N®. 11968
Dinsdag; 28 Februari.
A°. 1899
feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (%on- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 27 Februari.
Feuilleton.
Ia en uit den ballon.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PBJJS DEZEB COURANTT;
Voor Lelden per 8 maanden. l.l(X
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers 0.05.
PBJJS DER ADVERTENTEÉÏN
VaD 1 6 regels 1.06. tedere regel meer f 0.17 - Groctero
lettere aaar plaatsruimte - Voor het Incasseeraa bulten da stad
wordt f 0.05 berekend
OÜlciëele Eeniiïs^ovliig'eii.
BnrgemeoEtor en Wothonders van Leiden;
Gezien bet adree van do firma TIELEMAN en
DROS, houdende verzoek om verguoning tot uit
breiding van haar fabriek aan de Hooigracht No.
91/93, kadastraal bekend Bectie I No. 2347, door
hot vergrooten der keuken;
Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet;
Geven hg deze kennis aan hot publiek, dat genoemd
verzoek met de bijlagen op de Secretarie dezer
gomeonte ter visie gelegd ia; alsmede, dat op Zater
dag 11 Maart a. e., 's voormiddaga te elf uren, op het
Raadhuis, golegenheid zal worden gegeven, om
bezwareij togen dat verzoek in te brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
LeideD, F. WAS, Burgemeester.
25 Febr. 1899. VAN HEYST, Secretarie.
NATIONALE MILITIE.
Biyvend gedeelte van de lichting Tan
1S98 bij de onbereden corpsen.
De Burgemeester van Leiden brengt ter kennis
van do in deze gemeente wonende miliciene, die tot
het blgvond gedeelte van de lichting van 1898 tij
de onbereden corpsen behooren en met tydelgk
verlof huiewaarts werden gezondoD, dat zy, iogevol e
beschikking van den heer Minister van Oorlog, by
hun teiugkeer onder de wapenen ten aanzien van
te verstrekken daggeld en vervoerbowijzen zullen
beschouwd worden als groot-verlofgangers.
Mitsdion wor-Jen do bedoelde miliciens, wier
garnizoensplaatsen buiten deze gemeente zija gelegen,
verwittigd, dat z\j zioh den dag vóór het vertrek
naar hunne corpsen tot het outvangon van het hun
toekomend daggeld, indien zij dit verlangen, en toe
hot bekomen van één of meer vervoe bewijzen, voor
zoover z\j naar de bestaande voorscbrif en daarop
recht hebben, ter Gemeente-Seorotarie (Afdeeling
Nationale Militie en Schuttery, kamer No. 9) knnnen
vorvo"gen.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
25 Febr. 1899. F. WAS.
Ter vervulling van de door het overlyden
van prof. mr. C. Asser opengevallen hoog-
Leraarsplaats in de rechtsgeleerdheid aan de
Leidsche universiteit zijn, naar men verneemt,
door het College van Curatoren voorgedragen
de heeren: mr. A. C. Visser, advocaat en pro
cureur, lid der Prov. Staten van ZuiJ-Holland,
te Gorkum, en jhr. mr. W. H. De Savornin
Lobman, rechter in de HÏTagsche arrondisse-
ments-rechtbank.
Volgens de berichten uit de „Staats Crt."
is by kon. besluit, by een nieuwe regeling
der ontvangkantoren te 's Gravenhage, tot
inspecteur der directe belastingen aldaar, be
noemd de heer H. Camerlingh, te Leiden.
Het juiste onderwerp van de maskerade,
het volgende jaar door het Leidsch Studenten
corps te houden, is als volgt: „Graaf Albrecht
binnen Enkhuizen, om zich van daar in te
schepen tegen de Friezen, Augustus 1396".
By gelegenheid van het 60-jarig bestaan
van het Leidsch Studentencorps zal het
Collegium Civ. Acad. Lugd. Bat. Supremum
den l8ten Maart a. s. van 3 tot 5 uren
receptie houien op de Collegiumskamer.
By het onlangs gehouden examen voor
verschillende gradeD, zyn de navolgende adspi-
ranten geslaagd
Sergeant dienstdoende luit. te velde P. A.
v. 't Woudt, van het 2de bat. alhier voor den
graad 7an adjudant-onderofficier.
Sergeant-onderwyzer W. T. H. Guykon, van
den staf 4de bat. alhier voor den graad van
sergt.-majoor.
Korporaal J. Holling, van het 2de bat. alhier
voor den graad van fourier.
Korporaals N. J. Smorenberg, H. Stinis, H.
C. Lammens, van het 2de bat. te Leiden, F.
E. H. Gebhart, D. J. Verzyden, van het 4de
bat. te Leiden, J. N. Warnier, Th. J. P. Latour,
P. H. Tel, van het 3de bat. te Haarlem, L.
C. J. Vellekoop, W. H. Van Angelbeek en
T. B. Veldkamp, van het 5de bat. te Gouda,
allen voor den graad van sergeant.
De mil.-korporaal J. H. H. Van der Hooien,
van het 3de bat. te Haarlem, voor milicL-n-
sergeant.
De adspiranten, die deelnamon aan het
theoretisch herexamen (1 mil.-sergt. en 5
korporaals) voldeden allen.
Aan het examen voldeden dus niet: 1 ad6pi-
rant voor sergt.-majoor en adj-onderofficier,
1 voor sergt.-maj., 1 voor sergt.-onderwyzer,
5 voor d d. luit. te velde, 26 voor sergeant
en 5 voor fourier.,
In hotel „Du Nora" gaf Zaterdag jl. de
Leidsche tooneelvereer.iging „l'Union fait la
Force" haar twaallde uitvoering rmt intro
ductie, welke door velen werd bygewoond.
Haar banier stond voor een groepje groen.
Op den vastgesteldon aanvangstijd, half-
negeo, weerklonk H. J. Van L-^euwen's marsch
„Eencracht maakt Macht", gevolgd door eon
ouverture en oen wals. Daarna opende de voor-
zitttr de vergadering. In welg-kozen bewoor
dingen wees hy er, na allen welkom geheeten
te hebbeD, op, dat by ae samenstelling van
het programma het „elck wat wils" in het
oog was gehouden. Immers, op dat pro
gramma kwamen, behalve een drama en
eenige voordrachten, voor twee viool-solo's,
te geven door den heer C H. Versney,
waarvoor men dezen musicus ongetwyfeld
dankbaar zou zyn. Hy vroeg voorts vergiffenis
voor eventueel te begane kleine fouten en
deelde mede, dat de voorbrachten na het arama
vooral zouden gegeven worden om daardoor
een overgang te verkrygen van dat drama
tot het bal. DaDk bracht by aan allen, die
dezen avond weer wilden medewerken, en hy
spoorde hen, die reeds zoo dikwyis door hun
tegenwoor igbeii iy uitvoeringen der VereeDi-
ging, biyk van belangstelling in haar hadden
gegeven, aan lid van „l'Union fait la Force"
te worden, want de Vereeniging is niet sterk
in ledental, ji, dit is eig6niyk te klein. Ter
meerdere aansporing om als lid toe te treden
meende de voorzitter onder de aandacht te
moeten brengen, dat de toDg, als men ze goed
leert gebruiken, een machtig wapen is; dat,
om ze goed te leeren gebruiken, het tooneel
een goede leerschool is; dat zenuwachtigheid
by het spelen spoeolg overwonnen wordt; dat
velen ten onrechte bang zyn voor critiek,
ten onrechte, want de crJtiek is de beate
leerschool. Belovende, dat, als naar gewoonte,
de pauzen kort zouden zyn, en het overbodig
achtende om aandacht te verzoeken, verklaarde
de voorzitter de byeenkomst geopend. Applaus
en fanfares volgden op deze aandachtig ge
volgde toespraak.
Nu waren de viool-solo's aan de beurt.
Vervolgens werd opgevoerd het drama in
vier bedryven voorafgegaan door „Een uur
te laat," voorspel in één bodryf „Richard
Moor." In het algemeen gesproken wera dit
drama voor Gilettanten goed opgevoerd.
Richard Moor zelf mogen wy den lof niet
ontbou en, dat hy uitst kend speelde. John
Houseman had boven anderen -de Verdienste,
dat hy zeer rolvast was: een groot voordeel.
Godfried Lester had e n gemakkelijke taak.
Lord Blount zag zich ditmaal een te kleine
rol tocbodeeld, om zyn gaven, wlke wy
weten, dat by bezit, ten toon te spreiden;
zyn geringe taak vutte hy daarby o. i. wat
al te onverschillig op. Rowland Lester was
niet los genoeg, Walter Lester speelde zeer
goed; sir Thornton, reebttr, en de wachter
hadden te ondergeschikte rollen om veel aan
dacht te vragen; Jack, de tuinman, hiold
zich vry goed. Dit wat de mannelijke dilet
tanten betreft.
Nu de vrouweiyk©4 Doet zich anders veelal
het geval voor, dat by vereenigingen als deze
de dames btter spelen dan de heererr, thans
was dit beslist niet het geval. Speelde Kelly in
het voorspel bevrecigend, iu het eigeniyke
drafna als Madeline was er o. i. te weinig
kleur in haar spel; zy was al te kalm. LeoDore
stond nog verre beneoen haar; waarschynlyk
betrad zy te voren nog ni-.t veel de planken.
Is dit zoo, dan zy cit een afdoende veront
schuldiging voor baar koud, onnatuuriyk spel.
De voordrachten „Een joppe jongen" en
„Am8terdamsche straattypen," nog een voor
dracht door den heer H. J. v. L. en „Nieuw
A. B. C. of Hyn oom Janus" moeten veel genoe-
gen veroorzaakt hebben, evenals het daarop
gevolgde bal Wy vernamen nog, dat den beiden
dames voor haar medewerking, die in alle
geval waardeering verdiende, bouquetten wer
den vereerd.
Deze tooneelvereenigiog is het waard, haar
streven en gezonde opvattingen zoo ten
minste haar voorzitter de tolk harer leden
is, en dat moet aangenomen worden in
aanmerking genomen, dat haar ledental stygt.
Door wyien den heer J. P. Visser, alhier,
is een legaat vermaakt van f 1000 aan ee
Chr. school aan de Middelstegracht en een
van f 500 aan de Chr. school aan de Pieters
kerkgracht.
Merkwaardig verscbynsel! Het nieuwe
oorspronkeiyke tooneelwerk van Herman
Heyermans Jr., zyn burgerlijk treurspel in
drie bedryven: „Ghetto", dat o. a. te Arnhem,
Rotterdam en Haarlem twee opvoeringen be
leefde, had hier Saterdag-avond slechts een
matig bezetten schouwburg getrokken.
Hetzy men zich al of niet kan vereenigen
met de volgens sommigen misschien te realisti
sche richting van het stuk, waardoor woor
den of uitdrukkingen op de planken worden
gebezigd, die er naar dezen en genen niet
thuis hooren en by meer dan één herhalen
nog grooter weerzin wekken, omdat het tooneel
niet voor alles een schouwtooneel is, daar
er ook grenzen zyn, - van de opvoering zelve
kan intusschen niet dan met den meesten lof
worden gewag gemaakt.
De leden van de „Noderlandsche Tooneel-
vereeniging" vormden, van de hoofd- tot de
mindere rollen, een zóó scbooD, zóó artistiek
geheel, als slechts by mogeiykhtid te wenschen
was. Aan warme betuigingen van waardeering
mangelde het dan ook niet. Het doek moest
meermalen onder daverende toejuichingen wor
den gehaald.
De pauzen werden niet door muziek aan
gevuld.
Volgens het „Haagsche Dagblad" heeft
de minister van Linn-rnlundsche zaken, over
eenkomstig het verlangen van dtn minister
van oorlog, ter kennis van de burgemeesters
doen brengen, dat zy voortaan nimmer zul
len mogen beschikken over militaire macht,
zonder voorafgaande onderhandeling met de
betrokken militaire autoriteiten, behoudens
enkele uitzonderingen tyv. tot bet onder ruk
ken van plotseling opgekomen oproerige be
wegingen.
Ter aanbeveling van een te Rotterdam op
to richten vereeniging „Pro Juventute", sprak
Zaterdag avond prof. G. A. Van Hamel uit
Amsterdam aldaar in een openbare vergade
ring, die vry druk bezocht was coor dames
en heeren.
De hooggeleerde spreker zette in een warme
rede de beweegredenen uiteen, die hem bob
ben geleid een dergelyke vereeniging te Am
sterdam te stichten, en vervolgens de wyze
waarop deze ingericht is en aanvankeiyk
werkt. Het resultaat was van dien aard, dat
spr. meende met overtuiging ook ti Rotter
dam het oprichten van een dergolyke ver
eeniging te mogen aanbevelen en daartoe de
me ie werking van allen in te roepen.
Verschillende vragen werden na het ge
sprokene alsnog gedaan, getuigende van veel
belangstelling. De vergadering werd voor
gezeten door mr. J. W. Alting Mees, griffier
der rechtbank te Rotterdam. Velen maakten
van de gelegenheid gebruik zich als lid aan
te sluiten.
Naar wy vernemen, wordt de laatste
hand gelegd aan de in de Troonrede aange-
kondigne herziening van het tarief van in
voerrechten, zoodat te verwachten is, dat het
daarloe strekken e wetsontwerp in den loop
van het aanstaande byeenzyn der Tweede
Kamer zal kunnen iogediend worden. De
veranderingen zullen vaü zuiver fiscalen aard
zyn en strekken om gebreken weg te nemen,
die zich voor de administratie ty de toepas
sing van bet tarief hebben voorgedaan, en
andere raoeiiykheden, die in de practyk zyn
voorgekomen, op te heffen.
Enkele artikelen, die tot dusver vry kon
den ingevoerd worden en geen grondstof! n
zynde, waarvan de vrystelling gehandhaafd
biyft, zullen belast wordeD.
Wegens het technische karakter dezer
tariefswyziging ligt verhoogiDg van het
5 percents-invoerrecht buiten het kader van
het aanstaande ontwerp. (Rbl.)
HH. MM. de Koningin en de Koningin-
Moeder, vergezeld van prinses Elizabeth,
woonden gisteren de voormiddag-godsdienst
oefening by in de Waalsche kerk te 'a-Gra-
venhage, onder gehoor van ds. Bourlier.
Te Grave is vry plotseling overleden de
heer Adr. Walter, sedert meerdere jaren lid
van de Provinciale Staten van Noord-Brabant
voor het district Grave.
Ds. J. Moulfln, te Nymegen, hoopt Zondag
12 Maart ia de avondbeurt voor het eerst na
zyn gevaariyke operatie weder voor zyn go-
meente op te tredeo.
To Haarlem is overleden de heer C. M.
De Jong van Rodenburgb, kolonel der infan
terie, ridder in de orde van den Ned. Leeuw.
Te Utrecht is in den ouderdom van byna
83 jaren overleden mr. A. C. Van Heusde.
ridder in de ordo van den Neaerlandscben
Leeuw, oud-Raad-adviseur by bet ministerie
van binnenlandsche zaken.
Door B. en Ws. van Amsterdam is de
volgende voordracht opgemaakt ter benoeming
S'ot.)
Wagenaar werd dol. „Waarom doet u dat?"
„Waarom?" gaf de ander ten antwoord.
„Wel, die lamp verbrandt spiritus, nietwaar
en daardoor vermindert alweer ons gewicht.
Als u over boord gelieft te kyken, dan zult
u zien, dat we nu al aardig hoog zyn, on
er is geen menscheiyke mogelykheid om te
dalen."
Wagenaar en ik keken over boord, en wy
merkten, dat wy miDstens al zes kerktorens
hoog waren.... Opeens schoot de ballon
opnieuw naar boven.
„Wat is dat nu?" vroeg hy.
„Dood-oenvoudig," antwoordde Wagenaar.
„Ik heb myn valsche tanden verloreD."
„Alweer zooveel gewicht minder 1" riep
Montgomery. „Nu zullen we ryzen totdat de
ballon barst! Als ik geweten had, dat u
valsche tanden droeg, dan zou ik my nooit
in dit ding van u hebben gewaagdMaar
dat heb je van di9 mannen van de weten
schap l Je kunt er nooit op aanl Altyd zit
by hen iets losl"
„Gelooft u werkelyk," zeide ik, „dat deze
ballon nu moet biyven sty gen?"
„Er is maar één uitkomst," antwoordde
Montgomery, „en dat is een zware nachtdauw.
Als het flink wil dauweo, dan kan daardoor
het evenwicht voor do verloren tanden van
den professor en voor den verbranden spiritus
worden hersteld. Andera zie ik er geen gat in."
Daar zaten wy dan nu met lange gezichten
in het schuitje te wachten op den dauw.
Gelukkig bleef die niet uit. Montgomery liot ons
onze jassen uittrekken en uitspreiden, om zoo
veel mogeiyk nattigheid op te vangeD, en tegen
acht uren bemerkten wy, dat we inderdaad
aan het dalen waren. Dit duurde zoo voort,
boewei heel langzaam. Toen de morgen aan
brak, zweefden wy ongeveer zeshonderd voet
boven do aarde. Maar New Borlinopohsville
was spoorloos uit het gezicht verdwenen.
Wagenaar begon zyn jas al uit te wringen
en weer aan te trekken. Daar deed hy opeens
een geluid hooren, dat machtig veel weg had
van een vloek, en meteen ging de ballon
weer aan het ryzen.
„Wat heeft die wetenschappelyke idioot
nu weer over boord laten vallen?" schreeuwde
Montgomery.
„Ik heb ongelukkig myn portemonnaie uit
myn jaszak laten glippoD," zeide Wagenaar;
„maar dat is voor u nog geen reden tot
het bezigen van zulke onparlementaire uit
drukkingen."
„Nu zyn we naar de maan 1" zuchtte Mont
gomery. „Zoo aanstonds komt de zon en dan
gaat het gas uitzettenKolonel, het spyt
me, dat u in dit 6cbuitje zit. Gelukkig, dat u
geen vrouw met zeven kinderen achterlaat."
Het zag er inderdaad heel leeiyk uit. De
zon verwarmde den metalen bol en wy rezen
met zulk een vaart, dat het geen twy fel leed
of wy zouden tegen den middag een hoogte
van tu8schen de twintig en dertig duizend voet
hebben bereikt. Het óónige middel tot dalen
zou het uitlaten van gas zyn geweest. Dit
kon echter by gebrek aan een klep niet worden
toegepast en bygevolg leek onze toestand kort
weg reddeloos. Ter eere van den professor
en van Montgomery moet ik intusschen ver
klaren, dat zy beiden zich dapper hielden.
Wagenaar zat doodbedaard zyn barometer
standen op te teekenen en de ballonist van
professie maakte kalm zyn nagels scIiood,
hoewel zy wisten, dat wy naar alle waar-
echynlykheid zoo straks een tuimeling zouden
doen van om en by de veertig duizend voet.
Wat myzelf betrof, ik wilde natuuriyk in
kordaatheid voor myn reisgeoooten niet onder
doen. Maar pleizierig voelde ik my allesbehalve.
Wy rezen en rezen l Het door do zon ver
warmde gas zwol aan en vulde de elastieken
blaas en hierdoor verdubbelde zich nog onze
vaart. Om negen uren al hadden we de aarde
uit het gezicht verloren, en om elf uren werd
de atmosfeer zóó dun, dat wy nog slechts
met moeite konden ademen, Professor Wage
naar, wiens longen niet van de sterkste wareD,
leed er het meest onder; doch niettemin
kladde hy met den grootsten y ver zyn weten
schappelyke aanteekeniDgen neer. Montgomery
zat als wezenloos in de diepte te staren, en
ikzelf woelde als een wanhopige in al myn
zakken, alsof daar mogelyk nog redding te
vinden zou zyn.
Het betasten van myn revolver bracht my
eensklaps op een inval.
„K\jk eens hier, meneer Montgomery I Ik
kan uit dien verwenschten ballon wel gas
laten ontsnappen, maar op gevaar af, dat wy
aan bet dalen zullen gaan met heelwat meer
vaart dan waarmee we nu ryzen. Wat dunkt
u er van?"
„Ik zou het er omar op wagen," antwoordde
Montgomery. „Het is onze éénige kans, al
is het dan geen aangename. Zóó is er ten
minste nog een mogelykheid, dat we er het
leven afbrengen. Maar doen we het niet, en
komt zoo 8trak3 deze heele machine te
barsten, dan zyn we alle drie zoo dood als
Julius Caesar."
„Wat is uw opinie, professor?" vroeg ik;
want ik wilde niet overyid handelen.
„Best! Probeer het maar," zeide Wagenaar;
„schiet maar toe, kolonel l hoewel ik liever zou
wachten tot we een hoogte hadden bereikt
van veertig duizend voet. Want dan zouden we
hooger zyn dan nog ooit iemand geweest is."
„Komaan, we zyn al hoog genoeg," zeide
Montgomery. „Ik zie niet in, dat we een
bezoek behoeven te gaan bréngeo aan de
engeltjes. Geef maar vuur, kolonel 1"
„Daar gaat-ie dan!" riep ik en loste een
schot op den bol van aluminium. Natuuriyk
ging de kogel er doorheen als door papier,
aan den eenen kant er in en aan den anderen
kant er uit. Dit liet aan het gas do keus
tusschen twee gaten, en het koos ze allebei.
In het eerst daalden wy zachtjes, zoodat
ik er het boste van begon to hopen. Doch
Montgomery wist wel beter. Da vaart werd
al sneller en sneller, naarmate er meer gas
ontsnapte, en weldra was het geen dalen meer,
maar kort en goed vallen. De aarde kwam al
heel gauw weer in hot gezicht, boomen en
velden schenen ons te gemoet te vliegen.
Er woei op deze hoogte een stevige bries,
die ons westeiyk heendreef naar eentamelyk
groote watervlakte.
„Als we het maar houden kunnen totdat
we boven dat water zyn, dan kan het nog
goed afioopen," zeide Montgomery.
„Kolonel, wees zoo goed my een handje te
helpen. Alles, wat niet nagelvast is, moot
overboord."
Meteen pakte hy alles, wat maar onder
zyn vingers kwam; ik deed hetzelfde en eon
minuut lang regende het over de landstreek
onder onze voeten barometers, thermometers
en allerlei andere wetenschappelyke instru
menten.
„Jassen uit, vesten uit, laarzen uitl"
commandeerde Montgomery. „Nu de hoeden!
Weg er meel Professor, als u Dog méér losse
tanden in uw mond hebt, overboord dan!
Alle vrachtjes lichtanl"
Wel, wy reduceerden onze kloedy tot oen
minimum, en Wagenaar, die helaas geen gebit
meer te lossen had, ontdeed zich ten slotte
zelfs van zyn glazen oog. Daarna gingen wy
weer zitten en wachtten met gelatenheid den
verderen loop der zaken af.
Wy waren misschien nog maar 6en drie
honderd voet hoog, toen wy over het meer
begonnen te zweven. Eensklaps greep Mont
gomery den professor onder de armen en
smeet hem over boord, zonder hem naar
z\jn goedvinden te vragen. Tegeiykertyd
schreeuwde hy: „Spriügen, kolonell" en aldus
geschiedde het, dat wy alle drie op hetzelfde
oogenblik in het water ploften.
Ik schoot tot op den bodem, die my wel
vyftig duizend vaam van de oppervlakte leek
te zyn, hoewel ik later hoorde, dat het meer
nergens dieper dan een veertig vost was.
Toen ik boven kwam, zwommen Montgomery
en de professor al naar don wal, en ik ver
zuimde niet hun goed voorbeeld te volgQD. De
heele bevolking van de buurt had den ballon
zien naderen, zoodat er hoopen mannen,
vrouwen en kinderen aan den oever op on
stonden te wachten.
„Dat is nu toch onaangenaam," zeide de
professor. „Ik kan toch voor al dio menschon
niet verschynen in myn hemd, en met maar
één oog en zonder tandenKolonel, daar
ginds dryft de ballon. Ik geloof, dat wy beter
doen met terug te zwemmen en tot het
donker is te wachten om aan wal te gaaD."
„Ik niet! Ik ga op het droge," zside
Montgomery, „al zouden ook al de meisjes
kostscholen van heel Illinois daar op den
kant staan. Da professor zag er in zyn ont
takelden toestand zóó ontoonbaar uit, dat do
meeste vrouwen en kinderen al van verre aan
den haal giogeD.
Wy bereikten dus heelhuids den vasten
wal, en een boer stak ons in droge kleeren,
die ons ongeveer net zoo goed pasten al3 een
Fransch soldaat zyn uniform. Vervolgons
huurden wy oen tentwagentje en lieten ons
terugryden naar New Berlinopolisville.
De professor was onderweg zoo opgewonden
als een schooljongen op den eersten dag van
de vacantie. Hy deed niets dan bluffen op
het „kolossale succes" van zyn uitvinding
en verklaarde, dat hy binnen veertien dager
eeD middel zou verzonnen hebben om zyn
ballon even gomakkelyk te doen dalen als
ryzeD. Doch Montgomery trok heelemaal niet
by. Hy deed geen mond open tot In de stau
en toen wendde hy zich naar den professor
en beet hem toe, dat hy, veel liever dan ooit
nog weer een luchtreisje te ondernemen in
een door een wotenschappeiyk man uit
gevonden ballon, zyn zakken opvulde roet
dynamiet en zich dan als een stokvisch liet
beuken. Hierop wensebte by my gooden
avond en liep de straat in, by zicbzelven
vloekende op een manier, die zich werkoiyk
niet leent tot publicatie. Ik heb van den man
nooit meer iet9 gehoord of gezien.''