N°. 12136 Zaterdag 16 September, A0. 1899 feze fourant wordt dagelijks, met uitzondering van on- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 15 September. Feuilleton. Een moedige vrouw. LEIDSCH PBXJS DEZEB COÜBAÖT4 Votfr Leiden per 8 maandeo. l.l(X Franco per post 1.40. Alzonderiyke Nommers 0.05. PEUa DEE adveetestiSh I Vac 1-6 regels 1 05. ledore regel moer 0 17J. - Grocteri letterB naar plaatsruimte - Voor het mcasseereo bultOD de start wordt f 0.05 berekend Voor het examen 3ie stuurman groote stoomvaart. 13 en 14 Sept. te Amsterdam gehouden, slaagde de heer H. C. La Bróe, albhr. By Kon. besluit is de eerste luitenant X M. M. Muller, van bet 3de tat. 4de reg. inf., overgeplaatst bij het regiment grenadiers en jagers met bestemming voor een der bataljons grenadiers. Voor den Hoogen Raad werd heden door mr. A. C. Vreede, te Leiden, de belofte afgelegd als advocaat en procureur. Prof. dr. P. J. Blok en prof. P. L. Muller, te L iJen, alsmede mr. S. Muller Fz., rijks archivaris te Utrecht, zullen by Martinus Nyhoff in Den Haag „Robert Fruin's Verspreile Geschriften" laten verschijnen. Do talryke opstellen, studiën, toespraken, enz., voornamelyk over NeJerlandsche ge schiedenis, van prof. Fruin, die zijn naam zoo boog hebben gesteld boven veld andere, zUn grootendeels verspreid in verschillende tijd schriften en verzamelwerken, van 1858, toen zyn eerste artikel in „De Gids" verscheen, tot 1899, toen de door hem geredigeerde „Bydragen voor Vaderlandsche Geschiedenis" zyn laatste studie aan Nederland brachten. Van die geschriften bevatten de genoemde „Bydragen" het grootste deel, te zamen met „Da Gids." Ook do „Handelingen der Maat- schappy van Nederl. Letterkunde", de „By dragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap", de „Verslagen der Kon. Aca demie van Wetenschappen", de „Jaarboeken der Leidsche Universiteit", de „Nederlandsche Spectator", en tal van andere verzamel werken, hadden de eer hun bladzyden ge vuld te zien met hoogst belangryke studiën van Fruin's hand. Eenige andere zyu afzonder- lyk verschenen. Enkele bleven onuitgegeven. Die geschriften, aldus gedurende ruim 40 jaren op veel plaatsen versprei i, waren slechts met moeite en tegen hoogen pr(js te verkry- g n. De enkele malen, dat het toeval der veilingen een min of meer complete verza meling „Overdrukjes van Prof. Fruin" op de markt bracht, werd zulk een vtrzameling door de liefhebbers met vurigen yver aan elkander betwist. Geheel complete verzamelingen be staan er, behalve in Fruin's nalatenschap, waarschynlyk niet. Enk-de stukken, by v. „Het Voorspel van den Tachtigjarigen Oorlog", d..t in drie afleveringen van „De Gids" in 1859 en 1860 verscheen, zyn nauwelyks te vinden. Redenen genoeg om het belang der nieuwe uitgave in het licht to 6tdlen. Betreffende het adres over Transvaal van de theologische studenten te Leiden bevdt de „N. R. C." het volgende ingezonden stuk. „Naar aanleiding van de cri i k, in uw blad uitgeoefend op het verzenden van een „smeek bede" aan de Koningin van Engeland door de theologische studenten uit LeideD, zyn wy zoo vry u mede te deelen, dat volstrekt niet alle theologische studenten over dat adres gesticht zyn. Ia de vergadering, waarin het werd opgesteld, en die door een veertigtal werd bygewoond, openbaarde zich een sterke oppositie, dia het adres afkeurde, èn omdat het haar o n n o o d i g voorkwam, zooals ook in uw blad ontwikkeld is, èn wegens den baars inziens ongepasten toon. Daar het niet io het „Handelsblad" afgedrukt werd, geven wy het hier ter algemeene beoordeeling: „Aan Hare Majesteit Victoria, Koningin van Groot-Britanaië en Ierland, Balmoral Castle, Schotland. In den eerbiecigsten ootmoed bestaan wy het stoute stuk, den doorluchten troon van Uwe Majesteit te naderen, om uiting te geven aan ons fel geprangd hart. Vaneen gereten wordt onze boezem, wan neer we denken, dat het Godvruchtigste volk van den aardbodem, wellicht eenmaal geroepen het Koninkryk Gods te verwezenlyken, gereed staat in dienst van den Mammon op onze teergeliefde broeders, de Transvalers, het moordend lood te richten. In zyn eenzydige ver linding heeft het geen oor voor de stem van het tot inkeer manende geweten, geen oog voor de menschonteerende gruwelen, waarmede de bloeddorstige Oorlogsmoloch gereed staat zich te vtriustigen. Welk een door het gemoed schrynend contrast met het verheven schouwspel, dat ons land geboden heeft, toen daar door de edele vertegenwoordigers der beschaafde volkeren, vereenigd in een zin van alles omvattende broederliefde, de hoeksteen voor den Wereld vrede gelegd werd, in wier schaduw de toekomstige geslachten zich zullen laven aan de koesterende stralen der Humaniteitszon welk een ten hemel schreiend contrast met het nu reeds in de grootmoedige harten van het beste deel Uwer Majesteits onderdanen onuitroeibaar postvattend ideaal, dat de volkeren kinderen zyn uit één gezin, waar- tusscheo slechts reine, opbeurende en de broederband reikende liefde en verkwikkende eendracht behoort te bestaan. O, dat uw machtige hand den voortgang stuite van het heilloóze en jammervolle werk, waarmede sommigen van uw dienaren bezig zyn een onuitwischbare vlek te werpen op het smetteloos kleed van een C. ristenn tieI God behoede Engeland voor het wegzinken in don poel der ongerechtigheid l" Het ingezonden stuk is onderteekend door de heeren Z. H. Schefer, theol. docts., en G. T. D. Van Harencarspel, theol. cand. Benoemd is tot oncierwyzer in de vreemde talen aan het instituut Wsstland te Honse- lersdyk de heer S. Weersma, te Voorschoten. De „St8.-Crt." van heden bevat de statuten van de Katwyksche reederyvereeniging „Vuur baak", te Katwyk. By den aanvang van den nieuwen cursus zullen op het klein Seminarie „Hagevel J", te Voorhout, 203 studenten de lessen volgen aan de eischen voor het toelatings examen hebben dit jaar 60 jongelieden voldaan. Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan der Nederlandsche Toonkunstenaarsvereeni- ging zal te 's-Gravenhage een tentoonstelling van muziekinstrumenten, muziekstukken en werken over muziek, door Nederlanders of in Nederland wonenden vervaardigd, worden gehouden. De tentoonstelling zal bevatten: Strykinstru- menten en toebehoorde, blaasinstrumenten en toebehooren, vleugelpiano's en piar ino's, afbeeldingen en disposities van door den inzender vervaardigde kerkorgels, middelen, die by het muziekonderwys worden getruikt, fondsartikelen van muziekuitgevers, tookwer ken en lexica, manuscripten en curiosa, op de muziek betrekking hebbende. Deelnemers worden uitgenoocigd zich vóór 9 October a. s. aan te melden by den lsten secretaris. Het bestuur der Vereeniging bestaat uit de heeren mr. Henri Viotta, 1ste voorzitter, 'a Gravenhage; G. A. Heinze, 2de voorzitter, Amsterdam; M. W. Petri, penningmeester, Utrecht; A. J. Ackermann, lst9 secretaris, 's Qravenbage, Witte-de-With straat 1; H. A. Meyroos, 2de secretaris, Arnhem. De prinses Von Wied en dochters deden de groothertogeiyke familie te Schev9Dingen uitgeleide. Den directeur-generaal van het Kurhaus, van wien de hertogin en de hofdame een bouquet hadden aanvaard, dankte Z. D. H. voor de veraangenaming van bot verblyf en by hoopte, indien het hem gegeven was het volgend jaar terug te keeren, het wandelhoofd in zee dan gereed te vinden. Vóór zyn vertrek bracht de groothertog van Sdksen-Weimar Woensdag nog een kort bezoek in de benedenzalen van het Maurits- huis, ten eindo ceze gelegenheid ook te be- nattigen om een harteiyk en hoogst vriende lyk afscheid te nemen van den directeur der instelling, dr. Bredius, wien hy in zeer waar- deerende bewoordingen zyn ingenomenheid betuigde met zyn arbeid voor de kunst. Men meldt uit Rotterdam: Op de stoom boot „Columbus", waarmede H. H. M. M. de Koninginnen de havenwerken alhier zullen bezoeken, zullen zich bevinden B. en Ws. dezer gemeente, de president van de Kamer van Koophandel, de havenmeester en de directeuren van de gemeentewerken. Hr. Ms. pantserdek8chip „Gelderland", ge bouwd op het établissement Feyenoord, zal, te beginnen den 26sten oezer, gedurende 14 dagen proafstoomen, nadat den 25sten dezer H. H. M. M. de Koninginnen het oorlogsschip zullen bezichtigd hebben. H.H. M.M. de Koningia en de Koningin- Moeder zullen den 18den September a. s. per Staatsspoor te 12 u. 54 m. in de residentie terugkeeren. Dr. H. P. N. Muller, vertegenwoordiger van den Oranje-Vrystaat, is uit Den Haag naar Londen vertrokken. De minister van financiën hoeft bepaald, dat verificatie van voor uitvoer bestemde met suiker bereide eetwaren en dranken, onder genot van teruggaaf van suikeraccyns, mede zal kunnen geschieden te Schiedam. De te Haarlem met verlof aanwezige majoor intendant W. K. M. Hasen, van het Oost-Iodiscbe leger, is bevorderd tot luit. kol.- intendant. Naar wy vernemen, is de burgemeester van Maassluis, de heer G. Ripping, benoemd tot burgemeester van Alkmaar. (Vad.) Aan ds. J. P. G. Westhoff, sedert 1865 predikant by de Hersteld Evan?.-Lutb. Go meente te Amsterdam, is, op zjjn verzoek, na 42 jarigen cienet, eervol emeritaat vorleend, in te gaan 1 Nov. a. s. De uit Oost Inciè teruggekeerde 1ste luit. W. Scberpenhuyzen wor.t ingedeeld by het 3de bataljon van het 4de regimeDt infanterie te Haarlem. De kapt. der inf. O.-I. leger F. Scbütt, de lste luit. L. F. T. Vogel van het 4'ereg. inf., en de lste luit. der inf. O.-I. leg r R. Ten Sel 'am, allen van de hoogere krygs- school, worden 1 October ontheven van hun detacheering by het 2 e reg. huzaren te Vonloo. De officieren der artillerie, die den 3den cursus in de legerplaats by Oldebroek hebben byRewooni, zyn weder by hun corpsen terug gekeerd. De minister Borgesius gaat, krachtens kon. be?luit, Zaterdag-middag om 3 uren de zittirg der Staten-Generaal namens de Koningin sluiten. Zyn Excellentie ry it in een hofkoets, met huzaren tot eerewacht, van bet paleis naar het Binnenhof. By de op ning van de vergadering der Staten-Genoraal op Dinsdag den 19den Sep tember, des namiidags om één uur, zal H. M. de Koningin ook ditmaal coor H M. de Koningin Moeder vergezeld zyn. In „De Opera-Gi's" van dtn heer J. F. A. Van Vlaanderen, te Amstc-rJam (No. 29), is thans verschenen „De Koningin van Saba", door Carl GolJmark, welke opi ra dezer aag*-n door de Nederlandsche Opera te Amsterdam worot opgevoerd. Het stoomschip „KanZler", van Ham burg en Amsterdam naar Oost Afrika, arri veerde 13 September te Napels; de „Prins Alexander", van Amsterdam na&r Batavia, vertrok 14 Sept. van Genua; de „Prins Willem II", van Paramarito naar Amst. rdam, passé, rde 13 Sept. te St.-Michaelsde „Wer kendam" arriveerde 14 Sept. van Nieuw-York te Rotterdam. Hazcrswoude. De heer S. Okkerse, hoofd der openbare school aan den Rynöyk, is, ten gevolge van oen levensgevaarlyke operatie, welke hy te Utrecht heeft ondergaan, aldaar overleden. Oudshoorn. Gistermiddag kwam een flets- rydtr, die voor een hem achter opkomend rytuig moest uitwyken, in een diepe sloot terecht. Met een nat pak en den schrik kwam hy er af. Door het gemeentebestuur is vergunning verleend aan G. Van Bostelen, alhier, tot het oprichten van een loodgietery in het perceel Sectio C No. 1106. Itynsburg. E6n treurig voorval viel gister avond voor op den dyk tusschen Ryn6burg en Oegstgeest. De boer W., van Sassenbeim, zou met twee zyner vrienden van bier per fiets huiswaarts keeren; zy hadden den gang er nogjl flink in. Eigenlyk ging het wel wat al te snel. Het schynt, dat het wiel van dtn heer W. in den zachten kant van den weg is biyven steken, en daar genoemde persoon slechts één hand kon pelruiken, kon hy nit* snel genoeg w nden. Het gevolg biervan was dat hy van zyn. wiel stortte en voor öoo* bleef ligg- n. Per brik van den heer K. Z werd hy naar dr. v. Wals«m vervoerd, dl/ lehalve ;nure verwondingen oen hersem schud-ring constateerde. Een nader bericht melJt, dat de ongeluk; kige aan de gevolgen is overleden. Valkenburg. Geschiedt tegenwoer ig de aankoncigiog der jaarlijks op 12 Sept mber te houden paardenmarkt eenvoudig per adver tentie in htt „Leidsch Dagblad", wy zyn thaDS in de gelegenheid te melden, boe onze va oren der 17de eeuw dat deden. Een publi catie, gevonden onder ce stukken, berust_n .e ten Raadhuize der gemeente Valkenburg, houdt het volgende in: Paerde-Mart binnen den Dorpe ende Vrye Hoerlykbeyt van Valckenburgh. Men laet ecnen yogeljj^ken l y resen weten,' dat Linnen den Dorpe en de Vrye Heeriyk- heyt van Valcken.urg, sal weiden gehouren de Ordinaris Vrye P .er e Mart, die syn aan- vanck nemen sal op rkn 9 S-.pternter desea Jk-rs 16.. ende duerend» ce Vryb-y t van dien, aght daogen voor St. Lam* ertsdegh, ndo aght daegt-n daer naer J WerJin.e dcrhalvcn alle Li f hebbers ende i Paerde kop rs met harre Patr en, versoght i (B mffens oo k alle Lielh-bbtrs van Koop manschappen met h tere Kramen, en Je anoere N-eringh, hoe cie genaomt u oge werden, die Vryheyt v n di n to gooi ten) hetselve te houten voor verwittight, cn e haer ten ty^o en Je plaetso voorsz te keten vin Jen. E:ck Segget voorts. Gedruckt tot L-yden, by Francois Heene man, woonende op ce Haerlemstraet, in de Vtrgulie Son. 1687. Woubruggc. De 11. Zaterdag uit het Paddo- gat vermiste bouten roti oot van den veer man v Laka .r, waarvan in ons nummer van Woensdag werd melding gehaakt, is d<zen dag reeds in een der vele Inhammen van het Brasemermcer teruggevonden door den jager P. H., van Roelofarendsveen, die zich beyverd heeft den rechtmatigen eigenaar met deze toevallige vondst te kunnen v r- rassen. Wie de boot daar had acht rg-Lten is onbekend;^ afdryven was onmogelyk. Woerden. De gelukkigcwlnners van den hoofdprys, cie ook nog een koe en twee kaasvaten hadden getrokken, hebben de 13 koei n verkocht aan de bet ren A. Van Doorn en M. S. Niekt rk, alhier, voor f 2130; voor zeker een bewys, dat de commissie, belast met oen aankoop van pryzen, scherp inkoopt en tevens, dat de Maatschappy tot bevorde ring van Landbouw, ty het aanbieden van geld voor de pryzen, de volle waar Je geeft. Zocterwoudc. Aan den loteling T. T. Overdyk der lichting 1S95 uit deze gemeente is toestemming verleend om zich voor den tyd van 12 maanden in Dultscbland op te houden, onder voorwaarde, dat zyn adres stoeJs by den burgemeester bekend zy en by vol -<oe aan een oproeping betzy om voor den Militie- 7) Op andere oogenblikken noemde sy zich- zelve een spion en lachte om de wereld. In zulk een bui vond zy den levendeu dood in do mynen, de verscbrikkelyke visioenen van Russische gevangenissen niets dan kinder sprookjes. Ze was maar een vrouw, zoo rede neerde ze dan; wie zou haar eenig leed doen? Ze zou hun vertollen, dat het maar een grap was; en men zou haar gelooven. De aardige scbyn van kinderlyke onschuld, die haar zoo dikwyis had geholpen, als zy kapitein Paul vleide en van hem de geheimen der citadel kreeg, waarvoor haar vrienden te Londen be reid waren een hoogen prys te betalen, zou haar niet in den steek laten, tot het einde. Eu dat einde was nu naby. Zy droeg, in een gordel om haar lichaam gebonden, als een deel van haar eigen persoon, de kostbare scbets?n en kaartenden aanteekeningen, waar voor zy zoo vlytig had gewerkt. Zy zag in het verschiet den dag, wanneer de schaduw van den levenden dood niet meer over haar pad zou liggen; wanneor een Engelsch tehuis haar zou beschermen, Engelscho handen haar zouden beschutten voor het gevaar en het kind, dat zy zoo liefhad, voor altyd by haar zou zyn. Om zijnentwille zou zy de taak voortzetten; om zynentwil zou zy haar eigen belang vergeten en het nieuwe en zoete gevoel, dat de wintermaanden haar hadden gebracht. Zy durfde zicbzelve niet bekennen, dat dit gevoel liefde was; liefde voor den man, wiens land zy had verraden en met wiens eer zy had gespeeld. Zy bande zyn beeld uit haar oogen; zóó lang was zy een eenzame vrouw geweest, dat zy het nog wel een korte poo3 kon verdragen. Vele van deze gedachten kwamen haar voor den geest in het oogenblik van ont- wakeD, toen zy zat in haar grooten stoel en tuurde naar do fantastische vormen van licht en schaduw aan den wand, of luisterde naar het zuchten en kraken van het ijs, nu over meesterd door de warmte der late Februari dagen en zyn heerschappy over de zee ver liezend. Haar kamer lag in den noordelijken vleugel der gouverneurswoning en was naar buiten uitgebouwd tegen den wal; alszy haargordyn op zy schoof, bad zy een prachtig gezicht over de ysvlakte, nu een onbeweeglyk veld van schotsen, hier opgestapeld tot bergen, ginds saamgedreven tot dryvende eilanden, mot sneeuw bedekt, waartqsschen het schui mende water hoog opborrelde, als een fontein, die honderd wisselende kleuren vertoonde, als het maanlicht 'er op vie.l. Ea dreigend, somber boven deze ysa^ssa, stonden de forten en batteryen der noordeiyke doorvaart van het eiland. Mirian dacht aan de lange zomerdagen, die ze had doorgebracht met kapitein Paul in de met staal bekleede geheime vesting gewelven, waar niemand mocht komen; hoe ze de wallen was op en neer gestapt, om ze te moten; hoe gretig zy geluisterd bad naar de „lessen", die hy haar gaf over de kanonnen; bo3 zy in de stilte van deze zelfde kamer de antwoorden had neergeschreven op de vragen, door haar vrienden in Eageland gedaan, om daardoor de vrybeid te koopen voor haar en het kind. Hedenavond waren al die herinneringen vol van een onverklaarbare droefheid. Zy dacht aan het carnaval drie weken waren sedert die dwaasheid verloopen en aan de woorden van liefde, toen tot haar ge sproken. Een behoefte aan sympathie, oen gevoel van zwakheid, de bewustheid, dat ten minste éón man in Kroonstadt bloed kon brengen ia haar bleeke wangen en licht in haar oogen, droegen by tot haar gevoel van een zaamheid. Toen deed een plotselinge vrees zy wist zelve niet voor wat haar opschrik ken; de gedachte maakto zich van haar meester, dat zy bewaakt werd; dat onzicht bare oogen haar volgden, zelfs in de afzon dering van haar kamer; dat een man dicht by haar stond en slechts de hand had uit te steken om haar aan te raken. De aDgst, door zulke visioenen veroorzaakt, deed het bloed in haar aderen verstyven. Zy stak met bevendo handen de lamp aan; maar deze verlichtte slechts een ledige kamer; zy was alleen met haar vrees en kon er om lachen, haar vergeten, zooals zy reeds honderdmaal gedaan had, sinds zy te Kroonstadt was. Het vriendelyke licht hielp haar spoedig by dat vergeten. De hand, die gedrukt was tegen het kloppende hart, viel weldra langs haar zyde. Ze liep naar de deur en keek in de gang van den noordelijken vleugel; een verwyderde echo van een iacb, vermengd met de schelle stemmen der „poppen", gaf antwoord op haar onuitgesproken vraag, doch nacbtelyke stilte heerschte in de gang zelf. Voldaan keerde zy terug in haar eigen kamer, naar de warmte van de kachel en de welkome eenzaamheid. Een oogenblik voor den spiegel, een oogenblik voor het portret van kleinen Dick, een plooi van haar japon gladgestreken, een coquet wegduwen van een weerspannig haar lokje, een stille vraag: „Zal by er zyn?" bracht haar terug tot do werkelykbeid. Zy wist, dat men haar wachtte in het salon; de „poppen" zouden daar elk aan een zyde van haar zitten en haar hand vast houden. De generaal zou haar aanstaren, gedoken in zyn armstoel, en haar vragen om te zingen: „Bid me to love." Het kon zyn, dat kapitein Paul kwam, ala zyn dienst was afgeloopen, ea dat by nog een poosje zou 1 biyven dralen, als Nikoli Stefanovic naar zyn kamer was gegaan, en haar herinneren, j niet door woorden, maar door blikken en zwygende huldebetuigingen, aan den avond, toen hy haar voorhoofd had aangeraakt met zyn lippen en ze hem niet had afgewezen. I Die gedachte bracht een diepen blos op haar wangen. Zy ging op en neer in haar kamer met de vlugge, zenuwachtige bewe- giogen van iemand, oie zyn opgewondenheid wil bedwingen. Iemand, die haar in dit oogen blik kon zien, zou gezegd hebben, dat een goed geoefend verstand haar handelingen beheer8chte, en hy zou zich te geiyk ver wonderd hebben, dat zoo'n schoon gelaat zoo zelden naar den spiegel werd gekeerd. Marian B.st wist weinig van de waponenj welke de natuur haar had geschonken. Hot, zware bruine haar viel in schilderachtige wanorde over voorhoofd en nek; oproerige lokjes en krulletjes vertoonden zich cl* oogen- blik; baar japon was als „aaDgegooia", maar kleedde haar uitmuntend; zy had geen ringen aan de vingers, maar de fijne handen waren er te mooier om. De dames der officieren be- j schuldigden haar van duizend zondon tegen' de etiquette; de mannen stemden die zonden toe, maar hoopten oprecht, dat zy er nimmer berouw over toonen zou. Acht slagen hadden geklonken van de kerk torens der stad, toen Marian eindeiyk haar kamer verliet, om de „poppen" op te zoeken in het salon. Zy dacht niet meer aan de zonder linge vrees van een uur geleden, en lachte er om, terwijl zy o.ver den zachten ganglooper ging en nieuwsgierig naar binnen keek in de kamers, waarvan de deuren op een kier stonden. Er bewoog zich niemand in dat gedeelte van het huis. Zelfs de oude Ivan was benedea druk bozig. Marian hoorde in de verte het gedruisch, de ebbe en vloed van lacheD, het koor van stemmen. (Wordt vervolgd^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 1