N®. 12067 Woen^dafr 28 .Tniii. A®. 1899! feze igourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Feuilleton. Dc lotgevallen vau een uitvinder. ■PEIJS DEZER GQTJRANT» Voor Lelden por 8 maanden. s g l .10. Franco per post «.9 4 i< 1 a r p 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05. PBIJS DEE ADVERTENTIES": Van 1—6 regels i.Oö. lodore regel meer 0.174. -» Grootere letters naar plaateruimte Voor het tncasseeren bulten óo stad wordt fv.06 berekend. Leiden, 27 Juni. De Commissie voor de Strafverordeningen heeft den gemeenteraad ter vastst-lling aan geboden: lo. Concept-verordeningen „ter voorkoming van brand" en „op het blusschen van brand", welke besterad zijn ter vervanging van de artikelen 194 tot en met 217 van de Alge- meene Politieverordening van 1879. 2o. Concept-verordening „op de brandweer" ter vervanging van de verordening van 24 Augustus en 15 Juni 1871 op het Brand- wezen in de Gemeente Leiden. In laatstgenoemde verordening, waarvan de herziening ingevolge de Verordening voor vaste Commission uit den Gemeenteraad ook aan de Commissie voor de Strafverordeningen is opgedragen, ztfn e nige wijzigingen gebracht, waarvan de noodzakelijkheid is gebleken. Onder meer beoogt de nieuwe verordening een belangryke vereenvoudiging te brengen in den cienst der brandweer door te bepalen, dat bfj het ontstaan van brand niet alle handspuiten daarheen zonder oponttod zullen vervoerd worden, maar slechts die, in welker door B. en Ws. te bepalen wyken de brand plaats heelt. Verder zyn uit de bestaande verordening eenige bepalingen weggelaten, die meer eigen aardig in de voor het personeel der brand weer vast te stellen Instructiën thuis behooren. 3o. Legt bedoelde commissie aan den ge meenteraad over een Concept verordening „op wegen, lanen, straten, enz. en wat' ringen en slooten". De commissie is van oordeel dat een ver ordening als deze dringend noodig is geworden, nu zich, ten gevolge der grensregeling, in onze gemeente een groot aantal particuliere lanen, wegen, slooten enz. bevinden, welke voor een groot deel in slechten en tyna allo in onvoldoenden staat van onderhoud ver- keeren. De gemeente een middel te doen hebben waardoor zy de eigenaren de verplichting tot behooriyk onderhoud kan opleggen en do nakoming dezer verplichting door strafbedrei ging kan verzekeren, is het dO:l dezer ver ordening. Inzonderheid wat betreft de particuliere lanen deelt de commissie mode dat uit herhaalde klachten door de bewoners tot bet Dagelyksch Bestuur gericht, genoegzaam is gebleken dat de eigenaren zich weinig laten gelegen liggen aan die gedeelten van hunne gronden, welke zy voor het publiek verkeer openstellen en in bet geheel geen rekening houden met de eischen die met bet oog op de openbare orde en veiligheid aan openbare wegen zyn te stellen. Naar aanleiding van die klachten hebben tusschen Burgemeester en Wethouders en bedoelde eigenaren meermalen besprekingen plaats gehad, waarby dezen laatsten in over weging werd gegeven om of hunne eigen dommen behooriyk te onderhouden èf, wilden zy zich van dat onderhoud ontslaan, ze aan de gemeente in eigendom over te dragen. Van ©v rneming door de gemoente kan echter alleen 6prake zyn, als de straten en wegen door de eigenaren in goeden staat zyn ge tracht, of wel als do eigenaren door het be talen van een tillyke virgoeding de gemeente in staat stellen dit van gemeentewege te doen. De onderhandelingen stuitten in een regel op o'ezen financiêelen eisch af. Ook deed zich meermalen het geval voor dat waar de hier- bedoelde eig<n ommen aan meer eigenaren te zamen toebehoorden, slechts enkelen tot over dracht bereid waren. Zoo de eigenaren prys stellen op het be houd van hun voor het publiek toegankelyke eigendommen, behooren zy deze behooriyk te onderhouden en moet hun de verplichting kunnen worden opgelegd tot uitvoering van eenige werken waardoor die eigendommen geschikt zyn voor de bestemming die daaraan door hen is gegeven. De heer H. J. E. Westerman Holstyn, candidaat tot den H. dienst te Leiden, heeft toezegging van bero p ontvangen naar Wan- neperveen (Overysel). In de gisteravond gehouden eerste ver gadering van de Kamer van Arbeid voor de Bouwbedry ven werd door de werklieden leden gekozen tot voorzitter A. Koppier en tot be stuurslid C. Van Dongen; door de patroons leden tot voorzitter W. A. Van Lith en tot bestuurslid G. De Vink. Tot voorzitter van het eerste half jaar werd door het lot aangewezen A. Koppier. Tot secretaris werd benoemd C. J. Van der Drift. Op de voordracht van leerares in de Hoogduitscho taal en letterkunde aan de middelbare meisjesschool te Haarlem staan de dames: W. C. Van Doggen, te Leiden, en F. R. K. Van Lee, te Amsterdam. De begrafenis van den oud kapitein van het Indische leger Vemer, tu 's-Gravenhage, had gisteren een menigte nieuwsgierigen op Oud-Eik en-Duiaon te zamtn getracht. Daar waren o. a. veel oud-ge- ienden. Op het lyk- kleed was gehecht het ridderkruis der Mil. Willemsorde en de ver:ere ecreteekenen van den oud-officier, zoomede zyn sabel en halssnoeren. Achter den lykwagen volgden in rytuigen eenige actief cienende en gepen- sionneerde officieren, zoomede de verdediger van den overledene, mr. Limburg, en eenige getuigen uit de bekende strafzaak. Aan het graf sprak dr. Lammers Van Buuren, om nogmaals zyn overtuiging te uit-n, dat Vemer geen misdadiger, maar wel iemand, die diep ziek was. Majoor Van Gheel van het N.-I. leger dankte voor de belangstelling zyn oud- krygsmakker betoond. „De Verzekeringsbons" verneemt, dat de directeur-generaal der Maatschappy tot exploitatie van Staatsspoorwegen, daartoe door den Raad van Commissarissen gemach tigd, besloten heeft om van af 1 Januari 1899 de bfidrage der Maatschappy in het pensioen fonds voor het personeel to verboogen tot een bedrag, gelykstaande aan hetgeen door dat personeel als doorloopendo contributie (3 pCt. van het salaris) worot betaald. In ronde cfifers zal die tydrage over het loopende jaar f 200,000 bedragrii. De Centrale Raad van den Ned. R.-K. Volksbond hield Zaterdag zün tiende verga dering te Gouda, onder voorzitterschap van den heer W. C. J. Passtoors. De voorzitter hield e n openingsrede, de af tredende bestuursleden werden herkozen en Leiden werd als plaats voor de eerstvolgende algemeene vergadering aangewezen. Daarna kwamen de punten eer agenda aan de orde. Op voorstel van het centraal bestuur werd besloten in September 1900 een katholik congres voor sociale aangelegenheden te houdeD. Ten aanzien van h-t voorstel der afdeeling Haarlem, om e. n regeling van het leerling stelsel te ontwerpen, werd tot benoeming van een commissie besloten. De afdeeling Amsterdam had voorgesteld, dat de Centrale Raad aan bet Centraal be stuur zou op ragen maatregelen to nemen, dat alle lonasleden, voor zoover zy kunnen gerekend worden tot eenig vak te behooren, lid zyn van hun respectieve vakverenigingen. Ne discussie verklaarde de voorzitter, dat het Centraal bestuur zou nagaan, welke maat regelen genomen kunnen worden om de vak verenigingen tot grooteren bloei te brengen. De oud-luitenant generaal J. A. Vttter heeft zich bereid verklaard op te treden als eere voorzitter der Koninkiyke Vereniging „Het E reteeken voor belangryke krggsver- richtingen". Naar wy vernemen, bestaat by H. M. de Koningin het voornemen om de gedele ge.rden ter Vredesconferentie en ander auto riteiten op 6 Juli a. s. aan een gala-ma lty i te vereenigen in Hdz. Faleis op den Dam te Amsterdam. Nog dienzelfden avond koert de Vorstin naar Hot Loo terug. (Tel.) Do heer Hepp, vanhetParyscho „Journal", die een r.is naar St.-Petersburg maakt, is in het Hotel des Indes te 's-Gravenhage afgestapt. Het adres van Scheveningsche ingcz tenen io zake de bommenbaven aan de Eerste Kamer toegezonden, bevat 1864 hancteekeningen. Van den minister van binntnlanlsche zaken ontving het bestuur der „Verooniging tot opvoeding van half-verwaarloos Je, ver waarloosde of verlaten kinderen in het huis gezin" een fraai lithographisch portret van H. M. de Koningin, tot plaatsing in het Doorgangs- ^huis dor Vtreeniging te Bussum. Da hecrLycklama a Nyeholt, commissaris der Koningin in Overysel, heeft zich naar Beriyn begeven, ter onderteekening van het tractaat betreffende de aansluiting van den spoorweg EnschedeeAhaus. Het komt herhaaldeiyk voor, dat de ouders van jongelieden, die aan de Amster- damsche Universiteit komen studeeren, of zy zelf gaann op de hoogte zouden komen, aan gaande aldaar bestaande toestanden en ver houdingen of wel ingelicht worden omtrent verschillende zaken, die voor den jong-stu ent van belang kunnen geaebt worden te zyn. Naar wy vernemen, heeft zich nu met het oog hierop, in overleg met in deze gezag hebbende personen, uit het Roorasch Katholiek Amsterdamsch Studenten gezelschap „Sanctus Thoraus Aquinas", een commissie gevormd, welke bereid is alle terzake doende inlichtin gen te verschaffen. Deze commissie bestaat uit het Bestuur van genoemd gezelschap en den eerwaarden heer Jos. Van Gils, litt. student. (Centrum.) Het stoomschip „Bromo", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 26 Juni van Perim;de „EJam", van Nieuw-York naar Amsterdam, passeerde 26 Juni Lizard; de „Prinses Sophie", van Batavia naar Amsterdam, vertrok 26 Juni van Genua. Onlangs werd door het Leidsch Dagblad de aandacht gevestigd op een schildery van onzen stadgenoot den beer G. C. Vrlnt. Thans is by de firma Sala Zonen een stuk van grooter afmeting tentoongesteld. H t stelt voer een bejaard man, gezeten in zfin studeer vertrek, met aandacht lezende in een ouden foliant. In overeenstemming met het onderwerp, is het stuk rustig en breed gehouden; do kop van den man crukt goed uit het verdiept zyn in de studie; alleen had do baard wat vlotter en luchtiger geschilderd kunnen zyn. Da kleuren, het groene taftlklaed; do grijze kamerjapon; het zwarte mutsje; tegen het geel en bruin der boeken van don achter grond, doen aangenaam aan. Het geheel herinnert min of meer aan sommige portretten van Vetheen herinnering die voor den schilder niet anders dan vereeren 1 kan zyn. V. D. Heemstede. Zondag-middag wilde een koet sier met een landauer met twee paarden en vier personen er in, ia een bocht de rails passe.ren van de stoomtram HaarlemLeiden, toen plotseling de tram aankwam. De koetsier legdo de zweep over de paarden, zoodat alleen het achterste deel van den landauer werd ge grepen, doch die werd totaal vernield. De personen werden er uitgeslingerd en l ekwamen lichte kwetsuren; een der paarden werd ernstig gekwetst. Noordwyk-aan-Zeo. Gisteren zyn ter haringvangst uitgevaren do tomschuiten N. W. 29, schipper Jb. Plug, reeder P. Van Duyn en N. W. 30, schipper L. Van Roon, reeder A. Van Roon. Oudsliooru. De miliciens J. Goudriaan, J. Muteer en H. De Jong, de eerste van het reg. gren. en jagers, de b6ide laatste van het 4 Je reg. inf. zya tegen 9 Aug. a. s. ia werkelyken dienst opgeroepen. De door Ged. Staten by besluit van 12 April jl vastgestelde keur of politie verordening van den Vrouwgee6tpol Jer ligt tot on met 26 Juli a. s. ten kantore van den secretaris van dien polier ter inzage. Oude-Weteriiïg. De heer H. J. Jansz, alhier, die by de laatste examens de akto behaalle, i3 benoemd tot onderwijzer aan de school c!er Martha Stichting te Alfon. EERSTE KA9IE». By het afdeelingsonderzoek der Eerste Kamer over het wetsontwerp tot verruiming van het beleggingsveld der aan het by de wet van 9 M»i 1890 opgericht fonds toebehoorende kapitalen en regeling der bestemming van het sal o, aanwezig in het weduweniou sdtr geëmployeerden tot het alg. bestuur behoo- rende, betuigden onderscheidene leden,ofscho n zy geen bezwaar hadden tegen do wetsvoor- dracht, dat zy liever gezien hadden, inaien in art. 1 de categorie onder lettor e .schuld- trioven uitgegeven door tuitenlandsche hypo theekbanken" niet ware opgenomen, onder de opmerking dat hier to lande toch genoeg solide hypotheekbanken bestaan. Men sprak algemeen de boop uit, dat de Reg9ering met de meest mogelyke omzichtig- beid zou te werk gaan. Uit de „Staatsconrant." Bij Kon. besluit is benoemd tot rechter in de arrondissements-rechtbank te Dordrecht mr. H J. M. Tijssens, rechter plaatsvervanger in dat college, advocaat en procureur te Dordrecht. Aan H. Huisken, op zijn daartoe gedaan verzoek, eervol ontslag verleend als directeur der straf gevangenis te 's Gravenbage, en benoemd tot directeur der strafgevangenis te 's-Gravonhage, P. C. Ruil, (hans adjunct-directeur der strafge vangenis te Rotterdam. Benoemd bij liet wapen der infanterie, hij het 5de regiment tot kolonel en commandant van het corps, do luit.-kolonol J. Van Wijk, van het 7de regiment. De Vredesconferentie. D3 eerste afdeeling heeft gisterochtend om tien uren het onderzoek voortgezet van de eerste paragraaf van de Russische circulaire (geen vermeerdering van de tegenwoor.ige stry kracht n gedurende zekeren termyn). Door kolonel Gilensky, kolonel Ds Gross de Schwarzhoff, Van Karnebeek, Standoff en Den Beer Portugael werden redevoeringen gebou Jen. De afdeeling besloot het onderzoek van dit vraagstuk te verzenden naar twee onder- afdoelingen, oie terstond vergaderd hebben. De eerste onderafdeeling heeft eon com missie van ond- rzoek benoem'1, saamgestold uit de heeren Gross de Schwarzhoff, Mounier, Gilensky, Ardagh, Khuepach, Zuccari,Crozier, Brandström en Coanda en den heer Raffalovich als secretaris. Deze commissie is terstond byeengekomen on zal haar werkzaamheden in den loop der week voortzetten. Da tweede onderafdeeling heeft algemeene beschouwingen over de zaak gevoeri en heeft een commissie beno:md, bestaande uit de heeren Von Bille Soltyk, Corragioni d'Orelli en Scheine, die aan de afdeeling in baar geheel een overzicht van de gedachten- wisseling in de onderafdeelingen zal geven en haar later de besluiten zal onderwerpen, die zy mocht nemen. Het comité van onderzook van de derde commissie heeft gister n de beraadslagingen over het wetboek van arbitrage geëindigd en dit in eerste lezing aangenomen. De tweede lezing daarvan, zoomede van het ontwerp van een permanent hof, voor gesteld door Sir Julian Pauncefote, zal Vrydag om 3 uren plaats hebben. De heer Bourgeois is Zondag te 's-Gra venhage uit Parys teruggekomen, tot her vatting van zyn werkzaamheden in de Vredes conferentie, als geleleg^erie van Frankryk. 8) Maar het moet gelukken en het zal ook gelukken, al moest ik er mijn hersens aan wagen; niemand inderdaad is ooit dichter by zyn doel geweest dan ik nu. Ach, h6t is om wanhopig te worden, al deze sporen te be merken en ze niet tot het einde te kunnen volgen, de oplossing er van niet te kunnen vinden l "Werkeiyk bestaat er een oplossing, dat is zonneklaar: de vormen gaan in elkander over, maar hoe en volgens welke wetten? O, als ik het nu 08ns ontdekte! Als de nu opkomende dag my myn geluk eens bracht. Allerwegen zou men verbaasd staan; en dat zou ook werkolyk geon wonder zyn, want wat een ontdekkiogl Ik ken er geen enkele, die hiermede kan vergeleken wordeD; geen enkele, noch in de scheikunde, noch in eenige andere wetenschap. En dan, welk een naam voor den ontfekker l Een van die, welke men na eeuwen en eeuwen nog noemt en herhaalt, zooals wy nu Aristoteles of Archimedes noemen. Ik moet een spectroscoop hebbenriep hy luid uit, terwyi hy opstond en op tafel sloeg, „een spectroscoop; maar waar de driehonderd kronen vandaan te halen 1 Ik moet deze proef neming voortzetten zoo lang zy duurt. Nu ik al het overige gevonden heb, zal ik dit ook niet laten varen. Maar laat ik bier ni9t blyven staan en myn tyd verliezen. Het is byna drie uren: een uurtje kan ik nog wel werken. Iedere minuut is kostbaar, als men resultaten voor zich heeft zooals deze." Hy wendde zich dus opnieuw naar zyn instrumenten, wierp een schop kolen op het vuur en blies het aan, totdat er een heldere vlam uit opsteeg. „Toch wil ik eens onderzoeken, of het niet mogeiyk is, met een zwam een weinig water stof op te vangen, want ik ben er van over tuigd, dat men het langs dezen weg moet zoeken," zoo sprak hy tot zichzelveD. Hy hernam dus weder zyn onderzoekingen, toldat de dag aanbrak en alle hanen van de fabriekserven den naderenden morgenstond kraaiden. De lamp walmde en ging langzaam uit, maar hy sloeg er geen acht op, het daglicht was reeds helder genoeg. Met onver droten yver behandelde by do verschillende stoffen, die hem nog steeds hun geheim niet wilden afstaan, en nu en dan, als om hem te tarten, het een en ander doorlieten van hetgeen hy trachtte te vinden, om hem daarna weder in den blinde te laten rondtasten. Hy werd korzelig en beproefde al hot mogelyke, in de hoop, dat een toeval hem op het rechte spoor zou brengen, maar neen. Alles bleef vruchteloos, slechts bekende verschynselen, bekende stofverbindingen, waarvan hy de formules wel droomen kon. Niets dan deze vyf milligrammen goud, die om zoo to zeggen spoorloos verdwenen waren. Maar waar waren zy dan gebleven? De zomer liep ten einde. De eerste herfst dagen zetten in met regen en slykerigheid. De bo8schen namen een grauw-gele tint aan en over het veen zweefde een rossige damp. Stormen staken op en ontbladerden in weinige dagen alle takken en twygen; de nachten werden lang en koud en reeds in November viel de eerste sneeuw. Zy zat aan het venster en naaido. Daarbuiten was het somber en ongezellig. De donkere fabrieksrook sloeg op alles neder; de weg was louter slyk en modder, van den blauwen hemel was geen spoor te zienalles nevel en fijne stofregen. Hoe lang zou dat nog duren Het kon onmogelyk op deze wyze doorgaan. Sinds twee nachten was Erik om zoo te zeggen niet te bed geweest. Dien morgen had zy haar hand op zyn voorhoofd gelegd, het was vochtig en heet, en zyn pols sloeg in den slaap met koortsachtige slagen. Het was wer keiyk zoo niet langer uit te houden. Zy wist zeer goed, wat dat alles beteekenen moest. Sinds lang had zy het begrepen. Zy had ge tracht het van zich af te zetten en er over heen te stappen, maar het gelukte haar niet, het was reeds te ver gekomen. En zy ontstak er ever in toorn, dat z[i, zonder het zeiven te weten, mogeiykerwyze er toe bygedragen had, hem op dezen weg te brengen, op den dag, dat zy hem vertelde hoe de werklieden geloofden, dat hy goud trachtte te maken. Nu hadden zy toch golyk. Zy was niet me:-r boos op hem; zy beschouwde zich niet meer als door hem verwaarloosd. Zy treurde slechts en gevoelde zich door medelyden bewogen. Toch begreep zy, dat, als dit 3lles nog langer duurde, het gelyk stond met hun ondergang. Zyn nachtwerk zou hem zyn leven kunnen kostenen daar dit op het spel stond, vergat zij, aan zichzelvo te denken. Plotseling werd haar opmerkzaamheid ge trokken, doordat buiten iemand kwam aan- loopen. Zy zag op en verbleekte. Haar man kwam aansnellen, zoo vlug zyn voeten hem maar dragen konden, blootshoofds en met het haar naar alle zyden in den wind fladderend. Een enkel oogenblik schoot de gedachte door haar brein, dat hy zijn verstand ver loren had. Zy richtte zich op, kon echter niet van haar stoel komen, geen voet verzetten; baar knieën beefden. Erik rukte de deur open, zyn gezicht was koortsachtig rood en de aderen op zyn voor hoofd waren buitenmate gezwollen. „Daar!" riep by uit, torwyl by iets,ineen papier gowikkeld, op haar tafeltje wierp. Het papier vloog open en over het tafelblad ver spreidde zich een fijn bruin pooder. Hij greep haar by den arm, omhelsde haar, dat zy byna den adem verloor, wierp zich voor haar op de knieën neder en rustte met zyn hoofd op haar schoot, slechts dit enkele woord stamelende: „Goudl" Zy bracht hom behoedzaam naar de sofa en trachtte hem door liefdevolle woorden en teedere zorgen tot rust te brengen. Haar eerste schrik was een weinig bedaard; zy vatte zyn toestand op als een aanval van verstands- vorbystoring, to voorschyn geroepen door overspanning, in verband met zyn levendige verbeelding. Ia den laatsten tyd was hy toch reods zoo zenuwachtig en opgewondeD. Vóór alles echter had hy rust en stilte noodig. Zij schoof een stoel by de sofa en zette zich naast hem; hij was zeer verhit on zyn wangen gloeiden. Hy kon geen rust vinden. Hy geloofde dus werkeiyk, dat hfi het on- mogeiyke ontdekt had? Ja, en het kon toch niet mogeiyk zyn ondanks alles, wat hy haar gezogd had, het kon niet zyn. Hy was de eerste niet, die zichzelf bedroog. Hoo menig maal hadden de oude alchemisten niet gedacht, dat zy hun dool bereikt hadden! Als hy van hen toch slechts leeron wilde, hoe hopeloos het is, het onmogeiyke na te jagen alvorens het te laat zou zyn. Zy zou zoo goed en liefdevol jogens hem wezen, om hem uit dien treurigen toestand op te wekken, als by weder tot bewustzyn zou gekomen zfin. Hy lag met de oogen gesloten en sprak op nauwelijks hoorbare wyze van de groote ontdekking, die zyn gedachten uitsluitend bezighield. Zy stemde volkomen in met alles, wat hy zeide, alleen maar om hem tot bodaren te krygen, en onderwyi streek zy liefdevol mei haar hand over zyn voorhoofd. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 1