H\ 12174 Dinsdag 3X October. A0. 1899 fmant wordt dagelijks, met uitzondering yon (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Een Transvaalscli Volkslied. LEIDSCH DAG-BLA PBJJS DEZEB GOTOAHTl Voor Lolden per 8 maanden. n H i .i 1.10. Franco per post s> a B 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05.. PDUS DEE ADVEETEHTIÉNl Van 1-6 rogels f 1.06. Iedere regel meor 0.17J. - Grooter. tetters naar plaatsruimte Voor hot mcasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Tweede Blad. „Di vierkleur van ons dierbaar land, Die waai weer o'er (over) Transvaal; En wee di Godvergeten hand, Wat dit weer neer wil haal! Waai hoog nou in ons helder lug, Transvaalsche vryheidsvlagl Ons vyande is weggevlug, Nou blink 'n blyer dag. Yeul storme het jy deurgestaan^ Mar ons was jou getrou; En nou die storm is o'ergegaaD, Wijk ons nooit weer van jou. Bestormd deur Kaffer, Leeuw en Brit, Waai jy steeds o'er hul (hun) kop, En tot hul spijt anskou hul (zijlieden) dit, Ons h(js jou hoger opl Met lage lis haal Albion Ons vlag verraadlik neer En doet to6n net al wat hul kon Dat ons hul vlag moes eer: „Ons sou dan alles daarbij win, „'n Telegraaf en Spoor, „Als ons di Rooivlag wou erken" Mar dit wou ons ni hoor. Vier jaar lank het ons mooi gepraat Om weer ons land te kry „Ons vraag jou, Brit, geen goed of kwaad, „Gaat wog en laat ons vryi" Mar toen di Brit ons nog V6rerg Toen vat ons di geweer; Ons was al lank geno9g geterg; Nou kan ons toch ni meer. En mot Gods hulp het ons di juk Van England afgegooi; Ons is weer vry, geluk, geluk! Nou waai ons vlag weer mooil Het het (heeft) ons heldenbloed gekos, Mar England nog veul meer; So het di Heer ons weer verlos. Ons geef Hem al di eer! Waai hoog nou in ons heldre lug, Transvaalsche vrijheidsvlag l Ons vyande is weggevlug, Ons blink 'n blijer dag. Waai hoog nou o'er ons dierbaar land, Waai, Vierkleur van Transvaal! En wee di Godvergeten hand, Wat jou ooit neer wil haal! C. G. Do Jonge, f Volgens de „Daily Mail" is te Elandslaagte ook gesneuveld de heer De Jonge, secretaris van het departement van onderwijs der Z.-A. Republiek. Hoe de oorlog ook afloope, tot de pijnlijkste herinneringen zal voor de Boeren deze dood beboortn. De hoer De JoDge was secretaris van het de partement van onderwijs. Toen de Afrikaanders in Transvaal hun heftige beweging tegen het HoHandsohe onderwijs voerden, greep hy naar /i pen en verdedigde in een dagbladartikel het staatsonderwijs en verweet dezen Afrikaan ders, van wie de predikanten van de Vcreenigde Éerk, kweekelingen van Stellenbosch, de leiders waren, dat door hun toedoen het Engel6ch en de Engelsche invloed in de Republiek het zouden winnen. Daarop volgde een aanklacht by de Regeering en een verzoek om den heer De Jonge te ontslaan, omdat hy, hoewel ambtenaar, de predikanten der Vereenigde Kerk had aange vallen. De RegQ6ring benoemde een commissie om het geval te onderzoeken. De commissie vond geen aanleiding voor bet ontslag. Toen volgde een debat in den Eersten Volksraad, naar aanleiding van een memorie van oen klein aantal burgers, verzoekende den heer De Jonge te ontslaan. Met 13 tegen 12 stem men gaf do Volksraad de Regeering daartoe opdracht. Of zy daaraan voldaan heeft, weten wy niet. Volgens onze laatste berichten, die tot de eerste dagen van October liepen, nog niet. Maar intusschen was de oorlog uitgebroken, Het Nsderlandsche vrywilligerscorps werd ge vormd. Op de vergadering, waar dat gebeurde, deelde iemand mede, dat zich voor het corps bad opgegeven de heer De Jonge. Geen waar diger antwoord op het besluit van den Volks raad ware mogeiyk geweest. Hy werd een der officieren van het corps te velde, en te Elandslaagte liet hy het hven. De Regeering der Republiek, zoo zy 't nog niet gedaan had, was dus ontslagen van de Lateiyke taak, aan de opdracht van den Volksraad gehoor te geven. De post is open en kan door een Afrikaner bezet worden. Maar, wy mogen niet te bitter zyn; er was toch onder de burgers al verontwaardiging over dat besluit van den Volksraad en de oorlog, de heldhaftigheid van het als één man opkomend Transvaalsche volk, wischt veel kwaads uit. Maar voortaan zal geen rechtgeaard Afrikaander van dezen vryheids- kamp kunnen spreken, zonder eerbiedige hulde te brengen aan De Jonge, die zyn eigen bittere grief niet achtte, maar zyn leven veil had voor zyn nieuwe vaderland. Zyn oude vader land zal zich ook zyner weten te herinneren. (N. R. Cf.) Ajax Haarlem, De wedstryd ten bate van de Ned. Zuid- Afrikaansche Vereeniging heeft ten volle aan zyn do l beantwoord. Te Leiden heeft het voetbalspel eerst sedert korten tyd ingang gevonden by het publiek; men kan dus nog niet verwachten, dat er, zooals te Amsterdam, Rotterdam of 's Gravenhage, 1000 a 1500 menschen komen kyken, maar in vergelyking met anders was het gisteren stampvol. Hoe veel Ajax ten slotte aan de N. Z.-A. V. zal kunnen afdragen is ons nog niet bekend wy zullen niet verzuimen er zoo spoedig mogeiyk melding van te maken zeker zal hot beneden de bedragen van enkele andere steden t-iyven, maar in ieder geval heeft Leiden de eer van in dezen het initiatief te hebben genomen. De wedstryd is een zeer spannende geweest en ten slotte geöindigd in een geiyk spel 1 1. Terwyi Haarlem geheel volledig was, miste Ajax den besten speler der voorhoede, nl. KoolemanB Beynen, wegens een bekomen kwetsuur. Wanneer men bedenkt, dat deze speler in het vorig seizoen door den Ned. Voetbalbond was uitverkoren om Nederland te vertegenwoordigen tegenover do English Wanderers, dan kan men beseffen, hoe zwaar dit verlies voor ce onzen woog. Over het algemeen was Ajax sterker, maar de voorhoede speelde vóór de pauze gebrekkig samen, terwyi daarna het samenspel wel beter was, maar het schieten op het doel zoo er- barmeiyk slecht, dat het Ajax 6lechts ééns gelukken mocht een punt te maken. By Haarlem daarentegen was de voorhoede èn in samenspel èn in schieten veel beter, maar, aangezien de Leideche verdediging schitterend was, veel beter dan by Haarlem kon ook Haarlem slechts één punt bemachtigen. Beide punten werden vóór de pauze gemaakt. Na dien tyd moest er tweemaal worden gestaakt, éénmaal wegens het loslaten van één der doelnetten, den anderen keer omdat één der Haarlemmers aanval van kramp kreeg. Op het laatst doorleefde Ajax nog een gevaariyk oogenblik, toen aan Haarlem een strafschop te beurt viel, doch Cramer keerde het schot meesteriyk, zooals trouwens zyn doelver- dodigen gedurende den geheelen wedstryd is geweest. Onder het publiek heerschte veel geestdrift, vooral onder de jongere generatie. Eenige Haarlemmers riepen: „Haal op, Haarleml", waarop wy een klein meisje verontwaardigd hoorden uitroepen: „Neen, Ajax!!" mGEZONDEN. Door elkeen, wien onze vaderlandsche kunst verzamelingen ter harte gaan, zal ongetwyfeld met instemmiDg het stuk gelezen zyn, waarin de heor V. D. Sjoki's afbrekende critiek der Japansche tentoonstelling zoo duchtig onder handen neemt, en die tentoonstelling weer in alle eer herstelt. Toch komt het my voor, dat de hoer V. D. nog niet genoog beeft gezegd. Vooreerst verdient het opgemerkt te wordeD, dat juist die stukken, welke Sjoki tot de eenige bezienswaardige der tentoonstelling rekent, de meest waardelooze zyn en tot het kaf behooren. De beste vindt men onder die, welke hy zoo grondig afkeurt. Erkende Japan sche kunstkenners zyn het daarmede volkomen eens. Mag ik Sjoki op dat punt eens nader inlichten? Men vindt daaronder stukken van een Mat8U-kitsun, beter in Europa bekend onder den naam van Harwo Abakoe, eon artist, nog booger te stellen dan de beroemde Hokusai, door den heer V. D. vermeld. Niet slechts is hy te geiyk een Rembrandt, een Callot, een Goya en een Daumier, zooals met recht van laatstgenoemde wordt getuigd, maar Ewald verklaart van hem in zyn beroemd werk „Kunstgeschichte der Japaner" (blz. 917), dat men in hem onzen MéliaudFrancel en Kuhnwedel ziet, een school duswaarvan de stukken bijna met hun gewicht in bankpapier worden betaald. Eq omtrent de stukken van Bekobeni, veelal Kuboi geheeten, zegt Schaubrunn (Ostasia- tische Kunst, zie „Das Asiatische Morgenland" van 1869), dat Europeesche artisten van naam en degelyke kunstkenners eenstemmig van oordeel zyD, dat zijn hangrollen en kamer schutten in het Pitti-Museum te Florence niet misplaatst zouden zijn. Die meesterstukken herkende Sjoki niet, evenmin die van Siki- kami, wiens portretten, zooals Cunningham vol geestdrift in zyn „Essays on the Japanese Pictorial Art" (blz. 153) getuigt, die van Rem brandt, wat color iet en stemming betreft, bijna in de schaduw stellen. Nu mag hier eenige overdryving schuilen, doch dat zy naast Rem brandt een plaats verdienen, wordt door bevoegde kunstkenners gereedelyk toegegeven. Zag Sjoki die rollen wellicht voor onecht of voor copieön aan? Dan had by toch voor zichtigheid moeten betrachten, en ze voor origineelen moeten aannemen tot het tegen deel behooriyk zou zyn bewezen. Zelfs zyn er op de tentoonstelling Ainomotios van Moemahiroe. Wie herkent daarin niet onmiddellyk onzen JanSteen? Ik durf vragen Staan zy lager? En de Masimonos zyn mode van de hand der eerste Japansche kunste naars. Men vindt er namen onder als Kasikute- tamaranu, uit Sorosiki geboortig,'doch omtrent wiens leven men weinig byzonderheden weet; verder Tembamusu, Tsumini en Tosire, wier beroemde „Otsu-monos" voomameiyk in het bezit worden gevonden van de voisteiyke familie der Ahotoris, om te zwygen van ver schillende andere namen van den eersten rang, waarover men by Childere, Otto Bang, en vooral den geleorden Russischen kunstkenner Bumarow belangryke byzonderheden kan vin den. Vermoedelyk ga ik er wel toe over, in het Dagblad een geregelde reeks van nadere byzonderheden over do tentoonstelling te geven. Veritas. De oorlog tusschcn Engeland en Transvaal. Het gevecht bij Kimberley waarby commandant Botha het leven moet hebben verloren, ecbynt volgens de Engelschen een trekje weg gehad te hebben van een publieke vermakelykheid, een sportfeestj3. Het terrein vsn den stryd was nameiyk te Kim berley te zien. Duizenden stonden daar het gevecht gade te slaan en begroetten de over winnaars met groote geestdrift. Dat de botsing in het nadeel der Boeren is afgeloopen, staat buiten twyfel want de tehgraaf behoort aan de Engelschen. En wie in deze tyden de telegraaf in eigendom heeft, wint. Toch volgt hier het verhaal, hetwelk door de Engelsche telegraaf is doorgelaten, zooals het te lezen 6taat in de „Daily Tele graph." Het bericht is van Dinsdag. „Vóór het aanbreken van den dageraad ging een patrouille bereden politie en vry- willigers, sterk 300 maD, onder bevel van majoor Scott Turner, op verkenning uit naar het Roorden, boven Macfarlane Farm. Een gepantserde trein ondersteunde de verkenners. Spoedig geraakte majoor Scotfc Turner in contact met den vyand. Eerst werd de vyand opgemerkt in verspreide groepen, maar weldra werd de troepenmacht grooter en trachtte zy zich te schuiven tusschen de man schappen van majoor Scott Turner en den gepantserden trein. Zoodra kolonel Kekewich, de commandant van Kimberley, vernam, dat het gevecht gaande was, zond by een anderen geblin- deerden Irein uit met een detachement van het Royal North Lancashire Regiment, onder commando van majoor Murray; deze troepen waren vergezeld van twee kanonnen van de Diamond Fields Artillery, onder kapitein May. De vyand zond een sterke macht af, om deze kanonnen te onderscheppen. De Boeren be zetten een sterke positie op een boscbryken heuvelrug rechts van den weg, waarover de kanonnen werden vervoerd, en openden op een afstand van 800 yards een heftig vuur, nog vóór de stukken tot vuren gereed waren. Kolonel Turner werd aan zyn linkervleugel bezig gehouden door een hevig vuur op een 600 yards. Ten laatste was een der kanonnen opgesteld en opende het vuur. De Boeren trachtten daarop kolonel Murray naar een voor- deelige stelling te lokken, waaronder zy een myn hadden gelegd, maar deze bemerkte den valstrik en bleef in zyn oude positie. Het vuur der Boeren was volgens de „Daily Tela- graph" slecht gericht, de „Daily Chronicle" daarentegen beweert, dat de artillerie der Boeren zeer zuiver schoot, boewei ze wc-inig schade aanrichtte Het vuur der Britsche kanonnen daarentegen was verpletterend. By troepen vielen de Boeren neder, zoodat men ze weldra zag terugtrekken op hun hoofd macht. Toen had een schitterend wapenfeit plaats. Het Lancashire-regiment snelde onder bescherming der Britsche kanonnen voor waarts van dekking tot dekking en bestormde ten laatste de stelling der Boeren met de bajonet. De Boeren vloden in alle richtingen. Men zag een projectiel barsten te midden van een troep Boeren, die, naar men gelooft, allen gedood werden. Op het kritieke oogenblik keerden de Royal North Lancashires terug in den trein, die naar het Noorden was gegaan. Onder de dekking van het vuur der Engehchen vielen zy het vyandelyke kopje aan en verdreven de Boeren. De Engelsche bereden troepen waren te vermoeid en niet talryk genoeg om den vyand te volgen. Onder de gesneuvelden behoort de com mandant Botha van Boshof, wien» lichaam herkend werd. Hy had een schot in de borst gekregen. Onder de papieren, welke op commandant Botha gevonden werden, bevond zich ook een brief van den hoofdcommandant "Wessela, waaria hem werd bevolen zoo spoedig mogelyk het vee van Kenilwortb te nemen. Men ge looft, dat dit feitelijk het doel van de be weging der Boeren was. Huq verliezen bedroegen vier dooien en elf gewonden." En als curiositeit deelt de „Daily Telegraph" meie, dat een politieman van de Kaap twee gaten in zyn hoed had en twee gaten in zyn jas. En nog was hy niet dood! Het gevecht duurde vier uren, zegt „Central News", terwyi de „Cape Times" beweert, dat de Boeren tweoraaal de witte vlag heschen, de Engelschen daarop het vuur staakten, doch dat de Boeren daarmede op verraderlyko wyzo hun voordeel deden. A n dezen uitval der Engelschen moot tlykbaar echter weinig gewicht worden ge hecht; hy moet althans niet als een geregeld gevecht worden beschouwd. Er worden, zooals uit Kaapstad gemeld wordt, telkens van die uitvallen gedaaD, om te voorkomen, dat de Boerea hun kanonnen een geschikte plaats kunnen geven. Deze correspondent noemt dtn uitval der Kaapsche politie „een prachtig tooneel." „Men kon de Boeren byna niet zien door het stof, dat zy maakten." Diezelfde correspondent moet ovenwei toegeven, dat de wegen in handen der Boeren zyn; „Elk oogen blik verwachten wy een aanval van hen; maar beter verdediging dan de onze is niot denkbaar. Allen zyn vast besloten om hard te vechten en niettogenstaando ons go'crek aan manschappen, beioven wy den Boeren een onaangenamen tyd." Volgens opgaven van generaal Koek, die nog altyd te Ladysmith is, namen aan het gevecht by Elanöslaagte maar 750 burgers deel; zy waren byna allen afkomstig van Johannesburg. De „Natal Mercury" verhaalt van een acht tal van deze mannen een staaltje van koelen moed. Toen het vuur der Britsche battery'n te heet werd, stelden acht Boeren zich zonder bedekking op en openden een hevig vuur op do Britsche troepon om de aandacht af te leiden van hun kameraden, die van stelling moesten veranderen. Zeven van de acht dap peren werden dadeiyk gedooi. Byna tweehonderd Boeren, waaronder vier commandanten, zyn als krygsgevangeuen naar Pietarmaritzburg overgebracht en daar in de gevangenis onder dak gebracht. Er is in diezelfde plaats een bevel uitge vaardigd, waarby bekend gemaakt wordt, dat alle bars om 9 uren moeten gesloten zyn en dat na elf uren alle personen op straat in hechtenis zullen worden genomen, als zy geen voldoenden uitleg weten te gaven. Niettegenstaande de groote byeenkomst der Baaoeto's, waarby trouw werd gezworen aan de Koöingin van Engeland, schynt men te Kaapatad nog niet geheel gerust. Men vroeet nog altyd, dat de Basoeto's zullen opstaan tegen de Vrystaters, tegen wie zy oude grieven hebben, die zy gaarne eens zouden willen uitvechten; zelfs wordt bet niet onmogeiyk geacht, dat een troepenmacht naar Maseru moet worden gezonden, om hen in bedwang te houden. „Een opstand der iaboorlingen zou oen vreeseiyk onheil zyn en een zeer ernstigen invloed hebben op de gevoelens der Hoilaodsche bevolking in do Kaapkolonie. De Hollanders zouden byna onmogelyk thuis zyn te houden, als zy meenden, dat de onbewaakte boerderyen van hun bloedverwanten overrompeld zouden kunnen worden door 20,000 goed gewapende wilöGn." Tachtig man van de infanterie van Tas mania zyn naar Melbourne vertrokken om per stoomschip „Medir" naar Zuid Afrika te gaan. In Canada komen de vrywilligers nog by honderden toeloopen. Te Kaapstad bereidt men den lanciers van New-South Wales een luisterryke ontvangst voor. De Kapsnaars willen toonen, hoe zy de opoff.ring dezer hulptroepen op prys weten te stellen. Donoerdag is de „Braemer Castle" te Kaap stad aangekomen met 1500 officieren en manschappen. Hetzelfde schip verboerde ook Maximkanonnen. Aan boord bevoaden zich tevens acht ver pleegsters. Dr. Hoffmann, lid van het Kaapsche Huis van Afgevaardig 6D, is met een gezelschap van acht personen naar de Zuid-Afrikaansche Republiek getrokken om ambulance dienst te doen. In Kaapstad moat groote veront waardiging bestaan, omdat men hem over de grenzen heeft gelaten. Want hy zou den vyand wel eens inlichtingen kunnen ver schaffen. De Mahomedanen te Kaapstad moeten vol vuur zyn om de Engelschen te helpen. De Britsche regeling heeft hen van deslaverny bevryd en daarom willen zy den Engelschea hun dankbaarheid betuigen. Do oproeping der „Association des Dames fran^aises" voor gelden ten behoeve der Boeren heeft veel succes. Reeds zyn duizenden franken ingekomen; één dame schonk 5000 franken. De „Times" bevat eonige berichten, welke wy in dezelfdo volgorde opnemen. Het eerste is van Oranje Rivier, 26 Octobor: De heer Young, van Moddor-Rivier, is hier aangekomen. Hy zegt, dat 2000 Boeren die plaats dea 16den hebben bereikt. Zy heschen do vlag van den Vrystaat en elschten alle fourage en voedsel op. Hun commaudaDt gaf den Engelschen bewoners de verzekering, dat hun niets zou geschieden, indien zy zic'a kalm hielden. De Boeren verspreiden hier buitengewone geruchtenzij verklaren, dat de Engelschen by Newcastle en Dundee zyn geslagen, dat de Engelsche generaal is gevangengenomen en dat een millioen pond is geboden ais losprys. Uit Kimberley, 23 Oct.: Verscheiden dames hebben haar dienst als verpleegster aange boden. Groote geestdrift is te voorschyn ge roepen door de overwinningen in Natal. Een Engelschman, die uit het kamp der Boeren is ontsnapt, zegt, dat hy streng ondervraagd werd over de verdedigingsmiddelen en de bewapening van Kimberley. De Boeren hebben, op een bo.te van 600 pond, de sluiting bevolen van alle drank winkels te Winösorton, waar de magistraat en de goneesheer gevangen zyn genomen. Uit Taungs wordt gemeld, dat de Boeren daar een laager hebben gevestigd van 600 man; er worden nog meer manschappen ver wacht. Alle blanken hebben de plaats verlaten, behalve de vrouwen. Uit Pretoria: Te Vryburg hebben de Boeren beslag gelegd op alle ammunitie, wolke door de politie was achtergelaten. Uit Tuli, 18 Oct.: Alle Boeren ran Zout- pansberg zyn, nadat zy door Piet Joubert waren gemonsterd, getrokken naar de Lim popo, welke de Transvaal scheidt van Rho desia. Het detachement begeeft rich waar- schyniyk naar Baines Drift. CORRESPONDENTIE. Ingezonden stuk ken of mededeelingen, waarvan de inzenders hun naam niet aan de Redactie bekend maken worden ongeplaatst ter zyde gelegd. Berichten over Rijnland's boezem, gedurende de week van 2228 Oct. 1899. Bïand van den boezem te Leiden. Idem te Oude-Wetering Werking dor etoomgem&len Waterloozing lange natuurleken weg. Waterinlating Regenval in mM. 23 Oct. 23 Oct. 24 Oot. 2» Oct. 2G Oct. 27 Oct. 28 Oct. 67 69 61 68 68 69 68 cm.—A£« 68 59 60 68 67 68 C6 em.—A.P. 8paarndam 12 n., Halfw&g n., Gouda u., Katwgk u Spaarndam n., üalfwog u., Gouda 6 tu, Katwijk 84 tt. Door do elnie te Gouda 66 a. 6.5

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 5