N°. 11978 Zaterdajr IX Maart. A0. 1899 geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van gon- en geestdagen, uitgegeven. Feuilleton. DE NEVEN. LEIDSCH DA&BLAB. PRIJS DEZER COUHAirr» Voor Lelden per 8 maanden, 1.10. Franco per post rrrrj. 1.40. AJkonderiyKe Nommeri ?-0.05. PBUS DER ADVERTKNTJÜN t Van 1 6 regels t.05. letters oaar plaatsruimte wordt ƒ0.05 berekend Iedere regel meer f 0.17\. - Grootera - Voor het tncaaaeereo bulten de atad Leiden, 10 Maart. Voor de leden van het Nutsdepartement ^Jhier trad gisteravond prof. dr. Jan Ten Brink h spreker op. Bredero en Langendyk, in onzen t(]d steeds Jaeer gekend en gewaardeerd, werden bespro ken in hun overeenkomst en verschil. Hjj wees op hun werken in onderscheid met die van onzen tyd, waaraan zooveel „adtliyks" is. Overeenkomst was er min of meer in den tyd, waaria zy leefden, in de 17de eeuw, met dit verschil: de een In het begin dier eeuw, de ander aan het einde daarvan; in hun oorspronkeiyk metier: de een schilder, maar de ander teekenaar; In hun karakterzin voor het komische de een geniaal, de ander meer middelmatig; in hun liefdeservaringen: beiden ongelukkig in de liefde, de een, Bredero, zonder ooit zyn liefde verwezeniykt te zien, de ander ongelukkig in zyn buwelyk. Het waren bovenal de „Spaanscbe Braban der" van Bredero en „Don Quichot op de bruiloft van Kamacho", die daarna vergeleken werden. Overeenkomst was er tusschen die twee werken, beide niet oorspronkeiyk; maar welk een verschil tusschen het geniale van Bredero en bet meer gewone van Langendykl Met tal van aanhalingen, die niet zyn weer te geven, maar van algeheele vertrouwdheid met beide dichters getuigden en van eon sterke memorie biyk gaven, werd een en ander opgehelderd. Eindeiyk, wat een verschil in leven, de een jong gestorven, die nog zooveel deed ver wachten, en Langendyk betrekkelijk oud, maar in een hofje zyn leveo eindigen J. Langendyk heeft in het laatst van zyn leven met zyn „Spiegbel der Vaderlandsche koop lieden" zyn boogsten roem verworven. Hoe waar, zooals de jeugd door hem worct voor gesteld tegenover den ouderdom en tegen woordig zelfs by Ibsen, de ouders allen schurken en de zoons beelden. Ocb, dat nieuwe! De opgekomen leden hebben zeker met het grootste genoegen den sprekor aangehoord, die zich ook nu weer een meester heeft ge toond in zyn vak. Tot lid van Teyler's Tweede Genoot schap te Haarlem, in de plaats van wyien prof. dr. Robert Fruin, is benoemd dr. P. L. Muller, te Leiden, hoogloeraar in de ge schiedenis. Mr. T. J. Noyon, benoemd tot advocaat- generaal by den Hoogen Raad der Nederlan den, is geboren in het jaar 1848. Hy promo veerde aan de hoogeschool te Leiden den 27sten Januari 1872 en werd nog een 14den September van hetzelfJe jaar benoemd tot adjunct-commies by het Departement van Justitie. Het volgend jaar ging by in de magistratuur, door zyn benoeming by Kon. besl. van 17 September 1875 tot snbstituut- offleier by de rechtbank te Brielle;-van 4 Juli 1876 tot 1 Mei 1877 vervulde hy die functie by de rechtbank te Rotterdam en werd by Kon. besl. van 6 Dec. 1884 benoemd tot officier van justitie by de rechtbank te Win- 'schoten en by Kon. besluit van 10 Februari 1890 by de rechtbank te Leeuwarden. Zyn benoeming tot advocaat-generaal by bet ge rechtshof te Leeuwarden dagteekent van 5 Januari 1896. Mr. Noyon schreef, in vereeniging met prof. Van Hamel, de bekende Commentaar op bet Wetboek van Strafrecht, vervolg van dat van mr. Van Demse. Dgbl Aan de Tweede Kamer is, van honder den handteekeningen voorzien, het adhaesie- adre8 gezonoen van schippers en andere be langhebbenden by een haven te Scheveningen, uit de vi88chersplaatsen Kokhuizen, Edam, Volendam, Goedereede, Stellendam, Tessel, ürk, Huizen en Kdtwyk. Van alleszins bevoegde zyde wordt aan de „Tel." medegedeeld, in verband met loopendo geruchten, dat noch door de com missie der op te richten „Ned. Opera", noch door wie ook van ben, die iu deze onder neming belang stellen, onderhandeld is of wordt met den heer Emanuel of den heer Mengelberg. Alvorens men met eenig kun stenaar in onderhandeling treedt, moet eerst de eerste tón by elkaar zyn. Van het niet ongenegen zyn van H. M de Koningin, om de Opera te steunen, mits deze eerste f 100,000 verzameld is, weet men aosoluut niets. De teraardebestelling van wyl n den heer C. E. P. Pauwels, iu leven notaris te 's Gra- veDbage, is bepaald op a. 8. Zaterdag. Te half twaalf zal de stoet van het sterfhuis naar het R.-K. Kerkhof vertrekken. De directeur van het Kabinet van H M. de Koniügin, jhr. mr. P. H. Gevers Deynoot, gaat binnenkort, tot bersttl van gezondheid, met verlof naar bet buitenland. Men verzekert, aat graaf L. Starzenski, gezantschapsraad by de Oostenryksch-Hon gaarsche legatie aan ons Hof, in dezelfJe hoedanigheid te St. Petersburg is benoemd. De minister van waterstaat, handel en nyverheid heeft bepaald, dat gedurende het aan den inspecteur van den arueid H W. E. Struve toegekend verlof van 1 April 1899 tot 1 Januari 1900 in de 3de arbeidsinspectie zal bevoegd zyn de inspecteur van den arbeid M. Raven, wien als staaaplaats wordt aan gewezen 's-Gravenbage. Met de nachtboot „Koningin-Regentes", der Maatschappij „Zeeland", kwam gister ochtend te Vlissingen van Londen aan prins Karei van Denemarken, die met den aanslui- tencen sneltrein zyn reis naar Kopenhagen voortzette. Uit Zeist meldt men aan het „N. v. d. D.", dat de oud-minister J. D. Fransen van de Putte, lid der Eerste Kamer, die thans in Den Haag verblyf houdt, aangetast is door een longontsteking. Zyn naaste familie is daarheen vertrokken. Zyn toestand, den hoogen leeftyd in aan merking genomen, is niet buiten gevaar. Blijkens het door de Maatschappy tot Exploitatie van Staatsspoorwegen aan de Regeering gezonden ontwerp, regelende den treinenloop gedurende den aanstaanden zomer dienst, zullen met ingang van 1 Mei de treinen 81, 83, 82, 84, 1, 5, 7, 9, 2, 4, 6 en 10, welke het sneltreinverkeer tusschen AmsterdamBelgië via Esschen en Amster damVlissingen onderhouden, niet meer via Utrecht, maar via Gouda—Rotterdam D. P. Dor re:ht worden gevoerd. Voor het verketr tusschen Amsterdam eu Rotterdam, waarvoor ook bovenstaande treinen kunn n oienen, werd nog in elke richting een drietal trtinen ontworpen, terwijl voor de sneltrtinverbinding AmsterdamDen Haag v. in elke richting een achttal trein n zullen kunneD worden gebezigd. Door het Historisch Genootschap te Utrecht is benoemd tot bonorair-lid prof. E. Martin, te Straatsburg. Tot gewone leden zyn nog benoemd de heeren mr C. A. H. Barge, te Curasao; dr. A. J. Botermans, te Zwolle; M. Ten Bouwhuys, te Utrecht; mr. Pb. Falkenourg, te Amsterdam; G. A. J. Franke, te Groningen; or. S. S. Hoogstra, te Zetten; dr. M. F. v. Lennep, te Haarlem; dr. B. Van Meer, te Utrecht; Job. De Meester, te Rotterdam; W. Meyer, te 's Gravenhage; dr. M. Monasch, te Amsterdam; dr. H. M. Van Nes, te Rotterdam; R. P. J. Tctein Noltheniu8, te Zutfen; A. Pit, te Amst rdam; dr. L. A. Rademaker, te Nieuw Hellevoet; J. C. Ramaer, te Rotterdam; jhr. mr. F. A. J. F. rioder Van Rapp^rd, te Utrecht; dr. M. S.hoengcn, te Zwoll dr. D. A. Sloos, t Amsterdam jur. mr. H. Smissaert, te Amshr dam; mr. R. Van Veen, te Groningen; B. P Veltbuyzen, te Hertme on Zenutrcn; dr. W. C. A. taron Van Vreden ;urch, te 's Grav n- hage; prof. dr. C. E. A. Wi hmann, te Utrecht. Ger^f Kerken. Bero pen is te Zevenhuizen, de heer B. W. Ter Meulen, cand. to Eeide by Zutfen. By de gisteren in bet hoofdkiesdistri< t Veendam gehouden candüaatstelling voor een lid der Tweede Kamer zyn gest- lj ce het ren mr. E. A. Smi.t (iioeraal) en J. H. A. Schaper (80c.-dem.) Ook de beer C. a. a. Du dolt de Wit, te Amsterdam, is benoemd tot lid der jury voor de internationale tuin: ouwtentoonstelling, in Mei te St.-Petera urg te houden. Naar wy vernemen, zal de gen.-majoor C. P. Van Pommeren, inspecteur van het onder- wys, weLra den uienst met pensioen ver laten. (Tel) In de „Han lelingen" van deAlgemeeno SynoJe der Ned. Herv. Kerk voor 1898 komt voor een verzoek van den heer D. J. R. Jordens, te Zwolle, om te veni-.den, dat kerke- lyke ge ouwen by buitenUndsche maatschap-* pijen tegen brandschade verzekerd worden. Naar aanleiding daarvan is coor den secre taris der Synode in de vergadering voorgesteld, een commissie uit haar midden te benoemen, om aan de Synode in 1899 te rapporteeren over de mogelijkheid, dat alle k rktlyke ge bouwen, enz. van de Gemeenten der Ned.- Hervormde Kerk tegen brandschade verzekerd worden in een eigen algcmeene Assurantie- Maatschappy, voor welke commissie zyn be noemd 06 heer*n prof. Kruyf, ds. Van Popta en dr. Van der Ven. Ingevolge Koninklyk besluit van 8 dezer wordt met 29 Maart a. s. lo. Hr. Ms. instructieschip „Nautilus", te Hellevoetsluis uit dienst gesteld en ce kapuuu- luitenant ter zee A. Seret alsdan eervol ontheven van bet over dien bodem gevoerde bevel; 2o. Hr. Ms. instructieschepen „Pollux" en „Castor", r 8pectieveiyk te Amsterdam en te Hdlevoet8luis, in oienst g.-steli; 3o. het bevel over Hr. Ms. inetructieschip „Pollux" opgedragen aan den kapitein-luitenant ter zee P. S. R Wolterbe k; 4o. de kapitein luitenant ter zee J. F. Van Rossum eervol ontheven van het bev-J over Hr. Ms log-mentschip „Buffel", en dat bevel alsdan opge rag n aan den kapitein luitenant ter zee A. Seret. Het stoomschip „Herzog," van Oost- Afrika naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde 9 Maart te Suez; oe „Soemting," v,n Rot ter iam naar Java, vertrok 9 Maart van Mar seille; de „SpaarnJam" v rtrok 9 Ma. rt van Rotterdam naar Nieuw-York; oe „Berenice" vertrok 9 Maart van Stettin naar Amsterdam de „Burgemeester Den Tex," van Amster am naar Batavia, verirok 10 Maart van Suez; ce „Cyclops" vertrok 10 Maart van Amster dam naar Liven o 1 n Batavia; de „Min- rva," van de Middellan sche Zee naar Amsterdam, passeer e 9 Maart Eastbourne. Leiderdorp. Gisteren had de72-j .ripe vrouw van W. d. V. bet onpeh.k naty haar woning te water te geraken. Dit ongeval werd spoe ig emerkt door oen vleeschhouw^r v. E., wien het moi bt g lukken haar weder op het drogo te brengen. De toostand der vrouw is zorg wekkend. Door de gemeentepolitie alhier is proces verbaal opgemaakt tegen H. S., wegens o*er- tre ing van art. 315 van het Wetboek van Str^fre' bt. Hillegom. Men schrijft ons: Woensdag avond wer f '->oor het aluier bestaande zioken- fon s „Hulp in Nood" zyn zesde .jaariyksche algemeene verga ering gehouien in e zaal van het café „Flori". De vice-voorzitter, de heer Th. J. G. Parioen, opende oe bijeen- komat met een welkomstwoord tot de talrijke aanwezigen en gaf daarna het woord aan den secretaris, om verslag uit te brengen, waaruit bleek dat het getal der leden, wel doeners en donateurs meer en meer toenam; de beuragen der ontvangsten en uitgaven waren respectievelijk f 1441.22 en 1147.15, alzoo blijft een 6aido vau f 294.07, terwyi het batig saldo met inbegrip van de vier vorige jaren bedraagt f 1795.60. Met een woord van opwekking om do ver eeniging, die in het afgeloopen jaar wederom zooveel hulp in nood had vtrstr?kt, te steunen, eindigde do secretaris zyn verslag, om daarna voorlezing te doen van het nieuw gewyzigd reglement. Nadat do president van de commissie van toezicht, de heer J. H. Nieöeroing, in tegen stelling met de velo bestaande zieken en begrafenisfondsen door het noemen van cyfers had aangetoond, mot welke geringe uitgaven het ziekenfonds „Hulp in Nood" werd be heerd, daar ze gedurende hot afgeloopen jaar niet meer hadden bedragen dan f 5.08, en bet nut van deze vureemging ban uiteengezet, werd ooor den secretins, den heer A. A. C. Van Oostveen, een boeien e lezmg gehouden. Tot onderwerp nad hy gekozen „Ryk wordeD, door verstandige spaarzaamheid", waar by oor verschillende, welgekozen voorbeelden werl aangetoond w.it ooor spaarzaamheid kan woroen verkregen. De spaarzaamheid brengt welvaart aan, maakt ons e*-nvou ig, tevreden, eerlyk, arbeid zaam, matig, vriigevig en standvastig vaa karakter; zy is een bron van menscbelyk geluk en welvaart, zy is zelfs een deugd en de nioe :er van veel an tere deugden, en v. oral heden ten aage noodzakelijk, nu de stnj j om het besta «n zoo zwaar de menschen teistert zo j jat niet de h rsenschimmen der sociaal- emo raten, ni t de omwentelings- pl nnen van anarchisten den mensch heil kunnen aanor-rgen, ra.«ar enk 1 en alleen: Wys sparen, trouw standvastig blyven aan God, den H r Jsr vorsten en volkeren, „die de tydrn v ran tert, koninkryken omvtrwerpt en anoere bev stigt." „Aan uen Heer behoort ue aarde en wat haar vervult, de aardbol en allen, die uaarop won n." Over e vele byzonuere gevallen, die gele genheid tot sparen ie en, wer en slechts eenige trpro->(iö r gelen aange^oeri, als: Wilt gy sp ren, ontzie uan en enoad naar best ver o.e<i, betgo n gy oezit Betaal al uw indoop n itrstund. Dr^ai lken cent, ▼óór ge -uen uit ge it, twoe- of driemaal om. Han el met ovtrl.g V or minder uw oehoeft. n. B gin zoo vroeg mog lyk te sparen, en word lid eerier *>pa r ank Doze hoogst oui-n e lezing werd met de meeste aan jacht aai geh ord. Bpr ker bad de voldoening, dat staanue de verga ering een groot aantal leden toelraüen tot net stichten van een vereniging, om het sparon zooveel mog luk to bevorderen, waarna de vergadering "wera gesloten. Het verzo ks< brilt aan Z M. den Keizer van Rusiand, in zak' geleid-lyk vermin ring van krijgslasten en ter evestiging van den vrede, ligt voor belangstellen 'en, zoowel mannen als vrouwen, op het gemeentehuis alhier ter t ckening. Behalve de zeer vole gevallen van mazelen in deze gemeonte, doen zich ook <<y verschillende kinderen gevallen van broncbites voor, waaraan reeds een paar kin cr u zyn overleden en anueren in zeer bedenkelyken toestand verkecren. Van de 13 manschappen, begrepen ia het aandeel van deze gemeente, in ue lichting voor de nationale militie van het jaar 1899, zyn er 8 ingelyfd by bet regiment grena iers en jagers te 's Gravenhage, drie by het 4de regiment infanterie te Haarlem, óón ta Lei Jtn en één te Utrecht. Oudshoorn. Aan H. De Roos, alhier, is door het Gemeentebestuur vergunning verleend tot het oprichten van een bakkery in het perceel Sectie C No. 604. Sassenlioim. Do uitslag der stierenkeuring, gisteren te Saesenheim gehoudeo, is als volgt: Aanvoer 43 stieren, als: 1 driejarige, 10 tweejarige en 32 éénjarige. (20) En dan: Arthur was een koude natuur. Van geen enkelen kant was by te genaken. Niets deed hem aan. Ook zelfs oen opper vlakkig mensch, die op den stroom van den tyd meedryft, beleeft toch nog oogenblikkeD, dat hem het hart eena verruimd wordt. Uaar Arthur bleef altyd dezelfde en vergat zich {nooit. By hem bestond geen diepere belang stelling in de vorderingen der wetenschap, .geen begrip voor echte kunst, geen inwendige deelneming in het let zyner medemenschen. Een beperkte horizon by veel zelfbewustzyn genotzucht, binnen de grenzen gehouden door een gematigd temperament; zelfzucht, verborgen achter aangename vormen dat waren de voornaamste trekken van het karakterbeeld, dat Hélèue zich langzamerhand van haar verloofde vormde. Nu ja: zy had hem nooit ala een god ver keerd. Toen de liefde tot hem over baar vaardig werd, gaf zy aan die aandrift toe. Zy beminde hem, zooals hy was of zyn mocht, zonder te vragen waarom. En ook thans nog, nu zy in Arthur zooveel meuschelyks, al te menschelyk3 ontdekte, ja zooveel, dat baar schier mis- i haagde nu nog bleef elke aandoening van berouw over haar keuze ver van haar. (J Toen men de uitnoodigingen voor de bruiloft, dis mevrouw Marbach op Arthurs kostsn aanlegde, besprak, werd er tusschen de ver loofden voor de eerste maal weder van Werner gewag gemaakt. Arthur vroeg: ,En hoe moeten we het met den steenen gast aan leggen .Wien bedoelt ge?" Arthur lachte. „Wien anders dan myn afgewezen neef? Ik gaf hom den bijnaam, dien by in de school droeg. Het standbeeld van den commandeur moet, toen hot Don Juan op zyn geweten werkte, zyn kaken preciea zoo bewogen hebben als Werner by zgn spreken pleegt te doen." .Jongens zyn onbarmhartig onder elkander." „Maar oprecht. Hoe gaat het Werner?" „Hoe zou ik dat weten? Voor ons is hy dood." „Hy bad zich met Cato of Elise kunnen troosten 1" „Maar, Arthur I" „Waarom dan niet? Wel heb ik indertyd een oogenblik gedacht, dat hg naar de revolver zou kunnen grypen. Ik was een dwaaB. Menschon van zyn slag .hechten aan bot leven, al is het nog zoo ellendig geworden." Hélèue frouste het voorhoofd. „Wy zyn overeengekomen, dit thema onder ons niet aan te roeren," zoo sneed zy de lichtzinnige uitdrukkingen van haar verloofde af, „Zeer wel. Toch biyft de vraag nog te beslissen, of Werner op onze bruiloft verzocht moet worden." „Van zoo'n vraag is heelemaal geen sprake!" riep Hélène levendig. „Werner op onze bruiloft 1 Niemand denkt daaraan. Een uit- noodigiug aan bem ware wreeds spot, dien hy niet verdiend heeft." Daarom juist zou Arthur het gaarne gezieD hebben. Maar hy begreep, dat hy er van moest afzien, zyn weinigjen moed aan dien gehaten neef te koelen. Acht dagen vóór het buwelyk kwam Arthur met de tyding, dat de dochter vau den consul het had doorgedreven, reeds in het laatst van Juli met Geyer verbonden te worden. „Dus veertien dagen na ons," sprak hy ontstemd, „En dan willen zy ook naar Tirol en hopen ons daar aan te treffen. Geyer ia verrukt over het idee, dat natuuriyk volstrekt niet het zgne is, maar dat van Dora. Waarschynlyk ia zy baDg, zich alleen met haar man te vervelen, hetgeen zy ook onfeilbaar doen zal tot aan haar einde. Nu moeten wy baar daaruit redden. Heeft zy one eenmaal ge snapt, en anappeu aal zy ocb dan zyn wy haar nog niet weer kwyt..Ik ken haar. Wat een onzinnige gedachte, een huwelijks reis met z'n vieren te maken, evenals een party whist I" Ook Hélène was niet zeer gesticht ovor het vooruitzicht zich dat gezelschap te moeten laten welgevallen. Toch helde zy over tot de meening, dat het plan nieta dan een voorby- gaande gril van Dora was en niet in ernst behoefde opgenomen te worden, XVI. By de inzegening van het paar in do Mariakerk was op het orgel Guataaf Werner aanwezig. Honderdmaal had by reods by zich- zelven gezegd, dat het zijner onwaardig was, als ougeuoodigde gast de zegepraal van zyn mededinger in oogeDscbouw te nemen. En toen de tyd daar was, ging het toch. Het was hem, of hy zich moeBt overtuigen, dat Hélène inderdaad onberroepeiyk voor hem ver loren was. Want sedert zy aan zyn borst gerust, sedert zy zyn kussen geduld had, speelden allerlei wonderlyke droomen hem telkens weder de mogeiykheid voor oogen, dat zy rouwmoedig tot hem kon terugkeeren. Toen by van zyn hooge plaats afdaalde, nadat de plechtigheid ten einde was, en allen de kerk verlaten hadden, wist hy eindeiyk, dat Hélène voor hem dood was. Mevrouw Blank was zy gewordeneen ander wezen, onder een geeternto wandelend. Dood voor hem. Welaan: het was althans een zuivere rekening I Hy kon er een streep onder zetten en ze by zyn afgedane papieren leggen. By een ontmoeting met mevrouw Marbacb had hy vernomen, hoezeer Hélène door Arthurs invloed van haar familie vervreemd was geworden. „Ale zy eenmaal getrouwd is, zal zy voor one verloren zgn," had mevrouw Marbach geklaagd. Dat alles herinnerde Gustaaf zich eenige dagen na de huweiyksvoltrekking. De een zame hunkerde naar gezelschap. Wel was hy, na zgn aanstelling, hier en daar uitgenoodigd geworden, en vriendeiyk genoeg had men den nieuwen directeur overal ontvangen. Maar onder al deze menschen, die niets van zyn leed wisteD, gevoelde hy zich niet op zyn plaats. Met smachtend verlangen herdacht hy den kleinen kring, waar hy eens tiiuis was. Daar, daar alleen vond hy de sympathie, die als balsom was voor zyn hart. Niets beletto hem thans nog, daarheen terug te keeren. En zoo zat hy dan spoedig weder, ovenals destyds, in den verbleekten leuningstoel, vóór de ronde tafel. En daarop brandde de lamp, wanneer de lange dag ver streken was, en verlichtte door den rooden sluier de bom zoo bekende gezichten even als destyds. Soms was bet hem, alsof alles, wat hy Bedert beleefd bad, Blechts een booze droom was alsof or nooit een jongere dochter uit Engeland was komen oversteken en den stillen vrede verstoord had. Maar dan viel zyn oog op de bem zoo welbekende portretten, en al bet verdriet, dat over hem gekomen was, stond hem weer voor den geest. In zyn tegenwoordigheid word niet vaak over Hélène gesproken, doch geheel verbannen liet het onderwerp zich niet. Zoozeer ver vreemd, als mevrouw Marbach gevreesd bad, was zy van de haren door baar huweiyk toch niet geworden. Zy vond ten minste een paar malen in do week nog tyd om een brief kaart te schryven. Veel stond er niet op: ternauwernood iets meer dan een korte be- echrgviDg der langzaam verloopende reis, met een menigte namen van stedeD, dorpeD, rivie ren, bergtoppen en logementen. Dan placht et te volgen: „Arthur laat u groeten." En het onderschrift luidde: „Uw gelukkige Hélène."^ iWordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 1