Bears van Amsterdam. MENGELWERK. stel, dat cenige wijzigingen van verschillenden aard in de wot op het lager onderwijs zal be vatten. Mocht dit plan onverhoopt vertraging ondervind -n, dan stelt de Minister zich voor, z(jn ontw p te bepalen tot de verhooging der 6ubsidien in verband met een nadere regeling van de onderwyzsrstraktemGnten. Het is waar, ge-fc de IV. Rott. Ct. toe, een minister kan zyn opvolgor niet binden door eonige belofte aan de Scaten-Generaa', en hot ministeriëele leven is broze-r dan eenig ander; maar de verkla ringen in het V. V., waaruit van de goede gez ndheid ten aanzien van de verhooging der Rykstoelagen voor de bijzondere scholen ook bjj anderen dan haar bekende voorstan- dors blijkt, zijn hier niet zonder gewicht. „Man weet, dat een toezegging, niet van het ministerie alleen, maar gesteund door de meer derheid dor Staten Generaal, in verband met een aanhangig wetsontwerp gegoveü, ists meer 13 dan een betuiging van welwillendheid, die is vergeten zoodra haar uitwerking is verkre gen, iets meer dan ijdele woorden in den wind." Niet denkbeeldig vindt do N. Rott. Cl. het bezwaar, dat het ia sommige gevallen moei lijk zal zyn, de wet door ouders of voogden te doen opvolgen. Zy zullen niet altyd voor trouw schoolbezoek kunnen zorgen. Men be denke evenwel, zegt de N. Rott. Ct., dat men ook zal mogen rekenen op medewerking van de patroons. En al moge tijdelijke wegzen ding aanvankelijk meermalen noodig blijken om da tucht in de school te handhaven, en al zullen dientengevolge sommige leerlingen ter wille van de overige in do eersto jaren zelfs vrijgesteld moeten worden van een dwang, die juist voor bon het coodigst blijkt, do ervaring van andere landen doet de N. Rott. Ct. gelooven, dat dit uiterste middel allengs min der noodig zal wordeD, wanneer het trouw gebruik maken van het herhahngsonderwys ook in onze zeden zal zijn doorgedrongen. Over do verl. Zondag in Den Haag gehouden meeting voor hetleerplichtontwerp schrijft De Maasbode o. a. ;N i?.r onze meening schuilt voor veel Neder landers, die nog niet wyd genoeg de oogen w;lden openzetten, in deze meeting een ge wichtige leering. E;n les, die luide vermaant met alle kracht op te komen tegen deze heillooze wet. Want al weten wü zeer good, dat niet elke wet, die door het socialisme wordt toegejuicht, verwerpelijk is omdat de socialisten haar toejuichen: al kan bijv. sociale wetgeving zeer wel tot stand komen met de hulp van alle partijen, ook van de socialisteD, bier is het maar al te klaar, en deze meeting beeft hot een keer te meer bewezen van hoe uitnemend belang deze loerplicht-wet door de socialisten geacht wordt ook voor den triomf hunner beginselen. Beschouwingen over deze wet en propaganda der socialistische denk beelden gingen m deze betooging hand aan hand m liepen telkenmale dooreen." Ook De Zeeuw wijst er op, hoe in de ge- heele Letooging van Zondag door De Tele graaf „niets dan onnationaal bombarievertoon" genoemd feitelijk het socialisme zich heeft messter gemaakt van de leiding der beweging voor het leerplichtootwerp. De Maasbode schrijft: Do „Bijlagen" kunnen soms woestenijen van dorheden zijn. Met name, wanneer de gele bladen met „administratievigheden" zyn be drukt. Toch treft men zelfs onder de af- en over schrijvingen de delice van een accoun tant - somwijlen iets aan, dat ook anderor aandacht waardig is. Zooals waar minister Eland de aangevraagde verhooging motiveert van f 20,500 op den aankoop van brood voor het leger in 1898. Du hoogere som is betaald, zoo licht bi) het d:n Kamers toe, ,door stijging van de graanprijzen." Het is volstrekt niet op een nieuw feit, dat hiermee de aandacht gevestigd wordt. Maar het is toch wel een fatum voor dez9 Regeering, dat ze elk jaar zelve, op de een of andere wijs, naar dit punt moet terug wijzen elk jaar moet herinneren aan do holle bedreigingen, waarmee de factie, die haar op h9t kussen hielp, het kiezersvolk bang maakte. De party van „het dure brood" mocht niet aan het bewind komen. Zoo kwam de partij van het goedkoope brood. De party, j* maar het goedkoope brood niet. H-.t noodlot slosg baar mot een schaterlach de bespottiDg der feiten om het hoofd. En in trouwe: evenmin kan de eene party het brood goedkoop maken, al3 de andere economische richting hot duur maken kan. Dat kunnen beide in theorie, accoord. M.iar de praktijk spreekt anders. Zal men in 1901 wéér het brooddreigoment als verkiezingsleus durven inzetten?... Met de prysnoteering der laatste jaren ang stig tot oen bal ineengeknepen? De Voorzorgeen orgaan, dat breede banen bewandelt, want het is gewyd aan levens verzekering, philanthropie, hygiëne en andere zaken moer, had onlangs een artikel over de levensverzekering voor vrouwen, dat een ander heeft uitgelokt van mej. Fleosch- mann, die inspectrice is van een levoDsver- zekeringsbank te Haarlem. Zij schrijft o. a „Dan man aan te sporen om voorzorg te nemon ingeval by vroeger komt te sterven, dan men kan vermoeden is de plicht van elke vrouw in eiken stand! Zij moet leeren, wat het woord levensverzekering beduidt. Zij mag zich niot onverschillig blijven toonen voor dit belangrijk bedrijf. Zij moet leeren inzieD, dat niet-verzekeren voor velen een misdaad is, en haar man weten te overtuigen, dat de premiebetaling voor een uitkeering van kapitaal by zyn eventueel overiyden strikt noodzakeiyk is. Zy is verplicht hem onder het oog te brengen, dat indien zyn verdien sten niet toelaten, een flink kapitaal te ver zekeren, hy zich dan moet behelpen met een som, evenredig met datgene wat hy aan premie kan missen, al zou het voor nóg zoo weinig zyn. Beter iets, dan nietsl Het is onbegrypeiyk, hoe dikwyis het nog voorkomt, dat dom genoeg als men over het noodzakelyke van een verzekering spreekt, door de vrouw geantwoord wordt: „O, foei, wat akelig om over den dood van myn man te spreken Iemand van 30 jaar kan zyn erven ver zekeren voor f 1000, tegen de geringe jaar- premie van f 22.30. De verzekering is voor de vrouw van het grootste nut. Zy is een volksbelang zy voorkomt ellende en armoede, en bevordert welvaart. Da wetenschap, dat door. een ver zekering aan vrouw en kinderen geldelyke hulp wordt verstrekt by den dood van den verzorger, zal ook den degelyken werkman aansporen, alles aan te wenden om daarvoor jaarlyks een premie te kunnen betalen." Ten slotte uit zy den wenscb, dat de ont wikkelde vrouwon zich by haar mogen aan melden, om tot agentessen te worden gevormd en de taak te aanvaarden, aan allo vrouwen, zoo ongehuwde als gehuwde, het doel en het gewicht der levensverzekering duidelyker te maken dan het tot nu toe schynt te zyo. 6 Oct. 1899. Staatsleningen, pOt. SX Rrf.. Ort. R,t. W. Schuld dito ObL dito dito Cert. dito. .3 Oostenr., Obl. Pap. Mei/Nov. 5 dito ZUr. Jdiu/JuIL 6 Portugal, ObL 1853/18&4 met ticket t 100 .8 Runland, Binncnl. 1891. 4 ditoJSS9b(j Rothschild Rb.625 4 dito IlopeSt Co. 18S9.90 Rb. 625 4 Spanje, Pcrp. Schuld BaitenL 4 "turkije, Gep. Couv. L 1890 4 dito Douane ObL 1836. 3 dito Geconv. Loening Serie D dito dito O Mexico, Binnenlandsch. .5 Brazilië, Obl. 18S9. 4 Ind. en Fin. Ondernomingen. Koloniale Bank Aand. N.-I. ilandbk. Aand.. Ncd. Handclm. Aand. Soor. Bank St E. lea.A.Obl. Tabaksondornemlngon. Amst. Dcli-Comp. Aand. dito Certificaten Arendsbnrg Certificaten. Deli Batavia-Mpfj. Aand, dito Certificaten dito Cultuur-Mpi). Aand Deli-Maatnchappy Aand dito Certificaten 2 d° Langk. C.v.A. Nom.gar.kapw Medan Tabak-Mpij. Aand. RottCTd Dcli-Mp0. Aand 8enembali-Mpg. Aandeden. dito Cart. van Aand Fabrieken. Delft. Dist. Gist- en S.-Fabr. A. Elcctra Aandeelcn. dito Obligation N. Vonn. Glasf. enKolcnm. A. K. N. Beicrsch Bierbr. Obl. 4 Kon. Mpy. de Schelde ObL 4% Ncd Gist- Spiritualabr. A. dito dito Oblig. 4% Stoomb.nr. 't Haantjo Aand Wester Saikerraffinad Aand Z.-H. Bierbr. Hyp. Oblig. Scheepvaarl-Maatsch. Kon. Ned. St b.-Mptj. Aaud. dito dito Obligation 4 Kon. Pakctvaart-Mp\j. Aand dxto dito Oblig. 4 Kon. Weat-Ind Maild. Aand dito dito Oblig. 4 Ned. Amer. Stoomv.-Mpij. A. dito dito Obl. 4 Rotterd. Lloyd Aandeden dito dito Obligation 4 Stoomv.-Mpij. Nederl. Aand dito dito Oblig. 5 dito dito dito 4 8toomv. Zeeland Aand dito dito dito proL dito Stoomv. Zeeland Oblig.. Petroleum. Dordtacho Petr. Mjj. Pref. A. dito dito Oblig. Maatschap „Panolan" Cert. f Elzasser Petrolcum-Mpij. A. Petrolcum-My. „Galiciö" A. IIolL Rum. Petrolenm-Mij. A. Kon. Ncd. Mij. t Ex. Potr. br.K. dito dito Cert van dito dito dito Obligation 4% dito rMoearo Enim" Aand M.L Ex.Oliebr.in Hanno\or, A. Nederl. Potroleum-Mpij. A. dito Rnm. Pet>-oL-MiJ. A. dito Sumatra Polcmb. A. Mijnbouw. Kwandang SoemalaU i i Lobsann Asphalt Ned-lnd. Expl. Mynbowr Noord Colebes Mijnb. M0. „SoemalaU" A. Tjcnako St.-Mij. 2 Diversen. Mp§. Krasnapolsky- Aand. dito dito Oblig. 4 Wink.-Mi). .Eigen Hulp" A. Spoorwegleenlngen. Holl. IJzoren-Spw.-liy. Aand. ObL dito8% M. t Expl. v. SL Spw. Aand. Italië, Z. ItaL Spw. ObL A-H 3 Polen, Wars.-Ween en Rb. 6254 RnsL, Balt, Spw.-Aand. 3 Fast, Spw.-Mij. Aand 5 Weicbscl ZR. Aand. .5 Wladikawkaa ObL Rl>- 123 4 Amerika. Atchison Top.C.v.A» PreL Aand dito dito Alg. Hyp. ObL 4 Adjnsttu Oblig. .4 Contral Pacific Aand 4 Donvor Rio Grande O. v. A. Erie-Sp.-MQ. Aand Chio Erie le Hyp. ObL Kans. City Belt-shares - Louiav. Nashv. Cert. v. Aand. Mi sa. Kans. Texas O. T. A. Dulon Pao. 0. A.2 Oregon Short Line oblig. Canadian Pacific O. v. A.4 Ptemleleeningen. Neder L, Stad Amaterd 100. 8 Tuxkflb, Leening 1370 SpaDje,Madrid 1868, Spet. Vor. koera. SOK 92J& 92%i 82% 82% 2211^ 6354 95!%b 91 94% 21% 25% ssuk 66% 45 81 147% 680 677 619 316 '340 96% 402 413 218% 370% 370 100% 143 190 149% 101% 170 101% 1W% 93% 93% 136 101% 171 102 16 23% 69 114 99% 179% 179 '/j 97% 149% 17 45 83% 63% 80 79 106% 112 98% 109 67% 95 £0% 62% 93 85 20% 110% 77 I2%g 42% 112% 1095£ 27 31% Koer boden 81 92% 92% 82 82 22% 63% 95% 90% 92 31% 39% 326% 95% 405 101% 171 101% 1G 23% 113 180% 180% 143% 13 83% 74 104 215 90 675* 205(5 63% 21% 1356 78% 12^5 485£ 109U& 26% 36 Het eerste pleidooi. „"Waarde Oom! Met eenigen schroom waag ik het U met deze rogelen lastig to vallen. Ik wil U er evenwel niet onkundig van laten, dat ik myD studitën heb volbracht en my hier als advocaat heb gevostigd. Myn woning bestaat uit drie vertrekken. Het eerste is juist zoo groot, dat or eon tafel Ln kan staan, waaraan myn klerk, een jong ventje, zit te werken. Dan volgt een tweede vertrek, dubbel zoo groot als het eerste, waar de baas van het spel, myn geringheid, verbiyf houdt. Er staat een kast in, die voorloopig, in plaats van met akten, met oude couranten is gevuld. En achter dat tweede vertrek myn slaapkamer, juist groot genoeg voor myn ledikant. Nu ontbreken my nog cliënten en geld, wat eigenlyk op hetzelfde neerkomt. Als nu iemand my tot myn onderhoud in den eersten tyd gt ld wilde zendeD, dan was ik klaar, want ik ben overtuigd, dat al spoedig ae cliënten naar my zullen toestroomen. In de hoop eenig gunstig antwoord van U te mogen ontvangen, noem ik my Uw toegenegen Neef Louis Garnikr Pagks. Marseille, 10 October 1826". De schryver van dezen brief, Louis Gamier Pagès, later minister van financiën InFrankryk, was pas twee en twintig jaar oud; en zyn jeugd stond hem in den weg om cliënten te krygen. Toch behoorde by tot die menschen, die reeds mannen zyn op een leeftyd, waarop de meeslen pas den kinderschoenen zon ont wassen. Hy voelde, dat by den aanleg bezat om zoowel op rechtsgebied als op staatkundig gebied te schitteren, en wilde niet wachten met zelfstandig op te treden totdat het zyn medeburgers zou behagen hem het brevet van bekwaamheid uit te reiken. Overtuigd was hy zich spoedig omhoog te zullen werken, als hy maar voor het oogen- blik eenig geld in handen had. Om daaraan te komen, had by bovenstaanden brief ge schreven aan een oom, dien by weinig kende en steeds had hooren afschilderen als een zonderling, maar bovendien als iemand, die weinig voor anderen overhad. Hy had dan ook niet veel verwachting, dat zyn schryven iets zou uitwerken. Des te grooter was zyn verbazing, maar niet minder groot by het lezen zyn teleurstelling, toen hy een paar dagen later den volgenden brief ontving: „"Waarde Neef! Daar Gy er vast van overtuigd zyt, dat do cliënten spoedig naar U zullen toestroomen, ben ik wel eenigs- zin8 bevreesd, dat Gy in verlegenheid zult gerakeD, om al het geld, yetwelk Gy ver dienen zult, beboóriyk te bergen. Het zal U dus wel aangenaam zyn, wanneer ik U tot berging een geschikt kistje ten geschenke toezend. Ik verzoek U evenwel, my voort aan niet3 meer van U te laten hooreD, tenzy ik er U bepaald om vraag. Uw Oom." Den volgenden dag kwam het toegezegde. Hat was een smaakvol antiek kistje. Pagè3 was allesbehalve in zyn schik. Hy hid heel wat anders verwacht, althans ge vraagd, en het allerminst een bergplaats noodig voor geld, dat hy nog niet bezat. Een oogen- blik dacht hy or over om het ding maar te verkoopen, maar by nader inzien besloot hy het als ornament op zyn schoorsteenmantel te zetten. Dat kleedde zyn zitkamer nog wat en koD gunstigen indruk teweegbrengen by mogeiyke cliënteD, die hem kwamen bezoeken. Eindeiyk verscheen er een. Het was een matroos. Maar nauwelyks bad deze het geld kistje in het oog gekregen, of hy sprong onder het zwaaien van een dikken knuppel op Pagès los, met den uitroep: „Je geld of je leven I" Pagès, zich van den eersten schrik herstellend, greep een zakpistool, dat voor hem op de tafel lag, en richtte het op den matroo3. Deze, wien het rooverbedryf biykbaar kwaiyk afging, wilde daarop vluchten en snelde uit de zit kamer naar het voorvertrek, om zoo de straat te bereiken, maar vond de deur van het voor vertrek gesloten. Wat was geschied? Toen de matroos binnenkwam, was het voorvertrek ledig, want het klerkje had zich even verwyderd om een boodschap to ver richten. Toen by terugkeerde, hoorde hy de bedreiging van den matroos en wist niot beter te doen dan, na do deur van het voorvertrek gesloten te hebben, yiings naar de politie te loopen. Wergeving, vergeving, mynheer!" riep do matroos, op de knieën vallend, toen hy zag, dat de vlucht hem onmogeiyk was gemaakt; niet dan in den uitersten nood ben ik er toe overgegaan. Maar wat kwam je hier dan eigenlyk doen?" vroeg Pagès. „De kapitein van myn schip heeft my om een nietigheid weggezonden en weigort boven dien het my toekomende loon uit te betalen. Ik zocht een advocaat om recht te verkrygen. Daarom kwam ik hier zonder het minste voornemen om iets verkeerds te doen. Thuis zitten myn arme vrouw en drie hongerende kinderen op my te wachten, hopende, dat ik geld en voedsel zal meebrengen. Toen ik hier kwam, viel myn oog onmiddellyk op het geldkistje daar. Plotseling kwam de gedachte by my op er mt) meester van te maken. Het is myzelven nog een raadsel welke booze geest er my toe aandreef. Gy kunt er Daar onderzoeken, mynheer: ik ben altyd een eer- ïyke kerel geweest." Pagès had al dien tijd den man strak in het gezicht gekeken en werd overtuigd, dat by waarheid sprak. Hy was dan ook van plan hem ongemoeid te laten gaan on hom zelfs zyn rechtskundigen bystsnd te vorleenon, maar het was al te laat. Voetstappen lieten zich hooron, de deur van het voorvertrek werd ontsloten, het klerkje met twee politie-agenten verschenen op den drempel on Pagès moest het aanzien, dat zfin cliënt geboeid werd medegevoerd. Pagès was ontstemd en in zyn woede gaf hy met den stok, dien de matroos had achter gelaten, een harden slag op het geldkistje, de onschuldige oorzaak van het voorgevallene. De schok deed een veer losspringen en tot groote verbazing van Pagès kwam een ver borgen lade te voorachyn, waaruit oen rol letje op don grond viel, dat by onderzoek tal van goudstukken bleek te bevatten. De eerste gedachte van Pagès was een zègenwensch voor den gqeden, ouden oom. Daarop greep by zyn hoed en liep naar de woning van den matroos, waarvan deze hem hot adres had gegeven. Het bleek, dat de matroos waarheid had gesproken. Aan de arme vrouw gaf by een paar goudstukken en liep daarop naar de gevangenis, waar hy den matroos het verblijdend bericht braefcé, dat voor de zyoen gezorgd was, en hes* ^bood als zyn verdediger voor de rechtbank fp te treden. Met vreugde en dankbaoffieid werd hot aanbod aangenomen. Het gerucht, dat een advocaat de verdediging op zich zou nemen van een dief, die hem in zyn eigen woning bad trachten te bestelen, ging als een loopend vuurtje rond. By de be handeling der zaak was de rechtzaal dan ook stampvol. Het glanspunt was de pleitrede van Pagè3. Op meesterlijke wijze schilderde by de ellende van bet arme gezin, het schan- deiyk onrecht, den matroos aangedaan, en de aantrekkingskracht van het verleideiyke kistje. Zoowel de rechters als de aanwezige hoorders waren diep geroerd en - de matroos werd vrygesproken. Door dit proces bad Garnier Pagès met één slag naam gemaakt en tevens kreeg by een grooten toeloop van cliënten. Zelfs tot Parys drong zyn naam door al3 edel mensch en welsprekend advocaat. Vier jaar later vestigde hy zich daar metterwoon en werd al spoedig tot lid van de Kamer van Afgevaardigden gekozen. In 1848 trad hy op als minister van financiën en heeft tot het laatst van zyn leven, zooals do geschiedenis ods leert, in zyn vader land een belaDgryke staatkundige rol gespeeld. De nieuwe vrouwelijke ridder. Zooals men weet, heeft H. M. de Koningin tot ridder in de orde van Oranje-Nassau be noemd mejonkvrouwe A. J. M. Teding van Berkhout, te Haarlem, die gedurende 26 jaren haar krachten wydt.aan het Diaconessenbuis aan de Hazepaterslaan. In de „Haarl Crt." vinden wy omtrent haar arbeid het volgeDde medegedeeld Het was in 1874, dat jonkvrouwe Teding van Berkhout in alle stilte een aanvang maakte met zieken op te nemen in haar toobehoorende woningen op de Nieuwo Gracht No. 90 en te Bloemendaal, met behulp van zusters, waarvan éóne ook nu nog aan het Huis in warmo liefde verbonden is, schoon elders workzaam. Allengs kwam het in eerstgemelde woning tot een geordende ziekenverpleging, weldra Diacones sen-inrichting. Daarby trok freule T, v. Barkhout zich by- zonder het lot aan van epileptischen. Zy was do eerste en de eenige, die, nu 17 jaren ge leden, in 1882 de Christelijke verpleging dezer ongelukkigen in eigen inrichting op zich nam, en den stoot gaf tot de latere vorming eener afzonderiyke inrichting voor epileptischen, thans onder ander beheer, daar de verpleging van kranken zich al te zeer uitbreidde en de zooeven bedoelde kranken oen afzonderiyke verpleging behoefden. In Augustus 1882 verzocht freule T. v. B. de tegenwoordige directrice van het Diaco- nossenhuis, zu3ter A. L. Hoog, haar als zoo danig te vervangen. Ia 1887 trok men van de inrichting op de Nieuwe Gracht naar de HazepaterslaaD No. 10, een nieuw gebouw, evenals de eerste een stichting van jonkvrouwe T. v. B. zelve. Dit gebouw bleek al ras te klein te zyn. Een afzonderiyk houten gebouw werd daaraan toegevoegd, bevattende, met een op don tuin uitziende glasgaandery, een ruime zral, aan- vankelyk voor huis en eetkamer, doch later voor mannenzaal bestemd, on daarachter af- deelingen voor zieke kinderen. Ook dit bleek na eenigen tyd onvoldoende voor de behoeften. In 1894 besloot het bestuur der reeds vroeger gevormde stichting tot uit breiding. Een zeer schoon, nieuw gebouw, grooter dan de bestaande, verrees daarnaast. Op eenigen afstand, geheel afgezonderd, werd verder in 1897 een barak geplaatst om in voorkomende gevallen besmettelyke ziöken te kunnen opnemen. In datzelfde jaar werden nog weder gebouwen aangekocht naast het oude (Prinsenerve) met grooten tuin, zoodat, vooralsnog althans, voor de opneming van veel kranken en van zusters-diaconessen ge noegzame ruimte is of door de verbouwing kan verkregen worden. Het aantal kranken in het laatste jaar ba- droeg gelyktydig, gemiddeld, 70 h 80. Yan den aanvang zyn opgenomen ruim 2400 patiënten. Zes en zestig zusters, proef- en vóórproef- zusters zyn thans in het Huis of daarbuiten in de stadswykon en in tal van andere ge meenten van ons vaderland uit dit Huis werkzaam. "Werd op dezen dag in de laatste jaren in den eigen kring op eenvoudige wyze met do van elders overgekomen diaconessen, tot het Huis behoorendo, herdacht wat in den afge- loopen jaarkring had plaats gehad en ervaren was thans gold het de herdenking er van gedurende eon tydvak van vyf en twintig jaren. Reeds vroeg in den ochtend werd "Woensdag de geschiedenis van het Huis door de directrice aan de oudere en jongere zusters verhaald en de afgeloopon tydkring verder op den dag fee8telyk met haar herdacht. In den avond kwam tot haar de mededeeling, welke met grootè blydschap en dankbaarheid werd ontvangen, dat het H. M. de'Koningin behaagd had op. dezon dag jonkvrouw Teding van Berkhout te benoemen tot ridder in de Orde van Oranje- Nassau. Te 8 uren vereenigde men zich in de kerk^ zaal, alwaar de voorzitter van het bestuur, ds. Swaan, tot lof en dank aan God opwekte voor de tallooze bewijzen van goedertierenheid, zooveel jaren ondervonden, en de belangrykste voorvallen in dat tydperk in herinnering bracht. Dr. Van Lennep sprak daarna in aange- namen vorm eenige wenschen voor het Huis uit, en noodigde de vrienden ten slotte uit tot het gebruik van een kopje thee in de nieuwe huiskamer, alwaar van ds. Moeton nog een feestgroet in dicht werd genoten. Een fonds werd naar aanleiding van een ingekomen schryven met aan kwartjes ver zamelde giften gesticht tot bekoming van een vry bed om onvermogende volwassen patiënten te kunnen opnemen. By golegonheid van dit jubileum zyn belang- ryke giften geschonken tot gedeeltelyke af lossing van de groote schuld, die nog op het Huis rust. In oen Boerouknmp. Dj byzonderj correspondent van de „Daily Chronicle" hoeft oen bezoek gebracht aan het voornaamste Boerenkamp, de legerplaats by Sandrivier. Hy heeft zich daarheen begeven in den trein, waarmede ook generaal Joubert reisdo, met wien hy een lang gesprek had. De generaal betreurde den toestand zeer, verkla rende dat by alles had gedaan wat in zya vermogen stond om den dreigenden oorlog to vermyden. Hy vorwonderde zich, dat koningin Victoria zich niet verwaardigd had te ant woorden op den brief, dien by aan haar had gezonden en waaria by den geheelen toestand breedvoerig uiteenzette. De generaal is vast overtuigd, evenals de meesten van zyn land» genooten, dat de koningin den oorlog nog kan vermyden, als zo dat wenscht. Hy verwacht, dat de vorstin de zaken niet tot het alleruiterste zal laten komen. De Transvaalscho opperbe velhebber verklaarde nog altyd een voorstander te zyn van een Zuid-AfrikaanscheQ Bond,' ondor bescherming van Engeland. Hy schryft de tegenwoordige crisis uitsluitend aan Rhodes en Chamberlain toe en besloot zyn overpein zingen met de woorden: „Ik vertrouw op God. Misschien is het Zyn wil, dat Transvaal zal vernietigd worden. Ik kan slechts mijn best doen." Omtrent het kamp deelt de correspondent het volgende mede: Ds Boeren zyn ongedisciplineerd en onge organiseerd. De ambulancedienst is zeer ge brekkig, maar voor do verpleging is vry goed gezorgd. In het kanp is ovorvloed van paar den en vee on rykelyk brandhout voorhanden. De meerderheiI der Boeren is niet voor den oorlog, raaar allen zjjQ vol vertrouwen over den uitslag. Het commando telt boeron, onderwyzers,1 winkeliers, mannen van allerlei slag en beroep; zy zyn ongeoefend, maar uitstekende Bchutters. Zij klagen, dat zy hun haardsteden moeten verlaten en hun gezinnen onbeschermd heb ben achtergelaten, in enkele districten ten prooi aan de Kaffers. Er heerscht heel wat verwarring in het kamp. De jongste zware regens hebben het land overstroomd en de wegen onbruikbaar gem akt, paarden, ossen en tenten zyn in een warboel dooreengemengd. De mannen redetwisten met hun aanvoerders, maar ze zyn kalm als was er niets byzonders aan de band. De paarden zyn over het algemeen in uit stekenden staat. Voedsel moet voor hen van dikwerf ver verwyderde plaatsen worden aangevoerd, daar het gras ondanks de regens nog verdord is. i De correspondent schat de sterkte van dit commando op zes duizend man, maar er komen voortdurend nog nieuwe manschappen aan. Hy heefc slechts vyf kanonnen van Franschen bouw opgemerkt. De Boeren verspreiden onder de Engelschen in Transvaal een panischen schrik als waren zy wilden. Zy hebben wat aarden werken opgeworpen om den spoorweg to verdedigen en hebben een uitstekende stelling ingenomen. Zij klagen echter over gebrek aan locomo tieven en over het nadeel van een enkel spoor. Pioord-Zaid-IIolIandsche Sto oui train weg- Maatschappij Haarlem—Leiden. September. Reizigers Goederen. Diversen Te zamon Opbrengst in 1898. 1899. Verachn.' f 8042.92» f 7550.92» f 492.— ló 14.34» 415.11 1779.63 471.68 265.28* 51.57 f 9972.33 f 9802.23» f 170.14» Vorige maanden f 74782.175 fl5587.01» f 804.84 Tot. opbrengst f É-47B4A5» f 83 399.25 +f 634.69» Per dag-kilom. f 11.0S7 f 11.17 f 0.083 CORRESPONDENTIE. Ingezondenstuk ken of mededeelingen, waarvan de inzenders hun naam niet aan de Redactie bekend make® worden ongeplaatst ter zyde gelegd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 6