N°. 12041 Maandag 29 Mei. A0. 1899 feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van §pn- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Feuilleton. Het verloren testament. EIDSCI DA&BLAD. PRIJS DEZEB COTTRA WTPi Voor Leiden per 8 maandoo, f J.HX Franco per post.9 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DKB A-DXTERTENTBSB t Van 1-6 regels 1.06. Iedere regel meer 0.17$. - Grootera letters naar plaatsruimte - Voor het tncaeseereD bulteD do stad wordt ƒ0.05 berekend JPinancitëele Kroniek. De feestdagen, welke nis rustdagen de Beurs nieuwen moed en kracht hadden kunnen geven, hebben dezen gunstigen invloed echter niet teweeg gebracht. Integendeel schijnt de houding der ver- sohillende Europeesche Beurzen en ook die van Amerika eerder op groote overspanning en ver moeienis te wijzen. De Vredesconferentie in 's-Gravenhage oefende ook niet den minsten invloed uit; de Europeesche Beurzen bleven flauw. Groote verwachtingen behoeft men ook van dit Congres voor de toekomst niet te koesteren. Zoolang de een meer bezit dan de ander, en dit is een noodzakelijkheid, zal de strijd om de oppermacht blijven bestaan. In het algemeen was de Beurs hier echter onder den invloed van de flauwe houding der Nieuw-Yorksche Benrs, en het blijkt uit de onvaste houding der fondsenmarkt aldaar, dat de krachtige hand van den leider der hausse- partij daar gevoelig gemist wordt. Hiermede zij echter nog niet gezegd, dat de tegenwoordige hooge koersen slechts te danken zijn geweest aan de manipulaties van een grooten en machtigen haus sier! Integendeel. Wel blijft waar, dat de krachtige positie van vele der groote spoorweg-systemen en de gunstige toestand van industrie en geldmarkt de koersen wel degelijk wettigen. Doch door de buitengewoon gunstige toestanden, werd een over dreven beweging, om nieuwe Maatschappijen of groote Trusts te vormen, geboren, waardoor ee* speculatiewoede ia industriëele waarden ontstond, welke niet op gezonde basis berustte en thans, nu de leider der haussepartrj gestorven is, in haren teruggaanden loop spoorwegwaarden medesleept. Men meene nu echter niet, dat alle Spoorwegaandeelen nog goedkoop te noe men zijn. Er zijn er, en dat zijn die, welke zelfs in de verre toekomst geen kans hebben ooit dividend udt te kunnen keeren, die o. i. altijd te duur zijn, en slechts als speculatiepapier van de lichtste soort in aanmerking komen. Voor deze soort waarden moet men altijd op zijn hoede zijn. Zij dienen slechts om deze of gene partij een meerderheid iu vergaderingen té geven, enz. naar mate men aan het vlottende materiaal gebrek heeft, zullen deze aandeelen rijzon of dalen. Wat echter de Amerikaansche Spoorweg- obligatiën betreft, deze zijn bijna allo door de drastische reorganisatie der laatste jaren zoodanig van gehalte verbeterd, dat zij meer dan ooit voor geldbelegging in aanmerking komen. Een bewijs daarvoor is ook wel, dat Amerika sinds lang groote partijen Spoorwegobligatiën van de markt neemt en dat door de regeeringen van verschillende Amerikaansche Staten is toegestaan, voortaan do gelden der Spaarbanken in Spoorwegobligatiën en aandeelen der solide Maatschappijen te beleggen. Toch zal er nog wel een enkel zwak obligatie soortje onder doorloopeu, dat spreekt vanzelf, doch dan blijkt dit spoedig genoeg uit den koers en de rente. Voor Hollandsche Staatsfondsen was goen buitengewone vraag en z|j bleven dan ook op hun vorig niveau. Oostenrijkers en Hongaren waren vast.In de politieke verhouding der beide landen is nog Steeds geen verbetering tot stand gekomen. Omtrent de Portugeezen verneemt men slechts zeer vage berichten. Het schijnt echter, dat do RegeeriDg bezig is met de verschillende Gomité's afzonderlijk te onderhandelen en zoodoende to trachten, tot een gemeenschappelijk punt van overeenstemming te komen. Ook schijnt het, dat de regeering machtiging tracht te verkrijgen om het recht te hebben, ter gelegener tijd de Tabaks- leening af te lossen. Dit kan van af 1900 met 6 maanden opzeggens ten allen tijde geschieden. Spanjaarden verkeerden in reactie en waren sterk aangeboden; zij moesten tamelijk veel prijs geven. Russische Staats- en Spoorwegleenin- g e n bleven willig. Voor Brazilianen bestond meerder animo en konden enkele soorten iets verbeteren. De 5-pCts.-Mexicanen, eerst iets beter, komen ten slotte weer wat minder. Deze obligation kunnen echter, wat betreft hun intrensieko waarde, uit hoofde van de oeconomische welvaart van het land, en do hooge rente, tot de zeer goedkoopo soorten gerekend worden. Het zou ons dan ook niet verwonderen, dat, als de zilverprijzen ver beteren, waarvan de efFectieve rente afhangt, deze obligation eerlang wel hooger zullen noteeren. De aandacht van onze Beurs werd ook voor een groot gedeelte in beslag genomen door denleven- digen handel in Tabaks- en Mijnwaarden. De Tabakken waren niet zoo willig als de voorgaande week, doch hoewel hier en daar een weinig reactie merkbaar was, zoo konden toch do meeste soorten hun koersen handhaven. De Mijn bouw waardon, welke sinds lang verwaarloosd zijn, vonden plotseling weder belangstelling. De leidende soorten waren Guyana Goud-P la eer, Suriname- en Ned.-Ind. Mijnbouw-Mij., ook andere profiteerden van de meerdere belang stelling. Men verwacht van de Ned.-Ind. Mijn- bouw-Mij. eerlang goede berichten en voorspelt voor deze aandeelen een aanmerkelijk hoogeren koers. Dat een Mijnbouwonderneming op zichzelf reeds een kansspel is, zal zeker niemand willen ont kennen, doch het is een kansspel, waarvan de prijs onbeperkt groot kan zijn en het verlies be perkt tot den inzet; een reden, waarom men de aandeelen der Ned.-Ind. Mjjnbouw-Mij. als geen speculatief beschouwt; Om echter in deze eenige zekerheid te hebben, dieat mee te wachten tot de algemecne vergadering van aandeelhouders is geweest en het jaarverslag openbaar wordt. Het is te hopen, dat de meerderheid der aandeel houders van de Maatschappij Suriname tegen het voorstel zal stemmen, om alle bezittingen der Maatschappij to verkoopen aan een Belgische Maatschappij. Al krijgen zij ook 100-pCt. in geld, en 50-pCt. in aandeelen der nieuwe Maatschappij, thans is het kapitaal klein en kunnen de winsten zeer aanzienlijk zijn, doch wanneer dit kapitaal verwaterd wordt, zal wel van toepassing wezen „Waar de varkens veel zijn, wordt de spoeling dun." Buitendien in aanmerking nemende de groote waarde van concession der Maatschappij Suriname en den steun, welken zij van de regeering geniet, kan men niet zeggen, dat het bod der Belgische Maatschappij bijzonder hoog is. De Amerikaansche Spoorwogmarkt verkeerde in een zeer lastelooze stemming. Was er in het begin der week voor de hoofdsoorten voor locale rekening nogal vraag, ook deze ver minderde, en de koersen volgden den loop der Londenscbe en Nieuw-Yorksche noteeringen, welke gevoelig lager afkwamen. Het is zeer duidelijk, dat de markt in Nieuw-York thans vrijwel aan d« willekeur der professioneelo speculanten is overgeleverd en do contramine alle beuzelingen aangrijpt, om dienst te doen als boeman. Deze manoeuvres gelukken zeer dikwijls, doch het is in den regel veiliger, wanneer men van de wer- kelijko waarde van zijn bezit overtuigd is, zich niet door deze manipulaties te laten medeslepen. Er valt van de toekomstige markt dor Ameri kaansche Spoorweg-shares niet veel met zekerheid te zeggen, daar steeds te veel oorzaken voor handen zijn, om koersschommelingen in het leven te roepen. Toch zullen enkele, al is het dan met tijdelijke reactie, wel een hooger niveau ver overen. Wij hebben hier voornamelijk de Union- P a c i fi c-waarden op het oog, en in verband daarmede de Oregon Shortline B-bonds. Dezelaatste zijn, op eeu koers van 70 pDt. gedecideerd, goedkoop te noemen. Wel is waar worden thans, nu de Union-Pacific de Shortline feitelijk bezit, de netto-ontvangsten niet meer gepubliceerd, doch het is niet te verwachten, dat de B-bonds haar rente niet zullen hebben verdiendis het geen 4, dan toch 3 pCt. Ware het niet, dat de Union- Pacific-Spoorweg-Maatschappij thans beheerd wordt door zeer gerenommeerde mannen, dan zou er ia de controle, door de Union-Pacific uitgeoefend, wel eenig gevaar voor de Shortline-Bonds kunnen bestaan. Rijnlandsclte Bank. KOKÓNIEN. BATAVIA, 19—25 April. Aan den ingenieur bij den dienst der opium- regie C. H. W. Linck is opgedragen zich zoo spoedig mogelijk, gerekend van Genua of Marseille, over land naar Nederland t3 begeven en zich aldaar ter beschikking van den minister van koloniën te stellen en bepaald, dat ge durende de afwezigheid van den ingenieur C. H. W. Linck voornoemd de leiding en het beheer van den touw der fabriek ter bereiding en verpakking van tjandoe voor do opiumregie zullm worden gevoerd door den werktuig kundige by genoemden dienst J. J. R. Riat. Op den 18den April is te Padang het eereteeken voor eervolle vermelding in tegen woordigheid van den kolonel gewestelijk mili tair commandant, en z|jn staf, voor het froit van het 17de bataljon infanterie en het 6ub- sistentenkader alhier op de gebruikelijke w|jze uitgereikt aan den lsten luit. der infanterie van het Nederlandsche leger, gedetacheerd by het Oost-Indisch leger G. I. D. Baudin. Na afloop werd door de troepen ter eere van den gedecoreerde' in den paradepas ge defileerd. De opzichter over den landbouw by het krankzinnigengesticht te Buitenzorg G. Lan- genbach gaat met een jaar verlof naar Europa. Door deu Gouverneur-Generaal van Ned.-Indië zijn de volgende beschikkingen genomen: CIVIEL DEPARTEMENT. Verleend: Wegens ziekte een tweejarig verlof naar Europa aan den ambtenaar voor den burgerlijken dienst, gesteld ter beschikking van den directeur van binnen- landsch bestuur, om werkzaam te worden gesteld bij het binnenlandsch bestuur, J. Scharp. Ontslagen: Op verzoek wegens ziekte eervol uit zijn betrekking, de 1ste commies op hot bureau van den gouverneur van Atjeh en Onderhoorigheden jhr. D. M. E. De Villeneuve. Benoemd: Tot lsten commies op het bureau van den Gouverneur van Atjeh en Onderhoorig heden, do ambtenaar op non-activiteit J. M. Gramberg, gewezen lsto commies op het residentie kantoor te Muntok, laatstelijk ter beschikking gesteld van den Directeur van Binnenlandsch Bestuur. Met ingang van 3 Mei 1899, tot voorzitter van den Landraad te Malang [Pasoeroean], de voor zitter van do Landraden te Sitoebondo en Ban- joewangi mr. J. C. Heijning. Ontslagen: Op verzoek eervol oit 's lands dien3t, de klerk bij de algemecne pakhuizen te Semarang P. W. K. L. Buchel van Steenbergen, met bepaling, dat dit ontslag wordt beschouwd te zijn ingegaan op Maart 1899. Eervol; Uit 'sland3 dienst, de klerk op het residentiekantoor te Pasoeroean W. Smissaert. Ontheven: Op verzoek, wegens ziekte, eervol van zijn ter-beschikking-stelliDg van den directeur der Burgerlijke Openbare Werken, ten einde dienst te doen als aaspirant-ingenieur, de ambtenaar op wachtgeld jhr. R. R. De Muralt, laatstelijk adspirant-ingenieur bij den waterstaat en 's lands Burgerlijke Openbare Werken. Verleend: Wegens langdurigen dienst een jaar verlof naar Europa, aan den landmeter 1ste kl. bij het kadaster H. E. Van Dijk en aan den stationschef lsto kl bji de exploitatie van Staats spoorwegen op Java, G. Van de Kieft. Een buitenlandsch verlof aan den notaris to Modan [Oostkust van Sumatra] G. M. Schuurman. Benoemd: Tot tijdel ijken vervanger van den notaris te Medan G. M. Schuurman, gedurende diens afwezigheid met buitenlandsch veilof, J. P. R. Hermans, candidaat-notarie. Bij den post- en telegraafdienst. Benoemd: Tot hoofdkantoorchef, de kantoor chef 1ste kl. S. W. Camerik; tot kantoorchef lste kl. de kantoorchef 2de kl. .T. Th. Warnars; tot kantoorchef '2de kl. de kantoorchef 3do kl. [commies lste kl.] J. II. A. Gout; tot hoofdcommies bi] den aanleg van Staatsspoorwegen op Java, de boek houder M, E. J. Kohier. Bij het Binnenl. Bestuur op de bez. buiten Java en Madoera. Geplaatst: In de ros, Oostkust van Sumatra de ambtenaar voor deu burg. dienst J. Tideinan. Bij den post- en telegraafdienst. Benoemd: Tot commies 2de kl., de ambt. op wachtgeld P. C, Bnay en tovens tot chef van het kanfoor te Besoeki; tot commies 3de kl. en geplaatst te Poerwo- redjo de ambtenaar op wachtgeld Ch. Dinionti, laatst die betrekking bekleed hebbende. Ontslagen: Uit 's lands dienst, de gewezen klerk b;j den fungeeretid ontvanger dei in- en uitvoerrechten en accijnzen te Indraniajoc (Cheri- bon) J. F. H. Drijsen; de gewezen onderwi zer der 3de klasse bij het openbaar lager onderwijs voor Euiopeanen A. J. Roskam en do gewezen lsto klerk op het bureau van den assistent-resident van Bnugkalan (Alndocta) D. O. Antbonijsz. Belast: Met de waarneming der betrekking van ingenieur der lste klasse bij den dienst van het mijnwezen, W. G Ribbius, vroeger die be trekking bekleed hebbende. Verleend: Wegens langdurigen dienst eon jaar verlof naar Europa, aan den waarnemenden leeraar in do Nederlandsche taal en baar letter kunde aan do Hoogeie Burgerschool te SenVürang, J. Stigter. Gesteld: Ter beschikking van den directeur van het BinneDl. Bestuui, om werkzaam te wor den gesteld bij het Binnenl. Bestuur, de ambtenaar J. Tideman. Bij bet Bo.scbwezen op Java en Madoera. Gedurende de afwezigheid van tien houtvester S, P. Ham tijdelijk belast met bet beheer ovor bet boschdistrict Preangev-Piegenlscbuppon Kra- waug-Bantam, met. de hoofdplaats Bandoeng als standplaats, do adspirant-houtvester J. Ch. Van Schouwenburg. Ontslagen- Op verzoek, eervol uit 's lands dienst, de administrateur lste kl. der tinmijnen op Banka, O. Van Cattenburch, Benoemd: Bij de tinmijnen op Banka, tot administrateur lste kl., do administrateur 2de kl. J. K. Van der Meulen; tot administrateur 2de kl,,de élève-administratour L. Berkhout. Bij den post- en telegraafdienst: tot commies lste kl., de commiezen 2de kl. P. H. Den Hartog en F. E. Van der Schraaf; tot commies 2de kl., de commies 3de kl. Van Laar tot notaris, tevens vendumeester, te Ngawi (Madioen), de notaris, tevons vendumeester, te Bezoeki, II. J. E. Van der Kop. Ontslagen: Op verzoek, eervol uit 's lands dienst, do lsto klerk op het residentiekantoor te Banjoemas, J. F. Israël. V e r 1 e e n d Een buitenlandsch verlof aan den notaris, tevens vendumeester, te Sidoardjo (Soera- baia), C. P. A, Boelen. Benoemd: Tot tijdelijken vervaDger vaD den notaris, tevens vendumeester te Sidoardjo, C P. A. Boelen, gedurende diens afwezigheid met buiten landsch verlof A. Waalewijn, candidaat-not-aris. Tijdelijk gesteld: Ter beschikking vaa den algemeenen secretaris, ten einde te worden belast met de functiën van referendaris ter alge mecne secretarie, de ambtenaar op non-activiteit C. J. Hasselinan, laatstelijk die betrekking bekloed hebbende. Benoemd: Tot hoofdcommies ter algemeens secretarie, de 1ste commies mr. H. Zaalberg. Bij den dienst van het Grondpeilwezen. Overgeplaatst: Van Pontianak, Westcr- afdeolÏDg van Borneo, naar Telokbetong (Lam- pong8che districten), de boormeester lste kl. jhr. J. Th. Goldmann. Bij den post- en telegraafdienst. Ontheven: Eervol, van het beheer van het kantoor te Wlingi en overgeplaatst naar Wel tevreden, de benoemde commies lsto kl. P. H, Hartog; eervol ontheven van hot beheer van het kantoor te Indrapoera en overgeplaatst naar Soera baia, de commies 2de kl. P. J. Th. Clignett. B o n o e m d Tot chef van het kantoor te Indrapoera, de commies 2de kl H. Van Laar, te Maos. DEPARTEMENT VAN OORLOG. Ontslagen: Uit llarer Majesteits militairen dienst, de off. van gez. 2de kl. J. O, C. boogaard. Bevorderd: Tot mil. apotheker lste kl. by den mil. geneesk. dienst, de militairo apotheker 2de kl. J. Petersen. Verleend: Wegens langdurigen dienst, een jaar verlof naar Europa, aan den kapitein der infanterie J. 1'. A. Wilhelm; aan den lsten luit. van dat wapen C. J. Van Kalium eu aan den kapitein-intendar t bij de militaire administratie, li. W. C. G. Vries. Vergund: Aan den voor den tijd van twee jaren bij h.;t leger in Ned.-Indië geöotacbeerden lsten luitenant der cavalerie van bet Nederlandsche leger A. Sin ons, wegens ziekte naar Nederland terug te keeren. Overgeplaatst: Van Serang naar Batavia, de off. van gez. lste kl. W. J. Ilubers van Assenraad van Batavia naar Serang, de off; van gez. lste kl. S. W. Van Hettinga Tromp. Gedetacheerd: Van Batavia naar Batoe Djadjar, do elf. van gez. 2de kl. A. H. De Cbaufepié. Ontheven: Van zijn detacheering naar Batoe- Djadjar, in verband waarmede hij zijn garnizoen Batavia moet resoigneeren, de off. van gez. 2de kl. dr. W. J. Vau Gulik. Overgeplaatst: Bij het 2do reserve-bat., de kapitein bij het garnizoens-bataljon van Celebes, Menaao en Timor, P. J Broekhotf; bij het garnizoens-bataljon van Celebes, Menado en Timor, de kapitein bij het 2do reserve-bat. J. F. L. Kessler; bij liet 18de bataljon, de majoor bij bet aubsis- tenten-kader te Bala\ia, P. A. II. Van der Haas; bij het garnizoens bataljon van Lombok, do lste luitenant-adjudant bij bet 11de bataljon J. D. H. Beckering; bij h?t li de bataljon, de lste luitenant-adjudant bij bet su'v'islentenkader te Batavia, A. Kruisheer. 'DEPARTEMENT VAN MARINE. Overge plaatst: Van Hr. Ms. „Sumatra" naar Iir. Ms. „Gedéh" al3 lste officier, de luit. ter zee der lsto klasse J. A. A. C. Ridder Van Rappard; van Hr. Ms. „Geddh" naar Ur. Ms. „Borneo" als lste officier, do luit. t. z. lste kl. P. J. Serlé; van Hr. Ms. „Prins Hendrik" naar Hr. Ms. „Sumatra" als lste officier, do luit. t. z. lste kl. G. J. Van der Hout; van Hr. Me. „Prins Hendrik" naar Hr. Ms. „Bromo", do luitenants t. z. der 2de kl. Jhr. O. T. L. Holmberg de Beckfelt, J. A. Wichors Uoeth en jhr. G. L. Schorer; van Hr. Ms. „Nias" naar Hr. Ms. „Makassor" als oudste officier de luitenant t. z, der 2do kl N. T. Van Erp Taalman Kip; van Hr Ms. „Makasser" naar Hr. Ma. „Nia3" als oudste officier, de luit. ter zee 2de kl. F. L. Ranbonnet. Benoemd; Tot lsten stuurman bij de gouver nementsmarine, de 2de stuurman H. C. Ykema. Slot) „O neen, dat geloof ik niet", zuchtte Robert. „Da vrouwen z|jn meestal nog veel meer aan het gold gehecht dan wy, manneD. Het jongste bewijs daarvan hoeft Flora my thans weer gegeven. Onmiddellijk heeft ze zich van mij afgewend, toen ze vernam, dat ik niet ooms erfgenaam ben. Deze ervaring is evenwel b|jna het verlies van een kapitaal waard. Plaats u eens vóór den heel nuchteren toestand: men meent een mei9je te huwen, door hetwelk men met vuur bemind wordt, en een oogen- blik later komt men tot de ontdekking, dat het slechts de geldzak was, dien de jonge- 'dame liefhad! Dat is myn lot, en daarom 'treur ik niet erg over Flora's verlies. Zelfs •wanneer juffrouw Reger er in edele zelfver loochening toe overging, m|j het vermogen van m|jn oom af te staan, dan nog zou ik in 't geheel niet meer kunnen besluiten, Flora Lucius tot vrouw te nemen. Onze wegen loopen thans al te veel uiteen. Maar ik ben vast overtuigd, dat g|j u ten hoogste vergist. Zooals ik reeds gezegd heb: allj vrouwen zijn be- geerig naar geld, en juffrouw Reger zal daarop wel geen uitzondering maken." Mr. Wilde moest zijn jongen vriend wel gel|jk geven, toen er week op week, maand op maand verliep, zonder dat juffrouw Martha ook maar den geringsten stap deed om den zwaar beproefden jongen man schadeloos te stellen. Robert had intusschon een zeker en vast inkomen, en zonder eenige afgunst in het harte zag hy, hoe de r|]ke erfgename zijns ooms van de nagelaten goederen een ruim- schoot8cb, doch gopast gebruik maakte. wZy is even zelfzuchtig als alle vrouweD," dacht Robert, wanneer h|j den hoed voor haar afnam en onwillekeurig het zachte, bleeke gelaat bewonderde. „Men zou wel zeggen, dat de eigenares dezer schoone oogen ook een hart bezit; z|j ziet er uit als iemand, die in het diepste haars harten ernstige liefde koes teren kan en wederliefde waard i9Maar zy is geldgierig, evenals alle vrouwen, egoïstisch Onwillekeurig voelde h|j zich weer geheel ontgoocheld. „Men zegt evenwel, dat zy veel edelmoe diger is dan Flora," dacht hy dan weer, „doch z|j had de edelmoedigheid dan ook zoo ver moeten dryven, dat zy afstand deed van hetgeen mün oom werkelijk voor my bestemd had. Zeker, ik zou het offer niet hebben aangenomen, maar dan was ik in staat geweest haar hooger te eeren, haar te be wonderen Maar ze zyn allemaal geiyk, alle vrouwen!" Zoo verliep een half jaar, zonder dat zich iets byzonders voordeed, toen Robert op zekeren dag van een wandeling huiswaarts keerde en daar notari9 Wilde ontmoette, die zich in groote ontsteltenis bevond. Hy hield een geopenden brief in de hand. „Luister," sprak hy, „zooeven heb ik dit schryven ontvangen." En hij las: „Geachte Heer! „Mag ik u beleefd verzoeken my heden avond om zes uren met een bezoek te .vereeren en den heer Noteboom mede „te brengen? „Het testament is teruggevonden, en „het zal my een byzonder genoegen z|jn, „den rechtmatigen erfgenaam in al z|jn „rechten te herstellen. „Met byzondere hoogachting, „Martha Reger." Natuurlek lieten z|j niet op zich wachten, en de eerste vraag van den notaris was: „Maar zeg my toch eens, beste juffrouw, waar gy het testament gevonden hebt „Het was in het geheel niet verloren," luidde Martha's zeer eenvoudig antwoord, en daar de beide heeren zich zeer verbaasd toon den, deelde het meisj9 het volgende mede: pDe oude heer Noteboom was bekend met de liefde, welke zyn neef mejuffrouw Lucius toedroeg, maar die liefde beviel hem zeer slecht. H|j vreesde evenwel, dat verzet myn heer Robert in zyn teedere gevoelens nog slechts versterken zou, en bedacht daarom een plan, dat hy my toevertrouwde. Tydens zijn laatste ziekte verzocht by my, het testament, waarin ik tot universeele erfge name benoemd was, op de plaats eener later gemaakte nadere wilsbeschikking te leggen, en het andere op een geheime plaats tot zes maanden na zya dood te verbergen. Dan zal men myn neef voor een arm jonkman houden zeide hy en het meisje zich in haar ware gedaante vertoonen. Bemint zy hem werkeiyk, dan zal zy Robert zeker trouw blijven, en dan heb ik niets tegen hun echt verbintenis. Hier heb ik ook een brief voor u, mynheer Noteboom, die u alles zal ophel deren. En zoo ik nu slecht gehandeld heb, door u van uw verloofde te scheiden, dan vraag ik u duizendmaal verschooning. Wel licht kunt gy echter thans juffrouw Lucius1 hart winnen, want nu zyt g|j ryk. Ik kon niet anders handelen, ik moest den wil van uw oom volbrengen." „En ik ben u van harte dankbaar, mejuf frouw," sprak Robert met byzondere warmte. „Flora is geen trouwe liefde waard; zoo ik haar man ware geworden, zou ik misschien maar al te spoedig diep in 't ongeluk zyn gestort. Doch ik stel er het grootste belang in veel meer dan in myn geheele vermogen dat ik in u een jongedame heb mogen vinden, wier hart even schoon en edel als haar gelaat lief en bevallig is." Op dit oogenblik legde Mr. Wilde hem de hand op den schouder. „Lees eerst dezen brief," sprak hy op den koelen toon van den man van zakeD, „en dan zullen wy het testament openen." Robert voldeed aan dat verzoek. „De brief bevestigt do mededeolingen, door juffrouw Martha gegeven," antwoordde hy na eenige oogenblikken;,en nog iets. Weet gy, wat het is, Martha?" „Neen," antwoordde zy verwonderd, „ik kan het zelfs niet vermoeden." „Maar gy, die de wenschen van den over ledene zoo trouw hebt vervuld, zult m|j toch wel aanraden zyn verlangens met de grootste zorg na te komen, te meer, daar deze ver langens met myn dierbaarste wenschen in overeenstemming zyn?" „Dan is de vervulling niet moeilijk," meende zy lachend. „O neen, maar erger is het, dat de ver vulling niet van my alleen afhangt, doch ook van u, Martha." „Yan my?" „Ja, van uIDe notaris zal u mede- deelen, dat krachtens dit testament ooms geheele vermogen my toebehoort, doch slechts onder een ornstige voorwaarde kan ik het aanvaarden." „En die voorwaarde is Robert gaf den notaris een lichten wenk, zich voor een oogenblik te verwyderen, waar aan deze zich haastte te voldoen. Daarop ging de jongeman op Martha toe. „Kunt gy het niet raden, Martha?vroeg by. Het meisje bloosde hevig. „Ik wil niet raden,"antwoordde zy. „Zeghetmy liever!". H|j drukte haar kleine, bovendo hand in de zyne. „Indien ik de erfenis uit uw hand aan vaard, Martha, dan moet ge my die hand er by geven. Ik heb u reeds lang bemind, lieve, zonder het te wetenmaar nu weet ik het zeer goed. Welaan, wilt gy nu ook den laatsten wensch van myn oom vervullen en myn lief vrouwtje worden?" Bevend trok zy do hand terug. „Ik ben te arm," antwoordde het meisje, „to onbe duidend." „Arm? Gy zyt ryk, Martha, aan goedheid des harten, lieftalligheid en schoonheid. Ik heb u lief, en het is ooms wenscb, dat wy een gelukkig paartje worden. Wilt gy?" „O, de innigste wensch myns harten, lievo vriendsprak z|j op zachten toon. „En bemint ge my werkeiyk?" „Kunt gy dat thans nog vragen?,... En gy?" „Ik heb u reeds lief, zoolang ik u kon," fluisterde zy blozend en met een kloppend hart. Weldra waren zy een gelukkig paar, en het verloren testament, dat zooveel drukte en ontsteltenis teweeg had gebracht, was thans niets moer waard. De hoogste wensch des overledenen was in vervulling gegaan. De twee jongelieden, die hy steeds het moest had liefgehad, waren nu zyn eenige erfr genamen geworden. Proficiat l

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 9