ti\ uyzb Maandag «Januari. A#. 1899 <Qeze <§ourant wordt dagelijksmet uitzondering van gon- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Feuilleton. Do paticut van „San-Salvatorc." DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT i Voor Lelden per 8 maanüem ,•-».««•••„ƒ i.10. Franco per poet e 1.40. .Afzonderlijke Nommers 0.05, PRIJS DER AD VERTEN T1ÜN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17|. - Grootero letters naar plaatsruimte - Voor het incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekond Gemen£rcl Nieuws. In de werkplaats van de firma J. J. Pennock Lszn. op het Bleyenburg te 's-Gravenhage staat thans ter aflevering ge reed een stoomomnibus, in de fabriek dTr firma vervaardigd, behalve wat de machine betreft. Het rijtuig beeft den vorm van een omnibus en biedt plaats voor 40 personen <16'J binnen, 18 bovenop en 6 op het achter balkon.) Op het voorbalkon staat de kleine stoommachine, die zoodanig is ingericht, dat zy in 4 minuten stoom op heeft en goen rook of damp uitwerpt. De wagen kan zeer scherpe bochten maken en door een eigen aardige constructie der wielen die „tegen" kunnen draaien op zeer„korten afstand tot stilstaan worden ge brachial? et voertuig is, bi) de noodiga solioiteit, zoo licht mogelijk ge maakt en gerieflijk ingericht. De machine, die vervaardigd is van aluminium-brons, wordt gestookt met petroleum. Volgens de fabri kanten is alle gevaar absoluut uitgesloten. De „stoombus" kan 30 kilometer per uur afleggen. Wfi meldden reeds, dat te Haar lem een paar mannen wegens poging tot diefstal waren aangehouden. Nader verneemt de „H. Crt." hieromtrent de na?olgende bijzon derheden. Des miiuags had-en zich twee mann n, een Engelschman, James Smith, on een Duitsoher, Henri Cooper, in den hoeden winkel van den heer Henning, in de Groote Houtstraat, waar de eerste een pet kocht, vervoegd. By deze gelegenheid verzocht Cooper om een bankbiljet van f 25 voor zilvergeld te wisselen, waaraan werd volJaan. Daarop bti len te circa 4uur naar den winkel van beer Bak, eveneens in do Groote Ho it-traat, waar Cooper verzocht het bank- bi jet te wi sel n, met verzoék er twee gouden tin'!. y te 'o^n. uien c-it 1 >atste niét ij.', vertrok het tweetal. Nadat-oen vyf min ut n w.Teh v rlcopen, traden beiden weder den winkel van den heer Bak binn-.Ü. Nu zou Cooper een jas koop^n. De bediende liet verschillende jassen aan de deur zien en daarover werd gepraat. Inmiddels maakte Smith van de gelegenheid ge ruik om in den winkel een lade t openen. De bcdi-nde van den an er n wink 1 van oen heer Bak, aan den oi rkant, ai-> uit liau gezi n, waarschuwde zijn patroon Dezo betrapte daarop Smith op heet^rda u. P r rijtuig werden do beide mannen naar het bureel van politie in de Smedestraat gevoerd. Daar gaf Smith op 24 jaar ou 1 en van beroep hofmeester te zijn en Coop r artist en 25 jaar ou Eerst beweer Jen z(J, dat zij elkander niet kenden; maar later bekenden zij, dat zy in de tram met elka-.r haddon k-nnis gemaakt. Smith was in bet bezit- van een spoorkaartje van Amsterdam naap Haarlem. Denzelfden avond nog werden beidèff naar Amsterdam vervo rd, om te zien of zij daar by de politie bekend stonden, bet geen bleek niet h t gov 1 te zyn Vernpood wor t, dat, door middel van geld te wisselen, het tweetal hooft getracht zyn slag te slaan. Henri Cooper is reeds over de grenzen ge bracht, terwjjl dit ook met Smith zal woraon gedaan. Beiden waren als heeren gekleed. Het „Ren wezen". „Ons "Wieler blad" deelt mede, dat de commissie uit den A. N. W.-B. ter voorbereiding tot het met 1 Maart a.s. oprichten van een nieuwen Bond tot behartiging van het ren wezen, naar aanleiding van een ingekomen schryven van den heer Enons en amere Bondsleden, besloten heeft aan het comité, dat zich onder leiding van een heer Emons gevormd heeft, kennis te geven, dat de Bondscommissie bereid is met dat comité in n-dere godachtenwiss^ling te treden omtrent een oventueele samenwerking, inoien bet mocht blyken, dat het in het voor nemen ligt den nieuwen Bond uitsluitend de behartiging der belangen van het renwezen tot taak te stellen. De Haarlem8che rechtbank beeft veroordeeld: J. Wassenaar, koopman te Oude- Wetering, wegens eenvoudige belediging, tot 10 dagen gevangenisstraf, en J. Yan aen Anker, timmerman te Vogelenzang, wegens 2 diefstallen, tot 3 maanden gevangenisstraf. Het uurwerk van den O. L. Vrouwe toren te Gouda, vanouds als de „malle klok" bekend, had gisteren in den vroegen morgen weer een van zyn kuren. Elk uur werd coor een kltlne dertigtal slagen aangekondigd. (O. Dbl) Ondor Zieriksee is opgevischt het ïyk van een onbekend manspersoon, tussihen de 40 en 50 jaar, lang 1.70, vermoedtiyk een varensg zei. Een zaak van ergerlijke wreedheid tegenover di-ren w*rd gisteren voor Ce arron- dissements-rechtbank te Utrecht behandeld. Gerrit Visser Jacobzoon, visebkooper teHuizan, gowcoulyk genoemd Job de vischboer, komt dagtiyks met zyn hondenkar te Utrecht om visch te v.-rkoopen en keert in den regel be schonken we t huiswaarts. Dit was o.-k het geval op den 31sten October 1.1., toen hjj op zyn met twee honden bespannen kar cp den Soest ykscben straatweg een troep runderen tegenkwam. De bonden, hierdoor beangstigd, weigerden voort te ga<m en Job sprong woe dend van de kir en vrorg den geleiders van het vee om hun stok, cie hem geweigerd werd. Toen stak by een zyner bon ;en zyn mes in de tor6t en liet dit er zelfs eenige oogon- blikkeu in zitten. Eindeiyk trok hy het er woer uit, sprong op de kar en joeg h t zwaar gewonde ci-r voort. „En het liep, meneer" z.i hy tot den voorzitter, „ik heb htt nog nooit zoo zi.n loopen." Etn kwartier later kwam hem de veld wachter van Duist tegen, die, de beide geheel met bloed bevlekte ciaren ziende, hem liet uitspannen, en toen onder het zec-1 de diepe wond ontdekte. Die wond werd afgewasschen, het beest weer ingespannen, en „toen ging htt weer best, meneer". De wreedaard kon tot zyn verontschuldiging niets anjers aanvoe ren dan dat hy in drift gehandeld had. Mr. E. A. Smidt, de officier van justitie, eis hte drie maanden gevangenisstraf tegen Job den vischboer, omtrent wiens signalomeut reeds een aantal aanvragen zyn ingekomen by den veldwachter van Duist, van personen by wie de wreedaard zich voortaan zeker ver geefs met zyn visch zal aanmelden. (N. R. C) Te Oldenburg hielden na afloop van een schermcursus, voor bet daar in garni zoen liggend regiment honveds, twee vrienden, de eerste luitenant Murvay en de tweede luitenant Szat-ky, nog een partytje op den degen, tot oefening. Murvay stak by ongeluk zyn vriend in het oog, ten gevolge waarvan deze overleed. Te Meppel, waar het in vorige jaren op den eersten Donderdag in Januari, e°n uitgaansdag van boerenknechts uit de omstreken, cikwyis woest toegiug, was die toestand ia den laatsten tyd veel beter. Don derdag jl. kwamen echter weer vechtpartyen voor, waarby, naar gewoonte, scherpe messen oienst deden. Een boerenknecht, sommigen zeggen eon getrouwd man, uit IJhorst (Stap- borsti, werd zoo vreeseiyk gesneden, dat zyn leven in gevaar is. Hy is in bot stedelyk ziekenhuis opgenomen. De dader, mede een lo.renknecht, is bekend. Een wondermensch. Te Rozen- daal leeft, volgens het „Hbli.", sedert drie jaren een jonkman, die in. al dien tyd geen nat of droog door de keel heeft gekregen. Het is oe 18j.irige Henri Van Reuzel. In 1895, als metselaarsjongen in een in aan bouw zynd buis werkziam, dronk by by vergissing uit een kruik met kar'ool. De keel verbrandde en de slokdarm groeide dicht. Daar do jongen van honger had moeten sterven, werd door den dokter ter hoogto d r maagstreek een opening van een vinger dikte in het lichaam gesneden, waardoor voedsel in de maag werd gespoten. Als de andere huisgenooten nu het miidagma-1 ge bruiken, bedient deze wonderbare huisgenoot zichzelf nret een spuit, waardoor "hy vloei baar voedsel in de maag brengt. Alles bekomt hem goed en Henri is even gezond ala de anderen. Er worden pogingen aangewend om een nieuwen Alpenspoorweg aan te leggen, die den weg van Duitscbland naar Italió ver korten moet en dus in concurrentie zal treden met den GotharJspoorweg. Hetisnamulyk bet plan, dat de z. g. Bintschgauspoorweg, vanLan- deck naar Meran, door de Oostenrjjkache Regeering zal worden gelegd. Deze spoorweg zal ook ten goede komen aan het verkeer van Hamburg, Bremen, Hannover, Frankfort en Nederland naar Italië. De langste tunnel van dezen spoorweg, tusschen Trafoi en het Zabradal by Bormio, zal slechts 7500 M. lang zyn; die van den Gothardspoorweg is 14,500 M. Mon heeft bjj den Duitschen Rykskanse- lier aangeklopt om subsi fie voor ait werk, daar Duitschland indertyd ook 30 millio-n franken heeft geschonken voor den Gothard spoorweg. De 17-jarige Johanna R., dienst bode by den landbouwer v. d. Eist, te Wouw, gisteren bezig met op den hooizolder eenig werk te verrichten, stapte mis en viel naar beneden. Zy was oogenblikkelyk een lyk. Doordat de kinderen van A. V-n de M te Valkenswaard, zonder opzicht waren gelaten, had één huDQtr, een jongetje van 3 jaar, het ongeluk met vuur in aanraking ti komen en te verbranden. Uit een schryven in do „Köln. Ztg." blykt, dat de regeÜDg omtrent het neu traal grensplaatsje Moresnet tusschen Belgió en Pruisen voor onbepaalatn tyd is verdaag J. Toen in 1815, na het Weencr congres, de grens tusschen Pruisen en het nieuwe Konink- ryk der Nederlanden moest worden vastgesteld, kon men het over Moresnet niet eens worden, omdat geen van belde regeeringen de bekende zinkmyn „Vieille Montagne" wilde prysgeven. Het geoied werd toen voorloopig neutraal verklaard en gemeenschappelyk bestuurd. Na 1830 gingen de rechten van Nederland op België over, en zoo bleef het tot cusver. De bevolking bestaat uit 3300 „zielen", waarvan 1400 Pruisen, 900 BelgeD, 500 Hollanders en 430 „neutralen", d. w. z. van wier voorvaders reed6 eenige geslachten in het land hebben gewoond. De meeste inwoners spreken Duitscb; er zyn geen 100 Walen by, en die van Prui sische afkomst dienen in het Duitsche leger. Men is er daarom niet erg mee ingenomen, dat het l.ndje aan België zal worden overgedragen, in ruil voor het Hertogenwoud. Vergiftige overjassen. Na den laatsten sneeuwstorm te Birmingham nam men voor de opruiming der straten arbeiders in aienst, wi n men overjassen verstrekte. Het afdruipende vocht van deze jassen voornamelyk van de mouwen en den bene denrand was oorzaak, dat de huid van de handen en de knieën van het werkvolk werd aangetast. Ongeveer zestig man riepen genees kundige bulp in en een groot aantal daarvan werd iu de hospitalen opgenomen. Ter plaatse, waar de huia is aangetast, vertoonen zich ont stoken plekken, die zeer pynlyk zyn, en in sommige gevallen gaat dit gepaard mtt hevige klierontsteking. Dr. Alfred Hill, die de patiënten behandelde, schryft de ziekte toe aan de aanwezigheid van ebloorzink, waarmede de jassen by ver vaar iging behandeld zyn geworden. Al de kleeaingstukken bleken belangryke hoeveel heden van die stof te bevatten. Wegens de groote oplosoaarbeid van het chloorzink kwam het door het vocht in directe aanraking met de huid. De verdamping, ten gevolge van de warmte der huid, was oorzaak, dat de oplos sing een geconcentreerder vorm aannam en de bytende uitwerking teweegbracht, welke dit zout eigen is. Al de 300 kledingstukken werden opgevorderd en er is besloten, deze aan de fabrikanten terug te z nden. (AT. t. dV.) Een groot t e r r e i n i n P a 1 e 6 t i n a is door de Porte aan een Duitsch kapitalisten consortium, grootenüeels bestemd tot gronding van een landbouw-kolonie onder den naam van „Wilhelm II," verpacht geworden. In Napels wordt het voor vreemde lingen steeds gevaarlijker. AanrandiDgoQ op den openbaren weg zyn aan de orde van den dag. Zoo werd een 30sten Dec. in de druk bezochte vreemdelicgenwyk, volgens de „Frankf. Ztg een Hollander, een z-.kcra beer Frans Boer, aangevallen door roovirs. Deze heer, een 32 jarig man, verweerde zich, met dit gevolg, dat de drie aanvallers hem zyn horloge en zyn beurs ontnimen en hem bovendien doodeiyk verwondden met hua messen. Financiüele Kroniek;. Het eerste financieel overzicht beginnende, kunnen vrij niet nalaten do hoop uit te drukken, dat dit jaar ons zeer veel stof zal geven gunstige verslagen te leveren van do financiëele werkzaam heden, welke waarschijnlijk in dit jaar gevoerd zullen worden, en van de gunstige resultaten, die men hoopt te verkrijgen. 1898 is voorbijgegaan zonder dat Europa geschokt is geworden. Wel heeft een enkel land zwaro verliezen geleden, doch dat daargelaten, kunnen wij niet anders dan met tevredenheid op het afgcloopen jaar terugzien. De quaestie met Creta is geregeld, Frankrijk verkeert op beter voet met Italiö, de Fasboda-zaak is vereffend, ja, men ziet zelfs een vriendschappelijke verhouding tus schen Frankrijk en Duitschland in het verschiet. Groote hnanciëelo rampen zijn niot voorgekomen. Doch zal 1899 ons ditzelfde geven? Laat ons het hoponHet wordt werkelijk hoog tijd, dat de Europecsche volken meer bedacht worden, om zich op oeconomisch gebied te versterken en de welvaart van de groote massa der bevolking als nummer één ter harte te nemen. Ook is het noodig, dat Europa zich aaneensluite, want met het verschijnen van Amerika, die groote, krachtige natie, op het politiek wereldtooneel, is er voor Europa een machtige mededinger opgestaan, voor wiens jeugdigen overmoed, dc toekomst zal het wel leeren, niets te groot is of te hoog staat. Arm Amerika, dat nu ook den weg der finan- cieolo ellende is opgegaan! Weg is uw indivi dueole vrijheid, weg, of althans in gevaar, uw fina iciéele onafhankelijkheid. Groot zijn de voor- dcolen, welke Amerika uit zijn verovering zullen toovloeion, doch grootcr zullen ook de opofferin gen nog moeten zijn, alvorens het zoo ver is. Ook zullen de Amerikanen nog met zeer veel moei lijkheden en opstanden te kampen hebben vóór zy hun nieuwe koloniën tot rust en tevredenheid zullen gebracht hebben. Doch &F moge bet nog veel menschenlevens en geldelijke offers kosten, ten slotte zullen de Cubanen en de inwoners van Portorico of do Philippijnen er toch aan moeten golooven, dat macht recht is, en dat Amerika dio macht bezit. De Troonrede van den Koning van Portugal heeft aaa het licht gebracht, dat de regeering van Portugal er prijs op stelt het erfdeel harer vaderen onaangetast to bewaren, iets, waaroan men, ingevolge de vele geruchten van afstand van sommige koloniën aan andero mogendheden, alreeds was gaan twyfolen. De Koning zeido echter terecht, dat het niet genoog was dit erfdeel to bewaren, doch dat mon ook verplicht was, het te ontwikkelen eu te beschaven. Dit is een geruststelling voor hen, die met gaarne gezien zouden hebben, dat bijv. do Dolagoa-baai in banden van Duitschland of Engeland zou gekomen zijn doch zoo deze woorden al mooi zijn, om te ont wikkelen en te beschaven moet men veel geld uitgeven of althans andoren iu de gelegenheid stellen dit te doen, en hiervoor is het in Portugal tot nog toe nogal duister gesteld. In Italië ziet het er op het oogenblik ook zeer onzeker uit. Ieder strydt daar om den voorrang bij het verdeeleD, doch do vraag zal zijn, of do oogon der Chineezen niet eenmaal zullen geopend worden, cn of zij, ziende geworden, zich nog langer do voogdij van de Europeesche mogendheden zullen laten welgevallen Gaat men do koersen der Europoescho 14) Buiten de kerk gekomen, bood haar man haar den arm en wenkte den koetsier van een der wacntende rytuigen. „Naar de.... straatl" beval hy. Beiden stapten in. Vol innige liefde keek de jonge man zyn vrouw aan, die bevend on weenend aan zyn zyde zat. „Cecilia," zeide by eindelyk. „God Zelf heeft U aan my verbonden." "-"©Tjonge vrouw knikte. „Tk zal u beschermen," zeide hy. „Ik zal myn best doen om u het leven aangenaam te -maken." Cecilia bleef zwygen. De jonge man nam nu haar hand in de zyne en zeide niets meer. Zoo rodon zy de straten van Napels door tot voor een huisje in de noordeiyke voorstad, met oen uithangbord boveD de deur, waarop atond „Paulo Bardo, mr. timmerman en metselaar." Daar hield het rytuig stil. Paulo hielp zyn jonge vrouw uitstappen en voerde haar door eeu lief aangelegd tuintje zyn vriendelyke ^wooing binnen. Het was een aardig tehuis, •<lat hy haar aanboodlieve vertrekken met ;ttooio notenhouten meubelen, een tuintje .niet fraaie bloemen en lommerryke boomen ©n bovenal een hart vol liefde. Cecilia werd het wonderiyk te moede. Zy keerde zich tot haar man en keek hem met haar betraande oogen aan, want zy gevoelde dankbaar heid. „Ik ik dank u," stamelde zy. „Ik zal myn best doen om myn plichten getrouw te ver vullen." „Cecilia, lieve vrouw 1" riep Paulo verheugd uit, „ik ken u al langl Roeds achttien maan den denk ik dagelyks aan u!" De jonge vrouw keek hem vragend aan. „Achttien maanden l" herhaalde Paulo. „Achttien maanden geleden zag ik u voor het eerst, toen ik bezig was den muur van het vonde lingshuis wat op te knappen. Ik had dat werk met vreugde aan genomen, om dat ik toen pas als baas be gonnen was en nog niet veel kapitaal in handen had. Ijverig was ik zag ik uovüt de binnenplaats gaan. met myn werk bezig; toen de vesperklok luidde, gunde ik myzelven een wei nig rust en by die gelegenheid zag ik u over de binnenplaats gaan. Gy zaagt mij niet, maar ik kon myn oogen niet van u afwenden. Ik volgde u, totdat ik u eindelyk in een gang zag verdwynen. Den volgenden dag kwam ik weder," ver volgde by, „en werkte als gewooniyk, maar myn gedachten waren, niet by den arbeid. Ik dacht alleen aan u en keek gedurig naar het huis. Een halven dag bleef ik in myn hoop, om u te zien, teleurgesteld; maar in den namiddag zag ik u weer met een der eerwaarde zusters in den tuin wandelen. Myn hart klopte hoorbaar. O, wat had ik willen geven, als ik u t03n een oogenblik had mogen spreken! Maar gy waart verpleegde en ik behoorde niet tot het huis. Maar sedert dien dag werd ik weder ver heugd, hoewel myn gedachten steeds in het gesticht vertoefden. Ik wist niets van u en kende niet eens uw naam, maar ik had u gezien en myn bait was in liefde ontvlamd, lederen Zondag was ik in de kerk om u te zien binnenkomen. Eindelyk trok ik de stoute schoenen aan en begaf my naar het bestuur van het buis, waaraan ik de gevoelens van myn hart open baarde. Ik moest een jaar wachten, dat weet gy, en ons werd gelegenheid gegeven om elkander nader te leeren kennen. Achttien maanden zyt ge Diet uit myn gedachten geweest. Ik heb hard gewerkt en het loon van myn arbeid gespaard, om u eemnaal een genoegiyk tehuis te kunnen aanbieden." Cecilia was in verwarring; eindelyk zeide zy „Heb geduld met my. Ik zal, door trouw myn plichten te vervullen, trachten te ver gelden, wat gy voor my gedaan hebt." Paulo drukte baar de hand, ontdeed haar van bruidskrans en sluier en geleidde toen zija jeugdige echtgenoote aan tafel, waar een vrouw, door hem voor dien dag gehuurd, het jonge paar bediende. Toen kwamen vrienden van Paulo het echtpaar gelukwenschen en hielden hen tot aan den avond gezelschap. Cecilia, die nooit met mannen in gezelschap was geweest, gevoelde zich schuw en angstig, waarom zy zich onwillekeurig dicht by haar echtgenoot schikte, en haar vertrouwen in hem, toen het gezelschap vertrok, heelwat gestegen was. Paulo deed zyn vrienden uitgeleide tot aan de straat en wandelde daarna met zyn vrouw langzaam den tuin door. „Ben je tevreden?" vroeg by zacht. Cecilia keek hem vrieodeiyk aan, maar zweeg. „Zou je hier gelukkig zyn?" vroeg hy dringend. „Ik geloof van ja", klonk het zacht. De toon, waarop zy dit zeide, duidde aan, datzy besef begon te krygen van het geluk, dat haar wachtte. „Kom, lieve Cecilia, vergeet nu voor altyd het vondelingsbuis en alles, wat daarop be trekking heeft". Cecilia aotwoordde: „Het is byna negentien jaar geleden, dat ik daar werd opgenomeD. Ik was vroeger een zwak, ziekeiyk, onaar dig kind en toch zyn de eerwaarde zusters altyd goed en vriendeiyk voor my geweest. Nimmer zal ik haar liefde on zorg kunnen vergetengeen moeder kan haar kind teeder- d^r liefhob'ion dan doze edele vrouweD de ongelukkige vondelingen, over wie zy dag en nacht waken, wier geluk ook haar hoogste geluk uitmaakt. N on, nimmer zal ik dat kun nen vergeten, voel minder vergelden. Cecilia zweeg eeniga oogenblikkeo. Toen vervolgde zy „By mij vonden ze drie brieven en een gou den riDg. Mea heoft die bewaard en ze my vandaag gogeven. Op den ring staat geen naam en wat er in twee van die brieven staat, kon geen van allen lezen." Zy haalde de brieven on den ring te voor- schyn en reikte ze haar man over. Medo- lydend beschouwde Paulo do voorwerpen als bewyzen van hardvochtigheid harer ouders. Zy toch hadden de vrouw, die hy zoo innig beminde, als kind verstooteD. De ring was een trouwring van massief goud en toonde datum noch jaartal. De brieven, waarvan or één in het Italiaansch en twee in het Duitsch waren geschreven, waren niet van dezelfde hand en geel van ouderdom. Daarby waren de vou wen grootendeels doorgesleten. Paulo lachte medelydeDd; die gedachtenis sen aan lang vervlogen tydeD, reeds door den 8luier dor vergetelheid bedekt, waren hem pymyk. fWordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 9