MENGELWERK. Dc eerste gedachte is steeds dc goede. ersonnesM EEN GENEESMIDDEL VOOR ASTHMA. Inzenders van Advertentiën Finaiiciëele Kroniek. Feitelijk is het tegenwoordig de Aruerikaanscho Spoorweg-nfdeeling, welke op de houding der Beurs den hoofdinvloed uitoefent. Dit zou al reeds verklaarbaar zjjn uit het feit, dat de Amerikaansche afdeeling in do officiëele fondsen! ijst ongeveer een zesde gedeelte beslaat. Doch er is meer. Dezo afdeeling bestaat, hoewel het alleen spoorwegfonds is, toch uit fondsen van zoo verschillend gehalte, dat men er voor alle soorten van geldbelegging iets bij vindt. Do man, die solide zijn geld wil beleggen, vindt bier evengoed iets naar zijn gading als hij, dio ia de lichtste soort fonds wenscht te speculeeren, en daar Holland bij de Ameri kaansche fondsen op zeer groote schaal belang heeft, van de meest solide soort af tot de meest waardelooze toe, behoeft het wel geen betoog, dat de toon der Amerikaansche markt, zooals zij van Wallstreet komt, hier onmiddellijk wordt overgenomen en ook de toon onzer geheele markt min of meer daarvan afhangt. De Amerikaansche markt was de laatste dagen wispelturig en zeer verdeeld. Voor sommige soorten was in het begin dezer week een deugdelijke reactie waar te nemen en men vroeg zich onwillekeurig af, of de haussebeweging nu haar toppunt bereikt had; edoch, dit mag van enkelosoorten voorloopig zoo schijnen, zeker niet van alle, want de laatste dagon hebben een merkbare verhooging voor Atchison- en Florida waarden, benevens ook Denvers, Ontario's en andere aangetoond, torwjjl Union en Oregon Shortline- waarden in reactie bleven. De Gulfobligatiön en -aandeolen moesten hot weder ontgelden. Met genoegen kunnen wij meldiDg maken van de aanmerkelijke verbetering voor onze Staats papieren. Do Integralen notecren circa 863/Hde 3-pcts-obligatiën 963/^. Wat onze Stede lijke en Provinciale leeningen aanbelangt, hierin gaat zeer weinig om en zjjn de prijzen ze-er laag te noemen. Wat dc overige Europeesche Staatsfond sen betreft, er heerschte in deze afdeeling een vaste en willige toon, hoewel met weinig variatie. De Portugeezon in het byzonder trokken de aandacht. De 3-pcts. waren zeer willig eD hooger. De Portogeesche regeering heeft het benoodigde geld voor de betaling der Januari-coupons afge dragen, doch op welke wijzo het geld voor de coupons door de regeering gevonden i9, blijft tot dusverre «en geheim. Daar de Portugeesche regeeriDg 6inds meer dan een half jaar den stand der vlottende schuld niet gepubliceerd heeft, zoo denkt men in journalistische kringen, dat de regeering een bedrag van circa 100,000 pd. st. in goud tegen hoogen in trest op schatkistbiljetten geleend hoeft. Ook beweert men, dat de regeering zonder wettige autoriteit een binnenlandscho leeniog van 2000 eontos heeft aangegaan. Wat er echter van deze betichtingen waar is, weet men niet, doch wanneer de kamer nh Januari weer bijeenkomt, zal de aap wel nit de mouw komen. In de regeeringskringeii deden geruchten de ronde, dat de kans gnnstig stond voor de conversie der Buitenlandsche Schuld en het afsluiten van een daarmede in verband staande leening. Dit bericht is echter door den Lissabonschen correspondent van de Lon- densche „Times" bereids alweder tegengesproken. De regeering van Spanje hoeft ook bekend gemaakt, dat de coupons der Buitenlandsche Sohuld per 1 Januari ingeleverd moeten worden bij den gedelegeerde van financiën van Spanje le Amsterdam, terwijl door dezen daarvoor worden afgegeven aanwijzingen, betaalbaar bij de gedele geerden van financiën van Spanje te Parijs of Londen, betaalbaar 30 dagen na dato. Ook heeft de Spaansche regeering besloten, do Januari-coupon der Cubaansche Schuld te betalen. Het vredesverdrag tusschen Spanje en Amerika is eindelijk geteekend, doch daarin wordt mot geen woord gewag gemaakt van de Cubaansche of Philippijnscho Schuld. Edn ding is echter zeker, dat de hondors van Cubaansche, Philippijnsche of Spaansohe Schuld er zich wel op voorbereiden kunnen, zich eenigo ©ffere te moeten getroosten, want zonder mede werking van haar schuldeischers is hot zoo goed als zeker, dat Spanje financiöel bankroet zal moe ten gaan. Ruasischo Staats- en Spoorweglee- I i d g e n bewogen zich meest alle op vorige koersen. Turken waren, hoewel eerst vast, toch ten slotte weder flauw. Toch ia het niet onmogelijk» dat voor de Serieën-Tur ken C en D binnen niet zeer lang tijdsverloop een vrjj hooger prijs zal te bedingen zijn, daar tocb, nu Serio A geheel is afgelost, Serie B hiervoor in de plaats treedt, wat het nmortiseeren betreft, en als men nu in aan merking neemt, dat de Turken Serie A circa 66 pet. noteerden, dan volgt daaruit, dat voor Serie B, welke nu 48 pet. noteeren, spoedig een veel hooger koers is te wachten. Dan zallen natuurlijkerwijze ook de Series C en D van deze verbeteringen profiteered Voor Turksche loton is het animo weder verdwenen. Een flinke rijzing kwam in de 5-pcts.-funding loan van Brazilië tot stand. Deze noteeren nu circa 86l/2 pet.; ook Mexicanen verbeter den zich ten naastenbij 1 pet. In Venezuela is de minister van financiën Mato9 afgetreden en do heer Santos Exobad in zijn plaats benoemd. De regeering heeft de ge staakte hetalingon voor den dienst dor schuld weder hervat. Groote verheffing vond plaats in de pandbrieven North-Western-Pacific-Hyp.-Bank. De oude waar den noteerden circa 72 pet., terwijl or ook veol vraag was naar nieuwe 3l/a-pcts.-pandbrieven tot zelfs ad 96 pet. en schuldbrieven ad 66 pet. De Petroleum mark t was zwak en Tabaks- aandeelen waren mcerondeels vast in prijs. Aan- deelen Cultuur-My. der Vorstenlanden iets zwakker en lager. De Amerikaansche Spoorwegmarkt verkeert nog steeds in willige stemming en nog steeds ziet men, zoo niet voor alle, dan toch voor zeer vele soorten, iederen dag hoogor notee ringen en met een zeer kleine uitzondoring hebben zich do verbeteringen over alle soorten van aan- deelen en obligatiën uitgebreid. De S h o r 11 i n c- waarden maakten de laatste dagen een uitzon dering. Als reden biervoor moet voornamelijk het bericht dienst doen, dat de Northern-Pacific het plan heeft om elf zjjlijnen tot een gezamenlijko lengte van 520 mijlen aan te leggen, evenwijdig loopende aan do lijnen der Oregon Railway and Navigation Co., om zoodoendo met deze Maatschappij] te concorreeren. Dit bericht, dat zeer goed een sensatie-berichtje kan geweest zyn, werd echter door do Directie dor Northern-Pacific, althans volgens don correspondent van do „Finantial News", tegengesproken. De president zei, dat de betrekkingen van de Northern-Pacific met al haar mededingsters van vriendschappelijkon aard zijn, en dat plaatselijke qnaestiën, zooals die met de Oregon Railway en Navigation Cov op minne lijke wjjze uit den weg geruimd worden, wat hij veronderstelde, dat ook hier het geval zou zijn. In middels heeft echter de koers van de Oregon- Shortline-Incomebonds hieronder tamelijk goleden. In Missouriwaarden kwam weder een zeer aanzionlijko verheffing tot stand, voornamelijk ge baseerd op geruchten van een opneming van de Missouri-Pacific in bet Gonldsysteemook zeide men, dat de Maatschappij van plan was haar gefundeerde schuld te converteeren. Daar echter de meeste dezer schulden eerst over jaren vervalleD, zal dit wel niet best* uitvoerbaar zijn; ook vertelde men, dat de vlottende schuld zou afbetaald zijn en een hervatting van dividend- betalingen in het uitzicht is gesteld. Of dit alles goeden grond heeft, is niet gemakkelijk uit te maken, daar do Missouri-Pacific een van de weinige Maatschappijen is, welke geen maande- lijkscho opgave doet. Ook Floridawaarden hobbon een groote vlucht genomen. Men verwacht voor deze Ijjn een tijdperk van bloei met het oog op do zich uit te breiden handelsrclatiën met Cuba, waarbij de Florida-Mij. dan de aangewezen route voor vervoer zou wezen. Ook spreekt men van een afbetaling van de achterstallige dividenden op de preferente aan- deelen, doch het bedrag, hiervoor benoodigd, zal nog wel niet gemakkelijk te vinden zijn. Over hot algemeen raag men wel aannemen, dat de tegenwoordige rijzing in Amerikaansohe spoorweg- waarden het eigenlijke karakter van een „boom" heeft, en de onzinnigste geruchteD gretig worden opgenomen en geloofd. Niets is echter nadeeliger dan een dergelijke „boom", want meestal volgt hierop een hevige reactie. Een „boom", welke zijn ontstaan te danken heeft aan een geest van speculatie, is niets anders dan een zeepbel, en doze kenDen we allon. ffijnlandsche Bank. BECLIIIEI, a 25 Cents per regel. Indien dit spreekwoord niet altijd waar is, is het dit evenwel geweest in het volgend geval, waarvan de heer J. v. d. Berg, Dam straat 8, te Utrecht, hoofd eeoer zeer eervolle familie, ons het verhaal doet. Sedert langen tijd was mijn geliefde doch ter, 17 jaar ouo, lijdende aan bloedarmoede en daarbij voorkomende onaangenaamheden, als geen eerlust, pijn in den rug, hoofd- en maagpijn, hartkloppingen waardoor zij dagen lang lusteloos was; ik zag haar met smart aaD, zoo ging haar lyden mij ter harte. Een ieder waande haar verloren en ont ried mij haar de geneesmiddelen te doen gebruiken, evenwel had ik er geen spijt van mijn eerste ge dachte gevolgd te hebben. Enfin, op een goeden dag besloot ik^ mijn plan in uitvoer te brengen, het was tijdl Na op mijn aanvraag de Pink- Pillen van Dr. "Williams ontvangen te hebben, deed ik mijn dochter begrijpen dat dit genees middel heilzaam voor haar zou zijn en haar de gezondheid zou teruggeven. Deze overtuiging was by mij ingeworteld door het lezen der verschillende wondervolle genezingen in de dagbladen en in de bo-kjes met betrekking tot deze Pillen. Na het gebruik van een paar doozen kwam er reeds ver betering en tbans na 6 doozeu doen zich al die verschijnselen niet meer voor, doch ik ga nog eenigtn tyd voort met ze haar te geven om den wortel van het kwaad geheel en al uit te roeien. Prijs f 1.76 de doos, f 9 per 6 doozen. Ver- krijgbaar by Snabilié, Steiger 27, Rotterdam, eenig depothouder voor Nederland, en in de Apotheken. Franco toezending tegen postwissel. Daar het doel dezer geneeswijze is de her nieuwing van het bloed en de versterking der spieren, strekt haar werking zich tot vele ziekten uit: bloedarmoede, rheumatiek, heup- jicht, zenuwpijn, verlamming, ruggemergs- ziekte, St.-Vitusdans, hoofdpijn, zenuwachtig heid, klieren, enz. De Pink-Pillen hergeven de schoone kleuren aan de bleeke gezichten, handelen in alle gevallen van verzwakking en hebben e9ne werkdadige handeling op alle ziekten, veroorzaakt door lichamelijke en geestelijke overspanning en door buiten sporigheden. Gelijk alle goede producten worden ook de Pink-Pillen reeds nagemaakteen ieder geve dus wel achtdat er in 't Fransch op het omhulsel slaat: Pilules Pink pour Personnes Pales du Br. Williamst Omhulsel en het etiket zijn van rooskleurig papier met blauwe letters. Men hoede zich voor namaakselswelke dikwijls gevaarlijk zijn voor de gezondheid. Wij kunnen de werkdadigheid der Pink-Pillen niet waar borgen, in dien zij niet de echte «yn, d. w. z. gelijk aan nevenstaand model. MVllES INK yii OUR Fiji AJLBS gy 9' W'v'<*i 10019 79 Dr. R. SCHIFFMANN's Middel tegen Asthma geeft onmiddellijke verlichting zelfs bij de hevigste aanvallen en geneest waar andere middelen falen. "Verkrijgbaar by D. W. E. F. DE WAAL, te Lelden, in pakjes van f 1.60 en f 2.76. 10020 8 Een mijmeraar op Kerstarond. ïen onmetelijk sneeuwkleed bedekt veld en woud; de boomen, beroofd van hun bladerdos, slingeren bun naakte takken in de strak- grauwe lacht sneeuwvlokken dwarrelen met dartele vroolijkheid rond. Waar ik ook kijk in den broeden omtrek, niets zie ik; overal is rost. Slechts van een veld stijgt luid klapwiekend een kraai op9 die langzamerhand ia den nevel verdwijnt. Alles schynt dood slechts kleine, jonge pijnen en dennen steken trotsch hun groen boven de SDeeuw uit; zij alleen bloeien nog, gelijk een symbool der liefde, die ook in droeve, smartelijke dagen blijft voortleven. Hier en daar spoedt zich een donkere ge stalte door de straten naar huisieder draagt iets en het lijkt my als schittert door den grauwen nevel een straal van vreugde mij tegen. Langzaam smelt de grauwe novel ineen met do schemering van den ter ruste gaanden dag. Een scherpe noordoosten-wind steekt op en werpt de sneeuwvlokken omhoog. Ziet ze dwarrelenZe stijgen en vallen, dansen door elkaar, en de ziel des toeschouwers wordt meegesleept in dien wilden dans. Het is hem, als ruischt van een oneindige hoogte een gordijn neer, nu nog bestaande uit een vlokkig, doorzichtig weefsel, maar steeds dichter en dichter wordend, totdat het eindelijk óén geheel is. Verzonken in do wereld en zacht rillend vlucht de ziel in zicbzelve terug. Eu nu stijgt in mijn geest op het beeld der vergankelijk heid: gebonwen en steden, mannen en vrouwen, grijsaards en kinderen, reine en valsche toDen, een chaos van kleuren; dat alles vermengt en verwart zich in die dwarreliog der sneeuw vlokken, ontastbaar, vormloos, schimachtig. Maar langzaam verdwijnen die schimmen, en geiyk de zon doorbreekt door grauwe nevelen, zoo maakt zich één beeld los. Ik zie een hooge en groote kamer, waar het bijna geheel donker is. In die kamer, vlak bij de twee gesloten schuifdeuren, zitten drie kinderen: een meisje en een jongen, tusschen dezen zit een joDgske van vijf jaar. Onbeweeglijk stil zitten ze naar de matte, dunne-lichtstralen, die van onder de deur en door het sleutelgat naar biDnen vallen, te kfiken; bun hartjes kloppen bijna hoorbaar, de stemmen zyn tot heel zacht fluisteren ge dempt, want, zoo zegt het oudste knaapje tot het jongske, „anders gaat het Christus kind voorby en komt Diet terug." Het jongske heeft daar geen begrip van en wil steeds doorbabbelen, maar het zusje neemt hom op baar schoot en houdt hem het mondje toe. Plotseling wordt voor de eerste maal de bel gelaid; de kleintjes schrikken op. „Ha, nu is het Christuskind gekomen I" roepen ze uit. De invallende lichtstralen worden lichter en lichter, en ook het bartekloppen der beide ouderen wordt sterker; slechts do kleinste bewaart zijn kalmte en zegt, op de lichtstralen wyzend: „Het Christuskind moet wel een groote lantaarn meegenomen hebben 1" Juist wil het zusje daarop antwoorden, of de bel wordt voor den tweeden keer geluid. De grooto knaap springt op; ook het meisje, ofschoon moederiyk bezorgd, kan zich niet meer inhouden en laat het joDgske haast vallen. Terwyi dit in tweestryd Is of het builen zal of niet, klinkt de schel voor den derden keer en tegelykertyd vliegen de deuren open. Op de grooto tafel schittert, blinkt en licht de groote kerstboom; op zyn top glinstert een 8ter, aan zijn voet liggen de geschenken uit gestald. Maar onbeweegiyk staan nog aan de deur de kinderen, de oudere met kleuren van verbazing; het jongske steekt, daar het eigenlijk niet weet wat te doen, zyn wys- vinger in het mondje. Langzaam verdwijnt de betoovering, om plaats te maken voor vreugde en gejubel, en de kinderen omringen hun ouders. Vreemd nu begint het droombeeld te vervliegen, de gestalten worden door een nevel bedekt en zinken weg, andere Kerst avonden zie ik nu voor my voorbytrekken; Kerstavonden vol heeriyk geluk, maar ook vol droefheid. Ik zie weer die dierbare ge stalten, die met my op Kerstavonden gejubeld, gedweept en gedroomd hebben. De vooruit- dringende jeugd ziet in de verte ook een schitterenden kerstboom, behangen met al het denkbare geluk zy gelooft, dat éón avond alles zal brengen, geluk en genot, rykdom, glans en roem zy stormt blindelings voor waarts en wil niet weten, niet begrypen, dat de oenige ware kerstboom als symbool der liefde in haar eigen hart moet worden opgericht. Het is iDtusschen buiten geheel donker geworden. Het sneeuwen heeft opgehouden en de oostenwind is ter ruste gegaan. En als de droomer naar buiten ziet, komt er heel zachtjes nit de naburige kamer iemand aan getrippeld; oen lief, zacht stemmetje roept: „Papn, papal" „Wat wil je, kleine bengel?" „Wanneer komt het Christuskind?" „Nog twee uur, beste jongen 1" „Nog twee uur, paatje? Maar dat duurt zoo lang, zoo heel lang nogl" „Ga maar aan grootma vragen of zy jullie iets vertellen wildan zal de tyd zeker gauw voorbijgaan; maar wie weet of je iets zal krygen?" Het onderlipje komt op bedenkeiyke wyzo naar voren en het stemmetjo trilt van inge houden huilen als het kleintje zegt„Ik ben toch don heelen dag zoet geweest 1" De vader legt de hand op het blonde kopje en zegt troostend: „Nu, dan zal je zeker wel iets krygenga nu maar gauw naar grootma 1" „Ja, ja, vertellen!" roept de kleine jubelend uit en holt weg op den drempel roept hy reeds: „O maatje, ge moet ons wat ver tellen, dan komt het Christuskind eerder!" Do boom brandt, de geschenken liggen klaar nu neemt de vader, nadat hy zyn vrouw een wenk gegeven heeft, de bel ln do hand. Zooals hy vroeger met zyn zusters, staan nu zyu kinderen met kloppende harten in de donkere kamer te wachten; geiyk eens zyn vader, zal hy nu de bel luiden, driemaal; onwillekeurig houdt hy zfjn hand stil, en het hart vraagt: „En dan, als gy na lange jaren er niet meer zyt, uw ziel gegaan is naar andere gewesten?" Een zacht glimlachen komt op zfin gezicht en hy spreekt: „Mogen dan myn kinderen ook hnn kinderen op dezon avond gedenken; wy allen verdwynen van deze aarde, maar van geslacht op geslacht plant zich de liefde voort." Het derde teeken is gegeven, de deur ge opend en de kinderen staan nu voor den prachtigen boom. Ook zy hebben een blos van verrukking op de wangen, ook z\j juichen on jubelen als de betoovering is gewekeü, ook zy drukken zich tegen de ouders aan, die hand ln hand vóór hen staan. De ouders kjjken op de kinderen neer en beider gedach ten drukken zich uit in denzelfden vromen wensch:] „God spare en behoede ze en late ze tot goedo menschen opgroeien T De vader heeft in zyn vertrek het venster geopend en staart naar den hemel, die ook zyn kerstboom ontstoken heeft, een kerstboom, die reeds duizenden en duizenden jaren schit tert en die schitteren zal tot in de verste toekomst. Nu stralen die lichtjes helder en troostend in het week geworden menschonhart. Nu sluimeren millioenen gelukkige kinderen in de paleizen, in de huizen der rykeD, en in de hutten en dakkamertjes der armen. De geest der liefde, dien zy nog niet begrijpen, heeft met zachten vleugelslag hun harten aangeraakt, heeft harten ontdooid, die koud en gevoelloos wareD. Dat overal die liefde zy, welke niet ver flauwt geiyk de kaarsen op den kerstboom, die langzaam afbranden, maar die liefde, welke steeds harten van oud en jong van jaar tot jaar doorgloeit. K rankzinnig. Voor het geopende raam, dat op het kruis punt van twee wegen uitkwam, kon Virginie uren lang zitten. Soms hield zy een boek in de hand, waarin zy van tyd tot tyd las, dan weer eens streelde zy den kop van Floor, den mooien hond, die zich tegen haar kwam aanviyon. Maar dat ging in gedachten; ge- wooniyk tuurde zy vóór zich nit naar de twee wegen, die elkander vóór haar oogen ont moetten. De eone leidde naar de groote stad, in welker nabyheid de villa stond van Yirginie's oudors, do andere kwam van het land en was oigeniyk een byzonder mooie laan vanlindeD, die elkander in vriendeiyke welving tegen kwamen en een koepeldak van byna een half nur lengte vormden, en daar, joist by de samenkomst dier twee wegen, bevond zich Virginie's lievelingsplekje. Waar keek zy naar nit in die lange middag uren, dat zy daar zat te droomen? Zy wist het zelve niet. Zy zag uit naar het groote onbekende, dat haar jong meisjes- hart met een geheimzinnige vreugde en een trilling van nieuwsgierig genot vervolde. Wat zon het zyD, van waar moest het komen, onder welken vorm, zy kon het niet raden, en juist dat volkomen onbekende, die algeheele onzekerheid gaven aan haar afwachting dat eigenaardig bekooriyke. Een naam moest dat verwachte dragen, en die naam was „Geluk". Ja, het was haar geluk, waarnaar Virginie dagelijks uitzag, waarvoor zy lectuur, arbeid, zelfs Floor vergat. Langs een van die twee wegen moest het komen, maar langs welken weg? Uit de stad of van buiten, te voet, te paard, per flets of in een rytuig, als een bezoek of een brief? En zoo peinsde zy dikwyls uren lang; geen bezigheid, geen genot scheen haar begeer lijker dan hier te zitten en naar buiten te zien en tewachten. Virginie's ouderiyk huis werd door veel leden bewoond, waarvan ieder vol en onbe perkt gebruik had van zyn tyd. Niemand bekommerde er zich dus over, dat Virginie op deze manier zich amuseerde. Men liet haar stil begaan. En zoo gingen de dagen om, en de weken, en eindeiyk de maanden. De lindeniaan werd van licht-, donkergroen, toen geel en koper kleurig. Het raam moeBt toe, de herfstwind gierde langs de ruiten, later sloegen hagel en sneeuw daartegen, maar Virginie gaf haar plaatsjo niet op. Zy bleef er zitten turen, wachten, wachten. Maar wat zy wachtte kwam nog maar altyd niet. Zy werd er soms ongeduldig en droefgeostïg door, maar toch kon zy haar oogen niet afwenden, haar stoel niet verschikken. Zy was geboeid door het ledige voor haar, door de stomme verwachting van het „Geluk", dat toch stellig eens moest komen en dat nog steeds op zich liet wachten. En eindeiyk werd de spanning zoo groot, dat Virginie geen oogenblik byna meer leven kon ver van haar lievelingsplekje. Haastig nam zy haar maaltyden, haastig sprak zy met bezoekers of huisgonooteD, alleen maar om zoo spoedig mogeiyk weer naar buiten te kunnen zien. Toon kwam do tyd, dat haar omgeving zich ongerust begon te maken, haar afleiding bood, haar byna met geweld van dat zitje wilde aftronen. Het baatte niet. Virginie was verstrooid, rusteloos, afgetrokken, zoolang zy ver van daar vertoefde. Zy werd eerst kalm als zy daar zitten mocht en onafgebroken naar buiten kou staren. Het „Gelnk" kon immers eerst komen^ torwyi zy niet daar zat; het zou voorbygaaD, omdat zy het niet had opgemerkt 1 En zoo ging de tyd om, het eone jaar volgde het andere, en de treurige waarheid bleef niemand meer verborgen: Virginie had een idéé fixe, en dat was haar zucht om op één plaats te zitten en altyd naar hetzelfde punt te staren; zij was niet recht by het hoofd, Werd er gezegd, maar zy viel niemand lastig, zy bracht niemand schade aan, als men haar slechts ongestoord daar liet zitten op die eens door haar gekozen plaats. Langzamerhand veranderden Virginie's don kere lokken van kleur, haar tint werd vaal, haar oogen vielen in, haar gestalte kromde zich, om haar heen vernieuwde en verjongde zich het leven, maar elke dag vond haar reeds zeer vroeg op baar plaats, altyd starend naar buiten, altyd wachtend op het geluk, totdat eens die plek ledig bleef. Van de stad naderde een zwarte wagen, maar Virginie's oogen zagen dien niet meer. Die wagen kwam haar halen, en toen waB het voorgoed gedaan met haar oindf-looze afwach ting van het „Geluk", dat nooit komen wilde. ACADElllfiNIEliWI. Groningen: Na de Kerstvacantie zal de Groninger hoogleerair prof. A. G. Van Hamel zich, voor het practisch gedeelte van de opleiding zyner leerlingen, laten assis- teeren door een jongen Franschman, den heer Vulliod, kweekeling der Paryscbe uni versiteit, en in Frankryk gediplomeerd voor het Hoogduitsch. Aan dezen „assistent" wiens arbeid overeenkomt mot het werk, waarvoor aan de Duitsche universiteiten zoogenaamde „lektoren" zyn aangesteld zal door den hoogleeraar worden opgedragen: het houden van een cursus over de nieuwere Fransche Ibtterkuu e, bet lszen en verklaren, met de leerlingen van den hoogleeraar, van eenige meester stukken der Fransche poëzie uit de klassieke of de romantische periode, en het presideeren eeoer „conférence", waarin de aanstaande leeraren in Fransche taal en letterkunde de gelegenheid zulhn hebben zich in het monde ling en schriftelyk ge; ruik der Fransche taal te oefenen en letterkundige onderwerpen in opstellen en in „le^ons parlées" te bebandeleu. De heer Vulliod, die zelf Germanist is, wil zyn verblyf te Groningen boven ien ten eigen nutte gebruiken door het aanleeren van de Nederlandsche taaL Het geldt hier een proef, door prof. Van Hamel zeiven, in overleg met zyn leerlingen en met toestemming van hot curatorium der universiteit, genomen. Mocht zy slagen, dan zal de hoogleeraar lot de curatoren het verzoek richten, om, voor het vervolg, de aanstelling en de bezoldiging van zulk een „assistent" by de regeeriog aan ta vragen, tenzy, wat zeer wenschelyk scbynt, de aanstelling van zulk een docent reeds mocht zyn opgenomen in het reorganisatie-plaD, dat, volgens do verzekering van den minister, op dit oogen blik aan het departement van binnenUn.sche zaken wordt overwogen en vooroereid. Burgerlijke Stand. KATWIJK. Geboren: Pieter, Z. van P. Plug en L. Dnbbelaar. Geertje, D. van L. Van Duyn en D. Onwehand. Arie, Z. van A. De Jong en L. Van der Loo. Willem, Z. van J. Van Duyn en W. Remmelzwaal. Antje, D. van B. Van Rijn en E. Kat. Cornelia, Z. van C. De Vrengd en A. De Jong. Huig, Z. van H. Haasnoot en N. Sip. Overleden:. Willompje Van Rijn 68 j., wed. van A. Schaap. Getrouwd: A. Van Dayvenvoorde on D. Durieux. H. Van Duyvenvoorde en M. Van Duyn. C. Van dor Pla9 en D. Schaap. Ondertrouwd: J. Den Hollander 24 j. jm. en T. De Mol 26 j. jd. C. Ravensbergen 24 j. im. en J. Hoek 20 j. jd. C. Zwanenburg 25 j. jm. en A. Dubbelaar 25 j. jd. B. Dubbelaar 23 j- jm. en M. Den Haas 21 j. jd. J. Haasnoot 22 j. jm. en J. Plokker 21 j. jd. LISSE. Geboren: Gïjsbert, Z. van A. Helmus en C. Slootweg. Johanna, D. van J. H. Van Bruggen en C. Van Voorst. Francina, D. van P. Van der Putten en A. Van Kampen. Anna Marin, D. van A. Walraven en T. Van der Stelt. NOORDW1JKERHOUT. Geboron: Cornelia Adrian us, Z. van K. Koomen en M. De Groot Anna Jacoba. D. van P. Drost en J. Lamers. Hendrik en Cornelia Agatha, Z. en D. van J. Heemskerk en N. Broekhof. Overleden: J. v. d. Linden 6 w. RIJNSBURG. Geboren: Pieter, Z. van P, BrossC-e en M. v. d. Lelie. Adriana, D. van C. v. d. Kwaak on E. Rynsburger. Overleden: Daniël, 13m.,Z. vanC.Tavenier en P. v. d. Spijk. Gehuwd: L. v. Egmond jm. 26 j. en G. v. d. Mey jd. 26 i. STOMP NV iJK. Bevallen: F. P. Vogelaar eb. Nieuwveen D. C. H. Dobbe geb. Van lagen D. A. Oliehoek geb. Vogelaar Z. Overleden: J. M. Almekïnders (Vr.) 35 j., echtgen. van J. C. A. Coppens. VËUR. Overleden: G. P. Heyne Z. 19mnd. WOÜBRUGGE. Geboren: Klaas Kornelis, Z. van K. J. Strookman en van W. v. d. Neut. Pieter Hermanns, Z. van W. A. Asman en van C. B. A. Renssen. Overleden: Hendrik V. d. Maat, 77j.,wedr. van Emma Kroon. en van andere voor het Leidsch Dagblad be> stemde stukken wordt beleefd verzocht do kopie daarvan slechts op ééne zijde van het papier te schrijven, en niet ter weerszijden, niet tegen elkaar. Ook is het wenschelyk dat vooral de namei; zeer duidelijk worden geschreven. Beide maatregelen zyn in het belang van spoed en juistheid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 10