Leidsch Dagblad | 1899 | 28 april 1899 | pagina 2

KOTL.OTV1ËIV.

BATAVIA, 22-28 Maart.

Een correspondent van do „Sumatra-Crt."
beschrijft de vermeestering van Tamseh als
volgt:

„Een colonne van 3 compagnieën van het
Sdo bataljon infanterie, onder bevel van overste
Van Loenen, was van Segli via Padang-Tidji
en Reung-Keung naar Seulimeum gemarcheerd
van hier boog de colonne zuidoostelijk om,
richtiDg nemende naar de waterscheiding,
langs de Tamseh-rivier naar de vallei van
Tamseh.

„Intusschen stond het 14de bataljon bh
Beungga ietwat westelijk van de positie des
vüands.

„Bij den eersten marsch op 13 Maart van
uit Beungga stuitte men op een oerwoud,
waar geen doorkomen aan was.

„Onmiddellijk daarop vertrok generaal Van
Eutsz van Beungga langs een andere marsch-
richting naar de kloof, om deze persoonlijk
to verkennen. Toen bleek, dat do positie des
vijands zwaar versper! en sterk bezet was,
zoodat onder de gegeven omstandigheden een
bestorming niet dan ten koste van zware ver
liezen kans op succes zou hebben.

„Den 14den Maart werd onder persoonlijke
leiding van den generaal door het 14de batal-
ipa weer van uit Beungga en ook weer langs
een andere marscbrichting weder naar de
kloof opgerukt.

„Dien dag kon de colonne een goed pad
volgen; zü bereikte zonder slag of stoot de
"^jandelijke positie en crong daarin door tot
ver in de vallei van Tamseh, waar de generaal
«og denzelfden dag het 3de bataljon aantrof.

„Dit was het resultaat van de geco i.bineerde
Bewegingen van het 14 ie bataljon onderden
generaal en van de 8 compagnieën tan het
Jde onder oversto Van Loenen.

„Laatstgenoemde colonne bereikt i nl. op
haar marsch van Seulimeum in den namiddag
van den 13den Maart de Tamseh-rivier en
wel t\J een kloof, die geducht versperd en
versterkt bleek.

„De compagoie, welke de voorhoede uit
maakte, had meer dan 2 uren noodig om
de versperringen te forceeren en wel zonder
eenig verlies, daar geen vijanden aangetroffen
werden.

„Dit kwam, omdat In den morgen van
dienzelfden dag Panglima Polim al zijn man
schappen samengetrokken had op den Blang
Maloer en de kloof van Benlët op het bericht,
dat de generaal met het 14de bataljon aldaar
aangekomen was. Daaraan is het dan ook
toe te schrijven, dat deze colonne op haar
tweo eerste marschen op den 13den op zulk
een hevig vuur onthaald werd.

„Dienzelfden avond ontving Panglima Polim
echter bericht, dat het 3de' bataljon onder
overste Van Loenen de versperring in do
kloof overwonnen had en reeds na by de valleJ
van Tamseh was. Tusschen twee vuren
gekomen en niet van plan om een laatsten
wanhopigen strijd te wagen, trok de vijand
in den Dacht van 13 op 14 Maart overhaast
terug. Hierdoor was het mogelijk, dat de
colonne van den generaal op 14 Maart do
beruchte kloof van Benlët door den vijand
verlaten vond.

„Gecnrende de operation bevond zich Pang
lima Polim, in gezelschap van don pretendent-
sultan, in een zuidelijk van de Tamseh-vallei
gelegen missiglt, van waaruit zijn ordonnan
sen zijn bovelen overbrachten naar de plaats
dos gevechts.

„Onze troepen bivakeerden toen in de
vallei, doch werden in het nachtelijk uur
door den vjjand niet vergeten; in den nacht
van den 14den op den löden werden vooral
op de bivakplaats van den generaal goed-
gericbte schoten afgegeven, zoodat de kogels
in zjjn nabijheid neersloegen en zijn slob
kousen zelfs tweemalen doorboord werden.
De vijand werd echter spoaoig gedwongen
deze liefhebberij te staken en wat meer uit
onze buurt te gaan.

„Ik herbaal dan ook, dat de vermeestering
van de kloof van Beniët het moreel des
vijands danig geschokt heeft. Zelfs de pre
tendent sultan is den tegenstand moede en
wil zi.h a:n ons gezag onderwerpen; in
verband hiermede is hij Polim op diens vlucht
niet gevolgd, hoeveel moeite deze daartoe dan
ook aangewend heeft.

„Tamseh is nu door de bewoners zoo goed
als verlaten; dezen zijn meest allen naar het
nabijgelegen bergland gevlucht en slechte
eenige ouden van dagen on gebrekkigen wer
den er aangetroffen.

„De vallei is zeer vruchtbaar en er lagen
kolossale voorraden padi opgeschuurd, vol
doende voor een aantal jaren".

De „Loc." vernam, dat de beer Th. Deel-
ken, stationschef der N.-I. S.-M. te Solo, pen
sioen heeft aangevraagd.

Als zijn vervanger wordt genoemd de heer
Bouwen8, stationschef bij de lijn Batavia
Buitenzorg.

De heer G. W. Waardenburg, stationschef
van do stoomtram DjokjaMagolang, heeft
een eenjarig verlof naar Holland aangevraagd.

Van Salatiga vernemen wij, dat de 1ste
luitenant der cavalerie DaDiëls, wiens deta-
cheeringen ten gevolge van zijn bezo k aan
de Krijgsschool in Nederland dezer dagen
afloopon, daarna bi) zijn wapen zal worden
teruggeplaatst. Hij zal ingedeeld worden ty
de cavalerie te Atjsb, alwaar in zijn rang een
vacature bestaat. DN.)

In plaats van den luitenant ter zee 2de
klasse C. Kruys, die met ingang van 1 April
is ontheven van zijn detachoeriDg by het
Departement der Marine (afdeeling materiëel)

met vergunning om wegens langdurig verblijf
per particuliere gelegenheid naar Nederlanl
terug te keeren, is de luitenant ter zee 2do
klasse J. H. Zeeman met ingang 21 Maart
werkzaam gesteld by het Departement der
Marine.

Naar wjj uit goede bron vernemen, is
de heer G. P. M. v. Weel, administrateur van
de Assam Thee Cultuur Maatschappij „Gedeh",
benoemd tot superintendent van Parakan
Salak.

Door den gouverneur-genoraal vanNederlandsch-

Indiö zjjn do volgende boschikkingen genomen:

CIVIEL DEPARTEMENT. Ontheven: Op
verzoek, wegens ziekte, eervol van zijn tijdelijko
indienststelling als machinist bjj de tinwinniDg
op het eiland Banka, W. Bakker Jr.

Benoemd: Met ingang van 3 April 1899 tot
assistent-resident van Tebing Tinggi (Palembang)
tevens vendumeester aldaar, de controleur der
lste klasse bij het Binnenlandsch Bestuur op^de
bezittingen buiten Java en Madoera, B. B. Van
der Kolk;

tot controleur lste klasse op de bezittingen

buiten Java en Madoera, de ambtenaar op non-
activiteit G. F. De Bruijn Kops, laatstelijk secre
taris der residentie Amboina.

T ij d e 1 jj k gesteld: Ter beschikking van
den directeur van Binnenl. Bestuur, ten eiode bij
diens Departement te worden werkzaam gesteld,
de ambtenaar op non-activiteit F. Pruijs van der
Hoeven, laatstelijk lste commies bij dat Depar
tement.

Bij den dienst der opiumregio.
Benoemd: Tot opzichter bij de fabriek der
opiamregie, de tijdelijke opzichters bij die fabriek
R. F. E. Reijneke, C. P. L. A. Klerks en D. W. A
Kolff.

13ij bet BinnenL Bestuur op Java en Madoera.
Geplaatst: In de res. Besoeki den ambtenaar
voor den burgerlijken dieDSt S. Van Nouboijs,
thans tijdelijk toegevoegd aan den hoofd Inspecteur
der suiker- en rijstcultuur, bet landelijk stelsel
en wat daarmede in verband staat.

Bij den Waterstaat en 's lands B. O.W.
Overgeplaatst: Van do ros. Pasoeroean
naar de res. Kediri de opz. late kl. F. C. Van
Sorgen.

Benoemd: Tot opz. lste kL de ambtenaar
op wachtgeld J. M. Lethé, laatst die betrekking
bekleed hebbende.

Benoemd: Tot Isten commies bij het depar
tement van financiën, de 2de commies bg dat
departement A. P. Van Eekhout

Bij het op. lager ond. voor Europeanen met

ingang van 3 April 1899:

Belast: Met de waarneming der betrekking
van onderwijzer 2de klasse J. Unl, ambtenaar op
non-activiteit, laatstelijk onderwijzer lste klasse.

Overgeplaatst: Van de gemengde school
te Poerworcdjo (Bagelen) naar de lste school te
Buitenzorg (Batavia; al3 lste onderwijzer, de
onderwijzer 2de kL R. Smelt

Geplaatst: Aan de gemengde school te
Poerworedjo (Bagelen), als lste onderwijzer, de
met de waarneming der betrekking van onder-
wijzor 2de kL belaste ambtenaar op non-activiteit
J. ühl.

Bij den aanleg van Staatsspoorwegen.
Ovörgeplaatet*. Van de lijn Batavia—
Tangerang—Bantam naar de lijn KaiisaiBanjoe-
wangi, de opzichter lste kl. F. De Vink.

Ontslagen: Op verzoek eervol uit 'elands
dienst, de lste vendoschrgver bij het veodakantoor
te Batavia W..F. Brugman.

Benoemd: Tot controleur 2de klasse bij het
Binnenl. Bestuur op Java en Madoera, de adspirant-
coutroleur E. A. <3. J. Van Delden.

Belast: Met waarneming der betrekking van
ontvanger bij de in- en uitvoerrechten en aoennzen
te Batavia, de adjunct-controleur bij die middelen,

F. A. De Lizer.

Bjj den dienst van het Mijnwezen:
Overgeplaatst: In de res. Banka, van
Pangkalpiiiang naar Soengeiliat, de ingenieur 3de
kl. H. J Buijsman;

van Mud tok naar Pangkalpinang, de ingenieur
2de kl. J. Koomans.

DEPARTEMENT VAN OORLOG. Verlengd:
Met een maand hot hem verleend verlof wegens
ziekte naar Bandoeng aan den luitenant-kolonel
der infanterio, plaatselijk commandant te Soerabaia
J. R. Jacobs.

Van Atjeh afgelost: De majoor der inf.
B. F. C. F. Schmidt, de lste luit bij dat wapen

G. J. Timmer en de kapt. der art. D. J. Alberti;

genoemde officieren zullen de bestemming volgen,
ie ban Dader zal worden aangewezen.
Overgeplaatst: Bij het rechterhalf lste
bataljoD, do lste luit. der inf. bg het 8ste bat.
J. L. K. F. De Willigen.

Ingedeeld: Te Soerabaia op het bureau van
den gewestelgken intendant, de van verlof uit
Nederland terugverwacht wordende lste luit.-
kwartiermecster P. J. A. A. Blokzeijl.

Bevorderd: Tot lsten luitenant bij het wapen
der inf. de 2de luitenants H. A. Gerth van Wijk,
W. Hoogcrs, P. D. Visser, M. T. Velsing, C. H.
Van Ingeu (met verlof in Nederland), P. G. Gruys,
J. L. Opperman, H. C. Van Lamoen, F. J. F.
Van West en L. B. Van Staden ten Brink.

Overgeplaatst: Van de 10de compagnie
art. (3do veldbatterij) te Willem I naar de 14de
comp. art. (comp. van Sum. Westkust) te Padang,
de kapitein der artillerie R. P. Hofland;

van de 2de comp. art. (2de veldbatterij) te Ban-
joobiroe naar de 10de comp. art. (3de veldbatterij)
to Willem I, de kapt. dor art. C. Nijenbuis;

van de 9de comp. art. (3de comp. vesting-art.)
te Batavia naar de 2de comp. art. (Me veldbatterij)
te Baojoebiroe, de kapt. der art. F. W. Neeteson;

van de lste compagnie art. (lste veldbattery)
te Batavia naar de 9de compagnie (3de compagoie
vesting) art. te Batavia, de kapitein der art. J.
G. Van Kooten;

van do 6de compagnie art (compagnie van
Atjeh en Onderb.) te Kotta-Radja naar de lste
compagnie art. (lste voldbatterij) te Batavia, de
kapitein ,der art. D. J. Alberti;

van do 12de compagnie (7de compagnie vesting)
art- te Kotta-Radja naar de 6do compagnie art.
(compagnie van Atjeh en Onderb.) te Kotta-Radja,
de kapitein der art J. J. D. Milder;

van do 6de compagnie art. (compagnie van
Atjeh en Onderb.) te Kotta-Radja naar de 4de
compagnie art. (4de berebatterij) te Kotta-Radja,
de lste luit. der art. C. J. Breton do Nijs;

van do 5do compagnie art. (2do bergbatterij)
te Salatiga naar de 6de compagnie art. (compagnie
van Atjeb en Onderb.) te Ivolta-Radja, de lste
luit, der art. G. J. Verwijk.

Bevorderd: Tot magazijnmeester lste kl.
(kapitein) bjj bSt wanen der genie, de magazijn
meester 2de kl. (lste luitenant) L. Kranendonk.

Bevorderd: Tot off. van gez. lste kl. bij
don militairen goneesk. dienst, de off. van gez.
2de kJ. B. C. M. Mantz;tot militair apotheker
lste kl. bjj den militairen geneesk. dienst, de
militaire apotheker 2de kl. H. Brains.

Ovorgeplaatst: Bij het 11de bat.^de kapt.
bij: het 6do bataljoD, geëvacueerd van Atjeh naar
Batavia, C. R. W. K. Van Alderwerolt van Rosen-
burgb.

Opgavo van Passagiers, van Batavia vertrokken
naar Marseille en Nederland per ss. .Merapi":
notaris J. De Bruvn MGzn. en cchtg., gep. kapt.
der art. F. G. 1. Bosch, eebtg. en kind, mevr.
E. J. Braüdos ceb. Van der Linden en 4kindereD,
mej. B. Van der Palm, raadsheer bij het Hoog
gerechtshof jhr. mr. T. I. Van BoymathoeKingma
on echtg., mr. J. Schoutendorp, de heeren P. W.
Tiedeman, mevr. Moquette, mej. M. G. F. Buys,

Sep. resident der Z.- en O.-afd. van Borneo J.
oors, echtg. en 7 kinderen, mej- M. M. E. Van
Barneveld, 0. G. Swanenburg de Veije, echtg. en

kind, contr. lste kl. van het B. B;, R. A. J. Vnn
Delden, B. Berkbout, off. van gez. lste kl. bij do
Kon. Ned. marine R. Nuinans, H. R. Lorenz en
echtg., W. Van Laar, A. De Goede, A. Sftttler;
te Padang embarkeeren: mevr. Boes Lutjens;
Daar Padang: mej. L. H. L. Reiche.

Gremengfd Nieuws.

Het Openbaar Ministerie bt) bet

gerechtshof te 'b Gravenbage eisebte beden
3 maanden gevangenisstraf, wegens mishan
deling van een politie-agent te lei Jon, tegen
H. J. E., koopman alhier, die dsewege door
de Haagscbe rechtbank tot zes weken was
veroordeeld.

Id den nacht van Dinsdag op
Woensdag, terwyi de politieronde uitwendig
bet kantoor onderzocht, waarin h:t agent
schap van de HederlandBcbe Bank te Schiedam
gevestigd is, werd daar plotseling een raam
opengeworpen en sprongen twee mannen
het kantoor uit, terwyi z(j met revolver
schoten zich een vryen aftocht poogden te
verzekeren.

Een vervolging, waarbt) een agent van
een andere ronde zich aansloot, begon, tot
by het passeeren van een steeg de vervolg
den plotseling verdwenen waren.

De politie Heef zoeken en trof op het
erf der alcohol fabriek een vreemdeling aan,
die daar ineengedoken zat. Hy werd gearres
teerd en bleek voorzien te ziln van inbrekers-
gereedschap en in het bezit te zyn van
ongeveer 25. Hi) gaf op J. De Puy te besten
en woonachtig te zyn te Rotterdam, Achter
klooster 18. Die naam is daar echter onbe
kend, en ook No. 18 bestaat in het Achter
klooster niet.

Op het kantoor vond men, dat een slot
van de brandkast geheel afgebroken was,
terwi)l verdere teekenen van inbraak waar
genomen en de pantoffels van een der in
brekers gevonden werden.

Nader is gebleken dat de aangehouden
persoon is zekere W. May, te Rotterdam
woonachtig. Hy is reeds meermalen veroor
deeld. Gisteren is, in veroaud met deze inbraak,
van Rotterdam ter confrontatie naar Schiedam
gebracht zekere D. 8., iemand die in den
laatsten tyd veel omgang met May bad, ter
wyl te Rotterdam nog als verdacht wordt
opgeapoord zekere Hoving, alias Schenk, die
spoorloos verdwenen ie.

Uit Schiedam wordt nog gemeld, dat in
het kantoor van hot agentschap een lessenaar
geheel nit elkaar gebroken was, en dat de
politie den gearresteerde herkende als een der
personen, die uit het raatn sprong.

Het O. M. by de rechtbank te
Rotterdam eischte twee geldboeten van 10,
subs. 2 maal 5 dagen hechtenis, tegen H. J.
De Witt, geneeskundige te Zevenhuizen: lo.
daar in zyn apotheek de 1-grammen-balans
(oalans B der Pharmaeopae) niet nauwkeurig
was, daar de tong niet samenviel met bet
tesken, dat de balans zuiver was, en 2o. dat
hy zeven vergiften had in een gesloten kast,
die niet van het voorgeschreven waarmerk
voorzien was. Het O. M. vroeg vryspraak ten
opzichte van bet feit, dat bekl. geen lyst had
van de geneesmiidelen, die hy in voorraad
bad. De kantonrechter te Gouda had den ge
neeskundige, tevens apotheker, van alle drie
overtredingen in eerste instantie vrijgesproken.
Gisternacht hebben zestien arres
tanten een geweldig leven gemaakt in bun
cellen van het huis van bewaring op de Korte
Hoogstraat, te Rotterdam, en wel in den
vleugel, die op het Gedempte Spinhuiewater
uitkomt, en waarin niet lang geleden een
gedetineerde brand gesticht heeft. Zy waren in
die cellen, die op de bovenverdieping gelegen
zyn, met hun vieren of vyven opgesloten.

De geweldenaars, die vermoedelyk handel
den volgens een vooraf beraamd plan, hebben
ruiten stuk geslagen, bet aanwezige meubilair
vernield, geschreeuwd, en gehamerd op deuren
en vloeren, dat hooren en zien verging, zóó
zelfs, dat het de aandacht van de bewoners
van bet Spinhuiswater trok. Hun cellen ver
mochten zy evenwel niet te openon.

Daar de beide gevangenbewaarders onmach
tig waren de multerB te overmannen, riep de
directeur, de heer B. Van Heuren, de hulp der
politie van het bureel aan de Fauwensteeg in.
Bygestaan door de polltis-ageDten, slaagden
de bewaarders er toen in de belhamels te
overmannen en op veiliger plaate achter slot
en grendel te breDgen. De overigen waren
door het krachtdadig optreden bang geworden;
zy hielden zich eerder kalm, doch met dat al
was eeret in 't bolst van den nacht de rust
hersteld. (N. R. C.)

Ten nadeele van de Holl. IJzeren-
Spoorwegmaatschappy zyn niet minder dan
62,000 briquetten ontvreemd.

De opzichter Scholten, wonende te Haar
lem, was belast met de verwarming der
rytuigen en ale zoodaDig te Amsterdam
werkzaam.

Hy maakte een valscbe volmacht, waarby
hom door de Maatschappy werd opgedragen
drie waggons briquetten te verkoopen, en
wel ondershands, en deed dit aan een brand-
stoffenhandelaar te Haarlem, voor 1700.

Zaterdag scbynt hy te hebben gemerkt,
dat het feit was ontdekt, want dien avond
zond by oen telegram aan zyn vrouw, dat
hy te laat was gekomen voor den trein, en
dus Zondag zou thuiskomen, doch sedert
is hy niet in de ecbtelyke woning weder
gekeerd. Zyn opsporing en aanhouding ia
verzocht. (N. R. C.)

De Ameterdamsche rechtbank
veroordeelde schipper Beekhoven, door wi ns
Bchuld in het Noordzeekanaal een aanvaring
plaate greep, by welk voorval een schippers;

knecht over boord elosg rn verdronk, tot ge
vangenisstraf voor den tyd van één maand.

Het Vredesmanifest. *- Van de
meest ongedachte zyde werd door mevrouw
"VVaszklewicz een kaartje ontvargen om aan
het dankadres aan den Czasr te hechten, n.l
van Majunga, op Madagascar, van een zekeren
Mürtaré Tampo ny tany Adema amy Ankaboka.
Het begeleidend schrijven waB in het
Hollandscfa.

Br zyn toch aityd nog goede
menschen in de wereld. Een man, die te
lerseko 20 jaar een hunrhuis had bewoond
en altyd trouw zyn huur had betaald, kreeg
van den verhuurder zyn huisje present, om
bet verder als zyn eigendom te bewonen.

Dinsdagavond tusschen negen
en twaalf uren is een brutale inbraak ge
pleegd in den winkel der Galery No. 43,
van het Paleis voor Yolksvlyt té Amsterdam,
waar de heer Hendriks een horlogewiokel
houdt. De dieven hebben door middel van
een Jooper de deur en vervolgens met een
boor de brandkast weten te openen. Uit den
winkel hebben zy medegenomen: 50 bank
biljetten van ƒ60, 50 IJ. a ƒ40, 6 iJ. a
25, 20 gouden boeren- en 8 gouden dames
horloges van verschillende grootte en bewer
king, cylinders, savonets en repetitie (geen
remontoirs). Nos. 21, 98, 654, 200, 16422,
26193, 59530, 46761, 2510, 3078,4167,4169,
4182, 3079, 3082, 6079, 8960, 4100, 726,
339 2630 3074 697, 2445, 2490, 7980, 2436,
8478, 3 rijksdaalders.

De commissaris van politie in de lste sectie,
waam. de 5 de sectie, verzoekt een ieder, die
omtrent dezen diefstal eonije inlichting kan
geven, zich te vervoegen aan het commissariaat
Ferdinand Bolstraat, alsmede opsporing van
het gestolene.

Voor de arrondissemente-recht-
bank te Maastricht werd gisteren voortgezet
de behandeling der zaak tegen J. W. K., te
Munstergeleen, beschuldigd van poging tot
doodslag, door een met sch rp geladen revolver
te richten en af te schieten op F. Dieters,
wavrdoor deze aan den nene werd verwend.

Twist over een meisje scbynt de aanleiding
tot deze daad te zyn geweest.

Het O. M. eischte tegen beklaagde een jaar
gevangenisstraf.

De werkstaking te Vliasingen.
Gistermiddag is een byeenkomst gehouden
tusschen het bestuur der patroons-vereeniging
en bet bestuur van de vereeniging van
metselaaregexellen. Het gewenschte resultaat
is evenwel niet bereikt gewordende gezelion
toch blijven volharden in hun eiscli om 2 cents
loontverhooging en de patroons zyn niet
gonegen dezen eisch in te willigen.

By proclamatie van den burgemeester van
beden zyn bijeenkomsten van meeT dan vyf
personen op den publl-ken weg verboden.

Bij bet 8de reg. inf. te Bergenop-
Zoom bestaat bet plan tot bet oprichten van
zoogenaamde achlettuinen, gelijk die in Dnitsch-
land reeds lang bestaan, waarin militairen
zich in bun vryen tyd in bet schieten kunnen
oefenen.

Kapitein Jacob Dryver der stoom
trawler .Julie" van de Nedorlandsche Stoom-
visscbery te IJmuiden bad Woensdag 19 dezer
in één trek van 4 uren het geluk ongeveer
900 kabeljauwen te vangen. Het net was zoo
vol, dat er eerst 200 uitgeschept werden voor
het binnen boord te kunnen opwinden met
de stoomlier. By het opwindon brak het net,
zoodat tr 600 aan boord kwamen. De naby
visschende stoomtrawlers „Betsy" en een van
Ostendo baakten toen nog eenige van de
verloren visscben.

By een proefrit met een nieuwe
locomotief derailleerde deze by het in de
nabyheid van Pesth gelegen station UellO;
een machinist en twee stokers werden levens
gevaarlijk gewond.

Door de kuBtwachtvan Hallsend
werden by Goudstaart opgevischt een groote
hoeveelheid papieren en eenige kaarten van
het stoomschip .Friesland", van de Red Star
line. Genoemd stoomschip passeerde Prawlo-
point Zondag 23 dezrr op reis van Ant
werpen naar Nieuw-York.

Yan het pak kaarten, waarop de reizen
van het stoomschip .Friesland" zyn getee-
kend, waron sommige nog droog. Ook hit
journaal van den machinist is opgevischt.

Te Parys zyn wielrijders op de
origineels gedachte gekomen om hun rywiel
des winters, ia plaats van ze in een vry dure
bewaarplaats te stallen, naar de Bank-van-
Leening te brengen. Jaar op jaar komt deze
inrichting meer en meer als bergplaats voor
rywielen en motorcycles in de mode. Do
rywielen wordon er uitstekend onderhouden
om ze niet in waarde te doen verminderen.

Omtrent den brand in het Wind-
sorhotel te Nieuw-York heeft nu do iyk-
schouwers-jury beslist, dat die ramp aan een
ongelukkig toeval te wyten ls, niemand de
echuld er van draagt en er beboorlyke blus-
schingstoestellen aanwezig waron. Intusscben
is dan toch tevens uitgemaakt, dat de kok
des beeren Gould eenigen vsn het personeel
tijdig gewaarschuwd had, maar hierop geen
acht was geslagen.

Telephonen Sn Haarlemmermeer.

De mededeeling, laatst opgenomen in
de dagbladen, dat do Staat begonnen is de
telephoonpalen enz. in den Haarlemmermeer
polder te herplaatsen, zou kunnen doan den
ken, dat de Regeering thans bezig is onge
daan te maken de opruiming, welke krach
tens rechterlyk vonnis heeft plaats gehad.
Dit is, naar ons vanwego hét bestuur van
den pulder wordt medegedeeld, niet bet ge

val. De R geering beeft aan het polder
bestuur doen wct;n, dat thans door den polder
zou worden aangtlegd „eeno lyn, die niet
alleen zal dienen voor telopboniscbe, maar
ook voor telegrapbiscbe gemeenschap de
uitdrukking telegraaf in engeren zin geno
men." En naar aanleiaing van die mededee
ling heeft het pol Jereestuur, dat het recht
van don Staat om telegrafen aan te leggen
nooit heeft betwist, te kennen gegeven, dat
het zicb hi.rtegen niet wiido verzetten, doch
zich alle rechten voorbehield voor hc-t geval
mocht llyken, dat de nu aan te leggen lyn
in werkelykbeil een telepboongeleiding mocht
zUn.

Of nit het feit, dat de Regeering haar
nienwe leiding aankondigt ale tevens dienende
voor t legraaf, mag warden afgeleid, dat zy
loslaat haar oude bewering, dat de wet van
1852 omtrent de telegrafen vanzelf ook op
tilephonen van to.-passing ie, zal de tyd
moeten leeren. (ff. C.)

Het bericht in htt ,H. D.", dat heden de
telephoonpalen in de Haarlemmermeer weder
zouden worden verwyderd, ia beslist ODjuist.

I)e zaak Dreyfns- Pieqnart c. s.

Het vervolg nit de enqnêta van de ver
klaring van kapitein Cnlgnet loopt nog steeds
over het geheim dossier, maar is moeilijk te
begrypen daar alle eigennamen vervangen
zyn door initialen. De opmorking wordt er in
gemaakt dat overal waar Dreyfus was ge
weest, ook stukken werden vermist. Dit toch
reeds ztrakke argument verliest nog in waarde
nu het gevolgd wordt door het onware ver
haal van het onderhonJ van den heer Fainlevé
met den aangebuwdon neef van den veroor
deelde, den heer Hadamard.

Op de vraag wat hy van het schrift van
het torderel dacht, antwoordde de getnige dat
hy het origineel niet voldoende heeft bestudeerd
om een besliste meening te hebben. Yerdar
verklaarde hy niet te weten of de in het
borderel genoamde stukken op de plaate hnnner
bestemming zyn gekomen.

De verklaring van den ond-mmister Bar-
thou omtrent de bekentenis werd reeds ge
seind. Yan zyn ministerschap onder Mélino
vertelde de beer Bartbon dat hy kennis had
genomen van een pohtie-ceasier over Dn
Faty de Clam. Daarin zyn stukken opgenomen,
waaruit blykt, dat Du Faty door een ge
sluierde dame een brief had doen overhandigen
aan iemand, die achter het Palcis de l'Industrie
wachtte. Hy gaf den minister president, den
minister van oorlog en den minister van justitie
inzage van dit dossier omdat het, naar hem
voorkwam, een zek r licht werpt op de over
gave van bet .document iibérateur" aan Eeter-
hazy eenige jaren later, maar onder dezelfde
omstandigheden.

Ten slotte vertelde de heer Bartbou nog
dat generaal EiUot ty Jens het proces-Zola
gezegd zon hebben dat hy dagen lang in
twijfel had verkend over de echnld van
Dreyfus en zelfs eenige nachten dientengevolge
niet had geslapen.

Quérin, de minister van justitie tydens
het proces van Dreyfus, doet aan de Strafkamer
het reeds bekeDde verbaal van de omstandig
heden waaronder generaal Merrier den minister
raad onderhield over de vermoedens, die tegen
Dreyfus gerezen waren.

Gevraagd naar de bekentenis, legt Guérin
een dergelyko verklaring af als zyn collega
Barthou. Hy had er persoonlijk nooit van
gehoord dan door de bladen. Generaal Merrier
had er in den ministerraad niets over mede
gedeeld.

Het getuigenis van Gabriél Monod voor het
Hof van Cassatie besprekende, maakt de
„Tribuna" een brief van Guerrièri Gonzaga,
Italiaaneeh senator, openbaar, waarin deze
zegt, dat Monod een juiste voorstelling ge
geven beeft van de woorden van generaal
Primerono, de verklaring behelzende, dat
Dreyfus nooit tot italié ia betrekking heeft
gestaan; Monod had echter de verklaring
totreffende Esterbazy niet goed bBgropen.

Gonzaga zegt dienaangaande: .In myo ge-
Bprek met goneraal Primerano bracht ik het
teere punt betreffende Esterbazy te berde.
De generaal bewaarde toen een stilzwygeD,
dat my veelbeteekenend tosscheen. In elk
geval is het niet do zaak van een vreemden
staf, die misschien Esterbazy in zyn cienst
gehad heeft, dezen beken 1 te maken."

De afgevaardigde Julien Dumas loochent in
een telegram uit Nizza bet vermelde onder-
hou-1, waarby Esterbazy heette verklaard te
hebben de scbryver van het borderel te zjjn.

Fanizzardi's telegram.

Da .Temps", terugkomende op haar ver
meld bericht omtrent bovonteioslde öeptche,
-zegt, dat het oorspronkelijke, volgens gebruik,
na een half jaar aan het bureau van afzending
is teruggezonden en vernietigd gaworden en
dus aan het Hof van Cassatie niet kon wopden
overgelegd. Dit is echter geschied met een
afschrift, aan het ministerie van Posterijen
en Telegraphie er van genomen, en voorzien
van de zegels en onduteekeningcn der be-
trokktn beambten.

Naar echter de correspondent van de .Indé-
pendance beige" te Parijs ,uit goede bron"
verneemt, zou hot beruchte telegram van
Panizzardi niet vernietigd zyn. Men zou bot,
wegens het belang vaD bet stuk, bewaard
hebben, en bet zou tbans nog in het bezit
zyn van Dupuy.

Du Paty laat door een vriend een omstan-i
dige tegenspraak geven in de „Temps" van,