N°. 12138 Dinsdag; 19 September. A0. 1899 (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van fon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, IS September. ATJEH. Feuilleton. Een moedige vrouw. LEIDSCH DAGBLAD. PBIJS DEZER COUBANT; Voor Lelden per 8 maanden. 1.10. Franco per poet 1.40. Aizonderiyke Nommers 0.05. PTLUS DER AD V EHT-fciWTIÜN t Van L 6 regels f l 06. Iedere regeJ meer f 0.17 - Gfoctert lettere naar plaat8rmmte - Voor het Incaaseeroo bulten de fitad wordt f 0.05 berekend Ten einde met zijn nieuwe concertzaal kennis te doen maken, bad de beer H. Hünnekens bestuursleden van verschillende vereenigingen met hun dames uitgenoodigd er Zaterdog- avond een kykje te komen nemen. Hy had er voor gezorgd, dat er by die gelegenheid Tan allerlei te doen was: muziek van etnige musici van het 4de reg. infanterie, zang der leden van de werklieden zaDgvereeniging „Kunst na Arbeid", voordrachten van de Hollandsche couplet- en liederzangeres .mej. Lucie en van den heer Nico De Haas in zyn nieuwste en oorspronkeiyke creaties, tooneel- spel, enz. Dat een en ander in den geest viel, bleek by herhaling uit bet luide applaus. De opkomst wa3 zeer groot. Den aan wezigen was door den heer Ph. Rank AJz., directeur van „K. n. A.", namens den heer Hünnekens bet welkom toegeroepen. Hy wees tevens op de groote verbeteringen, welke de nieuwe zaal, vergeleken by bet vorige lokaal, aanbiedt, zoodat elke verecniging, welke tak van kunst zy beoefent, ook die van het schermen, er haar uitvoeringen kan geveD, want, zeide spr., de nieuwe „concertzaal Du Nord is uitstekend". Ook van het bal werd een druk gebruik gomaakt. Er beerschto veel gezelligheid. Een der aanwezigen meende de tolk van allen te zyn toen hy den heer Hünnekens en diens echtgenoote dankte voor de ont vangen uitnoo iging en de zorgen, door ben aan dezen avond besteed. Een der op het balkon gezeten bezoekers was reeds vóór den aanvang minder gelukkig: door een of andere reden viel hy van een der yzeren trappen, in zyn val een stoJ grypende, en wel zoodanig, dat hy o. a. wegens een verwonding aan het oog naar het Acade misch Ziekenhuis werd vervo.rd. Na behan deling is by naar zyn woning gebracht. Door den heer A. A. J. Schilt, thans offiiier van administratie op Hr. Ms. „Zeeland" te Nieuwediep, is aan de Leidschè Universi- teitsbicliotheek ten geschenke gegeven een kostbaar handschrift op lontar, bevattende het in Middeljavaansch geschreven fabelboek Tantri, in een sieriyk bouten kistje, waarvan doos en deksel elk uit één bout zyn gesneden. Het heet afkomstig te zyn uit de boekery van wyien den Radja van Lomlok. Door wyien mevrouw de wed. Craandyk, geb. Prins, te Amsterdam, is gelegateerd aan de Nederl. Gustaaf-Adolf-Yereeniging de som van duizend gulden, try van successi rechten. Ter vervanging van den sergeant der mariniers A. A. De Lange, wiens detacheering by de Kweekschool voor Zeevaart alhier is ingetrokken wegens terugkeer naar bet corps, is gedetacheerd de sergeant J. Steunebrink, fcehoorende tot do 1ste afdeeliog van het corps mariniers. De 1ste luitenants K. E. M. Vogel, van het reg. grenadiers en jagers, en M. J. Nix, van het wapen der infanterie by h*t O.-I. leger, beiden leerlingen der hoogere krygs- school, worden 1 October ontheven van hun detachecring by het 2 .e reg. veld-art. te Leiden. Gedurende de 1ste hel.t der maand September zyn aan het postkantoor alhier en do daaronder behoorende hulpkantoren bezorgd de volgende brieven en briefkaarten, welke, door onbekendheid der geadresseerden, niet besteld konden worden: Brieven: A. Segeren, J. J. v. d. BiesseD, W. J. S. v. Hees, Meetsma Scheffer, Amster dam; Mej. C. M. Sluysner, Delftshaven; Mej. E. Evekink, GiDneken; M. v. Hout, Mej. v. d. Hek, Mej. M. De Roo, Mej. J. J. KeuD, Mej. G. Hobers, Den Haag; H. MóoykiénÖ, Haarlem mermeer; A. Byl, Nymegen; Niesten, Rotter dam; J. v. d. Koelen, Uithoorn; A. Huising, Utrecht; M. De Wekker, Zaan Jam. Briefkaarten: M. C. Kraan, M6j. Harriet, Amsterdam; Mej. R003, P. Jansen, J. Schreuder (twee stuks), Mej. Roos, J. Dingjan, G. M. v. Reysen, J. Verstraaten, C. v. d. Meulen, Den Haag; Noppe, Haarlem; J. Driebergen, P. v. Vliet Jr., Leiden; G. De Bruyn D^rksen, ScheveniDgen; H. E. SchouteD, Mej. Kuiten, niet vermeld. Uit het buitenland terugontvangen brieven: L. Richter, Bergen (Noorwegen); B. J. Her mans, Lorenco Marquez; Dr. J. Pollak, Wi&n. BriefkaartTjaden EQgelkens, Neuhausen. Voor het aanleggen van rioleering en trottoirs ln ontworpen straten op het Sport terrein te Utrecht was minste inschryver de heer C. De Ruyter, te Leiden, voor f 18,379. De inauguratie der candidaatleden van het Delftsch Studentencorps zal dit jaar plaats hebben op 29 September a. s. In afwyking der vroegere traditie geschiedt de plechtigheid nu 's namiddags te halfvier, terwyl de gobruikelyke fakkeloptocht des avonds wordt gehouden. Serenades zullen worden gebracht aan de boogleeraren B. H. Pekelharing en J. A. Snyders C.Jz., als jubilarissen; J. C. Dyxhoorn en J. F. Klink hamer, als nieuw benoemden. Niet alleen aan het corper Vydende artil lerie in Arnhem is door H. M. de Koningin een monument aangeboden, zooals Zaterdag avond in ons blad werd beschreven, maar ook aan de corpsen te Amsterdam, Gorkum en Utrecht. Al3 een byzonderheid wat de samenstelling betreft kan nog worden vermeld, dat de koper werken van dit monument zyn uitgevoerd onder leiding van den meesterknecht der galvaooplastiek C. A. Meero, die reeds tal van j iren in de fabriek der heeren Van Kempen blyken heeft gegeven op dit gebied volkomen op de hoogte te zyn. Te Delft is overleden de heer J. N. Ver schoor, in den ouierdom Tan 74 jaren. De overledene bekleedde van 11 October 1853 tot 2 Augustus 1897 de betrekking van directeur der Stads-Bank-van Leening en was steeds een hoogst verdienstelyk ambtenaar. Bovendien was de he r Verschoor van 18 Mei 1869 tot 1 Januari 1895 secretaris-rent meester van het krankzinnigengesticht „Het Sint-Joris Gasthuis." Ook buiten zyn ambten was de heer Ver schoor zeer geacht. Tydens zyn leven heeft hy een fraaie en zeldzame collectie byeeDgebracbt^van zaken, betrekking hebbende op Delft, welke ver zameling nu waarscbyniyk aan het Gemeente- Museum zal komen. Voor het beroep naar de Geref. Gem. te Veenwoudsterwal is bedankt door ds. S. Van der Wal, te Hillegom. De minister van binnenlandsche zaken heeft een gewijzigd ontwerp „Boterwet" by de Tweede Kamc-r ingediend. Het bypost- en telegraafkantoor op Het Loo wordt heden, na afloop van den dienst, tot nader aankondiging gesloten. Gistermorgen had in de Koninkl. Hof kapel van 't Loo een godsdienstoefening plaats voor H.H. M.M. de Koninginnen en eenige genoodigden. De voorganger, ds. Hogerzeil, van Amsterdam, had tot tekst gekozen Psalm 32 vers 6a. Het stoomschip „Herzog" arriv. 16 Sept. van Zanzibar te D.lagoabaaj; de „Koningin Wilhelraina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 17 Sept. te Southampton; de „Ronig", van Oost-Afrika naar Rotterdam en Hamburg, passeerde 16 Sept. Aden; de „Maasdam" vertrok 16 Sept. van Nieuw-York naar Rotterdam. Aarlamlervcen. Den 9den October a. s. zullen plaats hebben de verkiezingen van vyf leden-patroons en vyf leden-werklieden van de Kamer van Arbeid voor de gemeenten Alfen, Aarlanderveen en Oudshoorn te AlfeD, en de eventueele herstemmingen op 20 Oct. daaraanvolgende. Ter-Aar. Na een langdurige ziekte is alhier overleden de heer H. J. Van Rodenrys, in den leeftyd van 35 jareD, sedert September 1895 lid van den Raad dezer gemeente. Ook had hy zitting in het bestuur van den Wasse- naarsehen polder. De overledene stond bekend als een braaf en oprecht mensch en wist zich in de corporaties waarin hy zittiog had, zeer veruienateiyk te maken. Zya heengaan woirlt in deze gemeente ten zeerste betreurd. Zoetcrmeor-Zogwaard. De alhier gehouden diaconiecollecte aan de hulzen der leden van de Ned.-Htrv. Gemeente heeft opgebracht te Zoetermeer ƒ183 en te Zegwaard f 203.75!/r Zoetermecr. By het onweder van Zaterdag sloeg by den landbouwer A. De Bruin, alhier, de bliksem in een der bergroeden, welko ge heel verbryzeld word, zonder dat evenwel brand is veroorzaakt. De sluiting der Kamers. De zittingsluiting-plechtigheid werd, in vergelyking met vorige jareD, slechts door weinig loden bygewoond. Met het Bureau eQ de Commissie van Ontvangst waren in de reeds voor de openingsceremonie ingerichte Troonzaal aanwezig de leden Pynack-r Hordyk en Godin de Beaufort, van de Eerste; Van Gilse, Bastert, Conrad, Goekoop, Van Bylandt (ApelJoorn), Van Kerkwyk en De Klerk, van de Tweede Kamer. Was er op de gereser veerde tribune slechts één aandachtig toe hoorder, de publieke tribune was overvol tydens minister Borgesius in zyn galarok, omringd door de mede in ambtsgewaad gekleede heeren der commissie, de volgende sluitingsrede voorlas: „Myne Heeren I Ook in het afgeloopea zittingjaar werd door wettelyke regelingen in verschillende behoeften van den Staatsdienst voorzien. Overeenkomsten, met eonige vreemde mogendheden gesloten, waaronder een tractaat van handel en vrindschap met de Vereenigde Staten van Mexico, werden goedgekeurd. Op voorstel van de Staten-Generaal kwam een nieuwe regeliog van de revisie in straf zaken tot stand. Een reorganisatie van het boschbeheer werd ingevoerd. De Rykstollen op land- en waterwegen worJen, met ingang van 1 Mei 1900, afgeschaft. Nadere bepalingen omtrent den accyns op het gedistilleerd en dien op ooftwynen werden vastgesteld. Het bel ggingsveld der aan het weduwen- en weezenfonds voor burgerlyke ambtenaren toebehoorende kapitalen werd verruimd. Tot uitvoering van artikel 187 der Grondwet werd oen wet op den staat van oorlog en beleg afgekondigd. De aanleg van locaalspoorwegen en stoom tramwegen in verschillende deelen van het Ryk werd bevorderJ door het toekennen van rentelooze voorschotten uit 's Ryks schatkist en door aanleg van eenige werken voor rekening van den Staat. Tot verbetering van het Noordzee-Kanaal werd besloten. De aanleg van een visschershaven te Scheve- ringen werd, gedeelteiyk op kosten van het Ryk, verzekerd. Een wet tot het wegnemen van belem meringen by de uitvoering van werken, in het openbaar belang bevolen of ondernomen, uit bepalingen van verordeningen voortsprui tende, verkreeg uw goedkeuring. Tot aanleg van eenige spoorwegen in Neder- landsch-lDdie werd besloten. Eeii Indische mynwet kwam tot stand. Maatregelen werden genomen in het belang van het muntwezen, zoowel in N6derlandsch- Indiö als op Curasao. Door wyeiging van het Reglement op bet beleid der Regeering van Nederlandsch-Indiö werden Japanners met Europeanen gelijk gesteld. De Koningin .heeft my opgedragen aan u, myne Heeren, Haren dank te betuigen voor den yver en de toewyding, door u opnieuw betoond in de bevordering van 'slands belangen. In naam der Koningin en daartoe door Haar gemachtigd, verklaar ik deze zitting van de Staten Generaal te zyn gesloten." H.t gebruikelyke parket van 12 huzaren verdeelde zich voor en achter bet staatsie- rytuig, waarmede de Minister der Koningin van het Paleis naar het Binnenhof en terugreed. Ten govolgo van de opheffing der militaire hoofdwacht op het Buitenhof miste men dit jaar by het passeeren van den stoet over het Buitenhof het tiompetgeschal, waarmede de in het geweer gbkomen wacht de gebruikelyke eer bewees. Overigens veel kykers vóór het Kamergebouw. De correspondent te Batavia van de „N. R. Ct." seint onjer dagteekenmg van 16 Sept.:' „De troepenmacht, die naar bet Noordoosten van Atjeh is geweest, is te Kotta-Radja terug gekeerd. Het 12de bataljon blyft Djamboo Ajer bezet houden tot het traceeren van wegen en tot het in kaart-brengec en afpatrouilleeren van Gedong en Pasangao." Het blad voegt daaraan toe: Dit telegram kwam zeer vermiükt over. Wy meenen het aldus te moeten vertalen en or uit te mogen afleiden, dat de laatste groote en belangryke expeditie van generaal Van Heutsz geëindigd is. Over het geheele kust gebied van Atjeh is dus onze macht gevestigd en in hoofdzaak de rust hersteld. De 07erai aangelegde wegen moeten het onzen patrouilles nu mogelyk maken haar te blyven handhaven. Uit de „Staatscourant," Bij Koninklijk besluit is aan den luitenant ter zee der 2de kl. A. Waller, met 16 September 1899, op zijn verzool:, eervol ontslag uit den zee dienst verleend. Met ingang van 1 October 1899, benoemd tot surnumerair dor posterijen en telegraphic: P. H. Koolhaas, te 's-Gravenhago; W. C. Hardon, te Zwolle; J. H. Call en fels, te Groede; R. 1. Van Sonsbeeck, te 's-GravenbageJ. J. Do Jong, te Voorburg; P. Meerburg, to Leiden; J. J. Theling, te Rotterdam; H. F. Van Booven, te Sneek; mej. P. M. Verheul, te Utrecht: J. N. H. Pel, te Leiden G. M A. J. Smitt, te Utrecht; C. Do Haas, te Franeker; J. Van den Blink, te Briolle, C. A. Verma&t, to Gouda; T. Duinker, te 's-Graveubage; B. Wieringa, te Leouwarden; G. Boomstra, te Leeuwarden; C. W. Van Santen, to Voorburg; A. Van der Baan, te Leeuwarden; L. Meijer, to Zwolle; F. C. Pervoost, te Groede; C. U. Ouden hoven. to Heemstede; A. Visser, te Groningen; S. Willeumier, to Bussum; W. H. Gastelaars, te Rotterdam; mej. S. 11. C. Jansen, te Utrecht; J. P. Remmers, te 's-Gravenliage; F. Bakker, te Leeuwarden; F. B. P. Wijs, to Amsterdam; S. G. Eman, te Zwolle. G e m eng d IV i e li "w Cord an g is Zaterdagmiddag op het bepaalde uur op bet Haagsche Sport terrein niet gestart. Trouwens, bet liet zich aanzien, dat er een kink in den kabel zou komen. De regenvlagen hielden niet op en het water maakte de overigens uitstekend verzorgde baan spiegelglad. De kampioenryder, die overigens in nog beter conditie was dan den vorigen keer, was zoo voorzichtig tegen 51/, uur een proeftocht te maken. Daarby kwam zyn machine te slippen en viel hy er af. De baan gedoogde niet in dien toestand' den stryd te ondernemen. De hoofden van do besturen werden by elkaar gestoken, met het gevolg, dat besloten werd Cordang niet te laten starten vóór Zaterdagavond 10 uur, in de hoop op beter weer, dat volgens een tele gram van het Meteorologisch Instituut vet-j wacht werd. Van Zaterdagavond wordt gemeld: Opnieuw heeft Cordang pech gehad, die den koenen ryder halsstarrig blyft vervolgen. Toen by te halfelf afreed ter hervatting van don te 4 uren 's middags geschorsten rit, had hy prachtig weer, helioren raanescbyn. Het terrein was goed verlicht. Onder de tonen van het Ji) 1 Ze zou weer de rol van „ingónue" spelen; ze zou op hun beschuldigingen antwoorden met lachjes en gebaren van voorgewende vrees en de wapenen der coquetterie. Het ergste, wat Paul kon doen, was, was dacht zy te spreken over een vermoeden. Het zou haar taak zyn, die verdenking weg te lachen, ze bespottelyk te maken. Onderwyl dit alles snel door haar hoofd ging, waren haar vingers bezig met de uitvoering van haar plan. Hoewel zo gekleed was voor de comedie in het saloD, begon zy zich haastig te ontkleeden, tot zy in staat was, het papier los te winden, dat ze om haar lichaam had gerold, en waarop allerlei kleine schotseD, woorden en cyfers stonden. Zy lachte, toen zy ten slotte dien schat in het vuur wierp het kostbare document, dat haar zoo menige maand van heimeiyke werkzaamheid en gevaarlyke waag stukken had gekost. Ze wist, dat de inhoud van dat papier ook in baar geheugen was, en dat zo er een kopie van kon maken, wanneer zy verkoos. „Als ze my vieiteeren, zullen ze niets vinden," sprak ze tot zicbzelve, terwyl ze de asch van het papier tuaschen die van het vuur mengde. „Ik zal morgen een brief naar Engeland schryven, dien ze kunnen openen. Ze kunnen niet bewyzeD, dat ik de kaart naar Londen stuurde, en Paul zal het niet zeggen. Ik ga van hier, zoodra de zee het veroorlooft, en dat zal het eind zyn der geschiedenis. Paul zal vergeten, en ik Zy keerde zich van het vuur af met een zucht en begon haar toilet weer in orde te brengeD. Een zenuwachtige opgewon denheid had zich nu van haar meestor gemaakt, zoodat ze in de kamer heen en weer liep, nu eens door het gordyn turende naar de bevroren zee, dan weer voor den spiegel staande, om te ontdekkeD, dat haar gelaat bleek en betrokken was, of naar do deur gaande om te luisteren naar de stem men van de „poppen". Het was negen uren, toen zy het salon binnentrad, waar de kinderen als stom men zaten voor een prentenboek en de oude Stefanovic zachtjes dutte in zyn stoel. Zy kende dat huiselyk tafereel. Het gaf haar nieuwen moed; ze verbeeldde zich, dat er niets was gebeurd; dat Paul niet tot haar gesproken had; dat het tooneel in de studeerkamer van den generaal en dat andere met haar beminde droom gezichten waren. Ze besloot dapper do rol voort te spelen, die ze eenmaal op zich had genomen. Toen de generaal met een scbrikje ontwaakte en haar dwaas aankeek met de oogen nog vol slaap, had ze een innemend lachje en een vriendelyk woord gereed. „Hoe dom van myl" riep ze uit, met ge- veinsdo verbazing; „ik zag niet, dat u bezig was, uit te rusten.'' Ze deed, of ze weer wilde heengaan maar de generaal maakte een galante hand beweging. „Stil, still" zei hy, zich oprichtende en zoekend naar zyn monocle; „boe kan ik wakker blyven, als u niet bier is? Vertel my dat eens, juffrouw 1" Maar ik behoef u toch niet vooraf te laten weten, dat ik hier kom, generaalom dezen tyd?" Hy draaide zich om in zyn stoel, om haar met de oogen te volgen, terwyl zy door de kamer liep. „Zeker niet, zeker niet!" antwoordde hy vriendelyk. „Maar nu zingt u iets voor my, nietwaar? Een van die Engelsche liedereD, „ma petite"een klein liefdeslied, niet waar, juffrouw?" Zy zag hem schalks aan, over haar schou der; de beide meisjes rezen werktuiglyk op, om elk aan een kant van de piano te gaan 8taaD, en zy begon de ballade van den „Koning van Thule" te zingen. Ze had een mooie, weeke stem, en ze zong als een kunstenares. De opwinding en hartstocht van het pas doorleefde uur mengden zich in de harmonie van de fijne, teere muziek der ballade. Zelfs Stefanovic, die meende, dat de engelen op een schuiftrompet bliezen, raakte in geestdriftige bewondering. „Magnifiekl magnifiek!" riep by telkens en telkens weer; „u zingt als een genie! Heel Rusland zal nog over uw stem spreken, en u zult voor den Czaar zingen. Wel, kinderen» jelui zoudt ook wel willen zingen als de juffrouw, hó? Is het niet mooi? Is het niet superbe?" Hy babbelde en applaudisseerde onophoude- lyk, terwyl de kinderen hem de woorden nazegden, hoewel haar houten gezichten zonder uitdrukking verriedeD, dat de muziek haar Diets te zeggen had. „Wat een heeriyk gezang!" ,0, juffrouw, als ik u was!" „'t Is het lied van Marguerite." „Zeker: het liod van Marguerite." „Ik wou, dat ik Marguerite had gekend!" „Onzin! die is dood; Dietwaar, juffrouw, Marguerite is dood?" De oude Nikoli luisterde naar het domme gebabbel en laebte er om. „Kom, kom, wou jelui, dat de juffrouw je vertelde van Marguerite? Op een anderen keer, kinderen, op een anderen keer. Juffrouw Marian zal die geschiedenis eerst vertellen aan my, bé? Nidtwaar, juffrouw, u wilt my de geschiedenis van Marguerite wel eens ver tellen, als we alleen zyn?" Marian stond op van de piano en dacht by zichzelve, dat het een genot moest zyn, den ouden Nikoli Stefanovic eens goed om de ooren te slaan. Maar ze bleef genoegiyk kyken; want de gedachte, dat de vriendschap van den beheerscher der vesting Kroonstadt haar van nut kon zyn, zegepraalde over elke andere gewaarwording. „Ik kan u dat niet vertelIeD, generaal; „ik zou er den moed niet toe hebbeD," zei ze. „Den moed? Den moed niet hebben.... tegenover my? O, maar ik zal u wel moed inspreken, juffrouw; ge kunt u op my ver laten. U zult het lied nog wel eens voor my zingeD." Marian haalde coquet do schouders op. De kinderen staarden haar vader aan mei wyd geopende oogen. Zo begrepen niet, hoe het kwam, dat hy sliep, als zy by bom waren, of korte, grimmige antwoorden gaf, als ze iets zeiden, terwyl by allerlei gri mas8en begon te maken, zoodra de gouver nanto binnenkwam, en dan een geheel andv man werd. Ook herinnerden zy zich niet, da^ ooit te voren miss Marian zoo willig had geantwoord op zyn dwaasheid. Do rol van d# verlegen en onderdanige gouvernante wa opgegeven; zy was een volmaakte coquettr geworden. WaiTschyniyk waren jongejuffrouw Rin* en jongejuffrouw Varia heel biy, toen kolonel Bonzo binnenkwam, waardoor vanzelf eon einde werd gemaakt aan het vreemde tafereel-. „Heeft u verhindering, generaal?" vroeg hy, aan de deur blyvende sta'an. Stefanovic was dadeiyk de oude soldaat weer. Al schaamde hy zicb, dat by by het bofmaken werd verrast, hy liet hierover nlebf blyken. „Wachtte u my, kolonel?" „Al3 't u belieft, generaal." „Is er dan Dieuws?" „Er is gewichtig nieuws, NikolL" {Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 1