Bi0. 11894 <§eze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van (gon- en feestdagen, uitgegeven. Dit noiniiier bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 1 December; F euilleton. TWEE BROEDERS. Vrijdag 2 December. A°. 1898 LEIDSCÏÏ PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden por 3 maanden. 1.10. Franco per poeti 40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DEE ADVERTENTIE!! Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17$, Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten do 6tad wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. Met 1 Januari a. s. zullen 13 leden van het muziekcorps der dd. schutterij alhier, op order van den commandant, hun ontslag krijgen, omdat er over het nu Joopende jaar een tekort is van ruim ƒ1000. Het muziekcorps bestaat thans uit 37 personen. Er bljjven er dus 24 over! - Het studenten-gezelschap „Lugdunum Batavorum" te Leidon zal a. s. Zaterdag zijn 40-jarig bestaan vieren, en dan bjj die ge legenheid een krans hechten aan het stand beeld van Van der Werff. - Gisteravond trad in de Ger. k9rk aan de Hooigracht op de heer L. C. Oranje, directeur der Doofstommen-inrichting „Effatha", alhier. Met groote belangstelling werd zijn woord door een, helaas, niet talrijk gehoor vernomen. Hoogst eenvoudig, maar met een welsprekend heid, eigen aan iemand, die de rechte man op de rechte plaats i3, was zijn rede. Aan doenlijk de w\jze, waarop hy het lot schetste van de ongelukkigen, dieniet kunnen spreken, omdat geen geluid tot hen doordringt; de smart vooral van een moeder, die ontdekt, dat haar kindje niet hoort. Na stilgestaan te hebben by den geest, waarin de arbeid aan deze kinderen verricht moet worden, deelde de heer Oranje in broede trekken de geschiedenis van het Doofstommen onderwijs zoo hier te lande als in het ruiten- land medo, terwijl eenige hoogst belangrijke bijzonderheden over het onderwijs in het spreken werden ten beste gegeven. De predikant de beer C. Van Proosdij, die bet samenzijn geopend had, besloot het met 06n warm gebed. „Open uwen mond voor den stomme." Met dit Bijbelwoord besloot de heer Oranje. Wij zeggen het hem na door dit Iiefdowerk zoo dringend mogelijk in aller belangstelling aan te bevelen; tevens in de hoop, dat de directeur zich aangemoedigd moge gevoelen ia wijder kring voor hetzelfde doel op te treden en ons dan ook bet een en ander mee te dealen aangaande de karakters der aan zijn liefde toevertrouwde kinderen. By de Leidsche Spaarbank werd in de maand Nov. ingelegd f 60,804.99'/, en terug betaald f 61,472 16, terwijl zyn afgegeven 76 nieuwe en geheel afgelost 58 boekjes. Het gezamenlijk tegoed der 11,228 deel hebbers bedroeg einde Nov. f 2,183,325.91 Bij beschikking van den minister van binnonlandsche zaken is benoemd tot ama nuensis bij het Museum van Natuurlijke Historie aan de Rijks-universiteit alhier, mej. dr. C. M. L. Popta. De heer E. D. Abspoel, onderwijzer alhier, is door den gemeenteraad van Amster dam benoemd tot tweeden onderwijzer aan de school No. 91, aldaar. Gedurende de eerste helft der maand Nov. zyn aan het postkantoor alhier bezorg 1 de volgende brieven, welke door onbekendheid der adressen niet bezorgd konden worden: Mej. S. Sombogaat, mej. De Ruiter, Amster dam; J. Dee, Breda; Mes, Smit, Dordrecht; mej. M. Hartman, C. Van Ankum, 's-Graven- hage; J. Groot, Haarlem; L. Hunnego, J. v. d. Sluis, S. Byisma, mej. L. De Vries, Rotterdam; D. P. Kok, Vreeswyk; L. Van Wingerden (niet vermeld). Briefkaarten: Wed. H. Slotboom, Amster dam; J. P. De Swart, W. Schipper,'s-Graven- hage; J. Groenenberg, Rotterdam. De Ned. Vereen, tot bev. van Zondagsrust hield te Utrecht baar algomeene jaarvergade ring onder voorzitterschap van den heer G. De Wys, die de vergadering opende met een woord van welkom aan de niet zeer talrijk aanwezigen. Met leedwezen constateerde spreker, dat van geen belangstelling der Regee ring ten opzichte van de zaak der Zondags rust was gebleken. Veel belangryks leverde het afgeloopen jaar niet op, daar aller belangstelling in beslag werd genomen door de plechtigheid der In huldiging van Kon ngin Wilbelmina, wier regeering ook voor deze Vereen, ten zegen kan zijn, wanneer zy toont door woord en voorbeeld de Zondagsrust voor Koningin en dienstknecht op prys te stellen. Het Jaarverslag werd vervolgens uitgebracht door den heer G. B. Van Aken, secretaris, die in zijn verslag eveneens melding maakte van weinig werkzaamheden in het afgeloopen jaar. Aan H. M. de Koningin werd ty Hare Inhuldiging een acres van hulde aangeboden, evenals aan H. M. de Koningin-Moeder. Het aantal leden en der correspondenten onderging weinig verandering. In Haarlem zal wegens het vrij algemeen vieren der Zondags- lust, ook van overheidswege, de afd. kunnen worden opgeheven. Uitvotrigo mededeelingen werden gedaan over de verschillende afdalingen. Leiden wenschte, dat gezorgd zou worden voor een partiëele regeling der Zon .agsrust, by de indiening van elke nieuwe wet. De voorzitter stelde voor: het gevraagde in de requesten van 1895 en 1896 thans te brengen by de Tweede Kamer. Dat is de eenvou .ige quaestie. De uitvoering der opbracht kan worden overgelaten aan htt Hoofdbestuur. Na uitvoerige discussie werd dit voorsttl met groote meerderheid aangenomen. Het voorstel Amsterdam: om pogingen in het werk te stellen zich ook te stellen onder bescherming van Koningin Wilbelmina droeg nitt de goedkeuring van Hoofdbestuur en vergadering weg. Men was van oordeel, dat men dankbaar het beschermheerschap van H. M. de Koningin-Weduwe moest erkennen als dat van do Hooge Vrouwe, aan wie ons land zooveel verschuldigd is. Van dtzelfde afdeeling komt op den be schrijvingsbrief een voorstel voor omtrent de vertegenwoordiging der afdeolingen op de algemeene vergadering, waardoor voor elk twaalftal leden een st6m wordt uitgebracht, met een maximum van tien. Het Hoofdbestuur is tegen dit voorstel, vooral op utiliteits- gronden. Na uitvoerige discussie werd aangenomen een voorstel van den heer D. De Klerk, om dit voorstel op den beschrijvingsbrief van het volgend jaar te brengen. Het voorstel Delft: Het Hoofdbestuur wende zich tot den Minister van Oorlog met het verzoek, de parades van militairen en schutt ry niet op den Zondag te doen houden, werd door den afgevaardigde dier afdeeling zwakjes verdedigd en door luit. Meyboom namens het Hoofdbestuur bestreden. De heer Meyboom zeide, dat de Regec-rïng alles doet ora do Zondagsrust voor militairen zooveel mogelijk to bevorderen. Daarom is het beter, niet te vragen wat misschien niet kan worden in gewilligd. Door don afgevaardigde van Leiden werd er op gewezen, dat H. M. do Koningin-Regentes zoozeer voor Zondagsrust is, dat Zy wel niet zal wenschen, dat ter gelegenheid van Haar verjaardag of van dien van H. M. de Koningin op Zondag parade wordt gehouden Het voorstel werd daarop ingetrokken. Volgeos het „H. Dbld." zal de majoor L. M. J. Wenniger, van hot lste reg. infant, te Assen, worden overgeplaatst by het reg. grenadiers en jagers. By het 4de reg. inf. is het aantal vrij willigers voor het reservekader voltallig, zoodat voorloopig als zoodanig geen jongelingen by dat corps kunnen wonen ingedeelJ. Verschillende vragen zjjn door den min. van oorlog tot do corpscommandanten gericht, o. a. of het onder 't beroepskader ontevreden heid wekt, dat het reservekader in korten tyd en met minder eischen bevorderd wordt tot onderofficier. De najaarsvergadering van de Algemeene Synolale Commissie der Nederlandsch-Her- vormde Kerk werd gisteren geopend coor don president, den heer M. A. Perk. In het verslag van den secretaris werd uit voerig mededeeling gedaan van de inwyding eer Erlöserkirche te Jeruzalem, waarby hot ir.oderamon der Synode, daartoe afgevaardigd, tegenwoordig was. Als prov. correspondenten tot het onder zo k van aanvragen om groote toelagen voor vernieuwing en herstelling van kerkgebouwen en pastorieën, met machtiging to onderzoeken of deze gebouwen voor herstelling vatbaar zyn, werden benoemd: voor Gelderland, mr. W. J. L. Umbgrove; Zuid Holland, dr. G. J. Van der Flier; Noord-Hollan 1, de heer C. F. Gronemeyer; Zeeland, jhr. A. C. Roëll; Utrecht, de heer M. A. Perk; Friesland, de heer J. G. Busch Ktizer; Overysol, de heer M. A. Perk; Groningen, jhr. A. C. Roëll; Noord-Brabant met Limburg, de heer A. A. Van Meurs, en Drente, mr. F. Pleyte. Vrydag a.s. te balftwaalf wordt een Te- Deum gezongen in de Katholieke Kerk aan de Parkstraat te 's Gravenhage, ter gelegen heid van het regeerings jubileum van don keizer van Oostenryk. Aan de Tweede Kamer is een adres ge richt door do bestuursleden van de Delftsche Handelsvereeniging, naar aanleiding van het gerucht, dat het voornemen zou bestaan, om de directie der artillerie inrichtingen met daar aan verbonden keuringscommissie eerlang van Delft naar Amsterdam te verplaatsen Zy verzoeken der Kamer de Regeerihg te be wegen, van de verplaatsing van meergenoemde directie af te zien, of althans deze tot ge schikter tyd uit te stellen. Voor het derde gedeelte van h6t Notarieel Staatsexamen zyn geslaagd en werden mits dien tot candidaat-Dotarls bevorderd de navol gende heeren, alphabetisch gesteld: J. A. F. Van Asperen, te RotterdamG. Beckeringh van Loenen, te Dwingeloo; jhr. P. J. Van Bere- 8teyn, te 's-Gravenhage; P. Th. Van den Berg, te Heerenveen; H. J. F. Brinkman, te Boskoop; mr. H. A. H. By voet, te Hoorn; A. J. H. Van Clarenbeek, te Berg-en-Dal; H. G. C. Dénis, te Utrecht; J. B. Everwyn, te Goor; A. N. Fabius, te Leeuwarden; D. Feitsma, te Grypskerk; jhr. P. C. W. Van der Feltz, te IJselmonde; J. B. M. Van Galen, te Zeist; mr. F. H. Gerritsen, te 's-Gravenhage; A. P. J. M. Van Gils, te Amsterdam; P. Hanegraaf, te Ravenstein; mr. H. W. Hellema, te Amersfoort; J. A. Huese, te 's-Gravenhage; H. Van Hulst, te Hoorn; G. A. Le Jolle, te 's-Gravenhage; C. E. De Jonge, te Abkoade; C. Kaste leyn, te Dordrecht; G. Knot, te Vucht; L. Van Konynenburg, te 's-Gravenbage; Ph. B. Libourel, te Oosterhout; mr. L. A. Micheels, te 's Gravenhage; J. A. Molenaar, te Rotterdam; A. W. Ov<.rmeer, te Leeuwar den; P. W. Van der Ploeg, te Helder; mr. P. D Poelstra, te Heeg, A. Roos, te Am sterdam; C. J. Van Rooyen, te Kampen; H. Sanders, te IJselstein; A. E. Schouten, to 's Gravenhage; F. Schut, te idem; G. H. Schwegmann, te Rotterdam; W. Smits, te Harderwyk; P. Van de Steeg, te Deventer; D. Van de Vtlde, te Tolen; J. Verdenius, te Zwolle; P. L. W. H. Verlindon, te Vlymen; J. C. Versluys, te Zevenbergen; W. E. Vos, te Amsterdam; H. T. T. Walter, te Apel doorn; Pb. J. Van der Werf, te Utrecht; W. J. B. M. Witte, te Ryswyk; G. A. F. Zaal, te Amsterdam, en mr, S. J. Van Zyst, te Amersloort. De Raad der gemeente Koudekerk hoeft aan H. M. de Koningin het adres gezonden, waarin hy verklaart volkomen adhaesie te betuigen aan het adres van de Friesche Maatschappy van Landbouw, en eerbiedig ver zoekt om het daarheen te leiden, dat totale openstelling der Belgische grenzen wordt verkregen, of, wanneer dat niet zeer spoedig geschieJt, alsdan over te gaan tot het nemen van represaille-maatregelen. De „Sts.-Ct." geeft een rectificatie van haar vorig bericht betreffende de verzameling van nationale kleederdrachten, en meldt nu, dat het fraai geschenk is aangeboden door de heeren P. Van Eegben, J. H. Van EegheD, E. A. Lehmann en H. J. Rahusen, to Amsterdam. Ter 164ste hoofdbestuursvergadering der Geldersch Overyselsche Maatschappy van Land bouw, gisteren te Arnhem gehouden, waren 23 afdeelingen vertegenwoordigd. Zy werd geopend door den voorzitter, mr. P. H. Tydeman, met een herinnering aan de gewichtige gebeurtenis, die sinds de vorige vergadering hoeft plaats gegrepen: de inhuldi ging van H. M. de Koningin. Ook voor de Maatschappy is dit een feit van beteekenis, want de jonge Gebiedster toont voor haar oen tfjzondere belangstelling. Daarom stelt het Dag. Bestuur voor aan H M. eerbiedig te verzoeken als Beschermvrouw der Maatschappy op te treden. De vergadering toonde haar ingenomenheid hiermee door een warm applaus. Op het verzoek van de „Vereeniging voor den landbouw in Hollands Noorderkwartier", om adbaesio te betuigen aan haar aares aan do Tweede Kamer om alsnog een Ryks- proelzuivelcoerdery te Hoorn te 6tichten, werd een gunstige beschikking door de vergadering genomen. Tevens werd een korte gedachtenwisseling gehouden over de herhaalJe sluiting der Belgische grenzen voor ons voe, en zulks naar aanlei ing van de vraag van een der afgevaardigden, of ook bekend zyn de redenen, waarom thans weer zoo plotseling do invoer langs Esschen is ver oden. Deze spreker zou er by de Regeering op willen aandringen, dat zy der Belgische Regeering pertinent vroeg om mededeeling dier redenen, opdat zy, die vee uitvoeren, iets meer te weten komen dan het bekence ste reotieps courantenbericht. Een ander spreker beval represaille maat regelen aan, doch vond daarvoor geen steun, omdat daar oor zou ontstaan een stryd tus- 6chen handel en nyverheid eenerzy s en oen landbouw anoerzyds. Daar zoowel de Regeering als het Neder- landsch Landbouwcomité kin deze alles doen wat mogelyk is, achtte het dagelyksch bestuur het noch noodzakeiyk, noch wenscheiyk om dez rzjjd8 met eenig verzoek of advies voor den dag te komen. De vergadering vereenigdo zich met deze zienswyze. De beor Reiniers, lid der Staatscommissie, die in opdracht heeft maatregelen te zoeken ter bestry ing van de tuberculose onder het vee, deelde nog mee, dat deze commissie Ijverig werkt om spoedig gereed te zyn en België zyn voornaamste voorwendsel te ont nemen, en dat der commissie gebleken is, dat het strenge voorschrift der 10 dagen quarantaine aan de grensstations in België eeo gevolg is van de misbruiken ten opzichte der tuberculine-inspuiting, waaraan exporteurs ia ons land zich meermalen hebben schuluig gemaakt. Naar de „Dordr. Ct." verneemt, is by het Gemeentebestuur te Dordrecht een adres ingekomen van den heer C. C. Van Rysbergen, met verzoek om hem tegen 1 April a.s., of zooveel later als mocht gewenscht wordon, eorvol te ontslaan als directeur van gemeente werken aldaar. Do beer C. C. van Rysbergen is sedert 1883 in deze betrekking werkzaam. Do hoofdingenieur van den ryksw..tor- staat heeft namens den minister van waterstaat aan het bestuur der gemeente Doesburg verzocht hem mede te deelen of do 23» Met een ruk stond Otto recht op de beenen, al het bloed stroomde in het hart te zamen; met aschgrauw gelaat en met van waanzin gloeiende oogen staarde hy in de tasch. Daar lagen kleine smalle rolleD, op welker papieren omhulsel bet getal 1000 geschreven stond, daarby pakketten van blauwachtig bank papier, met breede papierstrooken te zamen gebonden, waarop dezelfde vier cyfer8 prykten. Verrast stond Otto daar, al zyn gedachten vloeiden samen in de ééne: hier is hulp, red ding, nu hebt gy de macht den gierigen oude te dwingen; je neemt het toch niet, je leent het slechts. Do oude zou er van ont stellen: maar schade berokkende het hem eigenlyk niet, hij had toch geld op de Spaar bank, hy zou gelooven, dat hy het had ver loren. Het was toch ook tot het bestwil van den ouden man, dat hy zich het geld toe eigende, wanneer hy zich de mogeiykheid verschafte zyn loopbaan te vervolgen! Tastend met de vingers nam hy één twee.drievier pakken, meer had hy niet noodig. Voor niets ter wereld zou hy meer genomen hebben. Er bleven nog drie of vier pakketten in de tasch over; hy begeerde enkel het middel om zyn toekomst te redden en niets meer. Wat by toen deed, geschiedde werktuiglijk, zonder overleg. Het geld stopto hy in zyn broekzak, dan sloot hy do geldtasch en trok do riemen weder toe. En nu naar de deurl GoddankNiemand kwam, niemand had hem gehoord, niemand bad eenig vermoeden, dat hy hier geweest was. Langzaam, voorzichtig, opende by de keukendeur en liet die achter zich open, opdat het leven hem niet verraden zou, wannoer de deur in het slot viel. Daarom liet hy ook de gangdeur open. De trappen af in razende vlucht doch zoo stil mogelyk. Hy had geluk, veel geluk; niemand kwam hom togen, ook buiten op straat niet, geen bekenden. Op den hoek van de Bronnenstraat sprong hy in een rytuig, nadat hy den koetsier duideiyk had toege roepen: „Naar de Lindenlaanl" Nu voort.... altyd voortwaarheen Ja, voorloopig was hem dit onverschillig. Opeens, toen het paard even stilstond, schrikte by op. Was dat Karei niet, die daar snel naar de Rugenerstraat ging? Ja, hy was het, maar hy hield het hoofd op de borst gezonken, als was by diep in gedachten. Hy had hem niet gezien! Karei was zeer verwonderd, toen hy de gangdeur van de woning zyner ouders open zag staan. Moeder trad juist uit de slaap kamer, toen hy binnentrad; zy beduidde hem met gebaren, dat vader sliep, en dat hy dus zachtkens moest binnentreden. „Hoe zyt gy hier in gekomen?" fluisterde zy. „De deur stond open," fluisterde hy terug. „Zoo?" 't Ia best mogelyk, dat ik ze niot behoorlijk gesloten heb, toen ik zooeven van den koopman kwam," verklaarde zy, zonder verder daarover te spreken, en liet hem naar de woonkamer gaan. „En wat is er, Karei?" vroeg juffrouw Koster vriendeiyk, ofschoon zy inwendig nog een weniig gekrenkt was door zyn heftige woorden. Karei kook verlegen en sloeg den blik omlaag. Maar slechts voor een paar secondoü; dan keek hy weder omhoog en stak haar de hand toe. Moederl" zeide hy, van gemoedsaandoening bevende, „ik komik wildehet liet my geen rust. Wees niet boos meer, dat ik gisteren zoo opvliagend was; het was niet goed van my, dat zie ik in. Tegen zyn ouders spreekt men zoo niet; ouders blyven steeds ouders. Dus niet boos meer zyn, moeder 1" Zy ook stak hem hartelyk de hand toe; de goedheid eo mildheid haars harten straalde uit haar oogen, terwyi zy innig zyn hand drukte en schudde. „Ik weet het," zeide zy, hem zelve veront schuldigend, „ik weet hot, gy hebt het zoo niet gemeend. Wanneer zorgen je drukken, verliest men gauw het hoofd en dan legt men ieder woord niet op een goudschaaltje. Hooveel hadt gy wel noodig, Karei?" Hy schudde het hoofd. „Laat ons daarover zwygen, moeder. Ik heb over de zaak nagedacht en vader heeft geiyk; ik ben een volwassen mensch en heb geen recht meer op zyn hulp; als man moot men zichzelven helpen. Risico is er by iedere zaak, men weet iets nooit met zekerheid vooruit te zeggen, en ik zou het later niet kunnen verantwoorden, wanneer de zaak slecht ging, moeder." Inwendig was zy verblyd, dat hy het nu zelf inzag, maar zy kon de verzoeking, niet weerstaan om hem haar liefde te bewyzen. „Kom!" zeide zy en trok hem naar de canapé, en ondanks zyn tegenstreven, moest hy op de eereplaats zich nederzetten. En dan nam zij naast hem plaats en drukte hem opnieuw de hand. „Gy zyt altyd een goede jongen geweest, Karei; wij hebben steeds met elkander goed oTerweg gekund, on we moeten dus niet vertoornd op eikaar zyu. Het kan voorgekomen zyn, dat ik Otto wel eens een beetje heb voorgetrokken, maar gy weet het, hy is onze jongste, en Karei onderbrak haar verontschuldigingen. „Kom, moeder, ik maak u toch geen ver- wyt. Ik weet, wat ik u schuldig ben vooral datgene, wat gy voor my hebt gedaan. Gy hebt me toch tot een geschikt mensch opge voed en ik heb dus geheel geen reden my to beklagen. Het gaat me toch goed, ik heb een lief kind en een brave vrouw „Ja, die hebt gy," viel zy met oprechten yver in. „Voor uw Helena heb ik alle achting. Zy is toch wèl en de kleine Frits ook? Maar gy blijft toch nog even? Ik zal een lekker kopje koffie klaarmaken." Karei bedankte vrlendeiyk; hy had het nogal druk eu was enkel gekomen om het onrecht goed te maken, dat hom den gehoelen dag al had ter neder geslagen; zy moest het vooral niet vergeten, vader te zeggen, dat hy hier geweest was. Zy geleidde hem naar de deur. Op den drempel vroeg zy hem nogmaals naar zyn zorgen. Angstig verwachtte zy zyn antwoord, en zy ademde weder gerust, toen hy mot een lachend gelaat haar antwoordde: „Heb daar maar geen zorg over, moeder, ik zal wel ergens geld tegen een matige rente zien te leenon. En zyn we eenmaal over dm hond, dan komen we ovor den staart ook." Daarna ging by. Zyn bezoek had slechts vyf minuten geduurd. De oude Koster had zich een weinig ver slapen. Snel maakte hy zich gereed om to vertrekken. O, hemel, wat een schrikt Zyn koieên knikken. Waar is zyn geldtasch? Hy nam deze toch altyd mee naar zyn slaapkamer en legde ze onder het hoofdkussen; waar is zy nu?.... O, in de keukenI Onder het eten had hy ze over don stoel gehangen, daar daar is zy. Alles is in ordede riemen tos.... het geld voelt by er nog in. Vooruit dan spoedig weg „Adieu, moeder 1 Zoo?.... Karei gor woest?Een goede jongen, ja, jal" Wordt vervolgd.) jlüf DAGBLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 1