HET WAS TIJD.
MENCELWERK.
haar leven willen maken, door indeRiedyks-
haven te springen. Het mocht echter een
paar veerlieden, die van het ongeval getuigen
waren, gelukken haar aan wal te brengen.
Overgebracht naar het bureel van politie, is
zy van daar naar het ziekenhuis vervoerd, op
last van een geneesheer.
In Rühme, by Brunswyk, z U n
drie kinderen van den herbergier Rolf na het
gebruik van bed^rren werst getrtorvon; de
ouders en een vierde kind zyn levensgevaar-
ïyk ziek. De rersche worst was in een warme
kamer bewaard geworden.
Te Meiszen kregen vier werk
lieden een flesch met nitrobenzol in handen,
waarop oen etiket stond met het woord ver
gift en den doodskop. Daar dit echter was
heengeplakt over een etiket van ouden cognac,
dachten ze, dat het woord vergift er maar
voor de leus op stond en dronken de flesch
met hun vieren leeg. Na twee uur waren ze
allen dood.
Een interessant proces. Na de
iniyving van bet hertogdom Parma by het
koninkryk Sardinië schonk Victor Emanuel
aan de stad Parma de prachtige boekery,
welke daar door K.rel II van Bourbon, die in
1847 de weduwe van Napoleon I, Maria Louise,
als hertog van Parma was opgevolgi, was
bijeengezameld. In niet minder dan 600 kisten
werd toen de merkwaardige verzameling boe
ken, prenten en handschriften uit Lacca naar
het paleis in Parma vervoerd. Een jaar daarna
kwam de revolutie. Karei II deed afstand ten
behoeve van zyn zoon, die in 1854 werd ver
moord. De minderjarige hertog Robert kwam
op den troon onder het regentschap zyner
moeder, de eenigo zuster van den Franschen
pretendent, den hertog van Chambord. Hy
moest in 1S59 zyn hertogdom verlaten, dat
een jaar later by Sardinië werd ingeiyfd, en
leefde sedert in Oostonryk. Hy heeft van zyn
oom, den hertog van Chambord, een enorm
vermogen geërfd.
De thans vijftigjarige hertog Robert van
Bourbon, infant van Spanje, die uit twee huwe-
lykeu 18 kinderen heeft, waarvan de oudste
met prins Ferdinand van Bulgarye is gehuwd
en de jongste pas 5 maanden oud is, heeft
thans byna 40 jaren na zyn verjaging
de boekery, door Victor Emanuel aan Parma
geschonken, opgevorderd.
De Italiaansche regeering betwist ovenwei
zyn recht, op grond dat de Italiaansche Staat in
al de rechten is getreden van de afgezette
vorsten, en hun daarvoor een schadevergoeding
heeft uitbetaald.
De rechterlijke macht zal nu moeten beslissen
aan wie de kostbare boekery toekomt. (17. D.)
Dinsdag hobben te Parys niet
minuer dan vier jonge meisjes in verschillende
doelen der stad uit liefdeverdriet zich van
het leven pogen te terooven; slechts één is
geslaagd.
„Is mynheer thuis, meisje?"
Neen. „Mevrouw al terug?" Noen.
„Hoe ongelukkigMaar kijk eens hier. Mevrouw
wilde mynheer zoo graag eens verrassen en
had daarom deze doekspeld gekocht. Als ze
nog niet thuis was, zoudt gy het wel zoolang
weghouden en my betalen. Hier is de reke
ning: 29 fr. 95." En het meisje betaalde.
Maar toen mevrouw thuis kwam, wist zy
van niets en de speld bleek 20 centimes
waarJ te wezen. Niet minder dan 67
slachtoffers heeft te Parys op deze wyze een
tplichtster gemaakt, die de politie.... maar
&iet vinden kan.
Financieele Kroniek.
Evonals de vorige week speelde de Ameri-
kaansche Spoorwegmarkt op de Beurs weder de
eerste noot en niettegenstaande de meeste Bonrs-
verslagen over de vorige week van gevoelen
waren, dat men zich op een reactie moest voor
bereiden, is er tot dusverre van een reactie in
eigenlijken zin nog zeer weinig te bespeuren ge-
woest. Wel zijn enkele spoorwegwaarden, die in
de laatste dagen percenten waren gestegen, een
weinig lager, doch dit is nog geen reactie. Andere
daarentegen waren weder hooger en men kan ge
rust zeggen, dat het publiek nog zeer willig voor
Amerikaanscho fondsen gestemd is. Hier moge
nu overdrijving niet ver af zijn, het bljjft waar,
althans voor zoolang dit duurt, dat de iinanciëele
en economische toestand van de Vereenigde Staten
zeer goed is en het vooruitzicht voor een verdere
kalme ontwikkeling van den handel, nu blijkens
de laatste verkiezingen het element voor Sound
money den boventoon zal blijven houden, niet on
gunstig is. De Europeesche markt was zeer vast
en meest alle fondsen konden zich op hnn vorige
koersen handhaven.
Nederlandsche Staatsfondsen waren
vast en willig, zoowel Integralen als 3-pcts.-
obligatiën.
Oostenrijkers waren vast en hooger. Het
rapport over de begrooting maakt geen ongun-
stigen indruk. Financieel is Oostenrijk er dan
ook veel beter aan toe dan een tiontal jaren
terug. Er is dan ook heelwat gedaan om het
land eenigszins op te heffen tot het peil van
andere beschaafde landen, want het valt niet te
ontkennen: Oostenrijk was op velerlei gebied nog
zeer ten achteren. Jammer is het er niet onbe
denkelijk, dat dit volk, samengesteld trit zoovele
verschillende rassen, zoo verdeeld is. Wanneer
Keizer Frans Jozef eens niet meer is, zullen
ern6tigo verwikkelingen niet tot de onmogelijk
heden behooren. Al komt bet nu nog niet tot
openlijke oneonigheid of scheuring, in elk geval
maken de verschillende nationaliteiten, door hun
ouderlingen haat gedreven, hot der regeering, zoo
wel in Trans- als Clsleithanië onmogelijk, met de
volksvertegenwoordigers to regeeren.
Voor Spaansche Buitenlandsche Schuld
valt een aanmerkelijk hoogere koers te vermelden.
Parys was kooper voor grooto posten; waar
schijnlijk staat deze meerdere vraag in verband
met de betaalbaarstelling der Januari-coupon der
Spaansche en Cubaansche Schuld en het feit, dat
de regeering zich daarvoor het noodige krediet
heeft kunnen verschaffen. Men sprak van een
voorschot, groot 15 millioen pesetas, ad 5 pet. Wie
dit voorschot den regeering verschaft hoeft, werd
niet vermeld, terwijl ook niets omtrent het onder
pand voor deze 15 millioen werd gezegd; waar
schijnlijk dus een verder voorschot van de Bank van
Spanje. Ook deed het gerucht do ronde, dat de
Banque de Paris aan SpaDje een bedrag van 400
millioen pesetas zou leenen en de douane-ont-
vaDgsten als onderpand zou krijgen, en dat do
rente der Buitenlandsche Schuld in goud
tot 3 pet. zou verminderd worden. Dat Spanje
wel zal mogen beginnen met eerst aan een reor
ganisatie zijner financiën te denken, alvorens te
sprekea over kêt alm tem cane* nieuwe buiten
landsche leening, zal wol geen betoog behoeven.
Doch evenmin valt het te betwijfelen, dat oen
nieuwe leening dringend noodzakelyk is. Volgens
latere berichten uit Madrid blijkt echter het
ministerie te willen aftreden on schijnt men in
regeeringskriDgen noch aan het een noch aan het
ander van bovenstaande te denken.
Wat van Spanjo gezegd is, zon zonder vèel
variatie ook van Portugal gezegd kunnen
worden. Ook hier is de grondtoon der markt voor
de 3 pet. zoowel als voor de 4'/2 pet. willig ge
bleven, alhoewel de koersen toch niet veel hooger
waren dan de vorige week. De conversie-geruchten,
welke telkens en telkens weder opduiken, worden
een paar dagen later bijna zeker weder tegenge
sproken. Reeds wist men te verhalen, dat voor
de Buitenlandsche Schuld in Januari afgevaardigden
van verschillende Comités by elkander zouden
komen, en dat als conditio sine qna non, voor een
nieuwe leening, door de betreffende financiersgroep,
de verpanding vaD de gezamenlijke donaue-ont-
vangsten en vertegenwoordiging in het bestuur
van de Bank van Portugal gesteld werd. Hoewel
er niet officiëel gemeld wordt, dat deze geruchten
geheel onwaar zijn,, wordt or toch op gewezen,
dat men doze berichten niet al te ernstig moet op
nemen, daar de officiëele organen een zeer dis
creet stilzwijgen bewaren.
Russische Staatsfondsen waren prijs
houdend, doch zeer stil. Niettegenstaande er
eonigen tyd geleden officieel gemeld werd, dat
Rusland geen nieuwe leeningsplannon in de naaste
toekomst voorhad, zoo kwamen toch nu uit Parijs,
dan uit Londen berichten, dat Rusland, hoewel
zonder succes, trachtte daar een nieuwe leening
to plaatsen. Ditmaal komt een dergelijk bericht
uit Nieuw-York en wel, dat Russische iinanciëele
agenten trachtten een leening van 100 millioen
roebel, of zooals anderen zeggen, 300 millioen
dollar tegen 3 of 3'/- pet. aan de markt te bren
gen. Een ander bericht echter, afkomstig uit
St.-Petersburg, zegt, dat een Amerikaansche
financiersgroep, door bemiddeling van den heer
Herbert Pierce, in St.-Petersburg geld voor een
Russische Staateleening aanbiedt. Het maakt,
.dunkt ons, voor de Russische regeering weldege
lijk een verschil of zij moet trachten iets te
verkrijgen, of dat men haar iets gewenschts aan
biedt. Maar zoo het voor do marktplaatsen der
Russische fondsen tamelijk om het even is hoe
dit geschiedt, het resnltaat, een ruimere markt
voor Russische fondsen, kan hun niet onverschil
lig zijn.
Turken waren ongeveer betzelfde; de ver
wachte rijzing in Turksche fondsen of Turksche
loten bleef eenvoudig uit.
De Mexicanen, zoowel Binnen- als
Buitenlandsche, bleven zeer willig en waren
allo aanmerkelijk hooger, de 6-pcts. bereikten
100 pet.
Brazilianen moesten een weinig van hun
avans prijsgeven. De funding loan, die zich het
meest verbeterd bad, wordt naar hot schijnt
tamelyk veel voor Engelscbe rekening gekocht
en men schijnt dit fonds, waarvan ongeveer 51/; pet.
rente gemaakt wordt, alleszins geschikt voor
belegging te beschouwen.
Van do industriëelo en koloniale
waar don kunnen de Tabaks-aandeelen aan
spraak maken bot meest die aandacht getrokken
4e hebben. Er heerschto in deze afdeeling veel
animo en de meeste soorten konden zich ver
beteren. Petroleum waarden waren niet
alle onverdeeld willig. Voor enkele bestond
gereede vraag en konden betere prijzen gemaakt
worden.
Do aandeelen N e d.-A m. Stoom v.-M ij. be
reikten den parikoers, waarschijnlijk in verband
met het gerucht, dat op deze aandeelen 3 pet.
zal worden uitgekeerd. Er is echter ook al eens
sprake geweest van een nieuwe leening. Zonde
hiermede ook de uitkeering van dividend in ver
band staan?
Men zegt, dat het dividend van do Oostenrijksch-
Hongaarscbe Bank over 1898 44 of 45 florijn zal
bedragen tegen 38.60 fl. over 1897, oen niet onaan
zienlijke vermeerdering, als dit bericht bevestigd
wórdt.
Wat de Amerikaansche Spoorweg-
markt betreft, men kan deze bijna onverdeeld
willig noemen. Aan het hoofd der haussebeweging
stonden de Centralsbares. Hoewel nog niets hoe
genaamd omtrent hot reorganisatieplan bekend
was, werden de aandeelen bij grooter partyen ge
kocht en men verkeerde blijkbaar in de meaning,
dat van bijstorten geen sprake en garantie van
dividend op deze aandeelen hoogstwaarschijnlijk
zon zijn. Zeker schijnt het, dat groote partijen
voor rekening van Hnntington en Spoyer Co-
weiden opgekocht; vandaar, dat de hau89ebeweging
zich ongestoord kon voortzetten. Thans echter
loopt weder een gerucht, dat in het plan, het
welk in Januari bekend gemaakt zal worden, wel
degelijk sprake is van bijstorting op de aandeelen.
Central-shares waren dan ook in reactie. Waar
schijnlijk is het wel, dat, wanneer de Huntington-
groep aandeelen genoeg beoft, om haar plannen
door te zetten, do aankoopen gestaakt zullen
worden.
De Gulf-waarden vorkeerden in een zeer flauwe
stemming en er kwamen groote posten ter markt,
welke den koers gevoelig deden terugloopen. Moge
nu al de financiöolo positie der Maatschappij Diet
zoo gunstig zijn, en het dringend noodig wezen,
dat voorzien wordt in de behoefte voor voldoend
rollend materiaal en de middelen, om deze te
betalen, toch kan men gerust aannemen, dat de
weg en werken wel steeds het bedrag der eerste
hypotheek waard zullen zyn.
Een groote verbetering valt voor Union-shores
waar te nemen. De Iinanciëele positie dezer Maat
schappij is zeer gunstig en wat de netto's betreft,
wordt thans byna 3 pet. voor de gewone aandeelen
verdiend. Het is nu wel niet zeker, dat dit zoo
zal blijven, doch de huidige ontvangsten wettigen
deze koersverhoffing toch zeker meer dan die van
vele der verschillende Spoorweg-aandeelen, welke
in der eeuwigheid op geen dividend behoeven te
rekenen. Op de preferente Atchisons
wordt 1 pet. dividend betaald, hetgeen wel een
teleurstelling mocht heeten, daar men vast op
ll/: pet. gerekend had. O r e g o n-S h o r tl i n o
B B o n d 8 kwamen thans weder veel beter af.
Er blijft voor deze bonds nog steeds een moge
lijkheid, dat do Union-Pacilic-Spoorweg daarop
do 4 pet. zal garandeeren. Alsdan zullen zij zeker
nog aanmerkelijk in koers vooruitgaan.
R\jnlandsclie Bank.
RECLAMES,
a 25 Cents per regel.'
Wy lez:n in het „Algora. Handelsblad":
Talryk zyn de personen, dia, op het punt
slaande een reis te doen, zich op het laatste
oogenblik vertragen door het in gereedheid-
brengen der benoodigdheden voor de reis en
juist op tyd aan het station komen om in
den trein te springen.
Eenmaal de trein vertrokken zynde, slaakt
de reiziger een zucht van verlichting en met
welk een zelfvoldoening roept by uit: „Het
was tyd!"
Dezen uitroep heeft mej. I. Holtenbroek, te
Linde, by Ryssen, ook gedaan als een uitroep
van verlossing, Zy was sedert meer dan 2
jaren lydende aan hevig3 hoofJpynen, bloed
armoede en bleek
heid. Zy had ver
scheidene behande
lingen zonder eenig
succes gevolgd, zelfs
niet de minste ver
lichting.
Op toevallige wyze
werd zy in kennis
gesteld mot de won
dervolle genezingen, verkregen met de Pink-
Pillen van Dr. Williams, en begon zy terstond
de behandeling. Na gebruik van de eerste
doos gevoelde zy een belangryke verbetering
en na het gebruik van 8 doozen was zy
hersteld en bad een goeden eetlust. Ook zy
riep uit: „Het was tyd", want zy was wan
hopig geworden. Thans zal ik de Pink-Pillen
van Dr. Williams een ieder aanraden, die aan
dergelyke ziekte lydende is, zoo scbryft zy ons.
Prys f 1.75 de doos, f 9 per 6 doozen. Ver
krijgbaar by Snabilié, Steiger 27, Rotterdam,
eenig depothouder voor Nederland, en ia de
Apotheken.
Franco toezending tegen postwissel.
Daar het doel dezer geneeswijze is de her
nieuwing van h6t bloed en de versterking der
spieren, strekt haar werking zich tot vele
ziekten uit: bloedarmoede, rheumatiek, beup-
jicht, zenuwpijn, verlamming, ruggemergs-
ziekte, St.-Vitusdans, hoofdpyn, zenuwachtig
heid, klieren, enz. De Pink-Pillen hergeven
de schoone kleuren aan de bleeke gezichten,
handelen in alle gevallen van verzwakking
en hebben eén werkdadige werking op allo
ziekten, veroorzaakt door lichameiyke en
geesteiyke overspanning en door buiten
sporigheden.
Gelyjk alle goede produclm worden ook de
Pink-Pillen reeds nagemaakt; een ieder geve
dus wel achtdat er in 't Fransch op het
omhulsel slaat: Pilules Pink pour Personnes
Pales du Dr. Williams't Omhulsel en het
etiket zijn van rooskléurig papier met blauwe
letters. Men hoede zich voor namaaksels, welke
dikwijls gevaarlijk zijn voor de gezondheid.
Wij kunnen de werkdadigheid der Pink-Pillen
niet xoaar-
borgen, in
dien zij n iet
de echte
zijn, d.w. z.
gelijk aan
bovenstaand model.
10203
Blijde Kerstklankeii.
In het jaar 1794 kwamen de Franschen,
dronken van het bloed van vorsten en gees-
telyken, overmoedig door den roes der Revolutie,
ook in den Palts en in de nabijheid van Weyher.
Zy, die in hun vaderland reeds tot alle laag
heden in staat waren, toonden in het buiten
land eerst recht hun verachting van geloof,
godsdienst en deugd. Voor een kerk hadden
zy niet meer ontzag dan voor een stal. Elk
gewood huis werd door hen hooger geschat
dan het huis Gods.
Zooals bekend is, zyn de klokken van een
kerk vooral een geloovige zeer dierbaar. En
wat deed nu do bevelhebber der Fransche
troepen? Hy gelastte, dat uit alle kerktorens
de klokken moesten weggenomen, versmolten
en tot kanonnen gegoten worden. Overal, waar
de revolutiehelden kwamen, word dit bevel
opgevolgd. Onder vloeken en schelden ver
schaften zy zich toegang tot de kerktorens;
zy maakten de klokken los en wierpen deze
van haar verheven hoogte naar beneden in
het slyk, sloegen ze aan stukken en brachten
dan dio stukken naar de metaalgietery. Stil
en treurig stonden de torens nu zwijgend in
den geheelen omtrek. Op een afstand van
verscheiden mylen zong geen enkele klok
haar stichtend lied.
Ja tocb, in Weyher luiddon ze nog. Daar
waren de schenners van Gods heiligdom nog
niet geweest. Maarhet gevaar naderde.
Plotseling begaven de Franschen zich op weg
en te Weyher wist nu elkeen, dat de revolutie
helden er den volgenden dag zouden aankomen.
„Als wy de klokken maar mochten be
houden," zei het volk; „al het andere zouden
wy ons nog laten rooven; alleen niet de stem,
die ons ter kerke roept."
En men beraadslaagde of de klokken soms
tegen de woede der Franschen beveiligd kon
den worden.
Toen toonde do burgervader, dat by inder
daad een vader zyner gemeente was.
Des avonds bezocht hy eenige hem goed
bekende inwoners. Hy ontbood acht jonge
lingen by zich aan huis, sterke, flinke men-
schen, trouw, braaf en godsdienstig, de beste
uit de gemeente. Zy kwamen in zyn studeer
kamer byeen, waar hy hua aldus toesprak:
„Ik heb u laton komen, opdat gy my hel
pen zoudt om iets voor onze Kerk en voor
de geheele gemeente te doeD, waarvoor echter
moedige, dappere mannen noodig zyn. Het is
mogelyk, dat hetgeen wy ondernemen, ons
allen de vryheid en misschien zelfs het leven
kost. Daarom zeg ik u vooruit: Wie bevreesd
is, kan nog terugtreden."
De jongelingen keken elkander eenigen tyd
zwygend aan. Toen zeide een hunner: „Wy
mogen toch zeker eerst wel vragen, waar
voor u ons noodig hebt?"
De burgemeester antwoordde: „Gy kent my
genoeg om te weten, dat ik een eeriyk man
ben. Ik geef u op myn eerewoord de ver
zekering, dat het iets goeds is, waarvoor ik
u heb uitgenoodigd. Waf, dat zal ik eerst
zeggen, nadat gy allen plechtig gezworen
hebt liever te sterven dan iets te verraden."
Toen spraken de acht jongelingen: „Wy
zweren het." De burgemeester zei echter;
„Niet alzoo, niet hier; volgt myl"
En in een nachtelyk duister het was al
byna tien uren ging het negental naar de
kerk. De burgervader ontsloot de tempeldeur
en allen traden bionen. Eerbiedig knielden zy
neder en als in tegenwoordigheid van den
Koning der KoDiDgon vernamen de jongelingen
het plan van den burgemeester: om nog in
dezen nacht, vóór der Franschen komst, de
klokken uit den toren te halen, ze dan weg
te brengen en te verbergen, om ze later, na
den aftocht der vyanden, weer terug te halen.
En ieder moet zich liever laten doodschieten
dan het geheim te verradeD, waar de klokken
verborgen waren. De oogen der jongelieden
glinsterden van heilige geestdrift. Plechtig
hieven allen de hand op voor den eed: „Zoo
waar als God hen helpen moge in leven en
dood, zoo zeker zou geen hunner verraden
waarheen de kerkklokken gebracht zouden wor
den, noch wie daarby behulpzaam was geweest."
Den geesteiyke had men niets van het plan
medegedeeld, opdat hy niet ia verlegenheid
zou komen en met een gerust geweten voor
den vyand zou kunnen verklaren, dat hy niets
van de goheele zaak afwist.
Na Hem, Wien alle macht is in Hemel en
op aarde, gesmeekt te hebben, dat Hy hun
werk mocht zegenen, gingen zy uiteen.
Te middernacht, toen het gansche dorp in
diepe rust lag, kwamen zy weer by elkander
met kettingen, touweD,bef boomen en katrollen.
Beneden aan den kerktoren stond een groote
slede, die, gewoonlyk voor zware houtvrachten
bestemd, na met dwarsbalken belegd was,
waarop de klokken konden staan. De nacht
was koud, de sneeuw hard bevroren, de weg
goed. Vier sterke paarden waren voor de
slede gespannen.
Nu ving een geheimzinnig werken in den
klokketoren aan: zoo behoedzaam mogelyk
maakte men de klokken éón voor óón los en
bracht ze op de slede. De teugels der paarden
werden aangetrokken en de slede gleed,
onhoorbaar, door het dorp naar het bosch.
Aan den ingang van het woud stonden vier
versche paarden gereed en nu ging het langen
tyd door het boscb, totdat men eindelyk aan
een open plek kwam. Hier was een groote
kuil gegraven on daarin werden de klokkèn
naast elkander neergelaten. De kuil werd
dichtgemaakt, de rondom liggende sneeuw
er op geworpen en een hevige sneeuwstorm
wi8chte bovendien de laatste sporen der slede
uit en bedekte volkomen der klokken graf.
Den volgenden dag kwamen de Franschen.
Hun woede was onbeschrijfiyk, toen zij den
klokketoren leeg vonden. Zy doorsnuffelden
de kerk en alle huizen, sloegen geen kelder
over, edoch, alles tevergeefs!
Toen werd de burgemeester in verhoor
genomen. „Waar zyn de klokken?" snauwde-
de Fransche officier hem toe.
Hy beweerde het niet te kunnen zeggen
en hy loog niet, want met opzet was hy niet
tegenwoordig geweest by het begraven der
klokken.
De officier, die aan zyn onschuld twyfelde,
liet hem gevangennemen en overbrengen naar
Landau, waar de bevelhebber zich bevond,
en waar zynedelachtbare weer vruchteloos
verhoord werd. Men verminderde het rantsoen
van den gevangene, om hem door honger te
dwingen; men mishandelde hem onbedreigde
hem met den dood, maar geen woord van het
geheim kwam over zyn lippen.
En ook de acht jongelingen stonden de
proef even glansryk door. Geen hunner ver
ried ook maar met een enkel woord, dat hy
iets van de bergplaats der klokken afwist.
Spoedig konden zy evenals do overige burgers
weer aan hun gewone work gaan. De voor-
jaarsBtormen begonnen al door het land te
jagen en de gemeente had reeds menig ge
bod voor den burgervader opgezonden, toen
hy, dien men byna zeker doodgeschoten
waande, plotseling weer in Weyher verscheen.
Men had hem vrygelaten, toen men zag, dat
men toch niets van hem hooren zoude.
Maar des te scherper bespiedden de Fran
schen alles en iedereen in den omtrek van
Weyher; echter tevergeefsde klokken bleven
verborgen, ze zouden geen kanonnen worden.
Men kon wel niet weten hoe lang zy nog in
haar graf moesten rusten, maar de samen
zweerders hadden afgesproken om de klok
ken liever honderd jaar in den groud te laten
roesteD, dan ze in de handen der godlooche
naars en beulen over te leveren.
En daarom gingen op een rogenachtigen,
8tormachtigen lentemorgen twee houthakkers
twee van de acht jongeliDgen naar het
graf der klokken in het bosch, plaatsten daar
op de open plek wynranken, de eene naast de
andere, tot een teeken voor latere tyden. On
opgemerkt kwamen zy weer thuis. En onop-
3.
gemerkt daalden de wortels der wynranken f?
de aarde neder en voerden zy de sappen naaj
boven, en onopgemerkt door de menschen
schoten in den zomer op die eenzame plaat*
midden tusscben het geboomte en de bosch
kruiden de wynranken omhoog en slingerde»
zich om de naastbyzynde boomen en doorn,'
struiken.
Toen de herfst driemaal voorby was gegaan;
hingen er rype en onrype druiven aan de
doornen, maar de klokken lagen nog altyd
stil en zwygend in de diepte begraven.
Tien jaren gingen voorby. Do zwarte lok
ken van den burgemeester begonnen te ver-
bleeken; de jongelingen waren manneD ge
worden en byna ieder van hen had uit de
kerk een brave echtvriendin mee naar huis
genomen, helaas zonder dat een feesteiyk
klokgelui hen naar do plechtigheid had opge
roepen.
De Advent was naby en zooals de Israëlie
ten in het Oude Verbond zuchtten de man
nen en vrouwen van Weyher naar een ver
losser voor hun klokken.
De verlossing kwam. De overheerscbing
der Revolutie nam een einde en de Palts kon
weer vry ademhalen.
Met onbeschryflyke vreugde werd deze
tyding in Weyher vernomen. De burgemeester
riep zyn acht getrouwen byeen en men besloot
de klokken te halen. Vier dagen vóór Kerst
mis togen zy uit naar het bosch. De dorre
takken der wyngaardranken verrieden de plaats.
Men groef aldaar en na eenigo urGn waren
de klokken onverteerd hoewel roestig en vuil,
te voorschyn gebracht.
In het geheim bracht men ze 's avonds op
een slede naar Weyher. In het huis des
burgemeesters werden zy geschuurd en opge
poetst, totdat zy blonken als zilver, en op
den vooravond - -van Kerstmis werden zy in
den toren gebracht.
De heilige Kerstnacht was aangebroken;
het was middernacht, het uur, waarop de
Verlosser der wereld geboren werd. Zooals ge
woonlyk waren velen op de been om ter kerke
te gaaD. In tal van huizen brandde licht; de
menschen liepen stil langs de donkere straten;
de kerkramen wareQ heldere lichtbakens in
den schoonen winternacht.
Eensklaps klinkt daar een machtige toon
van boveD, als uit den hemel, over het dorp:
de groote klok begon te luiden en jubelend
stemden al de andere klokken vol helderen
klank met het schoone jubellied in.
Welk een Kerstvreugde!
Zooals men de stem van een vader of
moeder of dierbaren vriend met biydschap
weer hoort na een jarenlange scheiding, zoo
verheugd waren ook de inwoners van Weyher
over het geluid hunner verrezen klokken. Zy
bleven op straat staan en de mannen ont
blootten ondanks de koude hun hoofden. De
ramen werden geopend en van mond tot
mond ging één vreugdekreet: „De klokken,
de klokken 1" Ea de geheele parochie, van
klein tot groot en van jong tot oud, schreide
van heilige vreugde en aandoening, toen de
bejaarde geestelijke God dankte voor deze
groote gunst.
En den volgenden dag vernam de geheele
omtrek het luiden der klokken van Weyher
als een stichtende predikatie, die uren ver den
mensch toeriep:-
0Eere zij God in den hooge, vrede op aarde,
in menschen een welbehagen
KOLONIËN.
BATAVIA, 16—22 Nov.
Het „Bat. Nieuwsbl." scbryft:
Uit Atjeh vernemen wy, dat dr. Snouclg
Hurgronje, thans nog daar aanwezig als
adviseur der Regeering, voorgesteld heeft do
onder den naam van „hasil raja" geheven
uitvoer-belasting op de peper, in de kust-,
staatjes, waar dit tot dusver nog nieft ge
schiedde, door ambtenaren in ontvangst te
doen nemen, en niet meer door de hoofden
der zelfbesturende rijkjes.
Het blad scbryft: „Dit is een maatregel
van voorzorg. Wordt er eventueel verzet ge
pleegd door die rykjes, dan blQft het geld,
ter bestraffing, in 'elands kas. Doch ia het
tegenovergestelde geval kunnen de hoofden
hun geld terugkrygen.
„Het is, zooals men ziet, het tot dusver
proefhoudend gebleken systeem-Van Heutsz.
„Zitten op de geldkist" en dan is de vyand
zelfs de Atjehsche mak."
Zieken van Pedlr.
Naar wy tot ons leedwezen vernemen^
komen zoowel by de infanterie als by de
cavalerie, die kort geleden van Pedir terug
gekeerd zyn, veel zieken voor en wyst alles
er op, dat de ontbinding van de expeditie
noodig was.
Menschen, die gedurende den ganschen duuz
van den veldtocht by de pinken zyn gebleven,
hebben het thans in bet garnizoen afgelegd
en de meesten, die in het hospitaal zyn opge
nomen, moeten voor eenige maanden naar
Soekaboemi, Tjimahi of Sindanglaia.
Het ziektecyfer is by sommige onderafdes'
lingon zoo hoog, dat de dienst er onder lydt,'
soms zelfs moet gestaakt worden.
Uit Soekaboemi meldt men ons, dat do
overste Koster, chef van den staf van do
Pedir-expeditie, aldaar ongesteld is aangeko
men en met hardnekkige malaria en een
opgezette lever geruimen tyd in de boven-;
landen zal moeten vertoeven.
Het legerbestuur zal daarin misschien aan
leiding vinden, om dezen veraienstelyken,1
onvermoeiden hoofdofficier te vergunnen, om
het in werking zynde verslag van den veld-
tocht in de koele bergstreken te voltooien.