voltaire en Rousseau, heeft onsduiielyk doen zien, dat men buiten het Christendom tot goede uitkomsten is gekomen. Maar de vryiieid, die men begeerde, kon niet verkregen worden dan nadat de guillotine stroomen bloeos had doen vloeien. Do wetenschap buiten God blykt ten slotte slechts blind bygeloof, de beschaving barba risme. God komt er niet door aan Zyn eer. Er is een spotten Gods in de wyshei! der menschen. Dat zien wy byv. aan de Vredes conferentie, waar de bloedige Transvaalsche oorlog onmiddellijk op gevolgd is. God komt aan Zyn eer op crieërlei wyzen: lo. in do ge3cbieJenis; 2o. als de zondaar zich bekeert; 3o. als de mensch door Gol worut aangewezen om de wereld te richten. Abraham met Sodom en Gomorra, Noach met de ark, Rachab met Kanaün, Elia met de regenlooze jareo, Jesaja en Jeremia zyn voorbeelden van dat richten der wereld coor menschen. Alius ook Ezechiël en de belegering van Jeruzalem. Ezechiël had geen gemakkeiyke taak. Andere* to oordeelen schynt licht, als wy klakk-rloos kwaad van elkander spreken; maar dat is geen oordeel in de vretze GoJs, waartoo wy geroepen zyn. Leest het oordeel der groote bladen over Engeland en de Zuid Afrikaansche Repu-li k. Wy zyn het er hartelijk mede eens, maar het ia niet het zuivere oordeel Gods. Dat oordeel zullen we eerst later leeren kennen In kerkeiyken stryd was vaak ook veel menschelyk oordeel. Als Saul tegen de Ameld- kieten optrok, sp.ar-e hy Agag en den ryken buit, om zijn eigen eer te v-. rgrooten. Daaren tegen stieten de Levieten 3000 van de kinderen Israels neer, die tegen God waren opgestaan. Dat was om de ec-re Gods alléén te doen. In sprekers eerste gemeente waren veel bevindelijke menschen, dio de poort des Hemels slechts op een kiertje openzetten, zoodat er byna niemand kon binnengaan. Hoe wyd werd echter die poort opengezet, zooira een eigen kind, een echtgenoot of een broeder kwam te overlydon! Dat alles is voor eigen eer en niet tot eer van God. God spreekt nog in de geschiedenis tot ons. Als we ons verblijden over den aan- vankelyken voorspoed van onzo Transvaalsche broederen, laten we dan toch voorzichtig zyn tn ons wachten te zeggen„Kruger en Joubert, Stein en Cronjé zyn zoo dapper en de Boeren schieten zoo uitmuntend"; of: „Geen wonder, zo zyn daar op hun bekend terrein en moeten het dus winnen." God zou dat kunnen straffen, want het i6 e'.n schenJen van Zyn eer. Hy zou dan kunnen zeggen, als eens tot Abraham: „Geef My dat kind!" Al ging het ryk van Israël onder, toch zou Gods ryk wor en uitgebreid en bevestigd. Ouders, als ge uw kinderen straft, doet ge dat, omdat ze hun kleederen hebben gescheurd of bemorst, of omdat ze u ongehoorzaam zyn, en daarentegen ni t, als ze Go is heilige ge- boien overtreden? Dat is geen richten in de vreezj GoJs. H-.t oordeel der menschen is niet te ver trouwen. We hebben het aan Frankrijk gezien. Hoe vreeselyk is het, te vallen in de handen der menschen. Alleen, als we aan Gods zyde staan, zijn we vtilig en geborgen. Als we vonnissen willen, laten wo dan begionen met onszelven, maar het oordeel over de menschen a3n God overlaten. Gods gerichtcn zyn barmhartig. Hy is een overvloejige fontein van heil, dat nooit ver gaat, dat biyft tot in eeuwigheid. De vereeniging „Nut en Genoegen" zal, als er niets in den weg bomt, haar eerste uitvoering geven op 29 November a. b. Als ik my niet bedrieg, zyn de nieuwste snufjes a ngeschaft en is men druk bezig, een prA- tigen avond voor te bereiden. Maar ik mag niet uit de school klappen 1 Op oe lyst voor de Zuid-Afrikaansche Vere niging en de Nederlandsche afdoeling van het Roo.'e Kruis, waarmede de gememte- bole L. Goldberg, namens den burgemeester, de gemeente is rondgega ra, is geteekond voor een gezamenlyk bedrag van f 227.531/,. Te beginnen met 1 Januari 1900 zal door de gemeente voor legalisatie eener hand- teekening van den burgemeester, van den belanghebbende worden geëischt een bedrag van tien cents. De inning da rv..n geschiedt door den gemeente secretaris. Oudshoom. Naar men verneemt, zal ook in deze gemeente een collecte wor en ge houden ten behoeve van Transvaal. Biykens den ten beh09vo van de aan staan Je volkstelling opgemaakten staat zijn in deze gemeente 605 buizen, nl. in wijk 1, 115; in wyk 2, 149; in wyk 3, 275, in wyk 4, 66. Do zitting van den penningmeester van den Vrouwgeest- en GnepbrookpolJer zal. gehouden wonen in hot gemeentehuis alhier op Woensdag 20 Dec. a. 8. van des voorm. 1012 uren. Byiishurg1. In de vergadering van do af- deeliDg „Rynsburg" der Algem. VtreenigiDg voor Bloembollencultuur zyn als nieuwe leden aangenomen de hesren A. v. Delft Dzn P. v. Egmond Cz., H. d. Eykel Gz en H. Grim bergen. Tot candidaten voor het hoofdbestuur wor den by stemming gekozen de heeren M. P. v. Ruiven, Poeloyk; C. Blokhuis, Lisse, J. H. Kerstens, Haarlem, en De Graaf, Leiden. Ook werd besloten het vyf-en-twintigjarij huwelyksfeest van deo lsten secretaris, den be6r P. v. Iterson, niet ongemerkt te doen voorbijgaan, maar hem een biyk van waar deering aan te biedeD. By de verloting waren de gelukkigen dit maal de heeren H. Hogawoning Cz., A. v. d. Eykel, M. GrimbergeD, P. Roov^rs, A do Mooy Sr. en A. Hogewoniog Cz. Op het Ryks-telephoonkantoor alhier werden in de vorige maand 173 telegrammen behandeld, waarvan er 73 werden verzonden en 100 zyn ontvangen. In dezelfde maand van het vorig jaar waren die getallen respectievelijk 294, 144 en 150. Nog i6 iDgekomen voor de Nederlandsch- Zuid-Afrik. Vereeniging f 2.24, zoodat de som nu bodraagt f 153.35. Ook werd nog by gelegenheil van een feestelyk byoenzyn by e*n vUf-tn twintig jarig huwelyksfeest alhier voor de Transvaal ingezameld 7. E3n en ander zal op bestemder plaatse worden afgedragen. Voorschoten. By het gisteren vermelde bedrag, dat alhier voor de Z.-Afrikaaneche repu. Hek is byeengebracht, behoort nog t» worden gevoegd een som van f 60.36 al» opbrengst van een collecte gehouden in Ger. Kerk alhier na afloop van den bidstond» 3) Zoo leefde nu de oude man voort, op zyn heeriyk kasteel, en verheugde zich het geheele jaar door op niets anders dan op de komst van zyn dochter Renata, Het met koepeltorentjes versierde middel- eeuwsche slot lag in de schaduw van zware, oude denneboomen, op ean kleinen heuvel, zoodat men uit de vensters de geheele stad kon overzien. De graaf hield niet meer van feesten. Hy had geen anderen omgang dan met eenige buren, en behalve zyn dochter waren de paters uit het klooster de eenige gasten. Het kasteel was door een prachtig park omgeven. Van het balkon, waarop gravin Renata stond, had men een boeiend gezicht op bloembedden en grasvelden, in het midden waarvan een diepe vyver lag. Het begon te schemeren, zacht ruischten de hoornen en weerspiegelden zich in het zilvergryze water. De vogels zongen niet meer. In de verte klonk hef murmeleDd lied van do bron, die don vyver van water voorzag. Luisterde de onbsweeglyko gestalte op het balkon naar al die stemmen van den nacht of naar do stommen in haar eigen hart? Zy boog het schoone hoofd. Een zucht gleed over haar lippen. Een oude bediende wa9 zacht het salon binnengetreden. Da gaslampen waren ont stoken, de fauteuil nader by de tafel geschoven, waarop de theepot stond. De oude nam een zilveren blad met brieven en giug naar de openstaande balkondeur. „Mevrouw de gravin." Snel, byna verschrikt, wendde zy zich om. „Ben jy het, Joz f? Brieven Geef maar hier." Haastig zag hy de brieven door en wierp ze weer op het blad. „De kaartjes, die er by zyn, werden van daag door bezoekers afgegeven, maar mevrouw de gravin had bevel gegeven niemand toe te laten," „Is dat alles?" „Ja, mevrouw de gravin." ,'tls goed, Jozef. Geef de brieven aan Mina, om ze op myn toilettafel te leggen." Jozef verliet weer even onhoorbaar het vertrek. „Weer geen brief van hem," prevelde ze. „Drie weken zyn nu verloopen; bah, die hartstochteiyke brief was waarscbynlyk het uitvloeisel van een stervende liefde. Ik heb den moed gevonden hem met een paar koele regels te beantwoorden en verzocht voortaan verschoond te blijven van zulke epistels. Hij zal zich troosten, zooals iedereen zich troost, en dat is maar goed ook. Er kan nimmer iets van komen. Wie den door verstand aan gewezen weg bewandelt, mag nooit stilstaan en omzien. Ze stak den brief, dien ze te voorscbyn had gehaald, weer in haar zak en trad het salon biDnen. Tegelykertyd kwamen door een zydeur de nicht en duenna der gravin, de „onvermyde- lyke" zooals zy gravin Mietzi noemde, binnen. Gravio Mietzi bezat de eigenaardige gewoonte steeds daar te verschynen, waar zy het minst verwacht en zeker niet gaarne gezien werd. Herhaaldeiyk was het gebeurd, dat zy een aanbidder van gravin Renata gestoord had, juist op het oogenblik, dat hy zyn liefde wilde verklaren, en gravin Renata placht in stilte daarom te lachen. Haar nicht was zoo dikwyis op het rechte oogenblik verschenen, dat zy het haar gaarne vergaf wanneer zy soms op een ongelegen oogenblik binnentrad. De schoone weduwe had geen geheimen te verbergen. Ze had de arme, oud wordende gravin Mietzi Hallwick in haar huis opgenomen, omdat dit haar gepast voorkwam, en z|j nam haar ge zelschapsdame, die weinig vreugdo gekend had, haar nieuwsgierigheid en het koketteeren met het twijfelachtige beetje jeugd, dat haar was overgebleven, niet kwalyk. Ze was wel is waar spoedig tot de ontdekking gekomen, dat ze zich een grooten last op den hals had gehaald, maar daar het nu eenmaal was ge beurd, kon zy het niet over het hart ver krygen haar weg te zenden. Men kon zelfs niet boworoD, dat gravin Mietzi haar betrekking in het huis van gravin Renata met waardigheid bekleedde. Zo was veertig jaar, maar had de hoop barer jeugd Dog niet opgegeven. De gevoelens, welke zy haar nicht toedroeg, waren zeer verschillend. Renata had baar zooveel weldaden bewezen, dat zy, wanneer zy zich die herinnerde, hetgeen zelden gebeurde een gevoel van dankbaarheid had. Maar van den anderen kant was zy zoo overtuigd van haar onontbeeriyk- heid, dat zy wat Renata aan haar deed ruim schoots meende te vergoeden door haar tegen woordigheid. Wat zou Renata zonder haar begionen? Gravin Mietzi was zooeven teruggekeerd van een rytoer. Ze wierp parasol, hoed en handschoenen op een tafel en zichzelve, bygende van de twintig treden, welke z(j had moeten klimmen, in een fauteuil, en woei zich met een waaier frissche lucht toe. „Hemel, zyt ge al bezig thee te zetten? Neem my niet kwalyk, Renataik zal myn plichten dadeiyk van je overnemenik ben doodaf." Gravin Renata scheen verwonderd. „Ik dacht, dat ge uit ryden waart geweest Hebt go een groote wandeling gemaakt?" „Ik? Da Hemel behoede mijl By deza hitte gaat toch een verstandig mensch niet wan delen 1" „Ik vind het juist lekker weer; op het balkon was het me zelfs te koel." „Je moet je niet met my vergelyken, R.-nata. Ik heb zuideiyk bloed in de aderen. Ik heb je eigeniyk nog nooit verhit gezien. Ja hebt bet altyd koud. Visschenbloed heb je." Gravin Mietzi bracht intusschen mat een schildpadden kammetje beur haar in orde, haalde toen een spiegeltje uit haar zak en bokeek zich van alle kanton. „'t Was vervelend," hernam ze. „In deze wildernis ziet men geen fatsoenlijk mensch. Alleen ritmeester Horst ben ik togei. geko men. Hy was bezig cyclamens te lukken. Dat is immer9 je lievelingsbloem? E.i daar het vandaag je ontvangdag is, zal hy stellig aanstonds verschynen en ze je met een hart- vorraurwenden blik aanbieden." „Ik twyfel daaraan. Wilt ge een kop thee?" „Dank je. Maar wel wil ik wat van dien room met aardbeien. Gerechte Hemel, wat heb je van dien ritmeester gemaakt 1 Do arme man is byna onkenbaar. En wat was dat een aangenaam, onderhoudend mensch, toen in Mei hier kwamen I Wat kon hy grappig zyn en wat hebben we dikwyis samen ge lachen! Nu is hy geworden, zooals allen, die gy betoovert: een ernstig, vervelend maD, die er uitziet alsof hy op het punt staat oea zelfmoord te begaan. Je bezit groote talenten, Renata, maar het geheim, om je vrienden op te vroolyken en gelukkig te maken, heb je nog niet ontdekt." „Daarin heb je gciyk." „Heeriyk Weenen vervolgde gravin Mietzi. „Ik verlang naar ous kasteel. Dat is een aDdor loven l De residentie vlak by, hier in dezo Wildernis versuft men." „Een heeriyko wildernis. Ik vind het erg jammer, Mietzi, dat je het hier zoo vroeseljjk vindt, want het is zeer mogeiyk, dat ik op li men horst biyf, om ray geheel aan papa te wijden, wiens gezondheidstoestand my bezorgd maakt." Gravin Mietzi werd bleek van schrik. Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 13