ATJEH. De commissie heeft eenstemmig aan genomen het verbod, voor den tyd van vyf jaren, projectiel-n te werpen uit luct.tnallons of langs daarmee geiyk te stellen weg. Evenzeer heeft de commissie eenstemmig besloten de quaestie der geweren en der BcbeapBkanonncn te renvoieeren om c'ooreen latere Conferentie te worden onderzocht, onder aanbeveling der materie in de nauw lettende aindacht der Regeeringon. Met algemeene stemmen op één na voteerde zy het verbod proje tielen te gebruiken, tot eenig doel hebbende verstikkende of 8chadeiyke gassen te verspreiden. Votums van dank werden uitgebracht aan de beide rapporteurs, generaal Den Beer Poortugael en graaf Soltyk. Gemeenteraad van Haarlemmermeer. Voorzitter de Burgemeester. Tegenwoordig 15 iedeD. Afwezig de heeren A. J. G. Timmermans en J. H. M. Evelein. De notulen der vorige vergadering kunnen nog aiet worden goedgekeurd, aangezien deze nog niet geheel gereed zijn. 1. Wordt medegedeeld een brief van Ged. Staten, ven geleide van een Koninkl. besluit, waarbij aan deze gemeente voor eon tijdvak van 5 jaren vrij stelling wordt verleend van de verplichting tot oprichting eener burgerschool, hetgeen voor kennis geving wordt aangenomen. 2. Tot hoofd aan de school No. 6 (Abenes) wordt benoemd de heer Hendrik De JoDg, te Rotterdam, en de infunctietreding bepaald op 1 Augustus 1899. 3. Wordt afwijzend beschikt op het verzoek van ^et bestuur vau het fanfarecorps te Hoofddorp, >m een muziektont te mogen plaatsen op het speelterrein bij de school No. 4 (Hoofddorp). Het voorstel van den boer Van Zjjverden, om het ver zoek toe te staan, wordt verworpen met 9 tegen 6 stemmen. 4. Wordt aan Ch. H. Jaques op verzoek eervol ontslag verleend als onderwijzer aan de school No. 3, met ingang van 1 September 1899. De correspondent te Batavia van de „N. R. C." 6eiot onder d3gteekening van gisteren: „Do troepenmacht van Van Heutsz is Peusangan doorgetrokken en heeft zich met de oeloebalangs vereenigd. Zy is nu te Qeudong in bivouac. Aan onze zyde werden 3 manschappen licht gewond; de vyand liet 23 dooden achter. Tji Peusangan vluchtte naar de Gajoelanden. P<srtygangers van Tapa zyn nu in Boven GeuJong. Nabij Telok Semawé zyn veel ben- tengs opgericht. De marine heeft in Geudong manschappen aan wal gezet". Gemengd Nieuws. Uit Rotterdam ontvingen wy een zeer ryke collectie photographieën, genomen tydens het jongste veroiyf van H.H. M M. do Koninginnen aldaar. Deze collectie, uitmuntende door verschei denheid en keurignette afwerking, is in onze Vestibule van Zaterdagochtend tot en met Dinsdag ter bezichtiging gesteld. Weer een nieuw tabak- en sigaren magazijn, nu op de Hoogewoerd No. 62. De heer H. J. J. Labree Jr., se ert tien jaren bediende by de firma Kooy alhier, hoeft er zich gevestigd. Bedoeld perceel is daartoe op de benoodigde wyze verbouwd. De beschildering van den winkel en den opstani is m noten bout uitgevoerd en oen nette parketvloer is er eveneens aanwezig. De heer B. E. Spyker was blijkbaar ook biar een goed architect. Maar waar het bovendien vooral op aankomt, ^t zftn de voorhanden artikelen, en daarvoor ia) de heer Labree zeker wel zorgen dat ze niet te wenschen overlaten, maar aan de verschillende smaken zijner klanten voldoen. Na de gerechtelijke schouwing, Is het ïyk van den vermoorden Paulus Harte- veld weer aan de familie teruggegeven en bevindt het zich thans in de woning aan de Van-der-Werfstraat. Steeds is het daar vol van ersonen, die naar het ïyk van bet slachtoffer komen zien. Kapitoin Vemer, de veroordeelde wegens den aanslag op twee vrouwen in de Weimarstraat to 's-Gravenhago, is heden ochtend juist een week vóórdat het ge rechtshof in hooger beroep uitspraak in zyn zaak zou dom dood gevonden in zyn cel in het Huis van Bewaring. Hy heeft door ophanging aan zyn handdoek een einde aan zyn leveo gemaakt. Telephoon Haarlemmermeer.— In de voor de rechtbank te Baarlom tusschen den Staat der Nederlanden, als eischer, en het polderbestuur van Haarlemmermeer, als gedaagde, aanhangige procedure, is vanwege den gedaagde door mr. A. Kist als procureur van dupliek gediend en volhard by de vroeger gevoerde verwering, dat nl. de vraag of de telephoon-, tevens telegraaf palen enz. eigen dom zyn van don Staat of niet, baar niet aangaat, daar de polder alleen het vonnis der rechtbank te Amsterdam had ten uitvoer te leggen, en verder: dat de aantasting vaD den publiekrechterlyken eigendom van den Staat, als hoedanig de palen enz zyn te beschouwen, nooit aanleiding kan geven iot bet instellen van een burgerrechter lijke actie als werd ingesteld. 1 oor den procureur van den Staat mr. Th. De Haan Hugenbolz, werd daarop een dag voor de pleidooien gevraagd. De rechtbank bepaalde daarvoor 6 Decem ber a. i. Kermisstandplaatsen. Voor een standplaats op de a s. Haarlemsche k-rmis is o.a. ingeschreven door Tewe (stoomcarousel) voor /"810, als hy op de Groote Markt een plaats krygt, en voor ƒ410 op de God. Oude Gracht (Jacobynestraat). Voor een biprodrome op laatstgenoemde plaats is f 937 geboden. Koppen (beignttkraam) biedt f 530 voor een plaats op de Groote Markt. Ook door eigenaars van andere „vt-rmakeljjk- heden" werden goede prijzen geboden. Door de ar r. - rechtbank to Haar lem is uitgesproken het faillissement van de thans ontboncen vennootschap onder de firma Van Zanten en Niewerf, gevestigd geweest zfinde en kantoor gehouden hebbende te Lisse, en haar leden J. Yeldhuyz.n, Van Zanten Rz. en C. W. Niewerf, de 1ste te Lisse, de 2de te Londen, hancelaars in bloemtollen. Een gevaariyk mensch. Onze vroede vaderen zoo scbryft men aan „De Standaard" uit Grarasbergen in Overfisel d.d. 21 Juni 1899- waren heden ter raadsvergade ring vereenigd. Hevige ontroering verwekte de mededeeling van den voorzitter: „Myne Heeren 1 er staat een reporter buiten, die op de vergadering wil komen"- Een der edehchtbaren, bedeesd „Is dat een gevaariyk dier, burgemeester"? Voorzitt-r: „Gevaariyk wel; maar het is geen dier. 'tls zooveel als een verslaggever van een krant". Ik heb hem al gezegd, dat ik hem hier niet hebben wou en de raadsleden evenmin en dat ge het wel wat vreemd zou t vinden. Maar hy antwoordde, dat volgens art. 43 oer gemeentewet de raadsvergaderingen in het openbaar moeten worden gehouden en dat de heeren aan dat vreemde wel zouden wennen. "We moeten hem dus wel toelaten, maar laten we ons voor hem in acht nemen". Een ander raadslii: „Zoo'n brutale vent! Wat heeft hy met onze zaken te maken? Maar we zullen er niets aan kunnen doen, als burgemeester het zegt." Wordt besloten den verslaggever toe t9 laten, die even daarna verschynt en door de meeste raadsleden met wantrouwige blikken wor t beloerd. Het natuurwonder dat men ter G'sche raadsvergadering nog nooit had waar genomen, was de verslaggever van de „üedems- vaartsche en Grambergsche Crt." Omtrent het drama te Hees wordt nader vernomen: De moord en zelfmoord hebben onder zeer geheimzinnige omstandigheden plaats gehad. Niemand toch van de bakenden van het echt paar Keppel Hesselink, zoo lykt het te heeten, weet iets van eeDig geschil. Noch het slacht offer, noch de moordenaar heeft een woord omtrent het gebeurde vóór de intrede van den dool kunnen spreken, zoodat men wellicht nooit iets omtrent de motieven zal te weten komen. Een buurman doet het volgende verhaal van het geval: Tusschen 10 en 11 uren was hy by de woning van K. H., to n hy mevr. K. H., wankelend, als iemand die ziek of duizelig is, op hem af zag komen. Vlak by hem viel zy neer. Meenende, dat zy een flauwte had, tilde hy haar op en zette hy haar op een stool. Toen eerst bemerkte hy, dat zy onder de borst een diepe wond had, waaruit een bloedstroom gudste. Zy slo:-g even de oogen op, maar het was duidelyk, dat zy toen reeds stervende was. Eenige uren later vond men bet Ïyk van den man achter het fort „Kraayenbof met een kogel in het hoofd. Van bevoegde zfide verneemt de „Arnh. Ct." dat de man reeds gedurende geruimen tyd, voor allen die hem kenden, een psycho logisch raadsel was. All rlei dwaze ideeën hadden zich van hem meester gemaakt. Reeds jaren leed hy aan melancholia, oio eindelyk den vorm van vervolgingswaanzin aannam. Herhaaldelijk voor 's lands dienst in Indiè afgekeurd, werd toch telker.s weder zyn ver- loftyd met behoud van volle traktement ver lengd, kenneiyk met het doel om hem voor '8 lands dienst te behouden. Hy was dan ook geenszins een onverdienstriyk ambtenaar. Het „Vaderland" bericht nader, datdeO.-I. rechterlijke ambtenaar met verlof, wonende onder Hees, op een kleine villa, op zyn echt- genoote, oud 35 jaar, oie in baar tuin bezig was haar bloemen te verzorgen, na een vooraf gaande woordenwisseling, a bout portant uit een revolver, waarop 6 patronen geladen waren, één schot loste, dat haar in *len rug trof. Mevrouw vluchtte uit haar tuin door een opening der erf of scheiding op het erf van den bloemist Roeriuk, waar zy weldra tegen de broeikaBt op een hoop bloempotten neer viel en den laatsten adem uitblies. Mej. R. en anderen, die mevr. H. K. to hulp waren gesneld, zagen kort daarop den heer K. H. zeiven over wegen en velden gaan in de richting van de rivier de Waal, waar men weldra aan den voet van den dyk het tweede schot hoorde, waarmede de heer K. zich van het leven beroofde. Zoowel het lyk van mevrouw K. als dat van den heer K. zyn naar hun villa vervoerd, waar de schouwing heeft plaats gehad. Het echtpaar laat een dochter van 16 en een zoon van 15 jaar na. Omtrent de juiste beweegreden tot deze vreeseiyke daad loopen de geruchten zeer uiteen. De familie zou wel ra naar Java retourneeren. Te Schiedam zyn in eenige werk- mansgeziunen een aantal personen ziek ge worden na het gebruik van rauw gehakt vleesch, dat uitgesmeerd op het brood gegeten werd. De verschynselen zyn hevige diarrhee, gepaard met braking, geen eetlust, doch onlescbbare dorst. Wat de oorzaak der vergiftiging is geweest - zegt do „Scbied. Ct." is voorloopig nog niet vastgesteld. Een scheikundig ondderzoek is ingesteld, terwyi door de politie verschil lende zaken in beslag genomen zyn hy den slager, by wien het vleesch gekocht werd. Onwaarscbyniyk is bet niet, dat het „meafc- preserve", waarmede men het vleesch voor bedtrf tracht te bewaren, aan de vergiftiging schuld heeft. Nader verneemt het „Utr. Dbl.' omtrent do onregelmatigheden in hetkerkeiyk armbestuur te IJzenc'oorn, dat het classicaal kerkbestuur zich van de zaak op de hoogte heeft gesteld, maar geen maatregelen tegen den betrokken persoon genomen zyn. Thans doet de justitie onderzo.k. De majoor der ryksveldwacht Bres, te Tiel, hoorde in de laatste weken 24 getuigen, en nog is het onJerzoek niet geëindigd. Jeier jaar heeft die gemeente een groot batig saldo; toen het saldo dit jaar zeer kltin was, wekte olt do verbazing van het college van armvoogden, dat weigerde de rekening goel te keuren. Op Te88el bestond sinds 1816 een „Ramplagantenfonds", dat ten gevolge der wyzigirg der Militiewet zyn reden van bestaan verloor. Het is daarom deze week door com missarissen ontbonden. Het saldo van f 1255 is verdeeld onler verschillende instellingen van openbaar nut- De boterfabriek van den heer G. B. Van Dusseldorf, te Waspik, is gister nacht geheel in de asch gelegd. Er ls Diets gered kunnen worden. De schade is door verzekering gedekt. Een moord op een hospitaal- directeur. Te Rome werd zekere Antonio Cajoni, 40 jaar oud, en lydende aan tuberculose, eenigen tyd in het hospitaal verpleegd en ver volgens, omdat er plaats gemaakt moest worden voor anderen, ontslagen. De ontslagene koesterde deswege een diepen haat tegen den directeur van het hospitaal, prof. Bondi. Toen Bondi onlangs de yzeren brug over den Tiber passeerde, werd hy door een persoon, die achter hem liep, met een dolk tot twee maal toe in den rug gestoken. De ongelukkige professor was byna oogenblikkelyk een lyk. De moordenaar nam de vlucht, doch werd gearresteerd. Het was Cajoni. Een aandoeniyk huweiyk. - Men scbryft uit Rome: De chemicus Giuseppe Scuderini is ten gevolge van een dynamiet- ontploffing in Fara Sabina geheel blind ge worden en vreeselyk gekwetst. Men moet hem in het hospitaal beide beencn en een arm amputeeren. Maar zyn bruid, Maria Mussa, verklaarde, dat zy toch niet ophield van hem te houden, en stond er op den armen ver minkte te huwen. Dezer dagen bad in de woning van Scuderini, die op een stoel zat vastgebonden, het huweiyk plaats. Het was een aangrypend tooneel. Een berg van goud zendon de mynbezitters van Colarados naar deFransche tentoonstelling. Het zal een model van Colo rados beroemden Pikely Peak zyn. De ruwe waarde van den goudklomp wordt op 5 mil- lioen mark geschat. De groote houthandelaarsfirma ChrHtophensen, te Christiana, heeft Maandag haar betalingen gestaakt. Dö Disconto-Bank aldaar heeft drie millioen kronen te vorderen, andere Banken kleinere bedragen. Jong-TnrUïje en een duel. In de groote zaal van het gebouw „Dtligentia" te Den Haag, was gisteravond een zeer aandachtig luister.nd publiek ver eenigd om de grieven van Jong-Turkye en Armenië aan te hooren. Yan de gedelegeerden werd niemand opge merkt, wel waren er eenige Kamerleden, o. a. dr. Kuyper, Van Heemstra, Do Ras, Yan Gilse, Troelstra en Smeenge. Yerdor waren nog aanwezig de heer Stead en mevr. Wasse- lewirz. De b6er Yan Ko), het Kamerlid, die de vergadering leidde, opende baar met een welkomstgroet aan de aanwozigen. Daarna trad Ahmed Riza op. Spreker trad in eenige beschouwingen over den haat, den stryd, de verdrukking in zyn land, opgewekt door de politiek van den tegenwoordigen Sultan, z. i. de eenige oorzaak van alle rampen. In den loop zyner rede moet Ahmed Riza uitdrukkingen hebben gebezigd, die de ver tegenwoordiger van den sultan van Turkye op de Vredesconferentie, voor zyn souverein be- leedigend achtte, waarom hy den Armeniër heden zyn getuigen heeft gezonden, die hen echter niet wilde ontvangen, maar heeft teruggezonden. Het Fransche ministerie en de Dreyfns-zaak. De bemiddeling van den heer Léon Bourgeois heeft goede vruchten gedragen: Frankryk heeft weder een mmisterie. Het nieuwe ministerie is aldus samengesteld minister president en binnenlandscbe zaken, Waldeck Rousseau; buitenlandsche zaken, Delca8sé; oorlog, generaal De Gallifet; marine, Lanessan; justitie, senator Monis; landbouw, Jean Dupuy; handel, Milleranl; financiën, Calllaux; openbaar onderwys, Leygues; open bare werken, Baudln; koloniën, Decrais. Het is elf dagen geleden dat het ministerie- Dupuy zyn ontslag aanbood, nadat de Kamer een motie bad aangenomen, waarin zy ver klaarde slechts een regeering te zullen steunen, die vast besloten is krachtig de republi- keinscbe instellingen te verdedigen en de orde te handhaven. Dese motie moest dus tot richtsnoer strekken voor den nieuwen kabinets formeerder, en hoe eenvoudig met deze op dracht de taak leek om een regeering samen te stellen, de practyk heeft geleerd dat het zoo heel gemakkelijk niet ging. De eerste persoon die van den president der Republiek de opdracht ontving, was de afgevaardigde Poincaré, die minister in het vorigo k<ibinet- Dupuy was geweest, maar dezo slaagde niet. En ook de heer Waldeck-Rousseau, aan wi=n na hem de taak werd opgedragen bet liquidatie ministerie samen te st.llen, was niet gelukkiger, hoewel by door de vrienden der Republiek met meer geestdrift werd begroet dan z(jn voorganger, in wi;n men niet genoeg vertrouwen stelle. De heer Bourgeois werd daarop uit 's Gra- venhage ont o ien om de zware taak op zich to nemen. Maar de leider der radicalen wei gerde in de eerste plaats, omdat hy zyn post op de vredesconferentie niet wilde opgeven,,en in de tweede plaats omdat hy niet ten onrechte, zegt 't „A. H.", van meening was, dat Frankryk thans geen party ministerie behoeft en hy dus niet de aangewezen man was. Maar al wilde by zelf niet als minister presi lent optreden, noch deel uitmaken van eenig minis terie, hy onderhandelde toch met de verschil lende leiders en wist den heer Waldeck - Rousseau over te halen opnieuw de opdracht tot samenstelling van een ministerie te aan vaarden. Dit ministerie is thans gevormd en gelykt in hoofdtrekken op de zeer krachtige allereerste combinatie door den Senator opge maakt. By de oplossing van deze crisis stond dus meer op het spel dan de heerschappy van een party of het overwicht van een groep; zy was beslissend voor de richting, waarin verder zal worden gestuurd. Dit werd van beide zyden gevoeld, en daaruit verklaarde zich eenerzyds de teleurstelling, die de „Matin" deod zeggen„Welk een ellende! De republiek moet zeer sterk zyn of hare tegenstanders zeer zwak, dat zy onder de onhandigheden van zulke verdedigers niet ineenvalt", ander zijds de biyde verwachting, die Paul de Cas- sagnac in de „Autorité" deze woorden in de pen gaf: „Wat de repullikeinsche party in dit verwarde uur onderscheidt, is de vrees voor de sabel. De sabel is er voor alle repu- blikeinsche gemoederen in Frankryk het schrikbeeld geworden, want ieder republikein voelt en verstaat, dat heden zoowel als ten tyde van Alexander den Grooten de sabel alleen den Gordiaanschen knoop kan door bakken, welks ontwarring voor Frankryk een levensvraag geworden is. De sabel zal in Frankryk nog een groote rol spelen, de sabel is de fcevryder op wien gewacht, do redder op wien gehoopt wordt." Men kan hieruit zien, hoe ernstig de toe stand is. Het arrest van het Hof van Cassatie heeft niet alleen de gemoederen niet g kal- meerd, maar ze zelfs nog meer opgewonden. Merrier steekt stouter dan ooit het hoofd op en spreekt weer van geheime schuldbewyzen, die in geheime zitting te berde gebracht zullen worden; ook Quesuay de Beaurepaire belooft nieuwe bewyzen van schuld; te Brest duelleeren onderwyzers en officieren omdat de eerstgenoemdon hun overtuiging vau Dreyfus' onschuld doen kennen; generaals en kolonels gewagen in dagorders van „de zwyneryen der Panamisten, cie aan het roer gezeten zyn en het land tot den ondergang brengen. Kortom met de uitkomst, die na h%t arrest van het Hof van Cassatie ondenkbaar scheen, dat Dreyfus to Rennes opnieuw veroordeeld zou kunnen worden, moet weder gerekend worden als met een mogeiykheid. Clemenceau, do woordvoerder van de besliste revisionisten, verklaarde in de „Aurore", dat by gemeene zaak zal maken met iederen republikein hy moge heeteu Poincaré, Waldeck-Rousseau of Bourgeois wien het ernst is de republiek te verdedigen, niet met woorden maar met daden. „Wat hen betreft, die onder voorwendsel van de republiek te verdedigen kleine verraderyen brouwen ten behoeve van hun groep, met het doel het voorzitterschap van den ministerraad aan den een, het presidentschap van de republiek aan een ander te verzekeren, die zal ik met alle macht bestryden." Op een nieuw feit, dat het gevaar van den tosstand nog verhoogt, waarvan men in bet openbaar niet spreekt, maar dat de ingewyden zeer verontrust, wyst de correspondent van de „Yossiscbe Ztg.", die scbryft, dat men niet weet of de heer Loubet standvastig zal blyvon. „Hy heeft het wel acht dagen geleden plech tig beloofd, maar er zyn verhoudingen, die sterker zyn dan voornemens en toezeggingen. Hot is geen fraze, wanneer de heer Loubet er by herhaling aan herinnerd heeft, wtlk een overwinning op zichzelf hem de aanneming van de verkiezing tot president heeft gekost. Hy is een man van vreedzame gewoonten, beeft zyn rust lief en vindt zyn geluk iu den kring van een teer beminde familie. Mevrouw Loubet bezwoer hem met tranen, de keuze niet aan te nemen. Hij zette zich echter, hoezeer met een bezwaard gemoed, heen over de smeekbeden van zyn echtgenoote en liet zich zenden naar het Elysée, omdat by meende dat de yzeren plicht hom daar zyn plaats aanwees. Sedert echter de nationalisten zich openiyk verzetten tegen het vonnis van het hoogste gerechtshof en als hun vast besluit te kennen geven aan de gerechtigheid niet het laatste woord te laten, en inzonderheid sedert den kwajongensstreek in Auteuil, houdt mevrouw Loubet niet op haren echtgenoot op de knieën te ameeken, dat hy zal bedanken. Zy viel in zwym toen by van Auteuil tbuis kwam, lydt sedert aan slapeloosheid en ver klaart een- en andermaal, dat bet verbiyf in bet Elysée baar geheel ondraaglijk to. De heer Loubet doet wat hy kan om zyn vrouw te kalmeeren. Hy doet zyn best zich niet te laten iDfluenceeren door bare smeekbeden Maar by de innige verhouding, die tusschec de eebtgenooten bestaat, gaat het verdriet vai zfln vrouw den heer Loubet zoozeer aan het hart, dat men met do mogelijkheid van eet verrassing van deze zyde moet rekenen. „Wel is waar zouden de republikeinen ook by een plotseling bedank-n van den -heei Loubet het l oofd nl.t verliezen. Zy hebbel voor cit geval den plaatsvervanger berridi Brisson. Maar toch zou een presiJents crisis die zich kwam voegen by alle andere no& onopgeloste zaken, de toestand op öreigendt wyze nog meer verwarren." In bet nieuwe ministerie heeft de het3 Waldeck Rousseau zelf de portefeuille van bin nenlandsehe zaken op zich genomen. Dit depao, tement is hem niet vreemd; reels in hél ministerie Gambetta (1881/82) en in hel kabinet-Ferry (1883/85) beheerde de be kwame advocaat doze portefeuille, maar in. derdaad onder minder moeilyke omstandig helea dan thans. Echter geven zyn p rsoon lykheid en z(jn levensloop het volste recht tfc vertrouwen dat, zoo iemand, hy de geschikt* man is om ondor de tegenwoordige omstan; digheden aan het hoofd te staan van he{ ministerie niet alleen, maar ook van het b% langrykste departement. Senator Waldeck Rousseau is 2 Dec. 1846 te Nantes geboren dus 52 jaar oud. Hy vestigde zich als advo caat te Rennes en word door zyn medebur gers naar de Kamer afgevaardigd, waar h# zich aansloot by de Republikeinsche Unie. If 1886 vestigde hy zich als advocaat te Paryi en verwierf zich daar in tal van groote pro cessen een zeer goeden naam. In 1894 be noemde het departement der Loire hem tofc zyn vertegenwoordiger in den Senaat. Toef president Casimir-Perier aftrad, vereenigde d$ heer Waldeck-Rousseau by de presidentsve^ kiezing 184 stemmen op zich; hy trok ziek echter by de herstemming terug, ten gunst* van Folix Faure. De tweede zeer belangryke portefeuille it het kabinet, die van oorlog, is toevertrouwt aan generaal Gallifet, den vriend van kolonej Picquart, een officier van wien men verwachten mag dat hy de zeer omvangryke en moe» ïyke taak, die hem wacht, met onverzwakt* geestkracht tot een goed einde zal brengen Hy zal ongetwyfeld de minister zyn die hel meest zal hebben te verduren van de aan vallen dor anti-semieten en nationalisten, want door zyn benoeming vervliegt hun laatst* hoop op een tweede veroordeeling van Dreyfus iu rook. Generaal Gallifet zal de uitspraak van het Hof van Cassatie door het legei weten to doen eerbiedigen; hy zal, zegt bel „Htl.", al te breedsprakige officieren bet zwygen weten op te leggen en hun leered zich zonder morren te onderwerpen aan hot hoogste gezag. Men herinnert zich zyn go tuigenis voor de strafkamer van bet Hof van Cassatie, eindigend met de woorden: „Ik weel niet of overste Picquart een fout begaan heefti maar zoo hy baar begaan heeft, ben ik el zeker van dat hy slechts door zyn liefde voo) de waarheid ertoe gebracht is en stellig nief door een ljge beweegreden gedreven." De portefeuille van justitie is ia handen van senator Monis, met Waldeck-Rousseau een der yverige bestrijders van Dupuy's des- saisissementswet, een republikein van den waren stempel, in wien de republiek te allen tyde een krachtig verJediger van haar instel', lingen heeft gevonden. De bekwame minister van buitenlandsche zaken Delcassé behoudt zyn portefeuille en de beer Leygues blyft aan bet hoofd van het departement van onderwys. De opneming' van den socialist Millerand in het nieuwe mioist-rie, zy het ook als bestuurder van ce? minder belangryk departement, wyst op eef uiterst breede opvatting by den kabinetsfor* meerder, waarmede men Frankryk, meent hetzelfde blad, onder de huidige omstandige heden niet anders dan gelukwensclien kan. De overige ministers zyn minder bekend. Senator Jean Dupuy is een broeder van den aftrodenden minister-president en behoort tot de radicale partij. De afgevaardigde Caillaux, progressist, in 1893 voor het eerst in de Kamer gekozen, heeft nog weinig van zich doen spreken. De heer Decrais is eveneens niet overbekend en de radico socialist Pierre Baudin is nog enkel als sprek r in de Kamei een paar maal op den voorgrond getreden. Tot de meer kokende persooniykheden van het ministerie-Wal feck—Rousseau behoorl nog de afgevaardigde Ds Lanessan, die ocbtei meer als koloniale dan als marine-specialiteit van zich heeft doen hooren. Men verwacht dat de verklaring, waarmed* het nieuwe ministerie in do Kamer zal optre den, zal voorafgegaan worden door enkele besluiten, waardoor zekere militairen getroffen worden, die zich door woord of geschrift heb ben uitgelaten op een wyze, waardoor d* discipline in gevaar kan worden gebracht. BUITENLAND. Frankrijlr. Nader biykt dat do directeur dor artillerie aan het Fransche ministerie van marine, gene raai De la Rocque, niet uit dat ambt ortzel is wegens afkeuring van het beleil dei ministers, maar dat hy roeds den 15den Lpril zelf ontslag uit den dienst had verzocht, wells verzoek den minister echter niet officieel in handen is gekomen. Op verlangen van den generaal heeft de minister daarop een besluit tot zyn ontslag aan don President der republiek ter teekening voorgelegd, maar De laRocqu* zond toen aan Loubet een telegram, waarin

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 2